ID.nl logo
Zo kun je met het SMB-protocol nog altijd veilig bestanden delen
© Reshift Digital
Huis

Zo kun je met het SMB-protocol nog altijd veilig bestanden delen

Sinds Microsoft de April 2018-update heeft uitgerold, is het niet zonder meer mogelijk om verbinding te maken met je nas en bestanden te benaderen. Zelfs in de huidige Oktober 2018-update is deze optie niet beschikbaar. Met een belangrijke reden overigens, maar het behoeft wel wat uitleg. Om vanaf een Windows-computer verbinding te kunnen maken met een nas kun je verschillende protocollen gebruiken. Het SMB-protocol (Server Message Block) wordt hier het meest voor gebruikt.

Het SMB-protocol bestaat al sinds de jaren '90 en is inmiddels aanbeland bij versie 3.1.1. Veel oudere nas’en bieden nog het 1.0-protocol, ook bekend als CIFS, Common Internet Files. Het protocol is bedacht in een tijd dat dreigingen vanaf internet nauwelijks nog bestonden. Dat de tijden zijn veranderd hebben we allemaal wel eens aan den levende lijve ondervonden.

01 Lek en onveilig

Het SMB-protocol an sich is prima om te gebruiken, maar versie 1 biedt te veel beperkingen en is bovendien vatbaar voor zogeheten man-in-the-middle-aanvallen. Als jouw pc besmet raakt is het eenvoudig om de besmetting te laten verspreiden middels het 1.0-protocol van SMB, omdat extra beveiligings- en controlelagen in dit protocol ontbreken. Dat is de hoofdreden dat Microsoft het gebruik van versie 1.0 van SMB al sinds 2014 afraadt. Tot voor kort was het echter gewoon mogelijk om nas’en, maar ook bijvoorbeeld gedeelde printers of mediaspelers in je netwerk via deze versie van het protocol vanuit Windows te benaderen. Sinds april van dit jaar heeft Microsoft het SMB1.0-protocol echter uitgeschakeld. Gebruikers van apparaten met dit protocol krijgen hierdoor geen toegang meer tot gedeelde mappen (shares) op een nas, of kunnen ineens geen verbinding meer maken met een gedeelde printer in het netwerk.

02 Gebruik SMB 2.0 of hoger

Het is dan ook aan te raden om voor je nas gebruik te maken van versie 2.0 of hoger. Zoals gezegd is de laatste versie 3.1.1, maar de kans is groot dat je nas – als deze al wat ouder is – deze versie niet ondersteunt. Versie 2.0 is dan de meest logische om te kiezen, maar als je nas hogere versies heeft, dan kies je die sowieso. Windows 10 kan namelijk zonder meer overweg met versie 3.1.1. Maar hoe weet je nu welk protocol jouw nas allemaal ondersteunt? Die informatie kun je opvragen via de webinterface van je browser. Bij de meeste nas’en kom je via het ip-adres dat het apparaat heeft gekregen bij de webinterface. Je typt het ip-adres voorafgaand door https:// in de adresbalk van je browser, bijvoorbeeld https://192.168.2.10. Je moet nu inloggen met de gebruikersnaam en het wachtwoord.

Waar je de instellingen omtrent het protocol kunt vinden, hangt af van het merk nas dat je gebruikt. We geven je een tweetal voorbeelden om je op weg te helpen, maar de daadwerkelijke locatie waar je de instellingen vindt, kan per merk en model verschillen. We laten je de instellingen voor een Synology- en QNAP-nas zien.

03 Synology

Heb je een Synology-nas met DMS-software, dan ga je naar Configuratiescherm en kies je voor Bestandsservices. Klik op het tabblad SMB / AFP en vervolgens op de knop Geavanceerd. Hier kun je het protocol instellen, waarbij je voor de veiligheid bij Minimum SMB-poort voor SMB2 kiest en bij Maximum SMB-poort eveneens voor SMB2.

©PXimport

04 QNAP

Bij een QNAP-nas kies je voor Control Panel en Netwerk- en bestandsservices. Vervolgens kies je voor Win / Mac / NFS en pas je de optie bij Hoogste versie aan naar SMB 2 of SMB 3.

©PXimport

Toch SMB 1.0 gebruiken?

We kunnen ons voorstellen dat je niet direct afscheid wilt nemen van het SMB 1.0-protocol. Bijvoorbeeld omdat je eerst bestanden wilt back-uppen van je oude nas die alleen het oudere protocol nog ondersteunt. Standaard heeft Microsoft versie 1.0 van het protocol uitgeschakeld in Windows 10, maar het is wel relatief eenvoudig in te schakelen. Dat doe je als volgt: ga naar het Configuratiescherm en kies voor Programma’s en Onderdelen. In de linkerzijde van het venster kies je vervolgens Windows-onderdelen in- of uitschakelen. Scroll door de lijst naar de optie SMB 1.0/CIFS File Sharing Support. Vervolgens zet je daar de vinkjes aan bij SMB 1.0/CIFS Client en SMB 1.0/CIFS Server. De computer moet je daarna wel even opnieuw opstarten. Na de herstart kun je het oude protocol weer gebruiken. Let wel: we raden je aan om het protocol weer uit te schakelen als je klaar bent. Dat gaat op dezelfde manier als hierboven, met als enige verschil dat je natuurlijk de vinkjes weer weghaalt bij de genoemde opties.

©PXimport

05 Gedeelde mappen in Windows

Bij het delen van bestanden in Windows zelf hoef je je niet te bekommeren om de standaard. Windows 10 gebruikt namelijk automatisch het nieuwste protocol. Het kan echter zijn dat het – bijvoorbeeld na een grote update – niet meer mogelijk is om bestanden in je netwerk te benaderen. In dat geval heeft Windows 10 de functie netwerkdetectie uitgeschakeld. Met netwerkdetectie kunnen Windows-computers elkaar binnen hetzelfde netwerk vinden en is het mogelijk om bijvoorbeeld bestanden en mappen te delen. Je controleert of netwerkdetectie is ingeschakeld door de opdracht Netwerkstatus in te typen als je Windows Startmenu hebt geopend en dan op Enter te drukken. Vervolgens kom je in het scherm van de netwerkeigenschappen. Daar kies je onderaan voor de optie Netwerkcentrum. Met links klikken op je netwerkpictogram rechtsonder in de taakbalk kan overigens ook.

©PXimport

06 Delen in netwerk

Je komt nu bij de instellingen van je netwerk. Aan de linkerzijde klik je op de link Geavanceerde instellingen voor delen wijzigen. In het daarop volgende scherm kun je voor verschillende netwerken aangeven of je het delen van mappen wilt inschakelen. Windows kan voor ieder type netwerk andere instellingen gebruiken. Als je bijvoorbeeld veel met je laptop onderweg bent en gebruikmaakt van openbare netwerken, dan wil je natuurlijk niet dat andere gebruikers bij jouw bestanden kunnen komen of je computer kunnen vinden. In dat geval zet je bij de het type netwerk Gast of Openbaar alle instellingen uit. Je selecteert dan de opties Netwerkdetectie uitschakelen en Bestands- en printerdeling uitschakelen.

Als je met je thuisnetwerk bent verbonden en je wilt je andere apparaten in jouw eigen thuisnetwerk kunnen zien, dan zet je de genoemde opties juist aan. Als je netwerkdetectie hebt uitgeschakeld is het namelijk niet mogelijk om andere computers in het netwerk te vinden op basis van de naam van die computer.

Maar als je de computernaam weet dan is het nog wel steeds mogelijk om via de Verkenner naar een zogeheten UNC-pad naar een gedeelde map op die computer te gaan, ook als netwerkdetectie is uitgeschakeld. Als je bijvoorbeeld het pad \\STUDEERPC\C$\Windows intypt in de balk in de Verkenner kun je – als je de juiste rechten hebt – alsnog bij die map komen. Die functie staat los van Netwerkdetectie, want laatstgenoemde optie geeft alleen aan dat jouw computer niet te vinden is als je in de Verkenner op Netwerk klikt.

Let wel, als gebruiker moet je wel toegang hebben gekregen tot die map van de beheerder van de pc waarmee je verbinding maakt. Standaard verschijnt er bij het openen van een UNC-pad dan ook een inlogscherm van Windows, waarin je je gebruikersnaam en wachtwoord moet opgeven.

©PXimport

07 Toegang geven tot mappen

Om anderen toegang te geven tot jouw mappen, moet je dus toestemming hebben gegeven. Een uitzondering hierbij zijn computers die zijn aangemeld op een domein op een Windows-netwerk, waarbij een domein-administrator altijd toegang heeft tot de mappen op computers binnen het netwerk. Thuis maak je normaliter geen gebruik van een domein, maar een werkgroep. Een werkgroep heeft geen algemeen administrator-account, waardoor toegang tot computers per machine geregeld moet worden. Rechten aan een map geven kan ook alleen via een administrator-account. Een gewone gebruiker kan de deelactie wel starten, maar krijgt daarna een melding dat het administrator-wachtwoord ingevuld moet worden. Toegang geven gaat als volgt: selecteer met de rechtermuisknop de map die je wilt delen en kies voor de optie Toegang verlenen tot. Je kunt nu iemand anders toegang geven. Je kunt rechten toekennen aan iemand die al een account op de computer van de te delen map heeft; je kunt dus niet een naam van een account van een andere computer kiezen. Standaard geeft Windows 10 de huidige gebruikersaccount al op (aangeduid met Eigenaar), die heeft immers sowieso toegang. Kies het gewenste account uit het lijstje en klik erop. Vervolgens komt er een bevestigingsscherm in beeld, bevestig de vraag met Ja, deze items delen. Daarna moet je nog eenmaal je eigen administrator-account opgegeven om de instellingen door te voeren.

08 Geavanceerd delen

De gebruiker die nu toegang heeft gekregen heeft nu standaard leesrechten tot de map. Tijdens het toewijzen van een gebruiker kun je dat niet wijzigen, maar als je nu opnieuw naar Toegang verlenen tot gaat, en vervolgens kiest voor Specifieke personen, kun je de lees- en schrijfrechten aanpassen. Klik op het pijltje bij Machtigingsniveau om de rechten van de geselecteerde gebruiker te wijzigen.

Kies je voor de optie lezen en schrijven, dan mag een gebruiker bestanden openen, plaatsen en verwijderen. Bij de optie alleen lezen mag een gebruiker de bestanden alleen bekijken of openen, maar geen wijzigingen opslaan of nieuwe bestanden aanmaken.

©PXimport

Thuisgroep

Het is je misschien opgevallen dat je in het contextmenu in de Verkenner ook de optie Thuisgroep ziet staan. Een Thuisgroep was eigenlijk een versimpelde versie van een domeinnetwerk in een thuisomgeving, waarbij je meerdere computers aan elkaar kon koppelen middels een centraal administrator-account. Microsoft heeft de optie Thuisgroep echter weggehaald uit de laatste Windows 10-versie (April 2018-update), maar is blijkbaar vergeten deze optie overal te verwijderen. Als je klikt op Toegang verlenen tot > Thuisgroep dan zul je echter zien dat er niks gebeurt. Het heeft dus geen zin om deze optie te gebruiken.

©PXimport

Iedereen toegang geven

Alhoewel deze optie niet voorkomt in de lijst met gebruikersaccounts, kun je gedeelde mappen ook delen met iedereen in je thuisnetwerk. Windows heeft namelijk ook een account Iedereen. De optie Iedereen kan handig zijn als je geen zin hebt om lokale accounts toe te kennen of niet wil dat andere computer zich moeten aanmelden om toegang te krijgen tot een gedeelde map. Iedereen toegang geven doe je als volgt: klik met de rechtermuisknop op de map, kies voor Toegang verlenen tot en vervolgens Specifieke personen. In het invoerveld kun je nu Iedereen typen en daarna op de knop Toevoegen klikken. De optie verschijnt nu in de lijst. Je kunt nu ook de rechten aan alle gebruikers toekennen: lezen of lezen en schrijven. Let wel, gebruik deze optie nooit als je verbinding maakt met een openbaar netwerk en je in het Netwerkcentrum hebt aangegeven dat je bestands- en printerdeling wilt inschakelen voor dat netwerk. Iedereen die jouw computer op dat netwerk kan zien, kan dan in theorie bij de algemeen gedeelde map komen. De optie Iedereen geeft immers aan dat er geen specifiek gebruikersaccount aan de gedeelde map is gekoppeld.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.

▼ Volgende artikel
Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken
© ID.nl
Huis

Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken

Vroeg of laat moet je bepaalde informatie digitaal delen. Denk aan contracten, medische gegevens of vertrouwelijke rapporten. Dat is vaak ook precies het moment waarop het mis kan gaan. Eén foutieve klik en je bestand belandt in verkeerde handen. Gelukkig zijn er slimme en relatief eenvoudige manieren om het risico te beperken, zonder paranoïde toestanden.

Wat gaan we doen

In deze workshop leer je stap voor stap hoe je gevoelige informatie digitaal kunt delen zonder risico. We laten zien hoe je metadata verwijdert, bestanden versleutelt met 7-Zip en toegang beperkt via OneDrive. Ook ontdek je hoe je e-mails extra beveiligt met Outlook, Gmail of Proton Mail. Zo weet je precies welke methode het beste past bij jouw situatie en houd je vertrouwelijke documenten echt vertrouwelijk.

Lees ook: 20 tips om je online privacy te waarborgen

Om te voorkomen dat vertrouwelijke informatie terechtkomt bij onbevoegden, gebruik je bij voorkeur een combinatie van beveiligingsmaatregelen. Versleutel je bestanden vóór verzending, gebruik wachtwoorden of toegangsrechten en kies voor veilige overdrachtsdiensten in plaats van standaardmail. Beperk daarnaast de toegang tot enkel de juiste personen of groepen. Zo houd je je data echt privé, ook na verzending. 

Metadata verwijderen

Welke versie van Windows je ook gebruikt: als je gevoelige bestanden deelt, is het verstandig om eerst de metadata te wissen. Wanneer je een bestand aanmaakt, slaat het systeem automatisch extra gegevens op, zoals de naam van de auteur, de datum van de laatste wijziging, de computernaam en meer. Deze metadata kunnen onbedoeld gevoelige informatie prijsgeven.

Gelukkig kun je deze metadata in Windows Verkenner eenvoudig verwijderen. Navigeer naar het bestand dat je wilt delen. Klik er met de rechtermuisknop op en kies Eigenschappen. Of gebruik de toetscombinatie Alt+Enter. Ga naar het tabblad Details. Klik onderaan op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen. Hier kun je ook de optie Maak een kopie waarbij alle mogelijke eigenschappen zijn verwijderd selecteren. Bevestig met OK. Hierdoor ontvang je een kopie van het bestand zonder de metadata.

Je kunt ook selectief de metadata selecteren die je wilt verwijderen.

➡️7-Zip

Installeren

Ben je van plan om een bestand via internet te versturen? Dan is versleuteling een slimme zet. Door een bestand te versleutelen, voorkom je dat onbevoegden toegang krijgen tot de inhoud, zelfs als ze dat per ongeluk in handen krijgen. Hoewel Windows 11 zelf versleutelingsopties biedt, zijn die alleen bedoeld voor lokale opslag en dus niet geschikt voor bestanden die je wilt delen. Gebruik daarom een externe tool zoals 7-Zip, een gratis, opensource-programma dat uitstekend werkt voor veilige compressie én encryptie.

7-Zip installeer je via de Opdrachtprompt: Open het Startmenu en zoek naar Opdrachtprompt. Klik met de rechtermuisknop op het resultaat en kies Als administrator uitvoeren. Typ de volgende opdracht en druk op Enter: winget install --id 7zip.7zip.

De tool wordt automatisch gedownload en geïnstalleerd. Zodra 7-Zip klaarstaat, kun je je bestand inpakken in een met een wachtwoord beveiligd archief (7z of zip) met sterke AES-256-encryptie. Op die manier kun je het bestand veilig versturen, bijvoorbeeld via e-mail of een cloudservice, mits je het wachtwoord apart en veilig deelt.

Installeer 7-Zip via de Opdrachtprompt.

Versleutelen

Om 7-Zip te starten, zoek je via Startmenu naar 7-Zip File Manager. Open de app en navigeer naar het bestand dat je wilt beveiligen. Selecteer dat en klik op de groene knop Toevoegen. Onderaan, in het gedeelte Versleuteling, vul je een wachtwoord in om het bestand te beveiligen. Typ het wachtwoord twee keer ter bevestiging.

Je kunt ervoor kiezen om het wachtwoord zichtbaar te maken, zodat je zeker weet dat je geen typfouten maakt. Daarnaast kun je ook de bestandsnaam versleutelen. Dat zorgt ervoor dat zelfs de naam van het bestand niet meer herkenbaar is, wat de inhoud extra goed afschermt voor nieuwsgierige ogen. Het resultaat is een versleuteld archiefbestand - een soort digitale container - dat alleen geopend kan worden met het ingestelde wachtwoord.

Standaard blijft het originele, niet-versleutelde bestand behouden. Wil je dat automatisch laten verwijderen? Vink dan in het venster Toevoegen aan archief de optie Bestanden na inpakken verwijderen aan. Zo blijft enkel de beveiligde versie over.

Voer een wachtwoord in om de container te beveiligen.

Uitpakken

Op het eerste gezicht lijkt het misschien alsof het bestand niet aan een programma is gekoppeld, maar 7-Zip herkent het formaat en pakt het zonder problemen uit. Houd er rekening mee dat de ontvanger ook over 7-Zip moet beschikken om het versleutelde archief te openen.

Deze opent het bestand in 7-Zip, selecteert het en klikt op de knop Uitpakken. Daarna vraagt 7-Zip waar het uitgepakte bestand moet worden opgeslagen en voert de ontvanger het juiste wachtwoord in. Stuur het wachtwoord nooit samen met het bestand. Verstuur het wachtwoord via sms, telefoon of een ander chatplatform.

Geef aan waar de container wordt uitgepakt en voer het wachtwoord in.

Versleutelen en splitsen

Wil je nog een extra beveiligingslaag toevoegen? Dan kun je het bestand niet alleen versleutelen met 7-Zip, maar ook opsplitsen in meerdere delen. Vervolgens kun je elk deel apart versturen, eventueel zelfs op verschillende momenten of via verschillende kanalen.

Open opnieuw 7-Zip en voeg het bestand toe dat je op deze manier wilt beveiligen. Stel een encryptiewachtwoord in en bevestig dat. In het veld Opsplitsen in volumes, bytes kies je de gewenste bestandsgrootte per deel. Dit is vooral handig voor grote bestanden. Stel dat het originele bestand 40 MB groot is. Als je 10 MB opgeeft, maakt 7-Zip er automatisch vier gelabelde delen van.

Voor maximale veiligheid kun je elk deel via een andere dienst of e-mailaccount verzenden. De ontvanger selecteert alle delen in 7-Zip (houd hiervoor de Ctrl-toets ingedrukt tijdens het aanklikken) en kiest daarna Uitpakken. Zodra het juiste wachtwoord wordt ingevoerd, worden de delen automatisch samengevoegd en ontsleuteld.

Op deze manier wordt het bestand opgesplitst in pakketten van maximaal 10 MB.

➡️OneDrive

Machtigingen

Met OneDrive stel je eenvoudig machtigingenin waarmee je bepaalt wie er toegang krijgt tot het bestand dat je eerder met 7-Zip hebt versleuteld. Het delen kun je op elk moment weer stopzetten. Open OneDrive via verkenner en navigeer naar de map waarin de versleutelde container staat. Klik met de rechtermuisknop op het bestand en kies voor Delen.

In het pop-upvenster voer je het e-mailadres in van de persoon met wie je het bestand wilt delen. Je kunt ook meerdere e-mailadressen of een mailgroep invoeren. Klik vervolgens op het potloodicoon om aan te geven of de ontvanger het bestand mag Bewerken of Alleen mag bekijken. Ben je klaar? Klik dan op Verzenden. De ontvanger krijgt een e-mail met een link om het bestand te downloaden.

Mag de ontvanger het bestand alleen lezen of mag hij het ook wijzigen?

➡️Outlook

E-mailversleuteling

Heb je een Microsoft 365-abonnement? Dan kun je gebruikmaken van de ingebouwde versleutelfunctie in Outlook om je e-mails en bijlagen extra te beveiligen.

Open de Outlook-app en klik op Nieuwe e-mail om een nieuw bericht op te stellen.Ga eventueel naar het tabblad Invoegen en kies Bestand bijvoegen.Selecteer via Op deze computer zoeken het gewenste bestand en klik op Openen.

Daarnaga je naar het tabblad Opties bovenaan het Lint.Klik op de knop Versleutelen. Je kunt hier ook kiezen uit verschillende beveiligingsniveaus.Maak je bericht af zoals gewoonlijk en klik op Verzenden.De e-mail wordt nu automatisch versleuteld verstuurd. De inhoud is onderweg beschermd en kan alleen worden geopend door de bedoelde ontvanger.

Gebruik de knop Versleutelen in het tabblad Opties.

Beveiligingsopties

Onder de knop Versleuteling zie je drie opties als je een Microsoft 365 Family- of Personal-abonnement gebruikt. De eerste optie is Niet doorsturen. Hierdoor blijft je bericht versleuteld binnen Microsoft 365 en kan de ontvanger het niet kopiëren of naar anderen doorsturen. Kies je Versleutelen, dan kunnen ontvangers met een Outlook.com- of Microsoft 365-account de bijlagen downloaden vanuit Outlook.com of de mobiele Outlook-app.

Wie een andere e-mailclient gebruikt, zoals Gmail, Thunderbird of Apple Mail, ontvangt een bericht dat er een Microsoft Office 365-versleutelde e-mail op hem wacht. Als de ontvanger op de link Bericht lezen klikt, dan schakelt hij naar het Microsoft 365 Portal voor berichtversleuteling en daar moet hij zich aanmelden met een eenmalige wachtwoordcode. Die code ontvangt hij in zijn e-mailclient en daarmee kan hij dan het bericht op de portal openen.

De derde optie is Geen machtiging ingesteld en daarmee verwijder je eerdere machtigingen. De versleutelfunctie in Outlook is ideaal voor wie snel en zonder technische omwegen gevoelige informatie wil delen binnen een professionele context. Je hoeft geen extra tools te installeren.

Gebruikt de ontvanger geen Outlook, dan wordt hij verwezen naar de Microsoft 365 Portal.

➡️Gmail

Vertrouwelijke modus

De extra beveiliging in Gmail heet Vertrouwelijke modus. Hiermee versleutel je je berichten, zodat alleen de bedoelde ontvanger ze kan lezen, zelfs als iemand anders toegang krijgt tot diens mailbox. Klik op Opstellen om een nieuw bericht te maken. Vul het e-mailadres van de ontvanger in, kies een onderwerp en typ je bericht. Voor je op Verzenden klikt, activeer je de extra beveiliging. Onderaan het berichtvenster zie je een aantal grijze knoppen. Helemaal rechts staat een pictogram van een slot met een wijzerplaat. Klik daarop om de Vertrouwelijke modus in te schakelen.


Gebruik je de mobiele app? Tik dan op de drie puntjes rechtsboven en kies daar het slotje. Ontvangers kunnen deze mail vervolgens niet doorsturen, kopiëren, afdrukken of downloaden. Er verschijnt ook een pop-upvenster waarin je de vervaltijd van het bericht instelt. Je kunt kiezen uit: 1 dag, 1 week, 1 maand, 3 maanden of 5 jaar. Na afloop van de gekozen periode verdwijnt het bericht automatisch uit de postbus.

Terwijl je de vervaltijd instelt, zie je ook de exacte einddatum.

Sms-beveiliging

In hetzelfde pop-upvenster kun je een extra beveiligingslaag toevoegen via de optie Toegangscode vereisen. Vink hier de optie Sms-toegangscode aan. De ontvanger kan het bericht dan pas lezen nadat hij of zij een code invoert die via sms op de mobiele telefoon wordt bezorgd. Hiermee voeg je een tweede beveiligingsfactor toe, wat het voor een indringer vrijwel onmogelijk maakt om toegang te krijgen. Die moet immers niet alleen de mailbox, maar ook de sms-berichten van de ontvanger onderscheppen. Dat is een bijzonder lastige combinatie.

Klik op Opslaan en vervolgens op Verzenden. Op dit moment kun je eventueel nog de vervaltijd van het bericht aanpassen. Dan verschijnt er nu een tweede pop-upvenster waarin je het telefoonnummer van de ontvanger moet invoeren. Klik opnieuw op Verzenden. De ontvanger krijgt vervolgens een e-mail met daarin een knop om het vertrouwelijke bericht in de browser te openen. Is sms-verificatie ingeschakeld? Dan ziet de ontvanger ter bevestiging de laatste twee cijfers van zijn of haar gsm-nummer. Na een klik op Send passcode wordt de toegangscode per sms verstuurd.

Voer het gsm-nummer in van de ontvanger.

Lees ook: 20 (écht) onmisbare tips voor Gmail

Documenten ondertekenen op je iPhone? Zo maak je een handtekening aan

View post on TikTok

➡️Proton Mail

Zwitserse veiligheid

De grote mailproviders maken er geen geheim van dat ze het e-mailverkeer scannen. Volgens eigen zeggen doen ze dat om hun dienstverlening te verbeteren. Daarbij richten ze zich vooral op de metadata van berichten: wie met wie communiceert, wanneer en hoe vaak. Ben je op je privacy gesteld, dan geeft dit idee een onbehaaglijk gevoel, zeker wanneer het om vertrouwelijke informatie gaat.

In dat geval kun je overstappen naar een ultraveilige aanbieder zoals Proton Mail (https://proton.me), een dienst die privacy centraal stelt. De servers staan in Zwitserland, waardoor de dienst onderworpen is aan een van de strengste privacywetgevingen ter wereld. Proton Mail werkt standaard met end-to-end-encryptie. Bij gewone e-mails is de verbinding tussen jou en de server meestal wel versleuteld met TLS (Transport Layer Security), maar de e-mail zelf wordt op de server in leesbare vorm opgeslagen.

End-to-end-encryptie (E2EE) bij e-mail betekent dat alleen de afzender en de beoogde ontvanger de inhoud van het bericht kunnen lezen. Zelfs de e-maildienst zelf kan niet zien wat er in de e-mail staat, omdat de versleuteling pas wordt verwijderd op het toestel van de ontvanger.

De gratis versie, Proton Free, biedt dezelfde sterke beveiliging als de betaalde formules, maar met enkele beperkingen. Je beschikt over één e-mailadres en 1 GB e-mailopslag. Daar staat tegenover dat je volledig reclamevrij werkt, niet gevolgd wordt en je berichten niet worden geanalyseerd of gelogd. Wie meer nodig heeft, kan upgraden naar een betaald abonnement, zoals Mail Plus (3,99 euro per maand bij jaarlijkse betaling).

Bij Proton Mail geniet je van end-to-end-versleuteling, wachtwoordbeveiliging en automatische verwijdering.


Zeg je Zwitsers en handig, dan zeg je …

Zakmessen!