ID.nl logo
Huis

Oude software draaien op Windows 7

Je bent wellicht best tevreden met Windows 7, alleen vind je het jammer dat die leuke retrogames van vroeger het niet meer doen en je favoriete tool niet langer functioneert. Gelukkig zijn er diverse uitwegen om oude software alsnog aan de praat te krijgen, zoals bijvoorbeeld virtualisatie met VMware player. In deze workshop vertellen we je hoe je oude software soepel kan draaien op je nieuwe Windows 7 pc.

Vind je het om de één of andere reden niet handig om je oude pc met Windows 98 of XP draaiende te houden voor die paar oude games of toepassingen, dan kun je natuurlijk een dualbootopstelling overwegen. Deze oplossing werkt echter niet altijd even makkelijk: je moet in principe dan eerst het oudste besturingssysteem op je (nieuwe) pc zetten en pas daarna Windows 7 installeren. De kans is klein dat die oude besturingssystemen nog drivers hebben voor jouw 'hypermoderne' hardware. Bovendien, telkens je pc herstarten om snel even die ‘legacy software’ te draaien, is evenmin comfortabel. Gelukkig zijn er minder ingrijpende alternatieven.

Speciaal voor problematische oude software voorziet Windows 7 in een compatibiliteitsmodus. Open het Windows Configuratiescherm en tik probleemoplosser in het zoekvak in. Klik vervolgens Probleemoplossing aan en kies Programma’s uitvoeren die voor eerdere versies van Windows zijn ontwikkeld. In het volgende venster kies je de betreffende toepassing in de lijst, waarna je Probeer de aanbevolen instellingen selecteert. Lukt het hiermee niet, klik dan op Volgende en kies Nee, opnieuw proberen met andere instellingen, waarna je de verdere instructies volgt. Of activeer rechtstreeks de compatibiliteitsmodus: rechtsklik op het toepassingspictogram, kies Eigenschappen, open het tabblad Compatibiliteit, plaats een vinkje bij Dit programma uitvoeren in compatibiliteitsmodus voor en kies bijvoorbeeld Windows 95. Eventueel pas je hier ook enkele beeldscherminstellingen aan. Het komt er dan vooral op neer dat Windows 7 het programma tracht wijs te maken dat het onder Windows 95 draait.

Wanneer de Windows 7 compatibiliteitsmodus niet werkt

Zulke ingrepen mogen dan helpen bij een handvol nukkige programma’s, heel vaak lukt het daar niet mee. Vooral 16-bits applicaties – specifiek geschreven voor MS-DOS of hele oude Windows-varianten – blijven dikwijls koppig weigeren. Wanneer de Windows 7 compatibiliteitsmodus niet werkt, zijn er nog wel meer uitwegen mogelijk, maar al snel wordt virtualisatie dan toch de meest voor de hand liggende oplossing.

Er bestaan verschillende pakketten die je toelaten een besturingssysteem te virtualiseren. De duurdere versies van Windows 7 (Professional, Ultimate en Enterprise) voorzien zelfs standaard in zo’n oplossing: Windows XP Mode. Zoals de naam al aangeeft, is deze tool alleen bedoeld om Windows XP virtueel te draaien.

Een gratis alternatief is Windows Virtual PC, maar ook dat ondersteunt alleen Windows XP (en hoger) als virtueel gastsysteem.

Iets minder kieskeurig is het niet zo bekende, eveneens gratis VMLite XP (www.vmlite.com). Ook hier zoek je in de compatibiliteitslijst vergeefs naar oudjes als Windows 9x.

Dan doet het populaire VirtualBox het al merkbaar beter. In de lijst van ondersteunde besturingssystemen zijn onder meer Windows 98 en DOS opgenomen – weliswaar met de aanmerking dat VirtualBox daar niet voor geoptimaliseerd is (Windows 98) dan wel onvoldoende getest is binnen die omgeving (DOS). In de tool zelf vinden we bovendien Windows 3.x en 95 terug.

VMware Player heeft ook ‘concurrentie’ in eigen huis: VMware Workstation (www.vmware.com/workstation). Die biedt weliswaar meer geavanceerde opties dan VMware Player, maar die hebben we voor onze doeleinden niet nodig. Bovendien is deze tool niet gratis.

Virtualisatie alternatieven

Er zijn gelukkig ook echte virtualisatie alternatieven, want de instellingsmogelijkheden van de compatibiliteitsmodus en -wizard van Windows 7 zijn beperkt. Meer opties krijg je met het gratis programma. Deze tool is er weliswaar in eerste instantie op gericht na te gaan waar compatibiliteitsproblemen met specifieke programma’s in Windows 7 kunnen opduiken, maar je laat er ook automatische ‘fixes’ mee uitvoeren op de problematische toepassing, grondiger dan met de wizard of modus mogelijk is. De tool is niet bepaald gebruiksvriendelijk, maar op de vermelde site vind je een paar handleidingen.

Is het je vooral om oude DOS-applicaties (zoals bijvoorbeeld dos-games) te doen, probeer dan zeker ook een specifieke x86-emulator als DOSBox. Dat is weliswaar een multiplatform-opdrachtregeltool, maar onder meer D-Fend Reloaded voorziet voor Windows in een grafisch front-end dat het programma veel toegankelijker maakt. Je vindt beide tools op www.dosbox.com. DOSBox kan heel wat oudere hardware emuleren, zowel voor geluid (Sound Blaster 1.x bijvoorbeeld) als beeld (zeggen Hercules en CGA je nog iets?) en de kans is reëel dat je programma’s uit de oude do(o)s het met behulp van DOSBox nog wél doen.

Het kan gebeuren dat je bijvoorbeeld bij CD/DVD (IDE) Connect hebt gekozen, maar dat je het schijfje toch niet kunt benaderen. Dat moet je dan even bijsturen in het instellingenvenster van je virtuele machine. Dat kan in principe ook wanneer de desbetreffende machine actief is, maar afhankelijk van welke instelling je wil aanpassen, lukt dat alleen vanuit het hoofdvenster van VMware Player wanneer de virtuele machine niet actief is.

In elk geval open je hiervoor Virtual Machine en kies je Virtual Machine settings. We gaan hier niet alle opties doorlopen, maar we raden je wel aan ze stuk voor stuk te bestuderen, zowel op het tabblad Hardware als bij Options.

VMware instellingen: een klein overzicht

Options, Power: je bepaalt of de VM standaard in fullscreenmodus moet opstarten voor zover mogelijk.

Hardware, Hard disk: via Utilities, Expand kun je de virtuele schijf uitbreiden, mocht die – bijvoorbeeld door het installeren van allerlei externe programma’s – te klein worden.

Hardware, CD/DVD (IDE): je kunt aangeven welke stationsletter (lees: welk fysiek station) je binnen de  virtuele machine wilt gebruiken.

Network Adapter: bepaal de netwerkmodus voor je virtuele machine. Standaard kiest VMware Player voor NAT. Dat houdt in dat de machine geen eigen ip-adres heeft op het externe netwerk. Hij krijgt wel een adres van de virtuele dhcp-server.

Sound Card: legt vast welke geluidskaart op de host je wilt gebruiken – dat kan met name voor games van belang zijn.

Heb je een fysiek apparaat nodig dat niet in de opsomming staat, dan kun je het alsnog toevoegen via Add:. Een wizard loodst je dan verder door het installatieproces.

We gaan er vanuit dat de installatie van je gastsysteem succesvol is afgerond, zodat je de virtuele machine mag opstarten. Zijn de VMware Tools nog niet geïnstalleerd (voor zover beschikbaar voor deze VM), dan doe je dat bij voorkeur alsnog: open het menu Virtual Machine en kies Install VMware Tools, waarna je de verdere instructies volgt.

Heb je Windows XP gevirtualiseerd, dan kun je de VM nog beter in Windows 7 integreren, vergelijkbaar met de Windows XP modus in Windows 7 Professional en Ultimate. Het volstaat het menu Virtual Machine te openen en daar Enter Unity aan te klikken. Er verschijnt dan een startmenu, specifiek voor je virtuele XP (desnoods roep je dat alsnog op via Ctrl+Shift+U). Wil je deze Unity-modus weer verlaten, klik dan op het VMware Player-pictogram in de taakbalk van Windows 7 en kies Exit Unity.

Oude programma's installeren in VMware

Nu wil je natuurlijk ook een oud (oftewel legacy) programma in je virtuele omgeving kunnen installeren. Eigenlijk doe je dat op dezelfde manier als in een ‘echte’ omgeving. Belangrijk evenwel is dat je virtuele machine toegang krijgt tot het externe medium waarop je het setupbestand voor dat programma hebt geplaatst: een diskette, usb-stick of cd of dvd, bijvoorbeeld. Open daarvoor opnieuw het menu Virtual Machine Settings, klik op Removable Devices, selecteer het gewenste medium en kies Connect.

Wil je de sessie van de virtuele machine beëindigen, open dan opnieuw Virtual Machine en kies Power, Power Off, Reset of Suspend. De laatste optie zet de virtuele machine als het ware in slaapstand. Een ‘warme start’ kan ook, via de optie Send Ctrl+Alt+Del – hetzelfde effect overigens als wanneer je de toetscombinatie Ctrl+Alt+Ins indrukt.

Stel, je hebt nog oude machine waarop bijvoorbeeld nog Windows 95 draait en waarop je ook een hele reeks programma’s hebt geïnstalleerd. Nu had je die complete omgeving graag gevirtualiseerd zodat dit probleemloos draait op je gloednieuwe Windows 7 pc. Dat kan! Garantie op succes kunnen we je niet geven, maar de kans is reëel dat je met de volgende procedure dit voor elkaar kunt krijgen.

Verwijder de harde schijf uit dat apparaat en hang die aan je nieuwe pc met bijvoorbeeld Windows 7. Maak een schijfkopie met een programma als Acronis True Image (met extensie *.tib). Let op, dit is géén gratis programma! Installeer vervolgens het gratis VMware Converter in Windows 7 en start de tool op. Kies Convert Machine. Kies bij Select Source Type voor Backup Image or Third Party Virtual Machine. Via de Browse-knop navigeer je nu naar het tib-bestand (naast tib kan VMware Converter ook overweg met vmc, pvs, vmx, sv2i en spf).

Geef bij Destination System aan dat je een image voor VMware Player wenst. De overige opties kun je in principe ongemoeid laten. Start na afloop VMware Player op en open de zonet gecreëerde Virtuele Machine. Met wat geluk duikt even later je vertrouwde Windows 95 in vol ornaat op.

Mocht de eerder in dit artikel uitgelegde Easy install methode niet helemaal goed verlopen of niet beschikbaar zijn voor het besturingssysteem dat je wil installeren, dan kun je het gast-OS altijd nog volledig handmatig installeren. Hieronder leggen we uit hoe je dat doet.

Om een besturingssysteem manueel te installeren kies je I will install the operating system later, waarna je aangeeft welk besturingssysteem je van plan bent te installeren. Je kunt hier kiezen tussen onder meer Microsoft Windows, Linux en Other. Afhankelijk van je keuze krijg je dan aangepaste versies te zien, zoals Windows 3.1, Windows 95 of MS-DOS (wanneer je Other had gekozen). Vervolgens geef je een gepaste naam en locatie voor je virtuele machine op en verstrek je een geschikte schijfcapaciteit. Doorgaans doe je er goed aan hier de voorgestelde capaciteit te accepteren. Voor Windows 95 is dat bijvoorbeeld 8 GB. De nieuwe Virtuele Machine verschijnt nu in het overzichtsvenster van VMware Player.

Manueel de virtuele machine configureren in VMware

Selecteer de nieuwe virtuele machine en kies Virtual Machine, Virtual Machine settings. Nu dien je ervoor te zorgen dat de machine kan opstarten vanaf je fysieke cd/dvd-station – in de veronderstelling althans dat je met een installatie-cd/dvd werkt. Open hiervoor het tabblad Hardware, ga naar de rubriek CD/DVD (IDE), plaats een vinkje bij Connect at power on en bij Use Physical Drive, waarna je de correcte stationsletter aanduidt. Gebruik je echter een iso-bestand, dan geef je de locatie van dat bestand aan via Use ISO image file.

Terug in het hoofdvenster van VMware Player klik je nu op Play virtual machine en volg je de installatie-instructies. Je doet er echter goed aan eerst de installatietips door te nemen die je voor verschillende besturingssystemen vindt op partnerweb.vmware.com (onder meer voor MS-DOS 6.22, Windows 3.1x, 95, 98 en ME).

Start je de VMware Player voor de eerste keer op, dan moet je wel nog even instemmen met de licentievoorwaarden. Meteen na je bevestiging verschijnt het venster van VMware Player. Daar valt op dit moment nog weinig te beleven, omdat je nog geen virtuele machine ter beschikking hebt. Die kun je downloaden, maar ook zelf creëren.

In het eerste geval, open je het menu File en kies je Download a Virtual Appliance. Deze optie brengt je naar een online ‘marktplaats’ waar je terecht kunt voor talrijke, uiteenlopende virtuele appliances, oftewel images van kant-en-klare virtuele machines. De bedoeling is dat je het gedownloade bestand uitpakt en vervolgens via File, Open a Virtual Machine naar het uitgepakte vmx-bestand wijst, waarna je met de virtuele machine aan de slag kunt.

Aangezien je hier echter zo goed als geen DOS- of Windows-gebaseerde appliances aantreft, zit er weinig anders op dan zo’n virtuele machine zelf te creëren.

XP computer in VMware creëren

Laten we ervan uitgaan dat je een Windows XP computer virtueel wilt creëren met behulp van VMware Player. Beschik je over een iso-beeldbestand van de installatie-cd van Windows XP, dan vink je Installer Disk Image File (ISO) aan en verwijs je naar de locatie van dat iso-bestand. Zo’n iso maak je bijvoorbeeld met het gratis ImgBurn.

In deze workshop gaan we er echter vanuit dat je Windows rechtstreeks vanaf de installatie-cd wilt installeren. Vink dus maar de bovenste optie aan (Installer disc), stop de cd in het station en verwijs naar de juiste stationsletter. Als het goed is, ziet VMware Player dat het om Windows XP gaat en wordt een Easy Install voorgesteld. Dat houdt in dat de gehele installatie zo goed als volautomatisch zal verlopen en dat meteen ook een handige extensie, de VMware tools, mee wordt geïnstalleerd.

XP installeren: Easy Install

Zodra je met Next bevestigt, vraagt Easy Install je om enkele ‘administratieve’ gegevens: de productsleutel van Windows XP (optioneel), de naam voor de registratie van het OS (gebruik hier niet administrator of guest) en een optioneel wachtwoord voor het administrator-account. In het volgende venster geef je een duidelijke naam aan je VM mee en kies je een geschikte locatie voor de VM. Nog een venster verder leg je de maximale capaciteit voor het virtuele station vast.  Het virtuele station is eigenlijk een bestand met de extensie .vmdk (virtual machine disk). Voor Windows XP Professional bijvoorbeeld stelt VMware Player een plafond van 40 GB vast – ruimschoots voldoende.

Bevestig je keuzes en start de installatie met Finish; verderop in deze workshop komen we nog wel terug op een aantal opties die je via Customize hardware kunt aanpassen. Wellicht krijg je nu een venster te zien met de vraag of je VMware Tools for Windows 2000 and later wil downloaden. Aangezien deze tools het werken met virtuele machines vergemakkelijken, bevestig je hier met Download and install. Je kunt de installatie nu netjes volgen – een proces dat wel even kan duren.

Virtualisatie gebeurt met behulp van speciale software die je op een fysieke machine met een besturingssysteem, het zogenoemde host-OS, installeert. Deze software staat je toe één of meer ‘virtuele’ besturingssystemen te installeren en te gebruiken, een zogenaamd guest-OS.

Applicaties die je binnen zo’n virtueel besturingssysteem draait, krijgen dan toegang tot verschillende bronnen van de fysieke machine onder het waakzame oog van de virtualisatiesoftware. In deze workshop gebruiken we hiervoor VMware Player 4.0.2, gratis voor niet-commercieel gebruik. Er zijn uiteraard nog alternatieven, maar voor onze doeleinden – het draaien van een ouder OS en bijhorende software – voldoet dit pakket prima.

VMware downloaden en installeren

Je downloadt VMware Player op www.vmware.com na een online registratie. VMware Player is beschikbaar voor Windows en Linux, zowel in 32- als 64-bits versies. In deze workshop houden we het bij de Windows-versie. De installatiewizard controleert ten eerste of je hostsysteem aan alle noodzakelijke voorwaarden voldoet, waaronder een 64-bits x86-cpu en minimaal 1,3 GHz. De installatie stelt verder weinig voor: je hoeft weinig meer te doen dan een vijftal keer op Next te klikken, te bevestigen met Continue en je systeem te herstarten.

▼ Volgende artikel
Weg met die zweetlucht! Zo krijg je je sportkleding écht fris
© BGStock72 - stock.adobe.com
Huis

Weg met die zweetlucht! Zo krijg je je sportkleding écht fris

Na een stevige sportsessie voel je je voldaan. Je bent trots op jezelf dat je het 'weer geflikt' hebt. Maar je sportkleding? Die ruikt allesbehalve fris. Wassen helpt natuurlijk, maar wat doe je als die geur hardnekkig blijft hangen?

De tips in dit artikel in het kort:

  • Was sportkleding het liefst meteen, maar laat het eerst weken in natuurazijn en water
  • Zet de wasmachine op een sportprogramma of op maximaal 30 graden
  • Gebruik vloeibaar wasmiddel (niet te veel)

Lees ook: Schoenen wassen in de wasmachine, zo doe je dat

Sterke zweetlucht? Natuurazijn!

Om ervoor te zorgen dat de sterke zweetlucht niet in de kleding blijft, gooi je de kleding 15 tot 20 minuten voor het wassen in een bak met koud water en een flinke scheut natuurazijn. De azijn haalt de penetrante geur eruit en verwijdert al wat vuil, maar tast het textiel niet aan. Dit helpt ook bij sportkleding met een oude zweetgeur. Daarna was je de kleding met de wasmachine of met de hand.

Heb je een flinke training gehad en echt geen tijd om je sportkleding voor de volgende wedstrijd te wassen? Je frist je sportkleding tijdelijk op door een plantenspuit te vullen met water en azijn, verhouding: 50/50. Spray het mengsel op het kledingstuk en de zweetgeur is weg. Was de kleding na de wedstrijd wel gelijk.

🧊 Extreem sterke geuren krijg je ook uit je sportkleding door de kleding in een plastic zak te stoppen, deze dicht te knopen en de zak in de vriezer te stoppen. De kou doodt de bacteriën die de zweetgeur veroorzaken. Na 24 uur haal je de zak met kleding er weer uit.

Was je sportkleding niet te heet!

Waarschijnlijk denk je: hup, wasmachine aan op 60 graden. Maar doe dit liever niet. Sportkleding is meestal gemaakt van speciaal materiaal dat sneller droogt, een ademende eigenschap heeft en vocht afdrijft. Deze stof is vaak delicater dan bij gewone kleding. Daarom is het belangrijk dat je de kleding voorzichtig wast, op maximaal 30 graden. Zet de wasmachine op een sportprogramma of een programma voor synthetische kleding. Een heter programma kan ervoor zorgen dat de sportkleding krimpt en het elastiek aangetast raakt. Check altijd voor het wassen het waslabel voor de specifieke wasinstructies van de kleding.

Keer de kledingstukken binnenstebuiten voordat je ze in de wastrommel gooit. Hiermee bescherm je de opdrukken en kleuren aan de buitenkant van je kleding. Bovendien zitten de bacteriën en dode huidcellen toch aan de binnenkant van je kleding. Prop de wasmachine niet te vol, want dan wordt je sportkleding niet goed gespoeld.

©Oriol Roca

💡 Geen zin om je sportkleding meteen in de was te gooien? Trek de kleding wel meteen uit en laat het even uithangen. Als je het op een hoopje op de grond gooit, verspreiden de bacteriën alleen maar meer. En hoe langer je wacht, hoe erger de geuren worden.

Wel: vloeibaar wasmiddel. Niet: wasverzachter

Voordat je uit gewoonte een flinke scheut wasmiddel in de machine giet omdat je sportkleding zo vies ruikt: even wachten. Te veel wasmiddel zorgt er juist voor dat er zeepresten in de stof achterblijven. En dit zorgt ervoor dat de kleding je dode huidcellen nog beter blijft vasthouden. Het gevolg: nare geurtjes waar niemand blij van wordt. Gebruik het liefst vloeibaar wasmiddel, want de resten van waspoeder blijven vaak achter in kleding. Je mag wel een beetje baking soda in de wasmachine doen, dit neutraliseert de zweetlucht.

Veel mensen gooien het liefst ook nog wat wasverzachter met een geurtje bij de was, maar voor sportkleding is dit niet aan te raden. Wasverzachter legt namelijk een laagje over de vezels en verstopt hierdoor de vezels, waardoor de kleding niet meer goed schoon wordt. Hierdoor ruikt je kleding na een sportsessie juist erger naar zweet. En wasverzachter kan de stof en de elasticiteit ervan aantasten, waardoor de kleding gaat lubberen.

©anetlanda

⚠️ Droog je sportkleding liever niet in de droger. Veel sportkleding krimpt door de hitte. Het is veel beter voor de kleding om het buiten aan de lijn te laten drogen of in een ruimte met goede ventilatie.

Toe aan nieuwe sportkleding?

Van sport-bh tot fitnessbroek

▼ Volgende artikel
Slim wonen zonder pottenkijkers: 5 tips voor privacy in je smart home
© Koen Barten | Philips
Zekerheid & gemak

Slim wonen zonder pottenkijkers: 5 tips voor privacy in je smart home

Vanuit je luie stoel de lampen aanzetten of de temperatuur in huis regelen: smart devices zijn er om het leven nét wat makkelijker te maken. Helaas vormen zulke IoT-apparaten ook een risico voor je privacy. Wil je niet alleen slim, maar ook veilig wonen? Met deze tips voorkom je pottenkijkers in je smart home.

In dit artikel lees je: 💡Wat IoT-apparaten oftewel slimme apparaten precies zijn 💡Hoe slimme apparaten aan hun data komen 💡Waarom slimme apparaten een gevaar kunnen vormen voor je privacy 💡Hoe je je slimme apparaten zo instelt dat de kans op een hack minimaal wordt

Lees ook: Slimme stekkers – welke modellen zijn echt zuinig?

IoT (Internet of Things) omvat alle huishoudelijke apparaten die met het internet verbonden zijn, zoals slimme lampen, speakers en thermostaten. Zelfs gordijnen, deursloten en koelkasten kunnen tegenwoordig slim worden gemaakt door ze aan een netwerk te koppelen. Om jou als gebruiker zo goed mogelijk te kunnen bedienen, verzamelen IoT-apparaten de hele dag door data die je gedrag en gewoonten in kaart brengen. Ben je tussen negen en drie niet thuis? Dan weet je slimme thermostaat dat de verwarming omlaag moet, zal het beveiligingssysteem in die uren extra alert zijn op bewegingen rondom je huis en gaat je robotstofzuiger aan de slag om je vloer spic en span te maken. 

Ook jij hebt wat te verbergen

Slimme apparaten komen op allerlei manieren aan hun data, bijvoorbeeld via spraakopdrachten ('Hé Alexa, speel jazzmuziek af'), commando's die je in een app geeft en zelfs via sensoren die beweging, licht en temperatuur detecteren. Al die gegevens worden ergens opgeslagen, en het probleem is dat de meesten van ons geen idee hebben wat er met die data gebeurt. Vaak vinden we dat ook helemaal niet zo interessant: we denken immers al snel dat criminelen niets met onze data kunnen. Maar als je denkt dat je niets te verbergen hebt, heb je het mis. Cybercriminelen die toegang krijgen tot je smart home kunnen veel meer dan alleen je lampen bedienen. Ze kunnen je bankgegevens stelen (bijvoorbeeld via een gehackt apparaat dat toegang geeft tot je thuisnetwerk), het alarmsysteem van je woning uitschakelen en persoonlijke gesprekken afluisteren via je slimme speaker – om maar een paar voorbeelden te noemen. Hoe meer slimme apparaten je in huis hebt, hoe groter de kans dat er ergens een datalek ontstaat. Dat wil je natuurlijk voorkomen.

©StockPhotoPro

Er zijn allerlei manieren om je smart home te beschermen tegen pottenkijkers. Als je niet zo technisch aangelegd bent, kunnen zulke tactieken je al snel overweldigen. Daarom houden we het bij een aantal algemene tips die voor iedereen makkelijk uit te voeren zijn en die toch een groot verschil kunnen maken in de beveiliging van je smart home.

Tip 1: Kies voor een betrouwbare fabrikant

Het merk van je slimme apparaten kan veel zeggen over hoe goed deze apparaten van zichzelf beveiligd zijn. Gerenommeerde merken zoals Philips, Homey en Amazon hebben immers een reputatie hoog te houden als het om veiligheid gaat. Bovendien moeten producten van A-merken in Europa aan strenge eisen voldoen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een merkloos model van een Chinese fabrikant. Laat je dus niet verleiden door aantrekkelijke deals terwijl je aan het browsen bent: als ze te mooi lijken om waar te zijn, zijn ze dat waarschijnlijk ook. Als je twijfelt of een merk betrouwbaar is, doe dan eerst uitgebreid onderzoek. Lees onafhankelijke reviews, onderwerp de webshop van het betreffende merk aan een kritische blik en controleer of het merk voldoet aan Europese keurmerken. 

Tip 2: Kies sterke wachtwoorden

Slimme apparaten worden doorgaans geleverd met een standaard wachtwoord waarmee je op de bijbehorende app kunt inloggen. Veilig zijn deze wachtwoorden niet. Sterker nog: een standaard wachtwoord aanhouden is haast net zo onveilig als helemaal geen wachtwoord op je smart device hebben. Het is dus belangrijk dat je het wachtwoord al tijdens de installatie van het product verandert in een unieke en sterke variant. Een sterk wachtwoord bestaat uit letters, cijfers én speciale tekens. Verwerk nooit je naam, geboortedatum of adres in het wachtwoord. Geef ook elk slim apparaat een uniek wachtwoord, zodat je andere apparaten bij een hack veilig zijn. En schakel tweestapsverificatie in als dat kan: hiermee voeg je een extra beveiligingslaag toe, zodat anderen niet zomaar kunnen inloggen als ze je wachtwoord weten. 

Tip 3: Maak gastnetwerken aan 

Je wifi-netwerk is voor criminelen een ware goudmijn. Krijgen criminelen toegang tot je wifi, dan kunnen ze niet alleen alles zien wat jij op het internet doet, maar ze kunnen ook slimme apparaten overnemen die op dat netwerk zijn aangesloten. Het is daarom verstandig om gastnetwerken aan te maken voor je slimme apparaten. Hiermee isoleer je het netwerk van deze apparaten van het hoofdnetwerk, wat de kans op een datalek flink verkleint. Ook verklein je op deze manier het risico dat hackers via een zwak beveiligd slim apparaat toegang krijgen tot bijvoorbeeld je laptop, e-mail of bankzaken op het hoofdnetwerk. 

Ook slim is het uitschakelen van de functie Universal Plug and Play (UPnP) op al je slimme apparaten. Deze functie helpt om via wifi automatisch met andere smart devices te verbinden, maar vergroot ook het risico dat je apparaten van buitenaf toegankelijk worden. 

©TStudious - stock.adobe.com

Tip 4: Houd je apparatuur up-to-date

Wacht je altijd weken of zelfs maanden voordat je een nieuwe software-update op je apparaten uitvoert? Foute boel! Updates hebben niet alleen als doel de functionaliteiten van je slimme apparaten te verbeteren, maar zijn er ook om beveiligingslekken te dichten die in eerdere versies zijn opgemerkt. Download je deze updates niet, dan laat je in feite de digitale achterdeur openstaan voor criminelen. Maak er daarom een gewoonte van om iedere week te checken of er nieuwe updates beschikbaar zijn en download deze dan direct. Het is slechts een kleine moeite die een groot effect kan hebben op je privacy.

Tip 5: Controleer de privacy-instellingen

Slimme apparaten komen doorgaans met standaardinstellingen die toestemming geven om bepaalde gegevens te verzamelen of op te slaan. Dat is vaak gunstig voor de fabrikant, maar als je geen pottenkijkers in huis wilt, is het zaak dat er zo min mogelijk gegevens van jou in de cloud terechtkomen. Gelukkig kun je de privacy-instellingen van je slimme apparaten meestal wijzigen. Zo kun je op veel slimme apparaten instellen dat de opnamegeschiedenis direct verwijderd wordt. Sommige apparaten sturen automatisch gegevens naar de fabrikant voor verbeteringsdoeleinden; ook dit kun je vaak uitschakelen. Zet ook altijd functies uit die je niet gebruikt. Gebruik je de spraakbediening op je slimme speaker niet? Schakel de microfoon dan helemaal uit. Zo verklein je in elk geval de kans dat je wordt afgeluisterd.

Je huis slimmer maken?

Slimme stekkers!