ID.nl logo
Verander je Raspberry Pi in een goedkope NAS
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Verander je Raspberry Pi in een goedkope NAS

Honderden euro’s neerleggen voor een NAS? Welnee! Voor een paar tientjes en wat vrije tijd knutsel je zelf een NAS in elkaar die aangestuurd wordt door een Raspberry Pi 3. Je sluit gewoon één of meerdere harde schijven via usb aan op het minicomputertje. Als NAS-besturingssysteem gebruik je OpenMediaVault, dat een gelikte webinterface heeft. Het is hiermee zelfs mogelijk om je harde schijven in RAID te configureren. In dit artikel leggen we je uit wat je allemaal nodig hebt voor je zelfbouw-NAS en hoe je daarbij te werk gaat.

1 Snelheid beperkt door usb

Eerst even een waarschuwing. Je kunt prima op een goedkope manier een NAS maken van een Raspberry Pi, maar verwacht geen snelheidsmonster. De aansluiting van de harde schijven via usb 2.0 levert een maximum doorvoersnelheid van 20 tot 30 MB/s op. Bovendien is ook de snelheid van de 100Mbit/s-ethernetpoort beperkt en is die poort ook nog eens op dezelfde interne usb-hub aangesloten als de usb-poorten. Ethernet en usb moeten de bandbreedte dus delen. Wifi haalt in theorie hogere snelheden, maar valt in de praktijk tegen. In realiteit haal je dus maximaal een snelheid van rond de 10 MB/s als je bestanden van je NASberry Pi downloadt. Lees ook: In 16 stappen Windows 10 op je Raspberry Pi.

©PXimport

2 OpenMediaVault downloaden

Voel je je niet al te beperkt door de lage doorvoersnelheid die je met een Raspberry Pi bereikt, download dan een van de images van OpenMediaVault voor de Raspberry Pi 2 of 3. Op het moment van schrijven was de recentste stabiele versie OpenMediaVault 2.2.5. Let op: de Raspberry Pi 1 wordt niet ondersteund door OpenMediaVault.

3 Image naar microSD-kaart schrijven

Het gedownloade image is een gecomprimeerd gz-bestand. Pak het uit, bijvoorbeeld met het programma 7-Zip. Open het gz-bestand met 7-Zip en klik op Extract om het img-bestand erin uit te pakken. Steek daarna een microSD-kaart in de kaartlezer van je computer en start het programma Win32DiskImager. Kies de schijfletter van je microSD-kaart, selecteer het img-bestand van OpenMediaVault en klik op Write om het besturingssysteem naar je kaartje te schrijven.

©PXimport

4 Raspberry Pi opstarten

Steek het microSD-kaartje in je Raspberry Pi en sluit het minicomputertje met een ethernetkabel op je thuisnetwerk aan. Sluit eventueel al één of meerdere harde schijven op de usb-poorten aan, hoewel dat later ook nog kan. En sluit tot slot de voeding aan, zodat je Raspberry Pi opstart. Toetsenbord en muis heb je niet nodig, want je stuurt OpenMediaVault via de webinterface aan. Zoek het IP-adres van je Pi op, bijvoorbeeld in de lijst met DHCP-leases van je router (of met een mobiele app als Fing) en surf naar het adres in je browser. Kies je taal, vul als gebruikersnaam admin en als wachtwoord openmediavault in en meld je aan.

5 Overzicht

Je krijgt nu standaard het bedieningspaneel met allerlei diagnostische gegevens te zien. Bovenaan zie je een lijst met alle ingeschakelde en gestarte diensten. Vlak na de installatie is alleen SSH ingeschakeld, waardoor je met de tool PuTTY op de commandline van je NAS kunt inloggen. In het widget daaronder zie je systeeminformatie, zoals het cpu-gebruik en geheugengebruik. Klik bovenaan op Toevoegen om widgets voor je bestandssysteem en je netwerkinterfaces toe te voegen. Met het kruisje verwijder je een widget en met het icoontje ernaast klap je het widget in of uit.

©PXimport

6 Diagnostieken

OpenMediaVault kan je veel meer tonen dan de systeeminformatie in het bedieningspaneel. In de linkerkolom vind je onder het kopje Diagnostieken naast het bedieningspaneel nog drie andere onderdelen. Met een klik op Systeeminformatie krijg je niet alleen hetzelfde overzicht als in het bedieningspaneel, maar in extra tabbladen krijg je nog gedetailleerdere systeeminformatie, waaronder prestatiestatistieken. Kijk bij problemen zeker onder Systeemlogbestanden: hierin vind je hopelijk de sleutel tot een oplossing. En onder Diensten krijg je naast een overzicht van de diensten ook de mogelijkheid om te zien wie er op die diensten actief is.

7 Je NAS instellen

Het volgende dat je doet is alle onderdelen onder Systeem afgaan voor wat basisinstellingen. Het wachtwoord van de gebruiker admin voor de webinterface verander je via Systeem / Algemene instellingen / Paswoord van de webbeheerder. Onder Datum en tijd stel je de juiste tijdzone in. Als je onder Melding de instellingen van de SMTP-server van je provider invoert, ontvang je via e-mail meldingen. En in Updatebeheer vink je updates aan en klik je op Bijwerken om je systeem te updaten. Vergeet niet om telkens als je iets verandert links bovenaan van het hoofdpaneel op Opslaan te klikken en dan rechts op Toepassen.

©PXimport

8 Schijf toevoegen

Als alle basisinstellingen in orde zijn, is het tijd om je opslag in orde te brengen. Sluit je harde schijf of schijven via usb op je Raspberry Pi aan. Klik daarna in het linkerpaneel op Opslag / Fysieke schijven. Selecteer de schijf en klik op Aanpassen. Hier stel je zaken in als energiebeheer, spindowntijd en schrijfcache. Klik daarvoor na het aanpassen op Opslaan. Het beste selecteer je daarna ook de schijf en klik je op Wissen, zodat je van een schone lei begint. Maak een keuze uit snel of veilig wissen.

9 Bestandssysteem aanmaken

We hebben nu een schijf toegevoegd en geïnitialiseerd, maar er staat nog geen bestandssysteem op. Ga daarom naar Opslag / Bestandssystemen en klik op Aanmaken. Kies in de keuzelijst bij Apparaat op je schijf. Geef eronder een label op, waarmee je het bestandssysteem een naam geeft. Laat het type bestandssysteem op EXT4 staan en klik op OK om het bestandssysteem aan te maken. Je krijgt nog een waarschuwing dat alle data verloren gaan, maar die hebben we toch al gewist. Klik op Ja om te bevestigen. Selecteer na het formatteren het aangemaakte bestandssysteem (kijk naar het label) en klik op Koppelen.

©PXimport

10 Gebruiker toevoegen

Voordat je bestanden op je NAS zet, definieer je gebruikers. Ga daarvoor naar Toegang tot rechtenbeheer / Gebruiker. Klik op Toevoegen en dan Toevoegen. Geef de gebruiker een naam (in kleine letters) en wachtwoord en vul eventueel de andere velden in. In het tabblad Groepen zie je dat de gebruiker standaard al aan de groep users is toegevoegd. Dat is voorlopig de enige groep waarvan de gebruiker deel moet uitmaken, andere groepen kun je later toevoegen. Klik op Opslaan om de gebruiker aan te maken. Herhaal deze stap voor elke gebruiker.

11 Gedeelde map definiëren

Vervolgens definiëren we een gedeelde map. Klik daarvoor op Toegang tot rechtenbeheer / Gedeelde mappen en dan op de knop Toevoegen. Geef de map een naam. Bij Schijf(deel) selecteer je het bestandssysteem dat je eerder hebt aangemaakt. Bij Bestandspad vul je het pad van de map in, als suggestie krijg je hier de naam van de map. Als het pad nog niet bestaat, maakt OpenMediaVault dit aan. Bij Permissies kunnen de beheerder en gebruikers standaard lezen en schrijven en krijgt de rest geen toegang. Verander dit indien nodig. Druk op Opslaan om de map aan te maken.

12 Toegangsrechten finetunen

De standaard toegangsrechten zijn goed als je alle gebruikers dezelfde toegang wilt geven. Wil je gebruikers verschillend behandelen, selecteer dan de gedeelde map en klik op Toegangsrechten. Hierin kun je voor alle gedefinieerde gebruikers de standaardpermissies aanpassen. Wil je bijvoorbeeld één gebruiker geen toegang geven tot de map, klik dan in de kolom Geen toegang bij die gebruiker. Klik tot slot op Opslaan.

©PXimport

13 Windows-netwerkdeling inschakelen

Nu je een map met toegangsrechten hebt, hoef je die alleen nog maar te delen. Daarvoor schakelen we Windows-netwerkdeling in. Die dienst vind je onder Diensten / SMB/CIFS. Vink Inschakelen aan. Verander eventueel je werkgroep als dat nodig is, maar normaal hoef je niets aan de andere instellingen te veranderen. Klik op Opslaan en ga naar het tabblad Gedeelde bronnen. Klik op Toevoegen en kies een gedeelde map. Als naam waaronder de map zichtbaar is in je netwerk, wordt standaard de naam gekozen die je voor de gedeelde map hebt opgegeven, maar je kunt die hier nog veranderen. Klik op Opslaan.

14 RAID opzetten

Voor een betrouwbare NAS gebruik je nooit maar één schijf. Als die schijf uitvalt, ben je immers al je bestanden kwijt. Gelukkig ondersteunt OpenMediaVault ook RAID. Voeg daarvoor de schijven toe die je voor RAID wilt inzetten en ga naar Opslag / RAID-beheer. Klik op Aanmaken en geef je RAID-apparaat een naam. Kies het gewenste RAID-niveau en selecteer de schijven die je in je RAID-systeem wilt opnemen. Klik op Opslaan. Wacht nu even tot je RAID-apparaat is geïnitialiseerd. Het is zover als er clean in de kolom State staat. Daarna maak je op het RAID-apparaat een bestandssysteem aan zoals in stap 9.

©PXimport

15 OpenMediaVault uitbreiden

Standaard is OpenMediaVault een eenvoudig NAS-besturingssysteem, maar de functionaliteit is uit te breiden met allerlei extensies. Je vindt ze onder Systeem / Extensies. Zo zijn er extensies voor SSH-toegang via een webinterface, om e-mails te synchroniseren met IMAP, om van gedeelde mappen automatisch een reservekopie te maken als je een externe schijf aansluit, om muziek via DLNA of AirPort te streamen, om een printserver van je NAS te maken en nog veel meer. Wil je een extensie installeren, vink ze dan aan en klik bovenaan op Installeren.

16 Nog meer uitbreiden

De extensies die je normaal te zien krijgt, zijn de officieel ondersteunde extensies van OMV-Extras. Andere repository’s schakel je via Systeem / OMV-Extras.org in. Daardoor krijg je toegang tot nog veel meer extensies, maar wees je ervan bewust dat ze niet officieel ondersteund zijn en je NAS dus instabiel kunnen maken. Zo kun je BitTorrent Sync installeren, downloadmanagers voor torrents en nieuwsgroepen, Plex Media Server en extensies om een Virtual Private Network (VPN) op te zetten. Vink de gewenste repository’s aan, klik op Opslaan en doorzoek de extensies in Systeem / Extensies.

©PXimport

Geen realtime klok

Elke keer dat je de configuratie van OpenMediaVault bijwerkt, krijg je op de Raspberry Pi een foutmelding: “Failed to execute command 'export LANG=C; monit restart collectd 2>&1': monit: Cannot connect to the monit daemon. Did you start it with http support?”. Deze en andere foutmeldingen hebben als oorzaak dat de Raspberry Pi geen realtime-klok heeft. Voor enkele euro’s vind je op DX.com of Alibaba een RTC die je op de GPIO-pinnen aansluit.

Software failure

Zo nu en dan geeft OpenMediaVault op de Raspberry Pi een gevaarlijk uitziende foutmelding: “Software failure. Press left mouse button to continue”. Klik dan ergens in de webinterface, waarna je wordt uitgelogd. Log opnieuw in en werk verder. Het lijkt een authenticatieprobleem te zijn, maar heeft op het eerste gezicht geen impact op de werking van je NAS. Het is alleen vervelend dat je opnieuw moet inloggen.

▼ Volgende artikel
Video trimmen in VLC: filmpjes eenvoudig inkorten
© monticellllo - stock.adobe.com
Huis

Video trimmen in VLC: filmpjes eenvoudig inkorten

Maak je weleens een filmpje? Daarin zitten meestal stukken die oninteressant zijn. Met de gratis tool VLC media player kun je zo’n video moeiteloos en nauwkeurig tot op het frame inkorten.

Mediatitel verbergen

VLC media player (www.videolan.org) is een van de populairste mediaspelers. Niet alleen omdat de opensource-software voortdurend wordt verbeterd, maar vooral omdat de app zoveel verschillende media moeiteloos kan afspelen en converteren. We gebruiken de tool ook graag om video in te korten. Standaard toont VLC in het begin gedurende enkele seconden de naam van het videobestand. Vind je dat (net als wij) storend, vooral als je in die zone een knip wilt geven? Schakel dit uit door de Eenvoudige voorkeuren te openen met Ctrl+P (met de P van preferences, op de Mac gebruik je Cmd+,). Ga naar het tabblad Ondertitels / OSD en haal het vinkje weg bij de optie Mediatitel weergeven bij starten van de video.

Zorg dat de mediatitel niet in beeld komt.

Beginpositie bepalen

Het splitsen van een video in VLC verloopt anders dan bij een gewone videobewerkingstool waar je een slider moet verplaatsen. Met VLC maak je een opname van het deel van de video dat je wilt extraheren uit een langer filmpje. Het ingekorte fragment wordt dan opgeslagen als een nieuw videobestand en het oorspronkelijke bestand blijft ongewijzigd. Open VLC en klik op Open bestand om de video te selecteren die je wilt inkorten. Laad de video en zoek de exacte positie waar je de video wilt splitsen. Om het je gemakkelijk te maken, kun je de spatiebalk gebruiken om het filmpje te pauzeren en met dezelfde toets zet je het terug in gang. Je kunt de video frame voor frame afspelen door de E-toets in te drukken. Als je de E-toets continu indrukt, verspringt de video in slow motion. Op deze manier ga je naar de plaats waar je de beginknip wilt geven. Klik dan op de rode opnameknop links onder de video.

Gebruik de opnameknop om het begin van het fragment aan te geven.

Opnemen

Laat de video verder lopen en/of gebruik de E-toets om de plaats te zoeken waar je het fragment wilt beëindigen. Klik opnieuw op dezelfde opnameknop om de laatste knip te geven. Dat is alles. De ingekorte video wordt automatisch opgeslagen in de map Video's op je computer. Op de Mac komt dit fragment in de map Films.

In de map Video’s staat het ingekorte filmpje.

▼ Volgende artikel
De Nothing Phone (3a) Lite is goedkoop, maar iets minder Nothing
© Nothing
Huis

De Nothing Phone (3a) Lite is goedkoop, maar iets minder Nothing

Het merk Nothing is inmiddels berucht én geliefd om zijn semi-transparante telefoons, dappere designkeuzes en de knipoog naar oldskool tech. Vandaag voegt het bedrijf daar een betaalbare variant aan toe: de Phone (3a) Lite. Die naam roept meteen vragen op, want hoe 'Lite' is hij eigenlijk?

Vandaag heeft Nothing de Phone (3a) Lite officieel onthuld. Vanaf 4 november ligt het toestel ook daadwerkelijk in de winkel voor een bedrag van 249 euro. Er zijn twee uitvoeringen beschikbaar met 8 GB RAM en 128 of 256 GB opslag, en die zijn leverbaar in de kleuren zwart en wit. Beide varianten bieden ruimte voor een microSD-kaart tot 2 TB, wat in deze prijsklasse vrij uitzonderlijk is.

Met die vriendelijke prijs positioneert Nothing het toestel overigens slim tussen de budget- en middenklasse in. Dus ónder de Nothing Phone (3a), maar boven instappers van bijvoorbeeld Realme of Motorola.

©Nothing

Kleine concessies

De transparante achterkant blijft, maar het Glyph-systeem – de lichtstrips waarmee je meldingen op de achterkant kunt waarnemen – lijkt te ontbreken. Nothing vermeldt het in elk geval niet op de officiële pagina, wat doet vermoeden dat het systeem hier is geschrapt of versoberd. Het toestel heeft een glass finish en een IP54-certificering tegen stof en spatwater, maar is vermoedelijk niet volledig van glas.

Het scherm is een 6,77-inch amoledpaneel met een resolutie van 1084 × 2392 pixels, een piekhelderheid van 3000 nits en een adaptieve verversing van 120 Hz. Het toestel draait op een MediaTek Dimensity 7300 Pro-chip (8-core, 4 nm, tot 2,5 GHz) met een Mali-G615 GPU. Niet de snelste op aarde, maar ruim voldoende voor dagelijks gebruik en je favoriete spelletjes. De batterij heeft een vermogen van 5000 mAh en kun je met 33 watt opladen; in twintig minuten zit je op 50 procent, volledig laden duurt ongeveer een uur. Ook reverse charging (5 watt) wordt ondersteund.

De camera’s zijn inmiddels officieel bevestigd: een 50 MP-hoofdcamera (f/1.88), een 8 MP-ultragroothoeklens (f/2.2) en een 2 MP-macrocamera (f/2.4). De selfiecamera telt 16 MP. Video’s schiet je in 4K met 30 fps of 1080p met tot 60 fps. Daarmee is het een nette, zij het eenvoudige, cameraconfiguratie voor deze prijsklasse.

Software

De telefoon draait op Nothing OS 3.5 (gebaseerd op Android 15). Versie 4.0, gebaseerd op Android 16, volgt later met nieuwe camera- en lockscreenfuncties zoals Stretch mode en Lock Glimpse.

Die laatste optie zorgt trouwens wel voor enige opschudding: Lock Glimpse zou advertenties laten zien op je vergrendelscherm. Gebruikers moeten naar links vegen om ze te bekijken en de functie is weliswaar opt-in, maar het is wél een breuk met Nothings eerdere ‘geen bloatware, geen onzin’-imago. Het voelt een beetje wrang: het merk dat ooit minimalisme predikte, introduceert nu vrijwillige reclame. Maar goed, een kleine prijs voor een lage prijs, zullen we maar zeggen.

Niettemin lijkt de Nothing Phone (3a) Lite een charmant compromis. Minder luxe, minder toeters en bellen, maar nog steeds een eigen gezicht in een markt vol generieke toestellen. Wie vooral design en merkbeleving zoekt voor een zacht prijsje, zal hier vermoedelijk blij van worden.

©Nothing

Conclusie

Met de Phone (3a) Lite brengt Nothing een deel van zijn kenmerkende design naar een lagere prijsklasse. De hardware is degelijk, de prijs scherp en de uitstraling is toch herkenbaar. Maar er zijn ook duidelijke concessies: geen Glyph-lichtshow deze keer, de camera’s zijn bescheiden, en die optionele advertenties...? Nou ja, een aantrekkelijke instapper dus, zolang je weet wat je inlevert voor dat lagere prijskaartje.