ID.nl logo
Review: Is de OnePlus One écht zo goed?
© CIDimport
Huis

Review: Is de OnePlus One écht zo goed?

Niet alles uit China is goedkope namaak, bewijst de OnePlus One. De Chinese smartphonefabrikant heeft met een slimme verkoopstrategie en een toestel met veelbelovende specificaties alle ogen op zich gericht, want voor een habbekrats zou je één van de beste telefoons op de markt in bezit hebben. Dat klinkt als een uitdaging, en eentje die wij graag aannemen, dus gingen we aan de slag met de OnePlus One.

Ineens was OnePlus er. Het enigmatische bedrijf kwam van de ene op de andere dag op de markt met een telefoon die net zo goed beloofde te zijn als de iPhone 5S of de Samsung Galaxy S5. Maar waar die massageproduceerde smartphones makkelijk 700 of 800 euro kunnen kosten, betaal je voor de OnePlus One slechts een derde van die prijs. Voor slechts 269,- heb je de telefoon al, inclusief verzendkosten. Betaal je 30 euro meer, krijg je de variant met 64 gigabyte (in plaats van de normale 16).
 

©CIDimport

De OnePlus One heeft één groot nadeel: Hij is amper verkrijgbaar. Hij is niet te koop in de winkel, en ook niet via een provider of in combinatie met een abonnement. Je kunt de OnePlus One alleen direct via de fabrikant kopen, en daarvoor heb je een uitnodiging nodig. Die zijn zeldzaam, je kunt ze alleen krijgen van anderen die de telefoon hebben gekocht. Dat invite-systeem werkt verrassend goed voor OnePlus, want door de telefoon zo te hypen maar amper te verkopen, is er veel meer vraag naar het toestel dan er aanbod is. Dat is wel te zien aan websites als Ebay en Marktplaats, waar de invites voor veel geld worden verkocht.

Claimen dat je net zo goed bent als de 2 of 3 keer zo dure concurrentie is nogal ambitieus. De vraag is of de telefoon zijn verwachtingen waar kan maken. Wij liepen een maand rond met het toestel en bekeken of de OnePlus One echt zo goed is als de makers durven te beweren.

 

Uiterlijk

 

©CIDimport

De OnePlus One trekt meteen de aandacht door zijn uiterlijk. De telefoon heeft een groot en helder scherm, maar valt vooral op door zijn sjieke achterkant. OnePlus noemt het zelf een "gezandstraalde" behuizing. Die ziet er wat uit als donker schuurpapier en voelt apart aan in je hand. In eerste instantie zou je denken dat je daar snel krassen op gaat zien, maar na een maand zonder extra hoesje kunnen we nog steeds geen enkel krasje vinden op het toestel. De behuizing is ook erg stevig, is nergens in te drukken en zit muurvast, al kun je de achterkant wel loshalen om bijvoorbeeld een andere behuizing te nemen - OnePlus biedt verschillende unieke omhulsels aan op zijn website.
 

 

©CIDimport

©CIDimport

©CIDimport

©CIDimport

 

 

©CIDimport

Het is niet alleen het uiterlijk van het toestel zelf dat opvalt. Alles aan de OnePlus One is prachtig afgewerkt en het oog voor detail is verbluffend. De rode huiskleur van de website komt overal terug, bijvoorbeeld in de meegeleverde usb-kabel waar het logo'tje van OnePlus op prijkt. Ook de verpakking is gedetailleerd (de telefoon zit in een knalrode doos), en zelf als het je lukt de robuuste achterkant te verwijderen zie je de felrode batterij.
 

©CIDimport

Scherm

De OnePlus One heeft een scherm van 5,5", wat aan de grote kant is. Het is even groot als de iPhone 6 Plus, en eerlijk is eerlijk, die maat is niet voor iedereen. Het voelt enorm in je hand, en als je wat kleinere handen hebt is het toestel eigenlijk moeilijk te bedienen. Vooral typen zul je echt met 2 handen moeten doen, en je zult voor jezelf moeten beslissen of je dat wil of niet.

Het hangt van je persoonlijke voorkeur af of je dat een voor- of een nadeel vindt. Persoonlijk houden wij er wel van, omdat informatie op een groot scherm makkelijker te lezen is, maar we kunnen ons voorstellen dat je het toestel eigenlijk te veel van het goede vindt.

Om je een idee te geven van de grootte van de telefoon, staat hij hieronder op de foto met de iPhone 5S, en daarnaast naast een iPhone 6 Plus.

 

 

©CIDimport

©CIDimport

 

 



Buiten dat is het scherm wel van bijzonder hoge kwaliteit. Het 1080p full-HD-scherm is haarscherp (met een resolutie van 401 pixels per inch), en is zo helder dat je het ook in de volle zon makkelijk kunt lezen.

Ook de kijkhoek is prettig. Die ligt volgens de specificaties van OnePlus op 178 graden, wat betekent dat je zowat vanaf iedere kant op het scherm kunt kijken en het nog steeds goed kunt lezen.

Het scherm is gemaakt van het speciale "Gorilla Glass". Dat bestaat uit 3 lagen, die ervoor zorgen dat er minder snel krassen op het apparaat komen, en inderdaad, na anderhalve maand ziet het scherm er nog steeds haarfijn uit.

De OnePlus One heeft een erg gevoelig scherm. Je kunt zeggen dat de telefoon soms zelf té goed reageert op je aanrakingen. Zeker bij het schrijven moet je in het begin even wennen aan de gevoeligheid ervan. Zeker wanneer je snel typt met 2 vingers, registreert het scherm je aanrakingen iets te snel waardoor je autocorrect rare woorden voor je gaat spellen - ik schrijf net iets te vaak 'nierbekkenontstekking' in plaats van 'niet'. Een recente update voor het toestel heeft dat euvel echter grotendeels verholpen, en bovendien raak je er snel genoeg aan gewend.

Heel veel uren op één batterij

De batterij van de telefoon is één van de beste die we ooit getest hebben - met 3,100mAh draag je de OnePlus One makkelijk een volle dag met je mee, waardoor je zelfs met intensief gebruik nooit tussendoor een oplader nodig hebt.

De One maakt zowel qua hardware als software op een paar slimme manieren gebruik van technieken die zorgen voor een flinke accubesparing. Hoe dat precies werkt, is een erg technisch verhaal, maar feit blijft dat de accu ervan aanzienlijk langer meegaat. Ook het opladen van de batterij gaat, weer via speciale technieken, een stuk sneller dan bij andere toestellen. Daardoor heb je binnen 2 uur een bijna volledig opgeladen toestel.

Het nadeel is wel dat het accu-icoontje niet even consistent werkt. Zo zit je 's ochtends binnen een uur rond de 80%, kun je vervolgens de hele dag met het toestel doen tot de 20%, en knallen die laatste procenten er ook in een uurtje doorheen. Daar moet je even aan wennen, want "nog 15%" betekent op de OnePlus One dat je nu toch wel een stopcontact moet zoeken.

Strakke plaatjes met snelle camera

De camera maakt prima foto's, door zijn resolutie van 13 megapixels en een maximale scherptediepte van f/2.0. De foto's bieden voldoende detail en het toestel kiest zelf meestal voor de juist witbalans, al moet je daarvoor soms wel je focus handmatig scherpstellen. Wel is er op donkere foto's af en toe wat ruis te zien, maar dat is nergens heel storend. Het valt op dat de camera vooral snel is, want hij maakt eigenlijk direct de juiste plaatjes zonder zich te hoeven scherpstellen.

©CIDimport


Ook wat video's betreft kun je met de OnePlus One vooruit: het toestel schiet makkelijk 4K-beelden in heldere kwaliteit. Ook zit er in de video-functie een slow-motion-optie en kun je sinds de laatste update ook timelapses maken. Bovendien kun je met de nieuwste update van het toestel ook foto's in hun RAW-bestand opslaan, wat de OnePlus One voor veel semi-serieuze fotografen een aantrekkelijk apparaat maakt.

De One maakt gebruik van een eigen camera-app die door de ontwikkelaars van Cyanogenmod zelf ontworpen is. Die app biedt veel opties om dingen aan te passen, zoals een oneindige scherptediepte of de ISO-waarde. Ook kun je direct vanuit de viewfinder filters over je foto's zetten door simpelweg door het scherm te vegen, maar in de praktijk betekent dat dat je veel foto's per ongeluk met het "Aqua-filter" maakt - de eerste filter die je per ongeluk aanzet.

©CIDimport



Ook over de camera aan de voorkant hebben we niets te klagen. De 5 megapixels zijn meer dan genoeg om te videobellen en uiteraard om selfies te maken. Bovendien vangt de voorcamera veel licht op waardoor ook die erg goed is.

 

Razendsnelle processor

De OnePlus One heeft een Snapdragon 801-processor van niet minder dan 2,5 GH. De telefoon is razendsnel, niet alleen dankzij de quadcore-processor (die ook in telefoons als LG G3 zit, maar ook doordat de telefoon draait op Cyanogenmod, de door ontwikkelaars gebouwde gratis mod voor Android-telefoons. Cyanogenmod is erg licht en heeft geen overbodige software die het toestel alleen maar trager maakt.

Naast de snelle processor heeft de OnePlus One ook een groot werkgeheugen van 3GB. Dat merk je meteen als je, zoals wij, graag veel apps na elkaar opent, gaat multitasken, of wanneer je veel tabs in je browser open hebt staan.

In de anderhalve maand dat we rondlopen met de OnePlus One zijn de keren dat de telefoon een klein beetje haperde op één hand te tellen. Zelfs met de zwaarste applicaties en moeilijkste processen heeft de One geen moment moeilijk gedaan en speelt hij alles naadloos af. In de praktijk heb je dat niet eens zo door, omdat het toestel nou eenmaal altijd werkt, maar elke keer als we daarna een andere Android-smartphone gebruikten viel de lag in die toestellen meteen op. Met de OnePlus One erger je je eigenlijk nooit.

Besturingssysteem

De OnePlus One draait op de nieuwste versie van Android, 4.4.4. Het toestel heeft de nieuwste versie van Cyanogenmod als basis, wat betekent dat je niet de vervelende skin krijgt die veel grote fabrikanten als Samsung op hun Galaxy-toestellen meeleveren.

Cyanogenmod is een speciale launcher voor Android die door hobbyisten is ontwikkeld, en niet door fabrikanten. Dat betekent dat iedereen met het besturingssysteem aan de slag kan. Het voordeel daarvan is dat je een besturingssysteem krijgt zonder overbodige apps, geen "speciale functies" en geen flauwekul waar je eigenlijk niet op hoeft te wachten, maar je kunt het besturingssysteem helemaal aanpassen aan je eigen wensen.

Het nadeel is wel dat gebruikers van Cyanogenmod afhankelijk zijn van de grillen van de ontwikkelaars. Als de community op een dag stopt met het ontwikkelen voor de telefoon, hoef je geen grote updates meer te verwachten. Voorlopig lijkt dat echter niet het geval omdat de One een redelijk populaire telefoon is.

Cyanogenmod op de OnePlus One zit tjokvol met opties. Zowat iedere pixel van de telefoon is te tweaken, ieder menu is aan te passen op kleur, lettertype en grootte, waardoor je de One helemaal jouw telefoon kunt maken, en dat is erg prettig.

Nadeel: Niet overal 4G

Het grootste nadeel van de OnePlus One is dat je er (nog) niet overal mee op 4G kunt. Dat komt omdat providers 4G aanbieden in verschillende frequenties, 800 MHz en 1,800 MHz. Onder andere KPN en Vodafone maken gebruik van die eerste, maar de OnePlus One ondersteunt die frequentie niet. Alleen T-Mobile maakt gebruik van de 1,800 MHz-frequentie, maar dat netwerk is nog niet landelijk dekkend.

Er zijn wel plannen om de opvolger van 4G (4G+) op de hogere en snellere frequentie te laten lopen, maar het is maar de vraag wanneer daarvoor een landelijk dekkend netwerk is bij de grote providers. Dat duurt op z'n vroegst nog een jaar, dus zul je voor jezelf moeten uitmaken hoeveel waarde je hecht aan 4G-internet. Als het je niet uitmaakt en je met 3G ook prima uit de voeten kan, heb je niets te klagen. Maar wees ervan bewust dat je 4G niet overal zult halen.
 

Scherm5,5 inch/14 cmBesturingssysteemCyanogen 11S (Android 4.4.4)Resolutie1920 x 1080 full HD Gorilla Glass 

Kijkhoek 178 graden

Processor

Qualcomm Snapdragon 801

 2,5 GHz quadcoreWerkgeheugen3GB DDR, 1866MHzIntern geheugen16 GB 64GBVerbindingen4G op 1800 MHz Bluetooth 4.0 NFC & GPS WiFi 2.4/5GHz 802.11 b/g/n/acCameraSony Exmor IMX214 13 megapixel met f/2.0 scherptediepte 5 megapixel voorcameraBatterij3100 mAh  Prijs€ 269 (16 GB) € 299 (64 GB)

Conclusie: Koop dit apparaat!

De OnePlus One is qua prijs-kwaliteitsverhouding de allerbeste smartphone die je op dit moment kunt kopen. Dat zeggen we niet lichtzinnig; als je de OnePlus One kúnt kopen, doe dat dan. De schaarste is het grootste obstakel om het toestel te kopen, maar buiten is er geen enkel aspect van de OnePlus One dat niet boven het gemiddelde ligt. En als je daar dan ook nog eens de prijs van € 269,- optelt (of € 299,- voor de 64GB-versie), dan moet je dit apparaat gewoon hebben.

▼ Volgende artikel
10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen
© Mustafa_Art
Huis

10 tips om meer uit je robotstofzuiger te halen

Een robotstofzuiger scheelt flink wat werk, maar alleen als je hem goed gebruikt. Wie er net een in huis heeft, merkt al snel dat hij niet alles vanzelf doet. En ook als je al langer een robotstofzuiger gebruikt, valt er vaak nog winst te halen. Met deze tien praktische tips werkt je robotstofzuiger beter – en hoef jij minder te doen!

In het kort

Een robotstofzuiger kan je flink wat werk uit handen nemen, maar alleen als je hem goed gebruikt. Met deze 10 slimme tips werkt hij beter, blijft hij langer mee gaan en past hij zich aan jouw huishouden aan. Van zones instellen tot onderhoud: zo maak je er écht een huishoudhulp van.

Lees ook: Hier moet je op letten wanneer je een robotstofzuiger wilt kopen

1. Laat hem eerst je huis leren kennen

Veel robotstofzuigers kunnen een plattegrond van je woning maken. Dat kost eenmalig wat tijd, maar levert daarna veel gemak op. Tijdens zo'n verkenningsronde reinigt hij meestal nog niet, maar scant hij alleen. Geef hem de ruimte en zorg dat er geen spullen over de vloer slingeren. Als de kaart eenmaal is aangemaakt, kun je zones instellen, schoonmaakschema's maken en no-go-gebieden markeren.

2. Zorg voor voldoende licht

Robotstofzuigers met optische sensoren hebben licht nodig om goed te navigeren. Als je hem 's avonds laat rijden terwijl de lampen uit zijn, herkent hij obstakels minder goed. Plan het schoonmaken liever overdag of laat een lamp aan in de ruimte waar hij aan het werk is. Als het apparaat regelmatig moeite heeft om meubels of muren goed te herkennen, komt dat mogelijk door te weinig licht.

Licht, laser & optische sensoren

De lichtbehoefte van robotstofzuigers verschilt sterk per navigatiesysteem. Modellen met LiDAR-technologie (lasernavigatie) werken uitstekend in het donker omdat ze zelf licht uitstralen om obstakels te detecteren. Camera-gebaseerde robots daarentegen zijn afhankelijk van omgevingslicht om hun omgeving te kunnen 'zien' en hebben problemen in donkere ruimtes. Goedkopere modellen met alleen infrarood- of aanrakingssensoren navigeren weliswaar zonder licht, maar werken veel minder nauwkeurig en rijden vaker tegen obstakels aan.

3. Stel schoonmaakzones en kamers in

In de app van de meeste modellen kun je na de kaartopbouw aangeven welke kamers of delen van het huis wanneer moeten worden schoongemaakt. Dat is handig als je bijvoorbeeld elke ochtend de gang en keuken wilt laten doen, maar de slaapkamers alleen op zaterdag. Door het schoonmaken slim te verdelen, werkt de robotstofzuiger efficiënter en hoeft hij tussendoor minder vaak op te laden.

©Wesley Akkerman | ID.nl

4. Gebruik virtuele afbakeningen waar nodig

Veel modellen bieden de mogelijkheid om virtuele grenzen aan te maken: gebieden waar de robotstofzuiger niet mag komen. Denk aan een speelkleed met speelgoed, een losse kabel achter de bank of een plek waar de vloer nat kan zijn. In plaats van zo'n verboden plek elke keer handmatig af te schermen, door er bijvoorbeeld iets voor te zetten, stel je die zones gewoon één keer digitaal in. Het apparaat houdt daar vanaf dan automatisch rekening mee en weet dat hij daar niet meer mag komen.

5. Dweilen? Wees voorzichtig met schoonmaakmiddelen

Kan jouw robotstofzuiger ook dweilen? Gebruik dan alleen het aanbevolen reinigingsmiddel of gewoon water. Veel gewone schoonmaakmiddelen zijn te sterk of laten resten achter, waardoor leidingen of sproeiers kunnen verstoppen. Sommige robotstofzuigers hebben een speciaal reservoir voor schoonmaakmiddel, maar dat geldt niet voor elk model. Iets om naar te kijken voordat je een robotstofzuiger gaat kopen.

6. Maak borstels, wieltjes en sensoren regelmatig schoon

Haren, stof en vuil hopen zich snel op rond de draaiende onderdelen van de robotzuiger. Vooral huisdierharen kunnen oor problemen zorgen. Maak elke week de hoofdborstel los, controleer de zijborstels en veeg vuil weg met een droge doek of meegeleverd hulpstuk. Vergeet ook de val- en navigatiesensoren niet: die kunnen door stof minder goed functioneren, wat de navigatie beïnvloedt.

©Vershinin Evgenii

7. Leeg het stofreservoir af en toe ook zelf

Veel robotstofzuigers hebben een zelflegende functie. Handig, maar ook dan is het slim om af en toe zelf te controleren of alles goed blijft werken. Het stofreservoir is meestal klein en raakt sneller verstopt dan je denkt. Leeg het na een paar schoonmaakbeurten, zeker als je merkt dat hij minder vuil opzuigt of als hij zelf aangeeft dat het reservoir leeg is, maar je toch nog stof en kruimels op de vloer ziet liggen.

8. Zet het laadstation op een vaste plek

Een robotstofzuiger onthoudt zijn omgeving en zoekt na elke beurt zijn laadstation op. Verplaats je dat station naar een andere plek, dan moet hij opnieuw leren waar hij zich bevindt. Zet het station dus op een centrale, bereikbare plek waar voldoende ruimte is en laat het daar staan. Zo voorkom je dat hij de weg kwijt raakt of fouten maakt bij het navigeren.

9. Pas op bij huisdieren

Een ongelukje van een huisdier kan vervelende gevolgen hebben als de stofzuiger erdoorheen rijdt. Laat hem daarom liever schoonmaken op momenten dat je huisdieren buiten zijn of je zeker weet dat de vloer schoon is. Zo voorkom je niet alleen vieze sporen, maar ook schade aan het apparaat en extra schoonmaakwerk achteraf.

©Надія Коваль - stock.adobe.com

10. Automatiseer waar het kan, maar houd controle

Robotstofzuigers zijn bedoeld om werk uit handen te nemen. Toch blijft het verstandig om regelmatig de app te openen, meldingen te controleren en updates uit te voeren. Soms kun je met een kleine aanpassing – zoals het verplaatsen van een kabel, het instellen van een extra schoonmaakbeurt op vrijdag – het resultaat flink verbeteren.

Robotstofzuiger klaar? Zuigen maar!

Het is simpel: hoe beter je robotstofzuiger weet wat hij moet doen, hoe beter hij zijn werk doet. Met deze tips zorg je ervoor dat dat het geval is. En ja, je moet zelf ook af en toe nog wat doen, zoals het stofreservoir controleren of dierenhaar uit de wieltjes te peuteren, maar dat kost hooguit een paar minuutjes van je tijd. Want je weet nu hoe je ervoor zorgt dat de omstandigheden zo goed mogelijk zijn én hoe je hem 'traint'. En daarmee komt hij dicht in de buurt van je ideale huishoudhulp!


🤖 🧹 Accessoires voor je robotstofzuiger?

Je vindt ze

▼ Volgende artikel
Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!
© andrey
Huis

Zelf je elektrische kookplaat aansluiten? Zo doe je dat slim en veilig!

Hoewel koken op gas voorlopig nog mag, is duidelijk dat de toekomst elektrisch is. Veel mensen stappen nu al over op elektrisch koken – vaak in combinatie met inductie. Ben jij toe aan een nieuwe kookplaat of wil je van het gas af? Dan is het goed om te weten hoe je zo’n elektrische kookplaat aansluit, waar je op moet letten en wanneer je beter een professional kunt inschakelen.

Na het lezen van dit artikel weet je:
  • Dat er 1-, 2- en 3-fase-aansluitingen en -kookplaten zijn
  • Hoe je met de multimeter bepaalt wat voor aansluiting jij hebt
  • Hoe je de elektrische kookplaat aansluit

Dit vind je vast ook interessant: Wat voor soort kookplaten zijn er?

Eén, twee of drie fasen: wat betekent dat?

In tegenstelling tot een gaskookplaat, die je simpelweg aan een gasaansluiting koppelt, is een elektrische kookplaat net iets technischer. Zo'n kookplaat kan worden aangesloten op één, twee of drie elektrische fasen. Welke van de drie je nodig hebt, hangt af van het vermogen van je kookplaat én van de aansluiting in je keuken.

Een 1-fase kookplaat is het eenvoudigst. Die werkt op een gewone stekker met twee pinnen, precies zoals je gewend bent van andere apparaten in huis. Deze modellen hebben een beperkt vermogen – maximaal 3680 watt – maar zijn vaak krachtig genoeg voor wie niet al te fanatiek kookt. Aansluiten is simpel: stekker erin en je kunt aan de slag.

Voor een 2-fase kookplaat heb je een zogenoemde perilex-stekker nodig, met vijf pinnen. Die zie je vooral bij iets krachtigere inductiekookplaten. Meestal worden dit soort kookplaten zonder stekker geleverd, en is het slim om een elektricien in te schakelen voor de installatie. Het benodigde vermogen ligt tussen de 3681 en 7360 watt.

Een 3-fase kookplaat vraagt nog meer stroom en werkt op krachtstroom. Ook hier gebruik je een perilex-stekker met vijf pinnen, maar je moet wel eerst controleren of je meterkast daar op is voorbereid. De aansluitwaarde ligt boven de 7360 watt en het is belangrijk dat de aansluiting klopt – anders werkt de kookplaat niet of loop je zelfs risico op overbelasting. Laat dit daarom bij voorkeur aan een vakman over.

©vectorizer88 - stock.adobe.com

Een kookplaat voor 1- en 2-fase

Je kunt ook kiezen voor een kookplaat met powermanagement. Dat is een kookplaat die je op een normaal stopcontact of op een perilex-stopcontact aansluit. Deze kookplaat kun je in de toekomst uitbreiden, als je dat wilt, maar hiervoor hoef je nu nog niet meteen de aanpassingen in de meterkast en aansluiting door te voeren. Als je wel de aanpassingen in de meterkast laat doen, heb je profijt van de kracht van een 2-fase kookplaat.

Hoe weet je welke kookplaat bij je keuken past?

Wat je kunt aansluiten, hangt af van het type stopcontact in je keuken. Heb je een standaard wandcontactdoos met twee gaten? Dan past daar alleen een 1-fase kookplaat op. Die worden meestal geleverd met stekker en snoer, zodat je hem meteen kunt gebruiken.

Zie je een perilex-stopcontact (met vijf gaten)? Dan is je keuken in principe geschikt voor een 2- of 3-fase kookplaat. Alleen weet je dan nog niet of je meterkast daadwerkelijk drie fasen aankan. Dat kun je op twee manieren controleren: met een multimeter of door in je meterkast te kijken.

Zo check je de aansluiting met een multimeter

Heb je een multimeter in huis? Dan kun je precies meten hoeveel fasen je aansluiting ondersteunt. Teken op een papier het patroon van het perilex-stopcontact en noteer per gat wat je meet. Prik met één pin in het middelste gat (de aarde) en meet met de andere pin de overige vier. Krijg je twee keer 230 volt en twee keer 0? Dan heb je een 2-fase aansluiting. Meet je drie keer 230 volt en één keer 0? Dan is het een 3-fase aansluiting. Label de gaten met ‘L’ voor stroom en ‘N’ voor nul, zodat je straks precies weet wat waar hoort.

©Dmitriy

Voordat je een kookplaat aanschaft, check je eerst de nismaat van je aanrechtblad. Meet met een rolmaat eerst de nis op in het aanrechtblad. Doe dit voor de breedte, de diepte en de hoogte. Komen de afmetingen niet overeen met de kookplaat die je graag wilt? Kijk dan of je het aanrechtblad kunt aanpassen.

Geen multimeter? Kijk in de meterkast

Heb je geen meetapparatuur? Dan kun je in de meterkast zien hoeveel fasen er beschikbaar zijn. Bij een 2-fase aansluiting zie je twee gekoppelde groepen met een hendel ertussen. Zie je vier gekoppelde groepen? Dan is er krachtstroom aanwezig en kun je dus ook een 3-fase kookplaat aansluiten – mits het stopcontact daar geschikt voor is.

©auremar

Zelf een kookplaat aansluiten

Ga je zelf aan de slag? Dan is het belangrijk dat je weet wat je doet. Elektriciteit is geen speelgoed, dus bij twijfel: bel een vakman. Heb je een 1-fase kookplaat met powermanagement die je op een normaal stopcontact wilt aansluiten? Dan moet je deze eerst correct instellen.

Leg om te beginnen een stuk piepschuim onder de kookplaat, zodat je hem veilig kunt omdraaien zonder krassen of barsten. Plak daarna de afdichtband rondom het apparaat, bij voorkeur zo dicht mogelijk bij de glasrand. Begin aan de achterkant, zodat de naad niet in het zicht valt.

Open het aansluitcompartiment onder de kookplaat en controleer het aansluitschema dat daar staat. Gebruik de bijgeleverde bruggetjes om de juiste verbindingen te maken. Sluit het snoer aan: bruin op L, blauw op N en geelgroen op aarde. Zet het snoer vast met trekontlasting en sluit het klepje.

Draai nu de kookplaat weer om en steek de stekker in het stopcontact. Leg de kookplaat op z’n plek in het aanrechtblad. Houd de pauzeknop vijf seconden ingedrukt om het menu te openen. Zoek via de plusknop naar het onderdeel ‘PO’ (power) en stel het vermogen in op 3.7 in plaats van 7.4. Bevestig dit door de pauzeknop nog eens vijf seconden ingedrukt te houden. Je kookplaat is nu geschikt voor een standaard aansluiting.

Houd de stekker op de juiste positie tijdens het meten met de multimeter. Kijk hoe je de stekker in het getekende stopcontact zou steken, zodat je de juiste kleuren van de draden noteert op je tekening.

Een 2-fase kookplaat aansluiten: zo werkt het

Heb je een 2-fase kookplaat? Dan moet je eerst bepalen welke kleur draad bij welk contact hoort. Meet het snoer door met een multimeter, op de piepstand of op de Ohm-stand. Noteer welke draad bij welke stekkerpin hoort en gebruik die info bij het aansluiten.

Open vervolgens het aansluitvak onder de kookplaat en kijk welk aansluitschema je moet gebruiken. L1 en L2 koppel je aan de juiste stroomdraden, 01 en 02 aan de juiste nuldraad. Maak de trekontlasting los, sluit de draden aan zoals je eerder hebt gemeten, en zet alles weer stevig vast.

Steek daarna de stekker in het stopcontact en plaats de kookplaat netjes in het blad. Dankzij de afdichtband blijft alles goed op z'n plek. Zet vervolgens de kookplaat aan en test of alle kookzones werken. Krijg je een foutmelding? Dan is er waarschijnlijk iets misgegaan bij het aansluiten. Geen foutmelding? Dan is je kookplaat klaar voor gebruik.

©S.Engels

Het is gebruikelijk dat de pannen een licht tikkend of zoemend geluid maken tijdens het koken. Dit heeft te maken met het magnetisch veld van de kookplaat. Ruik je een vreemde geur na het installeren van de kookplaat? Dit is ook gebruikelijk en de geur trekt uiteindelijk weg.