ID.nl logo
Netwerkproblemen? Analyseer ze met Wireshark
© pingingz - stock.adobe.com
Huis

Netwerkproblemen? Analyseer ze met Wireshark

Als je netwerk ineens slecht presteert, je verdacht netwerkverkeer vermoedt of simpelweg geïnteresseerd bent in de data die via je netwerkverbindingen stromen, kan Wireshark uitkomst bieden. Deze zeer populaire netwerkprotocol-analyzer legt datapakketten van netwerkverbindingen vast en analyseert deze, zodat je netwerkverkeer kunt monitoren en onderzoeken. Het is handig als je al enige kennis hebt van netwerkprotocollen.

In dit artikel laten we zien hoe je met Wireshark je netwerkverkeer kunt analyseren.

  • Doorvoersnelheid meten
  • Vertraging (latentie) meten
  • Hoeveelheid netwerkverkeer inzien
  • Verdachte poort identificeren
  • Controleren of je computer privacygevoelige informatie uitstuurt

Lees ook: Computerproblemen? Zo diagnosticeer je wat er loos is

1 Installatie

Wireshark is gratis en opensource en beschikbaar voor diverse platformen. Bij de installatie laat je de standaardopties, inclusief de installatie van API Npcap (versie 1.78, zie www.npcap.com) het best staan. Zet voor diepgaandere analyses van draadloos verkeer ook een vinkje bij Support raw 802.11 traffic (and monitor mode) for wireless adapters.

Let wel, Wireshark kan zonder aanvullende maatregelen (zoals pre-master secret of port mirroring) geen versleutelde datapakketten ontsleutelen en vangt alleen data op die direct van of naar het apparaat gaat waarop Wireshark draait.

2 Netwerkinterfaces

Bij het starten van Wireshark zoekt de app automatisch naar lokale netwerkinterfaces. Je kunt filteren op verschillende soorten interfaces, bijvoorbeeld Wired en Virtual, via het uitklapmenu bij All interfaces shown. Selecteer de gewenste interface door erop te dubbelklikken, bijvoorbeeld Ethernet of Wi-Fi.

Het commando ipconfig kan helpen bij het kiezen van de juiste adapter. Je belandt nu in het hoofdvenster waar het ‘packet sniffing’ al bezig is. Je kunt dit proces stoppen via Capture / Stop en hier ook weer herstarten. Het is mogelijk pakketten van een vorige sessie te bewaren. Deze sessiebestanden kun je later laden met File / Open.

3 Vensters en kleuren

In het venster Packet list worden de opgevangen pakketten getoond, standaard in chronologische volgorde. Dit omvat het bron- en doeladres, het netwerkprotocol en diverse technische details.

Het venster Packet details biedt gestructureerde informatie over het geselecteerde pakket, opgebouwd uit verschillende protocol lagen. In het venster Packet bytes zie je de daadwerkelijke data van het pakket, zowel in hexadecimale als ASCII-vorm.

Deze vensters kun je (de)activeren via het menu View. Hier vind je ook Coloring Rules, wat inzicht geeft in de kleurcoderingen van de pakketlijst. Deze regels zijn aanpasbaar en je kunt er ook nieuwe aan toevoegen.

4 Opvangfilters

Voordat we typische toepassingen van Wireshark behandelen, is het belangrijk dat je bekend bent met de voornaamste filteropties. Een standaard sessie genereert namelijk vaak een enorme hoeveelheid data. Met opvangfilters kun je deze al bij de bron beperken. Ga naar Capture / Options, kies een of meerdere netwerkinterfaces en klik op het groene blokje bij Capture filter for selected interfaces voor voorbeeldfilters. Om bijvoorbeeld enkel TCP-pakketten op te vangen, selecteer je simpelweg (TCP only:) tcp. Je kunt ook eigen filters instellen, zoals port 80 or port 443 om enkel TCP/UDP-verkeer op poort 80 of 443 te filteren. Klik op het kruisje om het filter weer weg te halen.

5 Weergavefilters

Gebruik alleen opvangfilters als Wireshark moeite heeft met het verwerken van het netwerkverkeer, wat blijkt uit het percentage Dropped in de statusbalk. Meestal werken weergavefilters beter: Wireshark vangt alle pakketten op, maar je filtert specifieke data uit de pakketlijst. Maak een filter in het veld boven de pakketlijst. Dat kan op protocol (ARP, IP, IPV6, TCP) en applicatie (DNS, HTTP, ICMP). Ook complexe filters zijn mogelijk, zoals: ip.addr == 192.168.0.0/24, http contains "GET", tcp.srcport != 80, of http.response.code == 404. Via het kruisknopje haal je een actief filter weer weg. De statusbalk vertelt je hoeveel pakketten er daadwerkelijk worden getoond.

OSI-model Om de grote hoeveelheid data die Wireshark produceert goed te begrijpen, is degelijke kennis van netwerkprotocollen essentieel. De tabel toont het zogeheten OSI-model (Open Systems Interconnection) met de zeven lagen, met een functiebeschrijving, enkele typische protocollen en aanvallen. De tabel geeft inzicht in hoe de protocollen functioneren binnen de verschillende lagen van netwerkcommunicatie. Wireshark is vooral nuttig binnen de data linklaag (zoals ethernet-frames), netwerklaag (zoals ip-pakketten) en transportlaag (zoals TCP- en UDP-segmenten), maar de tool biedt tevens inzicht in protocollen van hogere lagen (presentatie en applicatie), zoals voor http- en DNS-verzoeken.

Over filteren gesproken

Een schone lucht is ook belangrijk

6 Alternatieve filters

Er zijn andere manieren om data te filteren. Als je bijvoorbeeld met rechts klikt op een ip-adres in de kolom Destination en kiest voor de optie Apply as filter / Not selected, dan krijg je !(ip.dest == <ip-adres>). Met de operatoren and, or, not and, or not kun je nog verder bouwen op een al bestaand filter. Als je denkt een filter vaker te gebruiken, activeer het dan en klik op het plusknopje Add as display filter button, naast de (groene) filterregel. Typ een beknopt tekst in het veld Label en bevestig met OK. Het filter verschijnt nu als een knop. Klik er met rechts op om het uit te schakelen, te verwijderen of te bewerken.

7 Ordenen

Naast de verschillende filtermethodes, is het ook nuttig om te weten hoe je data zinvol kunt sorteren en ordenen. Een eenvoudige manier is door een- of tweemaal op een kolomtitel te klikken, waardoor de data volgens dat criterium gesorteerd worden. Je kunt ook zelf extra kolommen toevoegen: klik bijvoorbeeld in het venster met pakketdetails met rechts op een interessant item (zoals Destination Port in de sectie Transmission Control Protocol) en selecteer ApplyasColumn in het contextmenu. Er verschijnt een extra kolom, wat het sorteren vereenvoudigt. Om een kolom te verwijderen, klik je met rechts op de kolomtitel en verwijder je het vinkje of klik je op Remove this Column.

8 Doorvoersnelheid

Nu je vertrouwd raakt met Wireshark, haal je er allerlei nuttige informatie uit, zoals de daadwerkelijke snelheid van een specifieke verbinding. Stel, je wilt de doorvoersnelheid weten tijdens het downloaden van een groot bestand van een server. Begin met het vastleggen van deze netwerkverbinding in Wireshark. Na afloop ga je naar Statistics / Capture File Properties voor uitgebreide informatie, waaronder het tijdstip van het eerste en laatste pakket, en het aantal weggevallen en eventueel gefilterde pakketten. Onderaan vind je de bandbreedte of netwerkcapaciteit, uitgedrukt in (mega)byte en bit per seconde.

9 Vertragingen

Bij het analyseren van netwerkprestaties zijn zowel doorvoersnelheid als latentietijd belangrijk. Latentietijd (ook bekend als latency in het Engels) is de periode die een datapakket nodig heeft om van zender naar ontvanger te reizen. Voor inzicht in eventuele vertragingen voeg je de extra kolom Delta time toe. Deze toont het interval tussen de aankomst van opeenvolgende pakketten. Ga naar Edit / Preferences, klik op Appearance / Columns en voeg een kolom toe met het plusknopje. Dubbelklik op (Number) en kies voor Delta time. Dubbelklik eventueel op de titel om de naam aan te passen. Klik in de pakketlijst op deze kolomtitel om de datapakketten volgens de deltatijden te sorteren.

10 Druk verkeer

Indien je vermoedt dat er ongewoon veel netwerkverkeer is, open dan Statistics / Protocol Hierarchy. Hier zie je per protocol en applicatie de hoeveelheid verkeer. Niet-herkende protocollen of applicaties verschijnen onder de categorie Data. Om een specifiek item nader te onderzoeken, klik je er met rechts op en selecteer je Apply as Filter /Selected. Vervolgens kun je rechtsklikken op een pakket in de pakketlijst en Follow / TCPStream kiezen om de inhoud van de communicatie te analyseren. Het venster met de pakketbytes kan ook van pas komen bij deze analyse.

11 Verdachte poort

Stel dat je merkt dat je pc meerdere keren probeert een specifieke poort te bereiken. Om dit nader te bekijken, stel je via de pakketdetails bij TransmissionControl Protocol het item Destination Port in als weergavefilter. Om te achterhalen welke applicatie op je pc deze poort gebruikt, gebruik je de Opdrachtprompt van Windows. Deze opdracht toont alle verbindingen gerelateerd aan de poort:

netstat -aon | findstr :<poortnummer>

De laatste kolom toont het PID (Process-ID). Open Taakbeheer met Windows-toets+R, kies Processen en sorteer op de PID-kolom om de applicatie te identificeren.

12 Host-identificatie

Wireshark toont standaard ip-adressen, maar je kunt ook kiezen voor het weergeven van de bijbehorende hosts of domeinnamen. Ga naar Edit / Preferences en selecteer Name Resolution. Activeer hier Resolve network (IP) addresses. Zorg dat Enable IPgeolocation is ingeschakeld om, na het downloaden van geolocatiedatabases, de fysieke locaties van hosts te achterhalen (zie stap 13). Een overzicht van de vastgestelde hostnamen vind je onder Statistics / Resolved Addresses, waar je eventueel Hosts selecteert.

Studiemateriaal Je hebt tijd en oefening nodig om een krachtige tool als Wireshark onder de knie te krijgen. Er zijn gelukkig veel hulpbronnen online beschikbaar. Op YouTube vind je talrijke instructieve video’s, zoals de Wireshark Masterclass, bestaande uit tien lessen van elk ongeveer tien minuten. Wireshark Wiki biedt eveneens waardevolle informatie, inclusief een link naar een pagina met honderden verschillende traceerbestanden voor uiteenlopende protocollen. Deze kun je eenvoudig downloaden en importeren in Wireshark.

13 Ip-geolocatie

Voor het tonen van geolocatie in Wireshark zijn geolocatiedatabases nodig. De gratis (maar iets minder nauwkeurige) versies vind je op deze pagina. Na het aanmaken van een account download je de GeoLite2 Country- en City-databases en pak je ze uit naar twee mmdb-bestanden in dezelfde map. In Wireshark ga je naar Edit / Preferences /Name Resolution, klik op Edit bij MaxMind database directories en verwijs via de plusknop en Browse naar je uitpakmap. Herstart Wireshark, ga naar Statistics /Endpoints en open het tabblad IPv4 (of IPv6). Druk op de Map-knop en kies Open inbrowser om de locaties op kaart te bekijken.

14 Toegangsgegevens

In toenemende mate is netwerkverkeer standaard versleuteld, maar sommige protocollen, zoals FTP of POP3 (zonder extra beveiliging), verzenden toegangsgegevens ook niet-versleuteld. Om te controleren of er in jouw netwerkverkeer dergelijke privacygevoelige informatie wordt verstuurd, hoef je in Wireshark enkel het menu Tools te openen en Credentials te selecteren. Hier worden gevonden items weergegeven, inclusief het aanklikbare pakketnummer (waar je inderdaad de naam en/of het wachtwoord ziet staan) evenals het gebruikte protocol. Wellicht hoogtijd om een veiliger protocol in te zetten voor de authenticatie.

15 Referentiedata

Het is gebruikelijk Wireshark te starten voor het troubleshooten van netwerkproblemen. Voor belangrijke apparaten, zoals servers, is het raadzaam om zogenoemde baselines aan te maken. Dit zijn referentie-traceerbestanden die je helpen bij het diagnosticeren van netwerkproblemen. Het kan zelfs handig zijn om verschillende baselines voor één apparaat te maken. Denk bij een server bijvoorbeeld aan het opstarten en tijdens normaal gebruik. Leg in gewone omstandigheden van belangrijke apparaten dus telkens ander, specifiek netwerkverkeer vast en sla dit telkens op via File / Save.

16 Vergelijken

Loop je tegen problemen aan, dan kun je een opgeslagen baseline vergelijken met de huidige situatie. Dat kan in hetzelfde scherm door beide bestanden tegelijkertijd te openen. Om bestanden te vergelijken, open je een bestand met File / Open en voeg je een tweede toe met File / Merge. In het dialoogvenster kies je de samenvoegmethode: Prepend, Merge […] chronologically (standaard), of Append. Bij Prepend wordt het tweede bestand voor het huidige bestand gezet, bij Append achter het huidige bestand en door te kiezen voor Merge worden beide bestanden chronologisch door elkaar gezet.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.