ID.nl logo
Homebridge installeren op Raspberry Pi: Haal meer uit Apple HomeKit
© Reshift Digital
Energie

Homebridge installeren op Raspberry Pi: Haal meer uit Apple HomeKit

Apples HomeKit bundelt op handige wijze de smarthome-gadgets bij jou in huis, maar lang niet ieder apparaat wordt ondersteund. Gelukkig is er hobbyproject Homebridge, om ook die niet-werkende wifi-lampen en andere accessoires aan het Apple-platform toe te voegen. We leggen uit hoe je homebridge installeren kunt op een Raspberry Pi.

De markt voor smarthome-producten lijkt op dit moment op het Wilde Westen. Iedere fabrikant brengt eigen apparaten met bijbehorende apps uit, ieder met eigen protocollen om met het internet te verbinden. Meterkasten hangen vol met verbindingshubs die allemaal andersoortige gadgets koppelen aan het internet en je telefoon.

Techbedrijven proberen dit gelukkig te standaardiseren door hun eigen alomvattende platformen te bouwen, waar fabrikanten vervolgens hun eigen gadgets aan kunnen koppelen. Zo heeft Apple bijvoorbeeld HomeKit, waar ondersteunde lampen, camera’s, thermostaten en andere domotica mee verbonden kan worden. Ieder apparaat met HomeKit-ondersteuning heeft een duidelijke vermelding op de doos, zodat je weet dat het goed samenwerkt.

Maar wat als die melding niet op de verpakking staat? Dan is er een aanzienlijke kans dat HomeKit niet werkt. Hoewel het aantal producten met HomeKit met de dag groeit, kiest niet iedere fabrikant ervoor om het protocol te gebruiken. Soms heeft dat te maken met de strenge privacy-eisen van Apple, want kan een bedrijf niet garanderen dat er privacyvriendelijk met de gegevens wordt omgegaan, dan mag het niet samenwerken met HomeKit. 

En soms heeft het te maken met de fabrikant zelf. Dat is bijvoorbeeld het geval bij de producten van Nest, waarvan geen enkel product werkt in combinatie met HomeKit. Nest is namelijk eigendom van Google, dat met de Google Home-app een concurrent voor HomeKit in handen heeft. Slimme stofzuigers van iRobot werken op hun beurt ook niet, omdat HomeKit officieel nog geen ondersteuning biedt voor dit soort apparaten.

Waarom Homebridge

Maar niet getreurd: bij veel van deze producten is het alsnog mogelijk om de koppeling met HomeKit te maken. Door een Raspberry Pi aan je netwerk te hangen en daar Homebridge op te installeren, heb je een apparaatje dat de officieuze brug vormt tussen allerlei gadgets en je HomeKit-verzameling. En die Raspberry Pi is klein genoeg om naast al die andere domoticahubs in dezelfde meterkast te hangen. Dat brengt twee hele grote voordelen met zich mee.

Ten eerste staan al je eerder niet-ondersteunde apparaten voortaan in de officiële Woning-app op je Apple-apparaat, waardoor je niet langer tussen meerdere apps hoeft te schakelen om je huis te bedienen. Ook vind je ze in het Bedieningspaneel terug waarmee je ze snel kunt besturen en ze zijn toegankelijk met stemassistent Siri. Bovendien staan ineens al je accessoires gesorteerd op kamer in plaats van op losse apps per productsoort.

©PXimport

Voordeel twee: alles dat in HomeKit staat, kan vanuit de Woning-app worden geautomatiseerd. Zo kun je bijvoorbeeld instellen om de Hue-lampen aan te zetten zodra de Nest-camera beweging detecteert, ondanks het feit dat die Nest-camera nooit op die manier met je lampen hoort samen te werken. Het stelt je huis open voor een reeks nieuwe automatiseringen die je leven nog iets makkelijker maken. Een gekoppelde lichtschakelaar kan meteen ook de gekoppelde thermostaatknoppen omhoog draaien en muziek op de Sonos starten, zodat bij binnenkomst in de woonkamer je hele ochtendroutine is opgestart.

In dit artikel leggen we uit hoe je Homebridge installeert en koppelt aan je netwerk. Daarbij leggen we vervolgens ook uit hoe dat kastje met de Woning-app op je iPhone praat, hoe je een plug-in installeert om apparaten te koppelen en waar je precies rekening mee moet houden.

Wat werkt met Homebridge? De lijst van apparaten die via Homebridge met HomeKit kunnen praten is groot. Denk bijvoorbeeld aan de thermostaten en camera’s van Nest, de lampen van Lifx en de gadgets van Ikea. Laatstgenoemde ondersteunt bij sommige accessoires al HomeKit, maar Homebridge voegt ondersteuning voor de rest toe. Ook kun je een Sonos-speaker via Homebridge toevoegen, zoals dat ook met een HomePod-speaker van Apple zelf kan, of een slimme Harmony-afstandsbediening koppelen. Dan kun je vanuit de Woning-app je televisie aan- of uitzetten. Een lijst met geverifieerde plug-ins staat op de HomeBridge-wiki. Daarnaast is er nog meer, maar deze plug-ins zijn niet officieel goedgekeurd door de makers. Ze zijn in de praktijk vaak wat onafgewerkt en lastiger in te stellen.

Wat heb je nodig?

De betreffende software is beschikbaar voor Linux, macOS, Windows en Docker, waardoor je het zelfs op een al draaiende netwerkschijf in je trapkast kunt draaien. Wij richten ons in dit artikel op de installatie op een Raspberry Pi. Deze minicomputer is energiezuinig, wat belangrijk is bij een apparaat dat altijd aan moet blijven staan. Bovendien kun je een Pi voor een paar tientjes kopen, waardoor het project financieel niet uit de klauwen zal lopen.

Homebridge werkt op alle modellen van de Raspberry Pi, hoewel je bij de Pi 1 en 2 genoodzaakt bent om dan de ethernetpoort te gebruiken. Pas vanaf de Pi 3 is wifi ingebouwd. Voor 1 en 2 kun je wel een losse wifi-dongle kopen, maar voor dat extra geld heb je even goed een Pi 3 of Zero in huis gehaald.

Ons advies is daarom een Pi 3 te gebruiken voor dit project. Die is ook krachtig genoeg om met gemak video’s van gekoppelde camera’s te verwerken en wordt in veel winkels voor een zacht prijsje van de hand gedaan – winkeliers willen van de Pi 3 af om plaats te maken voor de nieuwere, krachtigere Raspberry Pi 4.

©PXimport

De Pi Zero is een alternatief voor wie zo min mogelijk wil besteden, al moet je dan wel het wifi-exemplaar kopen. Dit apparaat heeft immers geen ethernetpoort. Een standaard usb-lader is vaak voldoende om iedere Pi met Homebridge van voldoende stroom te voorzien. Daarnaast heb je een micro-sd-kaart met minstens 4 GB opslag nodig, plus een kaartlezer om de Pi op een computer aan te kunnen sluiten. 

Meer opslag kan altijd, maar is niet vereist: de plug-ins nemen buitengewoon weinig ruimte in beslag. En bij het gebruik van videocamera’s worden de opnames gemaakt met iCloud, waardoor ze niet op het apparaat zelf worden opgeslagen. Uiteraard heb je ook een computer nodig om de kaart voor te bereiden en later de Homebridge mee in te stellen, het gebruikte besturingssysteem maakt niet uit.

Lees ook:Welke Raspberry Pi kun je het beste kopen?

Homebridge op micro-sd-kaartje zetten

Voordat we beginnen, moeten we Homebridge op de micro-sd-kaart installeren. Dat is gelukkig vrij simpel. Op de website van de makers kun je een vooraf gemaakt ‘image’ downloaden, dat je met het programma Etcher heel gemakkelijk op de kaart installeert. Het image is in feite een kaart met het besturingssysteem Linux, waarop alle benodigde bestanden al zijn geïnstalleerd en ingesteld om automatisch op te starten.

Download hier Etcher

Download hier Homebrige

Steek de micro-sd-kaart in de kaartlezer van je computer, start Etcher op en druk op Select image. Vervolgens ga je naar de map waar je zojuist je download hebt uitgepakt en selecteer je het reeds uitgepakte image-bestand. 

Klik hierna op Select target en kies de micro-sd-kaart die je hebt ingevoerd. Pas op: alles dat hierop staat wordt verwijderd, dus maak een back-up van de kaart als er nog iets belangrijks op staat.

©PXimport

Start vervolgens het proces, waarna je een paar seconden of minuten moet wachten. De tijdsduur hangt af van hoe snel je kaartlezer en micro-sd-kaart zijn. Werp de micro-sd-kaart uit zodra Etcher zegt dat alle stappen goed zijn verlopen en stop hem in de (nog uitgeschakelde) Raspberry Pi.

Wil je Homebridge via ethernet met je netwerk verbinden, dan hoef je nu alleen nog maar de kabel in het apparaat te pluggen en hem in te schakelen. Ga hieronder dan verder naar het kopje ‘Openen vanuit de browser’ om te lezen wat je nu moet doen. Zit je liever op het wifi, lees dan eerst het kopje ‘Verbinden met wifi’ door om op de juiste wijze verbinding te leggen met de Pi.

Verbinden met wifi

Sluit de Raspberry Pi aan op de stroom en wacht ongeveer twee minuten. Pak vervolgens een smartphone of computer en zoek vanaf dit apparaat naar nieuwe wifi-netwerken. Als het goed is staat het wifi-punt Homebridge WiFi Setup hier nu tussen. Deze wordt uitgezonden vanaf de Pi om je te helpen het wifi-wachtwoord in te stellen. Klik erop en wacht even totdat er een webpagina in beeld springt. Vanaf deze pagina kun je de naam en het wachtwoord van je netwerk invullen.

Selecteer de router waar de Pi mee moet verbinden en vul vervolgens de door jou ingestelde router-informatie in. De pagina zal hierna verdwijnen en je raakt de wifi-verbinding kwijt: de wifi-antenne wordt nu namelijk gebruikt om met je netwerk te praten. Na een minuut of twee is het apparaatje opnieuw opgestart en is er een wifi-verbinding gelegd.

Openen vanuit de browser

De Homebridge is nu ingesteld en met het netwerk verbonden. Je kunt vanaf een smartphone of computer met de webinterface van het apparaat verbinden, zodat je daar plug-ins kunt configureren om apparaten te koppelen. Dit is de voornaamste manier waarop je met de Homebridge zult communiceren. Voor technische zaken is het ook mogelijk vanuit een terminal in te loggen, maar dat is gelukkig zelden nodig.

Verbind je vanaf een smartphone of Mac, dan is het vrij gemakkelijk om het adres van de Homebridge te vinden: open je browser en tik de domeinnaam homebridge.local in. Deze is standaard toegewezen en wordt door browsers op deze apparaten correct geïdentificeerd.

Wie Windows gebruikt, moet de instellingen van de router openen en de lijst met verbonden apparaten opzoeken. Daartussen vind je de Pi onder de naam Homebridge, met daarachter een ip-adres dat je in de browser kunt invoeren. Je kunt ook de smartphone-app Fing installeren op een iPhone of Android om hiermee het adres te achterhalen.

©PXimport

De webinterface van Homebridge bestaat uit een grote qr-code linksboven, met daarnaast de specificaties van je apparaat. Met de tabbladen bovenin kun je naar de algemene instellingen en de configuratie van specifieke plug-ins navigeren. Voordat we een plug-in configureren, gaan we eerst de Homebridge aan HomeKit verbinden.

Apparaten aan Homebridge toevoegen

Laat de webinterface van HomeKit op je computer openstaan en start vanaf een iPhone of iPad de app Woning. Tik rechtsboven op het plusicoon en kies voor Nieuw accessoire. Het camerabeeld verschijnt op het scherm, dat je vervolgens op de afgebeelde qr-code kunt richten. Eenmaal geïdentificeerd, wordt de juiste koppelingscode automatisch doorgegeven. Doorloop hierna de stappen op het scherm totdat de Homebridge verbonden is.

Ieder apparaat dat je hierna via een plug-in aan Homebridge koppelt, zal automatisch verschijnen in de Woning-app op je Apple-apparaten. Met als uitzondering televisies en camera’s. Daarvoor moet je dit proces telkens opnieuw doorlopen om ze goed te configureren. Zie je iets niet staan? Herstart de Homebridge dan vanuit het instellingenscherm in de webinterface.

©PXimport

©PXimport

Nu de Homebridge goed verbonden is, kun je jouw gewenste apparaten koppelen door een plug-in te installeren. Klik vanuit de webinterface op Plugins en zoek naar de door jou gewenste dienst om te verbinden. Wie een Nest wil verbinden, kan bijvoorbeeld de plug-in homebridge-nest aanklikken om te installeren.

Een speciaal configuratieveld helpt bij het koppelen van het door jou gewenste apparaat. Bij een Nest-apparaat moet je bijvoorbeeld inloggen op home.nest.com, vervolgens browsen naar home.nest.com/session en de code achter access_token kopiëren naar het hiervoor bedoelde veld in de Homebridge-interface. Wie een Google-account gebruikt om te verbinden, moet op een complexere wijze een token vinden. Dat proces wordt op de plug-inpagina beschreven.

Koppelingscodes vinden

Nagenoeg ieder apparaat dat je met de Homebridge wilt koppelen, vereist dat je via-via zo’n unieke koppelingscode vindt om in de software in te voeren. Vaak doe je dat door net zoals bij Nest op een site in te loggen, maar soms hoef je enkel het ip-adres van bijvoorbeeld je robotstofzuiger over te typen. In de meeste gevallen vind je op de configuratiepagina instructies hoe je dit instelt. 

Zie je geen instructies? Dan loont het om op npmjs.com de naam van de plug-in op te zoeken. Op die site zijn er veel verzameld, inclusief handleiding om ze goed werkend te krijgen.

Bij het instellen van een plug-in heb je soms de keuze om het type HomeKit-apparaat te kiezen. Dat kun je zelf bepalen, afhankelijk van hoe je de plug-in wilt gebruiken. Een camera kan als videobeeld in je Woning-app komen te staan of als bewegingssensor functioneren. Bij die eerste kun je zien wat er voor de deur gebeurt, terwijl die laatste aan de hand van een automatisering bijvoorbeeld de lichten activeert.

Sommige apparaattypen worden officieel niet door HomeKit ondersteund, maar zijn door de hobbyprogrammeurs van Homebridge voorzien van een handige, alternatieve vorm. Een robotstofzuiger is in de app bijvoorbeeld een lichtschakelaar. Dat ziet er gek uit, maar is hartstikke logisch: je hoeft hem alleen aan of uit te zetten. Het is in de Woning-app mogelijk het icoon te wijzigen, zodat je ze niet verwart met bestaande gadgets.

Alles geactiveerd houden

Met bovenstaande ben je er al: zolang de Homebridge geactiveerd is, zullen alle ingestelde apparaten verbonden blijven met je HomeKit-systeem. Het is daarbij van groot belang dat zowel de Raspberry Pi als de mogelijke verbindingshubs met je netwerk verbonden blijven. De Homebridge vervangt niet de verbindingskastjes die je hiervoor al gebruikte.

Na bijvoorbeeld een netwerkstoring heeft de Pi soms problemen, waarna het verstandig is hem even te herstarten. Doe dat echter niet door de usb-kabel uit de Pi te halen: dan riskeer je dat de micro-sd-kaart gecorrumpeerd raakt en onbruikbaar wordt. Open altijd de webinterface en start met de softwareknop vanuit hier het apparaat opnieuw op.

Verder kan er na het instellen gelukkig weinig misgaan. Zolang je niks vreemds doet, blijft de Homebridge gewoon werken én heb je een veel slimmere Apple Woning-app dan hiervoor het geval was.

▼ Volgende artikel
Je eigen handtekening in Word: signeren in stijl
© Andreas Prott - stock.adobe.com
Huis

Je eigen handtekening in Word: signeren in stijl

Je wilt brieven, verslagen en documenten in Word voorzien van een echte handtekening? Dat kan bijvoorbeeld met een tablet-pc en een digitale pen. Als je die niet hebt, dan kun je gebruikmaken van de OneDrive-app van Microsoft, als die op je telefoon staat.

Lees ook: Dicteren in Word: typen is zilver, spreken is goud

Stap 1: Scannen

Eerst zet je de handtekening op papier en daarna open je de mobiele OneDrive-app. Die app synchroniseert snel met de cloudopslag van Microsoft én is voorzien van een prima scanfunctie. Wellicht moet je de toegang tot de camera van je telefoon nog toestaan. Wanneer de app geopend is, tik je op het blauwe plusteken en dan selecteer je onderaan de optie Foto scannen. Vervolgens zorg je dat de handtekening goed belicht is en neem je een foto van de handtekening.

In de volgende stap kun je de handtekening uitsnijden. Daarna tik je onderaan op de Filters en je kiest de filteroptie Document of Zwart-wit. Voordat je de app sluit, moet je de afbeelding een naam geven en aanduiden in welke map dit bestand wordt opgeslagen.

Optimaliseer de helderheid en het contrast met het filter Document.

Stap 2: Invoegen

Vervolgens kun je de foto van de handtekening invoegen op de gewenste locatie van het Word-document. Gebruik in het tabblad Invoegen de knop Afbeeldingen. Daarna kies je bij Afbeelding invoegen de optie Dit apparaat. In de Mac-versie van Microsoft Word kies je Invoegen / Afbeeldingen / Afbeelding uit bestand. Na het invoegen kun je de afbeelding nog verkleinen. Zorg dat de afbeelding geselecteerd is en sleep de hoeken van het selectiekader om de handtekening te schalen.

Je kunt de handtekening schalen door de hoekpunten te verslepen.

Stap 3: Bouwsteen

Om de handtekening altijd bij de hand te hebben, kun je er een zogeheten Bouwsteen van maken. Selecteer de ingevoegde handtekening en eventueel de aanvullende tekst. Gebruik de toetscombinatie Alt+F3 of ga naar Invoegen / Snelonderdelen / Selectie opslaan in galerie Snelonderdelen. Voeg een korte beschrijving toe onder Naam.

In de toekomst kun je deze bouwsteen razendsnel toevoegen via het tabblad Invoegen. Kies Snelonderdelen / Autotekst en klik op het onderdeel met de handtekening. Een snellere manier van invoegen is de naam van de bouwsteen typen, gevolgd door F3. Let op dat er geen spatie staat tussen de naam van de bouwsteen en de cursor wanneer je op F3 drukt.

Geef het nieuwe Snelonderdeel een naam.

▼ Volgende artikel
Je energierekening onder de loep: wat apparaten écht verbruiken
© Alex Yeung - stock.adobe.com
Energie

Je energierekening onder de loep: wat apparaten écht verbruiken

Krijg je het benauwd van je energierekening? Dan is het logisch dat je je afvraagt hoeveel stroom je apparaten daadwerkelijk verbruiken. De koelkast, oven, televisie, vaatwasser en wasmachine – ze draaien dagelijks, maar wat kosten ze je precies? In dit artikel leer je hoe je met een eenvoudige berekening inzicht krijgt in het stroomverbruik per toestel.

Dit artikel in het kort:

Het is verstandig dat je weet ongeveer hoeveel een elektrisch apparaat verbruikt. Je begint met het achterhalen van het vermogen in watt. Daarna kun je het verbruik in kilowattuur berekenen door getallen te vermenigvuldigen.

Hierdoor word je bewust van de elektriciteitsconsumptie van ieder apparaat. Bij de aankoop van een nieuw toestel kun je exact voorspellen wat de impact zal worden op de energierekening.

Lees ook: Grip op je energieverbruik: houd bij wat al jouw apparaten verbruiken

De bewuste verbruiker

Wie het precies wil weten, kan een energiemeter aanschaffen. Die plug je tussen het stopcontact en het apparaat waarvan je het verbruik wilt meten. Handig, maar zelfs de eenvoudigste modellen geven al snel een berg aan cijfers. Voor wie daar niet meteen wijs uit raakt, of een aankoop nog overweegt, is er een alternatieve manier. Door zelf een eenvoudige berekening te maken, krijg je snel en overzichtelijk inzicht in het stroomverbruik van een apparaat. Bovendien kun je op die manier gemakkelijk verschillende toestellen met elkaar vergelijken.  

©Dirk Schoofs

Door alle apparaten een tijdje aan een energiemeter te hangen, leer je het verbruik kennen.

Watt maal gebruikstijd: zo bereken je het verbruik

Het vermogen van een elektrisch toestel – uitgedrukt in watt (W) – vind je meestal op een sticker of typeplaatje aan de onder- of achterkant. Als je dit wattage vermenigvuldigt met het aantal uren dat je het toestel gebruikt, en vervolgens met het aantal dagen per jaar, weet je hoeveel energie het jaarlijks verbruikt. Deel dat getal door duizend om het om te zetten naar kilowattuur (kWh), en vermenigvuldig het resultaat met de actuele stroomprijs. Voor dit artikel rekenen we met een gemiddelde elektriciteitsprijs van 0,27 euro per kWh (september/oktober 2025).

💡KILOWATT VERSUS KILOWATTUUR

Op elk toestel en huishoudelijk apparaat vind je het energetisch vermogen van dat toestel uitgedrukt in watt of W. De eenheid dankt zijn naam aan een Schotse ingenieur James Watt, die beschouwd wordt als de uitvinder van de moderne stoommachine. In die tijd was er nog geen sprake van elektriciteit.

Hoe groter het aantal watt, het vermogen dus, hoe krachtiger het toestel. Om niet bij ontzettend grote getallen uit te komen gebruikt men bij grote apparaten liever de eenheid kilowatt (kW), wat overeenkomt met 1000 watt.

Watt en kilowatt worden vaak verward met kilowattuur (kWh). Kilowattuur heeft niets te maken met vermogen maar met energieverbruik. Daarom lees je de W en kW op het apparaat en kWh op de energierekening. 1 kWh is het verbruik van een elektrisch toestel met een vermogen van 1000 watt gedurende 1 uur.

Onthoud dus: watt en kilowatt slaan op vermogen, kilowattuur slaat op verbruik.

Enkele voorbeelden… 

Badkamerheater

Stel dat een gezin in de koude maanden – van oktober tot en met maart – dagelijks één uur lang een elektrische badkamerverwarmer van 1200 watt gebruikt. Dat komt neer op 182 dagen. De berekening is eenvoudig: 1 uur × 182 dagen × 1200 W = 218.400 wattuur. Omgerekend is dat 218,4 kWh. Bij een stroomprijs van 0,27 euro per kWh kost dat op jaarbasis 59 euro.

Strijkijzer

Een strijkijzer met een vermogen van 2500 watt, dat je twee uur per week gebruikt, tikt ook aan. De som: 2 uur × 52 weken × 2500 W = 260.000 wattuur, oftewel 260 kWh. Met dezelfde stroomprijs kom je uit op een jaarlijkse kost van 70,20 euro.  

©PhotoSG - stock.adobe.com

Wekkerradio

Op het eerste gezicht lijkt het verbruik van een wekkerradio verwaarloosbaar, maar dit bescheiden apparaatje draait 24 uur per dag, het hele jaar door. Met een vermogen van 5 watt ziet de berekening er zo uit: 24 uur × 365 dagen × 5 W = 43.800 wattuur, oftewel 43,8 kWh. Dat is goed voor een jaarlijkse kost van 11,83 euro – toch niet niks voor een apparaat dat je amper gebruikt.

Heb jij al een klokje in de douchecabine hangen?

Met deze douchewekker bespaar je tijd, stroom en water!

Ben je een kleine of grote stroomverbruiker?

Hoeveel elektriciteit een huishouden verbruikt, hangt natuurlijk af van het aantal mensen, hun gewoonten en het type apparaten in huis. De afgelopen jaren is het gemiddelde verbruik gestegen, mede door de opkomst van nieuwe toestellen zoals elektrische fietsen, oplaadbare auto’s, en het steeds intensiever gebruik van smartphones en andere gadgets. Tegelijk worden veel apparaten juist energie-efficiënter. Dat maakt het beeld genuanceerd: meer stroomverbruik, maar soms ook bewuster en zuiniger. 

Aantal bewonersGemiddeld verbruik/jaar
11800 kWh
22500 kWh
33500 kWh
44500 kWh
55000 kWh
💡LET OOK OP HET SLUIPVERBRUIK

Sluipverbruik is het stiekeme verbruik van elektrische apparaten waarvan je denkt dat je ze hebt uitgeschakeld. Dit sluipverbruik kan oplopen tot 8 procent van het totale verbruik. In dit artikel lees je over wat het gemiddelde sluipverbruik is per apparaat. Je leest ook hoe je dit sluipverbruik kunt vermijden.

Wat zijn de grootste stroomvreters in huis?

Verwarming en airco

In veel huishoudens voeren verwarming en airconditioning de lijst van energieslurpers aan. Logisch, in een land waar de winters guur en de zomers steeds warmer worden. Het vergt nu eenmaal veel energie om het binnen aangenaam te houden. Gelukkig beschikken veel moderne systemen over een Eco-stand, waarmee je het verbruik aanzienlijk kunt beperken.

Elektrische boiler

Een boiler die zorgt voor warm water in de keuken en badkamer – bijvoorbeeld een model van 150 liter – kan bij een gezin van vier personen oplopen tot een verbruik van wel 2500 kWh per jaar. Dat maakt het een relatief dure oplossing, zeker als je elektrisch verwarmt.

Diepvriezer en koelkast

Koelkasten en diepvriezers staan nooit stil en draaien dus dag en nacht. Samen zijn ze goed voor gemiddeld 500 kWh per jaar. Vooral oudere modellen zijn vaak niet erg zuinig. Een koelkast met energielabel C verbruikt bijvoorbeeld 2,5 keer meer dan een toestel met label A. Ontdooi regelmatig, kies voor een toestel met een A-label, en plaats het niet naast een warmtebron zoals een droger of oven – dat scheelt echt.

Wasmachine

Gemiddeld draait een gezin zo’n 200 wasbeurten per jaar. Een moderne wasmachine met energielabel A verbruikt dan ongeveer 180 kWh. Hoe warm je wast, maakt een groot verschil: een wasbeurt op 40 graden verbruikt tot 30 procent minder energie dan een op 60 graden. Wil je zuinig wassen? Kies dan voor een lage temperatuur, een volle trommel en gebruik de Eco-stand.

Wasdroger

Vooral in de herfst en winter is een wasdroger erg praktisch. Maar dat gemak heeft een prijs: het verbruik ligt rond de 500 kWh per jaar. Wie zijn was regelmatig aan een rekje laat drogen, bespaart dus niet alleen energie, maar ook flink wat geld.

Vaatwasser

Een zuinige vaatwasser met energielabel A komt gemiddeld uit op 220 kWh per jaar. Door het Eco-programma te gebruiken kun je tot 60 kWh besparen. De vuistregel: zet je vaatwasser pas aan als hij helemaal vol is. Zo haal je het maximale rendement uit elk programma.

Oven

De oven is een van de meest energie-intensieve apparaten in de keuken. Afhankelijk van hoe vaak je hem gebruikt, schommelt het jaarlijkse verbruik tussen de 160 en 200 kWh. Ook hier loont het om bewuster te plannen: bak meerdere gerechten na elkaar, zodat de ovenwarmte optimaal wordt benut.

Circulatiepomp

Een verrassende stroomverbruiker is de circulatiepomp van je verwarmingsinstallatie. In oudere systemen draait deze pomp het hele stookseizoen onafgebroken, vaak met een vermogen van 70 tot 80 watt. Bij 6000 draaiuren per jaar kom je dan uit op een verbruik tussen de 420 en 480 kWh – méér dan een koelkast, wasmachine of vaatwasser. Moderne cv-installaties hebben efficiëntere pompen met drie standen, die slechts 25 tot 75 watt vragen. Een slimme vervanging kan dus behoorlijk wat opleveren.