ID.nl logo
Alles over OLED: dit moet je weten bij de aanschaf van een smart-tv
Huis

Alles over OLED: dit moet je weten bij de aanschaf van een smart-tv

Sinds de introductie van OLED - inmiddels al weer tien jaar geleden - is er flink wat veranderd aan deze beeldtechnologie. Waar moet je eigenlijk allemaal op letten als je een OLED-televisie koopt? We bekijken wat er allemaal nieuw is en hoe de diverse technieken van elkaar verschillen.

Voordat we in de verschillende typen duiken, vertellen we je eerst even wat een OLED-tv bijzonder maakt. In een gewone LCD-tv wordt het licht gegenereerd door achtergrondverlichting. De pixels zelf lichten dus niet op, maar worden geopend en gesloten en laten het licht op die manier door. Het zijn in feite dus kleine klepjes. Het nadeel van LCD is dat perfect zwart weergeven erg moeilijk is, omdat de miliculse klepjes toch steeds wat licht lekken. t zwart is erg moeilijk voor een LCD-tv aangezien het LCD-klepje toch steeds wat licht lekt. Het contrast is bij een LCD-scherm dus minder.

©Eric Beeckmans

De schematische weergave van een enkele LCD-pixel.

Geen achtergrondverlichting bij OLED

Bij OLED-tv’s is er geen achtergrondverlichting, elke pixel is zijn eigen lichtbron die individueel aan- of uitgezet kan worden. Het licht wordt gegeneerd door een organisch materiaal, maar werkt net als een traditionele LED, het licht op als er stroom door gaat. En nu weet je dus ook meteen waar de letter 'O' in OLED voor staat; organic. Vandaar de naam OLED. Dat is tevens de reden waarom OLED-schermen wél perfect zwart kunnen weergeven; ze schakelen zichzelf helemaal uit en er is geen lichtlekkage omdat er aan de achterzijde van een OLED-pixel geen verlichting aanwezig is.

©Eric Beeckmans

De schematische weergave van een enkele OLED-pixel

W-OLED

Een standaard RGB-OLED (RGB staat voor Rood, Groen, Blauw, oftewel de primaire kleuren waarmee alle andere kleuren zijn te maken) gebruiken een rood, groen en blauw OLED-materiaal. Dit type werd door Samsung ontwikkeld en in 2013 gelanceerd, maar bleek al snel moeilijk te fabriceren. Concurrent LG gooide het over een andere boeg en lanceerde een compleet ander type OLED. Die versie gebruikt een wit OLED-materiaal en heeft kleurfilters. Om de werking efficienter te maken, kregen deze door LG-ontwikkelde pixels een witte subpixel. De letter W in W-OLED staat in dit geval dus voor 'White' ofwel wit. Veruit de meeste OLED-tv’s die op de markt zijn, zijn van het W-OLED-type. De eerste modellen met dit pixeltype kwamen in 2013 op de markt. Al deze tv’s gebruiken een paneel van LG Display en ze delen dus veel karakteristieken zoals piekhelderheid, kleurbereik, contrast en kijkhoek. Er is in de afgelopen tien jaar wel wat evolutie geweest in deze technologie.

©Eric Beeckmans

Een W-OLED-pixel heeft een extra wittte subpixel.

LG Display en LG Electronics: verschillende entiteiten
De W-OLED-technologie is door LG ontwikkeld, maar LG bestaat uit meerdere divisies. LG Display is het bedrijfsonderdeel dat alleen de schermtechnologie fabriceert. Televisies van Panasonic, Sony en Philips bevatten schermen van LG Display, net als tv's van LG zelf. Maar televisies van LG zelf worden vervolgens weer gefabriceerd door LG Electronics.

W-OLED Gen1

De eerste generatie W-OLED heeft veel kleine veranderingen gekregen, bijvoorbeeld de vorm en afmeting van de subpixels, maar daarover werd nooit officieel iets gecommuniceerd. Die nieuwe types panelen leverden immers dezelfde prestaties. In de eerste jaren waren verbeteringen vermoedelijk ook meer gefocust op het vermijden van inbranden dan op het verhogen van de helderheid.

Panelen voor consument nauwelijks te identifiseren
Als consument is het erg lastig, en in veel gevallen zelfs onmogelijk, om te bepalen welk type paneel er in je tv zit. Fabrikanten gebruiken eigen marketingtermen om hun toestellen te differentiëren, maar dat zegt vaak niet voldoende om te weten wat er onder de motorkap zit. Maar is dat belangrijk? Het is niet alsof je kan kiezen om model x of y met een ander paneel te krijgen. Ja, in uitzonderlijke gevallen zitten er verschillende panelen in een en hetzelfde model, maar ook dat is lastig te achterhalen.

De enige duidelijke verbetering kwam toen LG de G1-smart-tv in 2021 lanceerde, die voor het eerst een 'OLED evo'-paneel gebruikte dat 20% helderder is dan een conventioneel paneel. Dat paneel bevatte een extra laag OLED-materiaal, maar LG benadrukte ook dat een deel van de prestaties afkomstig waren van nieuwe software in hun processor.

©LG Electronics

DE LG G1-smart-tv was het eerste model van het bedrijf met een OLED evo-paneel.

W-OLED Gen2: EX

In 2022 lanceerde LG Display de OLED EX-panelen, en die worden als een echte nieuwe generatie beschouwd. Ze gebruiken Deuterium in plaats van waterstof in het organische materiaal. Deuterium maakt het OLED-materiaal stabieler, waardoor het beter bestand is tegen hitte en stroom. Ook is het paneel beter bestand tegen inbranden, en omdat er meer stroom door gejaagd kan worden, is het ook helderder. LG Display claimde tot 30% verbetering tegenover een conventioneel paneel. Daarnaast zijn OLED EX-panelen ook voorzien van een manier om het paneel te optimaliseren op basis van je kijkgedrag om zo de levensduur nog te verbeteren.

W-OLED Gen3: META

Dit jaar werd een derde generatie OLED-paneel gelanceerd, het META-paneel. Die is gebaseerd op een OLED EX-paneel, en maakt daarnaast gebruik van een laag microlenzen en de META booster software. De microlenzen beletten verlies van licht door interne reflecties in het paneel, de software optimaliseert in real-time helderheid en kleurexpressie. META-panelen zijn tot 60% helderder dan een conventioneel OLED-paneel, bieden een 30% bredere kijkhoek (die daardoor bijna perfect is), en zijn 22% energie-efficiënter. Meer uitleg vind je in ons artikel over het META-paneel.

©LG Display

Samsung's QD-OLED: andere techniek

In 2022 lanceerde Samsung Display de QD-OLED-technologie. Maar wat is QD-OLED en hoe verschilt het van W-OLED? Samsung's QD-OLED is een combinatie van quantum dots en OLED. Een blauwe OLED-laag zorgt voor het licht. Die kan net zoals bij W-OLED op pixelniveau aan- en uitgezet worden.

DE schematische weergave van QD-LED.

Een quantum dot-kleurconverter zet het blauwe licht om naar rood en groen, blauw wordt doorgelaten. Het verschil met een kleurfilter is dat dit geen licht wegfiltert, maar het blauw licht effectief omzet naar een andere kleur. Zo hebben QD-OLED-tv’s een iets groter kleurbereik dan W-OLED-modellen. Ze hebben een quasi perfecte kijkhoek, en ze zijn erg helder, in elk geval helderder dan de OLED EX-panelen.

QD-OLED-generaties

Net als bij de LG-panelen heeft ook Samsung verschillende generaties uitgebracht van haar QD-OLED-panelen. De nieuwste versies volgden elkaar al snel op, want de QD-OLED Gen1 - dat in 2022 werd gelanceerd - werd enkel gebruikt in de Samsung S95B en de Sony AK95K. Samsung is nu bij QD-OLED Gen2 aanbeland. Dit nieuwe paneel gebruikt een efficiënter OLED-materiaal en heeft het nu een ingebouwde realtime monitoring systeem dat de belasting van elke pixel optimaliseert.

Samsung Display claimt dat deze panelen tot 30% helderder zijn, een verbeterde energie-efficiëntie hebben en een verbeterde levensduur. We hebben over dit nieuwe QD-OLED-paneel al eerder geschreven .

Welke tv heeft welk paneel?

Heb je een OLED-tv van voor 2021, dan is dat zeker een eerste generatie W-OLED-paneel. Sommige modellen van 2021 gebruiken het OLED evo-paneel (LG G1, Philips OLED936, Panasonic JZW2004, Sony A90J). Modellen van 2022 en later gebruiken vrijwel zeker allemaal OLED EX-panelen. De META-panelen vind je momenteel alleen in de topmodellen van 2023: LG G3, Panasonic MZW2004 en de Philips OLED907.

QD-OLED-panelen zijn op dit moment beperkt tot vier modellen: de Samsung S95B en Sony A95K gebruiken Gen1-panelen, de Samsung S95C en Sony A95L gebruiken Gen2-panelen. De Samsung S90C is een lastig geval, want dit toestel zit qua prestaties op het niveau van de S90B en het gebruikt daarom vermoedelijk het Gen1-paneel. Het is echter niet uitgesloten dat de toestellen toch een Gen2 paneel hebben, maar dat de prestaties via software wat beperkter zijn.

Hoe belangrijk is het paneel?

Zoals gezegd is het als consument erg lastig om het gebruikte paneel in je tv te identificeren. Daarnaast kunnen fabrikanten een paneel op verschillende manieren inzetten. Want meer helderheid van een paneel eisen vereist ook meer stroom. Daardoor veroudert een paneel sneller, en verbruikt het meer energie. Het is dus best mogelijk dat verschillende fabrikanten met hetzelfde paneel toch tv’s maken die verschillen, de ene wat helderder, de andere wat energiezuiniger.

Uiteindelijk is het vooral belangrijk dat je de grote verschillen kent. Zoals welke modellen de QD-OLED-technologie gebruiken en En welke tv's de laatste nieuwe META W-OLED-panelen. Uiteindelijk zitten daar de belangrijkste verschillen en die hebben we voor je in dit artikel uiteengezet.

▼ Volgende artikel
Een ingebouwde of aparte koffiemolen: wat zijn de voor- en nadelen?
© Dima Skorina
Huis

Een ingebouwde of aparte koffiemolen: wat zijn de voor- en nadelen?

Er gaat niets boven een vers kopje koffie, maar zeker niet alle verse koffie is hetzelfde. De manier waarop de bonen worden gemalen is allesbepalend: met een ingebouwde koffiemolen in een machine óf met een losse koffiemolen. Wij vergeleken deze twee typen koffiemolens op basis van complexiteit, smaak, kosten en meer.

☕Dit artikel in het kort Koffiezetten met een machine met ingebouwde koffiemolen en een losse koffiemolen is een wereld van verschil, zowel in de manier waarop je een kopje koffie zet als in de smaak die je koffie krijgt. Ook qua kosten, formaat en reparatie hebben beide soorten koffiemolens ieder zo hun voor- en nadelen. In dit artikel vergelijken we beide koffiemolens met elkaar, zodat je het apparaat kunt kiezen die het beste aansluit op je wensen.

Lees ook: Light roast, medium roast en dark roast: dit doet de branding voor de smaak van je koffie

Complexiteit

Het eerste en meteen het grootste verschil tussen een koffiezetapparaat met ingebouwde koffiemolen en een losse koffiemolen is de complexiteit waarmee je een kopje koffie zet. Makkelijker dan een volautomatische koffiemachine kan haast niet: je doet een willekeurige hoeveelheid bonen in het bonenreservoir, stelt eventueel de gewenste maalgraad in en het apparaat spuugt er binnen een paar seconden een kopje koffie uit. Met een losse koffiemolen ben je wat langer zoet. Eerst meet je de hoeveelheid koffiebonen precies af (dit is essentieel voor de smaak!) en kies je de juiste maalgraad. Vervolgens moet je de gemalen koffie nog zetten, bijvoorbeeld met een filterkoffiezetapparaat, een French press of een espressoapparaat.

Een ingebouwde koffiemolen is daarom vooral geliefd bij de minder kritische koffiedrinker, die snel en zonder gedoe een lekker kopje koffie wil. Echte koffieliefhebbers kiezen sneller voor een losse koffiemolen, omdat zo'n apparaat je veel meer controle geeft over je kopje koffie. Zo hebben sommige losse koffiemolens wel meer dan vijftig maalstanden, wat ideaal is voor het zetten van verschillende koffies, zoals espresso (fijne maling) of de French press (grove maling). Ook zijn losse koffiemolens over het algemeen wat krachtiger dan ingebouwde modellen, waardoor ze de structuur van moeilijker te malen bonen beter aankunnen.

Hoewel veel volautomatische koffiemachines óók een instelbare maalgraad hebben, zijn deze apparaten op dit gebied over het algemeen een stuk minder flexibel dan de losse modellen.

Smaak

Omdat een machine met ingebouwde koffiemolen minder instelmogelijkheden heeft, gebeurt de maling ook minder nauwkeurig. En dat proef je terug in je koffie. Vaak smaakt koffie uit ingebouwde koffiemolens wat vlakker en minder complex dan die uit losse koffiemolens. Ook smaakt koffie uit ingebouwde koffiemolens meestal wat zuurder en bitterder. Desalniettemin is zulke koffie in de meeste gevallen gewoon prima te drinken! Maar mocht je een echte fijnproever zijn, dan word je waarschijnlijk gelukkiger van koffie uit een losse koffiemolen. Door de vele maalinstellingen kun je dit apparaat perfect afstemmen op verschillende soorten bonen, waardoor de aroma's optimaal vrij kunnen komen. En omdat losse koffiemolens – vooral die met maalschijven – heel gelijkmatig kunnen malen, krijgt je koffie een heerlijke diepe en uitgebalanceerde smaak.

©kaew6566

Kosten

Naast dat je met een ingebouwde koffiemolen in je koffiezetapparaat met één druk op de knop een lekker kopje koffie hebt, heeft dit type koffiemolen nog een groot voordeel. Je bent er in tegenstelling tot een losse koffiemolen namelijk geen extra kosten aan kwijt. Vooral als je voor een hoogwaardige elektrische koffiemolen gaat, moet je vaak flink in de buidel tasten. Zo kan een goede losse koffiemolen wel honderden euro's kosten, al zijn er ook prima instapmodellen met een vriendelijker prijskaartje. Als je voor een losse koffiemolen gaat, neem er dan wel een met maalschijven in plaats van messen. Dan weet je zeker dat alle aroma's uit je koffiebonen behouden blijven.

Ruimte in de keuken

Het derde voordeel van een machine met ingebouwde koffiemolen is het formaat. Waar je met een losse koffiemolen ook nog een filterkoffiemachine of een espressoapparaat in je keuken kwijt moet, combineer je met een volautomatische koffiemachine alles in één apparaat. Dat scheelt een hoop ruimte én geeft meer overzicht, wat vooral fijn is als je een drukke of niet al te grote keuken hebt. Toch gaat dit zeker niet altijd op, want sommige volautomatische machines zijn júist door hun ingebouwde koffiemolen vrij groot. Terwijl bepaalde koffiemolens, vooral de simpelere modellen, nauwelijks ruimte in beslag nemen.

Reparatie en onderhoud

Natuurlijk wil je dat als je koffiezetapparaat of koffiemolen stukgaat, dit eenvoudig te fixen is. Met een machine met ingebouwde koffiemolen kan dat wel een dingetje zijn. Omdat de koffiemolen een integraal onderdeel is, kan het repareren lastiger en duurder zijn. Soms is het bij mankementen aan de ingebouwde molen zelfs nodig zijn om meteen het complete apparaat te vervangen. Met een losse koffiemolen heb je dat niet. Vaak zijn deze apparaten van zichzelf al steviger en langer bruikbaar. Zijn er specifieke onderdelen kapot, dan kunnen die een stuk makkelijker vervangen worden.

©Olga Yastremska, New Africa, Afr

Conclusie

Wat is nu beter: een koffiezetapparaat met ingebouwde koffiemolen of een losse koffiemolen? Dat hangt er helemaal vanaf wat je voorkeur heeft. Met een volautomatische machine zet je makkelijk een kopje koffie met een iets vlakker, maar alsnog lekker resultaat. Een losse koffiemolen geeft je alle controle over je kopje koffie, wat vooral een voordeel is als je een kritische koffiedrinker bent én vaak verschillende soorten koffies zet.

Qua kosten ben je met een automatische machine waarschijnlijk wat goedkoper uit, aangezien hoogwaardige koffiemolens duur kunnen zijn en je er een apart koffiezetapparaat bij nodig hebt. Een automatische machine neemt daarnaast over het algemeen wat minder ruimte in op het aanrecht. Nadeel van dit apparaat is dat het vanwege zijn complexe instructie soms moeilijk te repareren is als het stukgaat. In dat opzicht is een losse koffiemolen een veiligere keuze.

Benieuwd waar je op moet letten als je een losse koffiemolen koopt? Lees dan ons artikel met tips om het ideale apparaat te vinden.

Altijd handig:

Een voorraadje koffiebonen in huis

▼ Volgende artikel
Apple iMac 24 inch (2024) – Fraaie all-in-one nog beter
Huis

Apple iMac 24 inch (2024) – Fraaie all-in-one nog beter

Een jaar na de 24 inch iMac met M3-processor is het alweer tijd voor de opvolger met M4-processor. De basis blijft hetzelfde: met een iMac haal je een compacte all-in-one-pc met een uitstekend scherm in huis. Wij hebben hem getest en vertellen je wat er veranderd is.

Fantastisch
Conclusie

De iMac met M4-processor is in de praktijk niet heel veel anders dan de voorgaande uitvoering, maar je krijgt voor minder geld wel een echt beter product. De M4-processor is razendsnel terwijl je nu eindelijk minimaal 16 GB RAM krijgt. Daarmee kom je mogelijk alleen wat opslag tekort op de basisuitvoering, maar dat kun je eventueel met een externe ssd oplossen. Verder is er weinig te klagen over de iMac. De bouwkwaliteit is uitstekend en je hebt de keuze uit maar liefst zeven kleuren.

Plus- en minpunten
  • Goede bouwkwaliteit
  • Fraai scherm
  • Uitstekende prestaties
  • Hoge kwaliteit webcam
  • Goed geluid
  • Weinig aansluitingen
  • Niet in hoogte verstelbaar

De belangrijkste veranderingen op de 2024-uitvoering van de iMac zitten wederom binnenin, want uiterlijk is er net als vorig jaar geen verschil te bekennen. Dat is niet erg, want de dunne all-in-one heeft nog steeds een fraai ontwerp dat je bovendien in zeven kleuren kunt kopen. Bij iedere kleur worden twee tinten op de behuizing gebruikt, want de aluminium kin en voet zijn uitgevoerd in een pasteltint die ook terugkomt op het toetsenbord en muis terwijl de aluminium achterkant in een harde kleur is uitgevoerd. De bouwkwaliteit van de aluminium behuizing is uitstekend. Een minpuntje blijft dat het scherm niet in hoogte verstelbaar is: je kunt het scherm alleen kantelen. Eventueel is de iMac wel verkrijgbaar in een VESA-variant voor montage op een monitorarm, maar die variant heeft dan weer geen voet.

©Jeroen Boer - ID.nl

Uiterlijk is de iMac niet veranderd ten opzichte van vorig jaar.

De Thunderbolt-aansluitingen vind je net als de aan-uit-schakelaar achterop. Afhankelijk van de uitvoering is de iMac voorzien van twee of vier Thunderbolt 4-aansluitingen die ook geschikt zijn voor het aansluiten van een extra scherm. Op de zijkant is een 3,5mm-headset-aansluiting geplaatst.

©Jeroen Boer - ID.nl

De Thunderbolt-aansluitingen vind je achterop.

Op de duurdere uitvoeringen vind je een gigabit-netwerkaansluiting op de voedingsadapter. Hierdoor kun je een netwerkkabel uit zicht houden. Verbinden met het netwerk en internet kan uiteraard ook via wifi 6E terwijl ook bluetooth 5.3 ondersteund wordt. Ook speakers zijn ingebouwd en die klinken nog steeds erg goed voor het formaat van de iMac. 

©Jeroen Boer - ID.nl

De voedingsadapter bevat op de duurdere uitvoeringen een netwerkaansluiting.

Twee varianten

Apple levert de iMac met M4-processor in twee varianten die verschillen in het aantal aansluitingen en de processor. De goedkoopste uitvoering met een prijs vanaf 1519 euro is voorzien van twee Thunderboltpoorten en een M4-processor met 8 cores terwijl de duurdere uitvoering vanaf 1769 euro vier Thunderboltpoorten, een M4-processor met 10 cores, een netwerkaansluiting en een toetsenbord met Touch ID heeft. Je krijgt voor 250 euro meer dus wat extra mogelijkheden. Al kun je ook de goedkoopste variant een beetje upgraden: voor 30 euro krijg je op die uitvoering ook ethernet terwijl Touch ID mogelijk is voor 80 euro. Dat kan een overweging zijn als je geen behoefte hebt aan vier Thunderboltpoorten, maar wel aan bijvoorbeeld Touch ID of ethernet. Beide genoemde configuraties van 1519 en 1769 euro zijn voorzien van 16 GB RAM en 256 GB opslag. Die prijzen zijn lager dan bij de iMac met M3-processor terwijl je nu 16 GB RAM in plaats van 8 GB krijgt.

Upgraden is uiteraard mogelijk, maar daar betaal je wel flink voor. De stap naar 24 GB RAM kost je 230 euro, terwijl 32 GB op de duurdere variant je nog eens 230 euro kost. Ook voor een verdubbeling van de ssd betaal je 230 euro. Op de duurdere variant kun je voor 230 euro ook nog kiezen voor een ontspiegeld scherm.

Dan is er nog een leuke verbetering, want je kunt de goedkoopste uitvoering met twee Thunderboltpoorten nu in alle zeven kleuren kopen. Voorheen had je slechts de keuze uit vier kleuren. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Je kunt de iMac alleen kantelen, niet in hoogte verstellen.

Toetsenbord met usb-c

Het meegeleverde invoersetje bestaande uit een Magic Keyboard en Magic muis in dezelfde kleur als de iMac. Afhankelijk van de uitvoering van de iMac is het toetsenbord voorzien van een vingerafdrukscanner. De set is hetzelfde als bij de vorige generatie iMac, met één belangrijk verschil: Apple is eindelijk overgestapt op usb-c als laadaansluiting op zowel het toetsenbord als de muis. Dat voelt toch wat moderner dan de Lightning-aansluiting waar Apple eigenlijk al afscheid van had genomen. De usb-c-laadaansluiting van de muis zit helaas nog steeds aan de onderkant, waardoor je de muis niet kunt gebruiken tijdens het opladen. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Zowel de muis als het toetsenbord zijn nu voorzien van usb-c.

Optioneel ontspiegeld

De iMac met M4-processor is voorzien van hetzelfde 24inch-scherm als de vorige variant en dat betekent dat je een uitstekend paneel met een resolutie van 4480 x 2520 pixels krijgt. Het scherm heeft een hoge helderheid, maar dat is door de glanzende afwerking in sommige situaties geen overbodige luxe. Wanneer je echt last denkt te hebben van die glanslaag, dan kun je nu kiezen voor een mat scherm. Die optie heet 'Glas met nanostructuur' en kost je 230 euro extra. De optie wordt alleen geboden op de uitvoering met vier Thunderboltpoorten, waarmee een ontspiegelde iMac je minimaal 1999 euro kost. Ons testexemplaar was voorzien van een ontspiegeld scherm en het is in de praktijk een fijne optie, zeker in een kantooromgeving met heldere verlichting. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Het scherm is ontspiegeld, zelfs bij de harde verlichting in deze ruimte zie je geen hinderlijke reflecties.

Webcam met bureauweergave

De iMac had altijd al een prima webcam, maar dit jaar heeft Apple een flink verbeterd 12-megapixelmodel toegevoegd. Dankzij de hoge resolutie en brede kijkhoeken krijg je niet alleen haarscherpe beelden, maar ook allerlei extra functies. Zo kan de camera je nu automatisch volgen, zodat je altijd in het midden van het kader blijft. Dat werkt verbazingwekkend goed en geeft echt het gevoel dat de camera met je meebeweegt. Je schakelt deze functie eenvoudig in via de menubalk van macOS, zodat hij in alle apps beschikbaar is.

Daarnaast kun je via hetzelfde menu ook achtergrondvervaging inschakelen of je achtergrond wisselen. Een andere handige optie is 'Bureauweergave', waarmee de camera een gedeelte van je bureau toont, terwijl je zelf ook in beeld blijft. Dat is perfect om iets te laten zien tijdens een videogesprek. Het werkt opvallend soepel en het is best bijzonder dat je twee beelden tegelijk kunt tonen. Wel is de beeldkwaliteit van je bureau wat vaag en korrelig, omdat het slechts een uitsnede is van de uiterste beeldhoek van de gewone camera. Al met al een leuke functie, maar hopelijk zit hier in toekomstige modellen nog wat verbetering in. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Je kunt tegelijkertijd zowel jezelf als je bureau tonen.

Flink toegenomen prestaties

Met de M4 zet Apple een flinke stap ten opzichte van de M3-variant die we vorig jaar getest hebben. Afhankelijk van de benchmark zien we de single-core-prestaties meer dan 10 procent toenemen terwijl multicore-prestaties tussen de 20 en 40 procent verbeteren. Wel hebben wij wel alleen de duurdere M4 met 10 cores getest; de variant met 8 cores biedt waarschijnlijk iets minder goede multicore-prestaties. Bij de M3-generatie had iedere M3-processor 8 cores.

Waar de M3 in Geekbench 5 een single-core-score van  2351 en een multi-core-score van 10.730 punten neerzet, levert deze MacBook pro met M4-processor in dezelfde benchmark maar liefst 2621 en 12.888 punten. En bij de belangrijke benchmark Cinebench R23 is er een nog groter verschil. Want waar de variant met een M3-processor respectievelijk 1906 en 9767 punten scoort, gaat de M4 daar met 2175 en 13.802 punten duidelijk overheen. Daarmee kom je op het niveau van een M1 Max of M2 Pro. De M4 is dus echt een prima chip. In tegenstelling tot bij de MacBook Pro met M4-processor nemen de prestaties wel wat af als je de Mac langdurig aan het werk houdt, al blijven de prestaties wel gewoon goed. Bij alledaags gebruik is de iMac stil, maar bij langdurige zware taken hoor je de koeling wel.

De 1TB-ssd in ons reviewexemplaar presteert met een lees- en schrijfsnelheid van 2884,1 en 3020,9 MB/s prima, maar het zou kunnen dat een 256GB-variant wat langzamer is. 

Conclusie

De iMac met M4-processor is in de praktijk niet heel veel anders dan de voorgaande uitvoering, maar je krijgt voor minder geld wel een echt beter product. De M4-processor is razendsnel terwijl je nu eindelijk minimaal 16 GB RAM krijgt. Daarmee kom je mogelijk alleen wat opslag tekort op de basisuitvoering, maar dat kun je eventueel met een externe ssd oplossen. Verder is er weinig te klagen over de iMac. De bouwkwaliteit is uitstekend en je hebt de keuze uit maar liefst zeven kleuren.