ID.nl logo
De multimeter: spannender dan je denkt!
Huis

De multimeter: spannender dan je denkt!

Een multimeter is een meter die meerdere elektrische grootheden kan meten en is een noodzakelijke tool voor veelvoorkomende klusjes in en om het huis. Daarbij geldt dat je niet per se een duur professioneel model hoeft aan te schaffen; ook een budgetexemplaar van de bouwmarkt kan al een prima hulpmiddel zijn.

In dit artikel leer je:

  • Wat een multimeter is
  • Dat je deze vooral veel gebruikt voor het meten van (net)spanningen
  • Dat je met een huis-tuin-en-keukenmultimeter om veiligheidsredenen beter geen aan de netspanning gerelateerde stromen kunt meten
  • Dat je de weerstandsmeetfunctie kunt gebruiken om bijvoorbeeld draadbreuken in losgekoppelde snoeren te zoeken
  • Dat de multimeter goed van pas komt voor het meten van de uitgangsspanning van netadapters

Ook lezen: Wondermiddel: ook hier kun je WD-40 voor gebruiken!

Vermijd de stroomsterktefunctie (A)

Een multimeter is een apparaat waarmee je in elk geval de (net)spanning kunt uitlezen, weerstand kunt meten en desgewenst stroomsterkte meet. Dat laatste is – zeker als het gaat om netspanning – vaak niet iets dat je veel zult doen. Bij goedkopere meters kun je deze functie in combinatie met netspanning het best helemaal vermijden; de kans is namelijk groot dat de budget-multimeter niet of niet goed op deze taak berekend is.

TIP! Wil je echt serieus stroom en vermogen meten, dan zijn daar andere gespecialiseerde meters als bijvoorbeeld een stroomtang voor.

Goedkope multimeters kennen vaak een beperkt stroomsterktebereik, in dit geval alleen gelijkspanning.

Wat is de waarde van de netspanning in mijn huis?

In principe zijn multimeters zowel met analoge als digitale uitlezing verkrijgbaar, maar tegenwoordig is het eigenlijk vooral digitaal wat de klok slaat. Logisch, want makkelijk uit te lezen. Met de nauwkeurigheid is het meestal prima in orde, al moet je je bedenken dat het voor de netspanning niks uitmaakt of je meter een volt te veel of te weinig aangeeft. Wat je in je achterhoofd moet houden, is dat de nominale netspanning in Nederland (en de andere EU-landen) 230 volt bedraagt. Kijk echter niet vreemd op als daar behoorlijke schommelingen in zitten, variërend van 220 tot 240 volt met af en toe een uitschieter naar boven of wat naar beneden.

Multimeter kopen?

Kijk hier voor de beste deals!

Dat wordt pas zorgwekkend als die pieken of dalen langdurig optreden. Heb je bijvoorbeeld zonnepanelen op het dak liggen, dan bestaat de kans dat de netspanning oploopt naar waarden boven de 250 volt en soms zelfs over de 260 volt kruipt. Dat laatste is zeker niet goed, zeker als dat langer dan een paar minuten duurt. Zie jij op je multimeter continu waarden van boven de 250 volt, dan is het tijd om eens contact op te nemen met de energieleverancier. Zij kunnen de wijktransformator anders instellen en daarmee de nominale spanning wat omlaag schroeven.

TIP! Het gevaar van een continu te hoge netspanning is dat erop aangesloten apparaten extra warmte ontwikkelen, waardoor ze uiteindelijk sneller slijten. Bij oudere apparaten die nog voor 220 volt zijn ontwikkeld, is het risico daarop nog groter. Ook bestaat daar de kans op doorslag van elektronische onderdelen als condensators.

©Allard1

Zonnepanelen kunnen op een zonnige dag voor een flink hogere en soms simpelweg veel te hoge netspanning in huis zorgen.

Hoe meet je de netspanning?

Hoe je de netspanning meet? Allereerst schakel je de multimeter in. Vervolgens zet je de draaischakelaar op het AC-bereik (wisselspanning). Let op: bij de goedkoopste meters moet je dat meetbereik zelf instellen. Let op dat je niet een te laag spanningsbereik kiest; in het beroerdste geval is het dan einde oefening voor de multimeter. De net iets slimmere autorange-meter kiest zelf z’n bereik. Even goed in de handleiding nalezen dus welk type multimeter je hebt, zeker als je nog nooit eerder met zo’n apparaat hebt gewerkt.

Controleer ook of je niet per ongeluk het stroombereik (A: ampėre) hebt gekozen. In dat geval blaas je sowieso de zekering(en) in de meter op, en mogelijk is de schade onherstelbaar (zeker bij de budgettypen). Je moet echt de spanning hebben (V). In het geval van netspanning kies je het hoogst beschikbare bereik.

Vervolgens prik je de meetpennen in een stopcontact. Daarbij is het weer even opletten: veel stopcontacten beschikken over een kinderbeveiliging. In dat geval moet je beide pennen precies tegelijk naar binnen duwen, waarbij het niet uitmaakt in welke gaten je de rode of zwarte meetpen prikt. Als het goed is, zie je nu op het display van de multimeter een gemeten spanning verschijnen. Meet op deze manier verschillende stopcontacten in huis.

Er kunnen verschillen zijn, afhankelijk van welke fase voor welke groep in huis is gebruikt. Bij gebruik van zonnepanelen kunnen deze waarden wederom behoorlijk verschillen. Het zijn de uitschieters naar boven die je een tijdje of op gezette tijden (vooral zonnige dagen) moet monitoren.

TIP! Maak je een fout en klapt er iets in de meter, trek dan zo snel mogelijk de meetpennen uit het stopcontact (of van een ander spanningsvoerend object). Check wel eerst of deze niet heel heet worden, om verbrandingen te voorkomen. In het ergste geval is ook een gang naar de meterkast noodzakelijk, om een zekering te vervangen of terug te zetten.

Links een budgetmultimeter van de bouwmarkt, rechts een professionele multimeter. Laatstgenoemde meet wisselspanning op een geavanceerder en nauwkeurige manier, wat de verschillen verklaart.

Meet met verstand

De voltmeter in onze multimeter komt ook van pas bij het meten in lasdozen of uit het plafond stekende draden. Vanzelfsprekend geldt dat je daarbij nooit een ongeïsoleerd stuk kabel moet aanraken. Dat kan immers tot een levensgevaarlijke schok leiden. Werk rustig, laat je niet afleiden en dubbelcheck voordat je de meetpennen in contact brengt met de te meten kabels of contacten.

Meet altijd met beide meetpennen contact makend; laat nooit één meetpen in het stopcontact (of ander spanningsvoerend onderdeel) steken terwijl de andere kabel los ligt. Die pen beetpakken kan afhankelijk van de situatie een dodelijke schok geven. Werk in principe ook liever niet alleen aan een netspanningsvoerende installatie. Gaat er iets mis en krijg je een schok, dan is er altijd iemand die hulp kan bieden.

TIP! Veel goedkope bouwmarktmeters zijn niet bijzonder goed beveiligd en geïsoleerd. Pas met zulke apparaten op bij het meten in vochtige ruimtes en gebruik ze liever ook niet buiten voor het meten van netspanningen. Een paar druppels water kunnen voor gevaarlijke situaties zorgen. Meet ook nooit in de regen, met welke meter dan ook!

Zorg dat altijd beide meetpennen van je multimeter contact maken en laat er nooit één bungelen. Allebei niet aangesloten is uiteraard ook prima.

Weerstandsmeting, op zoek naar de kabelbreuk

Een veel veiliger meetfunctie is de weerstandsfunctie. Deze komt goed van pas om even na te gaan hoe een (nog niet aangesloten!) schakelaar precies schakelt. Ook netsnoeren zijn snel door te meten met de weerstandsfunctie: nagenoeg 0 Ohm is oké, oneindig hoog is een kabelbreuk.

Heb je geluk, dan heeft jouw multimeter een buzzerfunctie. Piepen betekent een doorgang, geen piep geen verbinding. Belangrijk: gebruik de weerstandmeetfunctie (R) nooit en te nimmer op spanningsvoerende onderdelen. Deze stand is echt en alleen bedoeld voor het meten van losgehaalde en volledig van de netspanning (of welke andere spanning ook) gehaalde elektrische onderdelen.

TIP! Check bij tijd en wijle de batterij van je multimeter. Is deze leeg, dan valt er niks meer te meten. Is hij bijna leeg, dan kunnen meetwaarden niet meer kloppen.

Sommige multimeters beschikken samen met de weerstandsmeter ook over een buzzer (en zoals deze soms ook over een lampje), waarbij geldt: piep = verbinding.

Nooit hoogspanning meten

Gebruik multimeters nooit voor het meten van hoogspanningen, tenzij heel uitdrukkelijk is aangegeven dat ze daarvoor gemaakt zijn en je precies weet wat je doet. Even de magnetron uit elkaar halen en de meetpennen van een reguliere multimeter op de verkeerde plek koppelen kan tot absoluut levensgevaarlijke situaties leiden. Niet doen dus.

Een multimeter is een prima hulpmiddel voor werk aan de elektrische huisinstallatie, maar net als met elk stuk gereedschap moet je wel de werking ervan kennen en de bijbehorende veiligheidsmaatregelen in acht nemen. Laat een multimeter daarom nooit in huis rondslingeren; kinderen doen graag na wat ze volwassenen zien doen. En dat kan heel vervelende gevolgen hebben.

TIP! Bewaar de multimeter bij voorkeur op een voor kinderen onbereikbare plek, in een afgesloten kast waarin je ook ander elektrisch gereedschap bewaart.

Een multimeter is geen kinderspeelgoed!

Laagspanning: check die adapter

Waar een multimeter tot slot ook uitstekend voor van pas komt, is het meten van netspanningsadapters. En daarmee bedoelen we de ‘blokjes’ en dergelijke die je in het stopcontact prikt. Het is vooral de uitgangsspanning die hierbij onze aandacht verdient. Op de adapter staat de uitgangsspanning vermeld. Denk aan 5 volt, 9 volt, 12 volt enzovoort. Meestal is het gelijkspanning (DC), soms wisselspanning (AC).

Stel de bereikschakelaar van de multimeter in op een waarde die de uitgangsspanning van de netadapter makkelijk aan kan, waarbij je even moet opletten of je DC of AC kiest. Prik de adapter in het stopcontact en houdt de pennen tegen de laagspanningsstekker die uit de adapter komt. Klopt de gemeten spanning met de aangegeven waarde, dan is de adapter in orde. Klopt die waarde niet of wijkt deze sterk af? Tijd voor een nieuwe adapter! Komt er helemaal geen spanning uit, dan kan ook de kabel of de plug gebroken zijn.

TIP! Meet je helemaal niks in het DC-bereik, dan heb je mogelijk een AC-adapter te pakken. Kwestie van de keuzeschakelaar in de juiste stand draaien.

▼ Volgende artikel
Dit zijn dé BBQ-trends voor 2025: van oervuur tot slimme grills
© Halfpoint
Huis

Dit zijn dé BBQ-trends voor 2025: van oervuur tot slimme grills

Natuurlijk, een kipsateetje of hamburger blijft het goed doen op de barbecue. Maar wie meer wil, kan zich vast helemaal vinden in de barbecue-trends die dit jaar populair zijn. Van koken op open vuur tot wereldsmaken: de barbecue verandert mee met de tijd – en dat proef je.

Barbecue-trends 2025 in het kort: ♨️ Koken op open vuur ♨️ Technologie op de grill ♨️ Wereldsmaken op het rooster ♨️ Duurzamer barbecueën ♨️ Meer plantaardig op de grill ♨️ Zoete afsluiters

Lees ook: Houtskool, elektrisch, gas of kamado: welke barbecue past bij jou?

Koken op open vuur

Barbecueën zonder poespas wint terrein. Terug naar het vuur, letterlijk. Steeds meer mensen kiezen voor koken op hout of houtskool, zonder gas of stekkers. Het vraagt wat oefening, maar geeft een intense smaak en een ambachtelijke sfeer. Denk aan gietijzeren pannen boven smeulende kolen of een stuk vis in een zelfgebouwde vuurplaats. Oergezellig én smaakvol.

Technologie op de grill

Aan de andere kant zie je ook het tegenovergestelde: hightech barbecues met wifi, apps en automatische temperatuurregeling. Vooral pellet grills zijn in trek. Die gebruiken houtpellets als brandstof en houden de temperatuur constant, zodat je rustig achterover kunt leunen. Ideaal voor wie wil grillen zonder stress, maar wel met smaak.

De skillet doet volop mee Een skillet is een zware gietijzeren pan met een steel, zonder antiaanbaklaag. Je gebruikt 'm rechtstreeks op het rooster van je barbecue of in het vuur. Door het dikke materiaal blijft de hitte lang hangen en gaart alles gelijkmatig. Deze pan is inmiddels vaste prik bij veel buitenkoks. In 2025 zie je 'm vaker, juist omdat hij zo goed past bij de trend van vuurkoken en gevarieerder grillen. Groenten, kazen, eieren of desserts? In een skillet lukt het allemaal, zonder dat je iets tussen het rooster verliest. Hij houdt de warmte lang vast, kan direct in het vuur en gaat jarenlang mee. Functioneel én duurzaam.

©Aleksei Isachenko

Wereldsmaken op het rooster

De barbecue wordt steeds internationaler. Klassiekers als saté en hamburgers maken ruimte voor gerechten met een twist. Spareribs met gochujang, geroosterde aubergine met tahin, of kip met ras el hanout. Deze mix van keukens levert verrassende combinaties op – ga vooral lekker experimenteren!

Duurzamer barbecueën

Ook bij de barbecue zie je dat duurzaamheid steeds belangrijker wordt. Houtskool uit verantwoord bosbeheer, minder wegwerpartikelen en vaker lokaal en seizoensgebonden inkopen. Herbruikbare accessoires vervangen aluminium bakjes en houten prikkers. En wie kiest voor plantaardige gerechten, verkleint zijn ecologische voetafdruk nog verder.

Skillet nodig?

Bekijk het aanbod

Meer plantaardig op de grill

Barbecueën zonder vlees is allang geen uitzondering meer. Groenten krijgen een hoofdrol: bloemkool, maïskolven, paddenstoelen, paprika, allemaal gaan ze direct op het rooster of in een gietijzeren schaal. Vleesvervangers zijn er in alle soorten en smaken, van burgers tot worstjes. De barbecue wordt daardoor breder inzetbaar – ook als je geen vlees eet.

©sai-chan

Zoete afsluiters

Tot slot: desserts van de barbecue. Gegrilde ananas, gebakken banaan of marshmallows tussen twee biscuitjes (s'mores). Ook cakes of broodpudding in een skillet doen het goed. Daarmee sluit je een barbecue niet alleen warm, maar ook origineel af.

S'mores van de barbecue Leg per persoon twee biscuitjes klaar, een stuk chocolade (bijvoorbeeld melk of puur) en een grote marshmallow.

  1. Rooster de marshmallow boven de barbecue tot hij goudbruin en zacht is.
  2. Leg een stukje chocolade op een biscuitje.
  3. Zet de warme marshmallow erop en dek af met het tweede biscuitje.
  4. Druk licht aan zodat de chocolade smelt.
  5. Even laten afkoelen (voor zover je dat redt), en genieten maar. Je kunt de chocolade ook vervangen door bijvoorbeeld een karamelsnoepje of een lik hazelnootpasta.

Conclusie

In 2025 barbecue je minder op routine en meer met aandacht. Dat kan met een zelfgestookt vuurtje of een slimme grill, zolang het maar draait om smaak, delen en ontdekken!

▼ Volgende artikel
Altijd een frisse vaatwasser: zo houd je 'm schoon, fris en in topvorm!
© Andrey Popov
Huis

Altijd een frisse vaatwasser: zo houd je 'm schoon, fris en in topvorm!

De vaatwasser is je trouwe keukenmaatje. Dag in, dag uit maakt hij pannen, glazen en borden blinkend schoon. Maar wie zorgt er eigenlijk voor hem? Een beetje liefde en onderhoud doet wonderen: je vaat blijft fris, je machine gaat langer mee én je voorkomt nare geurtjes. Met deze simpele tips blijft je afwasmachine in topconditie.

Als je een echt schone vaat wil, moet de vaatwasser zelf natuurlijk ook schoon zijn. In dit artikel lees je:

  • Hoe vaak je de vaatwasser zou moeten schoonmaken
  • Welke middelen je hiervoor kunt gebruiken
  • Waarom je niet altijd voor een verkort programma moet kiezen

Lees ook zeker even: Wat is een slimme vaatwasser en wat kun je ermee?

Elke dag verdwijnt er van alles in de vaatwasser: vet, etensresten, kalk, noem maar op. Vooral het filter en de afvoer krijgen het zwaar te verduren. Draai je vaak korte of lauwe programma's, dan hoopt vuil zich nóg sneller op, met doffe glazen of een vieze geur als gevolg. Daarom is regelmatig schoonmaken bepaald geen overbodige luxe. Zo houd je het bij:

  • Wekelijks: filter schoonmaken onder de warme kraan.

  • Elke twee tot drie maanden: een heet programma draaien zonder vaat.

  • Per kwartaal: rubbers goed schoonboenen.

  • Twee keer per jaar: sproeiarmen loshalen en reinigen.

©Lazy_Bear - stock.adobe.com

Het filter: de stille held van je vaatwasser

Het filter is dé plek waar alle etensresten samenkomen. En net als het zeefje in je gootsteen moet ook dit onderdeel regelmatig worden geleegd. Klik het filter eruit, verwijder alle viezigheid en spoel het ten slotte grondig af onder heet water. Een beetje afwasmiddel erbij kan geen kwaad. Binnen een minuut gefixt, en je voorkomt bovendien verstoppingen en nare luchtjes.

Af en toe flink heet spoelen

Die snelle Eco-stand is handig, maar niet altijd afdoende. Draai daarom om de paar maanden een leeg programma op de hoogste temperatuur. Zo los je vetresten op die zich anders aan de wanden hechten. Wil je extra grondig te werk gaan? Giet dan wat schoonmaakazijn op de bodem en leg een paar schijfjes citroen in het bestekmandje. Daarna gewoon de machine zijn werk laten doen.

Liever geen azijn? Dan is baking soda een goed alternatief. Let wel op: een klein theelepeltje in het zeepbakje is genoeg. Te veel soda kan de rubbers aantasten.

©Lazy_Bear - stock.adobe.com

Sproeiarmen schoonmaken: zo gepiept

Zit er plotseling nauwelijks nog kracht achter de waterstralen? Grote kans dat een van de sproeiarmen verstopt zit. Meestal heeft je vaatwasser er twee: eentje onderin en eentje onder het bovenste rek. Je haalt ze los door ze iets in te duwen en naar links te draaien, maar check bij twijfel vooral even de handleiding.

Spoel de sproeiarmen af onder de kraan en prik eventuele verstoppingen open met een satéprikker. Zijn ze erg vies? Laat ze dan een uurtje weken in heet water met wat soda.

Rubbers: vaak vergeten, maar o zo belangrijk

De rubbers rondom de deur zijn een broedplaats voor viezigheid. Tussen de plooien kunnen zich etensresten, schimmels en bacteriën ophopen – en dat ga je op den duur ruiken. Bovendien kunnen versleten of vieze rubbers gaan lekken.

Maak de rubbers schoon met een warm sopje van afwasmiddel en water. Een doekje werkt prima, maar voor de kleine kiertjes is een oude tandenborstel ideaal. Vermijd agressieve middelen: die tasten het rubber aan, en dan ben je nog verder van huis.

©Kislev | Julia - stock.adobe.com

Vergeet de zijkanten van de deur en de rubbers niet schoon te maken.

Mocht je toch op zoek zijn naar een nieuwe vaatwasser, dan kun je uiteraard terecht bij de bekende webwinkels.