ID.nl logo
Overstappen van gasfornuis naar inductieplaat: de voor- en nadelen
© HENADZY - stock.adobe.com
Energie

Overstappen van gasfornuis naar inductieplaat: de voor- en nadelen

Koken op inductie is de laatste jaren alsmaar populairder geworden. Zo’n strakke inductiekookplaat ziet er stijlvol uit in een moderne keuken. Daarnaast bakt en kookt inductie sneller en het is veiliger. Toch bestaan er nog veel misverstanden en vragen over deze kookplaten. Laten we de voor- en nadelen op een rij zetten.

In het kort… De inductiekookplaat verdringt de klassieke elektrische kookplaat, de keramische plaat en het gasfornuis. We zetten de voor- en nadelen van de inductiekookplaat op een rij. Denk aan gebruiksgemak, energieverbuik en de kosten.

Ook interessant voor jou: Zo maak je aanspraak op de nieuwe subsidie voor elektrisch koken

Net als de klassieke elektrische fornuizen werken inductieplaten op elektriciteit. Het grote verschil zit hem in het feit dat de klassieke elektrische kookplaten de kookpannen opwarmen door geleiding. Deze platen worden heet en door het contact warmen de pannen op. Bij inductie wordt de kookplaat niet heet, maar via elektromagnetische inductie warmt de pan wel op. 

Zonder pan niet heet

Onder de kookplaat bevindt zich een koperen wikkeling waar stroom doorheen gaat. Wanneer je op deze wikkeling een oppervlak plaatst waarin magnetiseerbaar materiaal is verwerkt, zoals de bodem van een kookpan, ontstaat er wervelstroom in de bodem van de kookpan. Deze wervelstroom wordt door de weerstand van de bodem omgezet in warmte. Bij inductie is het de bodem van de pan die onmiddellijk warm wordt en niet de kookplaat. Zonder pan wordt de kookplaat dus niet heet.

©obje 0bje

Het metaal waarop het ei ligt, wordt heet, de kookplaat zelf niet. 

Typen inductiekookplaten

Er zijn drie verschillende typen inductiekookplaten. Fase 1 is de kookplaat die het minst krachtig is en die je op een gewoon stopcontact kunt aansluiten. Een nadeel van dit type is dat de kracht afneemt als je meerdere kookzones tegelijk aanspreekt.

De meest gebruikte inductiekookplaat voor huishoudens is het type fase 2. Hiervoor moet de elektriciën meestal wel een andere aansluiting maken naar de meterkast. Type fase 3 is een bijzonder krachtige inductiekookplaat die je tegenwoordig steeds vaker in een gewoon huishouden ziet. Daarvoor heb je wel een driefasen-aansluiting nodig. 

INDUCTIE VERSUS KERAMISCH Wanneer een inductiekookplaat en een keramische kookplaat uitgeschakeld zijn, zie je nauwelijks verschil. Beide kookplaten bestaan uit een zwarte glasplaat. Bij een keramische kookplaat worden de kookzones wel heet. Deze zones hebben enkele minuten nodig om op te warmen. Een inductiekookplaat werkt met een magnetisch veld waarbij de kookzones niet heet worden, maar de pan zelf wel. Bovendien zet de inductiekookplaat de energie efficiënter in en daarom is deze veel energiezuiniger dan de keramische kookplaat. 

Voordelen van inductie

  • De verbranding van een gasfornuis benut slechts 60 procent van de opgewekte energie. Bij koken op inductie wordt 90 procent van de opgewekte energie benut. Inductie gaat dus efficiënter met de energie om. 

  • Wanneer er restjes op de kookplaat terechtkomen, branden die niet aan, want de warmte zit hem niet in de kookplaat, maar in de kookpan. Een inductiekookplaat is gemakkelijker in onderhoud, want hier heb je geen ingebrande troep nadat een pan overkookt.

  • Inductie is veiliger, want er is geen open vuur. Er is geen risico op een gaslek en het vet dat uit de pan spettert, kan evenmin ontbranden door de vlam. Bij inductie loop je bovendien minder risico om je te verbranden. Meestal bevat een inductiekookplaat zelfs een kinderbeveiliging. Wanneer je de pan van de inductiekookplaat haalt, wordt er geen energie meer gegenereerd. Je kunt je dus alleen nog verbranden aan de pan.

  • Een inductiekookplaat is flexibeler door een reeks interessante functies. Denk maar aan de boost-stand waarmee je heel snel water aan de kook brengt. Vaak kun je twee kookzones ook gebruiken als één grote zone, waarop je grote kookpannen kunt plaatsen. 

  • Inductie reageert snel op temperatuurwijzigingen. Brandt iets aan? Verlaag dan het vermogen en de pan zal gelijk minder heet worden.

  • Het vermogen van inductie is beter regelbaar dan bij een gasfornuis. Je kunt gerechten traag laten garen, wat bijna onmogelijk is op gas. 

  • De inductieplaat is makkelijker schoon te maken. De kookzones van een inductiekookplaat worden niet zo vies. Even een doekje eroverheen en klaar is Kees. Bij een gasfornuis is dat wel even anders 

  • Inductiekoken geeft de keuken een luxueuze strakke uitstraling. De kookplaten worden bediend door ingebouwde aanraaktoetsen (tactiele schakelaars). 

©Lazy_Bear - stock.adobe.com

En nu de nadelen…

  • Inductiekookplaten zijn duurder. Een kleine kookplaat van 60 cm met vier kookzones kost ongeveer 400 euro. Voor een grote kookplaat die voorzien is van de nieuwste snufjes kan de prijs oplopen tot 2500 euro en meer. Een gewoon gasfornuis met 4 gaspitten kost tussen 100 en 200 euro.

  • Je hebt pannen nodig met een gladde bodem die uit magnetisbaar materiaal bestaan. Je kunt dat eenvoudig testen. Neem een magneet en voel of die wordt aangetrokken door de bodem. Is je lievelingspan niet magnetiseerbaar, dan kun je een adapter gebruiken om die tussen de kookplaat en de pan te leggen. Zo’n accessoire kan de kooktijd wel vertragen. De pannensets van de afgelopen jaren zijn bijna allemaal geschikt voor inductie.

  • Vooral oude en goedkope inductiekookplaten kunnen een zoemend geluid maken dat afkomstig is van een kleine koelventilator.

  • Je moet je elektrische aansluiting laten nakijken. Vaak moet je een nieuwe kabel laten aanleggen naar de meterkast. Houd hiermee rekening bij de kostenberekening. Het inbouwmodel van de inductiekookplaat heeft een kookgroep van tweemaal 16 ampère met vijf draden nodig.

Zie voor meer informatie over het aansluiten van kookplaten ons artikel Elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat!

De finishing touch, de inductiebeschermer

De glazen bovenzijde van deze kookplaat kan tegen een stootje, maar krassen en kringen zijn nooit uitgesloten. Om dit te vermijden, kun je over de kookplaat een beschermer plaatsen wanneer je het fornuis niet gebruikt. Op die manier vrijwaar je de plaat van krassen en stof en vergroot je de werkruimte. Deze beschermer is 1,5 mm tot 2 mm dik en oprolbaar, zodat je hem tijdens het koken gemakkelijk kunt opbergen. Je vindt eindeloos veel prints: effen zwart, marmer, een skyline van je favoriete stad enzovoort … Bovendien kun je een beschermer laten maken van een eigen foto. Er zijn ook inductiebeschermers te koop van Italiaans leer die op maat worden gemaakt. 

©www.inductiebeschermer.nl

Je kunt de inductiebeschermer zelfs verkrijgen in Italiaans leer.  (foto: )

Bescherm je inductieplaat met een decoratieve plaat

Zo blijft hij langer mooi

INDUCTIE EN GEZONDHEID Soms hoor je dat inductiekoken de werking van een pacemaker of een inplanteerbare defibrillator kan verstoren. De moderne pacemakers zijn goed beschermd en raken niet snel van slag. In de meeste gevallen zijn pacemakers bestand tegen de elektromagnetische straling die huishoudelijke apparaten opwekken, waaronder inductiekookplaten, maar sommige pacemakers zijn nu eenmaal gevoeliger voor verstoring. De Hartstichting) raadt aan om toch de cardioloog of pacemakertechnicus te raadplegen. De Hartstichting zegt dat voor mensen met een ICD (inplanteerbare defibrillator) inductiekookplaten bij normaal gebruik veilig zijn. De verhalen dat deze ongezond zouden zijn, omdat ze het immuunsysteem beïnvloeden, zijn niet onderbouwd door wetenschappelijk onderzoek. Je mag er dus vanuit gaan dat de inductiekookplaat je gezondheid niet beïnvloedt. 

Is inductie duurder of goedkoper dan gas?

Een gemiddeld huishouden verbruikt 40 kuub gas per jaar bij een gasprijs (januari 2024) van 1,47 per kuub. Dat geeft een totaal van 58,8 euro. Inductie zal 200 kWh aan stroom verbruiken. In januari 2024 kost dit gemiddeld 0,36 euro per kWh. Dit komt dus uit op een verbruik van 72 euro. Koken op gas is dus goedkoper, maar een verschil in verbruik van 14 euro per jaar vinden we verwaarloosbaar. Natuurlijk is er wel een behoorlijk verschil in aanschafprijs, waarbij je moet afwegen of de uitstraling en comfort voor jou de meerprijs waard zijn. 

Lees ook: De keramische kookplaat versus de inductiekookplaat: welke is zuiniger?

Meer doen om je gasverbruik te verminderen? Laat je adviseren door een vakman (m/v/x)!

Vraag een offerte aan voor warmtepompen:

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.