ID.nl logo
EV-profiel Volvo EC40 - Steeds een beetje beter
Mobiliteit

EV-profiel Volvo EC40 - Steeds een beetje beter

Volvo voegde onlangs de EC40 en EX40 toe aan zijn modellijn. In feite gaat het om de welbekende elektrische versies van de C40 en de XC40, maar dan met een nieuw naamplaatje. In de tijd dat deze compacte SUV's op de markt zijn, heeft Volvo echter meer geschroefd en gesleuteld dan alleen aan de naam. We maken in dit EV-profiel nader kennis met de C40 ... nee, de Volvo EC40 Single Motor Extended Range.

Download nu GRATIS het EV Duurtest-rapport 2024!

In het EV Duurtest-rapport zijn nieuwe elektrische auto's door verschillende consumenten getest. Alle resultaten vind je terug in dit digitale rapport. Door het invullen van je naam en e-mailadres meld je je aan voor ontvangst van het Kieskeurig EV Duurtest-rapport. Tevens ben je ingeschreven voor de Kieskeurig.nl EV-nieuwsbrief.

©Igor Stuifzand

Eerst even een rondje om de Volvo EC40

De Volvo C40 verscheen in de zomer van 2021 op de Nederlandse weg, als tweede carrosserievariant van de populaire, elektrisch aangedreven XC40 Recharge Electric. Met zijn vloeiend aflopende daklijn bracht de uitsluitend als EV leverbare C40 wat meer sportiviteit, elegantie en een betere stroomlijn in het ontwerp van Volvo’s populaire compacte SUV.

Maar voor zo veel toegevoegde schoonheid betaalde je wel de rekening. Niet eens zozeer een meerprijs in muntvorm, maar wel in de vorm van ruimte. Met de achterbank platgelegd kan er onder de vlak liggende achterruit immers minder vracht worden opgestapeld. Met de bank in stelling verschilt het laadvolume van de C40 nauwelijks met dat van de XC40, maar zitten de passagiers wel eerder met hun hoofd tegen het dak.

In eerste instantie werd de C40 uitsluitend geleverd met de krachtigste aandrijflijn van de XC40, voorzien van twee elektromotoren en met een vermogen van 408 pk. Later voegde Volvo daar nog een tweede vermogensvariant aan toe met een enkele 231 pk sterke elektromotor op de vooras. Eind 2022 stak Volvo daar echter alweer een stokje voor. Het Zweedse merk had een nieuwe, efficiëntere elektromotor ontwikkeld. Die werd in de eenmotorige XC40 en C40 niet meer tussen de voorwielen gelegd, maar kreeg een plekje op de achteras.

Deze switch van voor- naar achterwielaandrijving (zoals ook bij de Polestar 2) moest zorgen voor een betere tractie en minder aandrijfreacties in de besturing. Optisch zag je er helemaal niets van, maar in technische zin waren de volledig elektrische Volvo XC40 en C40 na deze grondige update in feite compleet andere auto's.

©Igor Stuifzand

Voor modeljaar 2024 heeft Volvo opnieuw een belangrijke wijziging doorgevoerd. Uiterlijk veranderde er wederom niets, de technische componenten bleven deze keer eveneens op hun plek. Het verschil zit 'm nu alléén in de naam: de XC40 en C40 Recharge Electric gaan voortaan namelijk door het leven als EX40 en EC40.

Op die manier zitten beide EV's meer op een lijn met de geheel elektrische Volvo EX30 en EX90, zo is de achterliggende gedachte van de Zweden. Eerlijk is eerlijk: wij reden voor dit EV-profiel nog met een C40 Recharge Electric van vóór de naamsverandering. We kunnen de testauto echter zonder bezwaren bij z'n nieuwe naam noemen: EC40.

©Igor Stuifzand

Wat valt er op aan boord van de Volvo EC40?

Tegenwoordig heeft zo'n beetje elke EV een futuristisch dashboard met grote beeldschermen, maar de Volvo EX40 en EC40 maken op die regel graag een uitzondering. Het dashboard oogt traditioneel, met achter het stuur een digitaal instrumentarium in een ovale behuizing en in de middenconsole een staand aanraakscherm met een (bescheiden) diameter van 9 inch.

Volvo heeft getracht de bediening eenvoudig te houden. Dankzij toepassing van Google Assistant en navigatie op basis van Google Maps is het Zweedse merk daar zeker in geslaagd. De informatie op het touchscreen is echter nogal pietepeuterig. Door de kleine belettering word je er toch weer aan herinnerd dat je gauw eens die afspraak met de opticien moet gaan maken...

©Igor Stuifzand

De stoelen van de EC40 zitten heerlijk – zoals het een Volvo betaamt. Ze bieden een comfortabele combinatie van relatief zachte kussens en een goede ondersteuning van je rug en zitvlak. Na een urenlange rit stap je wakker uit. In onze testauto zijn de stoelen bekleed met zwarte microtech-bekleding, die is afgebiesd met banen van textiel. Maar je kunt ook kiezen voor zwart suède in combinatie met blauw tapijt of voor lichtgrijze wol.

De sierlijsten in camouflagereliëf op het dashboard en de deurpanelen worden van achteren verlicht. Dat zie je pas wanneer het donker wordt, maar het effect is geslaagd. De afwerking van het interieur is erg mooi; zelfs de binnenkant van de deurbakken is met textiel bekleed.

©Igor Stuifzand

Is de Volvo EC40 een praktische auto?

De Volvo EC40 is 7 centimeter lager dan de EX40. Je weet dus van tevoren dat je inlevert op hoofd- en bagageruimte. Het glazen panoramadak, dat standaard op de EC40 wordt geleverd, snoept nog meer ruimte op. Maar: zolang er achterin niemand plaatsneemt die langer is dan 1,85 meter, hoor je geen klachten over gebrek aan hoofdruimte.

Over de beenruimte klinkt evenmin gemopper vanaf de achterbank. Wat wel opvalt, is dat er een hoge tunnel in het midden van de vloer zit. Een erfenis van de Volvo XC40 met verbrandingsmotor. In deze tunnel is bij de elektrische EX40 en EC40 nu een deel van het batterijpakket ondergebracht.

©Igor Stuifzand

Met een inhoud van 404 liter is de kofferbak van de EC40 praktisch net zo groot als die van de EX40 (410 liter). Dat wil zeggen: met de achterbank in stelling. Wanneer je de twee delen van de rugleuning neerklapt, merk je dat grote objecten minder gemakkelijk onder de achterklep passen. Doordat de achterruit van de EC40 veel platter ligt, lever je 110 liter op het maximum laadvolume in. In totaal kan er 1196 liter bagage worden vervoerd. De 'frunk' voorin heeft een inhoud van 31 liter. Daar past de laadkabel dus gemakkelijk in.

De EC40 heeft hetzelfde trekvermogen als de EX40: 1500 kilo voor de versies met enkele elektromotor en 1800 kilo voor de Twin Motor Performance. Voor wie zoekt naar een EV die een (niet al te grote) caravan kan trekken, is de Volvo EC40 (of EX40) een uitstekend alternatief.

©Igor Stuifzand

Welke batterij- en vermogensvarianten zijn er leverbaar?

De Volvo EC40 wordt – net als de EX40 – aangeboden met drie verschillende combinaties van batterijen en motor(en). Basisversie is de EC40 Single Motor, die zijn energie put uit een lithium-ionbatterij met een capaciteit van (bruikbaar) 67 kWh. Deze batterij is volgens de WLTP-rekenmethode goed voor een maximaal rijbereik van 487 kilometer.

Het boordnet werkt met een spanning van 400 volt, waarmee snelladen tot 180 kW tot de mogelijkheden behoort. Volvo geeft een tijd van 26 minuten op om de batterij van 10 naar 80 procent ‘state of charge’ bij te laden. Standaard beschikt de EC40 over een 11kW-boordlader (3 fase). In de EC40 Single Motor met ‘kleine’ batterij brengt de elektromotor een vermogen van 238 pk over op de achterwielen.

De EC40 Single Motor Extended Range heeft een grotere batterij met een bruikbare capaciteit van 79 kW. De 38 kilo aan extra gewicht wordt gecompenseerd met vermogen. De elektromotor brengt nu 252 pk over op de achterwielen. Overigens leveren beide Single Motor-modellen identieke prestaties: je accelereert in 7,3 seconden vanuit stilstand naar 100 km/u, de topsnelheid is (zoals in elke Volvo) begrensd op 180 km/u. De EC40 Single Motor Extended Range kan snelladen met maximaal 205 kW, en Volvo geeft een actieradius op van een meer dan bruikbare 584 kilometer.

De EC40 Twin Motor Performance is het topmodel uit de reeks. Hij heeft dezelfde grote 79kWh-batterij als de Single Motor Extended Range, maar nu wordt energie aan twee motoren geleverd. Die brengen een gecombineerd vermogen van 442 pk over op de wielen, waarbij 184 pk naar voren gaat en 258 pk naar de achterwielen. Met de EC40 Twin Motor Performance accelereer je in slechts 4,6 tellen naar de 100, maar ook hier wordt de voorwaartse drang bij 180 km/u afgekapt. Het is begrijpelijk dat twee motoren méér energie verbruiken dat één motor. Volgens de WLTP-opgave komt de EC40 Twin Motor Performance echter nog steeds 551 kilometer ver op een volle batterij.

Het verbruik en de actieradius in de praktijk

Voor een goede verbruiksindicatie rijden we met elke elektrische testauto dezelfde route van 170 kilometer. Deze route leidt door de stad met veel verkeer en verkeerslichten, via provinciale en secundaire wegen en over enkele snelwegtrajecten, waar we de cruisecontrol op 100 km/u en 130 km/u vastzetten. We leggen onze verbruiksronde af na de avondspits, om bij 130 km/u geen snelheidsovertredingen te riskeren en druk (vracht)verkeer zo veel mogelijk te ontlopen. De verbruikstest is geen race of recordpoging ‘zuinig rijden’, we proberen met elke testauto zoveel mogelijk dezelfde rijstijl aan te houden. We zetten de airco op 21 graden en schakelen (indien aanwezig) het regeneratief remmen of ‘one-pedal driving’ altijd in.

Voor de EC40 Single Motor Extended Range geeft Volvo zelf een gemiddeld energieverbruik op van 16,2 kWh/100 km. Opvallend: de EX40 ‘doet’ 16,6 kWh/100 km. Het verbruiksverschil tussen beide modellen is geheel toe te schrijven aan de betere stroomlijn van de EC40, gerealiseerd door het lagere en vloeiender aflopende dak. Volvo levert de uitvoeringen Plus en Ultra standaard met een warmtepomp, voor de Core en Business Edition geldt voor dit energiebesparende onderdeel een meerprijs van 1195 euro (inclusief stoel- en stuurverwarming).

Tijdens onze verbruiksronde heeft de Volvo EC40 Single Motor Extended Range alle omstandigheden mee. Er staat weinig wind, de zon schijnt en de temperatuurmeter reikt iets boven de 20 graden Celsius. Wanneer we na 170 kilometer terugkeren op het startpunt van de verbruiksronde, geeft de boordcomputer een score aan die ons verbaast – in positieve zin, welteverstaan. We hebben het door de fabriek opgegeven WLTP-verbruik namelijk gemakkelijk verbeterd. Met een gemiddelde van 15,8 kWh/100 km nestelt de Volvo EC40 Single Motor Extended Range zich zelfs tussen de zuinigste EV’s die we tot dusverre hebben getest. Hulde!

©Igor Stuifzand

Hoe rijdt de Volvo EC40?

De Volvo EC40 Single Motor Extended Range met grote 79kWh-batterij weegt bijna 2000 kilo. Het onderstel van de auto heeft dus een behoorlijk zware taak om al die kilo’s in het gareel te houden. Maar Volvo heeft een afstemming van de vering en schokdemping weten te vinden die de massa uitstekend in balans houdt. Ongeacht de kwaliteit van de ondergrond blijft de EC40 heel comfortabel. De vering is soepel, de schokdemping laat zich zelfs op venijnige oneffenheden niet uit het lood slaan. Het veercomfort is uitstekend.

Toch is de afstemming van het onderstel niet dusdanig zacht dat je bij hogere (bocht)snelheden het gevoel krijgt de controle te verliezen. Integendeel: ook wanneer het tempo er lekker in zit, helt de carrosserie van de EC40 in de bocht nauwelijks over. Bewegingen die het comfort of het controlegevoel ondermijnen, zijn de Volvo EC40 vreemd. De besturing van de auto is niet overmatig licht en geeft een goed gevoel over de richtingveranderingen. Ook dankzij de fijne stoelen is de Volvo EC40 een auto waarin je met veel plezier lange, relaxte afstanden aflegt.

Eén kritiekpuntje: het zicht naar achteren is door de brede dakstijlen en vlak liggende achterruit niet geweldig. Gelukkig kun je vertrouwen op een heel arsenaal aan veiligheidsopties, die Volvo standaard op de EC40 levert.

©Igor Stuifzand

Ontdek jouw ideale elektrische auto

Vergelijk en vind de beste deals op Kieskeurig.nl!

Hoe ziet het kostenplaatje eruit?

Voor de EX40 Single Motor met kleine batterij heeft Volvo het uitrustingsniveau Essential in het leven geroepen. Op deze manier heeft het Zweedse merk de basisprijs van de EX40 nét onder de SEPP-grens weten te krijgen, zodat je als koper aanspraak maakt op 2.950 euro aanschafsubsidie. Geef je echter de voorkeur aan de Volvo EC40, dan kun je de SEPP-subsidie op je buik schrijven. Doordat de EC40 standaard 1500 euro duurder is dan de EX40, zou de auto nog steeds boven de subsidiegrens van 45.000 euro vallen. Toevoeging van een Essential-uitrusting op de EC40-reeks was daarom niet noodzakelijk.

©Igor Stuifzand

Goedkoopste EC40-variant is de Single Motor in Core-uitvoering. Deze auto staat voor 50.495 euro in de prijslijst. Private-leasetarieven beginnen bij 719 euro per maand. Concurrent BMW iX2 zit op hetzelfde prijsniveau, de Audi Q4 e-tron Sportback heeft met zijn grotere batterij en hogere motorvermogen een hogere basisprijs. Als Business Edition kost de EC40 Single Motor 51.495 euro, de Plus-variant staat voor 53.995 euro in de prijslijst.

Voor de EC40 Single Motor Extended Range met grotere batterij beginnen de prijzen bij 53.495 euro voor de Core-uitvoering. De Plus-versie is 3000 euro duurder, de meest compleet uitgevoerde Ultra wordt aangeboden voor 59.495 euro. De EC40 Twin Motor Performance is er als Plus (60.995 euro) en als Ultra (63.495 euro). Deze twee uitrustingsniveaus kunnen op alle batterij-/vermogensvarianten worden geleverd als speciale Black Edition, met Onyx-zwarte lak, zwarte 20-inch wielen en zwarte bekleding.  

©Igor Stuifzand

▼ Volgende artikel
Review LG 65QNED91T6A - Kan hij  tippen aan de concurrentie?
Huis

Review LG 65QNED91T6A - Kan hij tippen aan de concurrentie?

QNED, het antwoord van LG op quantum dots, wordt toegepast in deze miniled lcd-tv. Dit type televisie is inmiddels erg populair geworden, ook in het subtop- en middensegment van het tv-aanbod. Heeft deze LG 65QNED91T6A genoeg in huis om de concurrentie de baas te blijven?

Uitstekend
Conclusie

De 65QNED91T6A kan zijn miniled-beloftes niet echt waarmaken. Het aantal zones in de achtergrondverlichting is vrij laag, waardoor er maar een beperkte verbetering van het contrast is. Ook op het gebied van piekhelderheid scoort hij niet overdreven goed. Als we naar concurrenten in deze categorie kijken, zoals Hisense of TCL, dan bieden die meer zones, beter contrast en meer piekhelderheid. LG slaat de plank verder ook mis door reclame op het Home-scherm toe te laten, dat zetten we onverbiddelijk uit. Ondanks die beperking levert de tv nog voldoende contrast en piekhelderheid, en gecombineerd met een ruim kleurbereik en zeer goede beeldverwerking levert dat alsnog erg mooie beelden. De tv is op zijn best in verlichtte woonkamer. Hij ondersteunt Dolby Vision, maar geen HDR10+. LG vangt dat uitstekend op door zijn eigen dynamische tonemapping. Dat illustreert dat goede beeldverwerking net zo belangrijk als puur contrast of piekhelderheid. WebOS is een prima smart tv-systeem met ruim aanbod apps en functies en nu ook met de garantie voor vijf jaar nieuwe versies voor het OS. De prijs is wat ons betreft echter nog iets te hoog.

Plus- en minpunten
  • Voldoende piekhelderheid en goed contrast
  • Mooie HDR-beelden in HDR10 en Dolby Vision
  • Te weinig zones voor een miniled
  • Advertenties op het Home-scherm
  • Beperkte kijkhoek

OVER DIT TOESTEL

  • Adviesprijs: 1.799 euro
  • Wat: Ultra HD 4K 120 Hz Full Array miniled QNED LCD-tv met lokale dimming
  • Schermformaat: 65 inch (164 cm)
  • Aansluitingen: 4x HDMI (4x v2.1 (48 Gbps), ARC/eARC, ALLM, VRR, QMS), 2x USB, 1x optisch digitaal uit, 2x antenne, WiFi 5 (802.11ac), ethernet, Bluetooth 5.1, WiSA
  • Extra’s: HDR10, HLG, Dolby Vision IQ, Dolby Atmos, WebOS 24, AirPlay 2, USB/DLNA-mediaspeler, DVB-T2/C/S2, CI+-slot, Alpha 8 processor
  • Afmetingen: 1452 x 907 x 285 mm (incl. voet)
  • Gewicht: 35,0 kg (incl. voet)
  • Verbruik (per 1000 uur): SDR 84 kWh (E) / HDR 167 kWh (G)

ENERGIELABEL

MEER INFORMATIE

Deze LG-televisie past perfect in het rijtje van moderne, prima afgewerkte televisies die we dit jaar al vaker voorbij zagen komen. Het toestel is vrij slank dankzij het profiel van slechts 45mm, heeft een mooie metaalkleurige rand rondom en een vlakke rug. Aan de zijdes is de rug zoals bij de meeste toestellen wat afgeschuind. De centrale voet biedt geen verschillende draaiposities, maar het scherm staat desondanks toch 7cm hoog boven het tv-meubel, zodat een soundbar goed onder het scherm past. Het enige echt opvallende kenmerk? Het toestel is relatief zwaar, namelijk 35kg inclusief voet.

De tv beschikt over vier HDMI-poorten die allemaal de maximale HDMI 2.1-bandbreedte van 48Gbps bieden. Dat is nog steeds vrij zeldzaam, maar is wel goed nieuws voor gamers met meerdere high-end gaming-bronnen. Er is ondersteuning voor ALLM, 4K120 en VRR (AMD FreeSync en NVIDIA G-Sync) en op één poort kun je ARC/eARC gebruiken. De input-lag is iets hoger dan bij de oled-modellen, maar blijft zeer goed, 17,0ms (4K60) en 7,6ms (2K120). Wie de tv wil uitbreiden met draadloze luidsprekers, kan gebruik maken van het WiSA-protocol (Wireless Speaker and Audio Association). Je bent wel beperkt tot 2.1-configuraties, een WiSA surround-opstelling is dan helaas niet mogelijk.

Niet alle minileds zijn gelijk

Het gebruik van minileds voor de achtergrondverlichting is iets waar fabrikanten graag mee uitpakken, maar het resultaat per merk en model kan sterk uiteenlopen. Minileds verdelen de achtergrondverlichting in meer segmenten dan wanneer er gewone leds worden toegepast. Het aantal zones kan sterk verschillen, van 100 tot meer dan 1.000. Dat heeft uiteraard impact op de prestaties wat betreft contrast en helderheid.

Deze LG heeft een achtergrondverlichting met 16x10 (160) zones, en dat is vandaag de dag toch redelijk weinig. Concurrenten zitten in dit segment al op 1.500 zones. Het eigen contrast van het VA-paneel is goed, 4.800:1, maar met dat beperkt aantal zones stijgt dat nauwelijks naar 5.000:1, en dat is vooral ook omdat LG erg voorzichtig is met de dimming. Op eenvoudigere testen kan dit wel naar 35.000:1 stijgen. Naar een reden hoeven we niet ver te zoeken, agressief dimmen met zo weinig zones maakt de zonegrenzen zichtbaar, ook omdat ze soms wat traag reageren. Dat stoort erg en hierdoor is een vage halo rond heldere voorwerpen op een donkere achtergrond dan ook onvermijdelijk.

©LG Electronics

Ook op het vlak van helderheid doet de LG op veel vlakken onder voor de concurrentie. Op een 10% venster meten we in de goed gekalibreerde HDR Filmmaker mode 1.099 nits, en op het volledig wit beeld haalt hij nog 644 nits. Dat was twee jaar geleden weliswaar nog acceptabel, maar nu concurrenten vlot over de 2.000 nits gaan, is dat toch wat te beperkt. Het kleurbereik scoort wel uitstekend, daar meten we 95% P3.

Toch heeft LG nog een sterke troef in handen, namelijk de uitstekende kalibratie af fabriek. De Filmmaker mode is zowel in SDR als HDR bijzonder goed gekalibreerd. Dat betekent dat je kunt rekenen op veel schaduwnuances, een neutrale grijsschaal en mooie, natuurlijke kleurweergave. Met HDR10-beeld kan LG’s dynamische tone mapping prachtige resultaten opleveren en daarmee maakt de tv het beste van zijn kleurbereik en helderheid. Witnuances en intense kleuren worden uitstekend bewaard. Alleen heel donkere HDR10-scènes lijden wat onder het beperkte aantal zones, die beelden worden iets té donker. De QNED91 ondersteunt ook Dolby Vision, maar geen Dolby Vision IQ zoals bij de oled-modellen.

Uitstekende beeldverwerking

Naast een uitstekende kalibratie toont deze LG ook sterke prestaties voor beeldverwerking. Dat dankt de tv aan zijn Alpha 8-processor die verbeterd werd met eigenschappen en functies die vorig jaar nog exclusief voor de Alpha 9-processor waren. We kunnen zelfs zeggen dat de LG geen echte zwakke plekken meer heeft. Deinterlacen van 1080i-beelden zoals die van live tv, doet hij prima zodat je zelden nog een gekartelde rand ziet. Upscaling en ruisonderdrukking maken van oudere content mooie 4K-beelden, al kun je van oudere videocontent zoals dvd’s geen wonderen verwachten. Via een superresolutie-bewerking kan de tv wat fijn extra detail toevoegen, dat werkt goed voor HD-materiaal, maar kan bij dvd’s bijvoorbeeld wel voor een wat overbewerkt resultaat zorgen. De ruisonderdrukking kan ook kleurstroken in zachte gradiënten wegnemen.

©LG Electronics

Een lcd-paneel heeft minder bewegingsscherpte dan een oled-paneel, en dus maskeert het fijn detail in snelle actiescènes. Bewegende voorwerpen hebben soms een wazige rand of tonen een beperkt sleepspoor. LG biedt met Motion Pro verschillende opties om dat te elimineren, maar introduceren op hun beurt juist weer andere problemen, dus deze functie kun je beter uit laten staan. Heb je een hekel aan schokken in het beeld wanneer de camera snel beweegt, activeer dan de Trumotion-functie. Zeker voor sport is dat prettig, maar voor film blijft het vaak een kwestie van smaak.

Degelijke audio

De QNED91 is uitgerust met een 2.2-systeem van 40 watt, en ondersteuning voor Dolby Atmos en DTS:X. Onze filmfragmenten klonken prima met een aangename warme klank en een vleugje ruimtelijkheid. Die echte surround sound-ervaring kan je uit dit soort systeem niet halen, zelfs niet met ondersteuning voor de modernste audioformaten. Dat AI niet altijd de juiste resultaten geeft, werd hier bevestigd. De tv heeft een AI-Pro mode voor geluid, maar die klonk erg slecht, zeker voor muziek. In de muziek audiomode konden we het resultaat wél waarderingen, als loop je daar wel tegen beperkingen aan wanneer je voor hardere muziekgenres zoals metal kiest. Met het volume op ongeveer driekwart hoor je de woofer trillen in het chassis en gaat de bas uit de bocht. Al bij al een degelijk resultaat, in lijn met deze categorie. 

WebOS 24, helaas met reclame

De smart tv-omgeving van LG, WebOS, heeft veel goede punten. Zo vind je nagenoeg alle streaming-apps op dit platform, zowel internationaal als lokaal. Daarnaast heeft LG op de 2024-versie van webOS naast Airplay 2 ook Google Cast geïmplementeerd zodat je vanaf je smartphone, Android of iOS, moeiteloos content naar de tv kunt streamen. Apps en andere functies zijn gegroepeerd in zogeheten Quick Cards, zodat je gemakkelijk bepaalde functies kunt terugvinden.

©Eric Beeckmans | ID.nl

Er zijn Quick Cards voor Thuis-hub, Sport, Thuiskantoor, Games, Muziek, Toegankelijkheid en sinds kort ook voor Leren en Groeien. De lay-out van WebOS zelf is vrij eenvoudig en ook redelijk compact zodat je niet nodeloos hoeft te scrollen om iets te vinden. De Magic Remote van LG waarmee je een cursor bestuurt door naar het scherm te wijzen blijft ook een belangrijke factor in het gebruiksgemak. Aangezien smart tv-platformen nog steeds evolueren is het ook erg fijn om te weten dat LG nu vijf jaar lang de nieuwste versie van WebOS op je tv belooft te plaatsen. In dit overzichtsartikel vind je alle info over webOS.

Toch heeft LG wat ons betreft een foute beslissing genomen. De fabrikant toont namelijk nu reclame op het Home-scherm, en die reclame is in tegenstelling tot bij andere fabrikanten niet beperkt tot content, maar kan bijvoorbeeld ook een sportwinkel of automerk tonen. Dat is echt wel het laatste wat we willen. Zelfs de screensaver kan reclame tonen (al zagen daar gelukkig alleen LG’s eigen LG Channel-dienst). Je kunt de reclame uitschakelen via de instellingen, iets dat we dan ook van harte aanraden.

Conclusie

De 65QNED91T6A kan zijn miniled-beloftes niet echt waarmaken. Het aantal zones in de achtergrondverlichting is vrij laag, waardoor er maar een beperkte verbetering van het contrast is. Ook op het gebied van piekhelderheid scoort hij niet overdreven goed. Als we naar concurrenten in deze categorie kijken, zoals Hisense of TCL, dan bieden die meer zones, beter contrast en meer piekhelderheid. LG slaat de plank verder ook mis door reclame op het Home-scherm toe te laten, dat zetten we onverbiddelijk uit.

Ondanks die beperking levert de tv nog voldoende contrast en piekhelderheid, en gecombineerd met een ruim kleurbereik en zeer goede beeldverwerking levert dat alsnog erg mooie beelden. De tv is op zijn best in verlichtte woonkamer. Hij ondersteunt Dolby Vision, maar geen HDR10+. LG vangt dat uitstekend op door zijn eigen dynamische tone mapping. Dat illustreert dat goede beeldverwerking net zo belangrijk als puur contrast of piekhelderheid. WebOS is een prima smart tv-systeem met ruim aanbod apps en functies en nu ook met de garantie voor vijf jaar nieuwe versies voor het OS. De prijs is wat ons betreft echter nog iets te hoog.

▼ Volgende artikel
Virtuele webcams: special effects voor je videogesprekken
Huis

Virtuele webcams: special effects voor je videogesprekken

Je bent aan het videobellen, maar de achtergrond ziet er slordig uit. Of misschien wil je tussendoor een kort filmpje tonen, het beeld optimaliseren of opfleuren met enkele effecten. Software die je als virtuele webcam gebruikt, maakt dit en nog veel meer mogelijk.

In dit artikel stellen we enkele virtuele webcam-applicaties aan je voor:

  • FineCam
  • ManyCam
  • OBS Studio

Lees ook: Geen pottenkijkers meer! Zo schakel je de webcam uit

Er zijn al langer applicaties beschikbaar waarmee je filters, effecten en virtuele achtergronden aan je videogesprek toevoegt. De populaire mobiele app Snapchat was een van de eerste. Met uitgebreide filters en lenzen kun je in realtime beelden aanpassen. Je geeft jezelf bijvoorbeeld kattenoren of verandert de omgeving. Snapchat gebruikt Augmented Reality (AR) om digitale elementen over echte beelden te plaatsen.

Inmiddels heeft ook Artificiële Intelligentie (AI) zijn intrede gedaan om effecten nauwkeurig op bewegende gebruikers toe te passen. Videoconferentietools zoals Teams en Zoom, gebruiken AI. Denk aan machinelearning-technologieën en convolutionele neurale netwerken. Daarmee is de gebruiker van zijn achtergrond te scheiden en kan er een virtuele achtergrond worden getoond. Een green screen is niet meer nodig.

In het gratis Microsoft Teams start je bijvoorbeeld een videogesprek via Nu vergaderen / Vergadering starten. Als je op Meer en Achtergrondeffecten klikt, kun je uit tientallen achtergronden kiezen of je achtergrond vervagen. Via Nieuwe toevoegen importeer je een specifieke achtergrond, bijvoorbeeld ontworpen door een AI-beeldgenerator.

Mogelijkheden

Virtuele webcams kun je gebruiken om speciale effecten, filters en grafische overlays aan je live-video toe te voegen, of om de achtergrond te vervagen of te vervangen. Als de gebruikte software dit toelaat, kun je ook afbeeldingen of andere video’s als webcam-uitvoer gebruiken. Zo kun je bijvoorbeeld je computerscherm delen. Tijdens je live-gesprek of -stream wissel je dan tussen video’s, afbeeldingen en zelfs verschillende camera’s, zoals een HDMI-camera die je gebruikelijke videoconferentietool mogelijk niet als (web)camera herkent.

Dit alles maakt dat virtuele webcam-software niet alleen leuk is voor persoonlijk gebruik, maar ook efficiëntere videoconferenties in een zakelijke context, of professionelere videostreams naar platforms als YouTube Live en Twitch mogelijk maakt. Je kunt zelfs de camera van je smartphone als webcam gebruiken. Dat is handig als je een optimaal beeld wilt hebben of als je computer niet over een webcam beschikt.

DroidCam Heb je geen webcam op je pc en wil je alleen je mobiele telefoon als webcam gebruiken tijdens live-videoconferenties? Dan kun je het gratis DroidCam gebruiken, beschikbaar in de officiële appstore van zowel Android als Apple. Op de website van de makers vind je ook een desktopclient voor Linux en Windows. Gebruik eventueel versie 6.x als versie 7.0 nukkig doet, zoals op onze pc.

Start de mobiele app en de desktop-client op. Zorg dat beide apparaten met hetzelfde netwerk zijn verbonden. Op je mobiele app zie je een ip-adres en poortnummer. Beide voer je in op je desktop-app (bijvoorbeeld 192.168.0.165 met standaardpoort 4747). Start daarna je videoconferentie-software en selecteer DroidCam als webcam. In Teams start je bijvoorbeeld een videovergadering, klik je op Meer en kies je Instellingen / Apparaatinstellingen. Bij zowel Microfoon als Camera selecteer je DroidCam (bijvoorbeeld Source 2 of Source 3). Wil je HD-resolutie? Dan heb je de betaalde Pro-versie van DroidCam nodig (ongeveer 5 euro).

Geen webcam? Met Droidcam maak je een virtuele webcam van je mobiele apparaat.

Applicaties

Er zijn verschillende programma’s voor virtuele webcams. In dit artikel focussen we ons op software die onder Windows draait en ook beschikbaar is als mobiele app. Op die manier kun je je smartphone of tablet als webcam gebruiken. Populaire applicaties zijn onder meer FineCam en ManyCam, die we beide kort voorstellen. Daarnaast besteden we aandacht aan een gratis opensource-alternatief: OBS Studio. Met deze tool combineer je meerdere videobronnen en creëer je scènes en overgangen. Dit maakt het bij uitstek geschikt voor live-streaming en schermopnames. OBS Studio ondersteunt bovendien een virtuele webcamfunctie, waardoor je OBS-uitvoer in videoconferentie-apps kunt gebruiken.

FineCam: set-up

Download FineCam. Met een druk op Install zet je de software op je pc. De gratis versie heeft een watermerk in de video. Wil je deze weg hebben? Dan heb je de betaalde Pro-versie nodig. Deze kost eenmalig zo’n 60 euro en ondersteunt ook resoluties van 1080p en hoger.

Na het opstarten kun je via het pijlknopje linksboven je aangesloten webcam selecteren. Een andere optie is om een mobiel Apple- of Android-apparaat te kiezen. Je moet dan wel de mobiele app van FineCam op dit apparaat draaien. Als het apparaat met hetzelfde netwerk is verbonden, druk je op de mobiele app op Connect en bevestig je met Agree in de desktop-app om een verbinding te maken. Het camerabeeld verschijnt dan direct in het applicatievenster.

FineCam: configuratie

FineCam kun je op verschillende manieren aansturen. We beperken ons tot de opties die ook in de gratis versie beschikbaar zijn. Zo kun je bijvoorbeeld het camerabeeld verplaatsen over de achtergrond, maar niet schalen. Bovenaan vind je knoppen om in- en uit te zoomen, het beeld te keren of te roteren en de vorm in te stellen, zoals Rectangle of Circle. Met Adjustment onderaan optimaliseer je de licht- en kleurinstellingen met schuifregelaars, zoals Brightness, Contrast, Saturation en White Balance.

Je kunt ook op Filter klikken om een van de ruim dertig vooraf ingestelde beeldweergaves te selecteren. Is je eigen fysieke achtergrond niet geschikt voor videobellen? Kies dan via Background uit twintig virtuele achtergronden. Of ontwerp je eigen achtergrond door bij AI Generated Background een prompt voor de AI-beeldgenerator in te voeren.

Kies je via Theme een lay-out waarbij je eigen webcambeeld niet het volledige scherm bedekt, dan kun je met Content tegelijkertijd andere inhoud tonen. Denk aan een webpagina, applicatievenster, video (ook via een YouTube-url), iPhone-beeld, PowerPoint-presentatie, tekst of eigen foto. In je videoconferentietool selecteer je FineShare FineCam om de virtuele camera te gebruiken. Mogelijk moet je nog bevestigen met de blauwe knop Virtual Camera rechtsonder in FineCam.

ManyCam: set-up

FineCam bevat ook de knop Multi-scenes waarmee je meerdere virtuele opzetten klaarzet en snel schakelt. Helaas is deze functie alleen beschikbaar in de Pro-versie. Een goed alternatief is dan ManyCam voor Windows en macOS. De betaalde versies zijn er vanaf ongeveer 45 euro per jaar. Je hebt dan geen watermerk en meer effecten, hogere resoluties (full HD tot 4K) en meerdere simultane videobronnen.

We beperken ons hier tot de gratis versie mét watermerk. Start de tool en klik op de plusknop in het hoofdvenster. In het uitklapvenster bij Camera’s selecteer je de gewenste (web)cam. In het rechtervenster kun je allerlei beeldinstellingen aanpassen, zoals Zoomen, Corner Radius, Ondoorzichtigheid en diverse opties bij Color Adjustment.

ManyCam: configuratie

In de gratis versie van ManyCam kun je maximaal twee presets klaarzetten, elk met verschillende beelden en instellingen. Klik op de plusknop in het tweede vakje onderaan het camerabeeld. Je kunt nu een andere camera selecteren of kiezen uit diverse opties, zoals Afbeeldingen en video’s, PowerPoint, PDF, YouTube URL en Desktop. Bij meerdere beeldschermen kun je zelf aangeven welk scherm je live wilt tonen. Andere opties zijn hier onder meer Gebied onder cursors (handig voor het volgen van je muisbewegingen) en App-venster. Net als bij FineCam kun je hier ook een mobiel apparaat gebruiken, waarmee je smartphone of tablet als webcam werkt.

Een preset verwijder je eenvoudig via het prullenbakicoon. Met het knopje met de drie puntjes stel je een visueel overgangseffect in bij het schakelen tussen presets. Er zijn nog vele andere effecten beschikbaar via de toverstaf bovenaan. Kies uit verschillende rubrieken, zoals GIFS (druk op het plusknopje om eigen afbeeldingen te gebruiken), Animals, Emojis en Face Accessories. Via Asset Store download je extra items.

OBS Studio: set-up

Zowel FineCam als ManyCam zijn gebruiksvriendelijke programma’s, maar helaas zijn de mogelijkheden in de gratis versies beperkt en wordt je video ontsierd door een watermerk. Een volledig gratis alternatief is OBS Studio. Download de tool (beschikbaar voor Windows, macOS en Linux) en installeer deze. Bij de opstart merk je al snel dat er veel functies zijn. We beperken ons hier tot enkele leuke opties voor het gebruik van een virtuele camera.

Allereerst controleer je de videoresolutie. Klik rechtsonder op Instellingen en open de rubriek Video. Stel de Basisresolutie bij voorkeur in op die van je monitor (bijvoorbeeld 1920x1080 en 16:9). De Uitvoerresolutie stel je normaal gesproken op dezelfde waarden in, tenzij je videoconferentietool andere waarden voorstelt. Bevestig met OK.

Linksonder in het hoofdvenster merk je dat OBS Studio al één scène heeft aangemaakt. Rechtsklik op deze scène en noem deze bijvoorbeeld Virtuele webcam. Nu moet je natuurlijk nog de gewenste bronnen aan je virtuele webcambeeld toevoegen.

OBS Studio: bronnen

Standaard heeft OBS Studio al één bron toegevoegd: Vensteropname. Je mag deze selecteren en met het prullenbakicoon verwijderen. Druk vervolgens op de plusknop en kies Video opname-apparaat om je fysieke webcam toe te voegen. Kies Nieuwe maken en geef deze als naam bijvoorbeeld Mijn webcam. Bevestig met OK en kies de juiste webcam bij Apparaat. Resolutie/FPS Type staat standaard op die van het apparaat, maar je kunt hier ook Aangepast kiezen. Klik op Video Instellen om allerlei beeldinstellingen te optimaliseren.

Na je bevestiging met OK verschijnt het webcambeeld op je canvas en kun je dit met de muis verplaatsen, roteren en schalen. Dit is vooral interessant als je nog andere content (bronnen) wilt toevoegen. Klik op (De)activeren om de video in één keer zichtbaar of onzichtbaar te maken.

Voor extra content klik je op het plusknopje bij Bronnen en voeg je onderdelen toe zoals Afbeelding, Beeldschermopname, Browser, Diashow, Vensteropname (van een nader te bepalen app) of Mediabron (om bijvoorbeeld een eigen videobestand te tonen). Elk van de toegevoegde bronnen kun je vervolgens positioneren en schalen op je canvas.

Wil je snel kunnen afwisselen tussen een beeld waarin je zelf prominent op de voorgrond staat met een applicatievenster verkleind op de achtergrond, en andersom? Maak dan twee scènes aan. Klik met rechts op je eerste scène, kies Dupliceren en noem deze bijvoorbeeld Applicatie (webcam). Vervolgens schaal je de objecten (bronnen) van de andere scène naar wens. Klik ook met rechts op zo’n object, want er zijn nog veel meer opties. Zo kun je bijvoorbeeld via Volgorde / Naar boven verplaatsen een object in één keer naar de voorgrond halen.

OBS Studio: camera

Vanuit ditzelfde contextmenu kun je nog veel andere bewerkingen uitvoeren. Bij Transformeren bijvoorbeeld vind je opties om het geselecteerde beeld te spiegelen of te draaien, en bij Filters kun je via de plusknop allerlei beeldeffecten toepassen.

Hoe krijg je de klaargemaakte scènes uit OBS Studio in je videoconferentie-app? Dit is wellicht eenvoudiger dan je denkt. Druk rechtsonder in OBS Studio op Start virtuele camera en selecteer in de videoconferentie-app OBS Virtual Camera (bij Skype bijvoorbeeld via Instellingen / Audio en Video, in het uitklapmenu bij Camera). De scène die op dat moment binnen OBS Studio actief is, komt nu in beeld. Een scène-wissel is niet moeilijker dan in OBS Studio de gewenste scène te selecteren.

Onder het camerabeeld bij Scène-overgangen kun je bovendien een transitie-effect instellen dat bij een scène-wissel ook binnen je videoconferentie-app te zien zal zijn. Je kunt op elk moment op Stop virtuele camera drukken om de videostream vanuit OBS Studio te onderbreken.