ID.nl logo
Deze opties zijn er voor betalen met telefoon
© Reshift Digital
Huis

Deze opties zijn er voor betalen met telefoon

De pinpas met nfc maakt contactloos betalen nu al makkelijk en toegankelijk. Maar de toekomst ligt bij mobiel betalen met bijvoorbeeld de smartphone. In dit artikel kijken we naar de opkomst van deze betaalmethode en wat je opties zijn als je mobiel betalen wilt.

Misschien ben je, als het om geld gaat, wat conservatief ingesteld. Maar je kunt er niet omheen dat er grote veranderingen op stapel staan voor de manier waarop we betalen. Sowieso is er al best het een en ander veranderd. Neem alleen al het naar de achtergrond verdwijnen van contant geld. Met name jongeren betalen tegenwoordig uitsluitend digitaal. Diverse landen, waaronder Zweden, zijn nu al hard op weg naar een maatschappij zonder contant geld. Minder dan 2 procent van de betalingen is daar nog in cash, en het wordt in een groeiend aantal winkels zelfs geweigerd.

In Nederland gaat dat niet zo hard, al betalen we ook hier steeds minder in contanten. Het merendeel van de transacties verloopt immers via de pinpas. Wat ook helpt is dat onderlinge betalingen steeds gemakkelijker geworden, onder meer dankzij betaalverzoeken via diensten als Tikkie. En het geld staat sinds kort ook nog eens vrijwel direct op je rekening.

Tikkie sturen

Veel Nederlanders zijn dankzij betaalverzoeken via sms of chat (met apps als Tikkie) al gewend aan het betalen met de smartphone. Je stuurt zo’n verzoek met een betaallinkje bijvoorbeeld via WhatsApp en de ontvanger kan via een vertrouwde iDEAL-omgeving de betaling voldoen. Enkele gemeenten gebruiken het al om boetes te innen, diverse universiteiten innen via deze weg collegegeld en er zijn ook al enkele supermarkten waar je met Tikkie kunt betalen. Hoewel Tikkie destijds een gat in de markt was hebben inmiddels vrijwel alle banken een vergelijkbaar systeem voor betaalverzoeken. Heel praktisch is dat je direct een melding krijgt na een betaling, al is dat niet meer zo onderscheidend.

Overboekingen tussen verschillende banken worden tegenwoordig dankzij Instant Payments binnen 5 seconden afgerond. Je kunt daardoor, ongeacht de gebruikte overboekingsmethode, direct op je bankrekening controleren of er is betaald. Handig als je aan de deur staat om tweedehandsspullen op te halen of te verkopen. Het systeem is het afgelopen jaar door vrijwel alle banken ingevoerd en werkt ook ‘s nachts, in het weekend en tijdens feestdagen gewoon door.

©PXimport

iDEAL en Payconiq

De smartphone speelt een steeds voornamere rol als het om de afhandeling van betalingen gaat, ook in Nederland. Die rol is al groter dan je wellicht denkt. Zo verloopt al meer dan de helft van alle iDEAL-transacties reeds via de mobiel. Het duurt waarschijnlijk niet lang voordat we de smartphone voor alle denkbare online en offline betalingen gaan gebruiken. De meeste banken ondersteunen via een eigen app het contactloos betalen met een voor nfc geschikte Android-smartphone. Maar dat weegt nog niet helemaal op tegen het gemak van de pinpas met nfc. Een beperking is dat niet alle smartphones over nfc beschikken. En hoewel de iPhone dat wel heeft, is het gesloten ten behoeve van Apple Pay.

Naast contactloos of mobiel betalen via je eigen bank zijn er ook nog andere mogelijkheden in ontwikkeling. Een van de bekendste is Payconiq, een gezamenlijk initiatief van ING, ASN Bank, Rabobank, RegioBank en SNS. Het werkt inmiddels bij alle banken. Als je Payconiq wilt gebruiken, moet je eenmalig je bankrekening koppelen waar betalingen worden gedebiteerd. Hierna kun je online, onderling en in winkels betalen door het scannen van een qr-code.

Het werkt hierdoor zowel op de iPhone als op smartphones met Android. Bij onderlinge betalingen kun je een persoon uit je contactenlijst kiezen en direct overboeken zonder lastige IBAN-nummers, op voorwaarde dat die persoon ook de Payconiq-app heeft. Betalen in winkels kan alleen als de winkel of winkelketen de qr-code aanbiedt. Dat kan op het moment onder meer bij Bruna, Dekamarkt, Karwei, La Place, Spar en Zeeman.

Apple Pay

Apple bekleedt een beetje een uitzonderingspositie in de wereld van mobiel betalen. De iPhone heeft wel een nfc-chip, maar toegang is gesloten waardoor contactloze nfc-betalingen alleen via Apple Pay mogelijk zijn. Deze betaaldienst werd al zo’n vijf jaar geleden aangekondigd, samen met de iPhone 6. In de Verenigde Staten werd het al na ongeveer een maand geïntroduceerd in samenwerking met American Express, Visa en Mastercard. De jaren erna volgden meer landen, maar Nederland volgde pas in 2019 en op het moment werkt het alleen nog bij klanten van ING.

Je kunt het wel gebruiken in alle winkels waar je contactloos kunt betalen. Daarnaast werkt het ook online. In de winkel heb je een mobiel apparaat met nfc-chip nodig zoals een iPhone 6 of hoger, of een Apple Watch. Om op websites te betalen kun je daarnaast ook een recente iPad gebruiken.

©PXimport

Derde partijen met e-wallet

Hoewel de traditionele banken in Nederland nog een sterke positie hebben, lijken ze de grip op het betaalverkeer wel hoe langer hoe meer te verliezen. Het zijn vooral de zogenaamde ‘derde partijen’ die met innovatieve betaaldiensten komen. Dat kunnen andere banken zijn, maar ook – of eigenlijk meestal – zogeheten fintechbedrijven. De meeste bieden een app met daarin een virtuele portemonnee oftewel e-wallet en een hele rits aanvullende diensten. Aan de ‘achterkant’ is meestal weer een ‘gewone’ bank-, credit- of debetkaart gekoppeld, of andere betaalmiddelen zoals bitcoins.

Een e-wallet kun je meestal zowel online als offline gebruiken voor het verrichten van betalingen en je kunt vaak ook onderling betalen. In de winkel betaal je bijvoorbeeld door de smartphone met nfc langs de betaalterminal te halen, al zijn er ook initiatieven die (in lijn met Payconiq) met qr-codes werken.

Zo’n qr-code kan op een scherm worden getoond, maar ook worden geprint op bijvoorbeeld de kassabon. Zo’n derde partij die toegang tot je betaalrekening heeft brengt risico’s met zich mee, onder meer op gebied van privacy zoals we verderop zullen toelichten. Maar er zijn ook voordelen. Zo zijn de transactierisico’s vaak wat beperkter. Er kan bijvoorbeeld kopersbescherming zijn: een betaling wordt pas doorgesluisd naar de verkoper als je de bestelling binnen hebt.

Chinese inbreng

In China is mobiel betalen al volledig ingeburgerd en zowel in positieve als negatieve zin een voorbeeld voor de rest van de wereld. De bekendste speler is Alipay van Alibaba, maar de betaaldienst wordt rap naar de kroon gestoken door WeChat Pay. Dat is ook al China’s meest gebruikte chat-app. Vanuit de e-wallet kan met beide betaaldiensten haast overal worden betaald, zowel online als in fysieke winkels en onderling. Inmiddels loopt al meer dan de helft van alle betaaltransacties in China via zulke derde partijen, en dus niet meer met contant geld of per credit- of debetkaart.

©PXimport

WeChat Pay en Alipay hebben in eigen land heel wat concurrenten, waaronder Apple, Samsung, Huawei en Xiaomi, elk met een eigen ‘Pay’-variant. Veel van deze partijen maken de overstap naar Europa. Maar ook de van oorsprong Chinese betaaldiensten mag je hier niet uitvlakken. Ze zijn steeds vaker aanwezig; niet alleen om de stoet toeristen uit China tevreden te houden, maar ook omdat ze kansen zien, mede dankzij soepeler Europese regels.

Ook in Nederland kun je al op meerdere locaties afrekenen met WeChat Pay of Alipay. Zo kun je bijvoorbeeld sinds mei dit jaar op Schiphol betalen met WeChat Pay. Alipay wordt onder meer in De Bijenkorf in Amsterdam geaccepteerd en het is mogelijk entreekaartjes voor Het Nationale Park De Hoge Veluwe ermee af te rekenen. Wie naar China reist heeft trouwens niet altijd dezelfde luxe. Zo is het vaak nog lastig om een buitenlandse creditcard aan de digitale portemonnee van bijvoorbeeld WeChat Pay te koppelen. Maar wat niet is, kan nog komen!

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.