ID.nl logo
Huis

Restricties voor gebruikersaccounts in Windows 10

Wanneer je als systeembeheerder te maken hebt met rechten van gebruikers, kun je allerlei restricties opleggen. Standaardgebruikers kunnen dan niet meer bepaalde Windows-onderdelen openen. Zo stel je restricties voor gebruikersaccounts in.

Er zijn tig beleidsregels beschikbaar in Windows. Het is aan jou om te beslissen welke restricties je zinvol vindt voor de beoogde gebruiker (of gebruikersgroep) en je doet er goed aan door alle items uit de Objecteditor te lopen. De Objecteditor kun je bereiken via Windows-toets+R en het commando gpedit.msc.

Toegang tot schijf ontzeggen

Klik daarvoor in de Objecteditor achtereenvolgens op Beheersjablonen / Windows-onderdelen / Bestandenverkenner. In het rechtervenster klik je op de kolomtitel Instelling zodat de bijhorende items alfabetisch geordend staan. Vervolgens dubbelklik je op De opgegeven stations verbergen in Deze computer.

In het dialoogvenster selecteer je de optie Ingeschakeld en kies je daarna de optie Beperken tot alleen stations A, B, C en D. De verleiding is misschien groot om maar meteen Alle stations beperken te kiezen, maar heb je bijvoorbeeld ‘virtuele stations’ voor de gebruikers gemaakt , dan zullen ook die stations niet langer beschikbaar zijn en dat is misschien niet de bedoeling.

Wanneer je deze beleidsregel uittest door je met het betreffende gebruikersaccount bij Windows aan te melden, dan zul je merken dat er in Windows Verkenner geen spoor meer is van de geblokkeerde stations. Echter, tik je in de adresbalk van Verkenner zelf iets in als E:\ dan krijg je alsnog toegang.

Dat valt gelukkig op te lossen: open opnieuw het item Bestandenverkenner in de Objecteditor, dubbelklik op Toegang tot stations via Deze computer verhinderen, schakel de optie in en kies ook hier Beperken tot alleen stations A, B, C en D. Ook deze achterdeur is nu netjes dicht.

©PXimport

Software-restricties

Je wilt wellicht voorkomen dat bepaalde gebruikers zomaar een of ander programma kunnen opstarten. Ook dat valt in te stellen via de Objecteditor. Open achtereenvolgens Gebruikersconfiguratie / Windows-instellingen / Beveiligingsinstellingen / Softwarerestrictiebeleid.

Initieel blijken er nog geen beleidsregels ingesteld, maar dat kan alsnog wanneer je Softwarerestrictiebeleid met de rechtermuisknop aanklikt en Nieuwe softwarerestrictiebeleidsregels selecteert. Vervolgens open je het onderdeel Beveiligingsniveaus en dubbelklik je op Niet toegestaan en op Als standaard instellen. Bevestig met Ja en met OK.

Op dit moment is het voor de betreffende gebruiker (of gebruikersgroep) niet langer mogelijk nog een applicatie op te starten, behalve dan voor de ingestelde uitzonderingen. Die vind je terug in het linkervenster bij het item Extra regels. Wanneer je dit item opent, dan zie je in het rechtervenster twee paden: de mappen %systemroot% (doorgaans is dat \Windows) en \Program Files. Alleen toepassingen die zich in deze mappen of in submappen ervan bevinden, zijn nog toegelaten.

Om een medegebruiker of bezoeker makkelijk toegang te verschaffen tot een programma in een van de geautoriseerde mappen, zorg je het best voor een snelkoppeling naar die toepassing op zijn bureaublad (lees: in de map c:\Users\<accountnaam>\Desktop).

©PXimport

Windows Store, opdrachtprompt en configuratiescherm

We kunnen ons er iets bij voorstellen dat je bepaalde gebruikers of bezoekers de toegang tot apps uit de Microsoft Store wilt verbieden. Ook dat kan via de Objecteditor. Kies hier achtereenvolgens Gebruikersconfiguratie / Beheersjablonen / Windows-onderdelen / Store. Dubbelklik in het rechtervenster op De Store-applicatie uitschakelen, selecteer Ingeschakeld en bevestig je keuze.

Verder, wil je vermijden dat een bezoeker naar de opdrachtprompt gaat, dan open je Beheersjablonen / Systeem, dubbelklik je in het rechtervenster op Toegang tot de opdrachtprompt voorkomen en kies je ook hier de optie Ingeschakeld, waarna je je keuze bevestigt. Net eronder zie je trouwens het item Toegang tot registerbewerkingsprogramma’s verhinderen aan. Ook deze functie laat zich op dezelfde manier uitschakelen.

Wellicht verbied je ook liever de toegang tot het Windows Configuratiescherm: deze optie vind je terug bij Beheersjablonen / Configuratiescherm. In de rubriek Beheersjablonen / Windows-onderdelen vind je ook nog allerlei beleidsregels terug voor de browsers Internet Explorer en Microsoft Edge.

Heb je bij Beheersjablonen een hele rist restricties ingesteld, dan loop je natuurlijk wel het risico dat je niet meer weet welke je precies hebt geactiveerd. Daar is min of meer een oplossing voor: open de onderste rubriek bij Beheersjablonen (Alle instellingen) en klik de kolomtitel Status aan: je krijgt nu een mooi overzicht van de ingeschakelde restricties.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.