ID.nl logo
Tekenen en ontwerpen op je pc met DrawPad
© Reshift Digital
Huis

Tekenen en ontwerpen op je pc met DrawPad

Wil je een logo, wens- of menukaart ontwerpen, maar is een programma als GIMP of Photoshop je te complex en heeft Paint dan weer te weinig mogelijkheden, dan vormt DrawPad een uitstekend compromis. Dit gratis tekenprogramma heeft een breed gamma aan tekenmogelijkheden, werkt met lagen en komt met eenvoudige gereedschappen voor het bewerken van afbeeldingen.

Tip 01: Gratis of goedkoop

DrawPad is een gebruiksvriendelijke middenklasser onder de grafische programma’s. Het kan uiteraard niet op tegen de zware kanonnen als Photoshop of Illustrator, maar de thuisgebruiker zal er zonder al te veel moeite mooie resultaten mee neerzetten. Er is een versie van dit tekenpakket voor Windows en macOS. DrawPad Graphic Editor is gratis voor niet-commerciële toepassingen. Voor een professionele licentie betaal je eenmalig 22,12 euro of 1,72 euro per maand. Toch probeert het programma je hier en daar in de richting van de pro-versie te duwen. In de gratis versie mag je bijvoorbeeld slechts drie plaatjes uit de clipart-bibliotheek downloaden en kun je van slechts drie sjablonen vertrekken. Wij kunnen leven met deze beperkingen en houden het bij gratis.

©PXimport

Tip 02: Openingsvenster

In het introscherm toont het programma zes oversized knoppen. Met New Project beland je in de normale werkomgeving van het programma. Met Advanced Project moet je de juiste afmetingen van het ontwerp al kennen. Er is ook een knop om opgeslagen projecten te openen. Daarnaast is er een helpfunctie en een knop die je bij de officiële tutorialfilmpjes brengt. De zesde knop opent de weg naar de sjablonen.

©PXimport

Tip 03: Sjablonen

De gemakkelijkst manier om te beginnen is via de Template Wizard. Hier vertrek je van enkele basismodellen: banners, business cards, wenskaartjes, flyers, briefhoofden, logo’s enzovoort. Wanneer je een model kiest, krijg je enkele sjablonen om de keuze te verfijnen. Vervolgens kom je in een venster waar je de elementen van het sjabloon aanpast. Je selecteert nieuwe kleuren, andere teksten, je kiest een lettertype dat je mooi vindt, totdat het sjabloon volledig naar je zin is. Ben je klaar, dan verschijnt het aangepaste ontwerp van het sjabloon in de basiswerkomgeving van DrawPad. Ieder element van het ontwerp staat hier op een nieuwe laag.

©PXimport

De gemakkelijkst manier om te beginnen is via de Template Wizard

-

Tip 04: Nieuw of geavanceerd

Om vanaf een leeg werkvlak te starten gebruik je de knop New Project of Advanced Project. Het enige verschil tussen deze twee is dat je bij Advanced Project al bij het begin de afmetingen van het nieuw project moet invoeren. Je geeft een hoogte en breedte op in pixels, centimeters of millimeters en daaronder bepaal je een resolutie in pixels per inch. Je selecteert een achtergrondkleur of gaat voor een transparante achtergrond. Dat laatste is interessant voor illustraties die je later wilt aanbrengen op documenten of dia’s die reeds hun eigen achtergrond hebben.

©PXimport

Resolutie

De resolutie die je in het venster Create New Image opgeeft, is ontzettend belangrijk. Een digitale afbeelding bestaat immers uit gekleurde beeldpuntjes die we pixels noemen. Hoe dichter die pixels bij elkaar staan, hoe scherper de afbeelding oogt. Die puntdichtheid noemen we resolutie. Wil je een perfecte afdruk op papier, dan stel je de resolutie in op 250 of beter nog 300 dpi (dots per inch). Een inch is 2,54 cm. Hoe hoger de resolutie, hoe lijviger het afbeeldingsbestand zal worden. Voor afbeeldingen die je alleen op een computerscherm wilt bekijken, bijvoorbeeld plaatjes voor websites, volstond tot voor kort 72 pixels per inch. Op beeldschermen met een hogere pixeldichtheid worden afbeeldingen met een hogere resolutie veel scherper weergegeven.

©PXimport

Tip 05: Tools

In de werkbalk van het tabblad Home zitten bijna alle tools die je in dit programma ter beschikking hebt. DrawPad werkt dus niet met zwevende gereedschapsbalken. Hier staan bijvoorbeeld de knoppen om een project te bewaren, maar ook om tekst op een gebogen lijn te plaatsen, een teksttool, verschillende vormtools en de selectietools. Hier vind je bijvoorbeeld Eyedropper, het pipet, waarmee je een kleur selecteert uit een object op het werkvlak. Je kunt met dit pipet ook een kleur ‘opzuigen’ van ieder object dat zichtbaar is op het computerscherm, zelfs al bevindt het zich in een andere applicatie. Het pipet is bijvoorbeeld handig wanneer je wilt dat de tekstkleur overeenkomt met een dominante kleur uit een afbeelding. In dat geval klik je met Eyedropper op een tint van de afbeelding, zodat je meteen de kleur van de tekst vastlegt.

©PXimport

Tip 06: Schalen en uitlijnen

Wanneer je een foto kopieert en een nieuw document in DrawPad maakt om die foto daarin te plakken, zal het programma het nieuwe document meteen instellen op de pixelafmetingen van de geplakte foto. Uiteraard kun je de geplakte foto selecteren, met de muisaanwijzer aan één van de hoeken vastgrijpen en dan schalen door te slepen. Door de Ctrl-toets in te drukken kun je verschillende objecten tezamen selecteren om die dan horizontaal of verticaal uit te lijnen. De verschillende mogelijkheden om uit te lijnen staan in het tabblad Advanced.

©PXimport

Lagen maken het veel makkelijker om een mooie compositie samen te stellen

-

Tip 07: Lagen

Sommige gebruikers hebben koudwatervrees voor het werken met lagen. Lagen maken het veel makkelijker om een mooie compositie samen te stellen. In dit voorbeeld zijn we bijvoorbeeld begonnen met een blauwe achtergrond waarop we een foto en een tekstlaag hebben aangebracht. In de rechterkolom volg je de opbouw van de lagen. Nu staat de tekstlaag boven de afbeeldingslaag, maar je kunt de volgorde wijzigen door in het vakje Layer de onderste laag naar boven te slepen. Wanneer je een laag selecteert, worden de vier knoppen actief. De knop met het groene plusteken plaatst een nieuwe laag, die met het rode kruis verwijdert de geselecteerde laag, die ernaast dupliceert de geselecteerde laag en de vierde knop gebruik je om lagen samen te voegen. Bovendien kun je de dekking van de lagen traploos regelen.

©PXimport

Tip 08: Objecten

Uiteraard wil je niet voor ieder object een nieuwe laag aanmaken. In de afbeelding staan het logo en de tekst ieder op een afzonderlijke laag. Maar het logo bestaat uit verschillende lijnstukken, die we objecten noemen. Door op het plusteken voor de laag te klikken, krijg je de lijst van alle afzonderlijke objecten op de laag. Je selecteert zo’n object op twee manieren. De eerste is in de objectlijst op de naam van het object klikken. Dat is vaak onduidelijk, want zo’n object heeft meestal een nietszeggende naam zoals Pen Stroke. De tweede optie is in het werkvlak op het object klikken. Wanneer het object is geselecteerd, kun je de eigenschappen zoals penseelbreedte, afronding, pentype, lijnkleur, vulkleur enzovoort aanpassen.

©PXimport

Kleuren en stalen

Objecten hebben een lijnkleur (Stroke) en een vulkleur (Fill), tenzij je de lijn- of vulkleur op transparant instelt. Dubbelklik op één van beide kleuren in de Color Picker om het venster te openen waarmee je andere kleuren selecteert. Hier kun je met behulp van schuifjes iedere kleur selecteren op basis van een rood-, groen- en blauwwaarde in combinatie met het HSV-model (Hue, Saturation, Value of kleurtoon, verzadiging en waarde). Meestal gebruiken we de term Brightness (helderheid) in plaats van Value. Ook hier beschik je over een pipet om snel een tint uit de achtergrond te halen. Tijdens het tekenen wil je bepaalde kleuren bewaren, zodat het ontwerp er consistent uitziet. Daarvoor dienen de twaalf kleurstalen, Swatches. Om een kleur aan een staal toe te voegen, selecteer je die eerst met het pipet en daar klik je op de knop Set to Swatch.

©PXimport

Om mooie vormen te tekenen die haarscherp blijven gebruik je de zogenaamde Bezier-curven

-

Tip 09: Bezier-curves

Om mooie vormen te tekenen die haarscherp blijven gebruik je de zogenaamde Bezier-curven. Zo’n Bezier-curve is een vectorlijn waarvan je de helling en de positie achteraf nog kunt aanpassen. Selecteer Bezier Curve in de werkbalk. Ermee leren omgaan is een kwestie van oefenen. Klik één keer op het werkvlak om het eerste ankerpunt te plaatsen. Daarna klik je een tweede punt en je sleept om de gevormde lijn te buigen. Bij ieder punt dat je op deze manier vastlegt, regel je de helling van de curve met de twee handvatten die aan het geselecteerde ankerpunt vasthangen. In de afbeelding heeft de curve nog geen kleur of lijndikte. Daarvoor selecteer je eerst een kleur in de Color Picker. Daarna bepaal je in het rechterpaneel een gereedschap: pen, markeerstift, penseel, krijt of spuitbus. Ten slotte klik je op Create Element. Hierdoor maakt DrawPad een vloeiende lijn in de geselecteerde kleur met het aangeduide gereedschap.

©PXimport

Tip 10: Curve aanpassen

Vink in de rechterbalk de optie Allow line editing aan. Dit geeft je de mogelijkheid om de ankerpunten van de Bezier-curve nog te verslepen. Om de positie van zo’n ankerpunt te wijzigen ga je met de muisaanwijzer over zo’n punt, zodat het oplicht. Daarna kun je het ankerpunt verslepen, waardoor uiteraard ook de vorm van de curve wijzigt. De lijn of vorm die je daarnet hebt getekend, lijkt elastisch. Via de rechtermuisknop kun je een ankerpunt verwijderen. Wanneer je een eindpunt en beginpunt bij elkaar brengt kun je met de rechtermuisknop de opdracht Close Path selecteren om een het pad te sluiten.

©PXimport

Penopties

Wanneer je aangeeft dat de Bezier-curve moet worden weergegeven als een lijn van de Pen tool, dan kun je behalve de lijndikte ook de afronding van de hoekpunten bepalen. Bovendien heb je de keuze uit een gewone pen of uit twee verschillende kalligrafische pennen. Sommige objecten kun je rechtstreeks omzetten naar een pad. Dat scheelt heel wat werk. Dan selecteer je het object met het pijltje en daarna klik je met de rechtermuisknop op het object en je kiest Convert to path. Als je dan in de rechterbalk Allow line editing inschakelt, kun je het pad en de ankerpunten aanpassen.

©PXimport

Uit de losse hand precies slepen is lastig, maar een Bezier-curve kun je haarfijn aanpassen

-

Tip 11: Gebogen tekst

Bij de tools zit het gereedschap Curved Text om tekst op een curve te plaatsen. Wanneer je op de knop klikt, kun je in het rechterpaneel meteen een standaardvorm uit de presets selecteren. We hebben het dan over een boog en een cirkel, maar ook een vierkant of een driehoek zijn mogelijk. Bovendien kun je een curve handmatig slepen om daarna een tekst te typen die automatisch dit pad zal volgen. Uiteraard is het heel moeilijk om vanuit de losse hand heel precies te slepen, maar het gaat om een Bezier-curve die je dus naderhand nog haarfijn kunt aanpassen. Sleep je de curve van links naar rechts, dan verschijnt de tekst op de lijn. Sleep je van rechts naar links, dan zal de tekst die je invoert ondersteboven onder de lijn komen.

©PXimport

Tip 12: Kleurverloop

Je kunt objecten in plaats van met kleuren ook vullen met een kleurverloop of met een patroon. In dat geval klik je in de Color Picker op het pijltje dat naar beneden wijst en je kiest Fill with a Gradient of Fill with a Pattern. In de eerste mogelijkheid moet je uiteraard twee tinten selecteren voor een lineair of een radiaal verloop. Kies je Fill with a Pattern, dan toont deze app je een verzameling patronen waaruit je mag kiezen. Niets belet je om bijvoorbeeld op internet een patroon te selecteren dat je op het bureaublad bewaart. Daarna ga je via de knop Browse naar het grafische bestand op het bureaublad zodat dit nieuwe patroon ook wordt opgenomen in de set patronen van DrawPad.

©PXimport

Tip 13: Effecten en uitvoer

Objecten die je plakt of tekent kun je voorzien van effecten. De set effecten in dit programma is bescheiden, maar het zijn wel nuttige filters. Het gaat bijvoorbeeld om een slagschaduw, waarbij je de offset, de grootte van de schaduw en de zachtheid instelt door middel van schuifjes. Of het effect om een vorm diepte en een schuine kant te geven (Bevel/Emboss). Dan zijn er ook nog effecten die een object vervormen of die het van een gloed voorzien. DrawPad bewaart projecten standaard in het drp-formaat (DrawPad Project), maar daar kun je weinig mee aanvangen als je het plaatje bijvoorbeeld in PowerPoint of Word wilt gebruiken. Daarom kun je een afgewerkt project ook bewaren in de gangbare grafische formaten zoals jpg, png, pdf, svg, eps en bmp. De formaten gif en tif behoren niet tot de mogelijkheden.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten
© RHJ - stock.adobe.com
Huis

Spinnen in huis? Zo zet (en houd!) je ze buiten

Het is herfst, en dat betekent spinnen. Niet alleen buiten, maar ook binnen. Daar kun je flink van schrikken. Toch is er geen reden tot paniek. Spinnen zijn juist nuttig: ze vangen muggen, vliegen en andere hinderlijke insecten. Nederlandse spinnen zijn bovendien niet gevaarlijk voor mensen. Wil je ze toch liever niet in huis? Dit kun je doen!

🕷️ Dit artikel in het kort

Spinnen zijn nuttige insecteneters en doen in Nederland mensen geen kwaad. Toch zien we ze vooral in de herfst liever buiten dan binnen. In dit artikel lees je hoe je spinnen vangt, wat je kunt doen om ze te buiten te houden en hoe je de meest voorkomende soorten herkent. Daarnaast kijken we per ruimte in huis naar plekken waar spinnen zich graag verstoppen en wat je daartegen kunt doen. Lees ook: Slim ventileren in de herfst: zo voorkom je vocht en schimmel

Dat je in het najaar meer spinnen ziet, is trouwens logisch. De mannetjesspinnen zijn dan op zoek naar een vrouwtje. Of het nu mannetjes of vrouwtjes zijn, voor allemaal geldt: ze zijn snel, maar niet gevaarlijk. Je kunt ze makkelijk vangen, zolang je maar rustig blijft.

Geen paniek! Vangen en vrijlaten doe je zo

De eenvoudigste methode daarvoor is nog steeds het bekende glas met een stukje stevig papier, bijvoorbeeld een bierviltje. Zet een stevig glas over de spin en schuif er een kartonnetje of papiertje onder. Til het geheel voorzichtig op, houd het goed gesloten en zet de spin buiten op enkele meters van je huis neer. Hoe verder, hoe kleiner de kans dat hij terug naar binnen kruipt.

Er bestaan ook speciale spinnenvangers: lange stelen met zachte borsteltjes of buisjes met een opvangreservoir. Handig als je liever wat afstand bewaart. Oefen eerst even, zodat je zeker weet hoe het werkt. Een spin doorspoelen of bespuiten met insectenspray kun je beter niet doen: er zijn betere, diervriendelijkere manieren om van ze af te komen.

©LeoniekvanderVlietPhotography

Waar komen spinnen binnen?

Spinnen kiezen niet bewust voor jouw woonkamer, maar volgen vaak insecten die aangetrokken worden door licht of warmte. Via kieren langs kozijnen, onder deuren of door ventilatieopeningen vinden ze hun weg naar binnen. Ook via spullen uit de schuur of garage kunnen ze mee naar binnen komen. Door deze routes af te sluiten of te controleren, verklein je de kans dat ze binnen belanden.

Voorkomen is ….

Hieronder lees je wat je in het algemeen kunt doen om insecten en spinnen buiten te houden. Ook kijken we specifiek naar bepaalde ruimtes in je huis.

Algemeen

Inspecteer je hele woning systematisch door langs plintnaden, kozijnen en doorvoeren te lopen. Dicht kieren af en vervang versleten tochtstrips. Plaats fijnmazig rvs-gaas voor ventilatieopeningen en maak ventilatieroosters jaarlijks schoon. Horren monteren voor ramen en deuren scheelt ook al een hoop.

Woonkamer

In de woonkamer trekken lampen vaak insecten aan, en daarmee ook spinnen. Plaats lampen niet direct bij de buitendeur en gebruik eventueel warmere lichtkleuren die minder insecten lokken – wit licht bevat namelijk veel UV- en blauwe componenten, echte insect-magneten. Ruim regelmatig achter kasten en banken op: rommelige hoeken bieden ideale plekken voor webben.

Slaapkamer

Zet bij warm weer het raam open met een hor ervoor. Zo ventileer je goed zonder dat spinnen en insecten naar binnen glippen. Trek ook gordijnen geregeld open en dicht; spinnen houden van rustige, donkere hoekjes.

Badkamer

Door de hoge luchtvochtigheid is de badkamer aantrekkelijk voor insecten en dus voor spinnen. Laat de ruimte goed drogen na het douchen (zet daar bijvoorbeeld de mechanische ventilatie voor aan of zet een raam een stukje open) en haal spinrag direct weg.

Kelder en berging

Dit zijn favoriete plekken voor grote huisspinnen. Ze houden van koelere, vochtige plekken waar ze met rust gelaten worden. Controleer leidingen en kieren, dicht openingen en zorg dat er niet te veel losse spullen op de grond staan.

Ventileren en opruimen helpt

Een goed geventileerd huis is minder aantrekkelijk voor insecten en dus ook voor spinnen. Laat roosters open, zet dagelijks kort ramen tegenover elkaar open voor frisse lucht en maak ventilatieopeningen schoon. Zo zorg je ervoor dat het in huis minder vochtig wordt – en daarmee geef je vliegjes, muggen en andere insecten minder kans.

Oude spinnenwebben kun je eenvoudig weghalen met een plumeau of stofzuiger. Leeg de stofzuigerzak daarna buiten, want een spin kan anders alsnog ontsnappen. Ook lege eizakjes haal je zo weg. Daarmee voorkom je dat er nieuwe generaties in je huis uitkomen.

Van huisspin tot kruisspin: zo herken je ze

Gevaarlijke spinnen? Die komen in Nederland eigenlijk niet voor. Maar dat maakt de angst er niet minder om. Herkennen wat voor spin je ziet, kan dan echt helpen. In september en oktober zie je binnenshuis vooral mannetjes van huisspinnen rondstruinen, terwijl vrouwtjes in hun web blijven. Met een app zoals ObsIdentify (voor Android en iOS) kun je eenvoudig een foto maken en direct zien om welke soort het gaat. Ook de webvorm geeft aanwijzingen: een strak wielweb, een trechter of een slordig matje is vaak soortspecifiek. Door je in de soorten te verdiepen, leer je dat de grote, donkere spinnen in huis simpelweg rondzwervende mannetjes zijn die een partner zoeken. Niets om bang voor te zijn dus!

Top 5 huisspinnen in Nederland

De kruisspin, Araneus diadematus, is jaar in jaar uit de publieksfavoriet én meest geteld; je herkent hem aan het lichte kruis op het achterlijf en het grote wielweb langs schuttingen en raamkozijnen. De grote trilspin, Pholcus phalangioides, hangt met lange poten onder het plafond en trilt heftig bij onraad; je vindt hem vaak in rustige hoekjes binnen. De gewone en grote huisspinnen, Eratigena-soorten, bouwen trechterwebben achter kasten en in kelders. De venstersectorspin, Zygiella x-notata, spant bij ramen een wielweb met een 'hapje' eruit; vaak zie je die in gevelhoeken. De herfsthangmatspin, Metellina segmentata, maakt kleine hangmatwebjes in struiken en rond tuinen en wordt regelmatig bij huizen gezien. De exacte volgorde varieert per jaar en telling, maar deze soorten staan steevast hoog in Nederlandse spinnentellingen.

©Anton Derkach | Iuliia - stock.adobe.com

Veelgestelde vragen over spinnen in huis

Zijn spinnen in Nederland giftig?

De spinnen die je binnenshuis tegenkomt, zoals huisspinnen of trilspinnen, zijn niet gevaarlijk. Ze kunnen hooguit bijten als ze in het nauw komen, maar dat gebeurt zelden en is vergelijkbaar met een muggenprik: een klein rood plekje dat snel verdwijnt. Ook buitenshuis leven er in Nederland geen gevaarlijk giftige spinnen voor mensen.

Kruipen spinnen in je slaap in je mond of oren?

Dit is een hardnekkige mythe. Spinnen zijn schuwe dieren die juist contact met mensen vermijden. Het idee dat ze in je slaap in je mond of oor kruipen is een broodjeaapverhaal. Ze lopen hooguit langs je bed op zoek naar een rustig hoekje, maar hebben geen enkele reden om een mens als schuilplek te gebruiken.

Waarom zie je vooral in de herfst zoveel spinnen?

In nazomer en herfst gaan mannetjes-huisspinnen op zoek naar een vrouwtje. Omdat ze rondzwerven, zie je ze vaker in kamers en gangen lopen. Vrouwtjes blijven meestal in hun web en vallen daardoor minder op. De seizoenspiek heeft dus alles te maken met hun voortplantingscyclus.

Kunnen spinnen eitjes in huis leggen?

Ja, spinnen kunnen in huis eizakjes maken. Meestal gebeurt dat in rustige hoekjes of achter meubels. De jongen verspreiden zich na het uitkomen en veel halen de volwassen leeftijd niet. Door webben en eizakjes regelmatig weg te halen met de stofzuiger, houd je de aantallen eenvoudig onder controle.

Helpt het om spinnen weg te houden met pepermuntolie of azijn?

Er circuleren veel huismiddeltjes die zouden helpen, maar er is weinig bewijs dat spinnen echt wegblijven van bepaalde geuren. Belangrijker is het dichten van kieren, plaatsen van horren en regelmatig opruimen. Dat heeft aantoonbaar meer effect dan een schaaltje azijn of een oliebrandertje.

Kunnen huisspinnen springen of vliegen?

Nee, de huisspinnen die je binnenshuis tegenkomt kunnen niet springen of vliegen. Ze lopen of klimmen via draden. Soms zie je kleine jonge spinnen wel zweven aan een draadje; dat heet 'ballooning'. Dan gebruiken ze een draad als zweeflijn in de wind. Bij volwassen huisspinnen gebeurt dat niet binnenshuis. 

Wat moet ik doen als ik een spin echt niet durf te vangen?

Vraag iemand anders om te helpen of gebruik een lange spinnenvanger waarmee je voldoende afstand houdt. Als dat niet lukt, kun je de deur naar de buitenruimte openen en wachten tot het dier zelf naar buiten trekt. Het belangrijkste is kalm blijven: spinnen zijn sneller bang voor jou dan andersom.

Spinnenvanger nodig?

Kijk, koop en vang
▼ Volgende artikel
Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter
© Roland Abel
Huis

Oktober in je tuin: voorbereiden op de winter

In oktober staat de tuin in het teken van de overgang naar de koude maanden. Planten hebben nog steeds zorg nodig en ook het onderhoud vraagt aandacht. Dit is het moment om alles klaar te maken, zodat je tuin de winter goed doorkomt.

In oktober maak je de tuin winterklaar. Sluit de buitenkraan af en berg de tuinslang leeg op. Koop vliesdoek en noppenfolie om kwetsbare planten te beschermen. Plant groenblijvende struiken, winterviolen en bloembollen voor kleur in de donkere maanden. Oogst appels, peren en pompoenen, en zaai veldsla of spinazie. Geef struiken en rozen nog voeding, verwijder zomerbollen uit de grond en snoei rozen, fruitbomen en loofbomen. Werk het gazon af met een laatste maaibeurt en hark het blad weg.

Lees ook: Van januari tot en met december tuinieren: tips voor het hele jaar buiten bezig

Bescherm de tuin tegen vorst

Met dalende temperaturen is het belangrijk om alles te beschermen tegen vorstschade. Laat de tuinslang volledig leeglopen en berg hem op, zodat er geen water in achterblijft. Draai vervolgens de buitenkraan dicht. Schaf vliesdoek of noppenfolie aan om gevoelige planten te beschermen zodra het gaat vriezen.

Planten en bollen voor een wintertuin

Wie in de winter ook kleur wil behouden, kan nu groenblijvende varens, lage heesters en kerstrozen planten. Voorjaarsbollen zoals sneeuwklokjes, kievitsbloemen en bosanemonen moeten direct de grond in, omdat ze snel uitdrogen. Ook winterjasmijn of knoflook zijn nu aan de beurt. Bedek de grond daarna met een laag bladeren.

In hangmanden kun je winterviolen, bollen en klimop zetten voor wat extra kleur. Rozen plant je alvast voor het nieuwe seizoen. Tulpen die niet in de grond kunnen overwinteren, zet je in bollenbakken. Andere bloembollen plaats je bij vaste planten die qua kleur en bloeitijd goed bij elkaar passen. Geprepareerde hyacinten zet je in glazen binnen om vroeg van hun bloemen te genieten.

Oogsten in de herfst – én zaaien in de moestuin

Oktober is de maand van de oogst. Peren en appels haal je nu van de boom; maak er moes of taart van. Pompoenen en sierkalebassen zijn ook rijp. Laat altijd een stuk steel zitten, dan blijven ze langer goed. Bewaar ze koel en vorstvrij. In de moestuin zaai je nog veldsla, pluksla of spinazie. Kies wel voor winterharde soorten. Groenten die niet tegen kou kunnen, zoals paksoi, koolrabi, bloemkool en broccoli, oogst je voor de winter.

©encierro - stock.adobe.com

Onderhoud in oktober

Struiken, rozen en hagen hebben nog baat bij wat mest. In de border en moestuin kan eventueel kalk gestrooid worden. Blijf onkruid weghalen zodat het in het voorjaar niet uit de hand loopt. Plantensteunen kunnen de schuur in; maak ze schoon voordat je ze opbergt.

Zomerbollen zoals dahlia's, bloemriet en Abessijnse gladiolen moeten gerooid worden na de eerste nachtvorst. Controleer ook potten en bakken: zorg dat de afwateringsgaten open zijn zodat regenwater goed kan weglopen.

Snoeien in oktober

Ramblerrozen knip je bij door lange scheuten wat in te korten. Oktober is ook geschikt voor het snoeien van berk, esdoorn en kastanje, maar doe dit niet later dan eind november, want de sapstromen van deze bomen komen al vroeg op gang. Appel- en perenbomen kunnen eveneens gesnoeid worden.

©maxbelchenko

Het gazon winterklaar maken

Geef het gras dit najaar nog een laatste beurt. Verticuteer om mos en dood gras te verwijderen en lucht in de bodem te brengen. Maai het gras nog een keer, maar laat het niet te kort worden. Steek de randen bij en hark het gevallen blad weg, zodat het gras niet verstikt onder een bladerdeken en in het voorjaar weer gezond kan uitlopen.