ID.nl logo
6 tips om je was sneller te drogen in de winter
© 2010, Mitja Mladkvic, All Rights Reserved
Huis

6 tips om je was sneller te drogen in de winter

Doordat het 's winters kouder is, droogt de was een stuk minder snel. Er zijn gelukkig verschillende trucs die je kunt toepassen om het droogproces gedurende de winterperiode iets te versnellen. Uiteraard kun je ook de droger gebruiken, maar dat kan vanwege de hoge energiekosten flink in de papieren lopen en bovendien is niet elk kledingstuk geschikt voor de wasdroger.

Dit artikel in 20 seconden:

  • Drogerballen verkorten de droogtijd met 25 procent
  • Extra centrifugeren zorgt voor minder vochtige was
  • Je kunt vocht met een handdoek uit (wollen) kleding rollen
  • Ook interessant: Wat is de meest energiezuinige droger?

Tip 1: Gebruik drogerballen

Gebruik je toch graag de droger? Probeer dan eens drogerballen. Dat zijn duurzame wollen ballen die de droogtijd met zo’n 25 procent verkorten doordat ze de luchtcirculatie in de droger verbeteren. Bovendien maken drogerballen de was zachter, kreukvrij en minder statisch. Een ander voordeel van wollen drogerballen is dat ze een antibacteriële werking hebben. Zo zorgen ze er bijvoorbeeld voor dat haren van huisdieren zich niet aan je fris gewassen kleding hechten.

Voor een optimaal resultaat gebruik je de drogerballen als volgt:

  1. Plaats de drogerballen samen met je kleding in de droger. Zorg ervoor dat de ballen vrij tussen de kleding kunnen bewegen, zodat ze de lucht goed kunnen laten circuleren.
  2. Stel de droogtijd in, afhankelijk van het soort kleding dat je droogt.
  3. Start de droger en laat hem draaien tot de kleding droog is.
  4. Als de droger klaar is, haal je de kleding en de ballen eruit. Je kunt de ballen weer opbergen tot de volgende keer dat je ze nodig hebt.

Drogerballen kunnen enkele jaren meegaan, afhankelijk van hoe je ze bewaart en hoe intensief ze worden gebruikt. Over het algemeen wordt aangeraden om ze op een droge plek te bewaren voor een optimale levensduur.

©Ramona Heim

Je kunt drogerballen bij verschillende winkels kopen, zoals drogisterijen en supermarkten. Ook online is het aanbod groot, zoals hier bij Amazon.

Tip 2: Gebruik een handdoek

Heb je een wollen trui gewassen? Daar blijft doorgaans veel vocht in zitten en wollen kleding kun je bovendien beter niet in de wasdroger doen (tenzij je de trui een maat of tien kleiner wilt hebben). Rol de trui daarom zo strak mogelijk in een (droge) handdoek en rol hem vervolgens weer uit. De handdoek neemt een groot deel van het vocht uit de trui op. Herhaal dat met een droge handdoek tot de trui droog genoeg is om aan het droogrek te hangen.

Mocht je de droger toch willen gebruiken, gebruik dan een speciaal wolprogramma. Daarnaast kun je ervoor kiezen om een droge handdoek bij je natte was in de droger te doen. De droge handdoek neemt eveneens vocht op en zal op die manier de droogtijd verkorten. 

Tip 3: Kies het juiste wasprogramma

Het gekozen wasprogramma is van grote invloed op de droogtijd van de was. Zo doe je er goed aan om je was voldoende te centrifugeren. Bij centrifugeren kun je vaak kiezen uit verschillende toerentallen: 1200, 1400 of 1600 toeren per minuut. Een hoger toerental levert over het algemeen een drogere was op, maar verbruikt wel meer energie.

Als het wasprogramma is voltooid, doe je er goed aan om de wasmachine een extra rondje te laten centrifugeren. Dat zorgt ervoor dat de was minder vochtig uit de wasmachine komt en dus minder droogtijd nodig heeft. Uiteindelijk is een keer extra centrifugeren altijd voordeliger dan de droger langer laten draaien.

Daarnaast kun je voor een kortere wascyclus kiezen. Door deze te verkorten, blijft er minder vocht achter in de kleding, waardoor de droogtijd eveneens wordt verkort.

©Goffkein - stock.adobe.com

Ook lezen: Zo werkt centrifugeren (en zo kies je altijd het juiste toerental)

🔴 Tip! Houd er rekening mee dat het juiste wasprogramma afhankelijk is van het soort kleding dat je droogt. Het is verstandig om de wasvoorschriften op het kledingstuk te lezen voordat je het in de wasmachine of droger doet.

Tip 4: Gebruik je droogrek goed

Schijnt het zonnetje jouw huis in? Dan doe je er goed aan om het wasrek lekker midden in het zonlicht te plaatsen. Hierdoor droogt de was in no time! Heb je een (hout)kachel? Maak daar dan nuttig gebruik van door het wasrek er pal voor te zetten. Wellicht een open deur, maar door de warmte van de kachel droogt de was een stuk sneller. Houd voor de veiligheid wel wat afstand tussen de kachel en het droogrek.

Houd trouwens ook voldoende ruimte tussen alle kledingstukken aan het wasrek, met name bij wat dikkere kleding. Natte kledingstukken die te dicht op elkaar hangen drogen een stuk langzamer. Een oplossing hiervoor is het gebruik van een gespannen waslijn in plaats van een wasrek. Draai je wekelijks veel wasjes, waardoor je vaak zowel ruimte als tijd tekort hebt? Dan kan een elektrisch droogrek een uitkomst zijn. Doordat een elektrisch droogrek zo’n 15 tot 20 graden warmer is dan de temperatuur in huis, is de was veel sneller droog.  

©Bacho Foto - stock.adobe.com

Tip 5: Gebruik voor binnen een luchtontvochtiger

Als het buiten slecht weer is, zit er niks anders op dan je kleding binnenshuis te laten drogen. Zorg er dan wel voor dat er voldoende frisse lucht is. Als je de ramen namelijk potdicht houdt, zal de luchtvochtigheid in huis alleen maar toenemen en duurt het dus juist langer voordat je kleding droog is.

Daarbij ligt de kans op schimmelvorming ook nog eens op de loer. Voor je eigen gezondheid wil je dat uiteraard voorkomen. Een handige tip hiervoor is een luchtontvochtiger. Deze zorgt niet alleen dat de lucht standaard minder vochtig is, het helpt dus ook om je kleding sneller te laten drogen.

Luchtontvochtiger nodig?

Hier vind je ze in alle soorten en maten?

Kies je ervoor om een luchtontvochtiger te gebruiken? Houd dan rekening met het volgende: 

  1. Plaats de luchtontvochtiger in de ruimte waarin je de was wilt drogen.
  2. Zet de luchtontvochtiger aan voordat je de was gaat wassen, zodat alvast een gedeelte van het vocht uit de lucht is verwijderd voordat je de was gaat drogen.
  3. Maak het waterreservoir regelmatig leeg.

Tip 6: Hang de was gewoon buiten - óók in de winter!

Veel mensen gaan ervan uit dat wasgoed in de vrieskou buiten niet kan drogen. Toch is het tegenovergestelde waar: door een scheikundig fenomeen – sublimatie genoemd – waarbij een stof de vloerbare fase overslaat, is vrieskou juist ideaal om je wasgoed 's winters sneller droog te krijgen. Dankzij sublimatie bevriezen de waterdruppels uit je natte wasgoed om vervolgens te verdampen. Zo blijft er al snel geen vocht meer achter in je fris gewassen kleding. 

©schankz - stock.adobe.com

🔴 Tip! Voelen je handdoeken hard aan na het drogen aan het wasrek, maar gebruik je de droger liever niet? Doe ze na het drogen aan het wasrek tien minuutjes in de droger, dan worden ze een stuk zachter. Lees ook ‘Vijf misverstanden over zuinig wassen’.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
D-Link brengt twee nieuwe producten voor mobiel internet uit
© D-link
Huis

D-Link brengt twee nieuwe producten voor mobiel internet uit

D-Link heeft twee nieuwe apparaten aangekondigd voor gebruikers die onderweg, thuis of op tijdelijke locaties een snelle en stabiele internetverbinding nodig hebben: de DWM-222W 4G LTE AX300 Wi-Fi 6 USB-adapter en de F518 5G NR AX1800 Wi-Fi 6 mobiele hotspot.

De DWM-222W is een compacte, lichtgewicht USB-adapter die direct toegang geeft tot mobiel internet via 4G LTE. Het apparaat biedt downloadsnelheden tot 150 Mbps en uploadsnelheden tot 50 Mbps. Dankzij Wi-Fi 6-technologie kunnen maximaal acht apparaten tegelijkertijd verbinding maken met snelheden tot 286 Mbps. De adapter heeft een ingebouwd simkaartslot en interne antennes, evenals WPA3-beveiliging en een ingebouwde firewall voor goede bescherming. Door de USB plug-and-play-functionaliteit is het een praktische oplossing voor reizigers, studenten en thuiswerkers die snel en eenvoudig internet nodig hebben.

De F518 hotspot gaat verder door 5G-internet te combineren met Wi-Fi 6 AX1800. Met downloadsnelheden tot 2,6 Gbit/s en ondersteuning voor maximaal zestien gelijktijdige verbindingen is dit apparaat geschikt voor intensieve toepassingen zoals HD-streaming, online gaming en professionele videoconferenties. De F518 heeft een 8000 mAh-batterij die tot zestien uur meegaat en kan ook dienst doen als powerbank via de USB-C Power Delivery-poort. Hiermee kunnen smartphones, tablets en andere apparaten worden opgeladen terwijl de hotspot in gebruik is.

Beide nieuwe producten zijn ontworpen met het oog op flexibiliteit en betrouwbaarheid. Ze kunnen dienen als noodoplossing bij internetproblemen, als veilige verbinding tijdens zakenreizen of als tijdelijk netwerk voor een evenement. De DWM-222W USB-adapter en de F518 mobiele hotspot zijn nu verkrijgbaar in Europa via onder meer Kieskeurig.nl.

.

▼ Volgende artikel
Zelf animaties maken in 2D: (veel) makkelijker dan je denkt!
Huis

Zelf animaties maken in 2D: (veel) makkelijker dan je denkt!

Of het nu voor presentaties, wenskaarten, avatars, reels, stickers of video's zijn, met 2D-animaties breng je alles tot leven. In dit artikel maak je kennis met een paar toegankelijke en overwegend gratis tools waarmee je snel leuke animaties kunt maken.

Wat gaan we doen?

We helpen je op weg met een aantal populaire en laagdrempelige programma's voor het maken van 2D-animaties. We beginnen met PowerPoint, creëren basisanimaties met Krita, Pencil2D en Pivot Animator, en tonen je ook even wat mogelijk is met AI-gestuurde video-animaties.

Lees ook: 4 daadwerkelijk handige AI-functies voor je smartphone

✍🏻 PowerPoint

PowerPoint: animatiepad

Zolang je het subtiel houdt, kan een kleine animatie in je presentatie een leuke gimmick zijn. We starten met PowerPoint, omdat veel mensen Microsoft Office gebruiken. We tonen eerst hoe je eigen animatiepaden gebruikt.

Ga naar Invoegen / Afbeeldingen / Online afbeeldingen, kies bijvoorbeeld Dieren en klik eventueel op het filtericoon om alleen Illustraties te tonen. Selecteer een figuur, plaats die op je dia en ga naar Animaties. Open het Animatiedeelvenster, klik op Animatietoevoegen en scrol naar Animatiepaden, waar je Aangepast kiest. Teken met de muis het gewenste bewegingspad, dat je ook deels buiten het zichtbare diagebied kunt laten lopen.

Bekijk het resultaat via de knop Afspelen vanaf. Dubbelklik op de animatie in het deelvenster en stel effecten in zoals Einde stuiteren, Automatisch omkeren of Geluid (bij Ander geluid kies je een eigen wav-bestand). Op het tabblad Tijdsinstelling kun je onder meer de duur instellen (standaard 2 seconden). Bevestig met OK.

De kip, al kakelend op (animatie)pad.

PowerPoint: morphing

Morphing is een techniek die dicht tegen animatie aan leunt: je laat objecten vloeiend overgaan van de ene naar de andere dia.

Plaats een afbeelding op een dia, rechtsklik op de miniatuur en kies Dia dupliceren. Selecteer de tweede dia en verplaats of schaal de afbeelding, of pas de kleur aan (bijvoorbeeld via Afbeeldingsindeling /Kleur).

Open het tabblad Overgangen en kies Morphing bij Overgang naar deze dia. Bekijk het resultaat. Wil je de animatieduur aanpassen, selecteer dan opnieuw de tweede dia en stel op het tabblad Overgangen een andere duur in bij Tijdsinstellingen.

✍🏻 Krita

Krita: achtergrondlaag maken

Voor we met specifieke animatietools aan de slag gaan, tonen we hoe je met veelzijdige teken- en schilderprogramma's ook leuke 2D-animaties maakt. We gaan hier uit van het uitstekende gratis, opensource Krita (beschikbaar voor meerdere platformen). Download en installeer de software, en start deze op.

Ga naar Bestand, kies Nieuw en stel een geschikte afbeeldingsgrootte en resolutie in. Bevestig met Aanmaken. Open daarna het tabblad Venster en kies Werkruimte /Animation om de juiste vensters te laden.

Stel dat je een tekening, zoals een stripfiguur, over een realistische achtergrond wilt laten bewegen. Selecteer dan via de Verkenner een geschikt afbeeldingsbestand (bijvoorbeeld een foto), versleep dit naar het canvas en kies Als nieuwe bestandslaaginvoegen. In het Lagen-venster (links) zie je dat dit op de Achtergrond-laag terechtkomt. Klik op het hangslotje om deze laag vast te zetten.

De (fotorealistische) achtergrond voor onze animatie staat klaar in Krita.

Krita: figuur maken

Nu plaats je een animatiefiguur op de achtergrond. Dat kan op twee manieren: zelf tekenen of importeren.

Wil je zelf tekenen, maak dan eerst een extra laag aan: klik op het pijlknopje naast de plus linksonder in het Lagen-venster en kies Tekenlaagtoevoegen. Gebruik daarna de knoppenbalk om aan de slag te gaan met penseel, vrij pad, Bezierkromme of geometrische figuren. Je kiest de kleuren in het Palet-venster.

Wil je een bestaande figuur gebruiken (zoals een AI-gegenereerde Ghibli-animatie), dan importeer je deze eenvoudig. In het kader Transparantie lees je hoe je een storende achtergrond verwijdert. Versleep het bestand met de animatiefiguur naar het canvas en kies deze keer Als nieuwe laag invoegen. Dubbelklik op de laag en geef bijvoorbeeld de naam Animatiefiguur.

Wat je op deze laag tekent of invoegt, kun je altijd aanpassen. Gebruik de selectiegereedschappen rechts op de knoppenbalk: je kunt met de vrije hand rond een figuur tekenen (met Ctrl+Shift+A verwijder je een selectie). Klik op de knop Transformeer eenlaag of selectie om te positioneren en schalen. Houd hierbij de Shift-toets ingedrukt om de geometrische verhoudingen te bewaren. Je kunt ook specifieke delen selecteren en die verwijderen met de Delete-toets, of je gebruikt de knop Gum-modusinstellen en 'tekent' met de gum.

De animatiefiguur is optimaal geschaald en gepositioneerd.

Krita: animatie

Tijd om de figuur te animeren via de Tijdlijn van animatie onderaan. Selecteer de laag met de animatiefiguur en rechtsklik op het oranje vakje op frame 0. Kies Blanco frame aanmaken. Rechtsklik dan op frame 1 en kies Gedupliceerde frame aanmaken. Beide frames bevatten nu dezelfde grafische inhoud. Je kunt ook Vasthoudframes kiezen om de figuur meerdere frames lang te behouden.

Om de figuur te verplaatsen in frame 2, selecteer je dat frame en gebruik je de Transformeer-knop zoals eerder beschreven. Je herhaalt dit op frame 3, 4 enzovoort om de beweging voort te zetten.

Klik op het lamp-icoontje links van frame 0 om de functie 'onion skin' te activeren. Gebruik je daarna de afspeelknoppen bovenaan de tijdlijn, dan zie je de vorige frames in oranje en de volgende in groen. Dit helpt om de beweging precies af te stemmen.

Je kunt ook animeren door delen van de figuur te wissen en met het penseel een aangepaste vorm te tekenen. Of door bijvoorbeeld onderdelen een andere kleur te geven.

Sla je project regelmatig op als Krita-document (*.kra).

Met 'onion skin' kun je ook het beeld van de vorige en volgende frames zien.

Transparantie

Stel, je hebt een leuk figuurtje gevonden voor je animatie, waarschijnlijk in jpeg of png. Helaas zit er een storende achtergrond(kleur) op. Die kun je makkelijk verwijderen met het gratis Paint.net.

Start de tool en open het afbeeldingsbestand. Gebruik een geschikte selectietool om ongewenste vlakken te verwijderen, zoals de rechthoek of lasso. Houd Ctrl ingedrukt om meerdere vlakken tegelijk te selecteren, of Alt om delen van een selectie te verwijderen.

Bestaat de achtergrond grotendeels uit één kleur, gebruik dan de toverstaf om die in één keer te selecteren. Met de schuifknop bij Tolerantie bepaal je hoe nauwkeurig de kleur gekozen wordt.

Druk op Delete om de selectie te verwijderen en transparant te maken. Bewaar de afbeelding als png, omdat dit formaat met transparantie overweg kan.

Met het gratis Paint.NET kun je ongewenste vlakken makkelijk transparant maken.

Krita: export

Is je animatie klaar, dan wil je die natuurlijk in een geschikt formaat bewaren. Open Bestand en kies Animatie renderen. Geef het eerste en laatste frame op. Je zou kunnen kiezen voor Als afbeeldingensequentie exporteren, maar dan krijg je elk frame als apart afbeeldingsbestand (je kiest zelf het type), wat waarschijnlijk niet de bedoeling is.

Kies daarom Als video exporteren en stel het gewenste formaat in bij Renderen als. Je hebt keuze uit onder meer Matroska-video, MPEG4-video, WebM Video, maar ook GIF-afbeelding of Geanimeerde PNG-afbeelding.

Via het knopje met de drie puntjes open je meer opties. Geef ook de gewenste breedte en hoogte op, en stel de snelheid in via FPS (frames per seconde).

Je kunt voor een klassieke gif-animatie gaan, maar net zo goed voor een video.

✍🏻 Pencil2D 

Pencil2D: interface

Een tool als Krita is ideaal als je animatie wilt combineren met eigen digitale schilderwerk en soortgelijke creaties. Heb je een eenvoudigere animatie voor ogen, dan kun je beter kiezen voor een intuïtieve animatietool als het gratis en opensource Pencil2D Animation (beschikbaar voor Windows, macOS en Linux).

Pak het zip-bestand uit en start het portable pencil2d.exe. Open het menu Vensters en vink bij voorkeur alle opties aan. Linksonder op de Timeline kun je via de groene plusknop meerdere lagen toevoegen: Bitmap (voor pixeltekeningen), Vector (voor strakke lijnen), Camera (voor zichtveldbeweging) en Geluid (voor audio). Net boven de tijdlijn vind je het fps-veld, waarin je de afspeelsnelheid van de frames instelt (bijvoorbeeld 12 fps).

We houden het hier eenvoudig: we tekenen zelf een achtergrond (zoals een straat) en laten daarop een fotorealistische afbeelding (zoals een auto) bewegen.

Weet dat je met de Hand-tool het canvas kunt verschuiven en dat je met het scrolwiel snel kunt in- en uitzoomen.

De interface van Pencil2D oogt best overzichtelijk, met onderaan de typische tijdlijn met lagen en frames.

Pencil2D: frames

We starten met de achtergrond. Kies eerst Nieuwe vectorlaag of Nieuwe bitmaplaag. Vector is geschikt voor strakke lijnen zonder kartelranden bij uitvergroting, bitmap gebruik je als je kleurrijke of lossere figuren wilt tekenen. Het is ook mogelijk je vectorfiguren op een afzonderlijke bitmaplaag in te kleuren.

Afhankelijk van het laagtype maak je de achtergrond met tools als Pencil, Pen, Polyline, Brush of PaintBucket.

Klaar? Maak dan een nieuwe bitmaplaag voor je animatiefiguur. Je kunt bijvoorbeeld een foto importeren met transparante achtergrond (zie ook kader Transparantie). Ga naar Bestand / Importeren / Afbeelding en kies bijvoorbeeld Center of canvas (0,0).

Om de afbeelding te schalen, trek je een kader met de Select Tool en gebruik je de Move tool om het object te verplaatsen en te schalen (houd Shift ingedrukt om de verhoudingen te behouden).

Selecteer de figuur en kies Bewerken / Kopiëren (Ctrl+C) om deze te kopiëren. Klik op het groene plusknopje bij Keys (boven de tijdlijn) en selecteer het tweede frame op de laag met je figuur. Je ziet nu dat de figuur uit frame 1 half transparant wordt. In het venster Onion Skins (linksonder) klik je op het rode lampje om eerdere frames rood te tonen, en op het blauwe om latere frames blauw te tonen.

Plak met Ctrl+V het object in frame 2 en verplaats en/of schaal het naar wens. Bevestig met Enter. Herhaal dit voor de volgende frames tot je animatie klaar is.

Een achtergrond uit de losse pols, met een auto in beweging.

Pencil2D: audio en export

Je kunt ook geluid aan je animatie toevoegen. Kies daarvoor eerst Nieuwegeluidlaag. Selecteer deze laag en haal een kort audiofragment op via Bestand / Importeren /Geluid. Een geschikt bestand vind je mogelijk op een site als FreeSound (aanmelden vereist).

De audio strekt zich vaak over te veel frames uit, maar bij Bereik, net boven de tijdlijn, bepaal je eenvoudig het begin- en eindframe.

Is alles in orde, ga dan naar Bestand en kies Exporteren. Je kunt kiezen uit opties als Film en Animated GIF, al dan niet met ingeschakelde loop. Bij beide kun je eronder ook de resolutie en het framebereik instellen.

De vector- en bitmap-animatie mét geluid als mp4-videobestand, in VLC media player.

✍🏻 Pivot Animator

Pivot Animator: achtergrond toevoegen

De gratis tool Pivot Animator is te leuk om niet even kort voor te stellen. Hiermee maak je animaties met grappige stokfiguren. We gaan uit van versie 5. Op de site vind je overigens ook handleidingen. Klik tijdens de installatie op Skip All om extra software te vermijden. Stel bij de eerste opstart de taal in, waaronder Dutch. Je ziet meteen een poppetje, maar dat kun je verwijderen met het rode kruisje.

Laten we eerst een achtergrond toevoegen. Ga naar Bestand, kies Achtergrond laden en selecteer een geschikt afbeeldingsbestand (bijvoorbeeld een AI-gegenereerde afbeelding). Klik daarna op Dia toevoegen om een extra frame te maken.

Klik nu op Plaats figuur en sleep dit via het oranje draaipunt naar de gewenste beginpositie, of gebruik de pijltoetsen. Met de Alt-toets kun je een rood draaipunt gebruiken om de figuur te schalen of te roteren rond dat punt. Houd je Ctrl ingedrukt, dan maak je een lijnsegment korter of langer. Bevestig met Dia toevoegen.

De achtergrond en de figuur bevinden zich elk op een ander frame (dia).

Pivot Animator: animatie

Je kunt ook extra figuren toevoegen en met Ctrl+A of door een rechthoek rond de figuren te tekenen alles in één keer selecteren en verplaatsen. Via de knopjes links plaats je geselecteerde figuren meer naar de achtergrond of voorgrond (houd Ctrl ingedrukt om dit per laag te doen).

Rechts van dit venster pas je met een schuifknop de transparantie aan. Je vindt er ook knoppen om een figuur te verwijderen, te centreren, te kopiëren of te plakken. Met het potloodicoon open je een dialoogvenster waarin je een figuur volledig zelf samenstelt, bewerkt en bewaart voor hergebruik. We hebben helaas niet de ruimte om hier verder op in te gaan. Klik telkens op Dia Toevoegen om de aangepaste situatie in een nieuw frame op te slaan.

Wil je niet telkens zelf de tussenliggende frames tekenen, maak dan één frame met de beginpositie en één met de eindpositie. Selecteer het beginframe en stel linksboven het aantal gewenste inbetweens in (ook zichtbaar via het knopje op de groene lijn rechts van het miniatuurframe). De app berekent dan automatisch de tussenframes, wat voor een vloeiendere (en tragere) beweging zorgt.

Om je animatie op te slaan kies je Bestand / Exporteren. Je kunt exporteren als Animated GIF of Video. Vul een naam in, klik op Opslaan en stel in het dialoogvenster opties in als hoogte, loop, videoformaat en bitrate. Bevestig met Export: de poppetjes gaan aan het dansen.

Laat tussenliggende frames door de app berekenen via 'inbetweens'.

🤖 AI: animatie

We hebben al een paar keer vermeld hoe je AI kunt gebruiken bij het maken van 2D-animaties. Hier leggen we kort uit hoe je dat aanpakt.

Begin met een AI-chatbot als Grok of ChatGPT. We nemen ChatGPT als voorbeeld. Meld je aan, klik op het plus-knopje en kies Uploadenvanaf computer. Verwijs naar een afbeelding waarop bijvoorbeeld twee personen duidelijk zichtbaar zijn. Tik onder de geüploade foto je prompt in, bijvoorbeeld: 'Maak een leuke Ghibli-anime van deze beide personen, waarbij beiden hand in hand wandelen op een bosweg'. Bevestig met Enter. Klik na afloop op het pijlknopje rechtsboven de afbeelding en bewaar deze als png-bestand.

Van echte foto naar Ghibli-plaatje met één prompt.

🤖 AI: van plaatje naar animatie

Ga nu naar Pixverse AI. Maak een gratis account aan en meld je aan. In het venster onderaan klik je (bij Image or Text) op het afbeeldingsicoon en verwijs je naar de Ghibli-afbeelding op je pc. Vul hiernaast een prompt in als: 'Beide figuren wandelen hand in hand over de bosweg, richting camera. Met de vrije hand wuiven beide personen tijdens de wandeling.' Klik op de Create-knop rechtsonder en houd de muisaanwijzer over het resultaat. Eventueel kun je in het linkervenster Auto Sound inschakelen en het gewenste geluid omschrijven (bijvoorbeeld 'Vogelgezang'). Bevestig nogmaals met Create voor de aangepaste animatie. Klik op het resultaat: via de Download-knop haal je deze op (met watermerk in de gratis versie).

Van Ghibli-plaatje naar geanimeerde video met één prompt.

Ook leuk: ouderwets tekenen

Heb jij nog kleurpotloden in huis?