ID.nl logo
Huis

De juiste processor kiezen

Wie een nieuwe pc gaat samenstellen, komt voor lastige keuzes te staan. De keuze die de meeste impact heeft, is de processorkeuze. De processor bepaalt immers direct de snelheid van het systeem en natuurlijk de socket, chipset en daarbij behorende functionaliteiten, zoals het aantal slots, aantal pci-express-datalijnen, ethernet, sata-poorten, et cetera.

Line-up AMD

De line-up van beide partijen is vrij overzichtelijk. AMD heeft in principe nog de Sempron-, Athlon II- en Phenom II-processoren, maar interessanter is de A-serie (codenaam Llano), die bestaat uit dual- triple- en quadcoreprocessoren. Deze lijn vervangt de Athlon II-serie, maar kan in sommige gevallen prima meekomen met Phenom II, met een lager energieverbruik en een ingebouwde grafische chip.

De A-serie is dus een lijn van instap- (€ 63) tot middensegmentmodellen (€ 135). Alle processoren – of eigenlijk apu’s – hebben een geïntegreerde grafische chip (gpu), een vrij krachtige zelfs. Voor wie alleen maar wat internet en video bekijkt, is deze geïntegreerde oplossing uitstekend.

Boven de A-serie staat de FX-lijn (Zambezi) met quad-, hexa- en octacoremodellen. AMD heeft deze als vervanger van de Phenom-serie geïntroduceerd. De Phenom-lijn was niet heel populair, mede door de rommelige introductie ervan (de beruchte TLB-bug). Vandaar dat ze de complete architectuur hebben herzien om zowel de prestaties als de schaalbaarheid en de overklokbaarheid te verbeteren. Dit moet de positie van AMD verbeteren in het populaire en winstgevende middensegment, dat alweer vrij lang door Intel wordt gedomineerd.

AMD heeft behoorlijk zwaar ingezet op de FX-lijn, die keihard moet concurreren met de Intel-middensegmentchips, zoals de Core i5-serie en wellicht Core i7. Mede door de positionering van de FX-lijn is het duidelijk dat deze voor de enthousiaste gebruikers, de tweakers en gamers, bedoeld is. Wat zal helpen om consumenten te lokken, is dat alle FX-processoren unlocked zijn. Ze kunnen dus (zeer) gemakkelijk worden overgeklokt. Het is simpelweg een kwestie van de multiplier in het bios omhoog zetten.

Wie zich afvraagt waar de Phenom II is gebleven: deze is opgevolgd door de FX-serie. AMD voert de Phenom II overigens nog wel, maar naar ons idee zijn alle quadcoremodellen minder interessant. De Phenom II-hexacores zijn op sommige vlakken even snel als de octacoremodellen van de FX-serie, wat zeker opmerkelijk is, maar wel te verklaren als je een blik werpt op de architectuur van de FX-processoren. Daarover vertellen we later meer. 

Intel heeft een iets uitgebreidere, recentere line-up dan AMD. Intel begint bij de Celeron-serie, die doorloopt in de Pentium-lijn. Deze serie, gebaseerd op de Sandy Bridge-architectuur, biedt dualcoreprocessoren met een beperkte hoeveelheid cache: 512KB L2-cache en 2MB L3-cache. De Pentiums hebben 3MB L3-cache. De prijzen beginnen bij € 55 voor de Celeron-instappers en lopen door tot ongeveer € 90 voor de snelste Pentium-dualcore.

Als we de instappers verlaten, komen we in de Core-serie terecht. Deze serie begint bij de Core i3, die over twee rekenkernen plus hyperthreading beschikt, waardoor er vier virtuele rekenkernen zijn: elke kern kan twee instructies tegelijk verwerken. Het is niet even snel als een echte quadcore, maar biedt wel een beetje winst in bepaalde gevallen. De Core i3’s hebben elk 512 KB L2-cache en 3 MB L3-cache om instructies op te slaan en te bufferen.

Wie echt vier kernen wil, kan bij de Core i5 terecht, een echte quadcoreprocessor. Gewoon lekker vier rekenkernen zonder fratsen. Deze twee extra kernen zorgen wel voor een behoorlijke prijssprong: van ongeveer € 140 voor de snelste Core i3 naar € 180 voor de instap Core i5. Daar krijg je wel ook twee keer zoveel cache voor: 1024 KB L2-cache en 6MB L3-cache om precies te zijn. Dat geeft een behoorlijke snelheidswinst bij intensieve berekeningen.

Boven de i5 staat nog de Core i7, Intels bruut voor het middensegment met vier kernen met hyperthreading, dus acht fictieve rekeneenheden. Intel heeft bij de Core i7 de L3-cache vergroot naar 8 MB. L2-cache blijft 1024 KB. Een Core i7 is niet in alle gevallen sneller dan een Core i5, die op ongeveer dezelfde snelheid werkt. Dat komt doordat hyperthreading niet altijd werkt.J e betaalt er echter wel (fors) voor.

Tot slot is er Intels nieuwe high-end Core i7 3000-serie. Jazeker: óók een Core i7. Verwarrend? Dat kun je wel stellen. Gelukkig zijn de typenummers wel anders: ze beginnen met een 3 in plaats van een 2. Vooralsnog hebben we twee modellen getest: de i7 3960X en de i7 3930K. Beide processoren beschikken over zes rekenkernen met hyperthreading en beide hebben een unlocked multiplier om overklokken te vergemakkelijken. Het verschil tussen de i7 3960X en de i7 3930K is – behalve de prijs – met name de cache: de ‘X’ heeft 15MB L3-cache, de 3930 heeft 12MB L3-cache. In benchmarks is het verschil tussen de twee chips niet schokkend groot. 

De benchmarks die we hebben uitgevoerd onder alle gangbare processoren laten heel duidelijk zien dat Intel op cpu-vlak krachtiger is dan AMD. Als we een gemiddelde quadcoreprocessor nemen en die één op één vergelijken, is een Intel-kern zowel zuiniger als sneller dan de rekenkern van AMD. AMD compenseert dat door meerdere kernen te bieden voor hetzelfde geld. Een slimme strategie, maar het werkt niet altijd. In het middensegment (A-serie) levert AMD een veel krachtigere grafische chip mee dan Intel. Maar hoe komt het nu dat AMD op pure processorkracht niet echt kan concurreren? Dat heeft alles te maken met architectuur. Beide fabrikanten hebben sterke en minder sterke punten, maar we moeten hier eerlijk zijn: Intels huidige Sandy Bridge-architectuur is bijzonder krachtig en heeft nog maar weinig bottlenecks.

Voorspellen en cachen

Laten we een paar belangrijke sterke en zwakke punten noemen. Allereerst branch prediction. Intel heeft al bij de Core 2 en later bij Nehalem laten zien dat ze dit kunstje behoorlijk goed onder de knie hebben. Daardoor weet Intel toch wat efficiënter instructies te verwerken dan AMD. Immers: de taak van een branch predictor is het voorspellen wat de vermoedelijke uitkomst is van een instructie. Als deze goed ‘gokt’, dan verloopt het verwerken van instructies een stuk soepeler.

Een tweede punt dat Intel iets beter geregeld heeft, is het verwerken van floating-pointberekeningen. Met name de stap naar Sandy Bridge is groot geweest. In vergelijking met AMD is Intel een beest. Hoewel Bulldozer (de FX-serie) verbeteringen heeft doorgevoerd, is Intel toch nog een stap voor.

Een sterk punt van AMD is het cachebeleid. Sandy Bridge cachet uops (micro-ops) tot een bepaalde grootte in een speciale cache, in tegenstelling tot AMD. AMD geeft grenzen voor instructiegrootte aan in de codecache, wat Intel ook deed bij de Pentium MMX. Omdat AMD het zo aanpakt, valt een probleem bij de uops-cache weg. Als bij Intel de uop groter is dan de cache, moet het namelijk terugvallen op de L1-cache (waar het wel in past), met extra latency als gevolg.

Een voordeel van het cachebeleid van AMD is dat er meer bandbreedte is bij het decoderen van code naar instructies. Intel kan maximaal 16 bytes per kloktik decoderen. Dat zorgt ervoor dat de rest van de krachtige keten niet op maximale efficiëntie kan werken. AMD heeft daar geen last van.

Te simpel?

Hoewel AMD dus beter is in het cachen en decoderen van code, is Intel toch sneller. Dit heeft dus onder meer te maken met branche prediction en floating-pointberekeningen. Tevens is het zo dat een AMD-processor gewoonweg simpeler van opzet is. Dit heeft als voordeel dat er heel weinig logistieke overhead is. Aan de andere kant is de out-of-orderverwerking van AMD minder slim en krachtig dan die van Intel, wat in bepaalde gevallen zorgt voor voelbare snelheidsverschillen tussen AMD en Intel.

Om de presaties in kaart te brengen hebben we onder meer de volgende benchmarks gedraaid:

  • Cinebench 11.5

  • 3DMark Vantage CPU

  • Tom Clancy

  • Dirt 3

  • Crysis 2

  • Videoconversie

We hebben om de prijs / prestatieverhouding te bepalen een hele rits aan benchmarks gedraaid. Onder meer:

  • Cinebench 11.5

  • 3DMark Vantage CPU

  • Tom Clancy

  • Dirt 3

  • Crysis 2

  • Videoconversie

Deze scores hebben we opgeteld en gedeeld door de prijs. We hebben een berekening met en zonder 3DMark Vantage CPU gemaakt, omdat deze score bijzonder veel invloed heeft op de prijs / prestatieverhouding.

Als we naar de line-up kijken (en de benchmarks) is het vrij duidelijk dat Intel een paar enorme positieve uitschieters heeft in het budgetsegment: zeer interessant voor wie gewoon een simpele pc zoekt! AMD is vrij constant met de prijs-prestatieverhouding en scoort goed in onze praktijkbenchmarks, zoals in game-metingen. Daar zijn de verschillen tussen Intel en AMD ook veel minder groot. Dat komt doordat de videokaart bij het spelen van spellen tegenwoordig veel belangrijker is dan de processor. Intel scoort weer het beste als we de cpu-score van 3DMark Vantage meerekenen. Logisch: Intel scoort erg goed in deze test die wel degekuhj aangeeft hoe krachtig een processor in praktijk is.

Kijken we naar de prijs-prestatieverhouding van de geïntegreerde grafische chip, dan wint AMD met vlag en wimpel. Dit geeft aan dat AMD hier zeer sterk op inzet. Een verstandige keuze naar ons idee. Het gros van de consumenten hoeft geen discrete kaart. De onboard grafische chip is veelal snel genoeg. Door die krachtiger en uitgebreider te maken, kan je een interessant pakket aanbieden.

De heetste strijd is altijd in het middensegment te vinden. Daar heeft AMD de hogere typen van de A-serie en de instapmodellen van de Bulldozer-serie staan. Eventueel zijn er nog de Phenom II’s, maar ze zijn minder interessant sinds de Bulldozers en A-serie-processoren er zijn. Voor deze beide processoren zijn interessante moederborden te vinden met alle nieuwe interfaces, zoals stata3 en usb3.0. AMD heeft deze zaken allemaal standaard in de chipset verwerkt, waarbij de Bulldozers ook nog crossfire met 32 pci-express lanes biedt.

Intel heeft een gigantische lijn met cpu’s voor het middensegment. Denk aan de complete Core i3- en Core i5-lijn. Er is dus meer keuze in het blauwe team. De meeste moederborden voor de Core i3 en Core i5 hebben sata3 en usb3.0, maar Intel heeft deze zaken nog niet standaard ingebouwd (Vanaf Ivy Bridge wel). Het is dus aan de moederbordfabrikant om ze toe te voegen of weg te laten.

Niet iedereen wil onboard graphics. High-end gebruikers bijvoorbeeld kopen veel liever een discrete videokaart met meer rekenkracht. Voor die doelgroep heeft Intel de Core i7 3000-serie en AMD de FX-lijn.

Eigenlijk is het hier vrij gemakkelijk: wie het snelste van het snelste wil, heeft maar één keuze: Intel. De nieuwe Sandy Bridge E-lijn is op dit moment onverslaanbaar. Het is in sommige gevallen bijna twee keer zo snel als de AMD FX-topprocessor. Daar staat wel een zeer pittig prijskaartje tegenover en dus een ontzettend ongunstige prijs-prestatieverhouding. Dat is echter altijd het geval met high-end producten. We illustreren de kosten: de i7 3960X met zes kernen en hyperthreading (twee verwerkingen per kern) kost € 999. De iets lager geklokte i7 3930 kost ongeveer € 600. Daar kun je ook een complete pc van aanschaffen waarmee uitstekend te werken is.

Wie geen € 999 (of ongeveer € 600) wil uitgeven en met minder kracht ook genoegen neemt, kan het iets rustiger aan doen bij AMD. Het topmodel, de FX-8150, scoort op het niveau van de i5 2500, soms de i7 2600, en gaat voor gemiddeld € 264 over de toonbank. Dat is vrij duur gezien de prestaties. De FX-8120, die marginaal minder snel is, is scherper geprijsd. Dat zorgt voor een prijs-prestatieverhouding die ongeveer twee keer zo goed is als de i7 3000-serie van Intel. Het is maar net wat voor prestaties je wenst of eist.

AMD’s Bulldozer heeft als groot voordeel dat de 900-serie-chipset veel pci-expressbandbreedte biedt, tot 2 x 16 lanes of 4 x 8 lanes bij de 990FX. Dat houdt in dat crossfire en sli volledig ondersteund zijn. Het gelijkgeprijsde middensegment van Intel kan dat niet: dat biedt minder bandbreedte, tenzij een moederbordfabrikant een extra nVidia NF200-chip plaatst. De high-end Intel X79- chipset van Intel kan het wel, maar daar betaal je minstens drie keer zoveel voor. 

Zowel AMD als Intel hebben dus zwakke en sterke punten. Onderaan de streep is Intel krachtiger op cpu-vlak. Maar dat hoeft niet te betekenen dat je AMD links moet laten liggen. Integendeel, AMD heeft zonder twijfel een groot pluspunt. Het bedrijf kiest in het instap- en middensegment voor een krachtige, ingebouwde grafische chip. Een vrij logische gedachte: de gemiddelde gebruiker gebruikt een pc voor e-mailen, internetten, video’s bekijken, wellicht een fotootje bewerken en muziek luisteren. Elke hedendaagse processor is daar snel genoeg voor. Full-hd-video bekijken gaat echter niet op elke geïntegreerde grafische chip. Daar is AMD op ingesprongen met zijn Fusion-processoren: de A-serie.

AMD noemt de A-serie-processoren geen processoren, maar apu’s: accelerated processing units. Apu is eigenlijk een chique marketingnaam voor een processor met geïntegreerde grafische chip. Deze gpu kan dus prima ingezet worden voor het consumeren van media. Full-hd-video is geen enkel probleem, net als het eventueel bewerken van video en foto’s met behulp van de grafische chip: gpgpu.

AMD heeft een vrij krachtige Radeon-gpu in de A-serie verwerkt. Het topmodel, de A8-3870, heeft een gpu met 400 kernen, wat neerkomt op een instapmiddensegment Radeon. Dat is helemaal niet verkeerd voor onboard graphics! Dat zie je ook terug in de benchmarks –aan het einde van het artikel – in zeer nette scores. Op een apu van AMD valt prima een spelletje te spelen.

Dat is bij Intel anders. Intel heeft weliswaar hard gewerkt aan de onboard graphics. De HD 3000 is een stuk krachtiger dan de voorgangers, maar het is nog steeds niet om over naar huis te schrijven. De veel duurdere en op het gebied van cpu-kracht veel snellere Core i7 2600K scoort in de grafische benchmarks slechter dan de A8-3850 van AMD. Kortom: wie een geïntegreerde oplossing zoekt die wel geschikt is voor een simpel spelletje en hardwaregeaccelereerd videobewerken, kan veel beter bij AMD aankloppen. 

▼ Volgende artikel
Chaos in Chrome? Met tabgroepen krijg je weer overzicht (en zo werkt het)
© Copyright © 2017 Michael Burrell
Huis

Chaos in Chrome? Met tabgroepen krijg je weer overzicht (en zo werkt het)

Tabbladen zijn handig, maar kunnen al snel uitmonden in een onoverzichtelijke wirwar. Om dat probleem aan te pakken, introduceerde Google Chrome tabgroepen: een slimme manier om je openstaande tabs te ordenen en labelen.

Wat gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je tabgroepen aanmaakt, benoemt en indeelt, zodat je browser niet langer uitpuilt. Je leert hoe je snel een nieuwe groep maakt, kleuren gebruikt om orde te scheppen en hoe je groepen verplaatst, sluit of opheft. Zo blijft je werkruimte overzichtelijk, zelfs als je tientallen tabbladen open hebt staan.

Lees ook: Trage Chrome? Zet de efficiëntiemodus uit!

Stap 1: Nieuwe groepen

Zorg eerst dat je de nieuwste versie van Chrome op je laptop hebt staan. Klik op de drie puntjes rechtsboven, kies Help / Over Google Chrome en installeer eventueel de update. Om tabbladgroepen in de vingers te krijgen, open je snel een paar tabbladen. Denk aan pagina's over hetzelfde onderwerp of project. Klik met de rechtermuisknop op een tabblad en kies Toevoegen aan een nieuwe groep.

Met de rechtermuisknop maak je een nieuwe tabbladgroep.

Stap 2: Naam en kleur

Er verschijnt een venstertje waarin je de groep een naam en kleur kunt geven. Kies een korte, herkenbare naam die het onderwerp van de groep weergeeft, zoals 'Werk', 'Recepten' of 'Vakantieplanning'. Een kleur toewijzen helpt je om snel onderscheid te maken tussen verschillende groepen. De groep verschijnt vervolgens als een gekleurde knop tussen je tabbladen. Een groot voordeel: als je op de groepsnaam klikt, worden de bijbehorende tabbladen ingeklapt, dat bespaart ruimte.

Tabbladen kun je later eenvoudig toevoegen: klik met de rechtermuisknop op het gewenste tabblad en kies de gewenste groep.

Ieder tabblad kun je snel aan een bestaande of nieuwe groep toevoegen.

Stap 3: Groep sluiten

Klik je met de rechtermuisknop op de naam van de tabbladgroep, dan krijg je andere mogelijkheden. Met de optie Nieuw tabblad in groep open je een leeg tabblad in de bestaande groep. Het is ook mogelijk om een bestaand tabblad gewoon in de groep te slepen. Kies je Groep verplaatsen naar een nieuw venster, dan opent Chrome een nieuw browservenster met daarin alle opgenomen tabbladen. Met de opdracht Groep sluiten verdwijnt de groep van je scherm. Dit doe je als je de hele groep niet meer nodig hebt en je de tabbladen niet langer wilt openhouden. Met Groep verwijderen (in sommige versies: Groep opheffen) blijven de tabbladen open, maar worden ze losgekoppeld van de groep. De kleur en de groepsnaam verdwijnen. Dit doe je als je de inhoud nog nodig hebt, maar je geen groepsindeling meer wilt.

Je kunt de groep verwijderen dan blijven de ingesloten tabbladen wel bestaan.


5x Chromebooks

Zeg je Chrome, dan denk je ook al snel aan Chromebooks. Hieronder een selectie 5 fijne modellen.

Acer Chromebook Plus 514

Compacte 14-inch Chromebook met vlotte prestaties, lichte aluminium behuizing en degelijke accuduur.

HP Chromebook x360 14b‑cd0625nd

14″ touchscreen Chromebook met 8 GB RAM en 128 GB opslag; geschikt voor alle dagelijkse taken.

Acer Chromebook Plus 515 CB515-2H-32UH

Stevige 15,6″ Chromebook met Full HD-scherm, Intel Core-i3, 8 GB RAM en 128 GB SSD, geschikt voor werk, school, surfen en media.

Lenovo IdeaPad / Slim 3 Chrome / 83BN0038MH

Compacte 14″ Chromebook met Full HD-scherm en Intel Core i3, prima voor school, mail, web en licht werk.

HP Chromebook 14a-nf0050nd

Lichte 14″ Chromebook met Full HD-scherm, Intel N-processor, 4 GB RAM en 128 GB opslag; geschikt voor internet, mail, documenten en basisgebruik op school of werk.

Ook je papieren overzichtelijk?

Berg ze op in sorteermappen
▼ Volgende artikel
Parfum, eau de parfum of eau de toilette: wat is het verschil en wat moet je kiezen?
© Leonid Iastremskyi
Gezond leven

Parfum, eau de parfum of eau de toilette: wat is het verschil en wat moet je kiezen?

Je staat in de parfumerie en ziet drie flacons die er bijna identiek uitzien. De naam is hetzelfde en het merk is hetzelfde, maar het prijsverschil tussen die drie is groot. Dat komt doordat er eigenlijk drie verschillende varianten zijn: parfum, eau de parfum en eau de toilette. Hoewel het verleidelijk is om simpelweg op het prijskaartje af te gaan, is het slim om te weten wat je precies koopt. De verschillen tussen die drie zijn namelijk groter dan je denkt. Hoe dat precies zit, lees je hier.

Dit artikel in het kort

Twijfel je in de winkel vaak tussen parfum, eau de parfum of eau de toilette? In dit artikel leggen we precies uit wat de verschillen zijn in prijs, geursterkte en houdbaarheid. Je ontdekt welke variant het beste past bij jou en we geven praktische tips om te voorkomen dat je dure luchtje te snel vervliegt.

Lees ook: Zo kies je een parfum dat écht bij je past

Om de juiste keuze te maken, moet je eerst begrijpen hoe een geur eigenlijk in elkaar zit. In de basis bestaat elk luchtje uit een mengsel van alcohol, water en geurstoffen (ook wel parfumolie genoemd). De alcohol fungeert als de drager: zodra je sprayt, verdampt de alcohol en blijven de geurstoffen achter op je huid. Het grote onderscheid tussen de verschillende varianten zit hem puur in de concentratie van die parfumolie. De vuistregel is simpel: hoe hoger het percentage geurstoffen, hoe intenser de geur is en hoe langer je er plezier van hebt.

Parfum (extrait de parfum)

Als we het in de volksmond hebben over 'parfum', bedoelen we vaak gewoon een lekker luchtje. Maar in de officiële termen is parfum (of extrait de parfum) de meest pure en kostbare variant die je kunt kopen. Met een concentratie aan geurstoffen die meestal tussen de 20 en 40 procent ligt, is dit de absolute topklasse.

Omdat de concentratie zo hoog is, bevat deze variant relatief weinig alcohol. Dit maakt puur parfum vaak een uitstekende keuze voor mensen met een gevoelige huid, omdat alcohol de huid kan uitdrogen. De geur is vol, diep en blijft met gemak de hele dag - en vaak zelfs de volgende ochtend nog - hangen. Je hebt er extreem weinig van nodig; vaak wordt parfum daarom niet in een sprayfles verkocht, maar in een klein flesje waarmee je een paar druppels op de huid dept.

Eau de parfum (EDP)

Kijk je in het badkamerkastje van de gemiddelde Nederlander, dan is de kans groot dat je daar een eau de parfum aantreft. Met een geurconcentratie van 15 tot 20 procent biedt deze variant de gulden middenweg. Het is minder zwaar en olieachtig dan puur parfum, maar krachtig genoeg om een hele werkdag of een avond uit mee te gaan. Meestal blijft een eau de parfum zo'n zes tot acht uur goed waarneembaar.

Eau de parfum richt zich vaak op de zogenoemde 'hartnoten' van een geur. Dit zijn de geuren die tevoorschijn komen nadat de eerste alcohol is verdampt. Hierdoor is de geur vaak wat dieper en warmer, wat hem geschikt maakt voor zowel dagelijks gebruik als speciale gelegenheden.

Eau de toilette (EDT)

De term 'eau de toilette' klinkt chique, maar betekent letterlijk 'toiletwater'. Dit stamt uit de tijd dat men deze geur gebruikte om zich in de ochtend mee op te frissen ('toilet maken'). Deze variant is met een percentage van 5 tot 15 procent geurstoffen een stuk lichter en vluchtiger dan (eau de) parfum.

Waar een eau de parfum de diepte in gaat, focust een eau de toilette zich meestal op de toptonen. Dit zijn vaak frisse citrus- of fruitgeuren die je direct ruikt bij het sprayen, maar die ook sneller vervliegen. Een eau de toilette blijft gemiddeld drie tot vijf uur hangen. Het is dan ook een goede keuze voor mensen die niet van zware, bedwelmende geuren houden, of voor gebruik op kantoor waar je je collega's niet wilt overweldigen. Houd er wel rekening mee dat je deze geur halverwege de dag waarschijnlijk even opnieuw moet aanbrengen.

Prijs versus kwaliteit: wat is nu echt goedkoper?

Het lijkt een simpele rekensom: een grote fles eau de toilette is aan de kassa vaak goedkoper dan een klein flesje eau de parfum. Toch kan die goedkopere fles op de lange termijn duurkoop zijn. Omdat eau de toilette sneller vervliegt, heb je de neiging om royaal te sprayen en dit gedurende de dag te herhalen. Hierdoor gaat de fles veel sneller leeg.

Bij een eau de parfum of puur parfum is de aanschafprijs hoger, maar heb je aan één keer een beetje aanbrengen in de ochtend vaak genoeg voor de hele dag. Je doet dus aanzienlijk langer met de flacon.

Wanneer draag je wat?

Als je twijfelt over welke variant je moet kopen, laat dit dan afhangen van het seizoen en de gelegenheid. Warmte versterkt namelijk geur. In de zomer, wanneer je huid warm is, kan een zwaar parfum al snel te overheersend en plakkerig aanvoelen. Een lichte, frisse eau de toilette is dan perfect. In de winter is het juist andersom: kou zorgt ervoor dat geuren minder goed vrijkomen en snel wegvallen. In die maanden, en zeker 's avonds tijdens een diner of feestje, komt een rijkere eau de parfum of parfum veel beter tot zijn recht.

Haal alles uit je geur

Heb je eenmaal je keuze gemaakt, dan wil je natuurlijk dat je zo lang mogelijk lekker ruikt. Een veelgemaakte fout is het wrijven van de polsen na het sprayen. Doe dit niet; door de wrijving creëer je warmte die de geurmoleculen kapotmaakt, waardoor vooral de frisse toptonen direct verdwijnen en de geur vlakker wordt.

Daarnaast hecht parfum slecht op een droge huid. Wil je dat je geur echt lang blijft hangen? Smeer je huid dan eerst in met een geurloze bodylotion of een crème uit dezelfde geurlijn voordat je gaat sprayen. De vetten in de crème houden de geurstoffen vast, zodat jij - of je nu kiest voor eau de toilette of parfum - de hele dag heerlijk ruikt.

Geur testen? Begin met een eau de toilette

(want die is het voordeligst)
TypeGeurconcentratieHoudbaarheidGeschikt voor
Parfum20% - 40%8 - 24 uurAvond, speciale gelegenheden
Eau de parfum15% - 20%6 - 8 uurDag en avond
Eau de toilette5% - 15%3 - 5 uurOverdag, warmer weer