ID.nl logo
Wij dompelden ons onder in de metaverse, dit is onze ervaring
© supamotion - stock.adobe.com
Huis

Wij dompelden ons onder in de metaverse, dit is onze ervaring

Het is alweer enige tijd geleden dat Facebook de naam in Meta heeft veranderd. Dat was niet voor niets. CEO Mark Zuckerberg gelooft er heilig in dat de metaverse onze toekomst is. In deze virtuele wereld dragen we slimme brillen waarmee we werken en afspreken met vrienden. We nemen een week lang de proef op de som.

In dit artikel nemen we je mee in een weekje metaverse. Auteur Bastiaan Vroegop heeft een week lang gewerkt en gegamed met de Quest 3 op zijn hoofd en deelt zijn bevindingen.

Lees ook: VR-y nice: op verkenning met de Meta Quest 3

Meta kocht enkele jaren terug het virtualreality-bedrijf Oculus. Dat is inmiddels hofleverancier van de Quest-brillen. De Meta Quest 3 is het nieuwste model dat op een paar fronten grote stappen maakt. Net als bij de voorganger is het een zelfstandige headset die zonder tussenkomst van pc of smartphone VR-apps en -games draait. Het compactere ontwerp maakt hem ergonomischer. Door de nieuwe chip is hij sneller en de speciale lenzen maken het scherm vele malen scherper.

De grootste belofte zit in de camera’s voorop: die laten in de virtualreality-bril de echte wereld zien. De Quest 2 kon dat ook, maar nu zie je jouw omgeving volledig in kleur. Het zorgt ervoor dat je apps in augmented reality (AR) kunt gebruiken of mixed reality, zoals Meta het zelf noemt. De Quest 3 toont virtuele objecten die in de ruimte zweven, terwijl je ook nog je gewone omgeving ziet. De echte en de virtuele wereld smelten op deze manier samen.

De Meta Quest 3 vertoont virtuele objecten in de echte wereld.

Licht nodig en stilzitten

Als je de Meta Quest 3 voor het eerst gebruikt, laat Meta je zien hoe de bril leuke games mogelijk maakt. De technologie leent zich ook perfect voor productiviteitsapps. Je kunt bijvoorbeeld een gigantisch groot computerscherm realiseren om op te werken. Tijdens een videocall projecteer je je collega’s in de kamer. Je kunt verder muzieknoten digitaal naar je piano laten zweven om zo een nummer te leren spelen.

De belofte is mooi. Bij een korte praktijktest werkt het ook aardig. De camera’s laten duidelijk je omgeving zien, als er tenminste genoeg licht is. In een donkere kamer wordt het beeld wat korrelig. Beelden neigen er ook naar wat in elkaar over te vloeien.

Een dieptesensor kijkt hoe ver weg objecten zijn om de realiteit zo goed mogelijk te tonen. De sensor maakt een dieptekaart, waar het camerabeeld vervolgens op wordt geplakt. Maar het kan soms een tel duren voordat die kaart helemaal klopt, terwijl het camerabeeld live wordt afgespeeld. Daardoor lijkt het alsof een object in de ruimte ineens van afstand verandert. Daar merk je weinig van als je gewoon stilzit en om je heen kijkt. Het is vooral merkbaar als je bijvoorbeeld met de bril op je neus door je huis rondloopt.

Met de app Piano Vision vliegen de virtuele noten naar je echte piano.

Apple Vision Pro

Het kan zijn dat bovenstaande technieken je bekend in de oren klinken. Er zijn tenslotte meerdere AR-bedrijven hiermee bezig en ook Apple kondigde dit jaar de Vision Pro aan. Dit is een bril die het vooral moet hebben van augmented reality. Apple liet zien hoe je met de Vision Pro onder meer op grote schermen je werk doet en films kijkt. Met de camera’s kun je speciale filmpjes maken en er is van alles mogelijk met allerlei apps.

Apple is niet het eerste bedrijf dat zich op augmented reality stort, maar de techreus staat er natuurlijk wel om bekend technologieën op de kaart te zetten. De smartphone en tablet kwamen pas van de grond toen Apple de iPhone en iPad toonden. Recentelijk lukte het Apple weer met de introductie van draadloze oordopjes. Dikke kans dat de Vision Pro ervoor gaat zorgen dat augmented reality serieuzer wordt genomen en veel meer mensen bereikt.

Die Apple-bril is in eerste instantie bedoeld voor een selecte groep, zo laat het leveringsgebied zien. In februari verschijnt de Apple Vision Pro eerst in de Verenigde Staten. Daarna volgt een kleine groep andere landen, waar Nederland niet tussen staat. Je kunt natuurlijk naar het buitenland gaan om er één te scoren, maar dan stuit je wel op de torenhoge prijs van 3.500 dollar. Vision Pro is duidelijk een luxeproduct, een alternatief voor de krachtige MacBook, als je die op het moment gebruikt. Voor alledaags gebruik is die prijs vermoedelijk lastig te rechtvaardigen, al willen wij de Vision Pro nog wel eens proberen.

Apple Vision Pro heeft een oledscherm waarop je ogen worden geprojecteerd. Daardoor kun je mensen gewoon aankijken.

Goedkoper alternatief

Op dat front biedt Meta een uitstekend alternatief. De Meta Quest 3 is in Nederland te koop en wordt aangeboden voor een zevende van de prijs. Je koopt de headset voor 550 euro. Daarbij is het wel verstandig om direct voor een betere hoofdband te kiezen. Daarmee kom je in totaal niet ver boven de 600 euro uit (zie kader ‘BoboVR M3 Pro’).

Omdat Meta flink inzet op mixed reality, wordt deze bril gepositioneerd als het betaalbare alternatief voor Apples model. Dat prijsverschil zie je op een paar fronten uiteraard terug. Collega’s die de Vision Pro konden testen, vertellen dat de algehele ervaring met de Apple-bril veel beter is. Maar of die hogere kwaliteit zeven keer het geld waard is, dat is de vraag. De Meta Quest 3 is op zichzelf namelijk ook een uitstekend apparaat.

BoboVR M3 Pro De Meta Quest 3 is een uitstekende headset, maar wordt geleverd met een ondermaatse hoofdband. Voor korte sessies is het prima, maar na een uur gaat je gezicht pijn doen en voelt je hoofdhuid verdoofd aan. De band is gemaakt om de bril zo hard mogelijk tegen je gezicht aan te duwen, maar dat is geen goede zet geweest.

Gelukkig zijn er meerdere manieren waarop je dit probleem kunt oplossen. Onze favoriet is een alternatieve hoofdband van BoboVR, genaamd de M3 Pro. Deze speelt leentjebuur bij de VR-bril die Sony ooit voor de PlayStation maakte. De band gebruikt een zogeheten halo-ontwerp. Hij zit op je voor- en achterhoofd als een pet, hoed of strakke zweetband, terwijl de bril voor je ogen bungelt. Dat voelt vele malen comfortabel. Voordeel: de M3 Pro heeft ook een batterij achterop, zodat je de accuduur van de Quest 3 verdubbelt.

De BoboVR M3 heeft een comfortabeler ontwerp, waarbij het gewicht op je voor- en achterhoofd ligt.

Met de grootse plannen van Apple en Meta lijkt een toekomst waarin we allemaal in mixed reality werken nabij. Hoe is het eigenlijk om dat nu al te doen? Wat als je jouw grote monitor op Marktplaats zet en inruilt voor een Quest 3 die je alledaagse werk gigantisch groot in de kamer projecteert? Ik heb de proef op de som genomen en dat een week lang geprobeerd. Mijn werk bestaat voor een groot deel uit het uitzoeken van allerlei zaken en het schrijven van artikelen. Dat kan op zich allemaal prima in een grotendeels digitale omgeving. Laten we kijken naar de resultaten van een week lang werken in mixed reality.

Dag 1: Een uurtje

Ik had op de eerste dag de ambitie om met de Quest 3 mijn laptop te vervangen. Er een computer aan koppelen voelde als onnodige ballast. Dat zou het een minder handzaam apparaat maken om ergens mee naartoe te nemen. Gelukkig kan veel van mijn werk vanuit de webbrowser en kun je vanuit de Meta-software meerdere browsertabbladen verspreid door de ruimte laten zien. Met tabjes voor Gmail, Slack en Google Docs ging ik aan de slag.

Een met bluetooth gekoppelde muis en toetsenbord lieten me als vertrouwd werken. Dat ging het eerste uur best aardig. Het is alsof je voor elke website een gigantisch groot scherm in je kantoor hebt hangen. De Infinite Office, zoals Meta dit noemt, geeft ontzettend veel ruimte om te werken. De tekst was bovendien door de hoge resolutie scherp en goed leesbaar.

Na het eerste uur begon de bril alleen wat minder fijn te zitten. Het gewicht werd steeds dieper in mijn gezicht geduwd, waardoor ik zelfs lichte hoofdpijn kreeg. Na twee uur besloot ik uiteindelijk op mijn ouderwetse computerscherm de dag te vervolgen, bang dat ik anders langdurige pijnklachten zou krijgen.

Meta noemt dit de Infinite Office: een plek waar je met oneindig veel schermen kunt werken.

Dag 2: laptop koppelen

Op dag twee besloot ik toch maar een computer aan de bril te koppelen. De ingebouwde webbrowsers waren prima voor simpel werk, maar voelden toch wat beperkend. Je kunt namelijk maar één webapp per virtueel scherm zien. Door een computer te koppelen, kun je wel Windows, Linux of macOS gebruiken, met alle gemakken van dien.

Er zijn veel apps om je scherm te tonen. De populairste optie is Virtual Desktop. Bij deze praktijktest koos ik uiteindelijk voor Immersed. Deze app is specifiek gemaakt voor productiviteit en laat je zelfs meerdere schermen maken van je computer. Ook leuk: je kunt werken in een sociale VR-ruimte, waar andere digitale werkers naast je zitten. Je kunt met hen zelfs een praatje maken.

Met Immersed had ik weer de workflow die ik mezelf al jarenlang aanmeet op een Mac, maar dan met het gemak van meerdere gigantische schermen. Dat werkte uitstekend, tot ik na een uur of twee toch weer last kreeg van die hoofdband. Gelukkig zou morgen de oplossing arriveren.

Met Immersed kun je het scherm van je pc of laptop streamen naar de Quest 3.

Dag 3: Vier uur!

Op deze dag arriveerde mijn BoboVR-hoofdband. Het verschil in gebruiksgemak was gigantisch groot. Ik kon ineens werken tot de accu van de bril leeg was, zonder dat ik ook maar een beetje hoofdpijn kreeg. Een volledige werkdag hield ik het alsnog niet vol, maar met de extra accu in de hoofdband tikte ik met gemak een uur of vier weg.

Ik merkte achteraf wel dat mijn ogen wat moe waren, doordat ik zo lang naar de schermen had gestaard. Bij een ouderwets computerscherm is dat minder een probleem, omdat ik daarbij makkelijker in de verte kan staren. Maar als ik in mixed reality ver weg kijk, tuur ik natuurlijk nog steeds naar mijn Quest-scherm.

Dag 4: Nog iets langer

Ik ontdekte dat Immersed een experimentele kabelfunctie heeft. Daarmee kun je met usb de bril aansluiten op je computer. Op die manier ontvang je dan je beeld. Wat betreft beeldkwaliteit en reactiesnelheid maakte dat weinig verschil. Die waren draadloos al prima, maar het zorgt wel voor een iets langere accuduur.

Ik had gehoopt dat ik de headset een hele dag achter elkaar kon gebruiken, maar helaas lukte dat niet. De stroomtoevoer van de laptop is niet krachtig genoeg om hem sneller te laden dan dat hij stroom verbruikt. Dat lukt trouwens de meeste acculaders op het moment nog niet bij de Quest 3. Op deze dag hield ik het een uur of vijf vol.

Dag 5: toch videobellen

Op de vrijdag had ik meerdere videovergaderingen met opdrachtgevers in mijn agenda staan. In theorie kunnen die gewoon in mixed reality. In Immersed kun je de webcam van je laptop gebruiken. Alleen dan kijkt de andere beller tegen jouw headset dragende kop aan. De app laat je ook een tweede, virtuele webcam installeren met een digitale avatar die meebeweegt met jouw mondbewegingen, een beetje alsof jouw gamepersonage in een Google Meet zit.

Allemaal prima opties, maar uiteindelijk koos ik het hazenpad en deed ik de bril tijdens vergaderingen af. Het voelde simpelweg te ongemakkelijk: alsof je die gozer bent met een Google Glass in de trein, waarvan iedereen denkt dat hij ze aan het filmen is.

Omdat ik het videobellen niet in mixed reality deed, kon de headset tijdens die vergaderingen opladen. Ik kon daardoor verspreid over de dag mijn schrijf- en onderzoekswerk volledig afkrijgen.

Immersed laat je een virtuele avatar maken.

Dag 6 en 7: gamen

De laatste twee dagen zeggen het minst over mijn productiviteitservaringen, want het weekend stond simpelweg in het teken van VR-games. Ik dook kerkers in bij Dungeons of Eternity en ik sprong tussen daken in Assassin’s Creed. Misschien wel de leukste ervaring was in Walkabout Mini Golf, waarin je online met anderen kunt midgetgolfen. Het voelt alsof je echt samen op de baan staat en een praatje maakt, de ultieme sociale ervaring in een game. De games zien er dankzij de nieuwe chip in Quest 3 mooier uit dan bij Quest 2. Het was kortgezegd indrukwekkend: alsof je serieuze pc-games op een zelfstandige bril speelt.

Dit najaar verscheen voor het eerst een volwaardige Assassin’s Creed-game voor virtual reality.

Terug naar mijn scherm

De conclusie: je kunt prima werken in mixed reality. Vooral toen ik Immersed had gekoppeld, kon ik alles doen wat ik normaal op een externe monitor doe. Ik miste geen belangrijke dingen. Een alternatieve hoofdband bleek wel essentieel om het een beetje comfortabel te maken, maar die was zo gekocht.

Ondanks deze ervaring keer ik toch terug naar mijn traditionele beeldscherm. Dat heeft vooral te maken met kleine punten. Het voelt bijvoorbeeld gek om geen oogcontact te maken als ik met iemand naast me probeer te praten. Daarnaast moest ik me continu zorgen maken over de accuduur, terwijl er naast mij een stopcontact zat. Een onnodige zorg die je bij een monitor niet hebt.

Wellicht is deze manier van werken over een paar jaar gangbaarder. Misschien wel met de bril van Apple; die heeft tenslotte van die gekke oogprojecties voorop. Daarmee kun je tenminste je collega’s weer rechtstreeks aankijken.

▼ Volgende artikel
Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!
© Roman R
Energie

Toch nog verdienen aan je zonnepanelen? Zo doe je dat!

Heb je zonnepanelen, dan is je energierekening lager dan huishoudens zónder. Maar dankzij de almaar dalende terugleververgoeding en de stijgende terugleverkosten wordt dat verschil wel steeds kleiner. Wat je kunt doen om er nog wél iets aan te verdienen, lees je hier.

In het kort

Zonnepanelen zijn nog altijd rendabel, maar het verschil met huishoudens zonder panelen wordt kleiner. De terugleververgoeding daalt, terwijl terugleverkosten stijgen. Om hoeveel euro dat kan gaan, lees je in dit artikel.

Gelukkig kun je nog steeds besparen, zolang je zoveel mogelijk van je eigen zonnestroom direct verbruikt. Wij geven je 7 tips waarmee je toch nog geld overhoudt aan je zonnepanelen.

Lees ook: Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt

Dat zonnepanelen steeds minder rendabel zijn, daar is al veel over geschreven. Natuurlijk, de energierekening van huishoudens met zonnepanelen zijn nog altijd lager dan die van huishoudens zonder. Om hoeveel euro het gaat, is vaak lastig in te schatten, maar Energievergelijk.nl heeft er een analyse op losgelaten. Daarbij zijn ze uitgegaan van een huishouden met een stroomverbruik van 3.000 kWh per jaar en zonnepanelen van 400 Wp per paneel.

Minder voordeel bij meer panelen

Een huishouden met acht zonnepanelen bespaart gemiddeld 34,81 euro per maand op de energierekening ten opzichte van een huishouden zonder. Is hierbij gekozen voor het goedkoopste energiecontract van dit moment, dan loopt dit op tot maximaal 43,30 euro per maand. Maar zou je in plaats acht panelen er twintig plaatsen (dus x 2,5), dan heb je níet ook 2,5 keer zoveel voordeel. Bij twintig panelen ligt het maximale voordeel op slechts 47,76 euro per maand. Dat is een verschil van slechts 4,46 euro per maand…

Dat komt vooral door twee dingen: de terugleververgoeding (wat je krijgt) en de terugleverkosten (wat je betaalt). Waar die vergoeding vooral steeds lager en lager wordt, worden de kosten steeds hoger. Die zijn namelijk sterk afhankelijk van hoeveel stroom je aan het net teruggeeft. Bij acht panelen wordt in het voorbeeld van Energievergelijk.nl gemiddeld 1.904 kWh teruggeleverd. Bij het goedkoopste energiecontract wordt daarvoor gemiddeld 17,25 euro per maand aan terugleverkosten berekend. Wie twintig zonnepanelen heeft, levert veel meer terug, gemiddeld zo'n 5.440 kWh. En daar betaal je bij het goedkoopste energiecontract 63,50 euro per maand voor. In de grafiek hieronder zie je duidelijk dat investeren in meer zonnepanelen dus niet de oplossing is om er nog redelijk wat aan over te houden – helemaal al niet omdat in 2027 de salderingsregeling verdwijnt én de terugleververgoeding helemáal miniem wordt.

©Data Energievergelijk.nl | Visualisatie BS ID.nl

 

Hoe kun je dan wél nog verdienen met je zonnepanelen?

Het antwoord is eigenlijk heel simpel. Zorg dat je zoveel mogelijk van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Energievergelijk.nl heeft becijferd dat wie zonnepanelen heeft, gemiddeld zo'n 30 procent van de opgewekte stroom meteen zelf in huis verbruikt. Dat scheelt, want die stroom hoef je niet zelf in te kopen. Wanneer je erin slaagt om nog meer zelf opgewekte stroom te verbruiken, maak je zelfs dubbele winst: je hoeft minder stroom in te kopen en omdat je minder teruglevert, heb je ook minder terugleverkosten. Maar hoe doe je dat?

Tip 1: Zet elektrische apparaten overdag aan

Zet stroomvreters zoals de wasmachine, vaatwasser of airco op het moment dat je panelen de meeste stroom opwekken. Dat kun je handmatig doen, maar je kunt ook een timer instellen. Er zijn zelfs apparaten die automatisch kunnen starten op het moment dat je zonnepanelen veel stroom opwekken. Heb je de mogelijkheid om je elektrische auto overdag thuis op te laden? Dat is ook een prima manier om je eigen zonnestroom te gebruiken.

Tip 2: Krijg inzicht in je energiegebruik

Er zijn allerlei apps die bijhouden hoeveel stroom je zonnepanelen opwekken, maar waarop je ook kunt zien ook hoeveel energie je op dit moment van de dag gebruikt. Ook zijn er slimme stekkers waarmee je het stroomgebruik van een elektrisch apparaat kunt meten. Dit inzicht kun je twee kanten op gebruiken: wordt er veel stroom opgewekt, dan kun je bijvoorbeeld meer apparaten aanzetten. Is het een dag met weinig opbrengst, dan zou je ervoor kiezen om sommige apparaten juist níet aan te zetten. Hoe erg is het bijvoorbeeld om de was een dag later te doen?

Tip 3: Verspreid je zonnestroom-verbruik over de dag

In plaats van energieslurpers allemaal tegelijk in te schakelen — denk aan wasmachine, droger en vaatwasser — verdeel je hun gebruik over de dag. Zet één apparaat in de ochtend aan, een ander in de middag. Zo vermijd je dat je panelen onvoldoende leveren op een moment dat meerdere apparaten draaien en voorkom je dat je netstroom moet afnemen terwijl dat met een betere planning niet nodig zou zijn.

Tip 4: Vervang apparaten door elektrische varianten

Stap over op elektrische alternatieven: een robotgrasmaaier in plaats van een benzinegrasmaaier, inductiekoken in plaats van gas, een warmtepomp of elektrische verwarming in plaats van een traditionele cv-installatie. Daarmee bespaar je op kosten voor gas én je zorgt ervoor dat je meer van je zelf opgewekte stroom verbruikt. Waarmee je weer bespaart op netstroom die je zelf moet afnemen. Een win-win-win-situatie dus.

Tip 5: Oost, west …

Veel mensen kiezen voor zonnepanelen op het zuiden, omdat die op een zonnige dag de hoogste opbrengst geven. Toch kan het juist slim zijn om panelen te verdelen over oost en west. Zo sluit de stroomopwekking beter aan op het dagelijkse energiegebruik. Panelen op het oosten leveren vooral in de ochtend stroom, terwijl panelen op het westen juist aan het einde van de middag meer opwekken. Je voorkomt daarmee dat je alleen rond het middaguur een piek aan zonne-energie hebt. De totale opbrengst ligt iets lager dan wanneer je alleen maar zonnepanelen op het zuiden hebt, maar doordat je de stroom meer verspreid gebruikt, haal je er in de praktijk vaak meer voordeel uit

Tip 6: Gebruik een energiemanagementsysteem (EMS)

Een energiemanagementsysteem (EMS) is een slim kastje in je meterkast dat je zonnepanelen, laadpaal, warmtepomp en andere elektrische apparaten met elkaar verbindt en aanstuurt. Via software houdt het systeem continu in de gaten hoeveel stroom je opwekt, wat je verbruikt en – als je een dynamisch energiecontract hebt – wat de actuele stroomprijzen zijn. Ook weersvoorspellingen worden meegenomen, zodat het systeem vooruit kan plannen.

Op basis van al die informatie zorgt een EMS ervoor dat je elektrische auto of thuisaccu automatisch wordt geladen wanneer er veel zon is of als de stroom goedkoop is. Dreigt terugleveren juist nadelig te worden door lage prijzen of hoge terugleverkosten? Dan schakelt het systeem teruglevering uit en kiest voor direct verbruik of opslag. Ook apparaten zoals een warmtepomp of boiler worden slim aangestuurd, zodat ze draaien op de momenten dat het qua energieverbruik en financieel het gunstigst is.

Tip 7: Vergelijk leveranciers op terugleververgoeding en -kosten

Het netto bedrag dat je overhoudt bij terugleveren (vergoeding min kosten) kan sterk schelen per leverancier. Zo zul je vanaf 1 januari 2027 bij Vattenfall bijvoorbeeld per teruggeleverde kWh netto 0,00230 euro krijgen (minder dan een kwart cent) en bij Eneco en Greenchoice 0,00250 euro (een kwart cent), terwijl bijvoorbeeld Innova Energie een tarief van 0,00968 euro (bijna een cent) hanteert. Wanneer je precies weet hoeveel jouw panelen opwekken en wat je verbruikt (zie Tip 2), weet je ook hoeveel kWh je teruglevert. Door voor het aflopen van je huidige energiecontract goed te vergelijken en een berekening te maken, kun je zien bij welke energieleverancier je het beste af bent bij het afsluiten van je nieuwe contract.

TipEffect op eigen gebruikVoordeel na 2027
Apparaten overdag gebruikenHoogMinder stroom nodig van het net
Inzicht via apps of stekkersHoogBeter plannen wanneer je stroom gebruikt
Verbruik spreiden over de dagGemiddeldvoorkomt dat je meer gebruikt dan je opwekt
Overstappen op elektrischGrootMeer opgewekte stroom direct zelf gebruiken
Panelen oost- en west-georiënteerd plaatsenGemiddeldStroomopwekking sluit beter aan op je verbruik gedurende de dag
EMS gebruikenGrootapparaten draaien automatisch op zonnige momenten
Energieleverancier vergelijkenGeen invloed op verbruik, wel op kostenHogere vergoeding voor stroom die je teruglevert
Thuisbatterij: ja of nee?

Steeds meer mensen vragen zich af of een thuisbatterij een slimme investering is, nu de salderingsregeling in 2027 verdwijnt en terugleververgoedingen onder druk staan. Een thuisbatterij slaat stroom op die je zonnepanelen overdag opwekken, zodat je die 's avonds of op bewolkte momenten zelf kunt gebruiken. Dat klinkt aantrekkelijk: je verbruikt meer van je eigen stroom, vermijdt terugleverkosten en wordt minder afhankelijk van energieleveranciers.

Toch zitten er ook haken en ogen aan. De aanschafprijs van een thuisbatterij ligt tussen de vier- en twaalfduizend euro en de terugverdientijd is vaak langer dan de technische levensduur van de batterij. Bovendien zijn ze meestal te klein om heel je huishouden meerdere dagen van stroom te voorzien. In de winter speelt bovendien nog mee dat je zonnepanelen minder stroom opwekken, waardoor de thuisbatterij vaak maar deels gevuld zal kunnen worden.

In sommige gevallen kan een thuisbatterij wél interessant zijn. Wie overdag weinig stroom gebruikt of een dynamisch energiecontract heeft, kan de batterij benutten om stroom op te slaan wanneer die goedkoop of er veel wordt opgewekt is. Dat geldt zeker voor huishoudens met een elektrische auto of warmtepomp. Die verbruiken relatief veel, en door dat verbruik slim te timen in combinatie met een thuisbatterij, kun je flink besparen op netstroom.

Voor de meeste huishoudens geldt echter dat afwachten verstandiger is. De technologie ontwikkelt zich snel, prijzen dalen, en de markt voor opslag is nog volop in beweging. Een thuisbatterij kán dus interessant zijn, maar alleen als je goed weet wat je doet, bereid bent om te investeren en je eigen situatie past bij wat zo'n systeem biedt.


Vraag een offerte aan voor thuisbatterij:

▼ Volgende artikel
Hoe kies je de juiste inbouw-oven?
© Beko
Huis

Hoe kies je de juiste inbouw-oven?

Op zoek naar een nieuwe inbouw-oven? In dit artikel ontdek je waar je op moet letten bij het kiezen van een oven die past bij jouw keuken én kookstijl. Van formaat en functies tot energieverbruik en gebruiksgemak: wij helpen je op weg!

Wat leer je in dit artikel?

✔️ Hoe je je kookgewoonten vertaalt naar een passende oven ✔️ Welke maten en inbouwformaten er zijn ✔️ Welke functies écht nuttig zijn (en welke niet) ✔️ Waar je op let bij gebruiksgemak en schoonmaak ✔️ Hoe je energiezuinig én veilig kiest ✔️ Waarom stijl en budget ook belangrijk zijn

Een oven – of dat nu een inbouw-exemplaar is of een vrijstaand model – is een onmisbaar onderdeel van vrijwel elke moderne keuken. Of je nu een fanatieke hobbykok bent of gewoon graag een ovenschotel opwarmt op vrijdagavond: de juiste oven maakt het verschil. Maar met zo veel keuzes op het gebied van formaat, functies en technologieën kan het lastig zijn om door de bomen het bos nog te zien. In dit artikel nemen we je stap voor stap mee in de belangrijkste overwegingen, zodat jij straks met een gerust hart de juiste inbouw-oven kiest.

Bepaal je kookgewoonten

De zoektocht naar een geschikte oven begint bij jezelf. Hoe gebruik jij je oven? Bak je regelmatig taarten of brood, bereid je uitgebreide ovengerechten of gebruik je 'm vooral om restjes op te warmen? Voor intensieve bakkers zijn ovens met een nauwkeurige temperatuurregeling en speciale bakprogramma's ideaal. Wie juist veel tegelijk wil klaarmaken, is gebaat bij een model met meerdere inschuifhoogtes en een krachtige heteluchtfunctie. En als je graag stoomt of gezond kookt, zijn er ovens met geïntegreerde stoomfunctie of zelfs sous-vide-mogelijkheden.

©Bosch

Kies het juiste formaat

Ovens zijn er in verschillende maten, maar de standaardbreedte van inbouwovens is meestal 60 centimeter. De hoogte kan variëren, met modellen van ongeveer 45 centimeter voor kleinere keukens of wanneer je de oven wilt combineren met een magnetron of stoomoven erboven. Heb je een groot gezin of kook je vaak voor groepen, dan is een extra hoge of brede oven wellicht een betere keuze. Meet altijd goed de nis waarin de oven moet komen, zodat je zeker weet dat het apparaat past, en controleer ook of de deur voldoende ruimte heeft om open te klappen.

Let op de functies die je écht gebruikt

Veel moderne ovens zitten vol met functies en programma's, maar lang niet iedereen gebruikt ze allemaal. Denk goed na over wat jij echt nodig hebt. De heteluchtstand is bij de meeste ovens standaard en zorgt voor gelijkmatige warmteverdeling, wat handig is bij het bakken op meerdere niveaus. Grillfuncties zijn fijn voor het krokant afwerken van gerechten, en sommige ovens hebben een speciale pizzastand of programma's voor automatische bereiding van bijvoorbeeld kip, brood of lasagne. Laat je niet te snel verleiden door indrukwekkende snufjes, maar kies vooral een oven die aansluit bij jouw dagelijkse gebruik.

Een oven moet niet alleen goed werken, maar ook prettig in het gebruik zijn. Duidelijke bediening, bijvoorbeeld via draaiknoppen of een overzichtelijk touchscreen, maakt het verschil in de dagelijkse praktijk. Telescopische rails kunnen handig zijn om ovenschalen veilig in en uit te schuiven. Denk ook aan het schoonmaken: sommige ovens hebben een pyrolysefunctie, waarbij de oven zichzelf verhit tot wel 500 graden om vet en etensresten in as te veranderen. Anderen maken gebruik van katalytische wanden of een stoomreinigingsprogramma. Dat scheelt flink wat poetswerk.

Energieverbruik, veiligheid en 'looks'

Bij een inbouwapparaat is energieverbruik een belangrijke overweging. Let op het energielabel: een zuinige oven bespaart op de lange termijn kosten én is beter voor het milieu. Zeker als je de oven vaak gebruikt, telt dat door. Heb je jonge kinderen in huis, kijk dan ook naar veiligheidsvoorzieningen zoals een kinderslot, automatische uitschakeling en een ovendeur die aan de buitenkant koel blijft. Zo voorkom je ongelukken in de keuken.

Verder is een oven ook een visueel element in je keuken. Veel mensen kiezen ervoor om inbouwapparaten uit één lijn of merk te combineren, zodat het geheel er strak en harmonieus uitziet. Denk aan een oven in dezelfde stijl als je combimagnetron of koffiemachine. Je kunt kiezen uit roestvrij staal, zwart glas of zelfs matte afwerkingen, afhankelijk van de stijl van je keuken. Een stijlvolle oven die mooi opgaat in het ontwerp geeft je keuken meteen een luxere uitstraling.

©ETNA

Bepaal je budget

Tot slot: bepaal vooraf hoeveel je wilt uitgeven. Inbouwovens zijn er in uiteenlopende prijsklassen, van een paar honderd euro tot meer dan duizend euro voor de luxere modellen. Binnen elk segment zijn er prima keuzes te maken, maar houd altijd oog voor de balans tussen prijs, kwaliteit en functionaliteit. Een goedkope oven met alle denkbare functies is niet altijd de beste koop, en soms is eenvoud juist duurzamer. Houd dat dus goed in de gaten als je gaat shoppen.

De juiste inbouw-oven kiezen draait vooral om goed nadenken over je eigen wensen en gewoonten. Door vooraf te bepalen wat je belangrijk vindt, voorkom je een miskoop en haal je straks veel meer plezier uit je keuken. Of je nu bakt, braadt, stoomt of grilt: met de juiste oven wordt koken leuker én makkelijker.