ID.nl logo
15 oplossingen voor al je wifi-problemen
© Reshift Digital
Huis

15 oplossingen voor al je wifi-problemen

Thuis internetten zonder wifi valt nauwelijks nog voor te stellen. Een draadloos netwerk biedt veel gebruikscomfort, althans zolang het lekker loopt. Maar soms kost het je ook wel hoofdbrekens, bijvoorbeeld als je het netwerk wilt uitbreiden om een beter bereik te krijgen of als blijkt dat je wifi-signaal geregeld dienst weigert. Wij geven 15 oplossingen voor al je wifi-problemen.

Tip 01: Wegvallend signaal

Stel dat je op verschillende plaatsen in huis geen betrouwbaar netwerksignaal (meer) ontvangt. De ene keer lukt het wel, een andere keer niet. Je kunt eerst proberen je draadloze router of toegangspunt even uit- en weer in te schakelen. Helpt dat niet, controleer dan het signaal met een tool als NetSpot Free (macOS en Windows) of met de mobiele app WiFi Analyzer van farproc (Android).

Je kunt hiermee nagaan of het ontvangen signaal (rssi) wel sterk genoeg is. Deze signaalsterkte wordt uitgedrukt in negatieve dBm-waarden. Kort door de bocht komt het erop neer dat -40 dBm een uitstekend signaal is, terwijl -80 dBm doorgaans onvoldoende is. Bij WiFi Analyzer tik je hiervoor het oog-icoon aan en kies je Signaalmeter. Bij NetSpot lees je de sterkte af in de kolom Signal.

Blijkt het signaal inderdaad te zwak lees dan tips 2 en 3. In het andere geval is de kans groot dat er storing is van apparaten als een magnetron of een draadloze telefoon, met name wanneer je wifi-apparaten de 2,4GHz-band gebruiken: je ziet dat in de kolom Band van NetSpot of in WiFi Analyzer via Kanaalgrafiek.

©PXimport

Tip 02: Kanaaloverlapping

Het is ook mogelijk dat er naburige netwerken zijn die (nagenoeg) hetzelfde kanaal binnen het 2,4GHz-spectrum gebruiken. NetSpot toont dat als je achtereenvolgens Details en Channels 2.4 GHz aanklikt, bij WiFi Analyzer ga je naar de optie Kanaalgrafiek.

Meestal helpt het om een ander kanaal voor je eigen netwerk in te stellen op je draadloze router of toegangspunt, bij voorkeur een kanaal dat minimaal vijf nummers is verwijderd van het sterkste naburige kanaal (bijvoorbeeld 6 als dat van de buren 1 of 11 is). De optie Kanaalbeoordeling van WiFi Analyzer stelt zelf een optimale kanaalkeuze voor.

Je kunt ook de gratis tool WiFi Channel Picker gebruiken, deze werkt alleen op de 2,4GHz-band (Windows). Start de tool op, geef aan wat de SSID van jouw netwerk is en druk op de knop Evaluate: je leest het aanbevolen kanaalnummer af bij Best channel.

Tip 03: Beperkt bereik

Een te zwak signaal (zie tip 1) wijst er meestal op dat je draadloze router niet optimaal is gepositioneerd (zie ook tip 5) of dat het signaal je mobiele apparaat eenvoudigweg niet bereikt. Kun je met je apparaat niet dichter bij de router komen, dan is het probleem wellicht op te lossen door een zogenoemde mesh-router met bijhorende toegangspunten (satellieten) aan te schaffen. Maar die kosten al snel richting de 350 of 400 euro (zoals de NetGear Orbi RBK50). Een veel goedkopere oplossing is een wifi repeater of range extender, met prijzen van circa 30 tot 70 euro. Plaats het apparaat ergens tussen je router en de beoogde ontvangstplek, maar houd er rekening mee dat de snelheid van het wifi-signaal hierdoor wordt gehalveerd. Ga tevens na of de repeater simultane dualband ondersteunt, zodat die tegelijk apparaten op de 2,4GHz- en de 5GHz-band kan bedienen.

Een mogelijk alternatief is een powerline-set, waarbij je de ene adapter met je router verbindt en de andere in de ruimte plaatst waar je extra signaal wenst. Beide adapters geven het signaal aan elkaar door via het elektriciteitsnet. Reken op circa 60 tot 100 euro voor een set.

©PXimport

Tip 04: Extra router

Je kunt ook een tweede router inzetten om het bereik van je draadloze netwerk te vergroten, bijvoorbeeld als de modem/router van je provider zich op een wat ongelukkige plaats als de meterkast bevindt. Ondersteunt die modem/router de bridge- of repeater-modus, dan hoef je nauwelijks meer te doen dan die te activeren. Is dat niet het geval, dan vergt het wat meer configuratiewerk. Zo’n opzet is al uitgebreid aan bod gekomen in dit artikel.

Verbind je pc tijdelijk via een netwerkkabel met router 2. Tik het ip-adres van deze router in je browser in en meld je aan bij de webinterface van deze router. Geef router 2 een nog niet eerder gebruikt ip-adres dat binnen hetzelfde netwerksegment van router 1 ligt. Concreet betekent dit dat je alleen het laatste cijfer anders hoeft te maken (bijvoorbeeld 192.168.0.100 voor router 1 en 192.168.0.200 voor router 2). Het subnetmasker moet identiek zijn, waarschijnlijk is dat 255.255.255.0. Schakel de dhcp-service van router 2 uit, immers, die is hoogstwaarschijnlijk al actief op router 1. In de meeste gevallen geef je beide routers hetzelfde ssid, maar zet je ze wel op een ander kanaalnummer (bijvoorbeeld 1 en 6, zie ook tip 2). Stel op beide dezelfde wifi- en encryptiestandaard in, met hetzelfde wachtwoord. Is de configuratie van router 2 klaar, dan koppel je die via een lan-poort aan (een switch binnen) je netwerk.

©PXimport

Tip 05: Optimale plek

Is de signaalsterkte op bepaalde plekken in je huis of tuin wat minder, dan kan het herpositioneren van je draadloze router(s) mogelijk al helpen. Soms kan het volstaan om die wat lager of juist hoger te hangen of om de antennes anders te richten.

In andere gevallen moet je die echt op een andere, wellicht meer centrale plek hangen. Om de optimale plek te vinden, voer je best een ‘site survey’ uit: je loopt dan met een laptop rond in je woning (en balkon of tuin), terwijl je continu de signaalsterkte vastlegt. Zo ontstaat een heatmap: een plattegrond die toont waar je de beste en slechtste ontvangst hebt. Vervolgens kun je op basis van deze informatie je router(s) verplaatsen waarna je de test nogmaals uitvoert, tot je de optimale positie hebt gevonden. Een gratis tool voor zo’n plattegrond is Ekahau Heatmapper (gratis registratie vereist). Idealiter maak je eerst een plattegrond van je huis en importeer je die schets in Heatmapper (via I have a map image): zo geef je eenvoudig aan op welke plek je staat als je een meting uitvoert. Overigens heeft NetSpot ook een site-survey-functie, maar die zit alleen in de betaalde versie (vanaf circa 55 euro).

©PXimport

De positie van je draadloze router bepaalt mee de kwaliteit van het signaal

-

Tip 06: Geen wifi?

Je hebt een apparaat met een netwerkpoort, maar je vindt het lastig om een netwerkkabel tot bij dat toestel te krijgen en op die locatie beschik je niet over wifi. Gaat het om een oude laptop (of desktop) zonder wifi-ondersteuning, dan is de kans groot dat je het met een usb-wifi-adapter kunt regelen. Dergelijke dongels heb je al vanaf 15 euro.

Houd er wel rekening mee dat zulke adapters vaak alleen werken met bepaalde besturingssystemen. Heeft jouw apparaat een embedded systeem (bijvoorbeeld bij een mediaspeler of printer), dan krijg je het wellicht niet aan de praat. In dit geval kun je nog uitkijken naar een wireless bridge, ook wel ethernet of client bridge genoemd. Zo’n toestel is zowat het omgekeerde van een access point. In plaats van te vertrekken van een bekabeld netwerk om een draadloze verbinding op te zetten, vertrek je van een draadloos netwerk en bied je een bekabelde verbinding aan door je apparaat met de ethernetpoort van de bridge te verbinden. Sommige routers kunnen ook in zo’n wireless-bridge-modus opereren. Heb je nog een oude router liggen, check dan of die zo’n functie aanbiedt. Is dat niet het geval, dan lukt het wellicht met een firmware-upgrade of met alternatieve firmware als DD-WRT (zie tip 11).

©PXimport

Tip 07: Geniepig gebruik?

Je hebt je draadloze netwerk natuurlijk goed afgeschermd met een wpa2-sleutel (zie ook tip 14), maar je bent er toch niet helemaal gerust op dat een buur niet stiekem van je netwerk gebruik maakt. Ga dan allereerst de logs van je draadloze router na. Normaliter houdt dit toestel een lijst van apparaten bij die momenteel – en vaak ook eerder – via je router op je netwerk zijn aangesloten. Je leest er onder meer het ip-adres en het mac-adres af en vaak ook de hostnaam, besturingssysteem, model en fabrikant. Vertrouw je het mac-adres niet, dan kun je eventueel een filter op je router instellen die de toegang voor dat mac-adres voortaan blokkeert. Het mac-adres van je eigen Windows-systemen lees je af door op de opdrachtregel ipconfig /all uit te voeren, het verschijnt dan bij Physical adress.

Voorziet je router niet in de gewenste informatie, dan kun je nog altijd een tool als SoftPerfect WiFi Guard inzetten. Deze tool is beschikbaar voor Windows, macOS en Linux. Het is gratis voor maximaal vijf toestellen, daarna kost het 19 euro voor een licentie. Bij de eerste opstart selecteer je de actieve netwerkadapter en kun je tevens de gewenste scanfrequentie instellen. Bij een scanronde worden dan alle gedetecteerde toestellen opgesomd en je geeft zelf aan welke (bekende) toestellen voortaan genegeerd mogen worden. Je kunt bovendien een e-mail laten toesturen zodra een onbekend apparaat wordt gedetecteerd tijdens een van de volgende scans. De tool houdt per apparaat tevens een historisch overzicht bij.

©PXimport

Tip 08: Wachtwoord

Het kan de beste overkomen: je hebt je draadloze netwerk al een hele tijd geleden ingesteld en je bent het wachtwoord vergeten. Vervelend als je net een nieuw apparaat toegang wilt geven tot je netwerk. Gelukkig los je dat snel op. Ga met je browser naar het ip-adres van je router (dat vind je normaal gesproken bij Default Gateway als je het commando ipconfig via de opdrachtprompt uitvoert) en ga in de webinterface op zoek naar de beveiligingsinstellingen van je draadloze netwerk. Normaliter lees je hier het wachtwoord af, eventueel nadat je een optie als Unmask Password hebt ingeschakeld.

Het kan ook nog anders, als je tenminste over een Windows-toestel beschikt dat met dat netwerk is verbonden. Ga naar Instellingen en kies Netwerk en internet / Status / Netwerkcentrum. Klik bij Verbindingen op de naam van je netwerk en druk op de knop Eigenschappen van draadloos netwerk. Ga naar het tabblad Beveiliging en plaats een vinkje bij Tekens weergeven.

Tip 09: Gastnetwerk

Je krijgt geregeld bezoekers over de vloer en je voelt er weinig voor hen jouw wifi-wachtwoord te geven. Een gastnetwerk is dan een prima oplossing: zo’n netwerk heeft een afzonderlijk ssid en wachtwoord, en is volledig gescheiden van je eigen draadloze netwerk. Je router moet zo’n functie natuurlijk wel ondersteunen. Vaak kun je hier ook het maximum aantal gebruikers instellen dat zich simultaan met het gastnetwerk mag verbinden. Soms is het zo dat een gast-gebruiker eerst een browser moet openen, waarna ze op een inlogpagina het wachtwoord kunnen invoeren (een ‘captive portal’).

Beschikt je router niet over zo’n functie en krijg je het evenmin met een firmware-upgrade opgelost, dan kun je nog een constructie met een tweede router overwegen, waarbij je router 2 dan via de wan-poort verbindt met de lan-poort van je hoofdrouter. Zorg er tevens voor dat beide routers in een verschillend netwerksegment opereren, bijvoorbeeld 192.168.0.x en 192.168.1.x. Het netwerk van je hoofdrouter is dan bedoeld voor je gasten. Hierop kun je bovendien alternatieve dns-servers activeren met automatische inhoudsfiltering, zoals die van OpenDNS (208.67.220.220 en 208.67.222.222). Zelf maak je gebruik van het netwerk van router 2. Voor meer uitleg kun je terecht op het artikel via deze link.

©PXimport

Een gastnetwerk is een veilige oplossing om je bezoekers toegang tot je wifi te geven

-

Tip 10: Extern bereikbaar

komen steeds meer apparaten op de markt die je (draadloos) in je netwerk kunt opnemen en die je wellicht ook graag vanaf het internet wilt bereiken, zoals een ip-bewakingscamera. Dit apparaat zit net als je andere netwerkapparaten achter je router, wat maakt dat het apparaat een intern ip-adres heeft gekregen dat niet zomaar van buitenaf bereikbaar is. Er zit dan weinig anders op dan ‘port forwarding’ op je router in te stellen. Hiermee maak je duidelijk aan de router dat al het verkeer gericht aan het externe ip-adres van je router plus een specifiek poortnummer automatisch naar het interne ip-adres plus poortnummer van dat apparaat moeten worden doorgestuurd.

Stel, je toestel heeft als adres 192.168.0.100 en de service draait op poort 88. Open dan de webinterface van je router en zoek een rubriek als Port forwarding op. Creëer een regel waarbij je aangeeft dat alle aanvragen op poort 88 naar dat adres moeten worden doorgesluisd. Wellicht vind je hier ook voor jouw router de nodige instructies.

Wanneer je vervolgens vanaf je netwerk naar www.ipchicken.com surft, kom je het externe ip-adres van je router te weten, iets als 81.82.167.69 bijvoorbeeld. Als je dan van buitenaf naar het adres 81.82.167.69:88 gaat, kom je bij het ingestelde apparaat uit.

©PXimport

Tip 11: Firmware

Blijkt je router een bepaalde functie niet (goed) te ondersteunen, dan loont het de moeite na te gaan of je die functionaliteit kunt toevoegen door een firmware-update van je router. Controleer eerst op de site van de fabrikant welke aanpassingen je na zo’n update mag verwachten, maar zorg wel dat je het juiste modelnummer te pakken hebt.

Wil je zo’n update inderdaad uitvoeren, open dan de webinterface van je router en ga op zoek naar de juiste rubriek: iets als Firmware Update of Maintenance. Hier kun je dan het bijhorende firmware-bestand ophalen. Vaak lukt dat rechtstreeks, maar soms moet je het bestand eerst naar je pc downloaden en het van daaruit selecteren. Op deze manier kun je dan de update uitvoeren, een proces dat je onder geen voorwaarde mag onderbreken. Doe je dat toch, dan riskeer je een defecte router!

Als ook de nieuwste firmware niet de gezochte functionaliteit biedt, kunnen gevorderde gebruikers eventueel alternatieve routerfirmware overwegen. Vooropgesteld dat de router compatibel is met zo’n alternatief. Populaire firmware is die van OpenWRT en vooral ook DD-WRT. Bij deze laatste kun je via deze link nagaan in hoeverre je router daarmee overweg kan. Uitvoeren doe je wel op eigen risico!

©PXimport

Voorzie je wifi-apparatuur van up-to-date firmware, maar onderbreek de update nooit

-

Tip 12: Connectieloos

Kun je plots niet meer op je draadloze netwerk met een van je computers, terwijl dat nog wel lukt wanneer je die via een netwerkkabel verbindt en je ook met je andere toestellen geen verbindingsproblemen ondervindt, dan kan het aan een corrupt netwerkprofiel liggen op je pc.

Open dan de Opdrachtprompt als administrator en voer het commando netsh wlan show profiles uit. Je krijgt een lijst met netwerkprofielen te zien. Voer de opdracht netsh wlan delete profile <profielnaam> uit, waarbij je <profielnaam> vervangt door de naam van het problematische profiel. Herstart je pc. Wellicht lukt het nu wel om een draadloze verbinding op te zetten.

Ook handig om weten: de opdracht netsh wlan show wlanreport geeft je een uitgebreid rapport over je wifi-configuratie. Je vindt dit html-rapport op C:\ProgramData\Microsoft\Windows\WlanReport\wlan-report.latest.html en je kunt het in je browser bekijken.

©PXimport

Tip 13: Mobiele hotspot

Bevind je je op een locatie waar je alleen maar over een bekabelde verbinding beschikt en wil je naast je laptop ook met je tablet het internet op? Dan kun je je laptop als een mobiele hotspot voor je tablet laten fungeren. In Windows 10 gaat dat het makkelijkste als volgt: ga naar Instellingen en kies Netwerk en internet / Mobiele hotspot. Zet de schakelaar op Aan, selecteer de (bekabelde) internetverbinding en druk op de knop Bewerken om zowel de Netwerknaam als het Netwerkwachtwoord in te stellen.

Zo’n mobiele hotspot kun je ook via een 3G- of 4G-verbinding opzetten, zowel met Android als iOS. Je vindt de nodige instructies via deze link.

Tip 14: Veiligheid

Je wilt uiteraard een zo veilig mogelijke verbinding met je draadloze netwerk opzetten en je vraagt je af welke maatregelen zinvol zijn. Zonder meer de belangrijkste beveiliging blijft wifi-encryptie en voor thuisgebruikers betekent dat doorgaans wpa2-encryptie met een stevig wachtwoord. Het klopt dat er enkele maanden terug kwetsbaarheden in wpa2 zijn gevonden (de krack-aanval), maar wanneer je data versleuteld zijn via https of vpn (zie ook tip 15) kan de hacker niets aanvangen met je data.

Ga wel na of de recentste firmware van je router en/of accesspoints al in een oplossing voor krack voorziet. Via deze link vind je een lijst van producenten die dat voor elkaar hebben. Die firmware moet je dan zeker installeren.

Verder kun je eventueel een mac-filter activeren zodat alleen apparaten met een geautoriseerd mac-adres je netwerk op kunnen, maar een beetje hacker weet zo’n maatregel al snel te omzeilen. Ook het niet laten uitzenden van het ssid van je netwerk is een beveiligingsoptie die weinig meerwaarde biedt. Beide maatregelen bemoeilijken eigenlijk vooral het zelf toevoegen van een nieuw apparaat aan je netwerk.

©CIDimport

Tip 15: Publieke hotspot

Het is erg verleidelijk om onderweg gebruik te maken van een publieke wifi-hotspot. Je moet wel beseffen dat in principe iedereen die van datzelfde netwerk gebruikmaakt met de juiste tools de data die je via je mobiele apparaat uitstuurt, kan onderscheppen. Alle gegevens die niet versleuteld zijn, waaronder ook wachtwoorden die als platte tekst verstuurd worden, kunnen dan in de verkeerde handen vallen. Het gebeurt zelfs dat een hacker zelf een mobiele hotspot opzet met een onschuldig ogende netwerknaam als ‘Schiphol Free’, precies met de bedoeling om zoveel mogelijk gebruikers in de val te lokken.

Wil je toch gebruik maken van een openbare hotspot, dan raden we je aan dat via een betrouwbare vpn-verbinding te doen, zodat je data automatisch versleuteld worden. Er zijn heel wat vpn-diensten beschikbaar, zoals CyberGhost (beschikbaar voor Windows, macOS, iOS en Android; circa USD 66 voor één jaar; gratis 7 dagen proefversie). Een aantal diensten biedt ook wel gratis accounts, maar die hebben vaak een beperkte snelheid en functionaliteit.

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.

▼ Volgende artikel
Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand
© ER | ID.nl
Huis

Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand

Een apparaat op afstand bedienen hoeft geen geld te kosten en is verrassend eenvoudig. Of je nu bestanden wilt openen, technische problemen wilt oplossen of meerdere toestellen wilt beheren: met Chrome Remote Desktop kan het allemaal, gratis en zonder gedoe.

De helper begint

Een groot voordeel van Chrome Remote Desktop is de brede compatibiliteit: het werkt met Windows, macOS, Linux en ChromeOS. Bovendien is het veilig – verbindingen worden versleuteld – en je hebt alleen een Chrome-browser nodig. We beginnen aan de kant van degene die op afstand toegang wilt tot een andere computer, degene die ondersteuning biedt vanaf computer A. Op computer A opent de gebruiker Chrome en surft naar https://remotedesktop.google.com. Daar verschijnen twee opties: Dit scherm delen en Verbinding maken met een andere computer. Omdat computer A support wil geven aan een extern apparaat, kiest de gebruiker voor de tweede optie. In dat scherm verschijnt een veld om een toegangscode in te geven, de code volgt zo meteen.

Degene die support geeft, gebruikt het onderste vak.

Acties voor de hulpvrager

Op computer B, de computer die toegang zal verlenen, moet de gebruiker ook in Chrome surfen naar dezelfde website. Daar kiest hij voor de optie Dit scherm delen. Voordat dat mogelijk is, moet Chrome Remote Desktop eerst worden gedownload en geïnstalleerd. De gebruiker klikt daarvoor op de ronde blauwe knop met het witte downloadpijltje. Hiermee wordt een Chrome-extensie geïnstalleerd. Na de installatie verschijnt in het vak Dit scherm delen een blauwe knop met de tekst Code genereren. Wanneer de gebruiker daarop klikt, wordt een toegangscode van 12 cijfers aangemaakt. Die code geeft hij of zij door aan gebruiker A.

Wie support krijgt, moet de code via een berichtje of telefoontje doorgeven.

Scherm delen

Op computer A geeft de gebruiker de code op in Chrome Remote Desktop. Vervolgens wacht hij tot gebruiker B bevestigt dat A toegang mag krijgen tot zijn scherm. Zodra dat is gebeurd, verschijnt het volledige bureaublad van computer B in een nieuw Chrome-venster op computer A. Door dit venster schermvullend weer te geven, kan A probleemloos handelingen uitvoeren op de pc van B. Voor de veiligheid beschikken beide gebruikers over een knop om de sessie op elk moment te beëindigen. Uiteraard is een stabiele internetverbinding noodzakelijk. Daarnaast krijgen beide partijen de melding dat ze klembordsynchronisatie kunnen inschakelen. Hiermee wordt het mogelijk om eenvoudig tekst of bestanden te kopiëren en te plakken tussen beide apparaten.

Gebruiker A krijgt het volledige scherm van B in een Chrome-venster te zien.