ID.nl logo
Usb-c en Thunderbolt: overeenkomsten en verschillen
© Reshift Digital
Huis

Usb-c en Thunderbolt: overeenkomsten en verschillen

Usb-c wordt ondersteund door Thunderbolt, maar usb-c is geen Thunderbolt. Omdat de aansluitingen voor beide poorten er tegenwoordig hetzelfde uitzien, leidt dat soms tot verwarring. We gaan je uitleggen hoe het precies in elkaar steekt!

In dit artikel vertellen we je:

  • Over de verschillen en overeenkomsten tussen usb-c en Thunderbolt
  • Welke kabel met welke standaard compatibel is
  • Alles over de versies van Thunderbolt en usb-c, en wat de verschillen zijn
  • Welke kabel je nodig hebt voor snelladen en (of) snelle data-overdracht
  • Wat een E-mark-chip is

Usb-c kennen we tegenwoordig (bijna) allemaal, al was het maar vanwege bijvoorbeeld de laad-aansluiting op je telefoon. Primair is usb-c een poort met een snelle overdrachtssnelheid. Hoe hoog die snelheid is, hangt af van de versie. Eerst was er usb-c 3.1 met een maximale overdrachtssnelheid van 10 Gb/s, later volgde usb-c 3.2, dat in staat was tot snelheden van 20 Gb/s.

Dat is – zeker voor thuisgebruikers – meer dan ruim voldoende; traditionele externe schijven halen bijvoorbeeld slechts een fractie van deze snelheid. Ook ssd’s (hoewel ze steeds sneller worden) zijn geen partij voor usb-c. Je kunt bijvoorbeeld moeiteloos meerdere externe schijven tegelijk gebruiken. Of koppel een usb-c naar HDMI-adapter aan je laptop voor (nog) een extra beeldscherm.

©PXimport

🔴 Tip: snel Usb-c is enorm veelzijdig en ook de allereerste versies zijn met hun doorvoersnelheden méér dan snel genoeg voor welke externe schijf dan ook.

Usb-c kan overweg met oudere usb-standaarden

Over laptops gesproken: de meeste exemplaren beschikken tegenwoordig standaard over één of meerdere usb-c-aansluitingen. Een deel daarvan heeft helemaal geen ‘traditionele’ usb-poorten meer aan boord. Om dan toch je standaard hardware zoals een scanner, printer of muis en toetsenbord aan te sluiten, kun je gebruikmaken van een verloopkabeltje.

Of ga voor een handig hubje waarmee je meteen meerdere usb-A-poorten krijgt. Heb je eenmaal zo’n verloopstukje, dan ontdek je direct dat usb-c naar beneden toe compatibel is met alle eerdere usb-standaarden, wat natuurlijk altijd prettig is. Lang niet alle usb-apparaten hebben immers een hoge doorvoersnelheid nodig – verre van zelfs.

©PXimport

🔴 Tip: Usb-c is backward compatibel Usb-c kan ook met alle eerdere versies van usb overweg. Alleen is dan wel vaak een simpel converterkabeltje nodig. Of ga voor een hub, dan maak je van één usb-c-aansluiting in een klap meerdere klassieke usb-aansluitingen.

Nog veel sneller: Thunderbolt 

Usb-c is dus snel, maar het kan nog veel sneller. Iets dat gebruikers van Apple-computers al veel langer weten. Op computers (en tegenwoordig ook een deel van de tablets) tref je alweer een hele tijd Thunderbolt-aansluitingen. Die poort brak groots door op het moment dat deze exact dezelfde aansluiting kreeg als usb-c. Een praktische gedachte, want behalve dat Thunderbolt een eigen standaard is, ondersteunt het ook een-op-een usb-c.

Dat betekent dat je tegenwoordig zonder nadenken elk usb-c-apparaat in een Thunderbolt-poort kunt prikken. Eerdere versies van Thunderbolt kenden overigens nog een eigen plug en connector, maar dat is geschiedenis. Usb-c via Thunderbolt ondersteunt ook de eerdergenoemde verloopkabels naar usb-c. Oftewel: al je nieuwe én oude apparatuur is er compatibel mee.

Maar Thunderbolt is veel meer. Het is ook een eigen standaard die extreem hoge doorvoersnelheden behaalt. Thunderbolt versie 4 haalt snelheden tot 40 Gb/s, het dit jaar aangekondigde Thunderbolt 5 zelfs tot 80 Gb/s. Nu zijn deze snelheden ook heel handig voor een extraatje dat usb-c niet ondersteunt. Via Thunderbolt is het namelijk mogelijk om PCIe-bussen naar buiten te halen. PCIe (ofwel PCI Express) is een bussysteem dat je misschien kent vanuit een traditionele pc. In de daarin aanwezige fysieke PCIe-sleuven steek je uitbreidingskaarten als bijvoorbeeld een videokaart of een geluidskaart. Via een verloop (veelal bestaande uit een kast met daarin een PCIe-slot) is op deze manier ook een van Thunderbolt voorziene notebook van een extra snelle videokaart (of een andere uitbreiding) te voorzien.

©PXimport

Thunderbolt-poorten zijn te herkennen aan de symbooltjes met een bliksemschicht.

🔴 Tip: Thunderbolt en usb-c hebben dezelfde aansluiting Thunderbolt en usb-c gebruiken dezelfde connector. Alle usb-c-hardware plug je moeiteloos in een Thunderbolt-poort, maar andersom werkt niet altijd.

Kabel-compatibiliteit

Kortom: Thunderbolt gaat een grote stap verder dan wat usb-c te bieden heeft. Die hoge overdrachtssnelheden hebben er ook voor gezorgd dat er bijvoorbeeld 4K-schermen met een Thunderbolt-video-ingang bestaan. En dan komen we bij een eerste beschouwing van de kabels: usb-c-kabels kun je probleemloos gebruiken in combinatie met een Thunderbolt-poort. Het overgrote deel van de Thunderbolt-kabels is ook als usb-c-kabel te gebruiken, al ben je dan wel een beetje een dief van je eigen portemonnee, want die zijn veel duurder dan 'gewone' usb-c-kabels.

Laptop met Thunderbolt-poorten?

Bekijk hier een overzicht van de beschikbare modellen!

Wil je écht de volledige snelheid uit je Thunderbolt-aansluiting halen (bijvoorbeeld voor het koppelen van een monitor of een externe PCIe-converter), dan moet je een Thunderbolt-kabel gebruiken. Let dan wel op of de kabel die je wilt aanschaffen compatible is met de Thunderbolt-versie die op jouw computer in gebruik is (zie handleiding of specs).

🔴 Tip: Thunderbolt-kabel Je kunt een Thunderbolt-kabel eventueel als usb-c-kabel gebruiken, maar dat is wel een onnodig dure grap als je verder geen Thunderbolt gebruikt.

Usb-c en de wirwar aan (laad)kabels 

Voor data-overdracht is de zaak dus vrij duidelijk. Een heel ander beeld heerst er – helaas – als het gaat om usb-c-kabels voor mobiel gebruik. Over het algemeen worden die vooral als laadkabel ingezet. Usb-c heeft nog een ander voordeel ten opzichte van voorgaande usb-versies: het ondersteunt veel hogere laadstromen en kan ook meer vermogen leveren, wat betekent dat je bijvoorbeeld je tablet in geval van nood als mobiele lader voor je telefoon onderweg kunt gebruiken.

Officieel zit er in een laad-annex-datakabel een speciale beveiligingschip verwerkt die overbelasting moet voorkomen: de zogeheten E-mark-chip. Die is vooral bij hogere laadstromen belangrijk, om bijvoorbeeld brand door oververhitting en dergelijke te voorkomen. Nu zul je bij je speurtocht naar een passende laadkabel al snel worden overspoeld door het grote aanbod en de vaak even grote prijsverschillen.

🔴 Tip: Alleen snelladen als de hele keten passend is Snelladen werkt alleen als je apparaat én de kabel én de lader compatibel met elkaar zijn. Indien in een van die componenten een onderdeel (of protocol) ontbreekt, haal je slechts standaard laadsnelheden.

Snel laden is vaak traag gegevens overdragen

Die prijsverschillen ontstaan niet voor niets. Een merkloze laadkabel van AliExpress heeft meestal helemaal geen E-mark-chip aan boord. In plaats daarvan is een simpel weerstandje ingebouwd, dat nauwelijks tot geen beveiliging geeft. In het gunstigste geval brandt de weerstand door bij overbelasting, waarna je de kabel in de vuilnisbak kunt gooien.

De wat duurdere kabels hebben de chip veelal wel aan boord, wat betekent dat je er veilig en effectief mee kunt snelladen. Maar – om de chaos compleet te maken – die snellaadkabels zijn meestal rampzalig traag als het gaat om doorvoersnelheden! In veel gevallen wordt maximaal de snelheid van usb 2.0 gehaald (ofwel slechts 480 Mb/s). Overhevelen van video’s en foto’s vanuit bijvoorbeeld je smartphone gaat dan erg lang duren.

Je kunt dat oplossen door een aparte laadkabel en datakabel aan te schaffen. Met de snelle datakabel kun je ook laden, maar dan langzaam. Of (veel handiger) lees vóór aanschaf heel goed de kleine lettertjes op de verpakking van de beoogde kabel. Is dat een snellaadkabel én biedt deze hoge doorvoersnelheden (zeg maar vanaf 5-10 Gb/s), dan zit je goed. Staat er geen snelheid op de verpakking vermeld, dan gaat het in de meeste gevallen om trage kabels met maximaal usb2.0-snelheid. Overigens: die usb2.0-snelheid komt niet helemaal uit de lucht vallen. Usb-c heeft namelijk óók een usb2.0-datakanaal aan boord. Dat vergt minder stevige afscherming in de kabel en is dus goedkoper te implementeren.

©PXimport

🔴 Tip: Snelle laadkabel Wil je een usb-c-laadkabel die óók een hoge data-doorvoersnelheid heeft, controleer die snelheden dan grondig voor aanschaf. Als hoge snelheden worden ondersteund, prijkt dat vaak duidelijk op de verpakking. Als er niks op staat of ergens in een hoekje 480 Mb/s, dan weet je genoeg: dan is het een trage kabel.

Apple en Thunderbolt

Apple is samen met Intel de ontwikkelaar van Thunderbolt. Vandaar dat je standaard op elke (recentere) Apple-computer Thunderbolt-poorten aantreft. Maar inmiddels hebben ook de iPad Pro’s Thunderbolt. Daardoor zijn extreem hoge overdrachtssnelheden mogelijk tussen bijvoorbeeld tablet en Macbook of iMac. Dat kan zo z’n voordelen hebben als je de iPad Pro als een energiezuinige en ultracompacte laptop gebruikt. Video’s overhevelen voor bewerking onderweg in de trein en later na bewerking weer terug overhevelen naar je Mac gaat dan lekker vlot. Thunderbolt heeft meer dan genoeg te bieden!

🔴 Tip: Ook meer en meer op pc's Hoewel Apple ongetwijfeld de koning van Thunderbolt genoemd mag worden qua uitrol op zijn hardware, verschijnt Thunderbolt ook steeds meer op Windows-computers.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.