ID.nl logo
Huis

P5Q Pro

Energiebesparing is het modewoord van 2008. Asus doet vrolijk mee met de P5Q-PRO, "mét geavanceerde energiebesparende functies." Maar werkt het nu ook echt?

We zijn nogal sceptisch op producten die als 'groen' worden aangeprezen en zo bekijken we ook de P5Q PRO van Asus. Asus claimt dat de nieuwe EPU-6 Engine voor een flinke energiebesparing kan zorgen door zes onderdelen van de computer te monitoren en aan te passen. Daar zijn we dus wel benieuwd naar.

De P5Q PRO is gebaseerd op Intel's P45-chipset, die zeker geen onverdienstelijke scores neerzet. De benchmarkresultaten van ons testsysteem liggen marginaal lager dan bij de P5E3 Premium met X48-chipset en dat is niet verkeerd. Het is wel belangrijk in het achterhoofd te houden dat de P45 voornamelijk gekoppeld zal worden aan ddr2-geheugen, waar de X48 exclusief voor ddr3 bedoeld is. Dit verklaart ook het grooste deel van de prestatieverschillen. Wel is dit moederbord voorzien van de gloednieuwe ICH10-southbridge, die betere doorvoerwaarden neerzet dan de ICH9. Het is jammer dat Asus voor de P5Q PRO gekozen heeft voor een netwerkchip van Athenos; deze netwerkcontroller is duidelijk langzamer dan de veelgebruikte Realtek- en Marvell-concurrenten.

Is de P5E3 Premium nog het toonbeeld van een voorbeeldige layout, bij de P5Q PRO lijken de ontwerpers van Asus een dagje vrijaf genomen te hebben. Dat de sata-poorten niet aan de rand geplaatst zijn, zullen we Asus vergeven -- vooral omdat de poorten een lange grafische kaart niet in de weg zitten én omdat Asus zo vriendelijk geweest is acht(!) sata-poorten te plaatsen. Maar dat de ide-poort zich aan de linkerzijde van het bord bevindt vinden we onhandig en de plaatsing van de floppypoort achter de aansluiting voor de voeding is gewoon dom. Vooral bij een wat kleinere kast komt er flink wat kabelorigami aan te pas om alles netjes aan te sluiten en dat komt de airflow zeker niet ten goede. De P5Q PRO is verderr voorzien van twee pci-express*16-sloten om twee ATI-kaarten in Crossfire aan te sturen. De i/o-plate is rijkelijk voorzien van usb-poorten (we tellen er zes) en kent daarnaast ook nog een firewire- en coaxiale spdif-aansluiting. Eigenlijk missen we alleen esata-aansluitingen.

Het belangrijkste onderdeel van de P5Q PRO is de EPU Six Engine. Dit is een speciale Asus-techniek om zes verschillende componenten in het systeem aan te kunnen passen aan de prestatiebehoefte. Het gaat om de cpu, de grafische kaart, de chipset, het geheugen, de harde schijf en de ventilatoren. In een speciale tool zijn verschillende scenario's in te stellen. Zo kunnen alle onderdelen van het systeem uiterst conservatief geklokt worden bij normaal gebruik, om pas weer voluit te gaan bij het spelen van een zwaardere game. Handig. Maar er zijn een paar voetnoten bij het gebruik van EPU. Zo werkt het alleen met grafische kaarten van Asus, niet die van concurrerende merken. En ook niet alle harde schijven zijn compatibel met EPU. Toch: alle kleine beetjes helpen en wanneer we ons testsysteem (met een niet-Asus-kaart) op de één-na-laagste stand inschakelen zien we het energieverbruik dalen van 109 naar 86 watt. Dat is toch een besparing van 25 procent zonder dat het systeem trager aandoet.

PluspuntenMinpuntenConclusie

  • Energiebesparing met EPU

  • Veel usb- en sata-aansluitingen

  • Prettig geprijsd

  • Onhandige layout floppy en ide

  • Geen esata

  • EPU werkt niet met alle componenten

De Asus P5Q PRO is een bord dat nette prestaties neerzet, maar hier en daar wat vreemde kenmerken bezit zoals de afwijkende netwerkcontroller en de op punten vreemde layout. De energiebesparende functie van Asus werkt behoorlijk goed, maar u moet wel bereid zijn wat aan prestaties in te leveren. Wie een prettig geprijsd bordje zoekt doet met de P5Q PRO een goede aanschaf.FormfactorATXSocketSocket 775NorthbridgeIntel P45SouthbridgeIntel ICH10RFront Side Bus (MHz)1600 MHzGeheugentypeDDR2-1066
DDR2-800
DDR2-667
Maximaal geheugen (GB)16Grafische chipset-GeluidschipRealtek ALC1200Geluidskanalen7.1Netwerkaansluitingen1x Gigabit Ethernet
PCI-Express*16-sloten2PCI-Express*4-sloten0PCI-Express*1-sloten3PCI-sloten2AGP-sloten0Serial ATA-aansluitingen8IDE-aansluitingen1RAID-levelsRAID 0
RAID 1
RAID 0+1
RAID 5
USB (backpanel)6USB (onboard)6Overig back panelFirewire-400
Audio-in
Audio-uit
PS/2
SPDIF-out (coaxiaal)
Overig onboardFloppy
Firewire-400
SLI / CrossFireCrossFire
Coolingpassief

Goed
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.