ID.nl logo
Meerdere besturingssystemen op één pc met Workstation Pro
© monticellllo - stock.adobe.com
Huis

Meerdere besturingssystemen op één pc met Workstation Pro

Er zijn verschillende manieren om meerdere besturingssystemen op één pc te installeren en een multiboot-configuratie is er daar een van. Zo’n opzet is helaas complex, lastig en weinig flexibel. Met een virtualisatietool als Workstation Pro werkt dit eleganter en het is nu bovendien helemaal gratis voor persoonlijk gebruik.

In dit artikel leggen we uit hoe je meerdere besturingssystemen kunt draaien op één computer met behulp van VMware Workstation Pro:

  • Download VMware Workstation Pro
  • Zorg ervoor dat hardwarevirtualisatie ingeschakeld is
  • Installeer en configureer Workstation Pro
  • Creëer een virtuele machine met een bestaand vmdk-bestand of een iso-bestand
  • Optimaliseer en beheer je VM met snapshots, gedeelde mappen, en andere functies

Of ga aan de slag met de concurrent: Experimenteren zonder risico's: aan de slag met een virtuele machine

Wil je graag met een of meer Linux-distributies aan de slag of experimenteren met bijvoorbeeld een Windows-servereditie, dan zijn er verschillende mogelijkheden. Als het gebruik van meerdere computers geen optie is en de installatie van verschillende besturingssystemen elk op een aparte fysieke partitie (dual- of multiboot) je onaantrekkelijk lijkt – dat is begrijpelijk – dan is virtualisatie een logische keuze. Hierbij installeer je elk besturingssysteem in een afzonderlijke virtuele machine (VM), samen met de gewenste applicaties. Deze VM gebruikt de fysieke bronnen van je pc (het hostsysteem). Een VM beschikt over virtuele apparaten met vergelijkbare functionaliteit als fysieke hardware, maar biedt betere portabiliteit, beheersbaarheid en veiligheid.

Dankzij virtualisatie draai je eenvoudig meerdere besturingssystemen naast elkaar.

1 Hypervisors

De software die een VM beheert, heet een VM-manager of hypervisor. We onderscheiden twee hoofdtypes: type 1 (native of bare-metal) draait rechtstreeks op de hardware van de host, terwijl type 2 (hosted) boven op een bestaand besturingssysteem draait. Bekende type1-hypervisors zijn VMware ESXi (niet langer gratis) en Microsoft Hyper-V (ingebouwd in Windows Professional en hoger). Populaire type2-hypervisors zijn Oracle VM VirtualBox en (voor macOS) Parallels Desktop.

Toegegeven, type1-hypervisors gaan efficiënter om met de beschikbare bronnen en presteren beter doordat ze directe toegang tot de hardware hebben. Minder tussenlagen betekent ook minder aanvalsvectoren, wat de veiligheid ten goede komt. De installatie en het beheer zijn helaas complexer, wat deze hypervisors vooral geschikt maakt voor bedrijfsomgevingen. In dit artikel focussen we ons uitsluitend op een type2-hypervisor, omdat deze eenvoudiger te installeren en te gebruiken is.

Een type1-hypervisor (rechts) draait rechtstreeks op de hardware, zonder tussenliggend besturingssysteem.

2 Workstation Pro

Oracle VM VirtualBox is waarschijnlijk de populairste type2-hypervisor, omdat deze gratis en opensource is. Ook gratis voor persoonlijk gebruik is VMware Workstation Player, maar producent VMware (onderdeel van Broadcom) heeft dit onlangs vervangen door het meer professionele Workstation Pro, dat je voor niet-commercieel gebruik nu zonder beperkingen gratis kunt gebruiken. Voor macOS is er een vergelijkbare applicatie, VMware Fusion Pro, die nu eveneens gratis is voor persoonlijk gebruik.

In dit artikel richten we ons op het krachtige en flexibele Workstation Pro (versie 17.x). Extra functies die niet beschikbaar waren in Workstation Player zijn onder meer: meerdere VM’s tegelijk draaien, snapshots maken, VM’s klonen en virtuele netwerken configureren. Redenen genoeg dus om kennis te maken met Workstation Pro.

Workstation Pro: een krachtige hypervisor, nu ook gratis voor persoonlijk gebruik.

3 Systeemeisen

Workstation Pro is beschikbaar voor Linux en Windows. Wij installeerden dit op zowel Windows 11 Home als Pro, maar het kan ook op Windows 10 64 bit.

Voldoende geheugen is in elk geval nodig voor een vlotte werking: reken op minimaal 8 GB intern geheugen op de host. Tevens moet hardwarevirtualisatie zijn ingeschakeld. Dit controleer je snel vanuit het Taakbeheer (druk op Ctrl+Shift+Esc): ga naar Prestaties, klik op Processor in de linkerzijbalk en check of er Ingeschakeld staat bij Virtualisatie. Zo niet, dan moet je dit nog inschakelen in het UEFI/BIOS, bij een instelling als Intel VT-x, AMD-V, Virtualization Technology of Advanced CPU Configuration. Raadpleeg indien nodig je systeemhandleiding. Heb je dit voor elkaar, dan kun je in principe aan de slag.

Zorg dat hardware virtualisatie is ingeschakeld op je systeem.

4 Registratie

Om de gratis versie van Workstation Pro te downloaden en gebruiken, moet je je registreren op https://support.broadcom.com. Dit heeft de eerste keer wel wat voeten in de aarde: klik rechtsboven op Register, vul je e-mailadres en de captcha in, druk op Next en voer de verificatiecode uit het ontvangen e-mailbericht in. Klik op Verify & Continue en vul de gevraagde gegevens in, zoals naam en wachtwoord. Bevestig met CreateAccount. Klik rechtsboven op Login om je aan te melden met je e-mailadres en wachtwoord.

Klik vervolgens linksboven op Software / VMware Cloud Foundation / MyDownloads. Vul in de zoekbalk workstation in en klik op VMware Workstation Pro. Selecteer VMware Workstation Pro 17.0 for Personal Use (Windows) en kies de recentste release, in ons geval 17.5.2. Selecteer I agree to termsand conditions en klik op het wolkicoontje om het exe-bestand (618 MB) te downloaden.

De eerste keer vraagt de dienst om extra informatie, zoals je adresgegevens. Vul deze in (met echte dan wel nepgegevens), selecteer I Agree en klik op Submit. Mogelijk moet je nu nogmaals de gewenste software selecteren, waarna je via het wolkicoontje de download eindelijk kunt voltooien.

Zorg dat je de juiste software en versie downloadt.

5 Installatie

Start de installatie met een dubbelklik op het gedownloade exe-bestand. Een wizard verschijnt. Druk op Next, accepteer de licentieovereenkomst en druk opnieuw op Next. Afhankelijk van je systeeminstellingen kan er een bericht verschijnen dat het Windows Hypervisor Platform moet worden ingeschakeld. Gebruik je Hyper-V-functies in Windows en wil je mogelijke compatibiliteitsproblemen vermijden, dan zet je best een vinkje bij Install Windows Hypervisor Platform (WHP) automatically. In het andere geval haal je het vinkje weg. Klik op Next, zodat je het installatiepad kunt instellen.

Eventueel plaats je een vinkje bij Enhanced Keyboard Driver, wat in sommige gevallen een betere toetsenbordmapping en -integratie oplevert. Laat het andere vinkje gerust staan en klik op Next. In het daaropvolgende venster kun je het vinkje weghalen bij Join the VMware CustomerExperience Improvement Program. Klik op Next (2x) en rond af met Install en Finish. Wellicht is nu een herstart van je systeem vereist.

Voor compatibiliteit tussen Workstation Pro en Hyper-V-functies installeer je ook WHP: het Windows Hypervisor Platform.

6 Voorkeuren

De eerste keer dat je Workstation Pro opstart, verschijnt een venster waarin je een licentiesleutel kunt invullen, maar wij kiezen hier voor Use VMware Workstation 17 for Personal Use. Klik op Continue en Finish, waarna het hoofdvenster van de applicatie verschijnt, standaard met het tabblad Home geopend.

Hoewel de knop Create a New Virtual Machine verleidelijk oogt, is het goed om eerst Edit / Preferences te openen. Hier vind je veel opties. In de rubriek Workspace bepaal je via Browse waar je de virtuele machines standaard wilt installeren. Kies een locatie met voldoende vrije schijfruimte (een enkele VM kan snel tientallen GB in beslag nemen) en uit prestatie-overwegingen bij voorkeur niet op een netwerkshare. De optie Default hardware compatibility staat standaard ingesteld op Workstation 17.5.x, wat je het best zo laat, tenzij je bijvoorbeeld VM’s van een oudere installatie gebruikt.

We raden je aan alvast door alle rubrieken te bladeren, hoewel niet alle opties meteen relevant zullen zijn. Bij Hot Keys bijvoorbeeld kun je de sneltoetsen aflezen (en desgewenst aanpassen) waarmee je uit de omgeving van een VM ontsnapt (standaard Ctrl+Alt) en waarmee je in volledig scherm kunt werken (standaard Ctrl+Alt+Enter). Bevestig eventuele aanpassingen met OK.

Bekijk alvast welke opties je zoal kunt instellen. Dit komt naderhand zeker nog van pas.

7 Schijf voorbereiden

Tijd om een eerste VM te installeren. We gebruiken hiervoor een bestaand virtueel hardeschijfbestand, zoals deze vaak online te vinden zijn. Zo’n bestand (extensie .vmdk in VMware) bevat gegevens zoals het besturingssysteem, applicaties en gebruikersgegevens. Afhankelijk van de configuratie kan een virtuele schijf overigens meerdere vmdk-bestanden bevatten.

Een handige site met virtuele hardeschijfbestanden is www.osboxes.org. Klik op VM IMAGES en selecteer VMware Images. Hier kun je uit meer dan zestig Linux-distributies kiezen. Kies de gewenste distributie en release uit en download het bijbehorende VMware-schijfbestand. Zodra je het archief uitpakt, verschijnt het vmdk-bestand.

Om dit bestand om te zetten in een volwaardige VM heb je ook een configuratiebestand nodig (extensie .vmx). Dit bestand bevat instellingen zoals geheugen, aantal virtuele cpu’s, netwerkconfiguratie en informatie over welke virtuele schijf (vmdk-bestanden) de VM gebruikt. Dit verkrijg je als volgt: klik in Workstation Pro op Create a New Virtual Machine en selecteer Typical(recommended). Druk op Next en kies I will install the operating system later, zodat de VM initieel met een lege virtuele harde schijf wordt aangemaakt. Klik op Next en kies Linux bij Guest operating system. Bij Version selecteer je de juiste distributie, zoals CentOS 64-bit of Ubuntu 64-bit. Druk op Next, vul een Virtual machine name in en stel een geschikte locatie in. Klik op Next, stel Maximum disk size (GB) tijdelijk in op 1, kies Store virtual disk as a single file en bevestig met Next. Rond af met Finish.

De lege tijdelijke schijf van 1 GB vervangen we later door het echte vmdk-bestand.

8 Schijf koppelen

De VM verschijnt nu bovenaan de lijst, maar zonder de gegevens in het vmdk-bestand valt er niets mee aan te vangen. We koppelen de VM daarom aan het gedownloade vmdk-bestand. Selecteer de VM en klik op Edit virtual machine settings. Kies Hard Disk (SCSI) en verwijder de lege tijdelijke schijf door op Remove te klikken. Klik daarna op Add, kies HardDisk en druk op Next. Laat het aanbevolen schijftype (waarschijnlijk SCSI) staan en klik opnieuw op Next. Selecteer Use an existing virtual disk, klik op Next en verwijs via Browse naar het gedownloade vmdk-bestand. Bevestig met Openen en Finish.

In het volgende venster kies je KeepExisting Format indien gevraagd. Sluit het configuratievenster af met OK, selecteer je VM en klik op Power on this virtual machine. Als alles goed is, verschijnt even later het Linux-aanmeldvenster met osboxes.org als gebruikersnaam (het standaardwachtwoord is eveneens osboxes.org, in qwerty-lay-out). Met Ctrl+Alt geef je de controle weer terug aan je hostsysteem.

Ubuntu is met succes virtueel geïnstalleerd.

9 Iso-bestand

Vanaf de volgende paragraaf vertellen we hoe je een VM daadwerkelijk gebruikt en beheert. Eerst leggen we uit hoe je een VM maakt zonder een kant-en-klaar vmdk-bestand. In dit geval start je met een schijfkopiebestand (meestal met extensie .iso). Dit bestand is een exacte kopie van een (optische) installatieschijf, en bevat alle gegevens en de structuur van de originele schijf, zoals mappen, bestanden en bestandssysteeminformatie. Zulke iso’s zijn onder meer te vinden op de officiële websites van Linux-distributies of op verzamelsites zoals www.distrowatch.com. Windows-iso’s (zonder activering beperkt in tijd) vind je op de Microsoft-website.

Distrowatch staat vol met allerlei schijfkopiebestanden van Linux-distributies.

10 Windows-installatie

Wij nemen hier Windows 11 als voorbeeld. Kies Create a New Virtual Machine en selecteer Typical(recommended). Kies Installerdisc image file (iso). Verwijs met Browse naar het gedownloade iso-bestand en klik op Next. Stel de gewenste naam en locatie in en klik weer op Next. Bij Choose EncryptionType selecteer je gerust Only the files needed to support a TPM are encrypted […].

Vul een wachtwoord in (2x). Laat het vinkje bij Remember this password on this machine inCredential Manager staan. Klik op Next en stel de virtuele schijfgrootte in op bijvoorbeeld 80 GB. Zorg dat er geen vinkje staat bij de optie Allocate all disk space now om te vermijden dat deze ruimte meteen volledig wordt gereserveerd. Selecteer wel Store virtual disk as a single file. In het volgende venster verwijder je het vinkje bij Power on this virtual machine after creation en rond af met Finish.

Je VM wordt nu toegevoegd aan je VM-bibliotheek. Klik met rechts op de VM en kies Settings om te controleren of alle onderdelen correct zijn ingesteld. Je ziet hier onder meer opties als Network Adapter (NAT) en Trusted Platform Module.

Als alles er goed uitziet, klik dan op Power on this virtual machine. Zodra Press any key to boot from CDor DVD verschijnt, druk je snel op enkele willekeurige toetsen om de Windows-installatieprocedure te starten. Eventueel kies je hier Ik heb geen productcode. Na afloop en enkele automatische reboots kun je met je virtuele Windows-machine aan de slag.

Links: de setup van de virtuele Windows; rechts: de virtuele hardware van de vm.

11 VM-gebruik

Zoals aangegeven kun je meerdere VM’s tegelijk starten, zolang er voldoende systeembronnen op je host beschikbaar zijn. Elke VM opent dan op een apart tabblad. Een VM laat zich bedienen zoals een fysieke installatie, maar er zijn enkele extra functies beschikbaar. Vanuit de knoppenbalk bovenaan via het menu VM of vanuit het contextmenu van een actieve VM kun je je VM afsluiten (Power / Power off) of de huidige sessie stopzetten (Suspend) en later weer hervatten.

Met Capture Screen stuur je een schermafbeelding van het virtuele systeem naar het klembord van je host. Er is ook een knop waarmee je de toetscombinatie Ctrl+Alt+Del naar het virtuele systeem kunt sturen.

Bij virtuele Windows-installaties kun je de prestaties en sommige muis- en videofuncties optimaliseren. Meld je aan bij je virtuele systeem, klik met rechts op de VM-naam en kies Install VMware Tools. Gebeurt er niets, druk dan in je VM op Windows-toets+R, voer D:\setup.exe uit en volg de verdere instructies. Dit proces kan even duren.

Je kunt een virtuele machine pauzeren, afmelden en (netjes of abrupt) afsluiten.

12 VM-beheer

Een VM is ideaal voor experimenten zonder risico het systeem te beschadigen. Maak dan eerst een snapshot van het systeem. Vanuit het VM-menu kies je Snapshot / Takesnapshot, vul een naam en beschrijving in, en bevestig met Take snapshot. Je kunt later meer snapshots nemen of dit automatiseren via Settings van je VM, op het tabblad Options bij AutoProtect. Om terug te keren naar een specifiek snapshot kies je in het menu VM de optie Snapshot / Snapshot Manager, selecteer je het gewenste snapshot en kies je Go To. Bevestig met Yes.

In het tabblad Options van het venster Virtual Machine Settings vind je nog andere nuttige functies, zoals Shared Folders, die je kunt inschakelen na de installatie van VMware Tools. Via de Add-knop kun je specifieke locaties op je hostsysteem toegankelijk maken voor je VM, maar je doet dit op eigen risico.

Je kunt ook een kloon maken van een (afgesloten) VM om deze makkelijk naar Workstation Pro op een andere fysieke machine te verplaatsen. Open het menu VM en kies Manage / Clone. Kies Volgende en geef aan of je de huidige status van je VM of een te selecteren snapshot wilt klonen. Je kiest het best Create a full clone en geeft dan een naam en locatie op. Dit creëert een vmdk-bestand dat je elders kunt gebruiken.

Voor nog geavanceerdere mogelijkheden van Workstation Pro kun je de pdf-handleiding van 369 pagina’s raadplegen.

Als het moet, kun je mappen op de host ook vanuit je virtuele machine benaderen.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt
© Anders Beier
Huis

Baas over bladzijdes: plaats paginanummers waar je wilt

Lange documenten in Word voorzie je natuurlijk van paginanummers. Maar wat als je project begint met een voorblad en een inhoudsopgave? Dan wil je de paginanummering misschien pas later laten starten, bijvoorbeeld bij het eerste hoofdstuk. Gelukkig kun je zelf bepalen vanaf welke pagina de nummering begint en hoe die wordt weergegeven.

Stap 1: Sectie-einde

Stel dat je de paginanummering pas op pagina vier wilt laten beginnen. Plaats dan de cursor aan het einde van de tekst op de derde pagina. Ga naar het tabblad Indeling, klik op Eindemarkeringen en kies onder Sectie-einden de optie Volgende pagina. Zo voeg je een sectie-einde toe tussen pagina drie en vier.

Plaats een sectie-einde voor de pagina waar de nummering moet beginnen.

Stap 2: Ontkoppel de sectie

Klik in de kop- of voettekst van pagina vier. Je ziet nu het label Koptekst (Sectie 2) of Voettekst (Sectie 2) verschijnen. Zodra je dit doet, opent automatisch het tabblad Koptekst en voettekst. Klik op Aan vorige koppelen in de groep Navigatie om de kop- en voettekst van deze sectie los te koppelen van de vorige. Zo voorkom je dat de paginanummers ook op de eerste drie pagina’s verschijnen.

Zorg dat de optie 'Aan vorige koppelen' is uitgeschakeld voordat je nummers toevoegt.

Stap 3: Nummering plaatsen

Plaats de cursor opnieuw in de kop- of voettekst van pagina vier waar je de nummering wilt starten. Ga naar Paginanummer, kies waar je het nummer wilt tonen (bovenaan of onderaan) en kies een stijl. Je ziet nu waarschijnlijk dat pagina vier het cijfer 4 krijgt. Dat wil je aanpassen. Klik opnieuw op Paginanummer en kies Opmaak paginanummers. Selecteer hier Beginnen bij en vul het gewenste startnummer in – in dit voorbeeld: 1. Klik op OK. Nu begint de nummering pas op pagina vier, met het cijfer 1.

De eerste drie pagina’s hebben nu geen nummering. Als je die drie pagina’s door middel van Romeinse cijfers wilt nummeren, dan ga je terug naar de allereerste pagina en weer klik je op Paginanummer. Je beslist of de nummering boven- of onderaan de pagina moet komen. In het pop-up venster Opmaakpaginanummers selecteer je bovenaan de Romeinse stijl en in het vak Beginnen bij selecteer je 1.

Vanaf nu krijgt de vierde pagina het nummer 1.

▼ Volgende artikel
Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken
© ID.nl
Huis

Slim en veilig delen: zo voorkom je dat vertrouwelijke bestanden uitlekken

Vroeg of laat moet je bepaalde informatie digitaal delen. Denk aan contracten, medische gegevens of vertrouwelijke rapporten. Dat is vaak ook precies het moment waarop het mis kan gaan. Eén foutieve klik en je bestand belandt in verkeerde handen. Gelukkig zijn er slimme en relatief eenvoudige manieren om het risico te beperken, zonder paranoïde toestanden.

Wat gaan we doen

In deze workshop leer je stap voor stap hoe je gevoelige informatie digitaal kunt delen zonder risico. We laten zien hoe je metadata verwijdert, bestanden versleutelt met 7-Zip en toegang beperkt via OneDrive. Ook ontdek je hoe je e-mails extra beveiligt met Outlook, Gmail of Proton Mail. Zo weet je precies welke methode het beste past bij jouw situatie en houd je vertrouwelijke documenten echt vertrouwelijk.

Lees ook: 20 tips om je online privacy te waarborgen

Om te voorkomen dat vertrouwelijke informatie terechtkomt bij onbevoegden, gebruik je bij voorkeur een combinatie van beveiligingsmaatregelen. Versleutel je bestanden vóór verzending, gebruik wachtwoorden of toegangsrechten en kies voor veilige overdrachtsdiensten in plaats van standaardmail. Beperk daarnaast de toegang tot enkel de juiste personen of groepen. Zo houd je je data echt privé, ook na verzending. 

Metadata verwijderen

Welke versie van Windows je ook gebruikt: als je gevoelige bestanden deelt, is het verstandig om eerst de metadata te wissen. Wanneer je een bestand aanmaakt, slaat het systeem automatisch extra gegevens op, zoals de naam van de auteur, de datum van de laatste wijziging, de computernaam en meer. Deze metadata kunnen onbedoeld gevoelige informatie prijsgeven.

Gelukkig kun je deze metadata in Windows Verkenner eenvoudig verwijderen. Navigeer naar het bestand dat je wilt delen. Klik er met de rechtermuisknop op en kies Eigenschappen. Of gebruik de toetscombinatie Alt+Enter. Ga naar het tabblad Details. Klik onderaan op Eigenschappen en persoonlijke gegevens verwijderen. Hier kun je ook de optie Maak een kopie waarbij alle mogelijke eigenschappen zijn verwijderd selecteren. Bevestig met OK. Hierdoor ontvang je een kopie van het bestand zonder de metadata.

Je kunt ook selectief de metadata selecteren die je wilt verwijderen.

➡️7-Zip

Installeren

Ben je van plan om een bestand via internet te versturen? Dan is versleuteling een slimme zet. Door een bestand te versleutelen, voorkom je dat onbevoegden toegang krijgen tot de inhoud, zelfs als ze dat per ongeluk in handen krijgen. Hoewel Windows 11 zelf versleutelingsopties biedt, zijn die alleen bedoeld voor lokale opslag en dus niet geschikt voor bestanden die je wilt delen. Gebruik daarom een externe tool zoals 7-Zip, een gratis, opensource-programma dat uitstekend werkt voor veilige compressie én encryptie.

7-Zip installeer je via de Opdrachtprompt: Open het Startmenu en zoek naar Opdrachtprompt. Klik met de rechtermuisknop op het resultaat en kies Als administrator uitvoeren. Typ de volgende opdracht en druk op Enter: winget install --id 7zip.7zip.

De tool wordt automatisch gedownload en geïnstalleerd. Zodra 7-Zip klaarstaat, kun je je bestand inpakken in een met een wachtwoord beveiligd archief (7z of zip) met sterke AES-256-encryptie. Op die manier kun je het bestand veilig versturen, bijvoorbeeld via e-mail of een cloudservice, mits je het wachtwoord apart en veilig deelt.

Installeer 7-Zip via de Opdrachtprompt.

Versleutelen

Om 7-Zip te starten, zoek je via Startmenu naar 7-Zip File Manager. Open de app en navigeer naar het bestand dat je wilt beveiligen. Selecteer dat en klik op de groene knop Toevoegen. Onderaan, in het gedeelte Versleuteling, vul je een wachtwoord in om het bestand te beveiligen. Typ het wachtwoord twee keer ter bevestiging.

Je kunt ervoor kiezen om het wachtwoord zichtbaar te maken, zodat je zeker weet dat je geen typfouten maakt. Daarnaast kun je ook de bestandsnaam versleutelen. Dat zorgt ervoor dat zelfs de naam van het bestand niet meer herkenbaar is, wat de inhoud extra goed afschermt voor nieuwsgierige ogen. Het resultaat is een versleuteld archiefbestand - een soort digitale container - dat alleen geopend kan worden met het ingestelde wachtwoord.

Standaard blijft het originele, niet-versleutelde bestand behouden. Wil je dat automatisch laten verwijderen? Vink dan in het venster Toevoegen aan archief de optie Bestanden na inpakken verwijderen aan. Zo blijft enkel de beveiligde versie over.

Voer een wachtwoord in om de container te beveiligen.

Uitpakken

Op het eerste gezicht lijkt het misschien alsof het bestand niet aan een programma is gekoppeld, maar 7-Zip herkent het formaat en pakt het zonder problemen uit. Houd er rekening mee dat de ontvanger ook over 7-Zip moet beschikken om het versleutelde archief te openen.

Deze opent het bestand in 7-Zip, selecteert het en klikt op de knop Uitpakken. Daarna vraagt 7-Zip waar het uitgepakte bestand moet worden opgeslagen en voert de ontvanger het juiste wachtwoord in. Stuur het wachtwoord nooit samen met het bestand. Verstuur het wachtwoord via sms, telefoon of een ander chatplatform.

Geef aan waar de container wordt uitgepakt en voer het wachtwoord in.

Versleutelen en splitsen

Wil je nog een extra beveiligingslaag toevoegen? Dan kun je het bestand niet alleen versleutelen met 7-Zip, maar ook opsplitsen in meerdere delen. Vervolgens kun je elk deel apart versturen, eventueel zelfs op verschillende momenten of via verschillende kanalen.

Open opnieuw 7-Zip en voeg het bestand toe dat je op deze manier wilt beveiligen. Stel een encryptiewachtwoord in en bevestig dat. In het veld Opsplitsen in volumes, bytes kies je de gewenste bestandsgrootte per deel. Dit is vooral handig voor grote bestanden. Stel dat het originele bestand 40 MB groot is. Als je 10 MB opgeeft, maakt 7-Zip er automatisch vier gelabelde delen van.

Voor maximale veiligheid kun je elk deel via een andere dienst of e-mailaccount verzenden. De ontvanger selecteert alle delen in 7-Zip (houd hiervoor de Ctrl-toets ingedrukt tijdens het aanklikken) en kiest daarna Uitpakken. Zodra het juiste wachtwoord wordt ingevoerd, worden de delen automatisch samengevoegd en ontsleuteld.

Op deze manier wordt het bestand opgesplitst in pakketten van maximaal 10 MB.

➡️OneDrive

Machtigingen

Met OneDrive stel je eenvoudig machtigingenin waarmee je bepaalt wie er toegang krijgt tot het bestand dat je eerder met 7-Zip hebt versleuteld. Het delen kun je op elk moment weer stopzetten. Open OneDrive via verkenner en navigeer naar de map waarin de versleutelde container staat. Klik met de rechtermuisknop op het bestand en kies voor Delen.

In het pop-upvenster voer je het e-mailadres in van de persoon met wie je het bestand wilt delen. Je kunt ook meerdere e-mailadressen of een mailgroep invoeren. Klik vervolgens op het potloodicoon om aan te geven of de ontvanger het bestand mag Bewerken of Alleen mag bekijken. Ben je klaar? Klik dan op Verzenden. De ontvanger krijgt een e-mail met een link om het bestand te downloaden.

Mag de ontvanger het bestand alleen lezen of mag hij het ook wijzigen?

➡️Outlook

E-mailversleuteling

Heb je een Microsoft 365-abonnement? Dan kun je gebruikmaken van de ingebouwde versleutelfunctie in Outlook om je e-mails en bijlagen extra te beveiligen.

Open de Outlook-app en klik op Nieuwe e-mail om een nieuw bericht op te stellen.Ga eventueel naar het tabblad Invoegen en kies Bestand bijvoegen.Selecteer via Op deze computer zoeken het gewenste bestand en klik op Openen.

Daarnaga je naar het tabblad Opties bovenaan het Lint.Klik op de knop Versleutelen. Je kunt hier ook kiezen uit verschillende beveiligingsniveaus.Maak je bericht af zoals gewoonlijk en klik op Verzenden.De e-mail wordt nu automatisch versleuteld verstuurd. De inhoud is onderweg beschermd en kan alleen worden geopend door de bedoelde ontvanger.

Gebruik de knop Versleutelen in het tabblad Opties.

Beveiligingsopties

Onder de knop Versleuteling zie je drie opties als je een Microsoft 365 Family- of Personal-abonnement gebruikt. De eerste optie is Niet doorsturen. Hierdoor blijft je bericht versleuteld binnen Microsoft 365 en kan de ontvanger het niet kopiëren of naar anderen doorsturen. Kies je Versleutelen, dan kunnen ontvangers met een Outlook.com- of Microsoft 365-account de bijlagen downloaden vanuit Outlook.com of de mobiele Outlook-app.

Wie een andere e-mailclient gebruikt, zoals Gmail, Thunderbird of Apple Mail, ontvangt een bericht dat er een Microsoft Office 365-versleutelde e-mail op hem wacht. Als de ontvanger op de link Bericht lezen klikt, dan schakelt hij naar het Microsoft 365 Portal voor berichtversleuteling en daar moet hij zich aanmelden met een eenmalige wachtwoordcode. Die code ontvangt hij in zijn e-mailclient en daarmee kan hij dan het bericht op de portal openen.

De derde optie is Geen machtiging ingesteld en daarmee verwijder je eerdere machtigingen. De versleutelfunctie in Outlook is ideaal voor wie snel en zonder technische omwegen gevoelige informatie wil delen binnen een professionele context. Je hoeft geen extra tools te installeren.

Gebruikt de ontvanger geen Outlook, dan wordt hij verwezen naar de Microsoft 365 Portal.

➡️Gmail

Vertrouwelijke modus

De extra beveiliging in Gmail heet Vertrouwelijke modus. Hiermee versleutel je je berichten, zodat alleen de bedoelde ontvanger ze kan lezen, zelfs als iemand anders toegang krijgt tot diens mailbox. Klik op Opstellen om een nieuw bericht te maken. Vul het e-mailadres van de ontvanger in, kies een onderwerp en typ je bericht. Voor je op Verzenden klikt, activeer je de extra beveiliging. Onderaan het berichtvenster zie je een aantal grijze knoppen. Helemaal rechts staat een pictogram van een slot met een wijzerplaat. Klik daarop om de Vertrouwelijke modus in te schakelen.


Gebruik je de mobiele app? Tik dan op de drie puntjes rechtsboven en kies daar het slotje. Ontvangers kunnen deze mail vervolgens niet doorsturen, kopiëren, afdrukken of downloaden. Er verschijnt ook een pop-upvenster waarin je de vervaltijd van het bericht instelt. Je kunt kiezen uit: 1 dag, 1 week, 1 maand, 3 maanden of 5 jaar. Na afloop van de gekozen periode verdwijnt het bericht automatisch uit de postbus.

Terwijl je de vervaltijd instelt, zie je ook de exacte einddatum.

Sms-beveiliging

In hetzelfde pop-upvenster kun je een extra beveiligingslaag toevoegen via de optie Toegangscode vereisen. Vink hier de optie Sms-toegangscode aan. De ontvanger kan het bericht dan pas lezen nadat hij of zij een code invoert die via sms op de mobiele telefoon wordt bezorgd. Hiermee voeg je een tweede beveiligingsfactor toe, wat het voor een indringer vrijwel onmogelijk maakt om toegang te krijgen. Die moet immers niet alleen de mailbox, maar ook de sms-berichten van de ontvanger onderscheppen. Dat is een bijzonder lastige combinatie.

Klik op Opslaan en vervolgens op Verzenden. Op dit moment kun je eventueel nog de vervaltijd van het bericht aanpassen. Dan verschijnt er nu een tweede pop-upvenster waarin je het telefoonnummer van de ontvanger moet invoeren. Klik opnieuw op Verzenden. De ontvanger krijgt vervolgens een e-mail met daarin een knop om het vertrouwelijke bericht in de browser te openen. Is sms-verificatie ingeschakeld? Dan ziet de ontvanger ter bevestiging de laatste twee cijfers van zijn of haar gsm-nummer. Na een klik op Send passcode wordt de toegangscode per sms verstuurd.

Voer het gsm-nummer in van de ontvanger.

Lees ook: 20 (écht) onmisbare tips voor Gmail

Documenten ondertekenen op je iPhone? Zo maak je een handtekening aan

View post on TikTok

➡️Proton Mail

Zwitserse veiligheid

De grote mailproviders maken er geen geheim van dat ze het e-mailverkeer scannen. Volgens eigen zeggen doen ze dat om hun dienstverlening te verbeteren. Daarbij richten ze zich vooral op de metadata van berichten: wie met wie communiceert, wanneer en hoe vaak. Ben je op je privacy gesteld, dan geeft dit idee een onbehaaglijk gevoel, zeker wanneer het om vertrouwelijke informatie gaat.

In dat geval kun je overstappen naar een ultraveilige aanbieder zoals Proton Mail (https://proton.me), een dienst die privacy centraal stelt. De servers staan in Zwitserland, waardoor de dienst onderworpen is aan een van de strengste privacywetgevingen ter wereld. Proton Mail werkt standaard met end-to-end-encryptie. Bij gewone e-mails is de verbinding tussen jou en de server meestal wel versleuteld met TLS (Transport Layer Security), maar de e-mail zelf wordt op de server in leesbare vorm opgeslagen.

End-to-end-encryptie (E2EE) bij e-mail betekent dat alleen de afzender en de beoogde ontvanger de inhoud van het bericht kunnen lezen. Zelfs de e-maildienst zelf kan niet zien wat er in de e-mail staat, omdat de versleuteling pas wordt verwijderd op het toestel van de ontvanger.

De gratis versie, Proton Free, biedt dezelfde sterke beveiliging als de betaalde formules, maar met enkele beperkingen. Je beschikt over één e-mailadres en 1 GB e-mailopslag. Daar staat tegenover dat je volledig reclamevrij werkt, niet gevolgd wordt en je berichten niet worden geanalyseerd of gelogd. Wie meer nodig heeft, kan upgraden naar een betaald abonnement, zoals Mail Plus (3,99 euro per maand bij jaarlijkse betaling).

Bij Proton Mail geniet je van end-to-end-versleuteling, wachtwoordbeveiliging en automatische verwijdering.


Zeg je Zwitsers en handig, dan zeg je …

Zakmessen!