Terug in de tijd: fotocamera’s
Er was een tijd dat je een fotocamera met twee personen moest tillen en een opleiding moest hebben gevolgd om hem in elkaar te zetten. Tegenwoordig dragen we onze fotocamera’s in onze broekzak. Hoe is dat zo gekomen?
1500 – De allereerste ‘camera’, de camera obscura, wordt uitgevonden door Alhazen. 1816 – De Franse uitvinder Nicéphore Niépce maakt de allereerste foto ooit met z’n zelfgemaakte camera. 1888 – George Eastman maakt de eerste camera met filmrol en start het bedrijf Kodak. 1948 – De allereerste Polaroid-camera wordt uitgevonden; voor het eerst kunnen foto’s direct worden afgedrukt. 1978 – Konica lanceert de eerste point-and-shoot-camera mét autofocus. 1981 – De eerste digitale camera ziet het levenslicht: de Soni Mavica. Beelden worden vastgelegd als video. 1986 – De wegwerpcamera doet z’n intrede. 2000 – Sharp lanceert de allereerste mobiele telefoon met ingebouwde camera. 2010 – Surfer Nick Woodman bedenkt de actioncamera en noemt het de GoPro. 2016 – Apple lanceert de iPhone 7 Plus met 12 megapixelcamera die (virtuele) scherptediepte ondersteunt.
Het is bijna beledigend om de geschiedenis van de fotocamera terug te brengen tot tien jaartallen, maar het is vooral interessant om te zien hoe enorm hard de ontwikkeling is gegaan. Dat geldt zowel voor de camera’s zelf als voor de manier waarop de foto’s worden vastgelegd.
Camera Obscura
Wellicht heb je al gezien dat we in de tijdlijn het woord camera met betrekking tot de uitvinding van Alhazen tussen aanhalingstekens hebben gezet. Reden hiervoor is dat we een camera tegenwoordig beschouwen als een apparaat dat beelden vastlegt. De camera van Alhazen deed dat niet. De Camera Obscura toonde simpelweg het principe van wat er gebeurt wanneer licht door een kleine opening valt. De Camera Obscura kon daardoor beeld op een oppervlak projecteren. ‘Camera Obscura’ komt uit het Latijn en betekent letterlijk ‘donkere kamer’.
Sony Mavica
Tegenwoordig draait alles om gebruiksvriendelijkheid en kwaliteit. Met de huidige 12megapixel-foto’s in het achterhoofd is het moeilijk voor te stellen dat men ooit lyrisch was over de Sony Mavica, de digitale fotocamera die Sony in 1981 introduceerde. Stiekem smokkelde het bedrijf, want technisch gezien was de Mavica geen digitale fotocamera, maar een analoge televisiecamera. Foto’s werden opgeslagen op 2inch-floppy’s (Mavipaks) die in totaal vijftig kleurenfoto’s konden bevatten. Dat klinkt indrukwekkend, maar het ging hier om foto’s van slechts 570 x 490 pixels. De camera was niettemin indrukwekkend compact en werd gevoed door twee AA-batterijen. De foto’s konden niet worden afgedrukt, maar moesten worden bekeken op een televisie of monitor.
©PXimport
Dubbele kosten
We schieten er tegenwoordig lustig op los als het om foto’s gaat. In dat opzicht is het bijna niet meer voor te stellen dat er een tijd was dat je twee keer moest betalen voor elke foto. Eerst betaalde je voor het fotorolletje, daarna moest je nog een keer betalen om de foto daadwerkelijk te laten ontwikkelen – en dat kon behoorlijk in de papieren lopen. Daarbij was het altijd spannend of een foto wel gelukt was of niet, en ook die spanning was tweeledig. Ten eerste moest je wachten met ontwikkelen totdat je het hele rolletje had volgeschoten, daarna was het wachten tot het rolletje daadwerkelijk was ontwikkeld. Het had absoluut z’n charme, maar stiekem genieten we tóch veel meer van de moderne technologie.
©PXimport
Harde schijf
Digitale fotografie was voor veel mensen spannend en interessant, maar een echte vlucht nam de technologie pas toen er camera’s met harde schijf op de markt kwamen. De Kodak DCS 200 was het eerste toestel in z’n soort en verscheen in 1992. Het toestel was gebaseerd op de body van een Nikon F801 en had een ingebouwde harde schijf van 80 MB. De DCS 200 schoot foto’s met een resolutie van 1524 x 1012 pixels (1.5 megapixel). Als die 80 MB trouwens niet genoeg was, kon er een kabel worden gebruikt om verbinding te maken met externe opslagmedia, al kostte de kabel alleen al een fortuin.
©PXimport
Polaroid is terug!
Het is interessant om te zien dat, in een tijd waarin alles maar beter en geavanceerder moet, bepaalde oude technologie maar niet wil sterven. Dat geldt voor vinyl en sinds 2017 geldt dat ook voor Polaroid. Vorig jaar werd namelijk bekend dat Impossible Project, een start-up die besloot filmpacks voor Polaroid te produceren toen het bedrijf daarmee stopte, ook de camera zelf is gaan bouwen. Het bedrijf maakt nu camera’s die qua uiterlijk bijna identiek zijn aan het origineel (met wat upgrades uiteraard), maar ook compacte camera’s en compacte printers.
©PXimport