ID.nl logo
Huis

Wat er komt kijken bij zelf glasvezel aanleggen

Snel internet is noodzakelijk om bij te blijven. Maar in het Nederlandse buitengebied is het niet voorhanden. Telecomproviders vinden aanleg te duur en lokale overheden geven geen financiële steun uit angst voor Europese wetgeving. Zelf glasvezel aanleggen, wat komt daar allemaal bij kijken?

Als het gaat om internet is de laatste kilometer kabel een oude bekende. Grote verbindingslijnen aanleggen is relatief een stuk goedkoper dan van de verdeelpunten naar de voordeur gaan. De kosten van die ‘laatste kilometer’ worden lager naarmate huishoudens dichter op elkaar staan. Hoe dichter bevolkt het gebied, hoe sneller de aanleg van snel internet terugverdiend kan worden. Is er ook nog sprake van veel bedrijvigheid, des te beter. Daarom konden inwoners van Amsterdam eerder snel internet afnemen dan die in Steendam. Het is ook de reden dat de dorpskern normaal eerder (of zelfs als enige) voorzien wordt van betere verbindingen dan de woningen en boerderijen in het buitengebied.

Zwarte en witte gebieden

Problemen met internettoegang spelen vooral in de buitengebieden, daar ontstaan dan ook de burgerinitiatieven. We spraken daarover met Koen Salemink. De onderzoeker en docent aan de Rijksuniversiteit Groningen promoveerde in 2016 op een onderzoek naar de manier waarop ruimtelijk en sociaal gemarginaliseerde gemeenschappen omgaan met digitale uitsluiting. Zijn onderzoek focuste onder meer op manieren waarop gemeenschappen zelf de handen ineen slaan om een betere aansluiting op de digitale snelweg te realiseren. Hij ziet het fenomeen dat dorpen en wijken zelf glasvezel aanleggen als onderdeel van de grotere discussie rondom de participatiesamenleving.

Salemink: “De zogenoemde ‘zwarte en grijze gebieden’ (waar grote marktpartijen acceptabele internettoegang bieden) zullen het probleem niet gauw voelen. ‘Waarom voor sneller internet gaan als het nu prima is?’ Maar als bewoners en bedrijven hinder ondervinden van lage snelheden, zijn ze veel meer geneigd om mee te doen. Het probleem wordt ervaren in ‘witte gebieden’, in de regel plattelandsgebieden met enkel een koperdraadje (adsl).”

Op dit moment is glasvezel de favoriet voor diegenen die toekomstbestendig internet aanleggen. Het is eventueel mogelijk om (televisie-)kabel te upgraden. Maar deze bekabeling (coax) dekt het buitengebied niet volledig. Daar komt bij dat glasvezel een veel hogere theoretische snelheid heeft dan coax. Het kopernetwerk van KPN dat voor xdsl gebruikt wordt, zit in het buitengebied redelijk aan zijn tax.

Als laatste alternatief voor glasvezel zijn er draadloze technieken, maar daar komen onder andere regelgeving rond de ether en mogelijke storingen om de hoek. Door tegenwerking van Defensie stopte de enige Nederlandse aanbieder van het speciaal voor dit doel ontwikkelde WiMAX draadloos internet er in 2010 mee.

©PXimport

Samen snel internet

Omdat het voor commerciële partijen onaantrekkelijk is om te investeren in glasvezel voor het buitengebied en de overheid terughoudend is door (Europese) regelgeving, is de kortste weg naar snel internet een zogenoemd ‘burgerinitiatief’. Wie snel internet wil, zal zelf aan de bak moeten. De overheid probeert dit te stimuleren zonder direct te subsidiëren. Het Ministerie van Economische Zaken biedt via samensnelinternet.nl een platform om projectgroepen, overheden en andere belanghebbenden te informeren en met elkaar in contact te brengen.

Toch wordt er op lokaal niveau vaak hinder van de overheid ondervonden. Ook telecombedrijven kunnen enthousiaste initiatieven in de weg staan. Koen: “Het zou helpen als overheden en marktpartijen in ieder geval niet tegenwerken. Bij veel initiatieven zien we dat marktpartijen aanvankelijk tegenwerken (ze zien het initiatief als mogelijke concurrent). Overheden verzinnen allerlei hoepels waar initiatieven door moeten springen (subsidievoorwaarden, financieringseisen, rechtsvormen, generiek beleid in algemene zin).”

Om daar tegenin te gaan is het nodig om de handen ineen te slaan. “Een gemeenschap die gezamenlijk werkt aan het oplossen van een probleem is een essentieel ingrediënt voor succes.”

“Een gemeenschap die gezamenlijk werkt aan het oplossen van een probleem is een essentieel ingrediënt voor succes.”

-

De populariteit van zelf snel internet aanleggen stijgt. In Nederland zijn er 130 projecten bij de overheid bekend. Deze hebben allemaal als doel om snel internet in het (hun) buitengebied te realiseren. Daarbij begint ieder project met een klein groepje vrijwilligers die de krachten bundelen om sneller internet mogelijk te maken. Het voordeel van deze werkwijze is dat er snel en op maat gewerkt kan worden. Voor overkoepelende overheden zoals de provincie gelden openbare aanbestedingsregels en zal er veel tijd gaan zitten in zoeken naar samenwerking en consensus.

Draagvlak

De uitdaging voor buurtverenigingen zit in mogelijke onervarenheid van de oprichters en onbekendheid in de buurt. Koen: “In de beginfase van het initiatief is het van belang om kennis van de telecommarkt in huis te hebben, om snel helder te krijgen hoe ‘het wereldje’ werkt. Tegelijkertijd heb je mensen nodig die anderen kunnen enthousiasmeren, ‘local leaders’, en dan het liefst mensen met draagvlak in de gemeenschap.”

Voorbeelden hoe dit goed werkt zijn er genoeg. De inwoners van Steendam hadden het geluk dat de eigenaar van een bedrijf dat glasvezel aanlegt zitting nam in de werkgroep. Die kon zijn expertise gebruiken om het initiatief de juiste richting in te sturen. In het onderzoek van Koen komen gemeentes rondom Eindhoven en Enschede als pioniers naar voren. Beide steden hebben een Technische Universiteit. Enkele medewerkers van die universiteiten wonen in de agglomeratie en waren daarom beschikbaar en gemotiveerd om de lokale initiatieven met technisch advies te steunen.

Als de eerste horde is genomen en de lokale ‘coöperatie’ is opgezet, dan is het tijd om de buurt voor het initiatief te winnen. Om fondsen en vergunningen te krijgen is financiële en politieke steun nodig. Dat maakt aantoonbaar draagvlak voor de plannen heel belangrijk. Daarnaast is een businessplan vereist. Dat vraagt om een berekening van kosten, baten en verwachte terugverdientijd. Ook daarbij speelt intekening door de buurt op het aan te leggen netwerk een zeer belangrijke rol.

Businessplan

Voor het slagen van een burgerinitiatief zijn bepaalde specialismen in het team noodzakelijk. Koen: “Na verloop van tijd wordt het heel belangrijk om financiële en juridische kennis in huis te hebben. Het businessplan moet opgesteld worden en alle (contract-)onderhandelingen moet in goede banen worden geleid.

Daarnaast helpt het om een goed politiek netwerk te hebben: korte lijntjes met verantwoordelijke bestuurders en ambtenaren. We zien in ons onderzoek dat goed geëquipeerde, kapitaalkrachtige gebieden de grootste kans maken op succes. Tenslotte, de belangrijkste succesfactor: doorzettingsvermogen. Het is een proces van lange adem, doorzetten en, bovenal, opstaan en doorgaan na teleurstellingen.”

Met het in gebruik nemen van het glasvezelnetwerk is de klus nog niet helemaal geklaard. De geplaatste infrastructuur zal ook beheerd moeten worden. De vraag wie dit op zich gaat nemen moet eigenlijk tijdens de planning al beantwoord worden. Dit kan lastig zijn. Koen: “Het wordt het voor initiatieven steeds moeilijker om ‘belichters’ te vinden, oftewel partijen die de infrastructuur technisch willen beheren. Er zijn maar weinig gegadigden die dit kunnen, laat staan willen doen. Bovendien zijn deze partijen gelieerd aan, of in handen van, een kleine groep marktpartijen. De initiatieven hebben dan ook niet altijd een goede onderhandelingspositie (David tegen Goliath).”

De initiatieven hebben dan ook niet altijd een goede onderhandelingspositie (David tegen Goliath)

-

Het aanleggen van een eigen glasvezelnetwerk is bepaald geen sinecure. Maar omdat er al verschillende succesvolle initiatieven geweest zijn, gaat het wel sneller dan voorheen. Daarbij staan succesvolle verenigingen vaak klaar om nieuwkomers van raad te voorzien. De website samensnelinternet.nl biedt daarom mogelijkheden om met anderen in contact te komen. Hoe lang het precies duurt is natuurlijk niet te zeggen.

Koen: “Dit varieert, maar het is zeker niet binnen een jaar geregeld. Van begin (herkennen van het probleem) tot eind (oplevering van het netwerk) kan wel vijf jaar kosten. De succesvolle initiatieven die wij volgen hebben gemiddeld zo’n vier jaar nodig gehad. Deze ‘pioniers’ hebben de weg vrij gemaakt voor anderen die nu sneller stappen kunnen maken.”

Successen en dompers

Een voorbeeld van succesvol glasvezelnetwerk inrichten is te vinden in Steendam. De bewoners van deze plaats in Groningen vergeleken hun internetsnelheid met die van de buren vier kilometer verderop en waren bepaald niet tevreden. De lokale Dorpsvereniging Steendam richtte een dorpscoöperatie op. Die bracht 150 van de 160 huiseigenaren bij elkaar om met de aanleg van sneller internet te beginnen.

Steendam had het geluk dat één van de inwoners een bedrijf heeft dat glasvezel aanlegt. Daarmee kreeg de dorpscoöperatie toegang tot expertise en contacten. Om kosten te sparen hebben de bewoners zelf sleuven gegraven voor de glasvezelkabels. Met de realisatie van snel internet heeft Steendam de smaak van samenwerken te pakken. De vereniging is nu aan het werk om lokaal duurzame energie te realiseren. Over de aanleg van glasvezel maakten zij een filmpje voor YouTube.

Maar met de aanleg van glasvezel is succes nog niet gegarandeerd. In Noord-Brabant ging de gemeente Heeze-Leende in samenwerking met een klankbordgroep in 2012 van start met de coöperatie HSLnet. Doelstelling van de aanleg van het glasvezelnet was ‘zeggenschap houden’ over het netwerk. Dat was nodig om zeker te zijn dat ook andere (voor de markt mogelijk oninteressante diensten) zoals BeeldZorg geleverd zouden kunnen worden.

In maart 2016 bleek een tekort aan abonnees tot financiële problemen te leiden. Voor de gemeente dreigde een strop van 4,5 miljoen euro. Het bedrijf Simac uit Veldhoven bood hulp en stond voor de gemeente garant voor een lening van 5,7 miljoen euro. Inmiddels lijken te hoge legeskosten en kans op vervuilde grond de kosten verder op te drijven. De toekomst van HSLNet is daarom spannend.

▼ Volgende artikel
Overzichtelijke teksten: zo voeg je kop- en voetteksten toe
© Andreas Prott - stock.adobe.com
Huis

Overzichtelijke teksten: zo voeg je kop- en voetteksten toe

Met kop- en voetteksten in Microsoft Word zorg je ervoor dat de lezer de draad niet kwijtraakt in de structuur van lange teksten. Ze bevatten doorgaans belangrijke informatie, zoals de paginanummering, de naam van de auteur en de titel van een hoofdstuk. Ook kun je telkens een andere kop- en/of voettekst instellen voor ieder hoofdstuk.

In dit artikel laten we zien hoe je in drie stappen kop- en/of voetteksten aan je document kunt toevoegen:

  • Eerst plaats je eindemarkeringen (sectie-einden)
  • Vervolgens voeg je kop-/voetteksten toe

Lees ook: Kop- en voettekst in Excel stel je zo in

Eindemarkeringen plaatsen

Om delen van een tekst een andere indeling te geven, gebruik je secties. Op die manier kun je bijvoorbeeld zorgen dat pagina 1 tot 5 uit doorlopende tekst bestaat, maar dat daarna de tekst in twee kolommen moet verschijnen. Secties zijn ook de manier om verschillende kop- en voetteksten in hetzelfde document toe te passen. Denk aan een document dat bestaat uit een inleiding en vijf hoofdstukken. Elk hoofdstuk willen we van aparte koptekst voorzien. Plaats de muisaanwijzer voor het eerste hoofdstuk en voeg een sectie-einde toe. Via het tabblad Indeling en de knop Eindemarkeringen plaats je een sectie-einde, namelijk een Pagina-einde.

Plaats een sectie-einde van het type Pagina-einde.

Eindemarkeringen controleren

Je kunt die sectie-einden beter zien door te klikken op de knop Alles weergeven in het tabblad Start. Deze knop noemt men vaak ook 'onzichtbare tekens'. Je roept deze functie nog gemakkelijker op met Ctrl+Shift+8. Ook bij de volgende hoofdstukken voeg je op dezelfde manier telkens een sectie-einde van het type Volgende pagina toe. Daarbij kun je ook de F4-toets gebruiken. Deze combinatie herhaalt telkens de laatste handeling. Dat gaat dus een stuk sneller.

Door de onzichtbare tekens weer te geven, worden de eindemarkeringen zichtbaar.

Kop- en voetteksten toevoegen

Wanneer je alle sectie-einden hebt toegevoegd, kun je de kopteksten aanbrengen. Op de eerste pagina dubbelklik je op de koptekst. Het tabblad Kop- en voettekst verschijnt dan. In het label lees je dat dit Koptekst (Sectie 1) is. Als je wilt dat de eerste pagina geen koptekst mag hebben, dan zet je een vinkje bij Eerste pagina afwijkend. Met de knop Volgend ga je naar de volgende koptekst. Op die manier kun je telkens een andere tekst invullen als koptekst. Dit werkt trouwens hetzelfde bij voetteksten. Wanneer de knop Aan vorige koppelen actief is, wordt deze koptekst dezelfde als de vorige sectie. Als je dat niet wilt, moet je deze optie uitschakelen. Als je nu door het document gaat, zul je zien dat er verschillende kopteksten staan.

Voeg de nieuwe inhoud aan de kopteksten toe.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers met een hoge reviewscore
© iRobot
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers met een hoge reviewscore

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we binnen een bepaald thema naar zulke deals. Ben je op zoek naar een betrouwbare robotstofzuiger met een goede reputatie? Vandaag hebben we vijf interessante modellen voor je gespot.

Rowenta X-Plorer Serie 75 S+ RR8587

Wie deze louter positieve reviews leest, komt tot een duidelijke conclusie. Met een gemiddelde beoordeling van een 9,3 is dit Rowenta-model een absolute topper. Gebruikers waarderen onder meer de duidelijke app, stille werking van 65 decibel en lange accuduur tot ongeveer twee uur. Verder heeft de X-Plorer Serie 75 S+ RR8587 diverse sensoren, zodat de ronde behuizing nergens tegenaan botst. Je hoeft bijna niet naar de robotstofzuiger om te kijken, want er is een leegstation inbegrepen. In een gemiddeld huishouden gaat de stofzak ongeveer twee maanden mee.

De X-Plorer Serie 75 S+ RR8587 manoeuvreert met behulp van lasernavigatie soepel door je huis. Het passeren van drempels van hoogstens 1,8 centimeter is hierbij geen probleem. Behalve een centrale borstel bevat de behuizing ook een zijborstel. Hierdoor blijven er geen kruimels achter langs plinten, meubels en stoelpoten. Een pluspunt is de respectabele zuigkracht van maximaal 4000 Pa. Naast stofzuigen kan het apparaat ook dweilen. Vul hiervoor het reservoir met 260 milliliter water. Je bepaalt aan de hand van vier standen hoeveel vocht deze robotstofzuiger gebruikt tijdens het dweilen. Dit product is eventueel ook zonder leegstation te koop.

iRobot Roomba Combo j9+

Zoek je een robot die goed kan stofzuigen én dweilen? De uitgebreide iRobot Roomba Combo j9+ voldoet zonder twijfel aan alle eisen. De consumentenreviews op Kieskeurig.nl spreken boekdelen. De beweegbare dweilarm spring direct in het oog. Handig, want bij detectie van een zacht vloeroppervlak tilt het apparaat de dweil op. Zo wordt voorkomen dat je vloerbedekking of tapijt nat wordt. De app biedt volop slimme mogelijkheden. Zo zie je na een verkenningsronde een plattegrond van je huis. Dankzij de zogenoemde Dirt Detective-functie neemt de robotstofzuiger eerst de vuilste kamers onder handen.

Een ander voordeel is het bijgesloten leegstation met een capaciteit voor zestig dagen. Na elke schoonmaakronde dumpt de Roomba Combo j9+ stof, haren, kruimels en overig vuil in dit station. Daarnaast is het ook mogelijk om vloeistof automatisch te vullen. Op die manier gaat de dweilrobot volautomatisch voor je aan de slag. De stofzuiger heeft een centrale borstel en zijborstel, waardoor ook randen en hoeken grondig worden schoongemaakt. Meer weten? Lees dan deze uitgebreide review op ID.nl.

Samsung Bespoke Jet Bot Combo Steam (VR7MD96514G/WA)

De Samsung Bespoke Jet Bot Combo Steam heeft een uitgebreid basisstation. Naast het legen van het vuilreservoir en vullen van de watertank maakt dit hulpstuk ook vieze dweilpads schoon. Dat gebeurt met stoom, waarbij de dweilpads op een temperatuur van 55 graden Celsius worden drooggeblazen. Verder laadt het basisstation de geïntegreerde accu op. De robotstofzuiger heeft zelf ook een aantal slimme functies. Zo herkent het apparaat op eigen houtje zachte vloeren, waarna het de zuigkracht automatisch opvoert.

De Bespoke Jet Bot Combo Steam creëert een 3D-plattegrond van je huis. Die bekijk je in de app. Dit product is vergeleken met goedkopere modellen uiterst krachtig. Zo bedraagt de maximale zuigpower 6000 Pa. Houd hierbij wel rekening met een geluidsniveau tot zo'n 74 decibel. Dweilen gebeurt trouwens ook grondig, want de twee roterende pads bewegen op een snelheid van 170 rotaties per minuut. Schrob op deze wijze vlekken weg. Volgens de fabrikant houdt de zuig- en dweilrobot het op een enkele acculading tot ongeveer drie uur vol. Je leest hier enkele ervaringen van andere gebruikers.

Lees ook: Liever lui dan moe? Ga voor een robotstofzuiger

Philips 2000 Series (XU2100/20)

De breed gewaardeerde Philips 2000 Series (XU2100/20) is op het moment van schrijven zéér scherp geprijsd. Ondanks de relatief lage aanschafkosten biedt dit model veel mogelijkheden. Allereerst levert Philips een leegstation mee. Naar eigen zeggen is dat goed voor een capaciteit van ongeveer zeventig dagen. De accu heeft een werktijd van maximaal 130 minuten. Is de batterij bijna leeg, dan rijdt de robotstofzuiger op eigen initiatief naar het oplaadstation. Na een verse oplaadbeurt hervat het apparaat vanzelf weer de schoonmaakronde. Volg in de Philips HomeRun Robot-app op je smartphone de actuele status.

Werk je regelmatig aan de keukentafel? Dan komt het geringe geluidsniveau van 66 decibel goed van pas. De 'geluidsoverlast' valt namelijk mee. Zodra de 2000 Series (XU2100/20) een zachte vloer tegenkomt, wordt de zuigkracht automatisch verhoogd tot een maximum van 2700 Pa. Voor harde vloeren heeft het apparaat ook nog een dweilfunctie. Tot slot is de nauwkeurige lasernavigatie een pluspunt, want hierdoor slaat deze huishoudhulp geen hoekje over. Lees hier wat andere gebruikers van dit product vinden.

Rowenta X-Plorer Serie 65 RR8L65

Zoek je een goedkope robotstofzuiger, dan is dit exemplaar van Rowenta een goede kandidaat. Enkele reviewers zijn over dit product erg enthousiast. Onder andere de laserbesturing en geïntegreerde dweilfunctie worden gewaardeerd. In tegenstelling tot de eerder besproken robotstofzuigers heeft dit model geen leegstation. Je dient het stofreservoir van 0,4 liter dus regelmatig zelf te legen. Dat scheelt overigens ruimte in de woonkamer, al is er wel een bescheiden laadstation inbegrepen.

Zoals we van Rowenta-robotstofzuigers gewend zijn heeft de X-Plorer Serie 65 RR8L65 zowel een hoofd- als zijborstel. Hierdoor blijft er geen vuil in hoekjes en rondom tafelpoten achter. Verder is de behuizing slechts 7,8 centimeter hoog, waardoor het apparaat ook onder de meeste bedden of banken kan stofzuigen. Volgens de productspecificaties bedraagt de maximale zuigkracht 4000 Pa. Je kiest hierbij tussen vier standen.