ID.nl logo
Review Sony Xperia 1 V - Niet voor de gewone consument
Huis

Review Sony Xperia 1 V - Niet voor de gewone consument

De Sony Xperia 1 V is de nieuwste telg in de premium Xperia 1-lijn. Hoewel Sony met deze serie al jaren goede en solide smartphones uitbrengt, hebben ze veelal last van dezelfde problemen. Vooral het design speelt veelal parten, waardoor de massa het toestel niet omarmt.

Goed
Conclusie

Al met al kunnen we de Sony Xperia 1 V moeilijk aanbevelen aan mensen die ‘gewoon een goede smartphone’ willen en bereid zijn daarvoor te betalen. Google laat met de Google Pixel 7 Pro zien dat je niet diep in de buidel hoeft te tasten voor een premium (fotografie-)ervaring, terwijl Samsung en Apple furore maken qua comfort, beeldkwaliteit en camerakwaliteit. Toegegeven, daar betaal je dan ook flink voor, maar in de meeste gevallen krijg je niet te maken met de nadelen van de Sony Xperia 1 V. Voor het feit dat de camera geen mooie foto’s in het donker maakt is een pijnpunt. Verder heeft het toestel een aantal minpunten waar we best aan kunnen wennen, zoals dat langwerpige scherm (met soms zwarte balken), het langzame opladen en de hoeveelheid opties voor foto’s en video’s. Maar het karige updatebeleid en het gedateerde design gooien ook weer flink wat roet in het eten. En dat terwijl het toestel veel dingen heeft waar we van houden. Denk dan aan de sleuf voor de (gemakkelijk te bereiken) micro-sd-kaart, het weergaloze oled-scherm, de koptelefoonaansluiting en de prestaties.

Plus- en minpunten
  • Razendsnelle processor
  • Ongeëvenaard oled-scherm
  • Camerasysteem (met voldoende licht)
  • Koptelefoonaansluiting
  • Sleuf voor micro-sd-kaart
  • Schone software
  • Camerasysteem (in het donker)
  • Karig updatebeleid
  • Camera-apps
  • Langzaam laden
  • Beeldverhouding
  • Gedateerd design

Omdat Sony zich met de Sony Xperia 1-lijn richt op vooral zakelijke gebruikers, slaat ‘de gewone consument’ het toestel vaak over. En dat is niet zonder reden. Het strakke en stoere design spreekt niet iedereen aan en de beschikbare kleuren fleuren nou niet echt je (binnen)zak of handtas op. Voor 2023 verandert er weinig. De Japanse elektronicafabrikant kiest wederom voor hetzelfde langwerpige design en wat fantasieloze kleuren. Vooral dat laatste is zonde, omdat Sony vorig jaar nog de populaire paarse kleur aanbod. Dit keer moet je het doen met gitzwart, zilver en groen(achtig).

Net als vorig jaar heeft de Sony Xperia 1 een behoorlijk hoge prijs. Je betaalt 1.399 euro voor het toestel, maar je kunt de klap enigszins verzachten. Wanneer je het toestel vooruitbestelt, via een pre-order, dan krijg je er namelijk een Sony WH-1000XM5-koptelefoon bij, ter waarde van 349 euro. Mocht je nog in de markt zijn voor één van de beste koptelefoons van dit moment, dan kun je dus 350 euro van de adviesprijs afhalen. Maar goed, dat is een prima oefening in het kader van mentale gymnastiek – iets dat we onszelf wijs kunnen maken om een dure grap te verantwoorden.

Precies hetzelfde design op de Sony Xperia 1 V

Wanneer je de verschillende Sony Xperia 1-modellen naast elkaar zou leggen, dan moet je echt moeite doen om ze uit elkaar te houden. Los van de kleuren zien de toestellen er namelijk precies hetzelfde uit – van het scherm tot aan de plaatsing van het camera-eiland. Dit keer heeft Sony wel de achterkant aangepast. Hoewel die nog steeds van glas is, voelt die aan als mat plastic met een specifieke, licht kriebelende structuur. Hij glijdt daardoor iets minder gemakkelijk uit je hand. Verder oogt en is het toestel vrij stevig dankzij de metalen frame. Dit is toch echt een premium smartphone.

Het nog altijd kleurrijke en prachtige oled-scherm is 6,5 inch groot en beschikt alleen over de 4k-resolutie. Op smartphones vinden we dat nog altijd een beetje overkill, omdat niet veel apps die resolutie ondersteunen. Bovendien is de kans klein dat je een verschil opmerkt tussen dit toestel en toestellen die bijvoorbeeld 1.440p als resolutie aanbieden. Maar goed, het kan prettig zijn voor wanneer je vaak series en films kijkt op je smartphone, dan komen die pixels goed tot hun recht. Dat geldt voornamelijk voor 21:9-content, anders krijg je zwarte balken te zien aan de zijkanten.

Dit gebeurt bij gestreamde videocontent, games en videobellen. Ook is er beeldverversing tot 120 Hertz. Die schakel je in of uit; het scherm kan niet automatisch wisselen op basis van de content. Dat is jammer, want daardoor kan het batterijgebruik niet geoptimaliseerd worden. Het toestel is gelukkig breed genoeg om er comfortabel op te kunnen typen en met 1.000 nits aan maximale helderheid zie je ook op dagen met felle zon wat er allemaal op je scherm gebeurt. Verder vallen de twee balken op aan de boven- en onderkant van het scherm. Daardoor oogt de Sony Xperia 1 V gedateerd.

Razendsnelle Qualcomm-processor

Onder de motorkap zit een razendsnelle Qualcomm Snapdragon 8 Gen 2-processor. Dit is dé mobiele processor van dit moment en als premium smartphone-aanbieder kun je niet zonder. Daarnaast is er 12 GB aan werkgeheugen aanwezig en krijg je minimaal 256 GB aan opslagruimte tot je beschikking. Die ruimte kun je uitbreiden met een microSD-kaart. Dat is fijn om te zien. Niet alleen omdat je meer ruimte hebt of omdat je sneller content verplaatst (zoals foto’s of video’s), maar ook omdat Sony hierin redelijk uniek is als aanbieder van een dure, premium smartphone.

Het mooie aan het gebruik van de micro-sd-kaart is dat de lade waarin die zit, waar ook ruimte is voor één simkaart, zonder verwijdertool bereikbaar is. Daardoor hoef je dus nooit op zoek te gaan naar dat smalle pennetje wanneer je je sd-kaart nodig hebt. Qua prestaties doet de Sony Xperia 1 V niet onder voor de concurrentie met dezelfde processor. Hij is razendsnel, reageert supervloeiend en is meer dan geschikt voor dagelijkse en zakelijke taken. Ook kun je hier heel prettig op gamen, al moet je er dan wel rekening mee houden dat het toestel opwarmt. Heet wordt het gelukkig niet.

Andere opvallende hardware-aspecten zijn de koptelefoonaansluiting aan de bovenkant en de vingerafdrukscanner aan de zijkant. Die audiopoort zien we de laatste jaren verdwijnen op menig toestel, maar Sony houdt er stevig aan vast. Dat is niet gek, gezien de focus op audio. Veel muziekliefhebbers prefereren een bedrade aansluiting boven een draadloze, vanwege het behoud van kwaliteit. En met dit toestel krijg je dus niet met kwaliteitsverlies te maken. De vingerafdrukscanner is overigens ondermaats – soms registreert die een vinger niet goed.

Normale lens, 1x zoom.
Normale lens, 3,5x zoom.
Normale lens, 5,2x zoom.

Tot slot valt ook de accu op. Aan boord zit een batterij met een vermogen van 5.000 mAh, die er net iets meer dan anderhalf uur over doet om vol te raken. Hij wordt via de kabel met 30 watt opgeladen. Ga je voor draadloos, dan blijft de teller steken op 15 watt. De accuduur wordt flink beperkt door de hoge resolutie, eventueel de hoge beeldverversing en het feit dat er geen variabele refreshrate is. Gelukkig is de processor wel redelijk zuinig, maar desondanks moet je er rekening mee houden dat je hem elke dag moet opladen. En met maximaal 30 watt aan laadsnelheid, gaat dat niet snel, dus.

Houd er daarnaast rekening mee dat Sony (met als argument duurzaamheid) geen oplader of oplaadkabel in de doos gestopt heeft. Die je moet je dus zelf voorzien.

Kale software, karig beleid

Eén van de fijnere aspecten van Sony-smartphones is de software. Sony brengt vaak snel Android-updates uit en je hoeft niet lang na te denken waarom: het bedrijf verandert namelijk weinig aan Android. De softwareschil van het Japanse bedrijf is ontzettend schoon en bevat bijna geen overbodige onderdelen (op Side Sense na, aangezien dat onderdeel al jaren niet goed reageert op je input). Er zijn ook bijna geen apps die je niet kunt verwijderen (op Facebook en LinkedIn na) of als nutteloos kunt zien. Vooral de camera- en video-apps scoren goed onder gebruikers.

Een groot nadeel van die software-ervaring is altijd het feit dat Sony weinig ondersteuning aanbiedt. Op moment van schrijven staat Android 13 erop, samen met een beveiligingspatch uit april 2023. We verwachten dat Sony snel een nieuwe patch uitbrengt, dus dat zit wel snor. Maar de algemene ondersteuning geldt slechts voor drie jaar. Daarin krijg je maar twee Android-upgrades en drie jaar aan beveiligingsupdates. Dat is alles behalve duurzaam en ontzettend zonde, want dit maakt de premium smartphonelijn minder aantrekkelijk. Apple, Google en Samsung doen dit veel beter.

Groothoeklens.
Normale lens, 1x zoom.
Normale lens, 5,2x zoom.

De camerabeleving loopt een klap op

Over het camerasysteem van de Sony Xperia 1-lijn is altijd een hoop te doen. Niet alleen vanwege de hoge kwaliteit foto’s en video’s die van de band komen rollen. Maar ook vanwege het feit dat Sony soms niet de meest prominente camerasensor gebruikt die wel in andere smartphones zitten – die het bedrijf zelf produceert. Desondanks kan dit positief uitpakken, juist omdat de camerasensor anders is. Daardoor breng je een alternatieve optie op de markt, die misschien nog wel eens kan verrassen. In dit geval gaat het om een 52 megapixelsensor, die foto’s van 48 megapixels maakt.

Over het algemeen kunnen we stellen dat de camera van de Sony Xperia I V prachtige, ongeëvenaarde foto’s maakt. De voorwaarde is wel dat er voldoende (dag)licht aanwezig is, maar dat geldt in principe voor vrijwel elke andere smartphonecamera. Wanneer het schemert, of je een foto wil maken van je gezelschap bij kaarslicht, dan is er ook nog niets aan de hand. Maar als het dan echt donker is, dan valt Sony door de mand. Zelfs de toegewijde nachtmodus – die Sony nota bene pas voor het eerst aanbiedt – helpt de kwaliteit niet vooruit. En dat is even jammer als onbegrijpelijk.

Foto’s die je in het donker maakt, zijn vaak korrelig en ontdaan van detail. En wanneer je een lichtbron in beeld brengt, dan legt de Sony Xperia 1 V hem te verzadigd vast. Verder is het zo dat de overige twee sensoren (telelens en ultragroothoeklens) gelijk zijn aan het model van vorig jaar. Dit zijn twaalf megapixelsensoren. De telelens kan 3,5 tot 5,2 keer optisch inzoomen. Hoewel de kwaliteit van de foto’s echt heel goed is (overdag dan), is het verschil tussen beide zoomopties verwaarloosbaar. Zoom je verder in, dan loopt de kwaliteit een flinke klap op, helaas.

Portretmodus.
Normale lens, 1x zoom.
Groothoeklens.

Wat de ervaring verder wat compliceert is het feit dat Sony drie camera-apps aanbiedt: één waarmee je foto’s maakt en twee waarmee je video’s maakt. Hoewel de apps mettertijd zijn versimpeld, bieden ze nog steeds een drempel aan voor iedereen die gewoon snel een foto wil maken met zijn of haar smartphone. We weten zeker dat wanneer je de tijd neemt om de apps te leren kennen, dat je prachtige shots kunt maken. Maar voor de eerdergenoemde ‘gewone consument’ is het wellicht teveel van het goede. Die kunnen beter bij Google of Samsung terecht voor hun foto’s.

Sony Xperia 1 V kopen?

Al met al kunnen we de Sony Xperia 1 V moeilijk aanbevelen aan mensen die ‘gewoon een goede smartphone’ willen en bereid zijn daarvoor te betalen. Google laat met de Google Pixel 7 Pro zien dat je niet diep in de buidel hoeft te tasten voor een premium (fotografie-)ervaring, terwijl Samsung en Apple furore maken qua comfort, beeldkwaliteit en camerakwaliteit. Toegegeven, daar betaal je dan ook flink voor, maar in de meeste gevallen krijg je niet te maken met de nadelen van de Sony Xperia 1 V. Voor het feit dat de camera geen mooie foto’s in het donker maakt is een pijnpunt.

Verder heeft het toestel een aantal minpunten waar we best aan kunnen wennen, zoals dat langwerpige scherm (met soms zwarte balken), het langzame opladen en de hoeveelheid opties voor foto’s en video’s. Maar het karige updatebeleid en het gedateerde design gooien ook weer flink wat roet in het eten. En dat terwijl het toestel veel dingen heeft waar we van houden. Denk dan aan de sleuf voor de (gemakkelijk te bereiken) micro-sd-kaart, het weergaloze oled-scherm, de koptelefoonaansluiting en de prestaties. Maar daar heeft de ‘gewone consument’ geen boodschap aan.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.

▼ Volgende artikel
Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand
© ER | ID.nl
Huis

Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand

Een apparaat op afstand bedienen hoeft geen geld te kosten en is verrassend eenvoudig. Of je nu bestanden wilt openen, technische problemen wilt oplossen of meerdere toestellen wilt beheren: met Chrome Remote Desktop kan het allemaal, gratis en zonder gedoe.

De helper begint

Een groot voordeel van Chrome Remote Desktop is de brede compatibiliteit: het werkt met Windows, macOS, Linux en ChromeOS. Bovendien is het veilig – verbindingen worden versleuteld – en je hebt alleen een Chrome-browser nodig. We beginnen aan de kant van degene die op afstand toegang wilt tot een andere computer, degene die ondersteuning biedt vanaf computer A. Op computer A opent de gebruiker Chrome en surft naar https://remotedesktop.google.com. Daar verschijnen twee opties: Dit scherm delen en Verbinding maken met een andere computer. Omdat computer A support wil geven aan een extern apparaat, kiest de gebruiker voor de tweede optie. In dat scherm verschijnt een veld om een toegangscode in te geven, de code volgt zo meteen.

Degene die support geeft, gebruikt het onderste vak.

Acties voor de hulpvrager

Op computer B, de computer die toegang zal verlenen, moet de gebruiker ook in Chrome surfen naar dezelfde website. Daar kiest hij voor de optie Dit scherm delen. Voordat dat mogelijk is, moet Chrome Remote Desktop eerst worden gedownload en geïnstalleerd. De gebruiker klikt daarvoor op de ronde blauwe knop met het witte downloadpijltje. Hiermee wordt een Chrome-extensie geïnstalleerd. Na de installatie verschijnt in het vak Dit scherm delen een blauwe knop met de tekst Code genereren. Wanneer de gebruiker daarop klikt, wordt een toegangscode van 12 cijfers aangemaakt. Die code geeft hij of zij door aan gebruiker A.

Wie support krijgt, moet de code via een berichtje of telefoontje doorgeven.

Scherm delen

Op computer A geeft de gebruiker de code op in Chrome Remote Desktop. Vervolgens wacht hij tot gebruiker B bevestigt dat A toegang mag krijgen tot zijn scherm. Zodra dat is gebeurd, verschijnt het volledige bureaublad van computer B in een nieuw Chrome-venster op computer A. Door dit venster schermvullend weer te geven, kan A probleemloos handelingen uitvoeren op de pc van B. Voor de veiligheid beschikken beide gebruikers over een knop om de sessie op elk moment te beëindigen. Uiteraard is een stabiele internetverbinding noodzakelijk. Daarnaast krijgen beide partijen de melding dat ze klembordsynchronisatie kunnen inschakelen. Hiermee wordt het mogelijk om eenvoudig tekst of bestanden te kopiëren en te plakken tussen beide apparaten.

Gebruiker A krijgt het volledige scherm van B in een Chrome-venster te zien.