ID.nl logo
Zo maak je een multiboot-usb-stick met Linux
© Reshift Digital
Huis

Zo maak je een multiboot-usb-stick met Linux

Wil je met Linux-distributies experimenteren, dan kun je bijvoorbeeld op je pc installeren in een multiboot-configuratie. Een andere mogelijkheid is om die als live-besturingssysteem vanaf een opstartbare usb-stick op te starten. Weet je nog niet welke Linux-versie? We leggen uit hoe je een multiboot-usb-stick met Linux-distributies(dus meerdere) kunt maken.

Er bestaan heel wat tools (ook gratis) waarmee je een live-besturingssysteem op een usb-stick zet, maar veruit de meeste beperken zich tot één besturingssysteem. Er is bijvoorbeeld het gebruiksvriendelijke WinUSB, maar dat is vooral bedoeld voor Windows en enkele uitgeklede WinPE-omgevingen. Daarnaast ondersteunt WinUSB standaard alleen nog Ubuntu, evenals een paar antivirustools. Of je kiest voor YUMI, dat je uit zo’n 130 distributies laat kiezen, zowel Windows, WinPE als Linux.

Het toevoegen van een live-besturingssysteem verloopt in beide tools helaas niet zo soepel. Dat gaat merkbaar vlotter met het relatief nieuwe Ventoy. De tool biedt bovendien ondersteuning voor talrijke Linux-distributies, hoofdzakelijk in het iso-formaat, maar ook met formaten als img, vhd(x), efi en wim. Je vindt een volledig overzicht op ventoy.net/isolist.

Ventoy weet tevens raad met de soms nukkige eisen van uefi-systemen en met de zogenoemde secure-bootfunctie op die uefi-systemen, waarover verderop meer.

Ventoy installeren via Windows

Alles begint met de installatie van Ventoy op een usb-stick. Gebruik bij voorkeur een snelle usb-stick met usb 3.0 of sneller, met voldoende capaciteit om de image-bestanden van de beoogde besturingssystemen op te slaan. Zorg er tevens voor dat de usb-stick geen belangrijke gegevens bevat. Tijdens de installatie wordt de usb-stick immers opnieuw gepartitioneerd en geformatteerd.

De snelste manier om Ventoy op Windows te installeren is met het exe-bestand dat je downloadt via de eerdergenoemde website. Pak het gedownloade zip-bestand uit, stop de usb-stick in je pc en start het bestand Ventoy2Disk.exe op. Klik voor het gemak eerst op Language en kies Dutch (Nederlands).

De usb-stick hoort nu in het Apparaat-veld te verschijnen en bij Status zie je GEREED staan. Bevestig met Installeren en met Ja (2x). Even later is de installatie klaar en zie je bij Ventoy op apparaat het Ventoy-versienummer verschijnen. Overigens kun je met de knop Bijwerken altijd een nieuwere versie op de ubsb-stick installeren, met behoud van eventuele image-bestanden of andere data.

©PXimport

Heel sporadisch kan het gebeuren dat je Windows-systeem de Ventoy-installatie via het exe-bestand koppig weigert, bijvoorbeeld omdat beveiligingsfuncties niet toelaten dat de tool zogenoemde low-level-operaties op je usb-stick uitvoert. Dan kun je alsnog een poging doen met de alternatieve download ventoy-1.0.21-livecd.iso (waarbij het versienummer mogelijk nieuwer kan zijn). Dit is een Linux-distributie genaamd TinyCore inclusief de Ventoy Linux-installpackage: Linux doet namelijk minder moeilijk over een Ventoy-installatie.

Deze procedure gaat als volgt: formatteer je usb-stick met het bestandssysteem fat32. Is die groter dan 32 GB, dan lukt dit helaas niet zomaar vanuit Windows, maar je kunt dan eventueel zelf een kleinere fat32-partitie creëren met het Opdrachtprompt-commando diskpart. Vervolgens open je het bestand ventoy-1.0.21-livecd.iso in een virtueel dvd-station (klik met rechts op het bestand en kies Koppelen) en kopieer je de EFI-map naar de rootmap van je usb-stick (of partitie). Vervolgens start je je pc in uefi-modus op vanaf deze usb-stick.

Heb je alleen legacy-bios, dan kun je het iso-bestand ook via de gratis tool Rufus op de usb-stick zetten. Je moet hier dan wel de optie Schrijven in DD-image-modus selecteren.

Als het goed is, verschijnt nu een bootmenu waar je de optie Ventoy 1.0.xx LiveCD kiest. Selecteer als disk je usb-stick (vergis je niet) en kies <1> Install Ventoy to <sdx>. Bevestig met y (2x). Even later is je Ventoy-stick klaar. 

©PXimport

Ventoy installeren via Linux

Werk je met Linux, dan download je vanaf de in de vorige tip genoemde webpagina de Linux-versie van Ventoy (ventoy-1.0.21-linux.tar.gz of nieuwer). Hier pak je eerst het tar.gz-archiefbestand uit en vervolgens het tar-bestand. In de submap ventoy-<versienummer> tref je vervolgens het shellscript Ventoy2Disk.sh aan. Dat start je vanuit de console als root op met de volgende syntax:

**

De parameter /dev/XXX vervang je uiteraard door het juiste usb-apparaat, bijvoorbeeld /dev/sdc. De nodige informatie hiervoor achterhaal je met het commando sudo fdisk -i. 

Met de parameter -i (in het commando dat het bestand Ventoy2Disk.sh start) installeer je Ventoy op je usb-apparaat. Blijkt dat je Ventoy al eerder op deze stick had geïnstalleerd, dan verschijnt er een foutmelding. In dat geval forceer je de installatie eventueel met de parameter -I (hoofdletter i). Heb je een update van Ventoy op het oog, dan gebruik je de parameter -u

Live-besturingssysteem

Het voorbereidingswerk heb je nu achter de rug. Nu hoef je alleen nog maar de gewenste image-bestanden van de live-omgevingen op de usb-stick te zetten. Dat is eenvoudig: download het schijfkopiebestand (image) van zo’n live-besturingssysteem en plaats het in de Ventoy-partitie. Overigens mag je gerust ook submappen in deze partitie maken (bijvoorbeeld \Linux-algemeen, \Troubleshooting en \Windows) en een of meer image-bestanden in de juiste submap onderbrengen.

Immers, zodra je een systeem opstart van je Ventoy-stick via het speciale bootselectie-menu of desnoods vanuit het bios (raadpleeg daarvoor je systeemhandleiding), zal Ventoy deze image-bestanden detecteren en ze als selecteerbare items in een opstartmenu tonen. Je hoeft dan alleen nog maar het gewenste besturingssysteem te selecteren. Zie je liever de mappenstructuur binnen je Ventoy-partitie in de vorm van een boomstructuur, druk dan op de F3-toets (TreeView).

©PXimport

Secure boot

Het moet gezegd worden: de usb-stick zoals Ventoy hem standaard samenstelde, bleek wel op ons ene testtoestel te werken, maar met het andere lukte dat niet. De oorzaak bleek een beveiligingsfunctie van het uefi-systeem, de zogenoemde secure boot. Deze functie blijkt wel vaker een struikelblok voor live-media en dat is bij Ventoy niet anders.

In Windows kom je snel te weten of die functie is ingeschakeld. Druk op Windows-toets+R en voer msinfo32 uit. Als je Ingeschakeld ziet staan bij Systeemoverzicht / Status beveiligd opstarten, dan is secure boot actief.

Nou kun je deze functie tijdelijk uitschakelen in je uefi-bios (mogelijk moet je hier dan wel eerst een Supervisor Password instellen), maar dan start je reguliere besturingssysteem wellicht niet meer op tot je die functie weer uitschakelt. Je kunt het ook proberen door in het venster van Ventoy2Disk het menu Opties te openen en bij Secure boot een vinkje te plaatsen, voor je Ventoy op de stick installeert. In Linux doe je dit door de parameter -s mee te geven.

De allereerste keer dat je een bepaald secure-bootsysteem met deze usb-stick opstart, moet je dan wel enkele eenvoudige instructies uitvoeren. Het komt erop neer dat de vereiste sleutel dan in de MOK-database (Machine Owner Key) van je systeem wordt geïnjecteerd. Deze procedure loste het startprobleem op ons testsysteem inderdaad op, maar je voert de operatie wel op eigen risico uit.

©PXimport

Ventoy gebruikt bij het prepareren van een usb-stick standaard de partitiestijl mbr (Master Boot Record). Dat is in veruit de meeste gevallen prima, maar het kan gebeuren dat een uefi-systeem toch de partitiestijl gpt (GUID Partition Table) verwacht. In dat geval open je in Ventoy2Disk het menu Opties en kies je bij Partitietabel de optie GPT (in plaats van MBR). In Linux regel je dit met de parameter -g. Doe dit alleen als het met mbr niet blijkt te lukken.

Tot slot, je kunt gerust eigen databestanden op de Ventoy-partitie op je usb-stick zetten, maar je kunt ook extra schijfruimte reserveren voor een derde (of vierde) partitie. Dat gaat als volgt: in Ventoy2Disk open je weer Opties en kies je voor Partitieconfiguratie, waar je een vinkje plaatst bij Ruimte aan het einde van de schijf reserveren en de gewenste capaciteit invult. In Linux gebruik je hiervoor de paramater -r <MB>, bijvoorbeeld -r 4096. Je moet die partitie dan wel zelf nog formatteren. Dat kan met Windows Schijfbeheer of met een andere partitietool.

▼ Volgende artikel
Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?
© ER | ID.nl
Huis

Wat doet 120 Hz voor je televisie of monitor, en heb je het wel echt nodig?

Als je de specificatielijst van een moderne televisie of monitor bekijkt, zie je achter het kopje 'verversingssnelheid' vaak een getal staan gevolgd door 'Hz'. Jarenlang was 50 of 60 Hz de standaard, maar tegenwoordig pronken fabrikanten met 100, 120 of zelfs 144 Hz. Klinkt sneller, en sneller is meestal beter, maar wat betekent het nou eigenlijk voor jouw kijkervaring? Is het een noodzaak voor iedereen, of vooral leuk voor fanatieke gamers?

Om te begrijpen wat die Hertz (Hz) doet, moet je een televisie of monitor niet zien als een statisch schilderij, maar als een soort digitale flipbook. Het beeld dat je ziet, wordt immers continu opnieuw opgebouwd. Een standaard 60Hz-scherm ververst het beeld 60 keer per seconde. Dat is voor het menselijk oog snel genoeg om een vloeiende beweging waar te nemen bij normaal tv-kijken, zoals het nieuws of een dramaserie. Een 120Hz-scherm doet dat dus dubbel zo vaak: 120 keer per seconde.

©DC Studio

Waarom zou je meer beelden per seconde willen?

Het grootste voordeel van een hogere verversingssnelheid is soepelheid. Hoe meer beelden er per seconde worden getoond, hoe vloeiender bewegingen eruitzien. Bij 60 Hz kunnen snelle acties soms wat schokkerig ogen of last hebben van bewegingsonscherpte, ook wel 'motion blur' genoemd. Bij 120 Hz blijven details scherp, zelfs als de camera snel draait of als er bijvoorbeeld een raceauto voorbij raast. Daarnaast voelt de besturing van games directer aan. Tussen het moment dat je een knop indrukt en het moment dat je actie op het scherm ziet, zit minder tijd. Dat verschil in milliseconden lijkt verwaarloosbaar, maar je brein pikt het direct op als een responsievere ervaring.

Het verschil tussen 120 en 144 Hz (en hoger)

Terwijl 120 Hz de nieuwe gouden standaard is voor televisies, zie je bij computermonitors vaak getallen als 144 Hz, 165 Hz of zelfs 240 Hz en hoger. Het principe blijft hetzelfde, maar de toepassing verschilt. 120 Hz is de limiet voor de huidige generatie spelcomputers, zoals de PlayStation 5 en Xbox Series X. Televisies richten zich daarom specifiek op dat getal. Pc-gamers hebben echter vaak krachtiger videokaarten die nóg meer beelden per seconde kunnen produceren. Daarom zie je monitors met 144 Hz of meer.

Is het verschil tussen 120 en 144 Hz zichtbaar? Voor de gemiddelde gebruiker nauwelijks. Waar de stap van 60 naar 120 Hz een wereld van verschil is die bijna iedereen direct ziet, is de stap naar 144 Hz of hoger vooral voer voor professionele e-sporters die elke mogelijke fractie van een seconde winst nodig hebben. Voor de consument die een monitor zoekt voor thuisgebruik en gaming, is alles boven de 120 Hz doorgaans een uitstekende keuze.

©ER | ID.nl

Heb jij het nodig?

Het antwoord op die vraag hangt volledig af van wat je met je scherm doet; of dat nu een tv of een gamemonitor is. Kijk je voornamelijk lineaire televisie, films en series via streamingdiensten? Dan is een 120Hz-scherm geen harde noodzaak, aangezien films doorgaans in 24 beelden per seconde worden geschoten. Toch hebben 100/120Hz-panelen in televisies vaak wel een betere beeldkwaliteit en kunnen ze die films rustiger weergeven dan goedkopere 60Hz-panelen.

Ben je echter een gamer? Dan is het antwoord volmondig ja. De nieuwste spelcomputers en moderne videokaarten zijn gemaakt om die hoge snelheden te benutten. Games spelen soepeler, zien er scherper uit tijdens actiescènes en je reageert sneller op wat er gebeurt. Als je nu een nieuwe tv of monitor koopt met het oog op de toekomst en gaming, is 120 Hz of hoger eigenlijk een vereiste op je wensenlijstje. Let er bij televisies wel op dat je beschikt over een HDMI 2.1-aansluiting, want alleen die kabel kan de enorme hoeveelheid data van 4K-beeld met 120 Hz verwerken.

Drie tv's met 120 Hz of meer

De meeste high-end tv's van dit moment ondersteunen 120 Hz voor spelcomputers (PS5/Xbox Series X) en gaan zelfs tot 144 Hz als je ze aan een krachtige gaming-pc hangt.

Als we kijken naar de huidige generatie televisies, kunnen we niet om de LG OLED evo C5 heen. Dit is de gloednieuwe opvolger van de populaire C4 en wordt gezien als de standaard voor gamers en filmliefhebbers. Hij beschikt over vier HDMI 2.1-poorten die de volle 144 Hz ondersteunen, wat hem toekomstbestendig maakt voor pc-gamers, terwijl hij naadloos samenwerkt met de PlayStation 5 en Xbox Series X op 120 Hz. Het nieuwe paneel heeft een nog hogere helderheid dan zijn voorganger, waardoor HDR-beelden nog meer impact hebben.

Daarnaast is de Samsung OLED S95F een absolute blikvanger in de winkels. Waar Samsung vorig jaar hoge ogen gooide met de S95D, doet de F-serie er nog een schepje bovenop met een vernieuwde antireflectielaag die nog beter werkt in lichte kamers. Dit model combineert de diepe zwartwaarden van OLED met de intense kleuren van Quantum Dots. Ook dit scherm ondersteunt verversingssnelheden tot 144 Hz en beschikt over de uitgebreide Gaming Hub van Samsung, waarmee je zelfs zonder console games kunt streamen.

Voor wie liever geen OLED wil, is de Samsung Neo QLED QN90F de meest courante keuze in het high-end lcd-segment. Dit 2025-model maakt gebruik van geavanceerde Mini-LED-technologie, waardoor de helderheid veel hoger ligt dan bij OLED-schermen. Dat maakt hem ideaal voor een zonovergoten woonkamer. Met een verversingssnelheid die oploopt tot 144 Hz en een extreem lage invoervertraging, is dit voor veel competitieve gamers de favoriete keuze.

Drie monitors met 120 Hz of meer

Bij monitors ligt de standaard tegenwoordig al hoger dan 120 Hz, omdat snelheid de uitkomst van een potje schieten of racen bepaalt. Deze modellen zijn populair op Kieskeurig.

Op het gebied van monitoren zien we dat 240 Hz langzaam de nieuwe standaard wordt voor de serieuze gamer. Een model dat momenteel erg goed scoort op Kieskeurig is de LG UltraGear 27GR83Q. Dit is een 27-inch IPS-scherm met een razendsnelle verversingssnelheid van 240 Hz. In tegenstelling tot oudere modellen biedt dit scherm een extreem snelle responstijd van 1 milliseconde, waardoor je in snelle shooters geen last hebt van wazige beelden. Het is een van de meest complete monitoren van dit moment die zowel voor pc als console geschikt is.

Zoek je de absolute top in beeldkwaliteit, dan is de Samsung Odyssey G6 (G60SD) een model dat je veel ziet. Dit is een moderne OLED-monitor met een verversingssnelheid van maar liefst 360 Hz. Hoewel dat misschien overkill klinkt, zorgt de combinatie van de OLED-techniek en deze snelheid voor een ongekend vloeiende en scherpe ervaring. Het scherm heeft bovendien een nieuw koelsysteem waardoor de kans op inbranden – een angst bij oudere OLED-monitoren – aanzienlijk is verkleind.

Voor wie een beperkter budget heeft maar wel snelheid wil, is de MSI MAG 27CQ6F een actuele hardloper. Dit is een gebogen scherm (Curved) met een snelheid van 180 Hz, wat net dat beetje extra soepelheid geeft ten opzichte van de standaard 144 Hz-schermen. Het paneel biedt een hoog contrast en is daarmee een uitstekende instapper voor wie zijn game-ervaring wil upgraden zonder direct de hoofdprijs te betalen.

▼ Volgende artikel
Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is
© ID.nl
Huis

Waarom QD-OLED voor veel gamers de beste keus is

QD-OLED is steeds vaker terug te vinden in gamingmonitoren. Waar deze techniek eerst vooral was voorbehouden aan het hogere segment, zie je steeds vaker in modellen die voor een veel bredere groep gamers betaalbaar zijn. De vraag is natuurlijk of je dat verschil in beeldkwaliteit ook echt merkt tijdens het spelen. In dit artikel lees je hoe QD-OLED werkt en wanneer je het verschil in de praktijk merkt.

In dit artikel

In dit artikel lees je wat QD-OLED precies is en waarom deze schermtechniek vooral bij gamen zichtbaar voordeel biedt. We leggen uit hoe QD-OLED verschilt van traditionele lcd-panelen, wat je merkt bij snelle actie en donkere scènes, en hoe het zit met helderheid, HDR en reflecties. Ook besteden we aandacht aan burn-in en de beschermingsmechanismen die moderne QD-OLED-monitoren gebruiken. Tot slot lees je voor welk type gamer QD-OLED het meest geschikt is en wanneer een Mini-LED-monitor een logisch alternatief kan zijn.

Lees ook: Lcd versus oled: wat is het verschil en welke televisie moet je kiezen?

Wat QD-OLED anders maakt

Een traditioneel LCD-paneel werkt met achtergrondlicht dat door meerdere lagen heen moet voordat je een beeld ziet. Dat kost tijd en maakt dat zwart nooit volledig zwart wordt. QD-OLED laat die tussenlagen achterwege. Elke pixel geeft zelf licht en schakelt onafhankelijk van de rest. Daardoor reageert het beeld direct. De quantum-dot-laag zet het blauwe OLED-licht om in diepe en zuivere kleuren. Het voelt alsof je condens van een raam veegt: zodra de waas verdwijnt, zie je het beeld helder en zonder vertraging.

©ID.nl

Vloeiende beelden bij snelle actie

Die directe pixelreactie merk je vooral wanneer je snelle spellen speelt. Omdat pixels vrijwel meteen overschakelen naar een nieuwe kleurstand, blijven objecten die over het scherm vliegen scherp in beeld. In shooters, racespellen en andere games waarbij snelheid telt, bijvoorbeeld voetbalgames, ontstaat daardoor een rustiger beeld met minder bewegingsonscherpte. Je ogen hoeven zich minder vaak aan te passen. Daardoor raken ze minder snel vermoeid en houd je makkelijker overzicht, ook wanneer je langere tijd achter elkaar speelt.

©ID.nl

Zicht in donkere scènes

QD-OLED blinkt uit in donkere scènes. Pixels die geen licht hoeven te geven, staan volledig uit en leveren een diep zwart dat je bij LCD-panelen zelden ziet. Doordat heldere elementen hier direct naast kunnen staan zonder dat ze licht lekken, ontstaat een sterk contrast dat schaduwen en lichte accenten duidelijker scheidt. Daardoor verdwijnen grijze waasjes in schaduwhoeken en blijven contouren van objecten helder zichtbaar. Vooral in stealth-games, horrorspellen en shooters waarin je tegenstanders soms alleen als silhouet ziet, levert dat een tastbaar voordeel op.

©ID.nl

Kleurrijk zonder overdrijven

De quantum-dot-laag zorgt voor een breed kleurbereik waardoor lichteffecten, huidtinten en subtiele schaduwen goed zichtbaar blijven. Veel QD-OLED-monitoren tonen kleuren standaard wat verzadigd, vooral in de felste modi. In een sRGB- of filmmodus wordt het beeld zachter en natuurgetrouwer, wat beter aansluit bij fotobewerking en dagelijks gebruik. Zodra je de juiste modus gebruikt, lopen kleuren vloeiend in elkaar over en blijven ze gelijkmatig, terwijl uitgesproken elementen zoals neon en magie juist duidelijk opvallen. Dat merk je niet alleen in games, maar ook wanneer je foto's bewerkt of films kijkt.

Helderheid en HDR in perspectief

QD-OLED heeft op het gebied van helderheid flinke stappen gezet ten opzichte van eerdere OLED-generaties. In HDR-games kunnen lichte delen krachtig oplichten zonder dat fel zacht of dof oogt; explosies, glinsteringen op water en fel tegenlicht komen daardoor beter tot hun recht. Toch is het goed om te weten dat deze techniek niet alle beperkingen wegneemt. De helderheid van QD-OLED hangt sterk af van de schermvulling. Bij SDR (standaard dynamisch bereik, het normale helderheidsniveau voor dagelijkse pc-taken) op een volledig wit scherm ligt de helderheid meestal rond de 200 tot 250 nits. Bij kleinere, heldere onderdelen kan dit oplopen richting 400 tot 500 nits. In HDR kunnen pieken van 1000 tot 1300 nits worden bereikt, maar die waarden gelden vooral voor kleine accenten en niet voor het hele scherm. Mini-LED-monitoren houden hogere helderheidsniveaus langer vast, wat in fel verlichte kamers zichtbaar voordeel geeft in extreme highlights. QD-OLED compenseert veel daarvan met perfect zwart, waardoor het contrast wel krachtig blijft (zie ook kader QD-OLED versus Mini-LED) .

Reflecties in daglicht

De meeste QD-OLED-monitoren hebben een glanzende afwerking. Dat helpt bij de kleurweergave en het contrast, maar maakt het paneel gevoeliger voor reflecties bij daglicht. Daarnaast ontbreekt een polarisatiefilter. Daardoor kunnen zwartwaarden in fel licht een paarse of grijze waas krijgen: het diepe zwart wordt zichtbaar opgelicht, meer dan bij een gewone spiegeling. Dat drukt het contrast in een goed verlichte kamer en kan afleiden bij gamen. Gebruik je de monitor vooral in een donkere of gelijkmatig verlichte ruimte, dan speelt dit nauwelijks. In kamers met veel direct zonlicht of grote ramen komt een matte Mini-LED-monitor daarom vaak rustiger over.

©ID.nl

Minimale inputvertraging

Naast de snelle pixelreacties is ook de invoervertraging laag. Moderne QD-OLED-modellen reageren direct op elke muisbeweging en elke controlleractie. Vooral in competitieve shooters is dat een voordeel, omdat elke handeling zonder merkbare vertraging op het scherm verschijnt. 

QD-OLED versus Mini-LED

QD-OLED en Mini-LED worden vaak naast elkaar genoemd, maar het zijn fundamenteel verschillende technieken. QD-OLED is zelflichtend: elke pixel geeft zijn eigen licht en kan volledig uit. Dat levert perfect zwart, zeer snelle pixelreacties en sterk contrast op, wat vooral bij games met veel beweging en donkere scènes zichtbaar voordeel geeft.

Mini-LED is een verfijnde vorm van LCD. Het paneel gebruikt duizenden kleine leds als achtergrondverlichting die in zones worden gedimd. Daardoor kan een Mini-LED-scherm hoge helderheid over grote delen van het scherm vasthouden, wat prettig is in fel verlichte kamers en bij HDR met veel lichtaccenten. Zwart is hierbij wel afhankelijk van lokale dimming en nooit volledig uitgeschakeld zoals bij OLED.

Kort gezegd blinkt QD-OLED uit in contrast, snelheid en beeldrust in donkere omgevingen, terwijl Mini-LED praktischer is bij veel omgevingslicht, wanneer dezelfde elementen of onderdelen langdurig in beeld staat en als hoge helderheid belangrijk is.

Burn-in en levensduur

Burn-in blijft bij elke OLED-variant een punt van aandacht, al zijn moderne QD-OLED-schermen duidelijk verder dan eerdere generaties. Ze gebruiken meerdere beschermingsmechanismen die de belasting door statische beelden beperken. Voor normaal gamegebruik werkt dat in de praktijk goed en blijft het risico klein.

Dat neemt niet weg dat enige nuance op zijn plaats is. Gebruik je een monitor dagelijks vele uren voor taken met veel vaste elementen, zoals spreadsheets, fotobewerkingspanelen of het steeds terugkerende HUD van één game, dan is de kans op inbranden groter dan bij LCD- of Mini-LED-panelen. Afwisseling in wat je op het scherm toont en af en toe even pauze nemen helpt om het paneel langer in goede staat te houden. Even pauze nemen is ook voor jezelf goed trouwens!

Wat voor beschermingstechnieken kun je tegenkomen?

Wat is het?Wat doet het?
Screensaver (schermbeveiliging)Dimt het scherm bij langdurig stilstaand beeld en herstelt de helderheid automatisch zodra er weer beweging is, om inbranden te voorkomen.
Pixel orbiting (pixelverschuiving)Verschuift het beeld continu minimaal op pixelniveau zodat vaste elementen nooit exact op dezelfde plek blijven staan.
Pixel refresh (pixelverversing)Start een onderhoudscyclus waarbij het paneel zichzelf corrigeert om slijtage en beginnende inbranding te verminderen.
Auto Warning (automatische waarschuwing)Geeft na een bepaalde gebruiksduur automatisch een melding om een pixel refresh uit te voeren.
Logos protection (logobescherming)Herkent vaste logo's in beeld en verlaagt daar lokaal de helderheid om inbranden te beperken.
Boundary dimmer (randdimming)Dimt automatisch delen van het scherm met zwarte balken of sterke helderheidsverschillen, bijvoorbeeld bij afwijkende beeldverhoudingen.
Taskbar dimmer (taakbalkdimming)Verlaagt specifiek de helderheid van de taakbalk om langdurige statische weergave op die plek te beperken.
Thermal protection (thermische beveiliging)Past de helderheid automatisch aan wanneer de monitor te warm wordt, om oververhitting en paneelslijtage te voorkomen.

©AGON by AOC

AGON by AOC PRO OLED AG276QKD2

Voorbeeld: bescherming in de praktijk

Veel QD-OLED-monitoren combineren verschillende beschermingsmechanismen om het risico op burn-in te beperken. In onderstaande tabel zie je bijvoorbeeld wat je kunt vinden in een aantal recente modellen uit de AGON PRO line-up van AOC. Je kunt al deze functies zelf in- en uitschakelen en je kunt de intensiteit ervan aanpassen. Dat betekent dat je zelf kunt bepalen hoe sterk de bescherming is.

Techniek ⬇ / Model ➡AG276QKD2AG276UZDAG346UCDAG276QZD2
Screen saverJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / FastJa: Off / Slow / Fast
Pixel orbitingJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / StrongJa: Off / Weak / Medium / Strong
Pixel refreshJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Auto WarningJa: On / OffJa: On / OffJa: On / OffJa: On / Off
Logos ProtectionJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2Ja: Off / 1 / 2
Boundary dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Taskbar dimmerJa: Off / 1 / 2 / 3 / 4Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3Ja: Off / 1 / 2 / 3
Thermal protectionJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / OnJa: Off / On

Voor wie QD-OLED vooral interessant is

Gamers die veel snelle actie spelen, halen het meeste uit QD-OLED. De voordelen van de techniek zijn in elk genre zichtbaar, maar vallen vooral op in shooters en racespellen, waar tempo en directe reacties tellen. Ook filmische games die sterk leunen op licht-donkercontrasten winnen zichtbaar aan sfeer en detail.

Conclusie

QD-OLED combineert diepe zwartwaarden met snelle pixelreacties en een breed kleurbereik. Dat zorgt voor een vloeiend beeld in snelle games en meer overzicht in donkere scènes. HDR komt overtuigend tot zijn recht, al blijven Mini-LED-schermen beter overeind bij zeer hoge helderheid en fel daglicht. Inbranden blijft een punt van aandacht wanneer hetzelfde element lange tijd in beeld staat, maar moderne modellen beschikken over uitgebreide beschermingsmaatregelen. Voor veel gamers is QD-OLED daarmee een goede keuze: snel, sfeervol en klaar voor de komende jaren.

QD, OLED en QD-OLED

OLED
Elke pixel geeft zelf licht. Daardoor zijn zwartwaarden diep en schakelt het beeld snel. Geschikt voor gaming en films, met aandacht voor burn-in bij langdurig statisch beeld.

QD (Quantum Dots)
Quantum dots zetten licht om in pure, heldere kleuren. Ze worden ingezet om kleurvolume en helderheid te verbeteren.

QD-OLED
Combineert de zelflichtende OLED-pixelstructuur met een quantum-dot-laag. Je krijgt diepe zwarttinten, snelle reactie en een breed kleurbereik. Het is een balans tussen snelheid, helderheid en kleurprecisie die goed aansluit bij moderne games.