ID.nl logo
Zo kies je de ideale keukenverlichting
© denisismagilov - stock.adobe.com
Huis

Zo kies je de ideale keukenverlichting

Met de korte dagen – en lange avonden – van deze tijd van het jaar, is het een perfect moment om de verlichting in je keuken eens onder de loep te nemen. Los van het geven van licht, zorgt verlichting ook voor een bepaalde sfeer in je keuken. Wil je gewoon snel en praktisch een maaltijd bereiden, of gebruik je de keuken ook als een gezellige plek om met vrienden te borrelen? Voor beide situaties heb je de juiste verlichting nodig. We vertellen waar je op moet letten bij het aanschaffen van keukenverlichting of het maken van een lichtplan.

In dit artikel lees je alles over de optimale keukenverlichting: 💡 Maak een goed lichtplan met behulp van de plattegrond van de woning 💡 Zorg voor dimbare verlichting voor een perfecte sfeer op ieder moment 💡 Plaats spotjes onder je keukenkastjes 💡 Kies voor energiezuinige ledlampen Ook interessant: Keuken verduurzamen? Zo doe je dat!

Maak een goed lichtplan

Voordat je lukraak naar de winkel rent om lampen te kopen, is het handig om een lichtplan te maken. Hiervoor is het handig om de plattegrond van je woning te gebruiken. Deze is vaak opgenomen in de bouwtekeningen, maar je kunt hem ook zelf schetsen. Op de plattegrond geef je aan waar het daglicht de keuken binnenkomt, op welke plekken licht nodig is en hoe sterk het licht op iedere plek moet zijn.

De plekken waar doorgaans het meeste licht nodig is, zijn het aanrecht en het kookgedeelte. Ga hierbij uit van lampen die minstens 60 watt (of liever: een equivalent in led, ca 7 watt) kunnen leveren, zodat je in alle omstandigheden goed zicht hebt. Natuurlijk is het niet de bedoeling dat de keuken overbelicht wordt. Daarom is het goed om de heldere lampen boven het aanrecht en kookgedeelte af te wisselen met sfeerverlichting in andere delen van de keuken. Bovendien is het handig om te kiezen voor lampen die allemaal afzonderlijk te bedienen zijn en voorzien zijn van dimmers. Hierdoor kun je de sterkte – en dus de sfeer – op ieder verschillend moment bepalen.

©Monkey Business Images

Het belang van de basisverlichting

De basisverlichting van je keuken is het belangrijkst, aangezien deze de hele keuken verlicht. In een ideale situatie is deze basisverlichting fel en niet verblindend en komt vaak vanuit het plafond in de vorm van een plafondlamp of meerdere spots. Een plafondlamp van staal, glas, metaal of kunststof is doorgaans het meest geschikt in de keuken. Deze materialen zijn namelijk afwasbaar en nemen geen geur van kookdampen op.

 

Kies daarnaast voor een lamp waarbij je met een dimmer of app zowel de helderheid als eventueel de lichtkleur, van warm tot koeler wit, kunt instellen. Zo creëer je het perfecte licht voor elke taak in de keuken, van koken tot gezellig borrelen.

Lees ook: Koken op gas of elektriciteit: wat kost dat eigenlijk?

 

Tip en advies Kies voor dimbare verlichting: verlichting die voorzien is van dimmers biedt de mogelijkheid om zelf de lichtsterkte en sfeer te bepalen. Je kunt daar meer over lezen op: Zo kies je de juiste verlichting voor elke ruimte in huis.

Hoeveel lampen heb je nodig in de keuken?

Het aantal lampen dat je nodig hebt, is natuurlijk afhankelijk van het formaat van je keuken. Hoe groter de keuken, hoe meer licht je nodig hebt om de keuken te verlichten. Daarnaast speelt ook de kleur van je keuken een belangrijke rol: heb je donkere of juist lichte keukenkastjes? Als je keuken een donkere kleur heeft, heb je meer lampen nodig dan bij een lichte keuken.

Rekenhulp Om te bepalen hoeveel lampen je nodig hebt, kun je gebruikmaken van een handig rekensommetje. De Europese Unie adviseert 300 – 500 ‘lux’ in de keuken: lux is de uitdrukking voor de hoeveelheid ‘lumen’ (op de verpakking van iedere lamp staat hoeveel lumen de lamp is). Over het algemeen geldt het volgende: 1 lux is 1 lumen per vierkante meter. Is jouw keuken 15 m2? Dan heb je dus 300x15 = 45 lumen nodig voor een optimale verlichting.

©losonsky - stock.adobe.com

Wat voor verlichting kies je bij veel keukenkastjes?

Als je veel keukenkastjes boven het aanrecht hebt, kun je ervoor kiezen om spots of een ledstrip onder de kastjes te monteren. Spots zorgen voor direct licht op het aanrecht en het kookgedeelte. Het fijne aan spots is dat ze vaak verstelbaar zijn. Zo kun je ze op verschillende delen van het aanrecht of het kookgedeelte richten, afhankelijk van waar je op dat moment het meeste licht nodig hebt.

Spots kopen?

Bekijk hier welke opbouwspots er te koop zijn.

Kies de juiste sfeerverlichting

Een plafondlamp verlicht de gehele keuken en is daardoor ideaal voor het creëren van sfeerlicht. Zoals eerder genoemd is het raadzaam om te kiezen voor een dimbare plafondlamp, zodat je altijd zelf de sfeer kunt bepalen. Houd rekening met de juiste kleurtemperatuur van de verlichting. Kies bijvoorbeeld niet voor een te lichte, maar juist voor een warme kleurtemperatuur. 

Welke kleur moeten die lampen dan hebben? Je ogen kunnen moe worden bij schemerig licht en dat wil je uiteraard voorkomen. Voor de werkverlichting moet de verlichting minstens 3000 kelvin zijn. Voor sfeervolle verlichting is 2.500 tot 2.700 kelvin voldoende.

©Photographer: Alexandre Zveiger

Energiezuinige verlichting

Last but not least: het energieverbruik. Met de torenhoge energieprijzen van de laatste tijd, kunnen we dit onderwerp niet onbesproken laten. Ledverlichting is een energiezuinige optie met een lange levensduur. Ook geeft ledverlichting vrijwel geen warmte af, waardoor groenten en fruit beter bewaard blijven in de keuken. Bovendien heeft ledverlichting een kleinere inbouwdiepte nodig, wat het monteren gemakkelijker maakt.

Wil je weten wat je bespaart als je je halogeenverlichting vervangt door ledlicht? Vervang halogeenspots en bespaar honderden euro’s aan energiekosten.

▼ Volgende artikel
Tropendagen op komst? Zo haal je het maximale uit je mobiele airco
© Alexander Kharchenko
Energie

Tropendagen op komst? Zo haal je het maximale uit je mobiele airco

Nederland zucht onder de hitte: het asfalt plakt, je bureaustoel ook, en zelfs de kat lijkt gesmolten. Met temperaturen boven de 30 graden is dit hét moment om je mobiele airco uit de kast te trekken. Maar hoe zorg je dat hij ook echt doet wat-ie belooft? In dit artikel lees je stap voor stap hoe je een mobiele airco goed installeert, waar je op moet letten bij de plaatsing én hoe je voorkomt dat de warme lucht net zo hard weer naar binnen waait.

📝 Sneloverzicht: wat lees je in dit artikel?

– Hoe een mobiele airco werkt en waarom de afvoerslang een must is – Waar je de airco het beste kunt plaatsen voor optimale prestaties – Hoe je voorkomt dat warme lucht terug naar binnen komt – Wat je moet weten over condenswater en afwatering – Welke slimme functies je extra comfort en gemak bieden – Veelvoorkomende fouten bij het installeren (en hoe je ze vermijdt)

Een mobiele airco haalt warme lucht uit de kamer, koelt die af via een gesloten systeem waarin een koelmiddel circuleert en blaast de koele lucht vervolgens terug de ruimte in. Tegelijkertijd ontstaat er restwarmte die ergens heen moet, en daar komt de afvoerslang om de hoek kijken. Die dikke, vaak wat lompe slang voert de warme lucht af naar buiten, meestal via een raam. En precies dát punt zorgt vaak voor de meeste hoofdbrekens: hoe voorkom je dat de warme lucht die je net kwijt bent geraakt weer net zo hard naar binnen komt?

Kies een slimme plek in huis

Een mobiele airco oogt misschien flexibel, maar laat je niet misleiden: de locatie waar je hem neerzet, doet er echt toe. Je hebt een plek nodig met toegang tot een raam of deur waar de afvoerslang door naar buiten kan, en een vrij stopcontact dat het stroomverbruik van het apparaat aankan, doorgaans tussen de 1000 en 2500 watt. Let ook op de ruimte rondom het toestel. De airco moet kunnen 'ademen' om effectief te blijven werken. Zet je hem te dicht op een muur of naast een kast, dan loop je het risico dat de afgevoerde warme lucht zich ophoopt of zelfs weer wordt aangezogen. En dat drukt niet alleen de prestaties, maar kan ook de levensduur van het apparaat verkorten.

©Ton Hazewinkel

Er moet een slang naar buiten om de warme lucht weer af te voeren.

De afvoerslang: onderschat 'm niet

De werking van je mobiele airco staat of valt met een goede afvoer van warme lucht. Laat je de slang zomaar uit een open raam hangen, dan gaat een groot deel van het koelvermogen verloren omdat de warme lucht zomaar weer naar binnen waait. Het loont dus om te investeren in een raamafdichtingskit: een speciaal doek of scherm, soms met een ritssluiting, waarmee je de opening rondom de slang netjes afsluit. Er zijn kits voor verschillende typen ramen – van kantel- tot schuiframen – en voor wie graag zelf knutselt, zijn er ook alternatieven. Denk aan een plaat plexiglas of hout op maat gezaagd, met een uitsparing voor de slang. Wat je ook kiest, zorg vooral dat de kier goed dicht is, zodat de luchtcirculatie buiten blijft en je airco efficiënt zijn werk kan doen.

Voorkom natte voeten

Tijdens het koelen haalt een mobiele airco niet alleen warmte, maar ook vocht uit de lucht. Dat water moet ergens naartoe. Sommige modellen laten een groot deel van de condens verdampen via de luchtslang, terwijl andere apparaten het water opvangen in een intern reservoir dat je handmatig moet legen. Welke methode jouw airco gebruikt, is iets om van tevoren goed uit te zoeken. Zeker op hete of vochtige dagen kan het opvangbakje sneller vol zitten dan verwacht, en een overgelopen waterreservoir is niet alleen onhandig, maar kan ook schade veroorzaken. Regelmatig controleren is dus geen overbodige luxe: een klein klusje dat grote ongemakken voorkomt.

Extra comfort met slimme functies

De meeste mobiele airco's zijn tegenwoordig uitgerust met handige snufjes die het gebruik een stuk comfortabeler maken. Zo kun je met een timer instellen wanneer het apparaat automatisch aan of uit moet gaan – ideaal als je overdag van huis bent en 's avonds in een koele ruimte wilt thuiskomen. Steeds vaker zie je ook modellen met wifi-functionaliteit, waarmee je via een app of spraakassistent de airco op afstand bedient. Heb je een eenvoudiger model? Dan kun je alsnog slim schakelen met behulp van een slimme stekker. Daarmee regel je precies wanneer de airco inschakelt, zonder dat je fysiek aanwezig hoeft te zijn. Het is een simpele toevoeging die zowel comfort als energie-efficiëntie verhoogt.

©Alexandra

Veelgemaakte fouten die je eenvoudig voorkomt

Bij het installeren van een mobiele airco gaan er vaak een paar dingen mis die met een beetje aandacht makkelijk te vermijden zijn. Het meest voorkomende probleem is een raam dat niet goed is afgesloten, waardoor de warme lucht zo weer naar binnen stroomt en het apparaat zich suf draait zonder effect.

Een tweede veelvoorkomende fout is het gebruik van een te klein model voor de ruimte: een airco met een koelvermogen van 7000 BTU is simpelweg niet opgewassen tegen een ruime, zonovergoten woonkamer. Ook wordt het toestel nogal eens weggestopt in een hoek of tussen meubels, wat de luchtcirculatie belemmert en de efficiëntie ondermijnt.

En tot slot loert er nog een ander risico: onveilige stroomvoorziening. Vermijd verlengsnoeren of stekkerblokken die het hoge vermogen niet aankunnen, want dat kan leiden tot overbelasting of zelfs brandgevaar. Een vaste wandcontactdoos is altijd de veiligste keuze.

Hoeveel BTU heb je nodig voor een mobiele airco?

De koelcapaciteit van een mobiele airco wordt uitgedrukt in BTU (British Thermal Unit). Hoe groter de ruimte, hoe hoger het aantal BTU dat nodig is om de temperatuur effectief te verlagen. Bij mobiele airco’s ligt de aanbevolen capaciteit vaak wat hoger dan bij vaste systemen. Dat komt doordat ze minder efficiënt zijn, vaak warmte verliezen via de luchtslang en meestal in een open raam geplaatst worden.

Fabrikanten geven het vermogen van mobiele airco’s vaak op in kubieke meters (m³), terwijl je als consument meestal rekent in vierkante meters (m²). De vertaalslag is simpel: vermenigvuldig het vloeroppervlak met de plafondhoogte. Voor een gemiddelde kamerhoogte van 2,5 meter geldt dus:

20 m² × 2,5 m = 50 m³

In onderstaande tabel combineren we beide eenheden, zodat je snel kunt inschatten welk BTU-bereik past bij jouw ruimte. De richtlijnen zijn afgestemd op normaal geïsoleerde woningen met een plafondhoogte van circa 2,5 meter.

Oppervlakte van de ruimteAanbevolen BTU-capaciteit
tot 20 m² (tot 50 m³)5000 – 7000 BTU
20 – 30 m² (50 – 80 m³)7000 – 9000 BTU
30 – 40 m² (80 – 100 m³)9000 – 12.000 BTU
40 – 50 m² (100 – 120 m³)12.000 – 14.000 BTU
50 – 60 m² (120 – 140 m³)14.000 – 16.000 BTU
60 – 70 m² (140 – 160 m³)16.000 – 18.000 BTU

Met een beetje aandacht kom je een stuk verder

Een mobiele airco installeren is geen hogere wiskunde, maar vergt wel iets meer voorbereiding dan alleen de stekker in het stopcontact steken. Als je zorgt voor een goede opstelling, een goed afgesloten afvoerkanaal en het condenswater op tijd afvoert, haal je veel meer uit je investering. Het resultaat is een airco die merkbaar beter koelt en bovendien zuiniger draait. En het fijne is: zodra alles eenmaal goed staat, heb je er nauwelijks nog omkijken naar. Behalve dan af en toe het waterreservoir legen, maar daarna? Gewoon achteroverleunen en genieten van de frisse lucht.

Mobiele airco kopen?

Bekijk hier de beste deals!
▼ Volgende artikel
Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt
© fotomek
Huis

Waarom jouw zuinige A+++-wasdroger straks zomaar een C-label krijgt

Denk je net goed bezig te zijn met een A+++-wasdroger, blijkt die vanaf juli 2025 opeens een magere C te scoren. Wat is hier aan de hand? Geen paniek: je apparaat is niet plotseling minder efficiënt geworden, het energielabel wordt een stuk strenger. In dit artikel lees je waarom de regels zijn veranderd, wat het nieuwe label precies meet en hoe je wél de juiste conclusies trekt bij je volgende aankoop.

Partnerbijdrage - in samenwerking met Bemmel & Kroon

Vanaf 1 juli 2025 – morgen dus! – verandert het energielabel van wasdrogers in heel Europa. De bekende klassen als A+, A++ en A+++ verdwijnen en maken plaats voor een overzichtelijker schaal van A tot en met G. Hierdoor krijgen veel huidige A+++-drogers voortaan een label C. Niet omdat ze slechter presteren, maar omdat de normering strenger en toekomstbestendiger wordt.

Waarom een nieuw energielabel nodig was

Het oude systeem was zijn doel voorbijgeschoten. Doordat fabrikanten steeds energiezuinigere apparaten ontwikkelden, werden er voortdurend plussen aan de A-klasse toegevoegd. Daardoor ontstond een wildgroei aan energielabels die de consument eerder in verwarring bracht dan hielp. Met het nieuwe label keert de rust terug: één heldere schaal die opnieuw ruimte laat aan de top. De zuinigste klasse A blijft voorlopig zelfs leeg, zodat alleen uitzonderlijk efficiënte apparaten die plek mogen innemen.

©Bemmel & Kroon

Wat je ziet op het nieuwe label

Het nieuwe energielabel bevat veel meer informatie dan alleen een letter. Naast de energieklasse geeft het label nu ook inzicht in het verbruik per honderd droogbeurten, gemeten volgens een gestandaardiseerd Eco-programma. Ook de programmaduur, het maximale vulgewicht van de trommel, het geluidsniveau in decibel en de condensatie-efficiëntie staan erop vermeld. Via een QR-code kun je bovendien extra technische details opzoeken in de Europese EPREL-database. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat je als consument beter kunt inschatten welk apparaat past bij jouw huishouden en gebruik. Meer informatie vind je op deze pagina.

©Bemmel & Kroon

1. QR-code met link naar de EU database
2. Energie-efficiëntieklasse
3. Energieverbruik in kWh/100 droogcycli*
4. Condensatie-efficiëntieklasse en -percentage

5. Geluidklasse en geluidemissie in dB(A)**
6. Maximale laadcapaciteit (nominale capaciteit in kg)**
7. Duur in uren en minuten**

* Waarden gelden voor een gewogen gemiddelde van halve en volle ladingen met een verhouding van 0,62 (24x volle lading, 76x halve lading).
** Droogcyclus van katoen eco-programma bij volle lading.

Het lastige van vergelijken

Oude en nieuwe energielabels kun je niet zomaar naast elkaar leggen. Een A+++-droger uit 2024 kan volgens de nieuwe testmethodes een label C krijgen, terwijl het apparaat in de praktijk nog steeds even zuinig is. Dat verschil komt puur door de aangescherpte meetnormen, en niet door een verandering in prestaties. Laat je dus niet misleiden door een ogenschijnlijke 'verslechtering' van het label, maar kijk naar de echte verbruiksgegevens en technische kenmerken van jouw wasdroger.

Wat dit voor jouw keuze betekent

Bij het kopen van een nieuwe droger is het dus belangrijk om verder te kijken dan alleen de letter op het label. De vermelding van het energieverbruik per honderd droogcycli geeft je een veel concreter beeld van de stroomkosten op jaarbasis. Ook het geluidsniveau, de capaciteit van de trommel en de duur van het droogprogramma bepalen in sterke mate hoe comfortabel en efficiënt het apparaat in de praktijk is. Dankzij de QR-code kun je bovendien snel en eenvoudig controleren of de technische gegevens aansluiten bij je verwachtingen.

©Viktoria

Slim kiezen met het nieuwe label

De vernieuwde energielabels maken het makkelijker om een slimme, bewuste keuze te maken. Niet alleen zie je in één oogopslag hoe energiezuinig een apparaat is volgens de nieuwste normen, je hebt ook toegang tot de details die er écht toe doen. Zo kun je jouw keuze afstemmen op wat je belangrijk vindt: lage kosten, weinig geluid, korte droogtijd of een groot vulgewicht. Door te letten op de werkelijke prestaties in plaats van alleen op een letter, maak je een duurzame keuze die ook op de lange termijn rendeert.

Wil je hulp bij het kiezen van een energiezuinige droger of persoonlijk advies over welk type het best bij jouw huishouden past? Laat je dan informeren door een specialist, zodat je met vertrouwen de juiste keuze maakt voor nu én de toekomst.

Op zoek naar een écht zuinige droger?

Bekijk de beste deals bij Bemmel & Kroon!