ID.nl logo
Review Sony Xperia 1 V - Niet voor de gewone consument
Huis

Review Sony Xperia 1 V - Niet voor de gewone consument

De Sony Xperia 1 V is de nieuwste telg in de premium Xperia 1-lijn. Hoewel Sony met deze serie al jaren goede en solide smartphones uitbrengt, hebben ze veelal last van dezelfde problemen. Vooral het design speelt veelal parten, waardoor de massa het toestel niet omarmt.

Goed
Conclusie

Al met al kunnen we de Sony Xperia 1 V moeilijk aanbevelen aan mensen die ‘gewoon een goede smartphone’ willen en bereid zijn daarvoor te betalen. Google laat met de Google Pixel 7 Pro zien dat je niet diep in de buidel hoeft te tasten voor een premium (fotografie-)ervaring, terwijl Samsung en Apple furore maken qua comfort, beeldkwaliteit en camerakwaliteit. Toegegeven, daar betaal je dan ook flink voor, maar in de meeste gevallen krijg je niet te maken met de nadelen van de Sony Xperia 1 V. Voor het feit dat de camera geen mooie foto’s in het donker maakt is een pijnpunt. Verder heeft het toestel een aantal minpunten waar we best aan kunnen wennen, zoals dat langwerpige scherm (met soms zwarte balken), het langzame opladen en de hoeveelheid opties voor foto’s en video’s. Maar het karige updatebeleid en het gedateerde design gooien ook weer flink wat roet in het eten. En dat terwijl het toestel veel dingen heeft waar we van houden. Denk dan aan de sleuf voor de (gemakkelijk te bereiken) micro-sd-kaart, het weergaloze oled-scherm, de koptelefoonaansluiting en de prestaties.

Plus- en minpunten
  • Razendsnelle processor
  • Ongeëvenaard oled-scherm
  • Camerasysteem (met voldoende licht)
  • Koptelefoonaansluiting
  • Sleuf voor micro-sd-kaart
  • Schone software
  • Camerasysteem (in het donker)
  • Karig updatebeleid
  • Camera-apps
  • Langzaam laden
  • Beeldverhouding
  • Gedateerd design

Omdat Sony zich met de Sony Xperia 1-lijn richt op vooral zakelijke gebruikers, slaat ‘de gewone consument’ het toestel vaak over. En dat is niet zonder reden. Het strakke en stoere design spreekt niet iedereen aan en de beschikbare kleuren fleuren nou niet echt je (binnen)zak of handtas op. Voor 2023 verandert er weinig. De Japanse elektronicafabrikant kiest wederom voor hetzelfde langwerpige design en wat fantasieloze kleuren. Vooral dat laatste is zonde, omdat Sony vorig jaar nog de populaire paarse kleur aanbod. Dit keer moet je het doen met gitzwart, zilver en groen(achtig).

Net als vorig jaar heeft de Sony Xperia 1 een behoorlijk hoge prijs. Je betaalt 1.399 euro voor het toestel, maar je kunt de klap enigszins verzachten. Wanneer je het toestel vooruitbestelt, via een pre-order, dan krijg je er namelijk een Sony WH-1000XM5-koptelefoon bij, ter waarde van 349 euro. Mocht je nog in de markt zijn voor één van de beste koptelefoons van dit moment, dan kun je dus 350 euro van de adviesprijs afhalen. Maar goed, dat is een prima oefening in het kader van mentale gymnastiek – iets dat we onszelf wijs kunnen maken om een dure grap te verantwoorden.

Precies hetzelfde design op de Sony Xperia 1 V

Wanneer je de verschillende Sony Xperia 1-modellen naast elkaar zou leggen, dan moet je echt moeite doen om ze uit elkaar te houden. Los van de kleuren zien de toestellen er namelijk precies hetzelfde uit – van het scherm tot aan de plaatsing van het camera-eiland. Dit keer heeft Sony wel de achterkant aangepast. Hoewel die nog steeds van glas is, voelt die aan als mat plastic met een specifieke, licht kriebelende structuur. Hij glijdt daardoor iets minder gemakkelijk uit je hand. Verder oogt en is het toestel vrij stevig dankzij de metalen frame. Dit is toch echt een premium smartphone.

Het nog altijd kleurrijke en prachtige oled-scherm is 6,5 inch groot en beschikt alleen over de 4k-resolutie. Op smartphones vinden we dat nog altijd een beetje overkill, omdat niet veel apps die resolutie ondersteunen. Bovendien is de kans klein dat je een verschil opmerkt tussen dit toestel en toestellen die bijvoorbeeld 1.440p als resolutie aanbieden. Maar goed, het kan prettig zijn voor wanneer je vaak series en films kijkt op je smartphone, dan komen die pixels goed tot hun recht. Dat geldt voornamelijk voor 21:9-content, anders krijg je zwarte balken te zien aan de zijkanten.

Dit gebeurt bij gestreamde videocontent, games en videobellen. Ook is er beeldverversing tot 120 Hertz. Die schakel je in of uit; het scherm kan niet automatisch wisselen op basis van de content. Dat is jammer, want daardoor kan het batterijgebruik niet geoptimaliseerd worden. Het toestel is gelukkig breed genoeg om er comfortabel op te kunnen typen en met 1.000 nits aan maximale helderheid zie je ook op dagen met felle zon wat er allemaal op je scherm gebeurt. Verder vallen de twee balken op aan de boven- en onderkant van het scherm. Daardoor oogt de Sony Xperia 1 V gedateerd.

Razendsnelle Qualcomm-processor

Onder de motorkap zit een razendsnelle Qualcomm Snapdragon 8 Gen 2-processor. Dit is dé mobiele processor van dit moment en als premium smartphone-aanbieder kun je niet zonder. Daarnaast is er 12 GB aan werkgeheugen aanwezig en krijg je minimaal 256 GB aan opslagruimte tot je beschikking. Die ruimte kun je uitbreiden met een microSD-kaart. Dat is fijn om te zien. Niet alleen omdat je meer ruimte hebt of omdat je sneller content verplaatst (zoals foto’s of video’s), maar ook omdat Sony hierin redelijk uniek is als aanbieder van een dure, premium smartphone.

Het mooie aan het gebruik van de micro-sd-kaart is dat de lade waarin die zit, waar ook ruimte is voor één simkaart, zonder verwijdertool bereikbaar is. Daardoor hoef je dus nooit op zoek te gaan naar dat smalle pennetje wanneer je je sd-kaart nodig hebt. Qua prestaties doet de Sony Xperia 1 V niet onder voor de concurrentie met dezelfde processor. Hij is razendsnel, reageert supervloeiend en is meer dan geschikt voor dagelijkse en zakelijke taken. Ook kun je hier heel prettig op gamen, al moet je er dan wel rekening mee houden dat het toestel opwarmt. Heet wordt het gelukkig niet.

Andere opvallende hardware-aspecten zijn de koptelefoonaansluiting aan de bovenkant en de vingerafdrukscanner aan de zijkant. Die audiopoort zien we de laatste jaren verdwijnen op menig toestel, maar Sony houdt er stevig aan vast. Dat is niet gek, gezien de focus op audio. Veel muziekliefhebbers prefereren een bedrade aansluiting boven een draadloze, vanwege het behoud van kwaliteit. En met dit toestel krijg je dus niet met kwaliteitsverlies te maken. De vingerafdrukscanner is overigens ondermaats – soms registreert die een vinger niet goed.

Normale lens, 1x zoom.
Normale lens, 3,5x zoom.
Normale lens, 5,2x zoom.

Tot slot valt ook de accu op. Aan boord zit een batterij met een vermogen van 5.000 mAh, die er net iets meer dan anderhalf uur over doet om vol te raken. Hij wordt via de kabel met 30 watt opgeladen. Ga je voor draadloos, dan blijft de teller steken op 15 watt. De accuduur wordt flink beperkt door de hoge resolutie, eventueel de hoge beeldverversing en het feit dat er geen variabele refreshrate is. Gelukkig is de processor wel redelijk zuinig, maar desondanks moet je er rekening mee houden dat je hem elke dag moet opladen. En met maximaal 30 watt aan laadsnelheid, gaat dat niet snel, dus.

Houd er daarnaast rekening mee dat Sony (met als argument duurzaamheid) geen oplader of oplaadkabel in de doos gestopt heeft. Die je moet je dus zelf voorzien.

Kale software, karig beleid

Eén van de fijnere aspecten van Sony-smartphones is de software. Sony brengt vaak snel Android-updates uit en je hoeft niet lang na te denken waarom: het bedrijf verandert namelijk weinig aan Android. De softwareschil van het Japanse bedrijf is ontzettend schoon en bevat bijna geen overbodige onderdelen (op Side Sense na, aangezien dat onderdeel al jaren niet goed reageert op je input). Er zijn ook bijna geen apps die je niet kunt verwijderen (op Facebook en LinkedIn na) of als nutteloos kunt zien. Vooral de camera- en video-apps scoren goed onder gebruikers.

Een groot nadeel van die software-ervaring is altijd het feit dat Sony weinig ondersteuning aanbiedt. Op moment van schrijven staat Android 13 erop, samen met een beveiligingspatch uit april 2023. We verwachten dat Sony snel een nieuwe patch uitbrengt, dus dat zit wel snor. Maar de algemene ondersteuning geldt slechts voor drie jaar. Daarin krijg je maar twee Android-upgrades en drie jaar aan beveiligingsupdates. Dat is alles behalve duurzaam en ontzettend zonde, want dit maakt de premium smartphonelijn minder aantrekkelijk. Apple, Google en Samsung doen dit veel beter.

Groothoeklens.
Normale lens, 1x zoom.
Normale lens, 5,2x zoom.

De camerabeleving loopt een klap op

Over het camerasysteem van de Sony Xperia 1-lijn is altijd een hoop te doen. Niet alleen vanwege de hoge kwaliteit foto’s en video’s die van de band komen rollen. Maar ook vanwege het feit dat Sony soms niet de meest prominente camerasensor gebruikt die wel in andere smartphones zitten – die het bedrijf zelf produceert. Desondanks kan dit positief uitpakken, juist omdat de camerasensor anders is. Daardoor breng je een alternatieve optie op de markt, die misschien nog wel eens kan verrassen. In dit geval gaat het om een 52 megapixelsensor, die foto’s van 48 megapixels maakt.

Over het algemeen kunnen we stellen dat de camera van de Sony Xperia I V prachtige, ongeëvenaarde foto’s maakt. De voorwaarde is wel dat er voldoende (dag)licht aanwezig is, maar dat geldt in principe voor vrijwel elke andere smartphonecamera. Wanneer het schemert, of je een foto wil maken van je gezelschap bij kaarslicht, dan is er ook nog niets aan de hand. Maar als het dan echt donker is, dan valt Sony door de mand. Zelfs de toegewijde nachtmodus – die Sony nota bene pas voor het eerst aanbiedt – helpt de kwaliteit niet vooruit. En dat is even jammer als onbegrijpelijk.

Foto’s die je in het donker maakt, zijn vaak korrelig en ontdaan van detail. En wanneer je een lichtbron in beeld brengt, dan legt de Sony Xperia 1 V hem te verzadigd vast. Verder is het zo dat de overige twee sensoren (telelens en ultragroothoeklens) gelijk zijn aan het model van vorig jaar. Dit zijn twaalf megapixelsensoren. De telelens kan 3,5 tot 5,2 keer optisch inzoomen. Hoewel de kwaliteit van de foto’s echt heel goed is (overdag dan), is het verschil tussen beide zoomopties verwaarloosbaar. Zoom je verder in, dan loopt de kwaliteit een flinke klap op, helaas.

Portretmodus.
Normale lens, 1x zoom.
Groothoeklens.

Wat de ervaring verder wat compliceert is het feit dat Sony drie camera-apps aanbiedt: één waarmee je foto’s maakt en twee waarmee je video’s maakt. Hoewel de apps mettertijd zijn versimpeld, bieden ze nog steeds een drempel aan voor iedereen die gewoon snel een foto wil maken met zijn of haar smartphone. We weten zeker dat wanneer je de tijd neemt om de apps te leren kennen, dat je prachtige shots kunt maken. Maar voor de eerdergenoemde ‘gewone consument’ is het wellicht teveel van het goede. Die kunnen beter bij Google of Samsung terecht voor hun foto’s.

Sony Xperia 1 V kopen?

Al met al kunnen we de Sony Xperia 1 V moeilijk aanbevelen aan mensen die ‘gewoon een goede smartphone’ willen en bereid zijn daarvoor te betalen. Google laat met de Google Pixel 7 Pro zien dat je niet diep in de buidel hoeft te tasten voor een premium (fotografie-)ervaring, terwijl Samsung en Apple furore maken qua comfort, beeldkwaliteit en camerakwaliteit. Toegegeven, daar betaal je dan ook flink voor, maar in de meeste gevallen krijg je niet te maken met de nadelen van de Sony Xperia 1 V. Voor het feit dat de camera geen mooie foto’s in het donker maakt is een pijnpunt.

Verder heeft het toestel een aantal minpunten waar we best aan kunnen wennen, zoals dat langwerpige scherm (met soms zwarte balken), het langzame opladen en de hoeveelheid opties voor foto’s en video’s. Maar het karige updatebeleid en het gedateerde design gooien ook weer flink wat roet in het eten. En dat terwijl het toestel veel dingen heeft waar we van houden. Denk dan aan de sleuf voor de (gemakkelijk te bereiken) micro-sd-kaart, het weergaloze oled-scherm, de koptelefoonaansluiting en de prestaties. Maar daar heeft de ‘gewone consument’ geen boodschap aan.

▼ Volgende artikel
Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?
© ER | ID.nl
Huis

Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?

Als je de specificatielijst van een moderne televisie of monitor bekijkt, zie je achter het kopje 'verversingssnelheid' vaak een getal staan gevolgd door 'Hz'. Jarenlang was 50 of 60 Hz de standaard, maar tegenwoordig pronken fabrikanten met 100, 120 of zelfs 144 Hz. Klinkt sneller, en sneller is meestal beter, maar wat betekent het nou eigenlijk voor jouw kijkervaring? Is het een noodzaak voor iedereen, of vooral leuk voor fanatieke gamers?

Om te begrijpen wat die Hertz (Hz) doet, moet je een televisie of monitor niet zien als een statisch schilderij, maar als een soort digitale flipbook. Het beeld dat je ziet, wordt immers continu opnieuw opgebouwd. Een standaard 60Hz-scherm ververst het beeld 60 keer per seconde. Dat is voor het menselijk oog snel genoeg om een vloeiende beweging waar te nemen bij normaal tv-kijken, zoals het nieuws of een dramaserie. Een 120Hz-scherm doet dat dus dubbel zo vaak: 120 keer per seconde.

©DC Studio

Waarom zou je meer beelden per seconde willen?

Het grootste voordeel van een hogere verversingssnelheid is soepelheid. Hoe meer beelden er per seconde worden getoond, hoe vloeiender bewegingen eruitzien. Bij 60 Hz kunnen snelle acties soms wat schokkerig ogen of last hebben van bewegingsonscherpte, ook wel 'motion blur' genoemd. Bij 120 Hz blijven details scherp, zelfs als de camera snel draait of als er bijvoorbeeld een raceauto voorbij raast. Daarnaast voelt de besturing van games directer aan. Tussen het moment dat je een knop indrukt en het moment dat je actie op het scherm ziet, zit minder tijd. Dat verschil in milliseconden lijkt verwaarloosbaar, maar je brein pikt het direct op als een responsievere ervaring.

Het verschil tussen 120 en 144 Hz (en hoger)

Terwijl 120 Hz de nieuwe gouden standaard is voor televisies, zie je bij computermonitors vaak getallen als 144 Hz, 165 Hz of zelfs 240 Hz en hoger. Het principe blijft hetzelfde, maar de toepassing verschilt. 120 Hz is de limiet voor de huidige generatie spelcomputers, zoals de PlayStation 5 en Xbox Series X. Televisies richten zich daarom specifiek op dat getal. Pc-gamers hebben echter vaak krachtiger videokaarten die nóg meer beelden per seconde kunnen produceren. Daarom zie je monitors met 144 Hz of meer.

Is het verschil tussen 120 en 144 Hz zichtbaar? Voor de gemiddelde gebruiker nauwelijks. Waar de stap van 60 naar 120 Hz een wereld van verschil is die bijna iedereen direct ziet, is de stap naar 144 Hz of hoger vooral voer voor professionele e-sporters die elke mogelijke fractie van een seconde winst nodig hebben. Voor de consument die een monitor zoekt voor thuisgebruik en gaming, is alles boven de 120 Hz doorgaans een uitstekende keuze.

©ER | ID.nl

Heb jij het nodig?

Het antwoord op die vraag hangt volledig af van wat je met je scherm doet; of dat nu een tv of een gamemonitor is. Kijk je voornamelijk lineaire televisie, films en series via streamingdiensten? Dan is een 120Hz-scherm geen harde noodzaak, aangezien films doorgaans in 24 beelden per seconde worden geschoten. Toch hebben 100/120Hz-panelen in televisies vaak wel een betere beeldkwaliteit en kunnen ze die films rustiger weergeven dan goedkopere 60Hz-panelen.

Ben je echter een gamer? Dan is het antwoord volmondig ja. De nieuwste spelcomputers en moderne videokaarten zijn gemaakt om die hoge snelheden te benutten. Games spelen soepeler, zien er scherper uit tijdens actiescènes en je reageert sneller op wat er gebeurt. Als je nu een nieuwe tv of monitor koopt met het oog op de toekomst en gaming, is 120 Hz of hoger eigenlijk een vereiste op je wensenlijstje. Let er bij televisies wel op dat je beschikt over een HDMI 2.1-aansluiting, want alleen die kabel kan de enorme hoeveelheid data van 4K-beeld met 120 Hz verwerken.

Drie tv's met 120 Hz of meer

De meeste high-end tv's van dit moment ondersteunen 120 Hz voor spelcomputers (PS5/Xbox Series X) en gaan zelfs tot 144 Hz als je ze aan een krachtige gaming-pc hangt.

Als we kijken naar de huidige generatie televisies, kunnen we niet om de LG OLED evo C5 heen. Dit is de gloednieuwe opvolger van de populaire C4 en wordt gezien als de standaard voor gamers en filmliefhebbers. Hij beschikt over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 144 Hz ondersteunen, wat hem toekomstbestendig maakt voor pc-gamers, terwijl hij naadloos samenwerkt met de PlayStation 5 en Xbox Series X op 120 Hz. Het nieuwe paneel heeft een nog hogere helderheid dan zijn voorganger, waardoor HDR-beelden nog meer impact hebben.

Daarnaast is de Samsung OLED S95F een absolute blikvanger in de winkels. Waar Samsung vorig jaar hoge ogen gooide met de S95D, doet de F-serie er nog een schepje bovenop met een vernieuwde antireflectielaag die nog beter werkt in lichte kamers. Dit model combineert de diepe zwartwaarden van OLED met de intense kleuren van Quantum Dots. Ook dit scherm ondersteunt verversingssnelheden tot 144 Hz en beschikt over de uitgebreide Gaming Hub van Samsung, waarmee je zelfs zonder console games kunt streamen.

Voor wie liever geen OLED wil, is de Samsung Neo QLED QN90F de meest courante keuze in het high-end lcd-segment. Dit 2025-model maakt gebruik van geavanceerde Mini-LED-technologie, waardoor de helderheid veel hoger ligt dan bij OLED-schermen. Dat maakt hem ideaal voor een zonovergoten woonkamer. Met een verversingssnelheid die oploopt tot 144 Hz en een extreem lage invoervertraging, is dit voor veel competitieve gamers de favoriete keuze.

Drie monitors met 120 Hz of meer

Bij monitors ligt de standaard tegenwoordig al hoger dan 120 Hz, omdat snelheid de uitkomst van een potje schieten of racen bepaalt. Deze modellen zijn populair op Kieskeurig.

Op het gebied van monitoren zien we dat 240 Hz langzaam de nieuwe standaard wordt voor de serieuze gamer. Een model dat momenteel erg goed scoort op Kieskeurig is de LG UltraGear 27GR83Q. Dit is een 27-inch IPS-scherm met een razendsnelle verversingssnelheid van 240 Hz. In tegenstelling tot oudere modellen biedt dit scherm een extreem snelle responstijd van 1 milliseconde, waardoor je in snelle shooters geen last hebt van wazige beelden. Het is een van de meest complete monitoren van dit moment die zowel voor pc als console geschikt is.

Zoek je de absolute top in beeldkwaliteit, dan is de Samsung Odyssey G6 (G60SD) een model dat je veel ziet. Dit is een moderne OLED-monitor met een verversingssnelheid van maar liefst 360 Hz. Hoewel dat misschien overkill klinkt, zorgt de combinatie van de OLED-techniek en deze snelheid voor een ongekend vloeiende en scherpe ervaring. Het scherm heeft bovendien een nieuw koelsysteem waardoor de kans op inbranden – een angst bij oudere OLED-monitoren – aanzienlijk is verkleind.

Voor wie een beperkter budget heeft maar wel snelheid wil, is de MSI MAG 27CQ6F een actuele hardloper. Dit is een gebogen scherm (Curved) met een snelheid van 180 Hz, wat net dat beetje extra soepelheid geeft ten opzichte van de standaard 144 Hz-schermen. Het paneel biedt een hoog contrast en is daarmee een uitstekende instapper voor wie zijn game-ervaring wil upgraden zonder direct de hoofdprijs te betalen.

▼ Volgende artikel
Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is
© ID.nl
Huis

Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is

QD-OLED is steeds vaker terug te vinden in gamingmonitoren. Waar deze techniek eerst vooral was voorbehouden aan het hogere segment, zie je steeds vaker in modellen die voor een veel bredere groep gamers betaalbaar zijn. De vraag is natuurlijk of je dat verschil in beeldkwaliteit ook echt merkt tijdens het spelen. In dit artikel lees je hoe QD-OLED werkt en wanneer je het verschil in de praktijk merkt.

In dit artikel

In dit artikel lees je wat QD-OLED precies is en waarom deze schermtechniek vooral bij gamen zichtbaar voordeel biedt. We leggen uit hoe QD-OLED verschilt van traditionele lcd-panelen, wat je merkt bij snelle actie en donkere scènes, en hoe het zit met helderheid, HDR en reflecties. Ook besteden we aandacht aan burn-in en de beschermingsmechanismen die moderne QD-OLED-monitoren gebruiken. Tot slot lees je voor welk type gamer QD-OLED het meest geschikt is en wanneer een Mini-LED-monitor een logisch alternatief kan zijn.

Lees ook: Lcd versus oled: wat is het verschil en welke televisie moet je kiezen?

Wat QD-OLED anders maakt

Een traditioneel LCD-paneel werkt met achtergrondlicht dat door meerdere lagen heen moet voordat je een beeld ziet. Dat kost tijd en maakt dat zwart nooit volledig zwart wordt. QD-OLED laat die tussenlagen achterwege. Elke pixel geeft zelf licht en schakelt onafhankelijk van de rest. Daardoor reageert het beeld direct. De quantum-dot-laag zet het blauwe OLED-licht om in diepe en zuivere kleuren. Het voelt alsof je condens van een raam veegt: zodra de waas verdwijnt, zie je het beeld helder en zonder vertraging.

©ID.nl

Vloeiende beelden bij snelle actie

Die directe pixelreactie merk je vooral wanneer je snelle spellen speelt. Omdat pixels vrijwel meteen overschakelen naar een nieuwe kleurstand, blijven objecten die over het scherm vliegen scherp in beeld. In shooters, racespellen en andere games waarbij snelheid telt, bijvoorbeeld voetbalgames, ontstaat daardoor een rustiger beeld met minder bewegingsonscherpte. Je ogen hoeven zich minder vaak aan te passen. Daardoor raken ze minder snel vermoeid en houd je makkelijker overzicht, ook wanneer je langere tijd achter elkaar speelt.

©ID.nl

Zicht in donkere scènes

QD-OLED blinkt uit in donkere scènes. Pixels die geen licht hoeven te geven, staan volledig uit en leveren een diep zwart dat je bij LCD-panelen zelden ziet. Doordat heldere elementen hier direct naast kunnen staan zonder dat ze licht lekken, ontstaat een sterk contrast dat schaduwen en lichte accenten duidelijker scheidt. Daardoor verdwijnen grijze waasjes in schaduwhoeken en blijven contouren van objecten helder zichtbaar. Vooral in stealth-games, horrorspellen en shooters waarin je tegenstanders soms alleen als silhouet ziet, levert dat een tastbaar voordeel op.

©ID.nl

Kleurrijk zonder overdrijven

De quantum-dot-laag zorgt voor een breed kleurbereik waardoor lichteffecten, huidtinten en subtiele schaduwen goed zichtbaar blijven. Veel QD-OLED-monitoren tonen kleuren standaard wat verzadigd, vooral in de felste modi. In een sRGB- of filmmodus wordt het beeld zachter en natuurgetrouwer, wat beter aansluit bij fotobewerking en dagelijks gebruik. Zodra je de juiste modus gebruikt, lopen kleuren vloeiend in elkaar over en blijven ze gelijkmatig, terwijl uitgesproken elementen zoals neon en magie juist duidelijk opvallen. Dat merk je niet alleen in games, maar ook wanneer je foto's bewerkt of films kijkt.

Helderheid en HDR in perspectief

QD-OLED heeft op het gebied van helderheid flinke stappen gezet ten opzichte van eerdere OLED-generaties. In HDR-games kunnen lichte delen krachtig oplichten zonder dat fel zacht of dof oogt; explosies, glinsteringen op water en fel tegenlicht komen daardoor beter tot hun recht. Toch is het goed om te weten dat deze techniek niet alle beperkingen wegneemt. De helderheid van QD-OLED hangt sterk af van de schermvulling. Bij SDR (standaard dynamisch bereik, het normale helderheidsniveau voor dagelijkse pc-taken) op een volledig wit scherm ligt de helderheid meestal rond de 200 tot 250 nits. Bij kleinere, heldere onderdelen kan dit oplopen richting 400 tot 500 nits. In HDR kunnen pieken van 1000 tot 1300 nits worden bereikt, maar die waarden gelden vooral voor kleine accenten en niet voor het hele scherm. Mini-LED-monitoren houden hogere helderheidsniveaus langer vast, wat in fel verlichte kamers zichtbaar voordeel geeft in extreme highlights. QD-OLED compenseert veel daarvan met perfect zwart, waardoor het contrast wel krachtig blijft (zie ook kader QD-OLED versus Mini-LED) .

Reflecties in daglicht

De meeste QD-OLED-monitoren hebben een glanzende afwerking. Dat helpt bij de kleurweergave en het contrast, maar maakt het paneel gevoeliger voor reflecties bij daglicht. Daarnaast ontbreekt een polarisatiefilter. Daardoor kunnen zwartwaarden in fel licht een paarse of grijze waas krijgen: het diepe zwart wordt zichtbaar opgelicht, meer dan bij een gewone spiegeling. Dat drukt het contrast in een goed verlichte kamer en kan afleiden bij gamen. Gebruik je de monitor vooral in een donkere of gelijkmatig verlichte ruimte, dan speelt dit nauwelijks. In kamers met veel direct zonlicht of grote ramen komt een matte Mini-LED-monitor daarom vaak rustiger over.

©ID.nl

Minimale inputvertraging

Naast de snelle pixelreacties is ook de invoervertraging laag. Moderne QD-OLED-modellen reageren direct op elke muisbeweging en elke controlleractie. Vooral in competitieve shooters is dat een voordeel, omdat elke handeling zonder merkbare vertraging op het scherm verschijnt. 

QD-OLED versus Mini-LED

QD-OLED en Mini-LED worden vaak naast elkaar genoemd, maar het zijn fundamenteel verschillende technieken. QD-OLED is zelflichtend: elke pixel geeft zijn eigen licht en kan volledig uit. Dat levert perfect zwart, zeer snelle pixelreacties en sterk contrast op, wat vooral bij games met veel beweging en donkere scènes zichtbaar voordeel geeft.

Mini-LED is een verfijnde vorm van LCD. Het paneel gebruikt duizenden kleine leds als achtergrondverlichting die in zones worden gedimd. Daardoor kan een Mini-LED-scherm hoge helderheid over grote delen van het scherm vasthouden, wat prettig is in fel verlichte kamers en bij HDR met veel lichtaccenten. Zwart is hierbij wel afhankelijk van lokale dimming en nooit volledig uitgeschakeld zoals bij OLED.

Kort gezegd blinkt QD-OLED uit in contrast, snelheid en beeldrust in donkere omgevingen, terwijl Mini-LED praktischer is bij veel omgevingslicht, wanneer dezelfde elementen of onderdelen langdurig in beeld staat en als hoge helderheid belangrijk is.

Burn-in en levensduur

Burn-in blijft bij elke OLED-variant een punt van aandacht, al zijn moderne QD-OLED-schermen duidelijk verder dan eerdere generaties. Ze gebruiken meerdere beschermingsmechanismen die de belasting door statische beelden beperken. Voor normaal gamegebruik werkt dat in de praktijk goed en blijft het risico klein.

Dat neemt niet weg dat enige nuance op zijn plaats is. Gebruik je een monitor dagelijks vele uren voor taken met veel vaste elementen, zoals spreadsheets, fotobewerkingspanelen of het steeds terugkerende HUD van één game, dan is de kans op inbranden groter dan bij LCD- of Mini-LED-panelen. Afwisseling in wat je op het scherm toont en af en toe even pauze nemen helpt om het paneel langer in goede staat te houden. Even pauze nemen is ook voor jezelf goed trouwens!

Wat voor beschermingstechnieken kun je tegenkomen?

Wat is het?Wat doet het?
Screensaver (schermbeveiliging)Dimt het scherm bij langdurig stilstaand beeld en herstelt de helderheid automatisch zodra er weer beweging is, om inbranden te voorkomen.
Pixel orbiting (pixelverschuiving)Verschuift het beeld continu minimaal op pixelniveau zodat vaste elementen nooit exact op dezelfde plek blijven staan.
Pixel refresh (pixelverversing)Start een onderhoudscyclus waarbij het paneel zichzelf corrigeert om slijtage en beginnende inbranding te verminderen.
Auto Warning (automatische waarschuwing)Geeft na een bepaalde gebruiksduur automatisch een melding om een pixel refresh uit te voeren.
Logos protection (logobescherming)Herkent vaste logo's in beeld en verlaagt daar lokaal de helderheid om inbranden te beperken.
Boundary dimmer (randdimming)Dimt automatisch delen van het scherm met zwarte balken of sterke helderheidsverschillen, bijvoorbeeld bij afwijkende beeldverhoudingen.
Taskbar dimmer (taakbalkdimming)Verlaagt specifiek de helderheid van de taakbalk om langdurige statische weergave op die plek te beperken.
Thermal protection (thermische beveiliging)Past de helderheid automatisch aan wanneer de monitor te warm wordt, om oververhitting en paneelslijtage te voorkomen.

©AGON by AOC

AGON by AOC PRO OLED AG276QKD2

Voorbeeld: bescherming in de praktijk

Veel QD-OLED-monitoren combineren verschillende beschermingsmechanismen om het risico op burn-in te beperken. In onderstaande tabel zie je bijvoorbeeld wat je kunt vinden in een aantal recente modellen uit de AGON PRO line-up van AOC. Je kunt al deze functies zelf in- en uitschakelen en je kunt de intensiteit ervan aanpassen. Dat betekent dat je zelf kunt bepalen hoe sterk de bescherming is.

Techniek ⬇ / Model ➡AG276QKD2AG276UZDAG346UCDAG276QZD2
Screen saverJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / Fast
Pixel orbitingJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / Strong
Pixel refreshJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Auto WarningJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Logos ProtectionJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2
Boundary dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Taskbar dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Thermal protectionJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / On

Voor wie QD-OLED vooral interessant is

Gamers die veel snelle actie spelen, halen het meeste uit QD-OLED. De voordelen van de techniek zijn in elk genre zichtbaar, maar vallen vooral op in shooters en racespellen, waar tempo en directe reacties tellen. Ook filmische games die sterk leunen op licht-donkercontrasten winnen zichtbaar aan sfeer en detail.

Conclusie

QD-OLED combineert diepe zwartwaarden met snelle pixelreacties en een breed kleurbereik. Dat zorgt voor een vloeiend beeld in snelle games en meer overzicht in donkere scènes. HDR komt overtuigend tot zijn recht, al blijven Mini-LED-schermen beter overeind bij zeer hoge helderheid en fel daglicht. Inbranden blijft een punt van aandacht wanneer hetzelfde element lange tijd in beeld staat, maar moderne modellen beschikken over uitgebreide beschermingsmaatregelen. Voor veel gamers is QD-OLED daarmee een goede keuze: snel, sfeervol en klaar voor de komende jaren.

QD, OLED en QD-OLED

OLED
Elke pixel geeft zelf licht. Daardoor zijn zwartwaarden diep en schakelt het beeld snel. Geschikt voor gaming en films, met aandacht voor burn-in bij langdurig statisch beeld.

QD (Quantum Dots)
Quantum dots zetten licht om in pure, heldere kleuren. Ze worden ingezet om kleurvolume en helderheid te verbeteren.

QD-OLED
Combineert de zelflichtende OLED-pixelstructuur met een quantum-dot-laag. Je krijgt diepe zwarttinten, snelle reactie en een breed kleurbereik. Het is een balans tussen snelheid, helderheid en kleurprecisie die goed aansluit bij moderne games.