ID.nl logo
15 oplossingen voor al je wifi-problemen
© PXimport
Huis

15 oplossingen voor al je wifi-problemen

Thuis internetten zonder wifi valt nauwelijks nog voor te stellen. Een draadloos netwerk biedt veel gebruikscomfort, althans zolang het lekker loopt. Maar soms kost het je ook wel hoofdbrekens, bijvoorbeeld als je het netwerk wilt uitbreiden om een beter bereik te krijgen of als blijkt dat je wifi-signaal geregeld dienst weigert. Wij geven 15 oplossingen voor al je wifi-problemen.

Tip 01: Wegvallend signaal

Stel dat je op verschillende plaatsen in huis geen betrouwbaar netwerksignaal (meer) ontvangt. De ene keer lukt het wel, een andere keer niet. Je kunt eerst proberen je draadloze router of toegangspunt even uit- en weer in te schakelen. Helpt dat niet, controleer dan het signaal met een tool als NetSpot Free (macOS en Windows) of met de mobiele app WiFi Analyzer van farproc (Android).

Je kunt hiermee nagaan of het ontvangen signaal (rssi) wel sterk genoeg is. Deze signaalsterkte wordt uitgedrukt in negatieve dBm-waarden. Kort door de bocht komt het erop neer dat -40 dBm een uitstekend signaal is, terwijl -80 dBm doorgaans onvoldoende is. Bij WiFi Analyzer tik je hiervoor het oog-icoon aan en kies je Signaalmeter. Bij NetSpot lees je de sterkte af in de kolom Signal.

Blijkt het signaal inderdaad te zwak lees dan tips 2 en 3. In het andere geval is de kans groot dat er storing is van apparaten als een magnetron of een draadloze telefoon, met name wanneer je wifi-apparaten de 2,4GHz-band gebruiken: je ziet dat in de kolom Band van NetSpot of in WiFi Analyzer via Kanaalgrafiek.

©PXimport

Tip 02: Kanaaloverlapping

Het is ook mogelijk dat er naburige netwerken zijn die (nagenoeg) hetzelfde kanaal binnen het 2,4GHz-spectrum gebruiken. NetSpot toont dat als je achtereenvolgens Details en Channels 2.4 GHz aanklikt, bij WiFi Analyzer ga je naar de optie Kanaalgrafiek.

Meestal helpt het om een ander kanaal voor je eigen netwerk in te stellen op je draadloze router of toegangspunt, bij voorkeur een kanaal dat minimaal vijf nummers is verwijderd van het sterkste naburige kanaal (bijvoorbeeld 6 als dat van de buren 1 of 11 is). De optie Kanaalbeoordeling van WiFi Analyzer stelt zelf een optimale kanaalkeuze voor.

Je kunt ook de gratis tool WiFi Channel Picker gebruiken, deze werkt alleen op de 2,4GHz-band (Windows). Start de tool op, geef aan wat de SSID van jouw netwerk is en druk op de knop Evaluate: je leest het aanbevolen kanaalnummer af bij Best channel.

Tip 03: Beperkt bereik

Een te zwak signaal (zie tip 1) wijst er meestal op dat je draadloze router niet optimaal is gepositioneerd (zie ook tip 5) of dat het signaal je mobiele apparaat eenvoudigweg niet bereikt. Kun je met je apparaat niet dichter bij de router komen, dan is het probleem wellicht op te lossen door een zogenoemde mesh-router met bijhorende toegangspunten (satellieten) aan te schaffen. Maar die kosten al snel richting de 350 of 400 euro (zoals de NetGear Orbi RBK50). Een veel goedkopere oplossing is een wifi repeater of range extender, met prijzen van circa 30 tot 70 euro. Plaats het apparaat ergens tussen je router en de beoogde ontvangstplek, maar houd er rekening mee dat de snelheid van het wifi-signaal hierdoor wordt gehalveerd. Ga tevens na of de repeater simultane dualband ondersteunt, zodat die tegelijk apparaten op de 2,4GHz- en de 5GHz-band kan bedienen.

Een mogelijk alternatief is een powerline-set, waarbij je de ene adapter met je router verbindt en de andere in de ruimte plaatst waar je extra signaal wenst. Beide adapters geven het signaal aan elkaar door via het elektriciteitsnet. Reken op circa 60 tot 100 euro voor een set.

©PXimport

Tip 04: Extra router

Je kunt ook een tweede router inzetten om het bereik van je draadloze netwerk te vergroten, bijvoorbeeld als de modem/router van je provider zich op een wat ongelukkige plaats als de meterkast bevindt. Ondersteunt die modem/router de bridge- of repeater-modus, dan hoef je nauwelijks meer te doen dan die te activeren. Is dat niet het geval, dan vergt het wat meer configuratiewerk. Zo’n opzet is al uitgebreid aan bod gekomen in dit artikel.

Verbind je pc tijdelijk via een netwerkkabel met router 2. Tik het ip-adres van deze router in je browser in en meld je aan bij de webinterface van deze router. Geef router 2 een nog niet eerder gebruikt ip-adres dat binnen hetzelfde netwerksegment van router 1 ligt. Concreet betekent dit dat je alleen het laatste cijfer anders hoeft te maken (bijvoorbeeld 192.168.0.100 voor router 1 en 192.168.0.200 voor router 2). Het subnetmasker moet identiek zijn, waarschijnlijk is dat 255.255.255.0. Schakel de dhcp-service van router 2 uit, immers, die is hoogstwaarschijnlijk al actief op router 1. In de meeste gevallen geef je beide routers hetzelfde ssid, maar zet je ze wel op een ander kanaalnummer (bijvoorbeeld 1 en 6, zie ook tip 2). Stel op beide dezelfde wifi- en encryptiestandaard in, met hetzelfde wachtwoord. Is de configuratie van router 2 klaar, dan koppel je die via een lan-poort aan (een switch binnen) je netwerk.

©PXimport

Tip 05: Optimale plek

Is de signaalsterkte op bepaalde plekken in je huis of tuin wat minder, dan kan het herpositioneren van je draadloze router(s) mogelijk al helpen. Soms kan het volstaan om die wat lager of juist hoger te hangen of om de antennes anders te richten.

In andere gevallen moet je die echt op een andere, wellicht meer centrale plek hangen. Om de optimale plek te vinden, voer je best een ‘site survey’ uit: je loopt dan met een laptop rond in je woning (en balkon of tuin), terwijl je continu de signaalsterkte vastlegt. Zo ontstaat een heatmap: een plattegrond die toont waar je de beste en slechtste ontvangst hebt. Vervolgens kun je op basis van deze informatie je router(s) verplaatsen waarna je de test nogmaals uitvoert, tot je de optimale positie hebt gevonden. Een gratis tool voor zo’n plattegrond is Ekahau Heatmapper (gratis registratie vereist). Idealiter maak je eerst een plattegrond van je huis en importeer je die schets in Heatmapper (via I have a map image): zo geef je eenvoudig aan op welke plek je staat als je een meting uitvoert. Overigens heeft NetSpot ook een site-survey-functie, maar die zit alleen in de betaalde versie (vanaf circa 55 euro).

©PXimport

De positie van je draadloze router bepaalt mee de kwaliteit van het signaal

-

Tip 06: Geen wifi?

Je hebt een apparaat met een netwerkpoort, maar je vindt het lastig om een netwerkkabel tot bij dat toestel te krijgen en op die locatie beschik je niet over wifi. Gaat het om een oude laptop (of desktop) zonder wifi-ondersteuning, dan is de kans groot dat je het met een usb-wifi-adapter kunt regelen. Dergelijke dongels heb je al vanaf 15 euro.

Houd er wel rekening mee dat zulke adapters vaak alleen werken met bepaalde besturingssystemen. Heeft jouw apparaat een embedded systeem (bijvoorbeeld bij een mediaspeler of printer), dan krijg je het wellicht niet aan de praat. In dit geval kun je nog uitkijken naar een wireless bridge, ook wel ethernet of client bridge genoemd. Zo’n toestel is zowat het omgekeerde van een access point. In plaats van te vertrekken van een bekabeld netwerk om een draadloze verbinding op te zetten, vertrek je van een draadloos netwerk en bied je een bekabelde verbinding aan door je apparaat met de ethernetpoort van de bridge te verbinden. Sommige routers kunnen ook in zo’n wireless-bridge-modus opereren. Heb je nog een oude router liggen, check dan of die zo’n functie aanbiedt. Is dat niet het geval, dan lukt het wellicht met een firmware-upgrade of met alternatieve firmware als DD-WRT (zie tip 11).

©PXimport

Tip 07: Geniepig gebruik?

Je hebt je draadloze netwerk natuurlijk goed afgeschermd met een wpa2-sleutel (zie ook tip 14), maar je bent er toch niet helemaal gerust op dat een buur niet stiekem van je netwerk gebruik maakt. Ga dan allereerst de logs van je draadloze router na. Normaliter houdt dit toestel een lijst van apparaten bij die momenteel – en vaak ook eerder – via je router op je netwerk zijn aangesloten. Je leest er onder meer het ip-adres en het mac-adres af en vaak ook de hostnaam, besturingssysteem, model en fabrikant. Vertrouw je het mac-adres niet, dan kun je eventueel een filter op je router instellen die de toegang voor dat mac-adres voortaan blokkeert. Het mac-adres van je eigen Windows-systemen lees je af door op de opdrachtregel ipconfig /all uit te voeren, het verschijnt dan bij Physical adress.

Voorziet je router niet in de gewenste informatie, dan kun je nog altijd een tool als SoftPerfect WiFi Guard inzetten. Deze tool is beschikbaar voor Windows, macOS en Linux. Het is gratis voor maximaal vijf toestellen, daarna kost het 19 euro voor een licentie. Bij de eerste opstart selecteer je de actieve netwerkadapter en kun je tevens de gewenste scanfrequentie instellen. Bij een scanronde worden dan alle gedetecteerde toestellen opgesomd en je geeft zelf aan welke (bekende) toestellen voortaan genegeerd mogen worden. Je kunt bovendien een e-mail laten toesturen zodra een onbekend apparaat wordt gedetecteerd tijdens een van de volgende scans. De tool houdt per apparaat tevens een historisch overzicht bij.

©PXimport

Tip 08: Wachtwoord

Het kan de beste overkomen: je hebt je draadloze netwerk al een hele tijd geleden ingesteld en je bent het wachtwoord vergeten. Vervelend als je net een nieuw apparaat toegang wilt geven tot je netwerk. Gelukkig los je dat snel op. Ga met je browser naar het ip-adres van je router (dat vind je normaal gesproken bij Default Gateway als je het commando ipconfig via de opdrachtprompt uitvoert) en ga in de webinterface op zoek naar de beveiligingsinstellingen van je draadloze netwerk. Normaliter lees je hier het wachtwoord af, eventueel nadat je een optie als Unmask Password hebt ingeschakeld.

Het kan ook nog anders, als je tenminste over een Windows-toestel beschikt dat met dat netwerk is verbonden. Ga naar Instellingen en kies Netwerk en internet / Status / Netwerkcentrum. Klik bij Verbindingen op de naam van je netwerk en druk op de knop Eigenschappen van draadloos netwerk. Ga naar het tabblad Beveiliging en plaats een vinkje bij Tekens weergeven.

Tip 09: Gastnetwerk

Je krijgt geregeld bezoekers over de vloer en je voelt er weinig voor hen jouw wifi-wachtwoord te geven. Een gastnetwerk is dan een prima oplossing: zo’n netwerk heeft een afzonderlijk ssid en wachtwoord, en is volledig gescheiden van je eigen draadloze netwerk. Je router moet zo’n functie natuurlijk wel ondersteunen. Vaak kun je hier ook het maximum aantal gebruikers instellen dat zich simultaan met het gastnetwerk mag verbinden. Soms is het zo dat een gast-gebruiker eerst een browser moet openen, waarna ze op een inlogpagina het wachtwoord kunnen invoeren (een ‘captive portal’).

Beschikt je router niet over zo’n functie en krijg je het evenmin met een firmware-upgrade opgelost, dan kun je nog een constructie met een tweede router overwegen, waarbij je router 2 dan via de wan-poort verbindt met de lan-poort van je hoofdrouter. Zorg er tevens voor dat beide routers in een verschillend netwerksegment opereren, bijvoorbeeld 192.168.0.x en 192.168.1.x. Het netwerk van je hoofdrouter is dan bedoeld voor je gasten. Hierop kun je bovendien alternatieve dns-servers activeren met automatische inhoudsfiltering, zoals die van OpenDNS (208.67.220.220 en 208.67.222.222). Zelf maak je gebruik van het netwerk van router 2. Voor meer uitleg kun je terecht op het artikel via deze link.

©PXimport

Een gastnetwerk is een veilige oplossing om je bezoekers toegang tot je wifi te geven

-

Tip 10: Extern bereikbaar

komen steeds meer apparaten op de markt die je (draadloos) in je netwerk kunt opnemen en die je wellicht ook graag vanaf het internet wilt bereiken, zoals een ip-bewakingscamera. Dit apparaat zit net als je andere netwerkapparaten achter je router, wat maakt dat het apparaat een intern ip-adres heeft gekregen dat niet zomaar van buitenaf bereikbaar is. Er zit dan weinig anders op dan ‘port forwarding’ op je router in te stellen. Hiermee maak je duidelijk aan de router dat al het verkeer gericht aan het externe ip-adres van je router plus een specifiek poortnummer automatisch naar het interne ip-adres plus poortnummer van dat apparaat moeten worden doorgestuurd.

Stel, je toestel heeft als adres 192.168.0.100 en de service draait op poort 88. Open dan de webinterface van je router en zoek een rubriek als Port forwarding op. Creëer een regel waarbij je aangeeft dat alle aanvragen op poort 88 naar dat adres moeten worden doorgesluisd. Wellicht vind je hier ook voor jouw router de nodige instructies.

Wanneer je vervolgens vanaf je netwerk naar www.ipchicken.com surft, kom je het externe ip-adres van je router te weten, iets als 81.82.167.69 bijvoorbeeld. Als je dan van buitenaf naar het adres 81.82.167.69:88 gaat, kom je bij het ingestelde apparaat uit.

©PXimport

Tip 11: Firmware

Blijkt je router een bepaalde functie niet (goed) te ondersteunen, dan loont het de moeite na te gaan of je die functionaliteit kunt toevoegen door een firmware-update van je router. Controleer eerst op de site van de fabrikant welke aanpassingen je na zo’n update mag verwachten, maar zorg wel dat je het juiste modelnummer te pakken hebt.

Wil je zo’n update inderdaad uitvoeren, open dan de webinterface van je router en ga op zoek naar de juiste rubriek: iets als Firmware Update of Maintenance. Hier kun je dan het bijhorende firmware-bestand ophalen. Vaak lukt dat rechtstreeks, maar soms moet je het bestand eerst naar je pc downloaden en het van daaruit selecteren. Op deze manier kun je dan de update uitvoeren, een proces dat je onder geen voorwaarde mag onderbreken. Doe je dat toch, dan riskeer je een defecte router!

Als ook de nieuwste firmware niet de gezochte functionaliteit biedt, kunnen gevorderde gebruikers eventueel alternatieve routerfirmware overwegen. Vooropgesteld dat de router compatibel is met zo’n alternatief. Populaire firmware is die van OpenWRT en vooral ook DD-WRT. Bij deze laatste kun je via deze link nagaan in hoeverre je router daarmee overweg kan. Uitvoeren doe je wel op eigen risico!

©PXimport

Voorzie je wifi-apparatuur van up-to-date firmware, maar onderbreek de update nooit

-

Tip 12: Connectieloos

Kun je plots niet meer op je draadloze netwerk met een van je computers, terwijl dat nog wel lukt wanneer je die via een netwerkkabel verbindt en je ook met je andere toestellen geen verbindingsproblemen ondervindt, dan kan het aan een corrupt netwerkprofiel liggen op je pc.

Open dan de Opdrachtprompt als administrator en voer het commando netsh wlan show profiles uit. Je krijgt een lijst met netwerkprofielen te zien. Voer de opdracht netsh wlan delete profile <profielnaam> uit, waarbij je <profielnaam> vervangt door de naam van het problematische profiel. Herstart je pc. Wellicht lukt het nu wel om een draadloze verbinding op te zetten.

Ook handig om weten: de opdracht netsh wlan show wlanreport geeft je een uitgebreid rapport over je wifi-configuratie. Je vindt dit html-rapport op C:\ProgramData\Microsoft\Windows\WlanReport\wlan-report.latest.html en je kunt het in je browser bekijken.

©PXimport

Tip 13: Mobiele hotspot

Bevind je je op een locatie waar je alleen maar over een bekabelde verbinding beschikt en wil je naast je laptop ook met je tablet het internet op? Dan kun je je laptop als een mobiele hotspot voor je tablet laten fungeren. In Windows 10 gaat dat het makkelijkste als volgt: ga naar Instellingen en kies Netwerk en internet / Mobiele hotspot. Zet de schakelaar op Aan, selecteer de (bekabelde) internetverbinding en druk op de knop Bewerken om zowel de Netwerknaam als het Netwerkwachtwoord in te stellen.

Zo’n mobiele hotspot kun je ook via een 3G- of 4G-verbinding opzetten, zowel met Android als iOS. Je vindt de nodige instructies via deze link.

Tip 14: Veiligheid

Je wilt uiteraard een zo veilig mogelijke verbinding met je draadloze netwerk opzetten en je vraagt je af welke maatregelen zinvol zijn. Zonder meer de belangrijkste beveiliging blijft wifi-encryptie en voor thuisgebruikers betekent dat doorgaans wpa2-encryptie met een stevig wachtwoord. Het klopt dat er enkele maanden terug kwetsbaarheden in wpa2 zijn gevonden (de krack-aanval), maar wanneer je data versleuteld zijn via https of vpn (zie ook tip 15) kan de hacker niets aanvangen met je data.

Ga wel na of de recentste firmware van je router en/of accesspoints al in een oplossing voor krack voorziet. Via deze link vind je een lijst van producenten die dat voor elkaar hebben. Die firmware moet je dan zeker installeren.

Verder kun je eventueel een mac-filter activeren zodat alleen apparaten met een geautoriseerd mac-adres je netwerk op kunnen, maar een beetje hacker weet zo’n maatregel al snel te omzeilen. Ook het niet laten uitzenden van het ssid van je netwerk is een beveiligingsoptie die weinig meerwaarde biedt. Beide maatregelen bemoeilijken eigenlijk vooral het zelf toevoegen van een nieuw apparaat aan je netwerk.

©CIDimport

Tip 15: Publieke hotspot

Het is erg verleidelijk om onderweg gebruik te maken van een publieke wifi-hotspot. Je moet wel beseffen dat in principe iedereen die van datzelfde netwerk gebruikmaakt met de juiste tools de data die je via je mobiele apparaat uitstuurt, kan onderscheppen. Alle gegevens die niet versleuteld zijn, waaronder ook wachtwoorden die als platte tekst verstuurd worden, kunnen dan in de verkeerde handen vallen. Het gebeurt zelfs dat een hacker zelf een mobiele hotspot opzet met een onschuldig ogende netwerknaam als ‘Schiphol Free’, precies met de bedoeling om zoveel mogelijk gebruikers in de val te lokken.

Wil je toch gebruik maken van een openbare hotspot, dan raden we je aan dat via een betrouwbare vpn-verbinding te doen, zodat je data automatisch versleuteld worden. Er zijn heel wat vpn-diensten beschikbaar, zoals CyberGhost (beschikbaar voor Windows, macOS, iOS en Android; circa USD 66 voor één jaar; gratis 7 dagen proefversie). Een aantal diensten biedt ook wel gratis accounts, maar die hebben vaak een beperkte snelheid en functionaliteit.

▼ Volgende artikel
Waarom je vaatwasser zout en glansspoelmiddel nodig heeft (zelfs als je all-in-one tabletten gebruikt)
© Davizro Photography
Huis

Waarom je vaatwasser zout en glansspoelmiddel nodig heeft (zelfs als je all-in-one tabletten gebruikt)

Gebruik je een vaatwasser, dan heb je vast wel eens het lampje voor zout of glansspoelmiddel zien oplichten. Maar wat doen die toevoegingen eigenlijk precies? En zijn ze nog nodig als je all-in-one tabletten gebruikt? We vertellen je alles wat je weten moet over dit doeltreffende duo.

Zout en glansspoelmiddel in de vaatwasser: zo zit het

In dit artikel lees je:

  • Waarom vaatwaszout nodig is
  • Wat de rol van glansspoelmiddel is
  • Wanneer je moet bijvullen
  • Hoe het zit het met all-in-one tabletten
  • Hoe je de juiste dosering instelt

Lees ook: Een vaatwasser die de vaat droogt: hoe doet-ie dat eigenlijk?

Waarom vaatwaszout nodig is

In Nederland bevat kraanwater bijna overal calcium en magnesium: mineralen die zorgen voor hard water. Hoe harder het water, hoe meer kans op kalkaanslag. Vaatwaszout helpt dit te voorkomen. Het zout doe je in een reservoir in de vaatwasser dat verbonden is met een zogenaamde ionenwisselaar. Die haalt calcium en magnesium uit het water voordat het je vaat bereikt. Het resultaat: geen witte aanslag op glazen, en een langere levensduur van je vaatwasser.

Zonder zout werkt het onthardingssysteem op den duur niet meer goed, en zal je vaatwasser slechter gaan presteren. Het verwarmingselement kan verkalken en glazen kunnen dof uit de machine komen. Ook filters, sproeiarmen en leidingen kunnen verstopt raken door kalkresten.

©Nadezhda

De rol van glansspoelmiddel

Glansspoelmiddel komt pas op het einde van het programma in actie. Het verlaagt de oppervlaktespanning van water, waardoor druppels sneller van je vaat aflopen. Dat voorkomt opgedroogde druppels en doffe plekken. Vooral bij glazen is het effect goed zichtbaar: ze drogen mooier op en blijven helder.

Daarnaast helpt glansspoelmiddel om de droogtijd te verkorten. Omdat het water sneller verdampt, is je vaat aan het einde van het programma meestal al zo droog dat het meteen de kast in kan.

Wanneer moet je bijvullen?

De meeste moderne vaatwassers hebben een waarschuwingslampje voor zowel zout als glansspoelmiddel. Gaat dat branden, dan is het tijd om bij te vullen. Je kunt ook zelf af en toe het reservoir controleren.

Het zoutreservoir zit meestal onderin, naast het filter. Schroef de dop los en vul het bij met speciaal vaatwaszout tot het waterpeil zichtbaar stijgt. Let op dat je er geen afwasmiddel of keukenzout in gooit: dat verstoort het systeem.

Het glansspoelmiddel vul je via een klepje in de deur, vlak naast het vakje voor het vaatwasmiddel. Gebruik een trechtertje om knoeien te voorkomen.

©Davizro Photography

Hoe zit het met all-in-one tabletten?

Veel vaatwastabletten bevatten tegenwoordig zout, glansspoelmiddel en reiniger in één. Handig, maar dat betekent niet dat je altijd zonder extra zout of glansspoelmiddel kunt.

Heb je zacht water (onder de 8 °dH), dan is de hoeveelheid in zo'n tablet meestal voldoende. Maar bij gemiddeld of hard water (vanaf 8 dH en hoger) kan het toch slim zijn om extra zout toe te voegen. Je vaatwasser kan dat vaak zelf meten en bijsturen.

Hetzelfde geldt voor glansspoelmiddel. Komt je vaat nog nat of dof uit de machine? Dan is bijvullen alsnog nodig, zelfs als je een alles-in-één tablet gebruikt.

Zo stel je de juiste dosering in

In het menu van je vaatwasser kun je meestal de hardheid van het water instellen. De machine bepaalt dan automatisch hoeveel zout nodig is. Om dit goed in te stellen, moet je weten hoe hard het water in jouw regio is. Je vindt deze informatie via de website van je waterleverancier. Bijvoorbeeld:

Waternet

Vitens

Zodra je de waarde weet, kun je in de handleiding van je vaatwasser terugvinden hoe je de instellingen aanpast. Bij sommige modellen stel je dit met druktoetsen in, bij andere via het display. Koop je je vaatwasser bij een witgoedspecialist? Vraag dan of zij kunnen demonstreren hoe je dit precies doet.

Voor glansspoelmiddel kun je de dosering meestal ook handmatig instellen. Laat je glazen nog strepen zien, of zitten er vlekken op je bestek? Dan staat de dosering misschien te laag. Zie je een blauwe waas of regenboogachtige strepen? Dan gebruik je waarschijnlijk te veel.

Tot slot

Zout en glansspoelmiddel lijken misschien niet direct essentieel, maar ze zijn belangrijk voor het goed functioneren van je vaatwasser. Zeker in gebieden met harder water zijn ze onmisbaar om kalkaanslag te voorkomen en om je vaat glanzend en droog te krijgen. All-in-one tabletten zorgen al voor een deel van de dosering, maar dat betekent niet dat je nooit meer zout of glansspoelmiddel hoeft toe te voegen. Controleer dus regelmatig de niveaus, pas de instellingen aan op het water in jouw regio, en houd je vaatwasser in topconditie.

▼ Volgende artikel
Laptop nodig voor school? Zo kies je de juiste voor je kind
© Svitlana
Huis

Laptop nodig voor school? Zo kies je de juiste voor je kind

Gaat je kind na de zomervakantie naar de middelbare school? Dan heeft hij of zij waarschijnlijk een laptop nodig. Als ouder wil je natuurlijk een laptop kiezen die past bij wat de school vraagt én bij de manier waarop je kind ermee werkt. Maar waar let je dan op?

💻 🎒 Schoollaptop kopen? Hier moet je op letten

Bij het kiezen van een schoollaptop zijn er een aantal zaken die belangrijk zijn: • Besturingssysteem – Chrome of Windows? • Snelheid en geheugen – Voldoende RAM en snelle SSD • Formaat en gewicht – Licht en handzaam voor in de schooltas • Batterijduur – Moet een hele schooldag meegaan • Degelijkheid – Moet tegen een stootje kunnen • Handige extra's – Denk aan laptophoes of los toetsenbord. • Veiligheid en updates – Van updatebeleid tot vingeradrukscanner • Connectiviteit en aansluitingen – Wifi, USB en HDMI. • Kosten en regelingen – Check schoolopties en gemeentelijke hulp

Lees ook: Van powerbank tot adapter: dit zijn de handigste accessoires voor je laptop

Een laptop is best een uitgave; wanneer je schoolgaande kind er een nodig heeft, is het dus zaak dat je er eentje koopt waarmee hij of zij een aantal jaar vooruit kan (sterker nog: het liefst de hele schooltijd). Door vooraf goed te kijken naar wat de school aanraadt en specificaties te vergelijken, weet je zeker dat je de juiste laptop voor je kind vindt. 

Chromebook of Windows?

De eerste keuze die je vaak moet maken is die tussen een Chromebook en een Windows-laptop. Veel scholen werken met Google Workspace, zoals Google Docs, Drive en Classroom. In dat geval is een Chromebook een logische keuze: snel, betaalbaar en makkelijk in gebruik.

Werkt de school met specifieke software zoals Office of educatieve programma's die alleen op Windows draaien? Dan is een Windows-laptop een betere optie. Die kan bovendien zwaardere toepassingen aan, zoals fotobewerking of programmeren – handig als je kind in de bovenbouw zit of een technisch profiel kiest.

Snelheid en geheugen

Een laptop moet vlot reageren, ook als er meerdere tabbladen openstaan. Kijk daarom naar de processor en het werkgeheugen. Voor een Chromebook volstaat een eenvoudige chip, maar ook daar is 8 GB werkgeheugen aan te raden – 4 GB is eigenlijk te krap. Bij een Windows-laptop is een i3 of Ryzen 3 het minimum, maar voor soepel multitasken is een i5 of Ryzen 5 verstandiger.

Ook het type opslag maakt verschil: kies voor een SSD in plaats van een traditionele harde schijf. Een SSD is stiller, sneller en minder kwetsbaar. Met 256 GB heb je voldoende ruimte voor schoolwerk, documenten en af en toe een download.

Formaat en gewicht

Een laptop voor school gaat dagelijks mee in de tas. Hij moet dus niet te zwaar zijn. Een scherm van 13 tot 15 inch is een goede keuze: dat is groot genoeg om prettig op te kunnen werken, klein genoeg om mee te nemen. Let ook op het gewicht. Alles onder de 1,7 kilo is prima voor dagelijks vervoer. Sommige modellen zijn 2-in-1: ze hebben een touchscreen en kunnen ook als tablet worden gebruikt. Dat is handig bij creatieve opdrachten, maar niet per se nodig voor iedereen.

Batterijduur

De batterij moet een hele schooldag meegaan, want opladen in de klas is vaak geen optie. Reken op minimaal zes uur, maar meer is beter. Chromebooks scoren hier vaak goed, met accuduur tot tien uur of meer. Bij Windows-laptops verschilt het sterk per model. Kijk daarom niet alleen naar de opgegeven accuduur, maar ook naar ervaringen van andere gebruikers.

©ID.nl

Lees ook: Zo geef je je laptop een langere adem

Degelijkheid

Scholieren gaan niet altijd even voorzichtig met hun spullen om. Het is daarom slim om te letten op de bouwkwaliteit van de laptop. Modellen met een stevige behuizing kunnen beter tegen een stootje in een volle schooltas. In dat opzicht zijn zogeheten 'zakelijke laptops' interessant. Denk aan laptopseries zoals de HP EliteBook, Dell Latitude of Lenovo ThinkPad. Die zijn oorspronkelijk bedoeld voor intensief gebruik op kantoor, maar juist daardoor zijn ze vaak robuuster dan vergelijkbare consumentenmodellen.

Als ouder ga je waarschijnlijk niet direct op zoek naar een zakelijke laptop voor je kind, maar in het aanbod van refurbished laptops kom je dit soort modellen veel tegen. Ze zijn dan professioneel opgeknapt, opnieuw geïnstalleerd en meestal voorzien van garantie. Voor een bedrag van 200 à 300 euro heb je dan een laptop die beter gebouwd is dan veel nieuwe modellen in die prijsklasse. Je betaalt niet voor uiterlijk of overbodige functies, maar voor een betrouwbaar apparaat dat tegen een stootje kan.

Handige extra's

Naast de laptop zelf zijn er nog wat dingen die het gebruik makkelijker maken. Een stevige hoes of laptoptas is natuurlijk een must: het is niet slim om de laptop los in een schooltas of rugzak mee te nemen. Een extra toetsenbord of losse muis kan thuis handig zijn, bijvoorbeeld als je kind huiswerk maakt aan een bureau. Een laptopstandaard helpt om rechter te zitten en voorkomt dat je kind lang in een verkeerde houding werkt.

Laptop veilig mee naar school?

Gebruik een laptophoes

Veiligheid en updates

Het is de bedoeling dat de schoollaptop die je koopt jarenlang meegaat, dus het is verstandig om te controleren hoe lang het besturingssysteem nog updates krijgt. Zeker bij Chromebooks kun je per model opzoeken tot welk jaar er beveiligingsupdates worden aangeboden. Omdat Google een updatebeleid heeft waarbij Chromebooks van na 2021 10 jaar updates krijgen, zit je hiermee dus eigenlijk altijd goed. Heb je een model op het oog? Dan kun je online opzoeken wat de AUE-datum (Auto Update Expiration) is.

Ook voor Windows krijg je jarenlang updates. Belangrijk is wel dat je kiest voor de meest recente versie – op dit moment is dat Windows 11. Kom je ergens een goedkope laptop met Windows 10 tegen? Let dan goed op of de hardware geschikt is voor een upgrade naar Windows 11. Is dat niet het geval, dan kun je die laptop maar beter niet kopen, want de ondersteuning voor Windows 10 stopt op 14 oktober 2025.

Let er ook op of je de aanwezige opslag of het werkgeheugen eventueel nog kunt uitbreiden – dat maakt het apparaat toekomstbestendiger. Extra beveiligingsopties zoals een vingerafdrukscanner of webcamcover zijn geen noodzaak, maar kunnen wel prettig zijn.

Zorg er ook voor dat bestanden automatisch worden opgeslagen in de cloud, bijvoorbeeld via Google Drive of OneDrive. Afhankelijk van de leeftijd kan het ook nog slim zijn om ouderlijk toezicht in te stellen, bijvoorbeeld via een beheerd Google-account of de instellingen van Windows.

Connectiviteit en aansluitingen

De meeste laptops zijn standaard uitgerust met wifi, maar het loont om te letten op ondersteuning voor wifi 6. Daarmee is de verbinding sneller en stabieler, wat handig is op drukke schoolnetwerken. Een USB-C-poort is aan te raden voor opladen, randapparatuur en accessoires. Een HDMI-aansluiting is handig als je kind presentaties moet geven of thuis een groter scherm wil aansluiten. En hoewel steeds minder laptops er standaard mee komen, kan een ethernetpoort soms handig zijn als wifi tijdelijk niet werkt. De laptop kan dan met een kabel rechtstreeks op de router worden aangesloten.

Kosten en regelingen

Een goede laptop hoeft niet extreem duur te zijn, maar je moet toch al snel rekenen op een bedrag van minimaal 400 euro voor een geschikt Chromebook. Voor een nieuwe Windows-laptop ben je al snel 550 euro of meer kwijt. Kies je voor refurbished, dan ben je goedkoper uit. Kun je het zelf niet betalen, kijk dan of de school een regeling heeft. Informeer ook bij je gemeente: vaak bieden die een vergoeding of tegemoetkoming voor mensen met een minimum inkomen die een laptop voor hun kind moeten kopen

Sommige ouders kiezen ervoor om een laptop te verzekeren, wat zeker iets is om te overwegen bij jongere kinderen. Schade of diefstal komt helaas regelmatig voor. Daarnaast bieden bedrijven als Microsoft en Adobe korting aan wanneer hun software wordt aangeschaft voor leerlingen (én ouders).  Kijk ook eens op Surfspot; daar is veel software waarvoor je korting kunt krijgen verzameld.

Tot slot

Voor de meeste middelbare scholieren is een Chromebook met 8 GB werkgeheugen een goede, betaalbare keuze, zeker als de school volledig met Google werkt. Wordt er intensiever met software gewerkt of wil je dat de laptop ook in de bovenbouw nog voldoet? Kies dan voor een Windows-model met een snellere processor en meer opslag. Wat je ook kiest: let op het gewicht, de batterijduur en hoe lang het apparaat nog updates krijgt. Dan weet je zeker dat je kind er niet alleen dit schooljaar, maar ook daarna goed mee uit de voeten kan.