ID.nl logo
Zo plaats je jezelf voor elke achtergrond
© PXimport
Huis

Zo plaats je jezelf voor elke achtergrond

Een persoon, dier of voorwerp netjes uit een foto snijden, is een lastige klus. Zelfs als je de beste fotobewerker in huis haalt, blijft het een hoop gedoe. Je moet goed weten hoe je dat aanpakt. Maar wat ook kan, is dit monnikenwerk uitbesteden aan een onlinedienst die hierin is gespecialiseerd en automatisch werkt.

Heb je een foto waarop jij, een vriend(in) of een familielid leuk in beeld staat, maar ben je niet tevreden over wat er op de achtergrond is te zien? Of wil je een mooie foto waarop alleen een (huis)dier of voorwerp staat? Dan kun je overwegen om dure software te kopen en je te verdiepen in geavanceerde fotobewerkingstechnieken. Maar dan nog is het een rotklus om de voorgrond nauwkeurig uit een foto te lichten, zonder dat er spoortjes van de achtergrond achterblijven. Gelukkig is er nu een website die dit allemaal automatisch voor je regelt. Zonder enige voorkennis, zonder software te kopen én zonder enige inspanning. En de resultaten? Die zien er verbluffend goed uit! Hoe pak je dit aan?

Remove background

Je zoekt naar een leuke foto met een persoon, dier of voorwerp en bezoekt de website www.remove.bg. Daar klik je op Upload Image (of sleept de foto ernaartoe) en zodra de upload is afgerond begint het zware werk. Nou ja, voor de slimme software dan, want zelf leun je lekker achterover. Een paar seconden maar, want dan is het eindresultaat al op je scherm te bewonderen. Vraag ons niet hoe het kan, maar jij, iemand anders, je huisdier of een voorwerp is binnen luttele seconden keurig netjes uitgesneden en er is geen spoortje meer te bekennen van de omgeving. Hoe leuk is dat! Om te zien hoe goed het gelukt is, wissel je links boven de voorbeeldweergave tussen Original en Removed Background.

Daarna haal je met een klik op Download het resultaat op lage resolutie binnen, of je klikt op Download HD voor een beeld op hoge resolutie. Natuurlijk heeft de tweede optie onze voorkeur, maar helaas kun je dat maar één keer doen. Niet dat je hetzelfde trucje niet bij nog meer foto’s mag uithalen, maar dan is het alleen niet meer gratis. Gelukkig is de prijs dan nog steeds goed te overzien. Zeker als je een stapeltje foto’s onder handen wilt nemen (zie kader ‘Op maat gesneden’). Download je foto’s wel altijd binnen een uur, want zolang blijven ze beschikbaar op de website.

©PXimport

Op maat gesneden

Heb je één foto met een storende achtergrond? Dan heb je geluk, want één uitgesneden foto mag je helemaal gratis downloaden in de hoogste resolutie. Daarna mag je onbeperkt foto’s op lage resolutie downloaden via de website. Dan hebben we het over ongeveer een kwart megapixels (ongeveer 625 × 400 pixels), wat vaak nog wel te doen is voor een profielfotootje. Leuker is het natuurlijk om je foto’s op hoge resolutie uit te snijden. Gelukkig kan dat zonder je spaarvarken kapot te slaan. Eén foto kost namelijk 1,99 euro. Of 0,90 eurocent om tien foto’s uit te snijden. Hoe meer foto’s, hoe goedkoper het wordt. Misschien kun je het samen met iemand doen? Daarnaast, omdat je een tegoed in credits koopt, hoef je niet meteen je foto’s uit te snijden. Voor (zakelijke) grootverbruikers is een abonnement een voordelige keuze. Je leest alles over de kosten bij Pricing in de menubalk van de website.

©PXimport

Nieuwe achtergrond

Je kunt nog veel meer doen met je uitgesneden foto, dus klik ook weer niet te snel op de downloadknop. Klik maar eens in de rechterbovenhoek van de uitgesneden foto op Edit en daarna op Preview of High-Res, al naar gelang welke versie (resolutie) je wilt hebben.

Via tabblad Background kun je nu een leuke nieuwe achtergrond toevoegen. Dus in plaats van in een saaie woonkamer of kantoorruimte, sta je dan ineens midden in een prachtig landschap, op een tropisch eiland of zie je de skyline van een wereldstad achter je. Onder het kopje Photo kies je zo’n leuke achtergrond uit. Je ziet de uitgesneden persoon (dier of voorwerp) samen met elke achtergrond als miniatuur, dus dat maakt het kiezen lekker makkelijk. Klik gerust op een paar veelbelovende achtergronden om ze in het groot te bewonderen.

Sommige achtergronden zijn nogal kleurrijk en een beetje druk. Dat eist al snel alle aandacht op. Dat los je op door terug naar boven te bladeren en bij het onderdeel Blur (boven de onderdelen Photo en Color) de achtergrond in een bepaalde mate te vervagen. Hierdoor verleg je de aandacht weer naar de persoon, het dier of voorwerp op de voorgrond. Heb je geen achtergrondje uitgekozen? Dan vervaag je via Blur de omgeving uit jouw originele foto. Hiermee krijg je ongeveer hetzelfde effect als met de zogeheten portretstand van moderne smartphones, waarbij de achtergrond softwarematig wordt vervaagd.

©PXimport

Kleurtje of eigen foto

In plaats van een andere achtergrond in je foto plaatsen of de originele te vervagen, kun je ook voor een egaal gekleurde achtergrond gaan via tabblad Color. Behalve de standaardkleuren die je meteen kunt aanklikken, mag je een volledig eigen kleur instellen via het eerste vakje waarin je een matrix van zestien kleurtjes ziet.

Heb je zelf een foto met de ideale achtergrond op je computer staan? Nou, dan gebruik je die toch, in plaats van de standaardachtergrondjes van de website! Links bovenin bij de achtergronden klik je in dat geval op Select Photo om jouw eigen achtergrondfoto te uploaden. Met een foto van een mooi landschap of een toeristische hotspot, maak jij vanaf nu de prachtigste ansichtkaarten. Of fotografeer iets in kerstsfeer en maak je eigen kerstkaarten. Of draai een fraaie uitnodiging voor zoiets als een verjaardag, feestje of jubileum in elkaar (zodra dat straks allemaal weer mogelijk is).

©PXimport

Templates

Het zit een beetje verstopt op de website, maar ga je helemaal naar beneden, dan kun je via Tools & API, Design Templates jezelf of iemand anders in een wenskaart plaatsen, professioneel ogende productfoto’s en autofoto’s maken. Je kunt zelfs een oersaaie lucht in een vastgoedfoto vervangen door een schitterende wolkenlucht. Je kies een template, wijst een foto van het juiste type aan, voegt een logo of tekst toe en de rest gaat weer helemaal vanzelf.

©PXimport

Bijpunten

Hoewel de website wonderbaarlijk goed is in foto’s uitsnijden, lukt het soms niet voor de volle honderd procent. In een brillenglas zie je dan bijvoorbeeld nog wat restjes achtergrond. Mocht dit gebeuren, dan schakel je op de Edit-pagina van tabblad Background over naar tabblad Erase / Restore. Zie je nog ergens restjes van de achtergrond uit de originele foto? Dan klik je op Erase, stelt een penseelgrootte in via Brush Size en klikt op het storende plekje of schildert er overheen.

Andersom kan het zijn dat een stukje van het onderwerp is aangezien voor de omgeving en er dus een hap uit een persoon, dier of voorwerp is gehaald. In dat geval klik je op Restore en tover je het missende puzzelstukje alsnog tevoorschijn met je muis. Het is wel een vrij basale manier van bijwerken, waardoor ingewikkelde correcties vrij lastig zijn om uit te voeren. Daar is een fotobewerker, zoals Photoshop, dan weer geschikter voor.

Gaat de reparatie niet helemaal naar wens, dan kun je jouw wijzigingen weer ongedaan maken met de cirkelvormige pijtjes rechtsboven de voorbeeldweergave, waarna je een nieuwe poging kunt wagen. Om te zien of het automatisch uitsnijden perfect is verlopen, scan je nauwgezet de contouren van de beelduitsnede. Dat lukt nog beter als je de zoomknopjes boven de voorbeeldweergave gebruikt. Let erop dat je een foto die je zelf bijwerkt meteen downloadt, al dan niet voorzien van een nieuwe achtergrond of achtergrondkleur. Want een zelf bijgewerkte foto ben je meteen weer kwijt, zodra je terugkeert naar de uploadpagina. Daar zie je helaas weer de automatisch uitgesneden versie. Het beste kun je dan ook eerst enkele varianten bewaren door een paar keer van achtergrond of kleur te wisselen, voordat je bewerkingspagina verlaat.

©PXimport

Lokaal afhandelen

Behalve foto’s via de website uitsnijden en ze eventueel van een nieuwe achtergrond voorzien, kun je via Tools & API in de menubalk een gratis programma downloaden (Windows, Mac en Linux) waarmee je lokaal aan de slag kunt. De verwerking gebeurt dan nog steeds online, maar je kunt wel op je gemak lokaal je foto’s toevoegen en ze zelfs allemaal tegelijk in één grote batch automatisch laten uitsnijden. Dat is ideaal als je grote hoeveelheden foto’s onderhanden wilt nemen. Om het programma te gebruiken moet je wel even een account aanmaken. Dat kan via de website met de knop Login / Sign up, of zodra je het programma voor de eerste keer gebruikt.

Je wijst een of meerdere foto’s aan, geeft onder de fotolijst bij Change to aan of je een transparante achtergrond wilt hebben, een gekleurde of dat je van een van de vele templates wilt gebruikmaken (zie het kader ‘Templates’). Verder geef je bij Output size aan of je een gratis preview of de volledige resolutie wilt hebben.

Bij Output Folder, waar de resultaten moeten worden opgeslagen, klik je rechtsonder op Start. Bewerk jij jouw foto’s doorgaans met Photoshop, zet dan eerst een vinkje bij Photoshop file voordat je op de startknop drukt. Want dan worden er aanvullend psd-bestanden opgeslagen waarin lagen en maskers zitten. Daarmee kun je de uitsnede ook zelf nog bijwerken. Zelfs met de gratis previews kan dit! Dit is vooral handig als het automatisch bijsnijden niet helemaal naar wens is verlopen. Tot slot is op de website nog een plug-in beschikbaar onder Tools & API, waarmee je foto’s rechtstreeks vanuit het programma Photoshop kunt uitsnijden en het resultaat ook weer aanpasbaar is.

©PXimport

Achtergrond uit video

Niet alleen bij foto’s is het een heel karwei om een persoon of object vrijstaand te maken zoals dat heet. Bij video speelt precies hetzelfde en is het zelfs nog een graadje ingewikkelder om dat helemaal zelf te doen. Goed nieuws, want laat er sinds kort een website zijn waarmee je ditzelfde trucje met video’s uithaalt: www.unscreen.com. Je gaat ongeveer hetzelfde te werk als op www.remove.bg. Zo tover je makkelijk en snel een saai (thuis)kantoor of andere omgeving in een keer weg. Of je vervangt het door een mooiere achtergrond uit weer een andere (eigen) video.

▼ Volgende artikel
10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen
© Mustafa_Art
Huis

10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen

Een robotstofzuiger scheelt flink wat werk, maar alleen als je hem goed gebruikt. Wie er net een in huis heeft, merkt al snel dat hij niet alles vanzelf doet. En ook als je al langer een robotstofzuiger gebruikt, valt er vaak nog winst te halen. Met deze tien praktische tips werkt je robotstofzuiger beter – en hoef jij minder te doen!

In het kort

Een robotstofzuiger kan je flink wat werk uit handen nemen, maar alleen als je hem goed gebruikt. Met deze 10 slimme tips werkt hij beter, blijft hij langer mee gaan en past hij zich aan jouw huishouden aan. Van zones instellen tot onderhoud: zo maak je er écht een huishoudhulp van.

Lees ook: Hier moet je op letten wanneer je een robotstofzuiger wilt kopen

1. Laat hem eerst je huis leren kennen

Veel robotstofzuigers kunnen een plattegrond van je woning maken. Dat kost eenmalig wat tijd, maar levert daarna veel gemak op. Tijdens zo'n verkenningsronde reinigt hij meestal nog niet, maar scant hij alleen. Geef hem de ruimte en zorg dat er geen spullen over de vloer slingeren. Als de kaart eenmaal is aangemaakt, kun je zones instellen, schoonmaakschema's maken en no-go-gebieden markeren.

2. Zorg voor voldoende licht

Robotstofzuigers met optische sensoren hebben licht nodig om goed te navigeren. Als je hem 's avonds laat rijden terwijl de lampen uit zijn, herkent hij obstakels minder goed. Plan het schoonmaken liever overdag of laat een lamp aan in de ruimte waar hij aan het werk is. Als het apparaat regelmatig moeite heeft om meubels of muren goed te herkennen, komt dat mogelijk door te weinig licht.

Licht, laser & optische sensoren

De lichtbehoefte van robotstofzuigers verschilt sterk per navigatiesysteem. Modellen met LiDAR-technologie (lasernavigatie) werken uitstekend in het donker omdat ze zelf licht uitstralen om obstakels te detecteren. Camera-gebaseerde robots daarentegen zijn afhankelijk van omgevingslicht om hun omgeving te kunnen 'zien' en hebben problemen in donkere ruimtes. Goedkopere modellen met alleen infrarood- of aanrakingssensoren navigeren weliswaar zonder licht, maar werken veel minder nauwkeurig en rijden vaker tegen obstakels aan.

3. Stel schoonmaakzones en kamers in

In de app van de meeste modellen kun je na de kaartopbouw aangeven welke kamers of delen van het huis wanneer moeten worden schoongemaakt. Dat is handig als je bijvoorbeeld elke ochtend de gang en keuken wilt laten doen, maar de slaapkamers alleen op zaterdag. Door het schoonmaken slim te verdelen, werkt de robotstofzuiger efficiënter en hoeft hij tussendoor minder vaak op te laden.

©Wesley Akkerman | ID.nl

4. Gebruik virtuele afbakeningen waar nodig

Veel modellen bieden de mogelijkheid om virtuele grenzen aan te maken: gebieden waar de robotstofzuiger niet mag komen. Denk aan een speelkleed met speelgoed, een losse kabel achter de bank of een plek waar de vloer nat kan zijn. In plaats van zo'n verboden plek elke keer handmatig af te schermen, door er bijvoorbeeld iets voor te zetten, stel je die zones gewoon één keer digitaal in. Het apparaat houdt daar vanaf dan automatisch rekening mee en weet dat hij daar niet meer mag komen.

5. Dweilen? Wees voorzichtig met schoonmaakmiddelen

Kan jouw robotstofzuiger ook dweilen? Gebruik dan alleen het aanbevolen reinigingsmiddel of gewoon water. Veel gewone schoonmaakmiddelen zijn te sterk of laten resten achter, waardoor leidingen of sproeiers kunnen verstoppen. Sommige robotstofzuigers hebben een speciaal reservoir voor schoonmaakmiddel, maar dat geldt niet voor elk model. Iets om naar te kijken voordat je een robotstofzuiger gaat kopen.

6. Maak borstels, wieltjes en sensoren regelmatig schoon

Haren, stof en vuil hopen zich snel op rond de draaiende onderdelen van de robotzuiger. Vooral huisdierharen kunnen oor problemen zorgen. Maak elke week de hoofdborstel los, controleer de zijborstels en veeg vuil weg met een droge doek of meegeleverd hulpstuk. Vergeet ook de val- en navigatiesensoren niet: die kunnen door stof minder goed functioneren, wat de navigatie beïnvloedt.

©Vershinin Evgenii

7. Leeg het stofreservoir af en toe ook zelf

Veel robotstofzuigers hebben een zelflegende functie. Handig, maar ook dan is het slim om af en toe zelf te controleren of alles goed blijft werken. Het stofreservoir is meestal klein en raakt sneller verstopt dan je denkt. Leeg het na een paar schoonmaakbeurten, zeker als je merkt dat hij minder vuil opzuigt of als hij zelf aangeeft dat het reservoir leeg is, maar je toch nog stof en kruimels op de vloer ziet liggen.

8. Zet het laadstation op een vaste plek

Een robotstofzuiger onthoudt zijn omgeving en zoekt na elke beurt zijn laadstation op. Verplaats je dat station naar een andere plek, dan moet hij opnieuw leren waar hij zich bevindt. Zet het station dus op een centrale, bereikbare plek waar voldoende ruimte is en laat het daar staan. Zo voorkom je dat hij de weg kwijt raakt of fouten maakt bij het navigeren.

9. Pas op bij huisdieren

Een ongelukje van een huisdier kan vervelende gevolgen hebben als de stofzuiger erdoorheen rijdt. Laat hem daarom liever schoonmaken op momenten dat je huisdieren buiten zijn of je zeker weet dat de vloer schoon is. Zo voorkom je niet alleen vieze sporen, maar ook schade aan het apparaat en extra schoonmaakwerk achteraf.

©Надія Коваль - stock.adobe.com

10. Automatiseer waar het kan, maar houd controle

Robotstofzuigers zijn bedoeld om werk uit handen te nemen. Toch blijft het verstandig om regelmatig de app te openen, meldingen te controleren en updates uit te voeren. Soms kun je met een kleine aanpassing – zoals het verplaatsen van een kabel, het instellen van een extra schoonmaakbeurt op vrijdag – het resultaat flink verbeteren.

Robotstofzuiger klaar? Zuigen maar!

Het is simpel: hoe beter je robotstofzuiger weet wat hij moet doen, hoe beter hij zijn werk doet. Met deze tips zorg je ervoor dat dat het geval is. En ja, je moet zelf ook af en toe nog wat doen, zoals het stofreservoir controleren of dierenhaar uit de wieltjes te peuteren, maar dat kost hooguit een paar minuutjes van je tijd. Want je weet nu hoe je ervoor zorgt dat de omstandigheden zo goed mogelijk zijn én hoe je hem 'traint'. En daarmee komt hij dicht in de buurt van je ideale huishoudhulp!


🤖 🧹 Accessoires voor je robotstofzuiger?

Je vindt ze

▼ Volgende artikel
Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!
© andrey
Huis

Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!

Hoewel koken op gas voorlopig nog mag, is duidelijk dat de toekomst elektrisch is. Veel mensen stappen nu al over op elektrisch koken – vaak in combinatie met inductie. Ben jij toe aan een nieuwe kookplaat of wil je van het gas af? Dan is het goed om te weten hoe je zo’n elektrische kookplaat aansluit, waar je op moet letten en wanneer je beter een professional kunt inschakelen.

Na het lezen van dit artikel weet je:
  • Dat er 1-, 2- en 3-fase-aansluitingen en -kookplaten zijn
  • Hoe je met de multimeter bepaalt wat voor aansluiting jij hebt
  • Hoe je de elektrische kookplaat aansluit

Dit vind je vast ook interessant: Wat voor soort kookplaten zijn er?

Eén, twee of drie fasen: wat betekent dat?

In tegenstelling tot een gaskookplaat, die je simpelweg aan een gasaansluiting koppelt, is een elektrische kookplaat net iets technischer. Zo'n kookplaat kan worden aangesloten op één, twee of drie elektrische fasen. Welke van de drie je nodig hebt, hangt af van het vermogen van je kookplaat én van de aansluiting in je keuken.

Een 1-fase kookplaat is het eenvoudigst. Die werkt op een gewone stekker met twee pinnen, precies zoals je gewend bent van andere apparaten in huis. Deze modellen hebben een beperkt vermogen – maximaal 3680 watt – maar zijn vaak krachtig genoeg voor wie niet al te fanatiek kookt. Aansluiten is simpel: stekker erin en je kunt aan de slag.

Voor een 2-fase kookplaat heb je een zogenoemde perilex-stekker nodig, met vijf pinnen. Die zie je vooral bij iets krachtigere inductiekookplaten. Meestal worden dit soort kookplaten zonder stekker geleverd, en is het slim om een elektricien in te schakelen voor de installatie. Het benodigde vermogen ligt tussen de 3681 en 7360 watt.

Een 3-fase kookplaat vraagt nog meer stroom en werkt op krachtstroom. Ook hier gebruik je een perilex-stekker met vijf pinnen, maar je moet wel eerst controleren of je meterkast daar op is voorbereid. De aansluitwaarde ligt boven de 7360 watt en het is belangrijk dat de aansluiting klopt – anders werkt de kookplaat niet of loop je zelfs risico op overbelasting. Laat dit daarom bij voorkeur aan een vakman over.

©vectorizer88 - stock.adobe.com

Een kookplaat voor 1- en 2-fase

Je kunt ook kiezen voor een kookplaat met powermanagement. Dat is een kookplaat die je op een normaal stopcontact of op een perilex-stopcontact aansluit. Deze kookplaat kun je in de toekomst uitbreiden, als je dat wilt, maar hiervoor hoef je nu nog niet meteen de aanpassingen in de meterkast en aansluiting door te voeren. Als je wel de aanpassingen in de meterkast laat doen, heb je profijt van de kracht van een 2-fase kookplaat.

Hoe weet je welke kookplaat bij je keuken past?

Wat je kunt aansluiten, hangt af van het type stopcontact in je keuken. Heb je een standaard wandcontactdoos met twee gaten? Dan past daar alleen een 1-fase kookplaat op. Die worden meestal geleverd met stekker en snoer, zodat je hem meteen kunt gebruiken.

Zie je een perilex-stopcontact (met vijf gaten)? Dan is je keuken in principe geschikt voor een 2- of 3-fase kookplaat. Alleen weet je dan nog niet of je meterkast daadwerkelijk drie fasen aankan. Dat kun je op twee manieren controleren: met een multimeter of door in je meterkast te kijken.

Zo check je de aansluiting met een multimeter

Heb je een multimeter in huis? Dan kun je precies meten hoeveel fasen je aansluiting ondersteunt. Teken op een papier het patroon van het perilex-stopcontact en noteer per gat wat je meet. Prik met één pin in het middelste gat (de aarde) en meet met de andere pin de overige vier. Krijg je twee keer 230 volt en twee keer 0? Dan heb je een 2-fase aansluiting. Meet je drie keer 230 volt en één keer 0? Dan is het een 3-fase aansluiting. Label de gaten met ‘L’ voor stroom en ‘N’ voor nul, zodat je straks precies weet wat waar hoort.

©Dmitriy

Voordat je een kookplaat aanschaft, check je eerst de nismaat van je aanrechtblad. Meet met een rolmaat eerst de nis op in het aanrechtblad. Doe dit voor de breedte, de diepte en de hoogte. Komen de afmetingen niet overeen met de kookplaat die je graag wilt? Kijk dan of je het aanrechtblad kunt aanpassen.

Geen multimeter? Kijk in de meterkast

Heb je geen meetapparatuur? Dan kun je in de meterkast zien hoeveel fasen er beschikbaar zijn. Bij een 2-fase aansluiting zie je twee gekoppelde groepen met een hendel ertussen. Zie je vier gekoppelde groepen? Dan is er krachtstroom aanwezig en kun je dus ook een 3-fase kookplaat aansluiten – mits het stopcontact daar geschikt voor is.

©auremar

Zelf een kookplaat aansluiten

Ga je zelf aan de slag? Dan is het belangrijk dat je weet wat je doet. Elektriciteit is geen speelgoed, dus bij twijfel: bel een vakman. Heb je een 1-fase kookplaat met powermanagement die je op een normaal stopcontact wilt aansluiten? Dan moet je deze eerst correct instellen.

Leg om te beginnen een stuk piepschuim onder de kookplaat, zodat je hem veilig kunt omdraaien zonder krassen of barsten. Plak daarna de afdichtband rondom het apparaat, bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de glasrand. Begin aan de achterkant, zodat de naad niet in het zicht valt.

Open het aansluitcompartiment onder de kookplaat en controleer het aansluitschema dat daar staat. Gebruik de bijgeleverde bruggetjes om de juiste verbindingen te maken. Sluit het snoer aan: bruin op L, blauw op N en geelgroen op aarde. Zet het snoer vast met trekontlasting en sluit het klepje.

Draai nu de kookplaat weer om en steek de stekker in het stopcontact. Leg de kookplaat op z’n plek in het aanrechtblad. Houd de pauzeknop vijf seconden ingedrukt om het menu te openen. Zoek via de plusknop naar het onderdeel ‘PO’ (power) en stel het vermogen in op 3.7 in plaats van 7.4. Bevestig dit door de pauzeknop nog eens vijf seconden ingedrukt te houden. Je kookplaat is nu geschikt voor een standaard aansluiting.

Houd de stekker op de juiste positie tijdens het meten met de multimeter. Kijk hoe je de stekker in het getekende stopcontact zou steken, zodat je de juiste kleuren van de draden noteert op je tekening.

Een 2-fase kookplaat aansluiten: zo werkt het

Heb je een 2-fase kookplaat? Dan moet je eerst bepalen welke kleur draad bij welk contact hoort. Meet het snoer door met een multimeter, op de piepstand of op de Ohm-stand. Noteer welke draad bij welke stekkerpin hoort en gebruik die info bij het aansluiten.

Open vervolgens het aansluitvak onder de kookplaat en kijk welk aansluitschema je moet gebruiken. L1 en L2 koppel je aan de juiste stroomdraden, 01 en 02 aan de juiste nuldraad. Maak de trekontlasting los, sluit de draden aan zoals je eerder hebt gemeten, en zet alles weer stevig vast.

Steek daarna de stekker in het stopcontact en plaats de kookplaat netjes in het blad. Dankzij de afdichtband blijft alles goed op z'n plek. Zet vervolgens de kookplaat aan en test of alle kookzones werken. Krijg je een foutmelding? Dan is er waarschijnlijk iets misgegaan bij het aansluiten. Geen foutmelding? Dan is je kookplaat klaar voor gebruik.

©S.Engels

Het is gebruikelijk dat de pannen een licht tikkend of zoemend geluid maken tijdens het koken. Dit heeft te maken met het magnetisch veld van de kookplaat. Ruik je een vreemde geur na het installeren van de kookplaat? Dit is ook gebruikelijk en de geur trekt uiteindelijk weg.