ID.nl logo
Kleuren komen niet overeen bij foto's printen, wat nu?
© PXimport
Huis

Kleuren komen niet overeen bij foto's printen, wat nu?

Je neemt foto’s met je smartphone of digitale camera, haalt ze naar je pc, bewerkt ze eventueel nog na en drukt ze af. Helaas: de kleuren komen niet overeen met die op het scherm van je smartphone of computer. Er is dus nog werk aan de winkel.

Je hebt het vast ook al meegemaakt dat de kleuren op je scherm er merkbaar anders uitzien dan de kleuren op de afdrukken van je eigen printer of die van een online printservice. Dit is een vervelend verschijnsel dat verschillende oorzaken heeft. We bekijken eerst de mogelijke aanstichters van zulke kleurverschuivingen. Deze kennis zetten we dan in om te proberen die verschuivingen weg te werken of minstens te beperken.

Heel eenvoudig is het allemaal niet, want er komen termen voorbij als kleurmodel, kleuromvang, weergave-intentie, kalibratie en kleurprofiel, maar met enige inspanning en wat geëxperimenteer krijg je vast en zeker wat je beoogt: meer natuurlijke en overeenkomende kleuren, zowel op je scherm als op je printer.

Kleurmodel

Eigenlijk hoeft het niet eens zo te verbazen dat de kleuren op je scherm en van je afdrukken behoorlijk kunnen verschillen. Om te beginnen heeft dat te maken met de manier waarop beide toestellen kleuren samenstellen.

Op een beeldscherm gebeurt dat door een directe lichtbron die met de primaire kleuren rood, groen en blauw werkt, het zogeheten RGB-model. Als deze drie kleuren in volle sterkte aanwezig zijn, dan krijg je wit: het additieve kleurmodel.

Bij printers werkt dat totaal anders. Hier vertrek je normaliter van wit papier en naarmate je de drie primaire inktkleuren (cyaan, magenta en geel) over elkaar heen drukt, vermindert de lichtreflectie en krijg je (ongeveer) zwart. Dit heet het CMYK-model (waarbij K staat voor zwart) of subtractieve kleurmodel.

Je begrijpt dat er heel wat rekenwerk bij te pas komt om kleuren uit het RGB-model om te zetten naar kleuren van een CMYK-model. Een volledig intacte kleurentransitie is zo goed als onmogelijk.

©PXimport

Kleuromvang 

Daar komt nog bij dat elk kleurmodel een andere kleuromvang heeft, ook wel kleurbereik of kleurruimte genoemd (in het Engels ‘gamut’). Anders gezegd: elk toestel reproduceert tot op zekere hoogte een verschillend scala aan kleuren. Zo komen diepblauwe tinten vaak beter tot hun recht op een beeldscherm dan op een printer.

De specifieke kleurinformatie van zo’n apparaat vind je terug in een zogeheten kleurprofiel. Verderop in dit artikel zien we hoe je zelf een kleurprofiel voor je monitor creëert en hoe je ook bijkomende profielen kunt installeren.

De kans is dus reëel dat het uitvoerapparaat, zoals een printer, een beperktere kleuromvang heeft dan het invoerapparaat, zoals je scherm. Als je dan kleurenfoto’s afdrukt, zit er niets anders op dan geschikte vervangkleuren te kiezen voor pixels die buiten het bereik van de printer vallen.

Bij de betere fotobewerkingsprogramma’s kun je dit vervangproces bijsturen met behulp van de functie renderintentie oftewel weergave-intentie. Er zijn er een handvol, maar de meestgebruikte intenties zijn relatief colorimetrisch en in mindere mate perceptueel.

Bij colorimetrische intenties wordt het witte punt van het invoerapparaat met dat van het uitvoerapparaat vergeleken, waarna alle kleuren die buiten het bereik vallen naar de dichtstbijzijnde beschikbare kleuren worden verschoven. Bij perceptuele intenties wordt geprobeerd de natuurlijke ‘look’ van de afbeelding zoveel mogelijk te behouden, al gaat dat dan ten koste van de exacte overeenstemming van de kleurpixels in beide apparaten. 

©PXimport

Gamutvision

Om een idee te krijgen van wat voor impact een ander kleurprofiel of weergave-intentie kan hebben op de kleurwerking, kun je Gamutvision installeren (zie https://kwikr.nl/gamuitleg voor instructies).

Start de tool en open linksonder het uitklapmenu bij 1. Kies Browse en haal een geschikt kleurprofiel op, bijvoorbeeld dat van je gekalibreerde scherm (zie meer bij ‘Schermkalibratie’). Standaard bevinden deze profielen zich in C:\Windows\System32\Spool\drivers\color. Doe nu hetzelfde voor 2, maar kies een ander profiel, bijvoorbeeld een printerprofiel. Vervolgens klik je linksonder op de View-knop, stel je Rendering in op None (or Print Test) en in het uitklapmenu rechtsboven selecteer je een weergave als 3D L*a*b* (wire input, solid output). De afbeelding links toont je het verschil tussen beide kleuromvangen. Selecteer gerust ook andere weergave-intenties en bekijk telkens het effect.

Maar het kan nog fraaier. Selecteer in het uitklapmenu rechtsboven Read Image for analysis en haal een afbeelding op. Selecteer de kleurprofielen voor scherm en printer. In het uitklapmenu, in het midden rechts, kies je Output > Monitor. Je krijgt nu al op je scherm een goede indruk van hoe de printerkleuren eruit zullen zien, in de veronderstelling dat je een correct printerprofiel had geselecteerd (zie ook de paragraaf ‘Workflow: softproofing’ verderop).

Het is bovendien mogelijk om het verschil tussen invoer en uitvoer per pixel te bekijken. Plaats een vinkje bij Probe en klik met het vizier op een pixel in je afbeelding. Linksonder zie je het verschil tussen de invoerkleur (boven) en de uitvoerkleur (onder). Klik buiten de afbeelding om deze Probe-modus te beëindigen.

©PXimport

Kalibratie

Je weet nu al waarom de kleuren op een scherm en een printer er zomaar anders uit kunnen zien. Maar het kan ook gebeuren dat kleuren op hetzelfde type apparaat (scherm of printer) enigszins verschillen, zelfs op apparaten van hetzelfde merk en type. Of dat de kleuren op het apparaat er morgen anders uitzien dan vandaag, want er kan slijtage optreden.

Zulke kleurafwijkingen kunnen desastreus zijn voor de workflow van je foto’s. Stel bijvoorbeeld dat je monitor een groene kleurenzweem heeft en bovendien te helder is ingesteld. Dan is het risico groot dat je met een foto-editor ten onrechte de helderheid gaat opschroeven en het aandeel van de kleur groen in je foto gaat verminderen.

Om dit te vermijden, doe je er goed aan het apparaat regelmatig te kalibreren. Toegegeven, de meest accurate schermkalibraties voer je met een zogeheten colorimeter uit, zoals de Datacolor SpyderX Pro (circa 130 euro), in combinatie met bijbehorende software of met een opensource-tool als DisplayCal.

We gaan er echter van uit dat je niet over zulke gespecialiseerde tools beschikt. Dat houdt in dat je eventuele kleurafwijkingen met je eigen ogen zult moeten vaststellen. Om je alvast een idee te geven hoe lastig dat kan zijn en hoe accuraat je dat zelf kunt, is er een online test.

©PXimport

Schermkalibratie

Wij zetten voor onze schermkalibratie graag de kalibratiewizard van Windows in. Je voert zo’n kalibratie bij voorkeur uit als je scherm al enige tijd is ingeschakeld en in (licht)omstandigheden die het beste aansluiten bij je normale werkomstandigheden.

Typ kalibreren in de Windows-zoekbalk en voer Beeldschermkleur kalibreren uit. Druk op Volgende. Lees aandachtig de instructie op het scherm. Via fysieke knopjes op je scherm kun je normaliter een OSD-menu openen (On-Screen Display) van waaruit je dan bij voorkeur, wat kleuren betreft, de standaardfabrieksinstellingen van je beeldscherm selecteert.

Druk in de wizard nogmaals op Volgende (3x) en verplaats de schuifknop zodanig dat de puntjes in het midden van elke cirkel zo weinig mogelijk zichtbaar zijn. Druk nogmaals op Volgende (2x): vanuit het OSD-menu probeer je nu de optimale helderheid in te stellen, en wel zodanig dat de grote X en het overhemd op de afbeelding nog net zichtbaar zijn. Druk op Volgende (2x), waarna je deze keer via het OSD-menu voor een optimaal contrast zorgt.

Druk alweer op Volgende (2x) en experimenteer met de kleurinstellingen van het OSD-menu tot elke kleurzweem uit de grijze balken is geweerd. Druk nogmaals op Volgende en druk een paar keer op Vorige kalibratie en op Huidige kalibratie om het verschil te zien. Ben je tevreden met je ingreep, bevestig dan met Voltooien. Het vinkje bij ClearType Tuner mag je gerust laten staan: je krijgt dan nog de gelegenheid de tekstweergave op je scherm te optimaliseren.

Verderop in dit artikel zullen we zien dat Windows nu automatisch een geoptimaliseerd kleurprofiel voor je scherm heeft aangemaakt dat je handig kunt gebruiken.

©PXimport

Printerkalibratie

In het kader ‘Spectrofotometer’ hieronder lees je hoe je een accuraat kleurprofiel voor je printer kunt bemachtigen, maar desnoods kan het ook ‘handmatig’ – met je eigen oog als scheidsrechter. Zoek alvast een paar geschikte kleurplaatjes op, zoals die op www.lagom.nl/lcd-test en www.digitaldog.net/tips. Vul die gerust aan met enkele andere kleurrijke plaatjes. Deze druk je vervolgens af met de printer, op de papiersoort die je ook voor je foto’s gaat gebruiken.

Je pakt er het best een vergrootglas bij om de resultaten te controleren op eventuele onvolkomenheden zoals kleurenzweem. Deze kun je dan proberen bij te stellen vanuit het instellingenvenster van je printerdriver. Typ hiervoor printer in de zoekbalk van Windows en kies Printers en scanners. Selecteer je printer en klik op Beheren / Printereigenschappen. Je vindt hier vast wel opties en tabbladen om de kleurverwerking door je printer aan te passen, bijvoorbeeld bij Voorkeursinstellingen / Kleur

©PXimport

Spectrofotometer

Om de kleuren van je printer accuraat te kalibreren, heb je eigenlijk een spectrofotometer nodig. Die meet de golflengte van het licht over het zichtbare kleurenspectrum. In combinatie met de bijbehorende software kun je dan een kleurenanalyse van je afdrukken uitvoeren om op basis daarvan een kleurprofiel voor je printer te creëren. Je kunt zo’n analyse ook wel uitbesteden, bijvoorbeeld bij het Nederlandse www.kleurprofiel.com. Het komt erop neer dat je een paar tiff-fotobestanden afdrukt zonder kleurcorrectie toe te passen, bijvoorbeeld met de gratis tool ACPU van Adobe. De afgedrukte prints stuur je vervolgens per post op, waarna je het kleurprofiel via mail ontvangt (prijzen vanaf 35 euro).

©PXimport

Kleurprofiel installeren

Je weet intussen hoe je een kleurprofiel kunt creëren voor je scherm en voor je printer. We raden je trouwens ook aan de website van de fabrikant van je scherm en printer te doorzoeken op mogelijke kleurprofielen. Voor schermprofielen kun je ook wel de uitgebreide database doorzoeken bij TFT Central.

Zo’n kleurprofiel is in essentie een tabel die specifieke kleurkenmerken van een apparaat, zoals de kleuromvang, vertaalt naar een apparaat-onafhankelijke kleurruimte – de zogeheten werkruimte. Veelgebruikte werkruimtes zijn sRGB en AdobeRGB. Maar hoe installeer je zo’n kleurprofiel op je computer? In Windows gaat dat als volgt. 

Druk op Windows-toets+R en voer colorcpl uit. In het programmavenster selecteer je het beoogde apparaat in het uitklapmenu, zoals monitor, printer of scanner. Het bijbehorende actieve profiel duikt nu op. Heb je de kalibratiewizard uitgevoerd, dan verschijnt bij je monitor normaliter het profielbestand CalibratedDisplayProfile-[x].icc. Zoals eerder aangegeven, zoekt Windows standaard naar deze profielen in C:\Windows\System32\Spool\drivers\color.

Verkies je een ander profiel, plaats dan een vinkje bij Mijn instellingen voor dit apparaat gebruiken, klik op Toevoegen, verwijs naar de juiste locatie en klik op Als standaardprofiel instellen.

Keer je toch liever terug naar de originele instellingen, druk dan op de knop Profielen en selecteer Mijn instellingen door de standaardwaarden van systeem vervangen.

©PXimport

Workflow: profiel

Laten we er even van uitgaan dat je je in- en uitvoerapparaten hebt gekalibreerd en dat je er bovendien optimale kleurprofielen aan hebt gekoppeld. Dat is al een hele stap, maar je moet er natuurlijk nog wel voor zorgen dat je dit alles optimaal in je workflow integreert. Hoe je dat precies doet, hangt helaas af van de apparatuur en van de gebruikte software.

Wat deze laatste betreft, nemen we hier kort het gratis GIMP als voorbeeld, maar vergelijkbare mogelijkheden vind je bijvoorbeeld ook bij Adobe Lightroom of het gratis Darktable.

Installeer en start GIMP op. Via Bestand / Openen haal je een geschikte foto op. Beschikt die over een ingebed kleurprofiel – zoals toegekend door een digitale fotocamera of scanner – dan biedt GIMP aan om dat te converteren naar de standaard sRGB-werkruimte van GIMP. Dat mag je gerust doen, tenzij je absoluut het reeds ingebedde kleurprofiel van de foto wilt behouden. Je kunt trouwens op elk moment ook zelf een ander kleurprofiel toekennen via Afbeelding / Kleurbeheer / Kleurprofiel toewijzen.

©PXimport

Workflow: softproofing

Het zou natuurlijk interessant zijn om alvast een goede indruk te krijgen van hoe je foto er in afgedrukte vorm uit zou zien. Dat is mogelijk dankzij de functie softproofing, die je bij voorkeur uitvoert op een gekalibreerd scherm. Het komt erop neer dat je de foto op je scherm bekijkt, maar wel via het kleurprofiel van je printer. Een afdrukvoorbeeld op je scherm als het ware, in plaats van op papier.

In GIMP ga je hiervoor als volgt te werk. Ga naar Bewerken en kies Voorkeuren. Open de rubriek Kleurbeheer en klik op het pijltje bij Afdrukvoorbeeld / Profiel afdrukvoorbeeld. Klik op Kies kleurprofiel van schijf en verwijs naar het beoogde (CMYK-)kleurprofiel (zie ook het kader ‘Adobe kleurprofielen’). De renderintentie wil je wellicht op Relatief colorimetrisch instellen. Plaats een vinkje bij Kleuren buiten het gamut markeren als je zo dadelijk de kleuren wilt markeren die je printer niet exact kan weergeven. Bevestig met OK en herstart GIMP.

Importeer je foto, open het menu Beeld, kies Kleurbeheer en plaats een vinkje bij Afdrukvoorbeeld. Je ziet nu hoe je afgedrukte foto er ongeveer uit zal zien, zodat je eventueel eerst nog een en ander kunt optimaliseren.

Inderdaad, de perfecte foto kost wat tijd en moeite.

©PXimport

Adobe kleurprofielen

In de meeste gevallen zul je foto’s willen afdrukken met je eigen printer of doorsturen naar een printservice. Beschik je niet over een aangepast kleurprofiel of kun je zo’n profiel niet downloaden bij de printservice, dan kun je eventueel nog gebruikmaken van de CMYK-kleurprofielen die door Adobe ter beschikking worden gesteld. Helaas blijkt de betreffende downloadserver niet meer te werken. Wel kun je het zip-bestand met de profielen nog ophalen via

©PXimport

▼ Volgende artikel
Hoe kies je de beste inbouw-magnetron?
© v74
Huis

Hoe kies je de beste inbouw-magnetron?

Een inbouw-magnetron is ideaal als je op zoek bent naar een vaste plek voor je magnetron in een strakke, opgeruimde keuken. Maar hoe weet je welke je moet kiezen? De opties zijn uitgebreid: van compacte solo-magnetrons tot volwaardige combi-magnetrons met stoomfunctie. In dit artikel lees je waar je op moet letten zodat je een model vindt dat past bij jouw keuken én bij de manier waarop je kookt!

Dit is belangrijk bij het kiezen van een inbouw-magnetron
  • Nishoogte, nisbreedte en nisdiepte
  • Solo-magnetron of combi-magnetron?
  • Bediening: draaiknop of touch?
  • Aansluitingen ventilatie

Meten = weten

Een inbouw-magnetron moet precies passen in de nis van je keukenmeubel. Daarom is het belangrijk om goed naar de afmetingen te kijken. Fabrikanten vermelden altijd de benodigde nishoogte, nisbreedte en nisdiepte in de specificaties. De standaard nishoogtes zijn meestal 38 cm of 45 cm. Sommige modellen zijn hoger, maar dan gaat het vaak om combi-ovens of apparaten met extra functies.

De nisbreedte is vrijwel altijd 56 cm. 60 cm komt ook voor, maar dat is eigenlijk meer geschikt voor een volledige oven dan voor een inbouw-magnetron. De nisdiepte varieert tussen de 55 en 58 cm. Meet de beschikbare ruimte goed op, inclusief de diepte van de achterwand en eventuele obstakels zoals elektriciteitsleidingen. Zit er een plint of deur onder? Controleer dan ook of de klep van de magnetron volledig open kan. Hieronder lees je nog wat meer over de afmetingen.

Nishoogte, nisbreedte en nisdiepte: dit zijn de gangbare maten

✅ Nishoogte 38 cm (ca. 380 mm): gangbare maat voor solo-magnetrons. Wordt vaak ingebouwd boven een oven of in een hoge kast. 45 cm (ca. 450 mm): gebruikelijk voor combi-magnetrons. Deze hoogte heb je nodig als je naast de gewone magnetronfuncties (ontdooien/opwarmen) ook wilt grillen of met hetelucht wilt bakken. 60 cm (ca. 590 mm): deze hoogte heb je nodig voor een volwaardige oven met magnetronfunctie. Let op: de magnetronfunctie werkt meestal minder krachtig dan bij een echte magnetron. ✅ Nisbreedte 56 cm (meestal 560 mm nismaat) is standaard. De frontbreedte van het apparaat is dan vaak rond de 595 mm, zodat het mooi aansluit op de omliggende kastfronten. ✅ Nisdiepte 55 tot 56 cm is standaard bij een diepe kast. Sommige apparaten passen al vanaf 50 cm diepte, vooral als de stekker naar beneden kan worden weggewerkt.

©RossandHelen

Solo of combi: welk type magnetron heb je nodig?

Een solo-magnetron gebruik je voor het opwarmen van voedsel, het ontdooien van diepvriesproducten of het bereiden van eenvoudige gerechten. Dit type magnetrons is eenvoudig in gebruik, vaak goedkoper en verbruikt minder stroom. Gebruik je de ovenfunctie nauwelijks, dan is dit een logische keuze.

Een combi-magnetron combineert de magnetronfunctie met een heteluchtoven. Je kunt er dus ook pizza's, taarten of ovenschotels in maken. Sommige combi-magnetrons hebben zelfs een grillstand of een stoomfunctie , waardoor je meerdere keukenapparaten kunt vervangen door één toestel. Houd er wel rekening mee dat een combi-magnetron doorgaans iets duurder is en iets langer nodig heeft om voor te verwarmen dan een volwaardige oven.

Voorbeeld: kook je veel met verse groenten en vis, dan is een model met stoomfunctie interessant. Warm je vooral soep en kant-en-klaarmaaltijden op, dan is een solo-magnetron vaak meer dan voldoende.

Bediening: draaiknop of touch?

Het gebruiksgemak verschilt per model. Traditionele modellen hebben vaak draaiknoppen: één voor het vermogen, één voor de tijd. Simpel en overzichtelijk, vooral geschikt als je de magnetron hoofdzakelijk gebruikt voor opwarmen en ontdooien.

Moderne inbouw-magnetrons zijn vaak uitgerust met touchbediening of zelfs een touchscreen. Je selecteert dan via het display het programma, de temperatuur of het gewicht. Sommige modellen hebben automatische programma's die zelf de bereidingstijd en het vermogen aanpassen. Handig, maar soms ook wat omslachtiger bij simpele taken.

Tip: probeer in een winkel of showroom hoe intuïtief het menu aanvoelt. Kies een bediening die past bij hoe jij graag kookt.

©Tom Baker | tab62

Let op de aansluiting en ventilatie

Een inbouw-magnetron werkt op een standaard stopcontact (230 volt), maar let goed op het vermogen. Sommige combi-modellen hebben een hoger piekverbruik; zorg dat de groep waarop je het aansluit dit aankan. Kijk ook waar de stekker zit: die moet je kwijt kunnen achter het meubel of via een uitsparing in de achterwand.

Daarnaast is ventilatie belangrijk. Tijdens het gebruik komt warmte vrij. In de handleiding van het apparaat staan minimale ventilatieruimtes aangegeven, bijvoorbeeld 2 cm boven en 5 cm achter. Houd je je daar niet aan, dan kan de magnetron oververhit raken of minder lang meegaan. Zit er al een oven onder of boven de plek waar je de magnetron wilt inbouwen? Controleer dan of de gecombineerde warmteafvoer goed geregeld is.

Praktische keuzehulp

Stel jezelf de volgende vragen voor je een keuze maakt:

☐ Waar komt de magnetron precies? In een hoge kast, boven een oven of op ooghoogte?
☐ Gebruik je nu vooral de magnetronfunctie of bak je ook regelmatig in de oven?
☐ Heb je al een aparte oven? Dan heb je vaak voldoende aan een solo-magnetron
☐ Wil je kunnen grillen of stomen?
☐ Wil je eenvoudige bediening of juist veel automatische programma's?
☐ Komt de magnetron in een bestaande nis of kastenwand, of wordt de keuken nog gebouwd?

Een voorbeeld: stel, je woont alleen, kookt snel en gebruikt de oven amper. Dan is een solo-magnetron van 38 cm hoog met draaiknoppen prima. Heb je een gezin, kook je gevarieerd en wil je ruimte besparen? Dan is een combi van 45 cm met grill en stoomfunctie een betere match.

Conclusie

Een inbouw-magnetron kiezen begint bij de afmetingen, maar gaat vooral over hoe jij kookt. Warm je snel iets op, dan is een eenvoudige solo-magnetron vaak genoeg. Bak je graag of heb je weinig ruimte, dan loont het om te investeren in een goede combi-magnetron. Let altijd op de inbouwmaten, ventilatie en bediening. Zo voorkom je verrassingen en haal je het meeste uit je keuken.

▼ Volgende artikel
Review SwitchBot Roller Shade - Handig en slim, maar pittige installatie
© MG | ID.nl
Energie

Review SwitchBot Roller Shade - Handig en slim, maar pittige installatie

Er komen steeds meer toepassingen voor het automatiseren van je huis. SwitchBot is al wat langer in Nederland actief en heeft naast robotstofzuigers, schakelaars voor lichtknoppen en elektronische sloten ook een automatisch open- en sluitsysteem voor gewone gordijnen in het assortiment. Daar is nu een systeem voor rolgordijnen bijgekomen: de Roller Shade.

Goed
Conclusie

De SwitchBot Roller Shade is een fraaie manier om je woning te automatiseren en sluit goed aan als je al andere slimme apparaten in huis hebt. Het rolgordijn is volledig verduisterend, wat prettig kan zijn, maar alleen als het systeem perfect past — en dat is niet altijd eenvoudig te realiseren. Het gordijn zelf kan namelijk niet de volledige breedte van het montagesysteem beslaan. Bovendien komt de installatie vrij nauw, dus nauwkeurig opmeten vooraf is absoluut essentieel.

Plus- en minpunten
  • Automatische bediening via app of knoppen
  • Werkt met verschillende slimme diensten
  • Volledige verduistering
  • Installatie is complex en moet nauwkeurig gebeuren
  • Behoorlijk prijzig

Thuisautomatisering is een handige manier om apparaten in het huishouden te bedienen zonder dat je in de meeste gevallen ook zelf thuis hoeft te zijn. Denk bijvoorbeeld aan het aanpassen van de temperatuur in huis, het bedienen van de verlichting of deuren, maar ook het openen of sluiten van de gordijnen. Op warme dagen kan het bijvoorbeeld slim zijn om die gordijnen automatisch te sluiten als de temperatuur boven een bepaalde waarde uitkomt, of wanneer er een bepaalde intensiteit van lichtinval is.

Al deze zaken en meer kun je inregelen met de spullen van SwitchBot. Het ecosysteem van dit bedrijf omvat een scala aan apparaten, variërend van raam- en deursensors en lichtknoprobots die je lichtknoppen kunnen indrukken tot complete aircosystemen en zelfs robotstofzuigers. Maar ook slimme lampen en gordijnsystemen dus. We hebben van SwitchBot al eerder de SwitchBot Curtain en de SwitchBot Curtain 3 getest, systemen die bedoeld zijn voor gordijnen op rails.

Complete set

De SwitchBot Roller Shade is een rolgordijnsysteem waar het rolgordijn zelf al bij wordt geleverd, in tegenstelling tot de SwitchBot Curtain die bedoeld is om aan een bestaand gordijnsysteem te koppelen. Overigens kun je ook je eigen bestaande rolgordijn op het systeem van de Roller Shade monteren.

De Roller Shade is een compleet rolgordijnpakket, en in de doos vind je alles wat je nodig hebt om het systeem op te hangen. Alle beugels, het rolsysteem, schroeven en pluggen worden meegeleverd, en zelfs gereedschap voor het vastdraaien van schroeven en het op maat snijden van het rolgordijn zelf ontbreekt niet. Verder krijg je er een bedieningspaneeltje bij, bestaande uit een omhoog- en omlaagknopm, en een kabeltje van zo'n twee meter dat kan worden aangesloten op de daarvoor gemaakte aansluiting op het frame. De Roller Shade wordt aangedreven door een interne batterij die volgens SwitchBot acht maanden lang werkt zonder tussentijds opladen. Via de usb-c-poort kan het systeem indien nodig bijtanken.

Alle bevestigingsmaterialen worden meegeleverd.

Goed opmeten

Voordat je aan de slag gaat met de Roller Shade, of eigenlijk: voordat je er eentje gaat kopen, moet je eerst even goed controleren of je de juiste afmetingen in je winkelwagentje hebt. De SwitchBot Roller Shade is beschikbaar in vier breedteversies en in twee basiskleuren: gebroken wit en grijs. Voor de breedte kun je kiezen uit small, medium, large en extra large, waarbij je opeenvolgend kunt kiezen voor breedtes van 58 t/m 80 cm, 80 tot 110 cm, 110 tot 140 cm en 140 tot 185 cm.

Prijzen en maten

Omdat ramen en kozijnen nu eenmaal niet zijn gestandaardiseerd, wordt de Roller Shade geleverd in een viertal maten. Dankzij het schuifsysteem kun je een exemplaar kopen waar je een minimale hoeveelheid stof van hoeft af te knippen of snijden. De kans is namelijk klein dat het rolgordijn meteen past zonder enige aanpassing.

S (58 t/m 80 cm): € 219,99 M (80 t/m 110 cm): € 259,99 L (110 t/m 140 cm): € 299,99 XL (140 t/m 185 cm): € 339,99

Goed om te weten: alle genoemde Roller Shades worden geleverd in de maximale breedte. Dat is wel iets om rekening mee te houden als je het systeem aanschaft en het bijvoorbeeld wilt vervoeren of laat bezorgen: het is geen klein pakket.

Wij hebben voor de XL-versie gekozen, omdat het kozijn waarop de SwitchBot wordt getest een breedte van 171 cm heeft. Geen enkele SwitchBot Roller Shade zal direct passen op het raamkozijn waar je hem wilt gebruiken, waardoor je waarschijnlijk altijd een stuk gordijnstof zult moeten verwijderen. Verderop lees je hoe dat werkt.

Schematische weergave van de werking van het Roller Shade-systeem.

Belangrijk is om vooraf goed te bedenken hoe je de SwitchBot Roller Shade(s) wilt inzetten. De gordijnen zijn van polyester en verduisteren volledig. Dat kan donkerder zijn dan je gewend bent, maar in een slaapkamer is het juist vaak ideaal. Houd er wel rekening mee dat de kosten snel oplopen als je meerdere kozijnen naast elkaar hebt, omdat je voor elk raam een afzonderlijke Roller Shade nodig hebt.

Daarnaast bedekken de gordijnen nooit de volledige breedte van het kozijn. Aan beide zijden van de rol blijft een paar centimeter open, omdat de roller niet strak tegen het ophangframe aansluit. Afhankelijk van de montage kunnen hierdoor kieren ontstaan, waardoor er toch licht binnenvalt, vooral aan de kant van de motor. Plaats je meerdere Roller Shades naast elkaar voor één breed raam, dan blijven er altijd kleine openingen zichtbaar tussen de afzonderlijke gordijnen.

Je krijgt het SwitchBot-gordijn niet altijd sluitend aan de zijkanten van een venster.

Op maat maken

Omdat de Roller Shade direct uit de doos waarschijnlijk niet meteen past, moet het systeem op maat worden gemaakt. Hoe dat werkt? Het ophangsysteem bestaat uit een verschuifbare aluminium balk waartussen het rolgordijn hangt. Aan een van de zijdes bevindt zich de motor, die via een stang in de aluminium rol van het gordijn is geschoven. De gordijnrol kan door de andere zijkant los te maken van de motorstang worden afgeschoven en eventueel worden vervangen door je eigen rolgordijn. In dit artikel houden we het bij de uitleg van het meegeleverde gordijn.

Om het meegeleverde SwitchBot-gordijn op maat te maken, is een vrij ingenieus systeem bedacht: aan de niet-gemotoriseerde kant kun je een apart blokje met een snijmes monteren, waar het rolgordijn met buis en al doorheen moet worden gehaald. Op die plek wordt het rolgordijn namelijk op maat gesneden.

Het ingenieuze snijsysteem van de SwitchBot Roller Shade dat het gordijn op maat kan snijden.

In de SwitchBot-app geef je aan dat je een snij-sessie wilt starten. De motor van het rolgordijn begint nu langzaam te draaien. Tijdens het draaien moet je met de meegeleverde schroevendraaier het messysteem aandraaien, zodat het mes steeds dieper door de gordijnstof snijdt. Dat aandraaien doe je net zo lang tot het mes volledig door de stof heen is en bij de buis zelf is beland.

Het laatste deel van de buis waarop het gordijn is gerold, bestaat uit plastic. Als de snij-sessie correct is uitgevoerd en het mes met de schroevendraaier strak genoeg is aangedraaid, kan zelfs het plastic worden doorgesneden, of er in elk geval voor zorgen dat het makkelijker kan worden afgebroken.

Nadat een stuk van de gordijnstof is afgesneden, moet het einde nog wel worden losgemaakt van de rol zelf.

Volledig uitrollen

Wanneer het overtollige stuk stof is losgesneden van de rest van het rolgordijn, blijft dat stuk aan het eind natuurlijk nog wel vastzitten aan de oprolbuis. Om dat stuk los te kunnen krijgen, moet de hele gordijnrol worden afgerold. Met een totale lengte van maar liefst 2,20 meter is dat nogal wat. Dat afrollen kan door middel van de app, maar kan ook handmatig door de oprolbuis eerst van de motorstang af te halen. Nadat het gordijn tot het eind is afgerold, kan het overtollige deel van de oprolbuis worden losgeknipt. Daarna breek je (zoals hierboven besproken) het overtollige plastic deel van de oprolbuis buis af, maar beter kun je proberen om dat stuk met een goed stanleymes af te snijden (het plastic is niet heel dik).

Het complete plastic deel van de oprolbuis moet er nu afgehaald worden, zodat de rest van het gordijn fatsoenlijk aan de buis kan worden bevestigd. De oprolbuis heeft nog een binnenste buis die je weer door het plastic deel moet schuiven. Vervolgens schuif je het dikke gedeelte van het gordijn door de sleuf van de plastic buis en schroef je alles vast.

Ook de oprolbuis moet je na het verwijderen van de overtollige gordijnstof weer op maat maken. Een screenshot uit de pdf-handleiding.

Het opnieuw oprollen van het rolgordijn dient zorgvuldig te gebeuren, waarbij de linker- en de rechterkant gelijkmatig moeten worden opgerold. Gaat dat niet helemaal netjes, dan bestaat de kans dat het gordijn na het oprollen niet helemaal recht en strak om de oprolbuis zit. In ons geval moesten we het een paar keer opnieuw doen om alles strak te krijgen. Als het gordijn scheef op de rol zit, kan deze vast komen te zitten tijdens het automatisch omhoog rollen.

Ophangen

Het ophangsysteem van de Roller Shade is anders dan het gemiddelde rolgordijn. Die worden doorgaans links en rechts van de oprolbuis op het kozijn geschroefd. Bij de Roller Shade zit het bevestigingssysteem boven de aluminium balk en moet het systeem daar schuin in worden geklikt. Op zich is dat een prima manier, maar het vergt wel wat handigheid en je moet ietsje boven je macht werken omdat het hele systeem relatief zwaar is. De klus kun je dan ook beter met z'n tweeën doen.

Ook zijn de beugels waarin het aluminium frame wordt opgehangen niet heel stevig, waardoor alles een beetje naar beneden zakt op het moment dat het systeem wordt vastgeklikt. Ook belangrijk om te weten: past het frame precies in een raamnis, dan moet je het systeem compleet met het rolgordijn erin ophangen. Het rolgordijn er achteraf in plaatsen is dan niet mogelijk, omdat het systeem alleen vanaf één kant kan worden losgemaakt en het rolgordijn over de aandrijfstang van de motor geplaatst moet worden.

©MG | ID.nl

Kalibratie

Nadat de Roller Shade is opgehangen, is het tijd voor de kalibratie. Dat is nodig voor het systeem om te kunnen bepalen wanneer het rolgordijn volledig is opgerold en wanneer hij helemaal is uitgerold. Het rolgordijn is namelijk geschikt voor ramen tot zo'n 2 meter hoog, en dan moet op een bepaald moment worden ingesteld tot hoe ver het gordijn moet uitrollen totdat het venster compleet door het gordijn is bedekt. Het systeem kan niet uit zichzelf zien of het zich helemaal heeft opgerold; ook dat moet worden gekalibreerd.

Je start de kalibratie met behulp van de app, waarbij eerst moet worden bepaald wanneer het systeem volledig is opgerold. Aan de onderkant van het gordijn is een (eerder gemonteerde) aluminium stang geplaatst, die fungeert als tegengewicht om het gordijn op zijn plek te houden. Die stang dient tevens als buffer om te voorkomen dat het gordijn na het compleet oprollen blijft doordraaien. Tijdens het kalibratieproces kun je zelf niet aangeven wanneer tijdens het oprollen het einde is bereikt; dat stopt vanzelf zodra de aluminium stang het ophangframe bereikt. De app vraagt de gebruiker vervolgens of het systeem is vastgelopen of dat het einde is bereikt.

Het oprollen stopt hierdoor echter wel vrij abrupt en lijkt hiermee het ophangsysteem te beschadigen, omdat de aluminium balk relatief bruusk tegen het ophangframe wordt getrokken. Deze manier van kalibreren voelt al met al wat primitief aan, maar het werkt wel. De volgende stap is het bepalen van de afrollengte. Hierbij bepaalt de gebruiker wanneer het einde is bereikt en het raam naar wens is bedekt. Je drukt dan simpelweg op de stopknop en accepteert de stand van het gordijn. Na de kalibratie kun je de Roller Shade volledig gebruiken.

Spraakbesturing en slimme systemen

De SwitchBot Roller Shade kan ook overweg met de systemen van Google Assistant, Google Home en Alexa, maar hier is wel een apart verkrijgbare Hub voor nodig. Eenmaal daarop aangesloten kun je de gordijnen sluiten met opdrachten als 'Hey Google, sluit de gordijnen in de slaapkamer'.

Verder is de Roller Shade compatibel met Matter, het nieuwere protocol voor slimme apparaten.

Schema's en timers

De SwitchBot-app voor de kalibratie en de bediening gebruik je ook als je andere apparaten van dit merk in huis hebt. De app is niet specifiek gericht op het rolgordijnsysteem, maar kan ook worden gebruikt voor het uitlezen van de verschillende temperatuur- en vochtmeters van SwitchBot, het bedienen van de andere gordijnsystemen zoals de SwitchBot Curtain 1 en Curtain 3 en andere slimme apparaten.

Handig is dat je verschillende apparaten en meters van SwitchBot aan elkaar kunt koppelen. Zo kun je er bijvoorbeeld bij het bereiken van een ingestelde temperatuur voor zorgen dat de Roller Shade automatisch wordt gesloten of geopend. Dat kan ook bij een bepaalde lichtintensiteit: als je een (apart te verkrijgen) zonnepaneel aan de usb-c-poort op de Roller Shade aansluit, kun je aangeven bij welke intensiteit het gordijn moet sluiten of openen. Met het aansluiten van zo'n zonnepaneel wordt de Roller Shade trouwens ook automatisch opgeladen.

Conclusie

De SwitchBot Roller Shade is een mooie manier om je huis te automatiseren en kan een prima toevoeging zijn als je al delen van je huis hebt geautomatiseerd. In combinatie met bijvoorbeeld een slimme thermostaat, verlichting en koel- of verwarmingsapparaten kun je bij warm weer je huis koel houden, of 's winters juist warmer krijgen. Dankzij het SwitchBot-ecosysteem is het handig dat je het rolgordijnsysteem kunt meenemen in alle routines voor huisautomatiseringen.

De Roller Shade is 100 procent verduisterend. Dat kan prettig zijn, maar dat werkt alleen goed als je het rolgordijnsysteem ook echt goed passend krijgt. Helaas lukt dat niet altijd, omdat het rolgordijn zelf niet de volledige breedte van het montagesysteem heeft. Daarnaast luistert de installatie vrij nauw, dus alles goed van tevoren opmeten is essentieel.