ID.nl logo
PowerPoint: zo gebruik je het om de afbeeldingen op je dia's te stylen
© monticellllo - stock.adobe.com
Huis

PowerPoint: zo gebruik je het om de afbeeldingen op je dia's te stylen

Bij een PowerPointpresentatie draait het vooral om je kwaliteiten als verteller, ondersteund door fris beeldmateriaal. Om te voorkomen dat je de presentatie overlaadt met lappen tekst is het verstandig om extra zorg te besteden aan het beeldmateriaal, en daarvoor heb je genoeg aan PowerPoint zelf.

In dit artikel laten we zien hoe je de afbeeldingen in je diapresentatie kunt stylen:

  • Scherpte, helderheid en contrast
  • Kleurgebruik
  • Uitsnijden en draaien
  • Achtergrond verwijderen
  • Reflectie toevoegen

Ook interessant: Zo haal je zonder kwaliteitsverlies afbeeldingen uit een presentatie

Een afbeelding zegt meer dan duizend woorden. Draag er dus zorg voor dat de plaatjes in de PowerPointpresentatie van goede kwaliteit zijn en op de juiste manier geïntegreerd zijn in de dia’s. Let daarbij vooral op stijlvastheid; laat het geen ratjetoe worden van allerlei soorten afbeeldingen.

Ideeën van Designer

Je bent aanvankelijk natuurlijk geconcentreerd op de opbouw van de presentatie, maar laat je hierbij ook inspireren door Designer. Ga naar het tabblad Ontwerpen en klik op Ontwerpideeën. Hierdoor toont dit hulpmiddel, terwijl je werkt, voortdurend voorstellen, afgestemd op de inhoud waarmee je bezig bent. Wanneer je bijvoorbeeld een foto plaatst, zal Designer een aantal suggesties tonen waardoor de afbeelding misschien beter tot zijn recht komt. En iedere keer dat je een keuze maakt, toont deze assistent verdere variaties op het thema. Op die manier kun je afbeeldingen toevoegen tot je uitkomt bij het ontwerp dat je het best bevalt.

Hier stelt Designer voor om de foto over de volledige breedte van de dia te verdelen.

Scherpte, helderheid/contrast

Nadat de afbeelding is geplaatst, kun je de scherpte en de helderheid/contrast verbeteren. Klik op de afbeelding, zodat het tabblad Afbeeldingsindeling verschijnt (dit tabblad komt uitsluitend in beeld als je een afbeelding hebt geselecteerd). Hier gebruik je de knop Correcties. In het keuzemenu bepaal je bovenaan of het plaatje moet worden verscherpt of verzacht. Daaronder pas je de helderheid en het contrast aan.

Je hoeft niet op de miniaturen te klikken om het resultaat op het grote plaatje te zien. Ga gewoon met de muisaanwijzer over de verschillende miniatuurtjes en het effect verschijnt in de dia. Deze correcties zijn stapsgewijs opgebouwd. Je gaat bijvoorbeeld van Verscherpen 25% naar Verscherpen 50%. Je hoeft je niet aan die stapjes te houden; klik op Opties voor afbeeldingscorrectie en je kunt de scherpte en helderheid traploos regelen met schuifregelaars.

In het keuzemenu zijn de correcties stapsgewijs opgebouwd.

Kleurgebruik

In het tabblad Afbeeldingsindeling vind je ook de knop Kleur. Het klinkt misschien tegenstrijdig, maar je kunt hiermee ook de kleur van een afbeelding volledig onderdrukken, zodat je een afbeelding in grijswaarden krijgt. In dit voorbeeld hebben we zelfs gekozen om de kleurinformatie om te zetten naar wit en zwart, wat ook wel ‘drempelwaarde instellen’ heet.

Je wijzigt de kleur van de geselecteerde afbeelding aan de hand van drie opties. Met de optie Kleurverzadiging kun je de afbeelding levendigere kleuren geven. Hoe lager de verzadiging, hoe grijzer de afbeelding wordt.

Om de ‘temperatuur’ te wijzigen, gebruik je Kleurtoon. Ga met de muisaanwijzer over een van de vooraf gedefinieerde miniaturen om de afbeelding koeler of warmer te maken. Wil je een gestileerd effect toepassen, zoals het retro sepia of het drempel-effect waarover we het daarnet hadden, dan gebruik je Andere kleuren.

Met de functie Kleuren kun je ook kleuren onderdrukken.

Artistieke effecten

Het is ook mogelijk om een foto om te zetten in een potloodschets, in een tableau met verfstreken of in een plaatje waarover een plastic folie is getrokken. Alle bewerkingen zitten onder de knop Artistieke effecten.

Je kunt snel een van de effecten uit het keuzemenu selecteren, maar nog interessanter is de opdracht onderaan in dit menu: Opties voor Artistieke effecten. Hierdoor verschijnen meer mogelijkheden in de rechterbalk, en zo kun je bijvoorbeeld bij het effect Potloodschets de doorzichtigheid en de druk van het potlood instellen. Hier vind je trouwens ook de knop om onmiddellijk een ander artistiek effect te selecteren. Je moet echter wel een keuze maken, want het is niet mogelijk om verschillende effecten over elkaar aan te brengen.

Op de rechterafbeelding hebben we het effect potloodschets toegepast. 

Voel je je creatief?

Er is zo veel leuks om te doen!

Uitsnijden

Vaak worden foto’s interessanter door de compositie aan te passen, en dat doe je met het gereedschap Uitsnijden. Ook deze knop vind je in het tabblad Afbeeldingsindeling. Wanneer je op deze knop klikt, verschijnen er rond de geselecteerde afbeelding handvaten waarmee je precies kunt aangeven hoe PowerPoint dit plaatje moet afsnijden. Klik een tweede keer op deze knop of druk op Enter om de uitsnijding te bevestigen.

Onder de knop Bijsnijden vind je twee interessante opties. Met de Hoogte-breedteverhouding kun je een van de courante verhoudingen selecteren, zoals Vierkant of 1:1, 2:3, 3:4 enzovoort. In dit voorbeeld hebben we de tweede optie gekozen: Bijsnijden naar vorm. Op die manier kom je bij alle basisvormen die dit programma rijk is: vierkanten, pijlen, hartjes, sterren en nog veel meer. Klik op zo’n vorm om die toe te passen. Klik nog een keer op het gereedschap Uitsnijden en je kunt de afbeelding in deze vorm verschuiven. Uiteraard kun je de uitgesneden vorm ook schalen.

Hier hebben we de afbeelding uitgesneden met de basisvorm Kubus.

Geef er een draai aan

Iedere afbeelding kun je snel roteren. Selecteer de afbeelding en kies de knop Draaien. Met een muisklik kun je het plaatje links- of rechtsom kantelen. Het is ook mogelijk om de afbeelding verticaal of horizontaal te spiegelen. En je kunt de afbeelding uiteraard handmatig roteren via de greep die boven aan de afbeelding verschijnt.

Gebruik je verschillende afbeeldingen op dezelfde dia, dan krijg je het mooiste resultaat als je ze allemaal in dezelfde hoek kantelt. Selecteer daarom in het keuzemenu Meer opties voor draaien. Hierdoor verschijnt in de rechterbalk het panel Afbeelding opmaken, waar je niet alleen de hoogte en breedte van iedere afbeelding numeriek ingeeft, maar ook de draaihoek tot op de graad nauwkeurig bepaalt.

Beide foto’s zijn geroteerd in een hoek van 20°.

Sneller consistent Wil je verschillende afbeeldingen met exact dezelfde afmetingen, dezelfde schaduw, in dezelfde draaihoek plaatsen, dan doe je dat het best met de opdracht Afbeelding wijzigen.

Plaats eerst één plaatje op de dia. Roteer en schaal dit, en plaats eventueel een schaduw via de knop Afbeeldingseffecten. Als je helemaal tevreden bent, dupliceer je dit plaatje met Ctrl+D.

Dupliceer dit plaatje zo vaak als je afbeeldingen nodig hebt. Daarna klik je op één van de gedupliceerde foto’s met de rechtermuisknop en kies je de opdracht Afbeelding wijzigen. In het selectiemenu kies je een van de andere foto’s en PowerPoint zal die afbeelding meteen schalen, roteren en van het juiste achtergrondeffect voorzien. Je wijzigt dus de inhoud van de afbeelding, maar je behoudt de opmaak.

Met de opdracht Afbeelding wijzigen importeer je telkens een andere foto in de ingestelde opmaak.

Achtergrond verwijderen - snel

Soms wil je het onderwerp op een afbeelding vrijmaken van de achtergrond. PowerPoint heeft daar twee tools voor. Als je klikt op de knop Kleur, zul je daar de optie Doorzichtige kleur instellen terugvinden. Deze functie is bedoeld voor egale achtergronden. De cursor wijzigt in een soort pipet waarmee je de achtergrondkleur die je wenst te verwijderen ‘opzuigt’. PowerPoint maakt hiermee de aaneensluitende secties van dezelfde tint transparant. Helaas kun je dit met deze tool niet corrigeren. Het is dus een alles-of-niets-oplossing.

In dit voorbeeld hebben we geluk, want alleen bovenaan blijven er nog secties lucht zichtbaar. We snijden die weg met het gereedschap Bijsnijden. Daarna geven we de skyline met Kleur / Andere kleuren een blauwe tint en schalen we de afbeelding zodat die over de volledige breedte van de dia kan worden uitgespreid.

Boven de automatische functie Doorzichtige kleur, onder het resultaat.

Achtergrond verwijderen – nauwkeurig

Een meer verfijnde manier om de achtergrond transparant te maken, is de tool met de veelzeggende naam Achtergrond verwijderen. Dat is de eerste knop van het tabblad Afbeeldingsindeling. Hier beschik je over twee stiften, een groene en een rode, om aan te geven welke gebieden je wilt behouden en welke gebieden je wilt verwijderen. Iedere keer dat je een groene of rode streep trekt, moet PowerPoint even rekenen welke zones het zal corrigeren.

Deze manier duurt dus langer dan de vorige techniek, maar de functie werkt wel veel nauwkeuriger dan Doorzichtige kleur instellen. Ben je klaar, dan klik je bovenaan op de knop Wijzigingen behouden. Als je de bewerkte afbeelding als een nieuw bestand wilt opslaan, klik je met de rechtermuisknop op de foto en selecteer je Opslaan als afbeelding.

Met rode en groene strepen geef je aan wat verwijderd en wat behouden moet worden.

Reflectie

Om titels en afbeeldingen iets meer stijl te geven, kun je een reflectie-effect toepassen. Selecteer eerst de afbeelding waarop je dit effect wilt zien. Je kunt desgewenst ook meerdere afbeeldingen selecteren. Daarna klik je met de rechtermuisknop op de afbeelding en selecteer je Afbeelding opmaken. In het rechterpaneel kun je dan de gewenste reflectievoorinstelling kiezen.

Eventueel kun je ook in het tabblad Afbeeldingsindeling op Afbeeldingseffecten klikken en dan Weerspiegeling selecteren. Ga opnieuw met de muisaanwijzer over de verschillende voorinstellingen zodat PowerPoint het effect op de afbeelding kan tonen.

In het rechterpaneel kun je doorzichtigheid, de grootte, de vervaging en de afstand van de reflectie tot in detail regelen.

Hier kiezen we voor een reflectie die onderaan aansluit bij de foto.

Afbeeldingen comprimeren Door heel veel afbeeldingen toe te voegen aan de presentatie kan het PowerPoint-bestand best lijvig worden. Je kunt de diashow comprimeren of verkleinen, zodat deze soepeler zal afspelen en ook makkelijker te versturen is. Gebruik daarom afbeeldingen in het jpg-formaat. Kies alleen afbeeldingen in het png-formaat als die plaatjes een transparante achtergrond hebben. Daarna klik je op een afbeelding en in het tabblad Afbeeldingsindeling kies je Afbeeldingen comprimeren. Er verschijnt een pop-up waarin je aangeeft of alleen deze afbeelding of alle afbeeldingen verkleind moeten worden. Je kunt ook aanvinken dat de beeldinformatie van bijgesneden gebieden verwijderd mag worden. Ten slotte selecteer je de resolutie.

Door alle afbeeldingen te comprimeren, wordt de presentatie veel kleiner.
Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.