ID.nl logo
8 goedkope inkjet all-in-one-printers getest
© PXimport
Zekerheid & gemak

8 goedkope inkjet all-in-one-printers getest

Hoewel we niet enorm veel meer afdrukken, is het toch handig om thuis een printer te hebben. En dan het liefste eentje die ook kan scannen, want ook die functie is af en toe handig. Te veel uitgeven wil natuurlijk niemand, vandaar dat we relatief goedkope printers in twee prijsklassen getest hebben. Wat koop je voor een bedrag tot 100 euro en wat kan je een treetje hoger op de ladder verwachten voor zo’n 150 euro? Wij zochten het uit aan de hand van een test van acht modellen.

We printen steeds minder, omdat steeds meer digitaal kan. Als je met behulp van je smartphone kunt inchecken op de luchthaven, waarom zou je dan nog je boarding pass afdrukken? Formulieren vul je tegenwoordig vaak online in, waarna je een digitale kopie op je computer en/of een andere locatie opslaat. Een fysieke map met daarin allerlei documentatie wordt steeds zeldzamer. Lees ook: Zo print je eenvoudig vanaf je tablet en smartphone.

Toch zullen de meesten van jullie ook af en toe een afdrukje willen of moeten maken, bijvoorbeeld als je een pakketje retour moet sturen en hiervoor een retourticket af moet drukken of als je een formulier eerst met pen in moet vullen alvorens het weer in te scannen en terug te sturen. De scanner op een all-in-one is natuurlijk sowieso handig als je zo veel mogelijk van je administratie digitaal wilt doen. Je kunt dan de documenten die je nog wel fysiek krijgt (bijvoorbeeld de koopovereenkomst van een huis of aankoopbonnen van producten die je hebt gekocht bij fysieke winkels), inscannen en op een veilige digitale locatie bewaren.

Voor deze test hebben we gekeken naar betaalbare all-in-ones, waarbij we twee prijsklassen hebben bepaald: maximaal 100 euro en maximaal zo’n 150 euro. Dit houdt in dat we ons richten op inkjetmachines, want voor dit soort bedragen blijven lasermultifunctionals buiten bereik. Uiteindelijk zijn we op een totaal van acht multifunctionele printers uitgekomen die we door onze vaste testprocedure hebben gehaald. We hebben van vier fabrikanten, namelijk Brother, Canon, Epson en HP, voor beide prijsklassen een printer ontvangen.

©PXimport

Startercartridges

Dat je bij een nieuwe printer speciale ‘startercartridges’ (ook wel setup-cartridges) meegeleverd krijgt, is niet nieuw. Hoewel dit niet altijd duidelijk wordt aangegeven, krijg je bij vrijwel iedere nieuwe printer deze cartridges met een lagere capaciteit dan de normale varianten. Op deze manier moet je sneller een nieuwe set kopen, waardoor fabrikanten sneller geld verdienen aan een printer. Echt chique is dat niet te noemen, eerder sluw. Bij enkele machines in deze test maken de fabrikanten het echter wel heel erg bont. De Brother DCP-J562DW, HP Envy 5540 en HP Envy 7640 hadden niet genoeg inkt in de cartridges zitten om onze testprocedure (die bestaat uit zo’n 40 printjes in totaal en zowel zwart-wit- als kleurenafdrukken en zowel tekst- als foto-prints behelst) te volbrengen. Met name bij de relatief dure Envy 7640 is dat niet goed te praten. Bij dit model hadden we ook geen extra cartridges meer over om alle tests af te ronden.

Cartridges

Zelfs in de wat meer betaalbare segmenten is het goed om je vooraf goed af te vragen waar je het apparaat primair voor nodig hebt. Wil je er graag regelmatig foto’s op afdrukken, dan geldt: hoe meer cartridges, hoe beter. In deze test hebben de twee Canons en de Epson Expression Premium XP-830 meer dan de vier standaardkleuren (CMYK) aan boord. Modellen met alleen de vier standaardkleuren kunnen op zich prima gebruikt worden om foto’s mee af te drukken, maar de toevoeging van extra kleuren levert vrijwel zonder uitzondering een betere afdrukkwaliteit op.

Opvallend is dat er modellen zijn met ‘gewoon’ zwart en modellen met een extra cartridge met fotozwart. Het verschil hiertussen zit hem in de grondstoffen die zijn gebruikt. Gewoon zwart bij de machines met nog een extra zwarte cartridge is pigmentinkt, fotozwart is dye-inkt. Pigmentinkt is de duurdere van de twee, en bestaat uit een mengsel van water en niet-oplosbare deeltjes. Het hecht zich erg goed aan ruwere oppervlakken, bijvoorbeeld standaardpapier voor tekstafdrukken. Dye-inkt is goedkoper om te fabriceren en is gemaakt van een oplosbare kleurstof. Die glanst van nature wat meer, maar is met name geschikt voor afdrukken op glossy fotopapier. Dye-inkt vervaagt daarnaast ook sneller. De modellen in deze test die geen extra cartridges hebben, hebben overigens de goedkopere dye-inkt in de zwarte cartridge zitten. De kleurencartridges zijn bij alle modellen gevuld met dye-inkt.

De twee deelnemers van HP maken gebruik van een 3-in-1-kleurencartridge. In lang vervlogen tijden was dat zeer gebruikelijk, maar de afgelopen jaren leken steeds meer fabrikanten hiervan af te stappen. Als één van de kleuren op is, moet je bij HP dus de complete cartridge vervangen, ook als de andere kleuren nog niet op zijn.

Documenteninvoer

Zoek je een apparaat met een wat meer zakelijke inslag, dan is een model met een ADF (automatic document feeder) het overwegen waard. Je kunt daar een stapeltje originelen in leggen, waarna de all-in-one ze achter elkaar scant. In deze test kom je dan uit bij de Brother MFC-J5620DW, Epson Expression Premium XP-830 en de HP Envy 7640. De Brother is daarnaast ook duidelijk gemaakt voor mensen die wat meer af gaan drukken, want de prijs per pagina hiervan is overduidelijk het best van allemaal.

©PXimport

Aansluitingen

Op het gebied van aansluitingen vallen enkele zaken op. Zo zijn er drie modellen die je nog kunt gebruiken om mee te faxen, iets wat niet meer bepaald in de mode is. Verder valt op dat er in de goedkopere prijsklasse geen bekabelde netwerkaansluiting is. De duurdere modellen hebben deze aansluiting allemaal. Wifi hebben alle apparaten in deze test, evenals WiFi Direct. Dat laatste kan handig zijn als je iemand wel wat af wilt laten drukken op je printer, maar die persoon geen toegang wilt geven tot je netwerk. Vrijwel alle printers in deze test bieden de mogelijkheid om een SD-kaartje te plaatsen, waarvandaan je ook meteen af kunt drukken.

Alleen de goedkopere Canon en HP hebben dit niet. Een usb-host-aansluiting (waarop je een usb-stick aan kunt sluiten) is voorbehouden aan de vier duurdere modellen in deze test. Die aansluiting is bij de Brother MFC-J5620DW, Canon Pixma MG7750 en Epson Expression Premium XP-830 ook geschikt voor PictBridge, waarmee rechtstreeks vanaf een camera afgedrukt kan worden. Bij de HP Envy 7640 is dat niet het geval. In het algemeen is het aan de aanwezigheid van het aantal aansluitingen goed te zien dat de Canon Pixma MG5750 de goedkoopste is in deze test. Die biedt alleen het hoognodige op dit vlak: wifi en een usb-aansluiting voor het rechtstreeks verbinden met een computer.

©PXimport

Duplex

Op het gebied van de mogelijkheden zijn er ook behoorlijk wat verschillen te noteren. Opvallend is dat de Epson Expression Home XP-435 de enige is in deze test zonder automatische duplex-unit. Voor gemiddeld zo’n 80 euro mag dat tegenwoordig wat ons betreft eigenlijk niet meer ontbreken. Wil je wel dubbelzijdige afdrukken maken, dan moet je bij deze printer dus eerst de even pagina’s afdrukken, daarna de stapel omdraaien en dan de oneven pagina’s afdrukken (andersom kan uiteraard ook). We kunnen overigens wel bedenken waarom Epson bij de XP-435 de duplex-unit achterwege heeft gelaten, deze all-in-one is namelijk zo klein mogelijk gemaakt.

De XP-435 wordt dan ook aangeprezen als een ‘small-in-one’. Aangezien een duplex-unit redelijk wat ruimte inneemt, kan door het weglaten ervan behoorlijk wat bespaard worden op dat vlak. In de praktijk valt dat overigens wel mee, omdat je hier te maken hebt met een printer waarbij het papier staand aan de achterkant ingevoerd wordt. Om dit te kunnen doen, moet er een standaard uitgeklapt worden. Ook aan de voorkant moet een behoorlijk stuk plastic uitgetrokken worden. Qua footprint is de XP-435 uiteindelijk niet bijster veel kleiner dan het gros van de andere printers in de test, waardoor het formaat wat ons betreft niet opweegt tegen het weglaten van de duplex-unit.

©PXimport

Scannen

Kijken we naar de mogelijkheden van de scanner, dan steken de twee machines van Brother erbovenuit. Het zijn de enige die naar een netwerklocatie kunnen scannen. Scannen naar e-mail is ook mogelijk, dat zit ook bij de modellen van Epson en HP ingebakken. Althans, als je een ruime definitie hanteert voor ‘ingebakken’. Bij alle deelnemers gaat dit namelijk niet middels een lokale SMTP-server, maar middels een add-on. Bij de twee Brothers moet je een app installeren waarmee dit kan, terwijl het bij de Epsons onderdeel is van de Scan To Cloud-functies. Het gaat bij alle machines via de cloud. Dit werkt in het algemeen niet zo snel als een ingebouwde variant, maar je kunt hier wel gewoon een adresboek in aanmaken. Verder zien we op alle apparaten behalve die van HP de mogelijkheid om naar cloudopslag zoals Dropbox, Google Drive en OneDrive te scannen.

Beheermogelijkheden

De mogelijkheden op het gebied van beheer zijn bij de Brother MFC-J5620DW veel uitgebreider dan bij de andere modellen in deze test. Het is zelfs mogelijk om per gebruiker het aantal afdrukken te volgen en rechten toe te wijzen om zowel in kleur en zwart-wit of alleen in zwart-wit af te drukken. Bij de Epsons en de Canon Pixma MG5750 kun je in het beheermenu niet veel meer uitrichten dan het bekijken van de inktniveaus.

De Brother MFC-J5620DW valt ook nog om een andere reden op, te weten de manier waarop het papier langs de printkoppen geleid wordt. Dit gebeurt in landschapsmodus, dus ‘in de breedte’. Dat zorgt ervoor dat deze all-in-one een stuk minder diep is dan je gewend bent. Dat is echter niet de primaire reden geweest voor Brother om dit zo te doen. Er kan nu namelijk ook A3-papier langs de printkoppen geleid worden. De hoogte van een A4-vel komt immers precies overeen met de breedte van een A3-vel. Let wel op: A3-papier moet je handmatig aan de achterzijde invoeren. Een enorme meerwaarde is dit wat ons betreft overigens niet, met name omdat het niet foutloos werkt. De ene keer zit het papier er te ver in, de andere keer juist niet ver genoeg. Het luistert allemaal net wat te nauw.

©PXimport

Prestaties en stroomverbruik

Over het algemeen zijn de duurdere printers sneller dan de goedkopere, met name bij grotere afdruktaken. De HP Envy 7640 is de uitzondering op deze regel. Die presteert niet bijster goed. Zoek je snelheid, dan is de Brother MFC-J5620DW zonder twijfel de beste keuze. De snelheid van de duplex-unit verschilt verder behoorlijk bij de deelnemers. Bij de Brother DCP-J562DW kun je gerust even een ommetje gaan maken als je dubbelzijdig af wil gaan drukken bijvoorbeeld. Eigenlijk zijn ze geen van alle echt snel op dit punt overigens, daarvoor moet je een of meerdere treetjes hoger op de prijsladder kijken. Scannen gaat bij de meeste modellen vrij rap. De uitzondering hierop is de Expression Home XP-435 van Epson. Die neemt hier ruimschoots de tijd voor. Ook op dit punt is de Brother MFC-J5620DW duidelijk de snelste, ook als we kijken naar de kwaliteit van de ADF.

Inkjets verbruiken niet veel stroom, dat is een gegeven. Er hoeft niets opgewarmd te worden zoals het geval is bij laserprinters. Uiteindelijk draait het bij printers wat ons betreft met name om het verbruik in stand-by, omdat dat de staat is waarin de printer hoogstwaarschijnlijk het meest zal verkeren. Dat is inmiddels bij vrijwel alle soorten printers lekker laag. Staat je printer vaak helemaal uit en zet je hem pas aan op het moment dat je gaat afdrukken, dan is het belangrijk dat hij snel opstart. Daar is Canon traditiegetrouw erg sterk in. Met een opstarttijd van 3-4 seconden voor beide modellen hoef je ook bij deze Canons niet lang te wachten voor je af kunt gaan drukken. De Epson Expression Premium XP-830 zit de beide Canons op de hielen.

©PXimport

Afdrukkwaliteit

Over de afdrukkwaliteit van de deelnemers aan deze test zijn we in het algemeen goed te spreken. De beste fotoafdrukken worden gemaakt door de printers met extra cartridges, waarbij de Canon Pixma MG5750, MG7750 en de Epson Expression Premium XP-830 er duidelijk bovenuit steken. Ook de Brother DCP-J562DW en MFC-J5620DW doen het op dit vlak zeer verdienstelijk. De HP Envy 5540 is eigenlijk niet echt geschikt voor het afdrukken van foto’s. De Epson Expression Home XP-435 doet het weliswaar iets beter, maar produceert ook iets te fletse afdrukken naar onze smaak. De HP Envy 7640 doet het verdienstelijk, maar echt onder de indruk zijn we er niet van.

Qua tekst steken de Epson Expression Premium XP-830 en beide modellen van HP er duidelijk bovenuit, zowel als het gaat om scherpte als om zwarting. De Canon Pixma MG5750 en MG7750 produceren teksten van een goede scherpte, maar die zijn wat minder zwart. Tekst afgedrukt met de Brother DCP-J562DW is niet echt scherp en ook niet diepzwart, bij de Brother MFC-J5620DW zijn de teksten wel scherp genoeg maar hadden ze iets zwarter mogen zijn. De Epson Expression Home XP-435 produceert ten slotte mooi zwarte teksten, maar die zijn dan juist weer niet echt scherp.

©PXimport

Conclusie

Ben je op zoek naar een betaalbare all-in-one, dan heb je toch nog behoorlijk wat keuze, ook al zijn er niet zo veel fabrikanten. De beste machine in deze test is wat ons betreft zonder twijfel de Brother MFC-J5620DW. Die mag dan een net wat mindere afdrukkwaliteit hebben dan enkele andere deelnemers, hij is beduidend sneller en biedt veel mogelijkheden. Deze all-in-one gaat aan de haal met het predicaat Best getest. Weegt de afdrukkwaliteit het zwaarst voor jou, dan is de Epson Expression Premium XP-830 de beste keuze. Wil je liever (ruim) minder dan 100 euro uitgeven, dan doe je wat ons betreft de beste koop met de Canon Pixma MG5750. Die is weliswaar wat beperkt op het gebied van de mogelijkheden, verder overtuigt hij zeker en hij is verhoudingsgewijs ook nog eens erg goedkoop. Vind je mogelijkheden belangrijker dan prestaties, dan kun je ook eens kijken naar de Brother DCP-J562DW.

In de tabel (pdf) vind je de testresultaten van de 8 geteste all-in-one printers.

©PXimport

Afdrukkosten

Druk je veel af, dan kunnen de afdrukkosten van een printer op langere termijn behoorlijk uit elkaar gaan lopen per printer. We hebben dan ook voor alle modellen in deze test een prijs per pagina berekend. We baseren die alleen op de inkt die wordt verbruikt. In de praktijk komt hier ook nog de prijs van het papier bij en iets minder direct het stroomverbruik en de aanschafprijs bij. Deze totale kosten worden overigens ook wel aangeduid als tco, oftewel total cost of ownership. Uit onderstaande tabel is duidelijk dat de Brother MFC-J5620DW de voordeligste is als je puur kijkt naar de inkt die wordt verbruikt. HP doet het hier ook behoorlijk goed. Opvallend zijn verder de relatief hoge kosten van de Epson Expression Premium XP-830.

Conclusie

Plus- en minpunten
      ▼ Volgende artikel
      Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd
      Huis

      Review LG OLED EVO 65G56LS – Opnieuw de grens verlegd

      LG blijft verbetert de oled-techniek nog veel verder en dat werpt dit jaar eindelijk zijn vruchten af. De LG OLED EVO 65G56LS is uitgerust met een nieuw type oled-paneel dat aanzienlijk meer piekhelderheid en kleurbereik levert. Daarnaast heeft LG webOS 25 uitgerust met een aantal AI-functies die het gebruiksgemak moeten verbeteren.

      Fantastisch
      Conclusie

      LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De LG OLED EVO 65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit. De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

      Plus- en minpunten
      • Alpha11-processor met uitstekende beeldverwerking
      • Fantastische HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
      • Goede kijkhoek en anti-reflectie
      • WebOS 25, met vijf jaar lang nieuwe versies
      • Advertenties op het Home-scherm
      • Geen ondersteuning voor HDR10+ en DTS
      • Voorlopig weinig meerwaarde met AI

       

      LG OLED EVO 65G56LS (2025)

      • Adviesprijs: 3,299 euro
      • Wat: Ultra HD 4K 165 Hz W-OLED-tv
      • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, HFR), 3x usb, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, 1x IR-blaster, Wifi 6 (802.11ax), ethernet, Bluetooth 5.3, WiSA
      • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, webOS 25, AirPlay 2, Google Cast, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 11 gen2 processor
      • Afmetingen: 1.441 x 910 x 263 mm (incl. voet)
      • Gewicht: 26,6 kg (incl. voet)
      • Verbruik (per 1000 uur): SDR 85 kWh (E) / HDR 222 kWh (G) 

      De nieuwe G-serie van LG is verkrijgbaar in twee versies. Een met een centrale voet in doos zoals ons testmodel, te herkennen aan de letters ‘LS’ achteraan en een model met een meegeleverde wandbeugel, die modellen hebben de letters ‘LW’ achteraan. De G-reeks mikt nog steeds in eerste instantie op wandmontage. Het toestel zelf is 24mm diep, dat lijkt misschien veel, maar die dikte heeft het wel over het hele oppervlak. Er is geen behuizing voor elektronica die verder uitsteekt. De rand is afgewerkt met een zilverkleurige strip, en dat geeft deze tv van opzij bekeken echt een premium look. De wandbeugel is verstelbaar, je kunt het toestel beperkt links en rechts draaien. De voet kun je monteren in twee posities, hoog en laag, in de hoge positie is er ruim plaats voor een soundbar. Het moet gezegd ook op een tv-meubel ziet hij er prima uit, wandmontage is zeker geen verplichting. 

      Aansluitingen

      De selectie aansluitingen die LG gebruikt is al enige tijd onveranderd gebleven, maar is dan ook erg goed. Met vier hdmi-poorten die allemaal de maximale hdmi 2.1-bandbreedte (48Gbps) leveren, zitten gamers in ieder geval gebeiteld. Verdere gamingfuncties zijn ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync). PC-gamers kunnen zelfs tot 4K165 gaan, dat is een duidelijke upgrade ten opzichte van vorig jaar. Input-lag is altijd een sterk punt geweest bij LG, dat is dit jaar niet anders, in 4K60 meten we 10,5ms, in 2K120 zelfs maar 5,5ms. Op poort 2 kan je ARC/eARC gebruiken, gamers die een soundbar willen aansluiten, houden nog steeds drie volwaardige HDMI-poorten over. 

      Wil je de opstelling zo netjes mogelijk houden, altijd mooi bij een premium tv, dan kun je de bijgeleverde IR-blaster gebruiken om brontoestellen te besturen met de LG-afstandsbediening, ook als die apparaten bijvoorbeeld in een kast staan. De G5 ondersteunt het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association), maar is beperkt tot 2.1-configuraties. Daarmee is jammer genoeg geen draadloze surroundopstelling mogelijk. Alle kabels kun je via twee clips en twee verzonken kanalen wegleiden naar de voet. 

      Nieuw oled-paneel, nieuw record

      Nieuwe ontwikkeling op vlak van oled-technologie zijn niet uitzonderlijk. Twee jaar geleden introduceerde LG bijvoorbeeld oled-panelen met een laag microlenzen die voor een mooie verbetering in helderheid zorgden. Die microlenzen zijn op de G5 echter niet meer aanwezig. In ruil gebruikt dit model een gloednieuw paneel dat een andere opbouw van de oled-materialen gebruikt. Onder de naam OLED evo Met Brightness Booster Ultimate belooft de G5 hogere piekhelderheid en een breder kleurbereik. En dat blijken geen loze beloftes. Op het 10%-venster haalt de G5 2409 nits, en op een volledig wit beeld zelfs 356 nits. 

      Lees ook: Zo testen we televisies

      Dat alles gemeten in de uitstekend gekalibreerde HDR Filmmaker mode. Ter verduidelijking, dat is een 50 procent verbetering tegenover de G4 van vorig jaar, en voldoende om de kop van het oled-peloton aan te voeren. Vooral de verbetering op het volledig wit veld is impressionant. Daardoor moet de G5 nu de helderheid veel minder laten dalen als het beeld veel wit bevat, iets wat op vorige generaties nog merkbaar was. Ook het kleurbereik is weer groter geworden, en met 99,9% P3 is de G5 perfect uitgerust voor prachtige HDR-beelden. Het paneel had een uitstekende uniformiteit en weert zeer goed reflecties. De kijkhoek is prima.

      De Filmmaker Mode is er voor wie minimale beeldverwerking wil, en de mooiste beelden getrouw aan de intentie. In SDR laat dat prachtige resultaten zien, maar de echte pracht van de G5 komt tevoorschijn bij HDR-beelden. Ook hier is de kalibratie nagenoeg perfect met enorm veel witdetail, intense kleuren, en dankzij de hoge piekhelderheid tintelende lichtaccenten. Kleuren worden goed bewaard als ze zeer helder zijn, dat dankt de tv aan het nieuwe paneel. Enkel in de donkerste beelden laat de G5 wat steken vallen. Er is veel schaduwdetail, maar in sommige beelden merken we veel ruis die het beeld ruw maakt en detail verbergt. In een ander geval was er wat blokvorming en bandvorming zichtbaar. We hopen dat LG nog wat aan de software kan sleutelen. 

      Prima beeldverwerking

      De Alpha11 beeldprocessor is aan zijn tweede generatie toe, maar nieuwe features lijken er niet te zijn. De upscaling en ruisonderdrukking zijn erg goed. In deinterlacing van 1080i-beeld merkten we op een testpatroon opnieuw een foutje waardoor kamvorming zichtbaar was, al bleek dat bij de meeste content niet tot problemen te leiden. Kleurstroken in zachte gradiënten elimineer je met de Vloeiende Gradatie-instelling, maar activeer die enkel als je het echt nodig acht, en dan alleen in de laagste stand. In een van onze testclips veegde die instelling ook wolken uit de lucht. Ook de dynamische tonemapping waar we gebruikelijk erg tevreden over zijn, laat je op dit model beter uit inactief.

      Die maakte het beeld te helder, waardoor het aan contrast en impact verliest. Bovendien levert de G5 ook zonder dynamische tonemapping knap beeld. Goede punten waren er voor de bewegingsscherpte. Het oled-paneel laat nauwelijks of geen dubbele rand optekenen rond bewegende voorwerpen. Wie in 24Hz-filmmateriaal te veel last heeft van judder bij snelle camerabewegingen, activeert best TruMotion, bijvoorbeeld in ‘Cinematografische Beweging’ als je minimale invloed wenst. Maar ook hogere instellingen leverden goede resultaten, en de G5 toonde erg weinig beeldfouten zelfs met TruMotion in de Vloeiend-stand. 

      Geen DTS-ondersteuning meer

      Het is jammer, maar de G5 ondersteunt alleen nog maar Dolby Atmos, geen DTS meer. Vooral voor mensen met een uitgebreide bibliotheek Blu-ray schijven is dat een tegenvaller. Streaming gebruikt overwegend Dolby Atmos, dus daar weegt dat gebrek minder. De 60 Watt 4.2 kanaalsoplossing leek ons onveranderd. De klank is goed gebalanceerd, met een warm karakter en duidelijke baslijn. Zelfs surround is goed hoorbaar. Voor veel mensen zal dit volstaan, maar voor echte bioscoop audio zal een soundbar toch vereist zijn. Nieuw dit jaar is de Personal Sound Wizard. Die laat je een aantal keer in groepen van vier fragmenten horen met verschillende geluidsinstellingen, jij duidt aan wat je het best vindt klinken. Na de test bepaalt de processor op basis van je keuzes je geprefereerde klankinstellingen. Iets gelijkaardig bestond vorig jaar al voor beeld, maar we vinden dat je daar beter voor Filmmaker Mode of Cinema beeldmode kiest. Bij audio mogen persoonlijke voorkeuren wat meer doorwegen. 

      WebOS 25, AI als persoonlijk hulpje

      Kunstmatige intelligentie moet de nieuwe troef zijn van webOS 25, maar al deze nieuwe functies bleken niet te werken in het Nederlands. Voice ID, waarbij de tv je herkent op basis van je stem is nog niet beschikbaar in Nederlands. Maar ook andere functies, zoals de AI Chatbot die je moet helpen bij eenvoudige vragen zoals het aanpassen van beeldkwaliteit of aanbevelingen geven voor content, leek zelden te weten wat hij met onze vragen moest doen. LG kondigde ook generatieve kunst aan die je kan gebruiken in de screensaver, maar ook dit was nog niet beschikbaar. Nu missen we die AI-functies wel niet, de G5 is zo ook gebruiksvriendelijk, maar we hopen toch dat dit via software updates verbeterd wordt. 

      In dit overzichtsartikel vind je alle informatie over webOS. WebOS 25 is van uitzicht niet echt veranderd op wat details na. Zo kan je live tv en HDMI-ingangen nu als tegels toevoegen in de rij met apps op het Home-scherm. Apps en Quick Cards die je niet gebruikt, kan je verbergen. Het app-aanbod is erg ruim en de G5 ondersteunt Airplay2 en Google Cast. LG toont helaas reclame op het Home-scherm en in de screensaver, lees in dit artikel hoe je reclame verwijdert.

      De ‘Magic Remote’ heeft een nieuw ontwerp gekregen. Een rechthoekige vorm met afgeronde hoeken, en vooral minder toetsen. Weg zijn de cijfer- en kleurtoetsen, de volume- en kanaaltoetsen zijn nu kanteltoetsen. De mute-toets is verdwenen, muten doe je door de volume knop lang naar beneden te duwen. De ingangen-toets is vervangen door een Home Hub-toets, maar wanneer je die lang indrukt, toont de tv de ingangen. De aanwijsfunctie is gebleven, je kan de cursor op het scherm besturen door de afstandsbediening te bewegen. De afstandsbediening oogt moderner, en het gebruiksgemak is prima, maar we zouden hem niet beter noemen dan de oude versie. 

      Conclusie

      LG toont met de G5 dat er nog flink wat vooruitgang geboekt kan worden in oled-technologie. Perfect is deze tv echter nog niet, vooral in heel donkere beelden moet LG de software nog aanpassen om ruis en zichtbare gradaties te vermijden.  De OLED65G56LS haalt uit het nieuwe oled-paneel echter wel een indrukwekkende piekhelderheid, en erg ruim kleurvolume. We durven bijna zover gaan om te zeggen dat hij de klassieke zwakke punten van oled elimineert. Samen met de uitstekende kalibratie geniet je zo in Filmmaker Mode van bijna referentie beeldkwaliteit.

      De ingebouwde luidsprekers leveren een aangename klank, wel jammer dat LG DTS-ondersteuning geschrapt heeft. De nieuwe AI-features in webOS 25 moeten duidelijk nog verder rijpen, voorlopig leveren ze geen meerwaarde, maar webOS blijft wel erg gebruiksvriendelijk. De nieuwe afstandsbediening sluit aan bij de moderne trend met minder toetsen. Gamers tot slot vinden op de G5 alles wat ze maar kunnen wensen. Dit is een topmodel, met een bijhorend prijskaartje, maar hij is het zeker waard.

      ▼ Volgende artikel
      Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android
      Huis

      Tekst kopiëren en plakken? Zo krijg je toegang tot het klembord op Android

      Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar ook Android heeft – net als Windows – een klembord. Daarmee kun je gemakkelijk tekst kopiëren van de ene app naar de andere. Maar hoe open je dat klembord eigenlijk? En waar vind je wat erop staat? Je leest het in dit artikel!

      Wat gaan we doen?

      In dit artikel leggen we uit hoe kopiëren en plakken in Android precies werkt. Dat geldt voor zowel Android-smartphones en Android-tablets.

      • Zo werkt kopiëren, knippen en plakken
      • Knippen en plakken vanuit toetsenbord
      • Verbeteringen dankzij Android 13

      Wil je meer weten over de veiligheid van Android? Lees dan het artikel Alles wat je moet weten over Android-beveiliging

      Tekst of afbeeldingen kopiëren en plakken: het is een van de basisfuncties van elk besturingssysteem. Ook Android ondersteunt dit natuurlijk. Je kunt iets kopiëren in de ene app en het vervolgens plakken in een andere. Maar het Android-klembord kan meer dan alleen dat. Alles wat je kopieert, wordt daar namelijk tijdelijk opgeslagen. Handig als je per ongeluk iets hebt weggehaald, iets wilt terugvinden of gewoon even wilt kijken wat je allemaal hebt gekopieerd.

      Let wel: hoe je precies bij het klembord komt, hangt af van je toestel en de Android-versie die je gebruikt. Zo hebben merken als Samsung en LG hun eigen klembordfunctie ingebouwd. Andere toestellen vereisen meestal een specifieke toetsenbord-app om het klembord te kunnen openen. In dit artikel leggen we je uit hoe je dat doet met zo’n toetsenbord-app.

      Klembord binnen toetsenbord-apps

      Om toegang te krijgen tot het klembord, heb je een toetsenbord-app nodig die die functie ondersteunt. Populaire keuzes zijn Gboard van Google en SwiftKey van Microsoft. Beide bieden vergelijkbare klembordfuncties, dus je kunt zelf kiezen welke je het prettigst vindt. Download en installeer de app, en stel deze daarna in als je standaard toetsenbord.

      ©PXimport

      Met een ander toetsenbord in Android heb je meer mogelijkheden.

      Dat instellen doe je via het instellingenmenu van je Android-telefoon. Gebruik het zoekveld bovenin het scherm en typ 'toetsenbord'. Je krijgt dan een lijst met resultaten. Kies de optie waarmee je het standaard toetsenbord kunt wijzigen en tik daarop.

      Kies vervolgens de toetsenbord-app die je net hebt geïnstalleerd, zoals Gboard of SwiftKey. Let op: de vormgeving van de instellingen kan per toestel verschillen. Gebruik je liever een andere toetsenbord-app met klembordfunctie? Geen probleem – zolang je maar de juiste app selecteert bij het instellen.

      Tekst kopiëren en plakken

      Het klembord werkt meestal alleen met tekst. Wil je iets kopiëren naar een andere app? Selecteer dan een stuk tekst en kopieer het. Open bijvoorbeeld WhatsApp, ga naar een chat en houd het tekstveld even ingedrukt om de tekst direct te plakken. Soms zie je ook een klembordsymbooltje verschijnen, net boven het toetsenbord en onder het tekstveld. Tik daarop om het volledige klembord te openen.

      Zie je dat symbooltje niet meteen? Dan krijg je waarschijnlijk eerst de suggestie om alleen de laatst gekopieerde tekst te plakken. Tik in dat geval op het witte rondje met het pijltje naar rechts – zo krijg je alle opties te zien.

      Onder het kopje Recent zie je een lijstje met wat je als laatste hebt gekopieerd. Tik op een item om het direct in het tekstveld te plakken. Let wel: deze lijst wordt na een tijdje automatisch geleegd. Gebruik je vaak dezelfde tekst? Dan kun je die vastpinnen, zodat hij bewaard blijft. Zowel Gboard als SwiftKey ondersteunen deze functie: houd het item ingedrukt en kies voor Vastpinnen.

      Klembord sinds Android 13

      Sinds Android 13 is het klembord flink verbeterd. De basis is nog steeds hetzelfde: je kopieert tekst of een afbeelding in de ene app en plakt die in een andere. Maar de manier waarop je het klembord gebruikt, is een stuk handiger en overzichtelijker geworden. Dat maakt het werken met meerdere fragmenten tegelijk een stuk efficiënter.

      Een van de grootste vernieuwingen is dat je nu meerdere items kunt bewaren – zowel tekst als afbeeldingen. Alles wat je kopieert, verschijnt in een nieuw klembordpaneel. Je opent dat paneel via het meldingscentrum of door een tekstveld lang ingedrukt te houden. Daar kun je door je gekopieerde items bladeren, kiezen wat je wilt plakken, en dingen die je niet meer nodig hebt, direct verwijderen. Je kunt zelfs een tekstfragment nog aanpassen voordat je het plakt.

      Het klembordpaneel dat in Android 13 zijn intrede heeft gemaakt.

      Met de komst van Android 13 werden er ook meteen een aantal nieuwe privacyfuncties voor het klembord geïntroduceerd. In eerdere versies konden apps op de achtergrond soms ongemerkt meelezen wat je had gekopieerd – met alle risico’s van dien. Nu heb je als gebruiker veel meer controle. Zo is er een nieuwe toestemmingsvraag voor klembordtoegang én krijg je een melding als een app probeert mee te kijken. Een stuk veiliger dus.