ID.nl logo
Zo kies je de beste gamemonitor
© Reshift Digital
Huis

Zo kies je de beste gamemonitor

Of je nu de nieuwste en snelste videokaart hebt of juist op een wat oudere pc speelt, je monitor bepaalt uiteindelijk in grote mate hoe indrukwekkend je game-ervaring is. Een goede gamemonitor kan je een competitief voordeel geven door bijvoorbeeld extra snel te zijn. Of hij biedt juist een veel aantrekkelijkere kijkervaring dankzij spetterende kleuren en een hoog contrast. In dit artikel bekijken we de belangrijkste zaken waar je op moet letten als je een nieuwe monitor wilt kopen en bespreken we de beste gamemonitors van dit moment.

Hoewel we ons in dit artikel primair richten op gameliefhebbers, verliezen we ander gebruik uiteraard niet uit het oog. Zeker nu thuiswerken nog altijd aan de orde van de dag is. Maar wat maakt nu een ideale gamemonitor? Hiervoor dien je eerst te bepalen wat voor gamer je bent.

In grote lijnen kunnen we gamers opsplitsen in twee groepen: zij die vooral geven om snelheid en zij die meer waarde hechten aan een visueel indrukwekkende ervaring. Snelle games zijn bijvoorbeeld first-person shooters of andere e-sports-titels waarbij je het tegen anderen opneemt en elke milliseconde het verschil kan maken tussen winnen en verliezen. De andere groep gamers speelt vooral spellen waarbij het verhaal en een intense grafische ervaring belangrijk zijn. Speel je een beetje van alles, dan hoef je je geen zorgen te maken. De meeste goede monitors kunnen beide kampen prima bekoren.

We geven je tips over waar je op moet letten bij het kiezen van een nieuwe monitor en laten je enkele van de aantrekkelijkste computerschermen zien die de huidige markt te bieden heeft. Daarbij zochten we bewust naar onder andere de meest indrukwekkende en snelste monitor, maar ook naar modellen die opvallen door hun prijs-kwaliteitverhouding.

Paneeltype

Een van de belangrijkste specificaties van een monitor is het type paneel dat wordt gebruikt. Er zijn verschillende paneeltypen en elk van deze technieken heeft zijn voor- en nadelen. Het type paneel bepaalt in de grootste mate hoe jouw subjectieve ervaring met het scherm zal zijn.

Tn

Tn is eigenlijk de meest ouderwetse van de drie gangbare technieken. Vergeleken met ips- en va-panelen biedt tn de minst brede kijkhoeken met zichtbare kleurverschuivingen en afnemende helderheid. En meestal is het kleurbereik matig: dat is zowel voor algemeen gebruik als voor grafisch indrukwekkende games een groot nadeel. Tn-panelen waren in de regel wel sneller en vooral goedkoper dan de alternatieven. In de laatste paar jaar hebben ips- en va-panelen zowel op prijs als qua snelheid een flinke inhaalslag gemaakt.

Ips

Goede ips-panelen bieden het volledige kleurenspectrum waar games gebruik van maken, met als bijkomend voordeel dat ze daardoor ook geschikt zijn voor taken als video- en fotobewerking. Voor gamen en algemeen gebruik is een ips-paneel een goede investering: je krijgt een beter contrast, betere kijkhoeken en het beeld wordt vaak als rustiger ervaren.

Eerdere generaties ips-panelen stonden weliswaar bekend als traag, maar het gros van de snelste monitors van vandaag maakt juist gebruik van ips-technologie. Daarmee is ips uitgegroeid tot de interessantste techniek, met als voornaamste nadeel dat de beste ips-schermen zeker niet goedkoop zijn. Sommige paneelfabrikanten noemen hun met ips vergelijkbare technologie overigens anders: zo maakt Samsung gebruik van pls, terwijl AU Optronics ahva gebruikt.

Va

Va-panelen vallen een beetje tussen tn en ips in. Ze hebben vaak een goede kleurweergave en de kijkhoeken zijn niet zo matig als bij tn, maar ook niet zo uitzonderlijk goed als bij ips. Ze zijn vaak wat lager geprijsd dan de ips-alternatieven.

Wat snelheid betreft is het verhaal wat complexer. In de regel zijn de meeste (zeker betaalbare) va-panelen simpelweg wat trager. Gamers die gevoelig zijn voor ghosting blijven in de regel dan ook bij va-panelen uit de buurt. Maar va-schermen hebben ook een uniek inherent voordeel: ze bieden een beter contrast en zwartwaarde dan ips en tn. Speel je vooral games in een donkere kamer, dan zijn va-monitors een aantrekkelijk en betaalbaar alternatief voor ips.

Oled

De laatste paar jaar zijn oled-tv’s populair geworden en voor een goede reden. Op een oled-scherm is iedere pixel zijn eigen lichtbron. Het grootste voordeel is dat je daardoor een eindeloos groot contrast hebt: als het scherm zwart weergeeft, staan de pixels uit, met diep zwarte delen als gevolg. Daarbij zijn de kleuren en kijkhoeken zeer goed, wat simpelweg een superieure beeldervaring geeft.

Er is slechts een handjevol oled-monitors op de markt. Het gros zijn kleinere televisies die ook als monitor dienst kunnen doen. Ze zijn veelal ook nog prijzig en nog niet zo snel als de techniek mogelijk zou moeten maken. Oled-tv’s behoren weliswaar tot de snelste tv’s op de markt, maar de totale latency (inputlag en pixelrespons) loopt voorlopig nog iets achter op echte monitors. Het grootste nadeel blijft de kans op inbranden, wat bij pc-gebruik een groter risico is dan bij televisiegebruik.

Resolutie

Een hogere resolutie levert meer scherpte en werkruimte, en is daarom bijna altijd een voordeel. Maar het weergeven van die extra pixels vereist ook meer van je grafische kaart. Een videokaart van vijf jaar oud komt nog goed uit de voeten op een 1080p-monitor, maar voor een echte 4K-ervaring zul je een recente high-endvideokaart willen hebben.

Vooral liefhebbers van snelle games willen niet per se een hogere resolutie, want zij zullen beter presteren met een 1080p-monitor die games op 240 of misschien wel 360 beelden per seconde weergeeft. Zoek je het beste van beide werelden, dan zien wij 1440p als de gulden middenweg: wel extra pixels voor meer beeldscherpte, maar nog altijd goed aan te sturen met een recente mid-rangevideokaart.

Consolegamers opgelet!

Spelcomputers zijn in de regel iets minder flexibel met de resolutie van je monitor dan computers. Consoles gaan tenslotte uit van een tv en die zijn er in Full HD of 4K. De nieuwe Xbox Series S/X is wat flexibeler, maar de Playstation 5 kan bijvoorbeeld geen native 1440p aansturen. Je krijgt dan een 1080p-beeld op een 1440k-monitor gepresenteerd. Dat is niet direct een drama, maar ook niet ideaal. Koop je vooral een gamemonitor voor de laatste generatie consoles (PS5 / Xbox Series X), dan ligt een 4K-monitor voor de hand. Niet dat een recente console krachtiger is dan een game-pc, maar ze weten de weergave wel goed aan te passen aan 4K-monitors.

Formaat

Het ideale formaat van je nieuwe scherm is grotendeels subjectief en deels gebonden aan de resolutie die je kiest. Full HD oftewel 1080p oogt op een doorsnee 24inch-scherm scherp, maar ziet er op een 43inch-scherm onscherp uit. Andersom neemt de meerwaarde van 4K af naarmate het scherm kleiner wordt.

Tot enkele jaren terug was 24 inch de standaard, vandaag de dag is dat 27 inch geworden. Ervaring leert dat mensen snel aan dit formaat wennen en het is ook weer niet té groot. Uiteraard kun je daar prima van afwijken, afhankelijk van je eigen voorkeuren, opstelling en dergelijke. Zeker als je vooral games speelt, kan een maatje groter wenselijk zijn. Dat is tenslotte bevorderlijk voor de immersie. Geef je puur om je onlineprestaties, dan is kleiner veelal wenselijk. Dan heb je meer overzicht, waardoor je sneller kunt reageren.

Verversingssnelheid

Fervente gamers hoeven vandaag de dag niet langer genoegen te nemen met de gebruikelijke 60Hz-monitors. Als je eenmaal aan een wat sneller scherm gewend bent, wil je echt nooit meer terug. Vooral de stap van 60 naar 144-165 Hz levert een duidelijk merkbaar verschil op en is daarmee een aanrader voor fanatieke én casual gamers. Je kunt dit bovendien combineren met hogere resoluties. Ook hoeven dergelijke snelle schermen niet extreem veel meer te kosten. Een 1440p-monitor van 27 inch met een verversingssnelheid van 144-165 Hz wordt dan een mooi uitgangspunt voor de meeste gamers.

De stap naar ultrasnelle schermen – denk aan 240 of zelfs 360 Hz – is interessant voor liefhebbers die het kunnen betalen, maar wel minder groot dan die getallen doen vermoeden. Op een 60Hz-scherm ververst het scherm elke 16,6 milliseconde. Met 144 Hz kom je al op 6,9 ms. Met 240 Hz kom je op 4,2 ms en dat is natuurlijk een veel kleiner verschil, net als dat de 2,8 ms van 360 Hz weer een kleinere stap is. De meerwaarde van extra snel is dus is eigenlijk alleen voor écht fanatieke e-sporters interessant.

©PXimport

Refreshrate is slechts het halve verhaal

De refreshrate zegt lang niet alles, want die geeft simpelweg aan hoe snel het scherm begint met het weergeven van het volgende beeld. Even belangrijk, of wellicht nog belangrijker, zijn de pixelresponstijd en de inputlag van de monitor. Als een monitor er 10 ms over doet om een pixel daadwerkelijk van kleur te veranderen, geeft dat een mindere ervaring dan een monitor die dat in 2 of 3 ms doet. Menig fabrikant claimt overigens responstijden van 1 ms te bieden, maar in de praktijk is dat zelden het geval of biedt de 1ms-modus nare bijeffecten. Helaas kun je op dit vlak nooit op de specificaties van een fabrikant vertrouwen en zul je echt reviews moeten lezen of kijken om te achterhalen of een scherm ook echt snel is. De opgegeven refreshrate is een prima uitgangspunt, maar ook hier telt: staar je er niet blind op.

Variable refresh rate

Traditioneel ververst een scherm op vaste intervallen en doet dit van boven naar beneden. Zo kan het gebeuren dat de bovenkant van het scherm het ene frame laat zien, terwijl de onderkant al één frame verder is. Dit effect heet tearing en is zeker op een langzamer scherm goed te zien. Met variable refresh rate (VRR) geeft je monitor het beeld weer zodra de videokaart er klaar voor is, met een soepele kijkervaring als gevolg, vrij van haperingen en tearing.

Een paar jaar geleden moest je goed opletten of een scherm überhaupt VRR ondersteunde en zo ja, voor welk merk videokaart (AMD of Nvidia). Tegenwoordig zijn de meeste gamemonitors uitgerust met de techniek en ondersteunen ze beide kaartmerken. Een gegeven is dit overigens niet. Dus als je twijfelt, zoek naar een vermelding van G-Sync (voor Nvidia-kaarten) of FreeSync (AMD). Helaas zijn deze specificaties vaak wel incompleet en werkt een monitor met ondersteuning voor FreeSync dikwijls toch in combinatie met Nvidia-kaarten.

©PXimport

Andere eigenschappen

We hebben hierboven de belangrijkste aandachtspunten behandeld bij het kiezen van een nieuwe gamemonitor. Afhankelijk van jouw voorkeuren word je zo richting een bepaald soort scherm gestuurd. Daarna dien je nog wel goed na te denken over andere eigenschappen van het scherm zoals ergonomie, aansluitingen en gamemogelijkheden.

Onder die laatste noemer scharen we RGB-verlichting, maar ook zaken als on-screen crosshairs of contrastverhogers die het makkelijker maken om je tegenstanders te spotten. Ook ondersteuning voor HDR kan interessant zijn, al bieden de meeste gamemonitors nog geen ultieme HDR-ervaring. Geef je om HDR, zoek dan bij voorkeur een monitor met een DisplayHDR 600-label of hoger, want HDR400 stelt niets voor.

©PXimport

Goedkoop, maar ook rap

Iiyama G-Master GB2470HSU-B1

Als je een scherpe prijs belangrijk vindt en toch een paneel van degelijke kwaliteit wilt, dan heeft Iiyama vaak aantrekkelijke opties. De G-Master GB2470HSU-B1, die voor circa 189 euro over de toonbank gaat, is er zo een. Voor minder dan 200 euro krijg je een vrij rap (165 Hz) en aangenaam ips-paneel met nog aardige kleurprestaties, een goede maximale helderheid en een ergonomische voet.

Je kunt overigens ook een paar euro besparen door te kiezen voor een vaste voet (G2470HSU, zonder B dus), maar wij zouden dat afraden. Een in hoogte verstelbaar scherm is wel zo prettig als je er uren achter moet zitten.

Uiteraard krijg je voor dit bedrag geen ultieme ervaring. Zo moet je het doen met een beetje ouderwetse 1080p-resolutie en kunnen de kleurprestaties niet op tegen de betere alternatieven in deze lijst. Bovendien is de 24inch-schermdiagonaal niet bijster indrukwekkend. Maar als je een bescheiden budget hebt, kun je het eigenlijk niet beter treffen dan met deze GB2470HSU-B1.

©PXimport

Iiyama G-Master GB2470HSU-B1

Prijs
€ 199,-
Websitewww.iiyama.com
7Score70

  • Pluspunten

  • Uitstekende beeldkwaliteit

  • Goede featureset

  • 1440p-resolutie

  • Usb-c

  • Minpunten

  • HDR-ervaring kan beter

Premium allrounder

Gigabyte Aorus FI27Q-X

De wereld van de gamemonitors heeft sinds 2019 uiteraard niet stilgestaan. Waar een 240Hz-verversingssnelheid voorheen betekende dat je vastzat aan de lagere 1080p-resolutie, is dat sinds 2021 niet langer het geval. De eerste generatie ips-monitors met een verversingssnelheid van 240 Hz en een 1440p-resolutie verscheen eerder dit jaar, met modellen van onder andere ASUS, Alienware (Dell) en Gigabyte.

Die schermen gebruiken veelal exact dezelfde panelen. Deze nieuwe generatie panelen met een hoge resolutie zijn razendsnel en bieden een uitstekende kleurweergave, maar zoals vaker met innovaties hangt daar wel een stevig prijskaartje aan. Bij de lancering van deze schermen was je 800 tot 900 euro kwijt, een forse meerprijs ten opzichte van de eerder besproken Gigabyte FI27Q bijvoorbeeld.

De prijzen begonnen al vlot na lancering te dalen, onder meer omdat de meeste fabrikanten productinhoudelijk erg aan elkaar gewaagd zijn. Ook de ASUS ROG Swift PG279QM en Alienware AW2721D maakten kans op de titel ‘premium allrounder’, ware het niet dat Gigabytes monitor op het moment van schrijven net wat agressiever geprijsd is. 699 euro voor een nextgen-gamemonitor is echt niet verkeerd. Houd de prijzen van de Alienware en de ASUS wel in de gaten, want dit trio is bijzonder aan elkaar gewaagd.

©PXimport

Gigabyte Aorus FI27Q-X

Prijs
€ 699,-
Websitewww.gigabyte.com9Score90

  • Pluspunten

  • Uitstekende beeldkwaliteit

  • Goede featureset

  • 1440p + 240 Hz

  • Minpunten

  • Forse meerprijs voor 240 Hz

  • HDR kan beter

  Giga groots gamen 

LG oled-tv C1 (OLED48C16LA)

Eigenlijk is de LG C1 een televisie, maar met zijn 48inch-beelddiagonaal, 4K-resolutie en 120Hz-verversingsssnelheid blijkt hij ook een van de meest indrukwekkende grote gameschermen die je je kunt wensen. De kleuren spatten eraf, het contrast is dankzij de oled-techniek oneindig groot en het is een scherm waarop HDR-games echt tot hun recht komen.

Bovendien is HDMI 2.1, dat vereist is om ook met consoles op hogere resolutie voorbij 60 Hz te komen, extreem zeldzaam op gamemonitors. Deze televisie heeft maar liefst vier van die aansluitingen. Dat maakt het een ideaal scherm voor consolegamers, al moet je dan wel een prijskaartje van 1199 euro voor lief nemen. Bijkomend voordeel omdat het een tv is: ook het geluid is prima.

Toch valt aan dit scherm nog wel wat te verbeteren voor gamers. Zo blijft de totale latency nog iets achter bij de betere gamemonitors. Tel daar het extra grote formaat bij op en je zult snappen dat dit niet het ideale scherm is voor onlineshooters. Ook bestaat bij oled nog altijd het risico op inbranden. LG geeft aan dat dit nauwelijks nog een probleem is, maar voor iedereen die vele uren naar dezelfde elementen kijkt (lees: desktopgebruik), blijft dit toch echt iets om rekening mee te houden.

©PXimport

LG oled-tv C1 (OLED48C16LA)

Prijs
€ 1199,-
Websitewww.lg.com10Score100

  • Pluspunten

  • 4K en 120 Hz, ideaal voor consoles

  • Fantastische kleuren en contrast

  • Groot formaat

  • Minpunten

  • Te groot voor algemeen gebruik

  • Risico op inbranden

Snelste gamemonitor

ASUS ROG Swift PG259QN

Fabrikant ASUS laat de prijs-prestatiekroon liggen en kiest bewust voor absolute topprestaties. Met een prijskaartje van 699 euro is de ROG Swift PG259QN verre van goedkoop, zeker voor een Full-HD-scherm, maar dan krijg je wel de snelste monitor van dit moment. Met zijn 25inch-diagonaal en 360Hz-verversingssnelheid is hij meetbaar en zichtbaar een stap voorbij 240Hz-monitors, terwijl hij dankzij zijn ips-paneel alsnog een goede kleurweergave weet te bieden. Hij wordt ook goed aangekleed met gamemogelijkheden en een goede ergonomische standaard.

Concessies zijn er ook: we noemden al de bescheiden 1080p-resolutie. Dat maakt hem in tegenstelling tot 1440p-alternatieven minder fijn voor games die niet louter op snelheid leunen en ook voor algemeen gebruik. Deze monitor moet je dan ook meer zien als een stuk professioneel gereedschap voor serieuze e-sporters. Telt elke milliseconde, dan wordt dit scherm interessant.

Vermogende liefhebbers kunnen ook de R-variant overwegen (PG259QNR). Dat model, dat 150 euro meer kost, heeft als extra een ingebouwde latency-analyzer om je pc en instellingen te optimaliseren voor nog betere prestaties. Spreekt het concept je aan, maar vind je 700 euro te gortig? Kijk dan naar de ASUS VG279QM. Deze 280Hz-versie van vorig jaar is slechts iets trager, maar bijna de helft goedkoper.

©PXimport

ASUS ROG Swift PG259QN

Prijs
€ 699,-
Websitewww.asus.com9Score90

  • Pluspunten

  • Ultieme snelheid

  • Goede kleuren en contrast

  • Goede gamemogelijkheden

  • Minpunten

  • Forse meerprijs voor 360 Hz

  • Slechts 1080p

Ultieme gamemonitor

ASUS ROG Swift PG32UQX

Mocht je oog al over de prijs van dit scherm zijn gegleden: nee, het is geen tikfout, de ASUS ROG Swift PG32UQX kost echt 3499 euro. Daarmee wordt direct duidelijk dat dit voor de meeste gamers niet dé gamemonitor zal zijn. Voor iets meer dan een tiende haal je immers al een echt uitstekende ervaring in huis.

Deze ASUS moet je dan ook meer zien als een ultiem voorproefje van wat de mainstream gamemonitors over een paar jaar zullen bieden. Denk daarbij aan een indrukwekkende combinatie van een fors 32inch-scherm met 4K-resolutie en een 144Hz-verversingssnelheid, prachtige kleurprestaties plus een extreem goed contrast dankzij een mini-led-backlight.

Doorgaans heeft de backlight van een monitor over het hele scherm een vaste helderheid, maar bij schermen zoals de PG32UQX kan de backlight zich in vele zones aanpassen aan wat er op het scherm wordt weergegeven. Zo krijgt dit ips-paneel een veel beter contrast dan va-panelen, terwijl verder wel alle voordelen van ips behouden blijven.

De contrastwaarden komen aardig in de buurt van oled-panelen, maar deze ASUS kan wel veel meer helderheid leveren. Het resultaat is de overtreffende trap in HDR-games (en andere content). Tenminste, als je een pc-gamer bent: zonder HDMI 2.1 blijf je met een PlayStation 5 toch echt op 60 Hz hangen. Voor spelcomputers ligt de LG C1 dan ook meer voor de hand.

ASUS maakt het geheel af met een stevige constructie en een zee aan mogelijkheden, al verandert dat niets aan het feit dat dit scherm enkel voor de zeer vermogende early adopters is. Een ultieme ervaring om naar te kijken als je hem ergens tegenkomt, maar het lijkt vooral wachten op een scherm dat deze techniek weet te combineren met een schappelijke prijs.

©PXimport

ASUS ROG Swift PG32UQX

Prijs
€ 3499,-
Websitewww.asus.com10Score100

  • Pluspunten

  • Ultiem voor pc-gaming

  • Top HDR-ervaring

  • Goede snelheid

  • Minpunten

  • Niet ultiem voor consolegamers

  • Prijs

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review Dreame L40 Ultra AE – Bijna net zo compleet als zijn duurdere broer
© Wesley Akkerman
Huis

Review Dreame L40 Ultra AE – Bijna net zo compleet als zijn duurdere broer

De L40 Ultra AE richt zich op gebruikers die goede prestaties willen, zonder overbodige extra's. Voor een adviesprijs van 699 euro haal je een model met krachtige zuigkracht en slimme dweiltechniek in huis. Niet alles zit erin wat de 'duurdere broer' wel biedt, vooral qua zijborstel en bereik, maar in veel praktijksituaties is dat geen dealbreaker.

Uitstekend
Conclusie

De Dreame L40 Ultra AE is een slimme keuze, vooral voor huishoudens waar de vloer vol staat met meubels. Het grootste verschil met zijn duurdere broer is het ontbreken van de uitschuifbare zijborstel, waardoor hij minder goed in open hoeken en strak langs plinten schoonmaakt. Staan er op die plekken bij jou vooral meubels, dan merk je daar in de praktijk nauwelijks iets van. Je bespaart zo 200 tot 400 euro op een functie die je in jouw situatie toch nauwelijks zou gebruiken.

Plus- en minpunten
  • Meegeleverde borstel voor haren snijden
  • Weinig onderhoud
  • Goede navigatie
  • Uitschuifbare dweilpad
  • 200 tot 400 euro goedkoper dan L40 Ultra
  • Scherp geprijsd
  • Geen extra dweilpads
  • Kan strepen achterlaten
  • Basis vergt toch nog wat onderhoud
  • Stembediening niet in het Nederlands

In vergelijking met de voorganger, de Dreame L40 Ultra, kost de Dreame L40 Ultra AE 400 euro minder bij de introductie. Dat betekent niet dat er heel veel dingen op achteruit gegaan zijn. Sterker nog: sommige aspecten zijn juist verbeterd. Zo is de zuigkracht – wat ons betreft de belangrijkste eigenschap – sterk verbeterd. Daar waar de L40 Ultra 11.000 PA heeft, beschikt de AE-variant over 19.000 PA.  Bovendien wordt ook dit nieuwe model weer geleverd met twee borstels: de optilbare rubberen varianten en de zogenaamde TriCut Brush 3.0. Ook zit er wederom een borsteltje bij waarmee je snel haren verwijdert uit de robot.

Wanneer je de specificaties van beide modellen naast elkaar legt, is het goed kijken om de verschillen te zien. We noteren een iets grotere stofbak bij de AE (395 vs. 300 ml), maar het belangrijkste verschil zit hem echter de zijborstel. De L40 Ultra heeft een variant die naar buiten kan bewegen en daardoor veel beter hoeken en plinten meeneemt. De L40 Ultra AE moet het doen met een normale zijborstel, zonder uitschuifbare arm. Mogelijk missen er daardoor ook nog wat sensoren die hoeken 'zien'. Dit zou het prijsverschil tussen beide modellen kunnen verklaren.

©Wesley Akkerman

Een groot gemis?

Of zo'n uitschuifbare zijborstel echt een groot gemis is, hangt af van je situatie. Heb je veel hoeken in huis, wil je dat de plinten altijd schoon zijn of staat er weinig langs de muren? Dan kunnen we het ons voorstellen dat je het liefst voor de L40 Ultra of zelfs de X50 Ultra gaat (die nog een tweede zijborstel heeft). Maar als je huis vol staat met meubels en de robot toch al niet echt bij de muren of hoeken kan komen, dan zit daar geen meerwaarde in. In dat geval kun je dus gemakkelijk honderden euro's besparen.

In ons huis verschilt het: op sommige plekken staan wat meer meubels, maar op andere plekken rijdt de Dreame L40 Ultra AE soepel langs de muren, hoeken en plinten. Langs de muren gaat het allemaal prima; na het stofzuigen komen we geen viezigheid meer tegen. In de hoeken is dat nu een ander verhaal, omdat de robot gewoonweg die reikwijdte niet heeft. Dat is jammer, maar niet onoverkomelijk. Gezien de prijs en de overige functionaliteit tillen we hier minder zwaar aan. Want de rest gaat gewoon heel goed.

Capabele robotstofzuiger

Dat kan haast ook niet anders, omdat je in de basis nog steeds een zeer goed presterende robotstofzuiger in huis haalt. Als het op dweilen aankomt, regelt de Dreame L40 Ultra AE eigenlijk alles zelf. Het basisstation is voorzien van aparte tanks voor schoon en vuil water en een reservoir voor zeep. De robot bepaalt zelf de ideale mix van water en schoonmaakmiddel en navigeert dankzij de LiDAR-camera feilloos door de kamer. Het systeem houdt rekening met tapijt door de twee roterende dweilpads tijdig op te tillen. Stel je in de app in dat hij tegelijk moet stofzuigen en dweilen, dan tilt hij de pads onderweg op. Kies je ervoor dat hij eerst stofzuigt en daarna dweilt, dan laat hij de pads op de basis staan en blijft je vloerkleed gegarandeerd droog. Verder kun je ook niet-dweilen-zones aanmaken, waardoor de dweilpads dus nooit in aanraking hoeven te komen met het kleed. De L40 Ultra AE heeft gelukkig tapijtdetectie, waardoor je niet hoeft te gissen waar het kleed zich bevindt op de digitale kaart.

De kracht van de dweilprestaties zit hem in de details. Zo kan één van de twee roterende dweilpads naar buiten bewegen en strak langs plinten poetsen. Ondanks deze slimme functies is het resultaat niet altijd vlekkeloos. Een bekend nadeel zijn de dweilstrepen die soms zichtbaar blijven op de vloer. Ook vraagt het geautomatiseerde basisstation om regelmatig onderhoud om fris te blijven en moet je er rekening mee houden dat er geen reserveset dweilpads in de doos zit. Dit zijn kritiekpunten waar de voorgangers van dit model ook 'last' van hebben.

©Wesley Akkerman

Dreame L40 Ultra AE kopen?

De Dreame L40 Ultra AE is een slimme keuze, vooral voor huishoudens waar de vloer vol staat met meubels. Het grootste verschil met zijn duurdere broer is het ontbreken van de uitschuifbare zijborstel, waardoor hij minder goed in open hoeken en strak langs plinten schoonmaakt. Staan er op die plekken bij jou vooral meubels, dan merk je daar in de praktijk nauwelijks iets van. Je bespaart zo 200 tot 400 euro op een functie die je in jouw situatie toch nauwelijks zou gebruiken.

Voor de adviesprijs van 699 euro haal je nog steeds een zeer krachtige hulp in huis. De zuigkracht is namelijk verhoogd naar 19.000 PA en samen met de TriCut-borstel zorgt dat ervoor dat er bijna geen stof en haren meer op de grond liggen. Gecombineerd met de nog steeds uitstekende en zelfstandige dweilfunctie, levert de L40 AE derhalve betrouwbare prestaties af. Met dit product brengt Dreame een behoorlijk scherp geprijsde en capabele robotstofzuiger op de markt die waarschijnlijk zal aansluiten bij de behoeften van een grote doelgroep.

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 inductiekookplaten geschikt voor 1-faseaansluiting
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 inductiekookplaten geschikt voor 1-faseaansluiting

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Daarom zoeken we een aantal keer per week naar zulke deals. Dit keer: inbouw inductiekookplaten die je niet een vermogen kosten: niet in energie en niet in geld.

Eenvoudigere inductiekookplaten met een lager vermogen kunnen rechtstreeks in een normaal stopcontact op een standaard 1-fasegroep worden gebruikt. Voor zo’n 1-fase-inductiekookplaat is dus geen speciale aansluiting of extra stopcontact in de meterkast nodig. Houd er wel rekening mee dat je bij een 1-faseaansluiting niet alle kookzones gelijktijdig op vol vermogen kunt gebruiken.

De afmetingen van een in te bouwen inductiefornuis worden aangeduid met de breedte en diepte, maar de nisbreedte geeft aan hoe groot het gat mag zijn om het fornuis in te plaatsen.

Wij hebben vijf inbouw inductiekookplaten voor je gevonden die je op een gewoon stopcontact kunt aansluiten.

Siemens EU61RBEB5D

Dit 60-cm brede inbouwmodel heet een maximaal aansluitvermogen van 3700 Watt . De bediening van deze kookplaat is zeer intuïtief: je selecteert met een simpele aanraking de gewenste kookzone en past de temperatuur nauwkeurig aan met de +/- knoppen. Ook de powerboost-functie is een groot pluspunt; hiermee breng je water razendsnel aan de kook. Veiligheid is ook een belangrijk aspect: de kookplaat beschikt over een kinderslot en een restwarmte-indicator, zodat je altijd weet welke zones nog warm zijn.

Aantal kookzones: 4
Vermogen kookzones (1 t/m 4): 1,8 kW / 1,8 kW / 1,4 kW / 2,2 kW
Nisbreedte: 55,3 cm
Aansluitwaarde: 3.700 watt

Bosch PUE611BB5D

De bediening van deze Bosch gaat via DirectSelect, een intuïtief paneel met duidelijke cijfers, waarmee je met één aanraking de gewenste kookstand kiest. Dit maakt het koken niet alleen makkelijker, maar ook sneller. Ook is de kookplaat voorzien van een handige timer en een QuickStart-functie die automatisch de juiste kookzone selecteert. De ReStart-functie is ook erg praktisch; als er iets overkookt, onthoudt de plaat de laatste instellingen, zodat je weer verder kunt met koken.

Aantal kookzones:  4
Vermogen kookzones (1 t/m 4): 3,1 kW / 3,1 kW / 2,2 kW / 3,7 kW
Nisbreedte: 56 cm
Aansluitwaarde: 3.700 watt

AEG ILB64334CB

Deze AEG is 59 centimeter breed en beschikt over vier kookzones, waarvan de flexibele MaxiSense-zones zich automatisch aanpassen aan de grootte en vorm van de pan. Hierdoor kun je grotere of afwijkende pannen gebruiken zonder dat een deel van de pan onverwarmd blijft. De bediening verloopt via de overzichtelijke touchControl-interface, waarmee je de kookzones afzonderlijk kunt aansturen. Een handige functie s de Hob2Hood-functie, die de kookplaat draadloos verbindt met een geschikte afzuigkap, zodat de afzuigcapaciteit automatisch wordt aangepast aan het kookproces. Dit bespaart energie en je handen blijven vrij. Tot slot is de kookplaat uitgerust met een powerBoost-functie voor extra snelle verhitting en een kinderslot voor de veiligheid.

Aantal kookzones:  4
Vermogen kookzones (1 t/m 4): 3,2 kW / 3,2 kW / 2,5 kW / 3,4 kW
Nisbreedte: 55 cm
Aansluitwaarde: 3.650 watt

Inventum IKI6008

De Inventum IKI6008 is 60 cm breed. De bediening is eenvoudig en logisch, met een overzichtelijk bedieningspaneel waarop je de gewenste stand selecteert. Met de boostfunctie per kookzone breng je water razendsnel aan de kook, wat veel tijd bespaart tijdens het koken van pasta of groenten. Bovendien is ook deze kookplaat voorzien van een handige timer, die je per zone kunt instellen, en een restwarmte-indicator die aangeeft welke zones nog heet zijn, wat de veiligheid in de keuken ten goede komt. De strakke, zwarte afwerking geeft je keuken een moderne uitstraling.

Aantal kookzones:  4
Vermogen kookzones (1 t/m 4): 1,8 kW / 1,8 kW / 1,4 kW / 2,4 kW
Nisbreedte:  57,1 cm
Aansluitwaarde:  3.500 watt

ETNA KIS159ZT

Als je op zoek bent naar een inductiekookplaat die zowel stijlvol als praktisch is, dan is de ETNA KIS159ZT een serieuze kandidaat. De plaat is uitgerust met een duidelijke centrale slider waarmee je moeiteloos het vermogen van elke zone aanpast. Met tien kookstanden heb je voor ieder gerecht de perfecte temperatuur. Wat deze kookplaat ook erg gebruiksvriendelijk maakt, is de boostfunctie op elke zone. Handig als je snel iets aan de kook wilt brengen. Bovendien heeft de plaat een kinderslot en een restwarmte-indicator, wat de veiligheid in de keuken ten goede komt.

Aantal kookzones: 4
Vermogen kookzones (1 t/m 4): 1,4 kW / 2,4 kW / 1,8 kW / 1,8 kW
Nisbreedte: 56 cm
Aansluitwaarde: 3.500 watt