ID.nl logo
Waterpret zonder schuldgevoel: zo ga je zuinig om met zwembadwater
© Alex
Huis

Waterpret zonder schuldgevoel: zo ga je zuinig om met zwembadwater

We hopen allemaal op een mooie zomer met zonnige dagen en zwoele avonden. En om dan een eigen zwembad in de tuin te hebben, daar kan niets tegenop. Voor de kinderen is het heerlijk om de hele dag in te spelen, en voor jezelf is het fijn om af te koelen. Maar tijdens schaarste en droogte wil je natuurlijk wel spaarzaam omgaan met water. Deze tips helpen je daarbij.

Dit artikel in het kort: 🏊 Wat voor zwembad kies je? 🏊 De beste plek voor je zwembad. 🏊 Je zwembad schoonhouden. 🏊 Een zwemvijver als natuurlijke oplossing.

🩱 Lees ook: Je badkleding mooi houden: zo doe je dat!

Groot zwembad of een ‘pierenbadje’ voor de kinderen

Ben je van plan om een opzetzwembad te plaatsen? Denk goed na over hoe je het zwembad gaat gebruiken. Is het zwembad alleen voor je kleine kinderen bedoeld? Dan is een klein zwembad al voldoende. Kies dan wel voor een zwembad met een stevig opstaande rand, zodat het water er niet overheen gutst (want je wilt immers geen water verspillen). Wil je dagelijks baantjes kunnen trekken? Dan is een rechthoekig zwembad een goed idee.

De beste plek voor het zwembad

Let goed op de plaatsing van het zwembad. Zet ‘m liever niet onder een boom of naast een struik, want dan wordt het zwembad binnen de kortste keren vies door afvallend blad of bloesem. En dat wil je niet, want daarmee vergroot je de kans dat je vaker water moet verversen. Plaats het zwembad op een vlakke ondergrond en leg er een grondzeil onder. Daarmee voorkom je dat harde obstakels op de grond het zwembad lek maken. Door het zwembad op een zonnige plek te zetten, wordt het zwembadwater verwarmd door de zon. Zo hoef je niet per se een aparte zwembadverwarming te gebruiken.

©Animaflora PicsStock

Je zwembad schoonhouden ...

Probeer het zwembadwater zo schoon mogelijk te houden, zodat je het niet regelmatig hoeft te verversen. De meest voor de hand liggende oplossing is om het zwembad af te dekken als je er niet in zit. Er komen dan minder snel insecten, bladeren en ander vuil in het zwembad. Maak voordat je in het zwembad plonst je voeten schoon, vooral als je de hele dag op je blote voeten door de tuin kuiert.

Onder zeil!

(Je zwembad bedoelen we)

... en schoonmaken

Gebruik een schepnetje om gevallen bladeren, insecten en ander vuil meteen uit het water te verwijderen, zodat het niet aan de bodem van het zwembad kan hechten. Heb je jezelf of de kinderen ingesmeerd met zonnebrandcrème? Laat dit dan eerst goed intrekken, zodat er geen waas van olie of vet op het water komt te liggen. Wanneer de kinderen klaar zijn met zwemmen, haal je het speelgoed en opblaasbare zwembanden of ligbedjes uit het water. Dit zijn broednesten voor bacteriën.

Tip Gebruik voor een groter zwembad een goede filter. Zo’n filter verwijdert het vuil uit het water en houdt het water in beweging. Hierdoor maken bacteriën geen kans.

Chloor of een natuurlijk middel gebruiken

Wil je chloor gebruiken in het zwembad? Dan mag je het water niet zomaar weg laten lopen in de tuin of een sloot. Je laat het zwembad dan leeglopen in het riool waar je wc en douche ook op aangesloten zijn. Een ander nadeel van chloor is dat het voor rode ogen en andere irritaties kan zorgen. Een natuurlijke manier van het desinfecteren van het zwembad is zoutelektrolyse. Dit zout wordt vanzelf omgezet naar een natuurlijke chloor. Let wel op bij aluminium of ijzer in het zwembad: het zout tast dit aan. Zoutelektrolyse is duurder dan chloor, maar is wel natuurlijk en je hebt er minder onderhoud aan het zwembad door nodig.

(Semi-)vast zwembad Probeer het zwembadwater één keer in het jaar te verschonen. Je kunt het zwembad ook vullen met regenwater. Maar omdat daar meer bacteriën en vuil in kan zitten dan in leidingwater en het vaak een lage pH-waarde heeft, moet je het behandelen. Ook moet je de pH-waarde van grondwater eerst op peil krijgen, wil je erin kunnen zwemmen.

©Animaflora PicsStock

Ook interessant: Waterdichte koptelefoon (of oortjes) kopen? Hier moet je op letten

Natuurlijk zwemmen: maak in een zwemvijver

Wil je een groter zwembad in de tuin, maar liever geen chloor gebruiken? Dan is een zwemvijver een goed idee. Zo’n zwemvijver ziet eruit als een vijver, maar het water is op natuurlijke wijze gefilterd. In de winter kun je de Wim Hof-methode uitvoeren. Maar ook als je er 's winters geen gebruik van maakt, ziet een zwemvijver in de tuin er stijlvol uit.

Zwembadverwarming: wat is de beste keuze? Wil je ook in het voor- en najaar zwemmen? Dan is zwembadverwarming geen overbodige luxe. Je hebt de keuze uit een zonnecollector, elektrische zwembadverwarming of een warmtepomp. Met een zonnecollector ben je afhankelijk van de zon. En die schijnt in ons land in het voor- en najaar toch een stuk minder. Met een warmtepomp stel je zelf de temperatuur van het water in, zodat het aangenaam blijft. Zo’n warmtepomp is energiezuiniger dan elektrische zwembadverwarming, maar wel minder zuinig dan een zonnecollector, omdat het stroom verbruikt. De warmtepomp moet continu aanstaan. En een warmtepomp is ook een stuk duurder in aanschaf dan een zonnecollector.

▼ Volgende artikel
Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten
© RossandHelen
Huis

Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je de juiste maten

Voordat je een nieuwe oven, koelkast of vaatwasser aanschaft, is één ding belangrijk: de juiste maten weten. Een paar millimeter kan het verschil maken tussen een strakke keuken of een dure miskoop. Hoe meet je de nis precies op? Hoeveel ventilatieruimte is nodig? En waar moet je rekening mee houden bij aansluitingen?

Wil je je inbouwapparatuur tot op de millimeter nauwkeurig installeren, dan is precies meten onmisbaar. In dit artikel lees je over: • Algemene meetprincipes • Waar je precies op moet letten bij een ⋄ inbouwkoelkast of -vriezer  ⋄ inbouwoven en -magnetron  ⋄ inbouwvaatwasser ⋄ inbouw-espressomachine  • Welke veelgemaakte fouten je moet zien te vermijden • Wat je altijd als laatste moet doen

Ook interessant: Een inbouwkoelkast kopen: waar moet je op letten?

Bij het kiezen van inbouwapparatuur voor je keuken is precisie alles. Een afwijking van slechts een paar centimeter kan ervoor zorgen dat je nieuwe koelkast, oven, of vaatwasser onmogelijk in de daarvoor bestemde ruimte past. Of het nu gaat om een inbouwkoelkast, een espressomachine of een diepe oven: een haastig genomen maat is zelden een goed idee. Laten we daarom stap voor stap kijken hoe je dit voorkomt, zodat je straks geen verrassingen tegenkomt tijdens de installatie.

Algemene meetprincipes 

Voordat je begint met meten, is het slim om een paar basisregels aan te houden. Gebruik een precieze rolmaat en een digitale schuifmaat voor de beste resultaten. Meet niet alleen de buitenkant van je keukenkasten, maar focus op de binnenafmetingen van de nis: breedte, hoogte en diepte. Houd daarnaast rekening met de benodigde ventilatieruimte, meestal 2 tot 5 centimeter aan de achter- en zijkanten. Check ook waar stopcontacten, wateraansluitingen en doorvoeren voor kabels zitten. Deze details zijn minstens zo belangrijk als de afmetingen zelf.

©Andrey Sinenkiy

Hier let je op bij een:

Inbouwkoelkast of -vriezer 

Bij koelkasten en vriezers is de nishoogte een cruciale maat, die per model sterk kan verschillen. Veelvoorkomende hoogtes zijn 88, 140 en 178 centimeter, maar er zijn uitzonderingen. Let ook goed op het deursysteem: een sleepdeurmechanisme heeft doorgaans 1 tot 2 centimeter extra ruimte in de breedte nodig. Voor de diepte geldt dat 55 centimeter meestal volstaat, al kan dat oplopen tot 60 centimeter bij modellen met een ventilator aan de achterzijde.

Inbouwoven en -magnetron 

Hoewel deze toestellen op het eerste gezicht standaard lijken, kunnen de afmetingen verschillen. De nisbreedte is meestal 56 centimeter, terwijl de voorzijde van het toestel vaak 59,5 centimeter breed is. Dit zorgt ervoor dat het front mooi aansluit op de keukenkast. De hoogte is een belangrijk aandachtspunt: compacte ovens beginnen bij 45 centimeter, terwijl standaardmodellen 60 centimeter nodig hebben. Bij magnetrons is het slim om rekening te houden met bedieningspanelen die kunnen uitsteken en extra ruimte bovenin vragen.

Inbouwvaatwasser 

Bij vaatwassers draait het vooral om de hoogte. Die varieert tussen 81,5 en 87 centimeter, maar dankzij verstelbare poten heb je hier wel wat 'bewegingsruimte'. Minstens zo belangrijk is de plinthoogte: meet van de vloer tot de onderkant van de kast en niet alleen de zichtbare plint. Vergeet ook de waterslang niet—reken op zo'n 5 centimeter extra diepte om voldoende ruimte te houden voor de aansluiting.

Inbouw-espressomachine 

Espressomachines zijn compact, maar nauwkeurig meten blijft belangrijk. De standaardbreedte ligt meestal rond de 56 centimeter, maar de diepte kan variëren. Afhankelijk van het model neemt het waterreservoir aan de achterkant 40 tot 55 centimeter in beslag. Let ook op de kleppen: bij een machine die naar voren opent, is extra ruimte nodig om koffiebonen of cups eenvoudig te vervangen.

©Cristina Villar Martin | Ladanifer

Voorkom deze veelgemaakte fouten 

Een veelvoorkomend probleem is dat apparatuur nét niet past, ondanks zorgvuldig meten. Dit komt vaak doordat ventilatieruimte of aansluitingen over het hoofd worden gezien. Een handige tip: plak een stuk tape op de vloer op de plek waar de achterkant van het toestel komt en markeer daarop de positie van stekkers en leidingen. Controleer ook of de nis waterpas is, vooral bij koelkasten met schuiflades. Een scheve ondergrond kan voor problemen zorgen, dus stel de keukenkast indien nodig bij voordat je gaat installeren.

Bij renovaties spelen vaak afwijkende maten een rol. Oudere keukens kunnen dikkere kastwanden of ongewone nisdieptes hebben. Meet daarom niet alleen de huidige situatie, maar vergelijk deze met de afmetingen van het nieuwe toestel. Twijfel je? Overweeg dan advies van een keukenexpert, zeker bij complexe combinaties zoals een oven met een ingebouwde magnetron.

En dit moet je echt altijd als laatste doen...

Het klinkt als een open deur, maar het blijft de beste garantie op succes: meet alles minimaal twee keer. Schrijf de maten op en leg ze naast de technische specificaties van het apparaat. Let daarbij op details als verstelbare poten, een uitklapbaar bedieningspaneel of deuruitsparing. Zo voorkom je dat je keukenproject verandert in een puzzel met ontbrekende stukken. Want uiteindelijk draait het erom dat alles naadloos samenvalt – letterlijk én figuurlijk.

▼ Volgende artikel
Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april
© Leika production
Huis

Dit zijn dé tuinklussen om te doen in april

Het heeft even geduurd, maar de winter is eindelijk (zo goed als) voorbij. De zomertijd is ingegaan, 's morgens vroeg hoor je de vogels weer en de zon zien we ook steeds vaker. Tijd dus om lekker veel buiten te zijn om je tuin helemaal zomerklaar te maken. Dit zijn de tuinklusjes die je in april allemaal kunt doen.

Dit doe je in april: 🌻 Planten afharden 🌻 Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten 🌻 Heggen snoeien en bemesten 🌻 Meeldauw voorkomen en bestrijden 🌻 Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

📆Handig: onze tuinkluskalender voor heel het jaar rond

Planten afharden

Planten die je in de afgelopen maanden binnen hebt gehouden, kun je nu langzaam laten wennen aan de lagere buitentemperaturen. Begin in de tweede helft van april door ze overdag buiten te zetten en 's avonds weer naar binnen te halen, bijvoorbeeld in de schuur of garage. Hoewel de lente begonnen is, kunnen de nachten nog koud zijn, zeker omdat de IJsheiligen nog niet voorbij zijn. Sommige nachten kan het zelfs nog vriezen. Geef kuipplanten een meststof met langdurige werking, zodat ze voldoende voeding hebben voor de komende maanden. Bescherm eenjarige planten, jonge gewassen en bloesembomen tegen nachtvorst met een vliesdoek.

Rozen, bodembedekkers en zomerbollen planten

Heb je nog geen rozen of heesters geplant? Dan is dit het moment om dat alsnog te doen, zodat ze deze zomer in volle bloei staan. Is het lekker weer in april? Op zonnige dagen kun je ook heiligenbloem of lavendel in de grond zetten. Zorg er wel voor dat je eerst onkruid verwijdert en de bodem losmaakt.

Wil je borderplanten aanplanten? Begin dan met bodembedekkers. Dit is bovendien een ideaal moment om de beplanting een voedingsboost te geven met mest. Heb je in maart eenjarige, tweejarige of vaste planten binnen gezaaid? Dan kun je ze nu voorzichtig verpotten. Nog niet gezaaid? Dat kan nog steeds.

Vanaf half april is het ook een goed moment om zomerbollen te planten. Denk aan lelies, dahlia's, siergember, canna's en gladiolen. Bloembollen die meerdere jaren in de grond blijven, geef je extra voeding met organische mest en een laagje compost. Wil je direct meer kleur in de tuin? Zet dan bakken en potten vol met bloeiende planten. Die zijn nu volop verkrijgbaar bij tuincentra.

🧄🌷🧄🌷 De zomer(bollen) in je hoofd?

Kijk & kies

©Alexander Raths

Heggen en klimplanten

Haal de heggenschaar maar tevoorschijn, want dit is het moment om hagen zoals taxus, conifeer, liguster en leylandii te snoeien. Zo houd je ze in vorm en voorkom je dat ze te breed uitgroeien. Geef de hagen meteen een speciale haagmeststof en leg een laag bodembedekking, houtsnippers of mulch rondom de wortels. Dit helpt de grond vocht vast te houden in de zomer en verbetert de bodemstructuur. Bovendien remt het de groei van onkruid.

Dunne en dode takken in heesters kun je nu ook verwijderen. De hoofdtakken mag je flink terugsnoeien om de struik voller te laten groeien. Dit geldt ook voor winterjasmijn en forsythia, die na de bloei een snoeibeurt kunnen gebruiken. Winterbloeiende heide knip je eenvoudig terug met een heggenschaar. Vergeet niet om klimplanten, zoals clematis, goed vast te zetten. Het kan deze maand namelijk nog flink waaien.

Meeldauw voorkomen en bestrijden

Meeldauw is een plantenziekte die wordt veroorzaakt door een schimmel. Vooral bij warm en droog weer, in combinatie met vochtige nachten door dauw, kan deze ziekte zich snel verspreiden. De schimmel laat een wit, poederachtig laagje achter op de bladeren. Dit is niet alleen lelijk, maar ook schadelijk. De schimmel dringt diep door in het plantenweefsel en onttrekt voedingsstoffen, waardoor de plant minder goed groeit. Rozen, ridderspoor, kamperfoelie, begonia's, aardbeien, tomaten, komkommers, courgette en druiven zijn extra gevoelig voor meeldauw.

Om meeldauw te voorkomen is het belangrijk om bij droog weer extra water te geven en ervoor te zorgen dat er voldoende ruimte tussen de planten blijft. Aangetaste bladeren kun je het beste meteen wegknippen en in de vuilnisbak gooien, zodat de schimmel zich niet verder verspreidt. Gooi ze niet op de composthoop! Daarnaast is het verstandig om meeldauwgevoelige planten niet te plaatsen op plekken waar eerder meeldauw heeft gezeten. Mocht een plant toch helemaal onder deze schimmel zitten, dan is een bestrijdingsmiddel de beste oplossing.

©cocci65

Het gazon: maaien, bijzaaien en bemesten

Controleer of het gazon zieke of kale plekken heeft. Wil je die direct aanpakken? Steek de aangetaste plek dan in een vierkante vorm uit en leg er een nieuw, op maat gesneden grasmat in. Opnieuw inzaaien is natuurlijk ook een optie. Vanaf nu kun je het gras weer maandelijks maaien. Lang gras langs de randen werk je bij met een grastrimmer of kantenknipper, zodat het gazon er weer strak uitziet.

Bemesting is belangrijk voor een gezond gazon. Dit doe je in de periode van maart tot en met september minstens drie keer. Heb je in maart nog niet bemest? Dan is het nu de hoogste tijd. Sluit daarnaast de buitenkraan weer aan, zodat de sproeiers in de tuin klaar zijn voor gebruik.

Lees ook: Grasmaaien: fluitje van een cent met deze tips