ID.nl logo
Hoe leer je programmeren?
© Reshift Digital
Huis

Hoe leer je programmeren?

Deze week staat in het teken van Hour of Code, en Computer!Totaal draagt natuurlijk graag zijn steentje bij. Het immers van cruciaal belang om kinderen te blijven leren hoe ze moeten programmeren! Programmeren kan iedereen namelijk zelf doen. Maar hoe leer je dat nou, je eigen programma's maken?

We schreven het al eerder dit jaar in Computer!Totaal: programmeerles op school neemt wereldwijd een grote vlucht. Eén op de tien Amerikaanse scholen is er al mee gestart. En als het aan president Obama ligt, zullen nog veel meer scholen volgen. Daartoe is de website Code.org in het leven geroepen, een platform voor docenten en leerlingen die zelf hun programmaatjes willen maken.

Sommige landen zijn een stap verder. In Engeland en Estland is programmeren inmiddels een verplicht vak. Misschien wel het verst is Vietnam. Daar leren kinderen op de basisschool programmeren, blijkbaar gebeurt dat heel voortvarend: naar verluidt doorstaan Vietnamezen na hun eindexamen moeiteloos de sollicitatietests van Google, het walhalla voor ICT-toppers.

Ook Nederland begint aan de weg te timmeren. Afgelopen voorjaar werd de CodePact ondertekend. Daarin staat dat 400.000 scholieren in groep 8 van de basisschool en eveneens 400.000 brugklassers gaan leren programmeren. Het besef is groter dan ooit: het is nuttig om te kunnen programmeren, al is het maar een beetje. En het is echt niet voorbehouden aan kinderen: met leren programmeren ben je nooit te laat.

©PXimport

Bob den Otter, oprichter van ICT-bureau Two Kings dat websites, apps en webtoepassingen ontwikkelt.

Iedereen kan het leren

Maar programmeren hoef je niet op school te leren, of op jonge leeftijd. Meer dan een gezond stel hersenen, enthousiasme en geduld is er niet voor nodig. Je hoeft er niet speciaal voor gestudeerd te hebben, je hoeft ook geen nerd te zijn of heel veel technische kennis te hebben. Komen we meteen bij het grootste vooroordeel: mannen zouden van nature meer talent hebben voor programmeren. ICT-deskundigen vegen dit beeld echter van tafel. Volgens Bob den Otter, oprichter van ICT-bureau Two Kings dat websites, apps en webtoepassingen ontwikkelt, kunnen ook meisjes prima leren programmeren: "Vooral op conferenties zie je dat de ICT-wereld helaas nog steeds een mannenbolwerk is, maar dat heeft denk ik meer te maken met rolpatronen en vooroordelen dan met natuurlijke aanleg. Meisjes krijgen sneller negatieve reacties uit hun omgeving. Daardoor raken ze sneller ontmoedigd."

Docent en onderzoeker Marieke Huisman van de Universiteit Twente: "Op de basisschool vinden meisjes de techniek meestal nog best leuk, maar in de pubertijd slaan de twijfels toe. Dan denken ze dat techniek niet leuk is, of iets voor nerds. Ook de media bevestigen deze beeldvorming. Over Yahoo-topvrouw Marissa Mayer werd ooit geschreven: 'Ze mag dan ingenieur zijn met een cijferfetisj, ze is ook een modeliefhebber met een exquise smaak'. Mijn interpretatie: hoewel ze allerlei nerdy, saaie dingen doet, heeft ze toch ook nog aandacht voor vrouwendingen."

Beiden denken dat ook meisjes echt wel slim genoeg zijn om te programmeren. Den Otter: "In principe kunnen ze het even goed als jongens. Er is geen wezenlijk verschil." Huisman: "Van de pakweg zeventig eerstejaars bij ons zijn er maar drie of vier vrouw. Dat is sneu. Maar die vrouwen doen qua prestaties niet onder voor de mannelijke studenten."

Girls only: het DigiVita Code Event

VHTO, landelijk expertisebureau meisjes/vrouwen en bèta/techniek, organiseert diverse bijeenkomsten voor meisjes die graag willen programmeren. Bij het DigiVita Code Event gaan meisjes in diverse workshops aan de slag met het maken van een app, game of website. Daarbij krijgen ze begeleiding van ICT-studentes en vrouwelijke ICT-professionals. Dit evenement duurt één dag. Meisjes die de smaak te pakken hebben, kunnen tijdens de DigiVita Zomerkamp zelfs een week lang leren programmeren op het Science Park in Amsterdam.

Aan de slag: de Bendoo Box

Enthousiast geworden om zelf te gaan programmeren? Je kunt op je eigen computer gaan programmeren, maar je kunt ook kiezen voor een losse mini-computer, zoals de Raspberry Pi. Het grote voordeel hiervan is dat je hem voor dat ene project(je) inzet, en er allerlei sensoren mee kunt verbinden. Het moederbedrijf van Computer!Totaal geeft de Raspberry Pi met software en toebehoren in een kant-en-klare set uit, in de vorm van de Bendoo Box. De box is vooral gericht op kinderen van 10 tot 14 jaar, maar uiteraard kan iedereen ermee aan de slag. De programma's Scratch en Python helpen je je eerste programmaatjes te maken. Gamers opgelet: zelfs Minecraft zit erop!

Het kloppend hart van de Bendoo Box is de Raspberry Pi, feitelijk alleen maar een chip. Maar wel een chip met aansluitingen voor usb, audio, HDMI en uiteraard voeding. Ook zitten er kleine GPIO-pinnetjes op, daarmee kun je de Pi verbinden met sensoren en een schakelaar. Naast de Raspberry Pi bevat de box diverse snoertjes, een geheugenkaartje met software, een wifi-adapter en een stevige behuizing waar de chip precies in past. En die behuizing heb je ook wel nodig, één keer koffie morsen en je noeste werk is mogelijk voor niets geweest ... Je moet zelf nog een beeldscherm aansluiten (dit mag ook een televisiescherm zijn, als er maar een HDMI-aansluiting aan zit). Heb je een computerscherm met alleen DVI? Dan moet je even een verloopkabeltje bijbestellen.

©PXimport

Aansluiten

De box bevat een duidelijk instructieboekje dat je stap voor stap uitlegt hoe je de Pi aan de praat krijgt. In feite is het niet veel meer dan alle stekkertjes aansluiten, het geheugenkaartje erin steken en aanzetten. De eerste keer zal dit iets langer duren, doordat er dan allerlei instellingen goed moeten worden gezet. Na het opstarten krijg je een scherm dat een beetje aan Windows doet denken. Daarin kies je een programma om mee te werken, bijvoorbeeld Scratch, Python en Minecraft.

©PXimport

Productinformatie

Website: www.bendoobox.nl

Prijs: 99 euro (standaardversie), 119 euro (snellere versie)

Besturingssysteem: Raspbian (meegeleverd)

Los verkrijgbare accessoires: 7inch-touchscreen, sensorplaat, verloopkabel HDMI-DVI, wifi-dongel

Wat kun je met de Bendoo Box?

Je eigen spelletjes

Met de programmeertaal Scratch ontwerp je zelf een simpel spelletje. De taal is speciaal bedacht voor kinderen en voor ieder ander die nog nooit heeft geprogrammeerd.

Je eigen website

Tover de Raspberry Pi om in een webserver. Je installeert WordPress en bouwt je eigen site. Die kun je koppelen aan je eigen domein.

Minecraft

Het populairste computerspel ooit draait ook op de Bendoo Box. Deze speciale versie heeft zelfs veel extra mogelijkheden dankzij de programmeertaal Python.

En verder?

Dit zijn de drie belangrijkste toepassingsmogelijkheden die in het instructieboekje worden besproken. Maar trouwe lezers weten dat er met de Raspberry Pi nog veel meer mogelijk is. Een eigen robot, een bewakingscamera, een mediaspeler, een navigatiesysteem voor in je auto, een helicam waarmee je luchtfoto's maakt? Dat kan allemaal. Wij hebben ook een aantal projecten uitgewerkt, hier vind je de workshops om het allemaal voor elkaar te krijgen.

Programmeren met Python

Werkt spelletjes maken met Scratch vooral visueel en interactief, de programmeertaal Python is heel anders. Hiervoor moet je reeksen commando's formuleren, die samen als één programma worden uitgevoerd. Door die tekstuele commando's is Python minder laagdrempelig, maar de extra moeite wordt royaal beloond: de mogelijkheden van deze taal reiken vele malen verder dan van Scratch.

Maar wat is dat Python eigenlijk? Even een snelle introductie: eind 1989 is deze taal bedacht door Guido van Rossum, destijds medewerker van het Centrum voor Wiskunde en Informatica (CWI) in Amsterdam. Python - genoemd naar Guido's favoriete tv-serie Monty Python's Flying Circus - is losjes gebaseerd op BASIC. Deze programmeertaal won vanaf de jaren 60 enorm aan populariteit, maar kreeg ook felle kritiek, met name vanuit academische kringen. Ook andere programmeertalen hadden zo hun nadelen. Dat kan beter, dacht men daar, en men voegde de daad bij het woord.

Lego voor programmeren

De introductie van Python bleek een gouden idee. Eigenlijk is Python het Lego van de programmeertalen: het is begrijpelijk genoeg om er snel iets eenvoudigs mee te maken, maar uitgebreid genoeg om er vrijwel elke klus mee te kunnen klaren. Geen wonder dat Python al snel over de hele wereld werd gebruikt. Eind jaren 90 maakten Google-oprichters Larry Page en Sergey Brin er dankbaar gebruik van bij het bouwen van de allereerste versie van hun zoekmachine. Python staat al jarenlang in de top 10 van meest toegepaste programmeertalen en wordt overal toegepast: internet, bankwereld, geografische informatiesystemen, kantoorautomatisering ... je kunt het zo gek niet bedenken.

Zelf kennismaken met Python? De Bendoo Box helpt je op weg met een speciale versie van Minecraft, waar je met Python extra kunstjes aan kunt toevoegen. Op www.bendoobox.nl zijn kant-en-klare Python-programma's als download beschikbaar; ideaal om te kijken hoe Python in elkaar zit. Uiteraard kun je ook je eigen programmaatjes bedenken.

Python draait niet alleen op de Raspberry Pi, maar ook op 'gewone' desktopcomputers. Daarvoor moet je eerst de meest recente Python-software downloaden (zie kader 'Nuttige websites'). Met name op Windows-pc's komt dan een heel scala aan nieuwe toepassingsmogelijkheden binnen handbereik. Python werkt namelijk ook in combinatie met Excel en andere Windowstoepassingen.

©PXimport

Programmeerpioniers in 1998: de allereerste Google-computer bij Stanford University werd met Lego gebouwd en grotendeels met Python geprogrammeerd.

©PXimport

Een simpel Python-programma om de Body Mass Index (BMI) van de gebruiker te berekenen, afhankelijk van opgegeven gewicht en lengte.

Nuttige websites

Smaakt de eerste kennismaking met Python op de Bendoo Box naar meer? Deze links helpen je verder.

www.python.org De officiële website waar je Python kunt downloaden. Ook vind je er documentatie, een forum en nieuwtjes.

www.codecademy.com/tracks/python Een uitstekende interactieve Python-cursus. Enig minpuntje is misschien voor sommigen de Engelse taal.

www.programmerenvoorkinderen.nicolaas.net Nederlandstalige serie Python-lessen, vooral gericht op kinderen.

Online cursussen

Een paar websites die je niet mag missen als je echt wilt leren programmeren.

www.codecademy.com Zonder twijfel is Codecademy de nummer-1-website van de online programmeercursussen. Een greep uit de talen die je er kunt leren: Python, PHP, jQuery, JavaScript, Ruby, HTML, CSS en sinds kort ook SQL (databases). Alle cursussen zijn gratis. De site is in 2011 gelanceerd en vier jaar later hebben al miljoenen gebruikers een of meer cursussen afgerond.

www.codeavengers.com Online cursussen voor HTML, CSS, Javascript en Python. Elke cursus is in twaalf uur af te ronden. Sommige zijn gratis, voor het merendeel wordt een vergoeding van enkele tientallen dollars gevraagd. Code Avengers is gevestigd in Nieuw Zeeland, maar de website is er ook in het Nederlands.

www.jorcademy.nl De 13-jarige Nick Jordan uit Rotterdam begon vier jaar geleden met programmeren en heeft inmiddels een uitgebreide website en een YouTube-kanaal met vele tientallen videolessen over Python, Scratch, Unity, C#, Git, WordPress en PHP.

©PXimport

Niet alleen in het programmeren, maar ook in het léren programmeren kun je het ver schoppen. Nick Jordan (13), won afgelopen jaar met zijn website JorCademy een Gouden @penstaart.

Leren programmeren

Wil je nu wel leren programmeren, maar weet je niet waar je moet beginnen? Het zal je niet verbazen dat je op internet enorm veel handleidingen en cursusmateriaal kunt vinden (Zie kader 'Online cursussen'). Hier kun je zelfstandig mee aan de slag. Maar vind je dit lastig, dan kun je je ook aansluiten bij een computerclub! Zo kun je samen uitpluizen hoe het zit.

Nederland telt honderden computerclubs, bijna elke gemeente heeft er wel een. Soms maakt zo'n club deel uit van landelijke organisaties als HCC, vaak zijn het lokale initiatieven. We spreken met Erno Mijland, onderwijsadviseur op gebied van ICT en sociale media. Hij stond zelf aan de basis van een computerclub voor tieners in het Brabantse Middelbeers: Beers Hackwerk.

©PXimport

Hoe is je computerclub gestart?

"Vorig jaar plaatste ik een advertentie met een oproep. Daar reageerden zes kinderen op. Nu zijn we al met z'n twaalven. Elke maandagavond gaan we aan de slag met allerlei projectjes, zoals knutselen met hardware, programmeren en video-editing."

Wat is jouw rol in de groep? De expert die alles uitlegt?

"Nee hoor. Ik noem mezelf meer een begeleider dan een docent of coördinator. Van huis uit ben ik leraar Nederlands en Engels, geen ICT-specialist. Meestal laat ik de kinderen zelf uitzoeken hoe ze iets voor elkaar moeten krijgen. Op internet is heel veel informatie te vinden. Soms komt er een gastdocent uit het bedrijfsleven iets vertellen."

Wat deed je besluiten een computerclub op te richten?

"In de eerste plaats natuurlijk omdat ik het zelf leuk vind. Maar er zijn nog meer redenen. Als onderwijsadviseur vind ik het belangrijk om feeling te houden met de doelgroep. Wat maken ze zoal mee? Hoeveel mediawijsheid hebben ze? Verder zie ik dat basisscholen helaas nog steeds weinig met ICT doen. Toch is het belangrijk dat kinderen er meer kennis van hebben."

Waarom lid worden van een computerclub, je kunt ook zelf thuis aan de slag gaan?

"Dat kan natuurlijk, maar bij programmeren loop je vaak al snel vast. Eén simpel tikfoutje en het programma werkt niet, of verkeerd. Met de frisse blik van anderen die even over je schouder kunnen meekijken, ontdek je veel sneller waar de fout zit."

Waarom is programmeren leuk?

"Inmiddels zijn mobiele telefoons en Facebook vanzelfsprekend geworden. Juist daarom is het interessant om eens onder de motorkap te kijken. Hoe werkt het allemaal? Zo'n timeline van Facebook zit vol keuzes van programmeurs. Soms moeten die ook ethische keuzes maken. Neem het programmeren van een zelfrijdende auto. Stel dat op zeker moment zo'n auto moet beslissen tussen een botsing met een oud vrouwtje of een spelend kind, wat dan? Kennis van ICT maakt je veel meer bewust van dergelijke keuzes."

©PXimport

Twee leden van computerclub Beers Hackwerk aan het werk.

Welke programmeertaal moet je kiezen?

Je ziet het: er zijn programmeertalen genoeg. We hebben al een paar suggesties gegeven voor talen die geschikt zijn voor beginnende programmeurs. In het overzichtje van online cursussen zie je echter nog veel meer programmeertalen voorbij komen. Hoe maak je een keuze uit al die mogelijkheden? Welke talen zijn wel en niet geschikt als volgende stap? We vragen het aan de experts.

Informaticus Marieke Huisman geeft bij de Universiteit Twente programmeercolleges aan eerstejaars studenten. Welke talen leren ze daar? "Na lang beraad viel de keuze uiteindelijk op Java. Deze taal is 'full-fledged' en heel geschikt om de basisconcepten van het programmeren te leren, zoals algoritmen en datastructuren. Als je die concepten eenmaal begrijpt, dan is het vrij gemakkelijk om daarna nog andere talen erbij te leren, mocht dat ooit nodig zijn. Naast Java is ook wel Javascript geschikt om die programmeerconcepten te leren. Beter dan bijvoorbeeld C, een vrij low-level taal waarmee je dichter op de hardware zit."

Beroepsprogrammeur Bob den Otter bekijkt het van de praktische kant: "De vraag is vooral wat je ermee wilt. Programmeren is geen doel op zich, maar een middel. Wil je websites bouwen? Prima om dan PHP en MySQL te leren. Maar als je graag games wilt ontwikkelen of systeemprogrammeur wil worden, dan kun je beter met heel andere talen aan de slag. Je kunt niet bij voorbaat zeggen dat één taal het meest geschikt is. Kies eerst je doel en dan pas de taal om dat doel te bereiken."

En als je van programmeren uiteindelijk je beroep wilt maken, hoe belangrijk is dan een informaticastudie? Den Otter: "Ook dat hangt ervan af. Ons bureau richt zich op websites en apps. Daarvoor moet je in de eerste plaats een aantal programmeertalen en tools goed beheersen. Of je een voltooide opleiding hebt, is minder belangrijk. Maar ik kan me voorstellen dat als je game-developer wilt worden, zo'n studie veel belangrijker is. Bij games krijg je bijvoorbeeld ook te maken met complexe 3D-berekeningen."

Tot slot

Zodra je eenmaal bent begonnen met programmeren, zijn de mogelijkheden om je je er verder in te ontwikkelen vrijwel eindeloos. Dit artikel heeft je daarvoor praktische tips gegeven. Maar zo ver hoef je natuurlijk niet te gaan. Je kunt het ook bij een eerste kennismaking laten - ook dat is al interessant en leerzaam.

Terug naar de vraag aan het begin van dit artikel: waarom zou je leren programmeren? Je kunt die vraag ook omkeren: waarom zou je het niet leren? Want wat is leren nu eigenlijk? Mensen leren voortdurend nieuwe dingen om de wereld ietsje beter te begrijpen en om nieuwe vaardigheden op te doen. Neem de vakken die we allemaal op school kregen: economie, aardrijkskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie etc. Allemaal vakken die ons iets leren over de complexe wereld waarin we leven. Dat leren blijft niet beperkt tot alleen maar kennis opdoen uit leerboekjes, soms steken we daarbij ook de handen uit de mouwen. Chemische stoffen laten reageren bij scheikunde of heel soms zelfs kikkers opensnijden bij biologie. Geen vaardigheden die veel mensen later in hun leven nodig zullen hebben. Toch doen we dit op school, omdat het moet bijdragen aan een klein beetje beter begrip van onze wereld.

Maar die wereld is in de afgelopen halve eeuw sneller dan ooit veranderd. Zonder computers kunnen en willen we niet meer. Toch blijven het voor veel mensen tamelijk ondoorgrondelijke apparaten. Is het dan niet de hoogste tijd om wat meer te leren over hun werking? En hoe doe je dat beter dan door kennis te maken met wat die apparaten aanstuurt: de software? En wat is dan leerzamer dan daarvoor zelf een stukje software te schrijven? En misschien wel het belangrijkste: programmeren is te leuk om níet te leren!

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 fonduesets voor een gezellige avond
© M.studio - stock.adobe.com
Huis

Waar voor je geld: 5 fonduesets voor een gezellige avond

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Daarom gaan we een paar keer per week voor je op zoek naar zulke aanbiedingen. Met Kerst en Oud en Nieuw voor de deur is het weer tijd om te bedenken wat je wil gaan eten. Wat dacht je van fondueen? Met deze vijf fonduesets maak je indruk op je vrienden en familie.

Met een fondueset smelt je de lekkerste kazen en dep je je broodje of vlees in bouillon of kaas. Fonduesets zijn de ultieme sfeermakers voor de feestdagen, of het nu met vrienden is of familie en of je kiest voor romige kaas, bouillon of chocolade; het is op en top genieten. Een absolute must-have voor elke levensgenieter en perfect voor de feestdagen. Wij vonden vijf betaalbare fonduesets voor je.

Boska Elektrische Fondueset Pro - 8 personen

De Boska Elektrische Fondueset Pro is ontworpen voor liefhebbers van kaas‑ en vleesfondue. De set bestaat uit een geëmailleerde gietijzeren pot met een inhoud van circa 2,15 liter, waardoor je genoeg ruimte hebt voor een volledige kaasfondue of bouillon. Het verwarmingselement is elektrisch en beschikt over een instelbare thermostaat; hierdoor kun je de temperatuur naar wens aanpassen voor verschillende soorten fondue. Een handig indicatielampje laat zien wanneer het element aan staat. De pot staat op een stevige basis en heeft een extra lang snoer van twee meter, zodat je hem makkelijk midden op tafel plaatst. Bij de set worden acht fonduevorken geleverd die zijn voorzien van gekleurde markeringen. De combinatie van gietijzer en emaille zorgt voor een gelijkmatige warmteverdeling en eenvoudige reiniging.

Swissmar Lausanne 11‑delige fondueset - 6 personen

De Zwitserse fabrikant Swissmar levert met de Lausanne een 11‑delige fondueset die is gericht op traditioneel fonduen. De set bestaat uit een koperen pan met een geëmailleerde binnenkant en een zware RVS‑branderschaal. Doordat koper de warmte snel opneemt en verdeelt, is de fondue snel op temperatuur. De pan staat op een robuuste stalen houder waarin een brander met regelaar zit; hiermee pas je de vlamsterkte aan voor kaas‑, bouillon‑ of chocoladefondue. In de doos zitten verschillende accessoires, waaronder zes vorkjes en een branderschaal. Deze set is niet elektrisch, waardoor je hem zelfs buiten of op de camping kunt gebruiken.

Mäser Fondueset - 4 personen

De fondueset van Mäser bestaat uit een roestvrijstalen pan met bijbehorende brander. Roestvrij staal is slijtvast en eenvoudig te reinigen; je kunt de pan na gebruik in de vaatwasser zetten. De set heeft een inhoud van rond één liter, voldoende voor een kaas‑ of chocoladefondue voor een klein gezelschap. Er worden meerdere fonduevorkjes meegeleverd met gekleurde puntjes om ze te onderscheiden. Dankzij de stevige basis staat de pan stabiel op tafel, terwijl de gelijkmatige warmteverdeling voorkomt dat de inhoud aanbrandt. Omdat het geen elektrisch toestel is, gebruik je de brander met brandgel of spiritus.

Baumalu 385050 fondueset - 6 personen

Deze fondueset van Baumalu bestaat uit een zware gietijzeren pan die op een decoratieve houten plaat staat. Gietijzer houdt de warmte goed vast en is geschikt voor zowel kaas‑ als chocoladefondue. De bijgeleverde brander plaats je onder de pan; je regelt de vlamsterkte met een draaiknop. Omdat de pot stevig op de houten plaat staat, blijft hij stabiel en kras je niet op de tafel. In de set zitten fonduevorkjes met houten handvatten.

Tristar FO‑1107 Fonduepan - 8 personen

De Tristar FO‑1107 is een elektrische fondueset met een inhoud van ongeveer 1,5 liter. Je gebruikt deze pan voor verschillende soorten fondue, zoals kaas, bouillon of chocolade. Het verwarmingselement levert circa 1000 watt en heeft een instelbare thermostaat, zodat je de temperatuur kunt aanpassen aan het type fondue. Een indicatielampje geeft aan wanneer het apparaat actief is. De pan heeft een antiaanbaklaag, een cool‑touch handgreep en staat op een antislipvoet voor extra stabiliteit. Er worden acht fonduevorkjes meegeleverd en door de ring bovenop blijven de vorkjes op hun plek tijdens het fonduen.

▼ Volgende artikel
Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde
© px.palette
Huis

Van papier tot pixels: altijd je administratie op orde

Papieren facturen, garantiebonnetjes, contracten en andere documenten slingeren al snel overal rond. Waarom niet alles digitaal bewaren, zodat je het in enkele klikken terugvindt? In dit artikel vind je gratis tools en praktische tips om je administratie te scannen, te taggen, doorzoekbaar te maken en veilig op te slaan zonder veel gedoe.

Wat gaan we doen?

We geven diverse tips en tools om administratieve en andere papieren documenten efficiënt en ordelijk te digitaliseren. Dat gaat van scannen en OCR’en tot organiseren, automatiseren, back-uppen en meer.

Tip 1: Scanner

Stel, je wilt een hele reeks documenten digitaliseren, zoals garantiebewijzen of facturen. We gaan ervan uit dat je een scanner in huis hebt, eventueel als onderdeel van een all-in-one-printer. Zo’n toestel is goed geschikt voor stabiele, rechte scans, en een (soms optionele) documentinvoer maakt het extra handig bij grotere aantallen. Je scant het best op zo’n 300 dpi, in grijswaarden of kleur, en bewaart het resultaat bij voorkeur als pdf. Helaas genereert de meegeleverde scansoftware vaak alleen pdf’s met een afbeelding van de tekst, waardoor je die later niet kunt doorzoeken of kopiëren.

©OttoPles

Er bestaan ook heel wat printers met een ingebouwde scanner.

Tip 2: NAPS2

Gebruik in dit geval beter scansoftware met geïntegreerde OCR, zoals het gratis en opensource NAPS2 (www.naps2.com, Windows, macOS en Linux). Start de app, klik op Nieuw profiel en op Apparaat kiezen om je scanner te selecteren. Je kunt kiezen uit drie drivertypes: WIA (ingebouwd in Windows, beperkt), TWAIN (krachtiger) en ESCL (voor moderne netwerk- of wifi-scanners, vergelijkbaar met Apple AirScan). Doorgaans kies je voor TWAIN. Stel de scanopties in en open Geavanceerd voor extra instellingen. Typ een profielnaam en bevestig met OK.

Klik nu op de knop OCR en download de gewenste talen, zoals Dutch en English. Plaats een vinkje bij PDFs doorzoekbaar maken middels OCR en kies taal en modus (Snel of Beste). Vink ook de andere opties aan en druk op Scannen.

Klik daarna op het pijlknopje bij PDF opslaan en kies PDF-instellingen. Vul bij Standaard bestandspad een bestandsnaam in – gebruik eventueel ‘placeholders’ als $(YY)-$(MM)-$(DD) – en kies bij Compatibiliteit bij voorkeur PDF/A, zoals PDF/A-2b. Dit formaat slaat namelijk alle lettertypes, kleurprofielen en structuurinformatie in het bestand zelf op, wat ‘garandeert’ dat je het document ook jaren later nog in zijn oorspronkelijke vorm te zien krijgt. Vink Onthoud deze instellingen aan, klik op OK, selecteer de scans en kies PDF opslaan. Het is trouwens ook mogelijk om een (niet-doorzoekbaar) pdf-bestand in NAPS2 te importeren, dit vervolgens te OCR’en en als PDF/A te bewaren.

NAPS2 is prima opensource-scansoftware, met geïntegreerde meertalige OCR-module.

Pdf-printer

De focus van dit artikel ligt op papieren brondocumenten, maar we willen zeker ook (de gratis versie van) PDFCreator vermelden (www.pdfforge.org/pdfcreator). Je kunt deze namelijk als virtuele printer installeren om zo allerlei documenttypen om te zetten naar PDF(/A).

Start na installatie de app, open het tabblad Printer, vink PDFCreator aan en kies via de moersleutel het bestaande profiel PDF/A (archiefbestand). Bevestig met Opslaan en sluit de app. Open nu een document in een willekeurige toepassing, open het afdrukvenster en selecteer PDFCreator als printer. Een dialoogvenster opent waarin je het document meteen kunt opslaan als PDF/A-bestand (standaardversie 2b, maar dit is aanpasbaar via het uitklapmenu).

Je kunt zo’n virtuele printer ook inzetten om documenten automatisch als PDF/A op te slaan in een zelf te bepalen map. Maak hiervoor in PDFCreator op het tabblad Profielen een nieuw profiel aan (bijvoorbeeld PDF/A in map Facturen), kies bijvoorbeeld PDF/A-2b als formaat en geef tevens een specifieke opslaglocatie op. Koppel dit profiel op het tabblad Printer aan een nieuwe virtuele printer (bijvoorbeeld PDF/A-facturen). Zo maak je meerdere profielen en printers aan, waarbij elk PDF/A-bestand automatisch in een andere map terechtkomt.

Je kunt ook meerdere virtuele printers aanmaken, telkens met een aangepast profiel.

Tip 3: Mobiel

Een vlakbedscanner is zeker handig, maar niet noodzakelijk, want je kunt tegenwoordig ook prima scannen met je smartphone. Met de juiste app wordt het beeld automatisch ge-OCR’d en indien nodig rechtgetrokken. Een van de betere apps is Adobe Scan, beschikbaar via www.kwikr.nl/adobescan of in de appstore van Android en iOS.

Installeer en start de app. De gratis versie volstaat meestal, al laat de betaalde versie (circa 10 euro per maand) je onder meer tot 100 pagina’s per bestand scannen (in plaats van 25) en pdf’s exporteren naar Office 365-formaten.

Meld je aan, bijvoorbeeld via je Google-account, en tik op Scan. Je kunt het resultaat onder meer uitsnijden, roteren en de helderheid en het contrast aanpassen. Kies Blijven scannen voor extra pagina’s of tik op PDF opslaan zodra je klaar bent. De pdf belandt standaard in je Adobe-account (https://acrobat.adobe.com), maar je kunt het bestand ook delen of (via Meer) bijvoorbeeld opslaan in Google Drive. Het pdf-bestand is standaard doorzoekbaar, controleer bij Voorkeuren of Tekstherkenning uitvoeren op opgeslagen PDF wel is ingeschakeld, maar het is geen PDF/A. Wil je dat, dan kun je het bestand alsnog omzetten met reeds eerder vermelde, gratis tools als NAPS2 of PDFCreator (zie ook kader ‘Pdf-printer’).

Met (het gratis) Adobe Scan kun je ook meerdere pagina’s laten OCR’en en in één pdf bewaren.

Tip 4: Tags koppelen

Om naderhand snel het gewenste document te kunnen terugvinden, zorg je er dus allereerst voor dat je documenten doorzoekbaar zijn (bij pdf’s kan dit via OCR: zie tip 2). Je kunt gerust ook zelf extra trefwoorden, zeg maar digitale kleefbriefjes, aan je documenten koppelen.

Met een tool als TagSpaces (www.tagspaces.org, Windows, macOS en Linux) tag je in één keer meerdere bestanden en mappen met eigen trefwoorden. Bestaande tags voeg je simpelweg toe door ze naar bestanden te slepen. TagSpaces heeft ook een krachtige zoekfunctie waarmee je snel documenten met de juiste tag(s) terugvindt.

Handig zijn ook ‘smart tags’: je bepaalt dan zelf de criteria, waarna nieuwe bestanden automatisch de juiste tags krijgen. Deze tags kun je opslaan in aparte sidecar-bestanden (JSON) of je voegt ze achteraan de bestandsnaam toe: een bestand als aanpassing.pdf bijvoorbeeld wordt dan iets als aanpassing[huur indexering].pdf. De betaalde Pro-versie (42 euro per jaar) heeft enkele geavanceerde opties, zoals het toekennen van tags op basis van lokale AI-taalmodellen.

TagSpaces is een krachtige taggingtool, maar met een zekere leercurve.

Tip 5: Tags zoeken

Vind je TagSpaces toch wat overkill, dan zijn er andere manieren om documenten van (doorzoekbare) trefwoorden te voorzien. Je kunt in Verkenner (met sneltoets F2) trefwoorden toevoegen aan de bestandsnaam, maar het kan ook anders. Klik met rechts op een bestand of selectie, kies Eigenschappen en open het tabblad Details. Afhankelijk van het bestandstype kun je hier tags toevoegen bij velden als Titel, Onderwerp, Labels, Categorieën en Opmerkingen. Dit werkt goed bij bijvoorbeeld Office-bestanden en afbeeldingen, maar pdf-documenten laten zich minder makkelijk taggen. Dit kan bijvoorbeeld wel bij het aanmaken van zo’n document vanuit NAPS2 of PDFCreator. Bij deze laatste kun je bij een profiel titel, auteur, onderwerp en trefwoorden meegeven.

Vanuit de Verkenner kun je vervolgens zoeken op deze tags, ook in pdf-bestanden (ook al zijn ze niet zichtbaar op het tabblad Details). Navigeer naar de juiste map of het station en typ in de zoekbalk van de Verkenner labels:<trefwoord>.

Werkt dit niet, dan ontbreekt waarschijnlijk een geschikt zoekfilter. Je kunt zo’n Adobe-IFilter alsnog installeren via deze link. Je kunt dit controleren vanuit het Configuratiescherm: open Indexeringsopties, klik op Geavanceerd en scrol op het tabblad Bestandstypen naar pdf. Daar hoort PDF Filter (of eventueel Reader Search Handler) te staan, en Eigenschappen en inhoud van het bestand indexeren moet zijn ingeschakeld. Zorg er tevens voor dat alle gewenste mappen zijn opgenomen bij Deze locaties beheren (via de knop Wijzigen).

Met het juiste filter kun je ook vanuit de Verkenner naar tags binnen pdf-documenten zoeken.

Tip 6: Opslagstructuur

Je documenten zijn nu doorzoekbaar en mogelijk ook getagd, maar er is nog een derde belangrijk aspect: bewaar alles met logische bestandsnamen in een doordachte mappenstructuur.

Voor bestandsnamen plaats je de belangrijkste info, zoals projectnaam en/of datum, liefst vooraan. Gebruik de ISO-notatie (JJJJ-MM-DD), zodat je bestanden makkelijk chronologisch sorteert. Zoals vermeld in tips 4 en 5 kun je de naam aanvullen met trefwoorden, gescheiden door een koppelteken of onderstrepingsteken (vermijd spaties of speciale tekens). Eventueel voeg je achteraan een versienummer toe, zoals _v1. Een voorbeeld is 2025-08-31_Huurcontract_Appartement_v1.pdf.

Breng de bestanden onder in een logische structuur, bijvoorbeeld op datum, per project of klant, of per categorie (zoals Huis, Werk, Gezondheid, Financieel enzovoort). Je zult merken: dankzij consistente map- en bestandsnamen vind je documenten sneller terug.

Sneller zoeken binnen een logische mappenstructuur (en met labels).

Tip 7: Organisatietool

Je hebt een logische mappenhiërarchie opgezet, maar je moet natuurlijk ook zorgen dat documenten in de juiste map terechtkomen. Externe hulp van een organisatietool als het gratis Dropit (www.dropitproject.com, werkt nog onder Windows 11) of File Juggler (www.filejuggler.com, betaalde versie 44 euro) kan daarbij handig zijn. We bekijken kort deze laatste.

Start de geïnstalleerde tool op en klik op Add rule (of eerst op Add rule group als je de regels wilt categoriseren). Stel dat je alle pdf’s die in de map \gedeeld terechtkomen automatisch wilt verplaatsen op basis van trefwoorden. Vul dan Description in en klik op de knop met drie puntjes bij Monitor om de bronmap te kiezen. Via het tandwielpictogram kun je eventueel Examine everything regularly <frequentie> between checks instellen, wat ook goed werkt voor gedeelde netwerkmappen.

Klik daarna op de plus-knop bij If en stel het filtercriterium in, bijvoorbeeld: Any of the following / Other / PDF Properties / Keywords. Bevestig met Insert en geef het trefwoord op bij Contains / Text. Je kunt via de plus-knop extra filters instellen en kiezen tussen Any of All of the following.

Leg nu de gewenste actie vast bij Then: klik op de plusknop, kies bijvoorbeeld Move file en vul de doelmap in bij to. Bewaar je filter met Save and close. Op het tabblad Rules klik je op de pijlknop naast je filter om het te activeren. Test het resultaat.

Organiseer je bestanden automatisch op basis van eigen, gecombineerde zoekfilters.

DMS

Met de tips rond doorzoekbaar maken, taggen en ordenen uit dit artikel, en met tools als TagSpaces en File Juggler, raak je al ver. Wil je je administratie nog professioneler organiseren, dan kom je uit bij een volwaardig Document Management System, kortweg DMS. Flexibele opensource-tools zijn bijvoorbeeld Papermerge en Paperless NGX. Beide installeer je het makkelijkst op Windows via Docker (Docker Desktop for Windows, met WSL2).

Na installatie bereik je het browserdashboard van de tool standaard via http://<ip-adres>:8000. Beide tools bieden OCR aan om gescande documenten doorzoekbaar te maken. Je documenten kunnen ook automatisch worden verwerkt op basis van eigen filters, en er zijn krachtige zoekopties ingebouwd. Beide tools kun je meteen uitproberen via een online demo (log in met demo / demo).

Een krachtig DMS als Paperless-ngx maakt het bijhouden van je administratie veel efficiënter.

Tip 8: Zoektool

Zoals gezegd laat de ingebouwde zoektool in Windows je met de juiste filters en instellingen ook zoeken naar metadata, zoals trefwoorden in pdf’s. Met zoekfilters en operatoren zijn zelfs complexe opdrachten mogelijk, zoals labels:factuur auteur:Toon van Daele grootte:>300kB gewijzigdop:dit jaar. Echt gebruiksvriendelijk of handig is deze functie helaas niet. Je bent dan beter af met een tool als Agent Ransack (alias Filelocator Pro, www.mythicsoft.com/agentransack). Ook de gratis Lite-versie ondersteunt netwerkshares, Booleaanse operatoren, reguliere expressies en zoeken naar metadata via IFilter.

Start de tool, zet deze op Expert en open het tabblad Hoofd. Vul bij Bevat tekst je zoekterm in en bij Zoek in het gewenste station of de map. Eventueel kun je ook filters instellen voor Grootte en Gewijzigd Na / Voor. Op het tabblad Datum voeg je extra tijdsfilters toe en op het tabblad Opties vink je zeker Office en PDF documenten aan. Vul je bij Bevat tekst een pdf-trefwoord in, dan vindt Agent Ransack ook de bijbehorende bestanden. In het tabblad Treffers (rechtsonder) zie je bij gevonden bestanden bijvoorbeeld Keywords: <gezocht_trefwoord>. Met een dubbelklik open je meteen het bestand.

Agent Ransack laat gecombineerde en krachtige filters toe en zoekt ook in metadata.

Tip 9: Back-ups

Je administratie digitaliseren is een goed idee, maar dit is pas veilig met een degelijke back-upstrategie. Het best hanteer je hier de 3-2-1-regel: drie datakopieën (hoofdversie en twee back-ups), op twee soorten media, waarvan minstens één kopie op een andere locatie. Zo bescherm je je data tegen hardwarestoringen, ransomware, brand en diefstal.

Een uitstekende gratis en opensource back-uptool is Duplicati (www.duplicati.com, Windows en macOS), die we zelf al jaren dagelijks geautomatiseerd gebruiken voor back-ups naar zowel een netwerkschijf (NAS) als de cloud (Google Drive).

Installeer het gedownloade msi-bestand. Klik na afloop met rechts op het programma-pictogram in het Windows-systeemvak en kies Open om het browserdashboard te starten. Verschijnt First Run Setup, klik dan op Yes en stel een wachtwoord in. Je kunt Duplicati in je browser openen via http://localhost:8200. Wil je ook toegang vanaf een andere pc in je netwerk, open Instellingen in Duplicati en vink Remote toegang toestaan aan, zodat het dashboard bereikbaar is via http://<intern_ip-adres>:8200. Klik vervolgens op +Back-up toevoegen, laat Een nieuwe back-up instellen geselecteerd en vul een naam in. Schakel bij opslag buiten je netwerk versleuteling in. Geef vervolgens doel- en bronlocatie op en bepaal wanneer en hoe vaak de back-up wordt uitgevoerd. Duplicati maakt standaard incrementele back-ups, waarbij alleen nieuwe of gewijzigde data worden opgeslagen, waardoor het back-upvolume beperkt blijft.

Duplicati is een betrouwbare, gebruiksvriendelijke en flexibele back-uptool.

Tip 10: Beveiliging

Een goede back-upstrategie is cruciaal om je data veilig te bewaren, maar veiligheid draait ook om privacy. De beste manier om te voorkomen dat onbevoegden inzage krijgen in je (medische, financiële …) gegevens is versleuteling. In tip 9 vermeldden we al dat je in Duplicati back-ups automatisch kunt versleutelen met sterke AES-256-encryptie. Maar ook de data op je originele opslaglocatie wil je wellicht beveiligen.

Hiervoor kun je een gratis opensource-tool als VeraCrypt gebruiken, die naast containerbestanden ook complete partities of schijven kan versleutelen met sterke algoritmen als AES-256. We hebben niet de ruimte hier verder op in te gaan, maar hier vind je meer uitleg. Ook handig is Cryptomator om via je lokale synchronisatiemap data te versleutelen bij cloudopslagdiensten als Google Drive, OneDrive of Dropbox. Je vindt hier meer uitleg daarover.

Daarnaast kun je voor diverse documenttypes ook individuele bestanden beveiligen met een wachtwoord, al is dit vaak minder robuust dan een volledig versleutelde opslaglocatie. Dit kan bijvoorbeeld vanuit verschillende Office-applicaties, maar ook met pdf-tools zoals NAPS2 (bij PDF-instellingen vink je PDF versleutelen aan) en PDFCreator (bij Profielen, via Actie toevoegen / Versleuteling).

Ook in NAPS2 kun je pdf-documenten met een wachtwoord beveiligen.