ID.nl logo
Weg van big tech, dit is het fediverse
Huis

Weg van big tech, dit is het fediverse

Nagenoeg alle bekende sociale mediaplatformen zijn in handen van ‘big tech’, zoals Meta, Google en Microsoft. Ze zijn erg populair, maar veel gebruikers voelen zich gevangen in zo’n ecosysteem. Met het ‘fediverse’ komt langzaam een alternatieve structuur op gang.

In dit artikel gaan we in op wat het fediverse is en wat de tegenhangers van de bekende socialmediaplatformen zijn, zoals:

  • Mastodon
  • PeerTube
  • Pixelfed
  • Lemmy

Lees zeker ook: Exit-strategie: zo verlaat je Google, Microsoft, Apple of Meta

Socialmediaplatformen als Facebook, YouTube, Instagram, Twitter, Snapchat, Pinterest, Reddit en WhatsApp hoeven we je uiteraard niet meer voor te stellen. Maar namen als Friendica/Diaspora, PeerTube, Pixelfed, Mastodon, Movim, Prismo, Lemmy en Element/Matrix komen je wellicht veel minder bekend voor. Toch zijn dit ook socialmediaplatformen. In feite zijn het zelfs stuk voor stuk tegenhangers van de bekende platformen. Om uit te leggen in welk opzicht ze tegenhangers zijn, moeten we het eerst uitgebreid over het ‘fediverse’ hebben.

1 Opzet

De naam fediverse is een samentrekking van ‘federated’ en ‘universe’, oftewel een gefedereerd of federatief universum en in het Nederlands daarom soms ook wel aangeduid als fediversum. Je moet het zien als een verzameling onderling verbonden servers, ook wel instances genoemd, die onafhankelijk worden beheerd door individuen of organisaties. Gemeenschappelijke protocollen zorgen voor onderlinge communicatie. Gebruikers kunnen bijvoorbeeld een account aanmaken op een server, en vervolgens communiceren en gegevens delen met gebruikers op andere servers binnen het fediverse, informeel ook wel fedi genoemd. Dit maakt gedecentraliseerde sociale interacties mogelijk zonder afhankelijkheid van één centrale entiteit, in tegenstelling tot traditionele socialemediaplatformen.

Heb je bijvoorbeeld een Instagram-account, dan kun je geen contact onderhouden met X-gebruikers, tenzij je je ook bij dat platform aansluit. Binnen het fediverse daarentegen kun je vrijelijk bewegen tussen verschillende servers en platformen, mits je je aan de regels van het fediverse, de platformen en de servers houdt. Gebruikers die zich niet thuisvoelen bij een instance kunnen ook hun eigen server hosten, met eigen regels en voorwaarden, en een aangepast moderatiebeleid.

2 Start

De ontwikkeling van het fediverse begon in 2008, toen een Canadese software-ontwikkelaar een opensource-microbloggingplatform oprichtte, genaamd Laconica. Dit was gebaseerd op het OpenMicroBlogging-protocol, dat communicatie tussen verschillende microbloggingsites mogelijk maakte. Een jaar later werd het platform hernoemd in StatusNet en enkele jaren later fuseerde het met afgeleide projecten tot GNU social, dat nog steeds actief is.

Langzamerhand werden de beperkingen van het OpenMicroBlogging-protocol, ontworpen voor eenrichtingsverkeer van tekstberichten, duidelijker. Daarom werd het nieuwe protocol OStatus als open standaard voor microblogging ontworpen. Rond dezelfde tijd werd het sociale netwerk Diaspora populairder, dat een eigen federatief protocol gebruikte voor gegevensuitwisseling tussen onafhankelijke servers. Om onderscheid te maken tussen beide netwerken en protocollen kwamen vooral vanaf 2017 de termen fediverse (voor OStatus) en federation (voor Diaspora) in gebruik.

3 (Protocol)ontwikkeling

Enkele populaire microbloggingsites binnen GNU Social lieten al snel het OStatus-protocol achter zich en gingen over op het nieuwe protocol Pump.io (voorheen ActivityPump), dat meer data-uitwisseling mogelijk maakte dan alleen statusupdates. Begin 2018 nam het W3C (World Wide Web Consortium) het heft in handen en stelde de opvolger, ActivityPub, als aanbevolen open standaard voor.

In 2019 schakelden de meeste platformen over op dit protocol, en de naam fediverse verwijst nu vooral naar socialenetwerk-platformen die hierop gebaseerd zijn. Het protocol kreeg eind 2022 een boost nadat Elon Musk Twitter had opgekocht. Veel gebruikers vertrouwden deze overname niet en stapten over naar het fediverse-alternatief Mastodon. Ook andere sociale media toonden en tonen interesse in ActivityPub, waaronder Flicker, Flipboard, Threads en Tumblr.

ActivityPub mag dan het meest gebruikte protocol zijn, er zijn er nog meer binnen het fediverse. Naast OStatus en Diaspora zijn er bijvoorbeeld XMPP, Matrix, AT (Bluesky) en Zot. Een platform kan ook meerdere protocollen ondersteunen. Zo ondersteunt Hubzilla naast Zot ook ActivityPub, OStatus en Diaspora. Een recenter protocol is Nostr (Notes and Other Stuff Transmitted by Relays), waarbij gebruikers zich met cryptografische sleutels authenticeren en hun berichten naar een of meerdere relays versturen, waarop andere gebruikers zich kunnen abonneren om zo censuur te omzeilen.

4 Werking

In onze definitie van het fediverse zie je ongetwijfeld parallellen met hoe een P2P-netwerk (peer-to-peer) opereert. Beide systemen delen aspecten als decentralisatie, met onafhankelijke servers in plaats van een centrale server die alle gegevens beheert, en directe communicatie tussen gebruikers op verschillende servers.

Toch zijn er ook verschillen. Terwijl bij P2P alle knooppunten gelijkwaardig zijn als server en client, zijn er bij het fediverse onafhankelijke servers waarop gebruikersaccounts worden aangemaakt. Elke administrator is bovendien verantwoordelijk voor de veiligheid, het onderhoud en de moderatie van zijn eigen server.

Binnen het fediverse bepaalt het ActivityPub-protocol hoe activiteiten zoals het volgen van personen, het posten van berichten en het geven van likes tussen de servers worden uitgewisseld. Elke server beslist zelf welke andere servers hij vertrouwt en met welke er communicatie wordt toegelaten, doorgaans op basis van blokkeerlijsten of een specifiek federatie- en moderatiebeleid.

Wanneer een gebruiker op server Y data van server X wil bekijken, stuurt Y een verzoek naar X om de data op te halen als deze nog niet lokaal zijn opgeslagen. Dit vermindert de noodzaak voor centrale opslag en zorgt voor gedistribueerde aflevering van content. Het zorgt er ook voor dat de rest van het netwerk operationeel blijft als een server offline gaat. Bovendien kunnen gebruikers hun accounts en data naar andere servers migreren als ze dat willen.

5 Plussen en minnen

Er kleven dus onmiskenbaar enkele voordelen aan het fediverse. Zo maakt het netwerk gebruik van open standaarden en opensource-software, wat betekent dat er geen verborgen code wordt gebruikt en dat de code goed up-to-date kan worden gehouden. De decentralisatie zorgt er ook voor dat er geen ‘single point of failure’ is: als een server uitvalt, blijven de andere functioneren. Bovendien, terwijl traditionele social media de eigenaarschap van je data overnemen om je gerichte advertenties en gesponsorde content te sturen, kun je in het fediverse instances kiezen met een strikt privacybeleid, zodat je geen last hebt van tracking, advertenties of ongewilde censuur. Het fediverse biedt daarnaast meer diversiteit, omdat je je gemakkelijk met andere gemeenschappen kunt verbinden.

Houd er wel rekening mee dat de open structuur en de vaak minimale moderatie makkelijker tot controversiële agenda’s en content kunnen leiden. Wel kunnen instances via blacklists andere instances en gebruikers blokkeren. Verder is het fediverse minder gebruiksvriendelijk dan de gepolijste interfaces van de traditionele sociale media. En de veiligheid van je data op een instance hangt sterk af van de kennis en integriteit van de administrator. Het is evenmin helemaal uit te sluiten dat een instance om welke reden ook wordt afgesloten (zoals gebeurde met de mastodon-server Kolektiva.social, die door de FBI werd geconfisqueerd), wat kan leiden tot verlies van je data en contacten.

Tot slot, weet dat wanneer je je gegevens wist op je eigen instance, deze niet automatisch worden verwijderd op andere instances die je data hebben ontvangen.

6 Platformen

We hebben het tot nu toe vooral gehad over microbloggingplatformen binnen het fediverse, bedoeld voor kortere updates en beperkte berichten. Bekende platformen zijn Mastodon, Pleroma, Misskey, Firefish, Micro.blog en GNU social.

Maar ook andere platformen maken graag gebruik van het federatieve model. Zo zijn er platformen voor macroblogging, bedoeld voor uitgebreide blogposts met multimedia, zoals Write Freely, Streams, Plume en Hubzilla (deze laatste is ook bruikbaar voor cms, bestandsopslag, wiki en fotogalerijen). Voor het delen van afbeeldingen kun je terecht bij Pixelfed, terwijl PeerTube zich richt op video’s en Funkwhale op audio. Lemmy, Kbin, Prismo en Raddle fungeren vooral als link-aggregators en fora.

In de rest van dit artikel gaan we in op enkele uiteenlopende platformen. We laten zien hoe en waar je een account aanmaakt bij een geschikte instance, en hoe je actief deelneemt aan het platform. In het kader ‘Eigen instance’ geven we een aanzet tot het opzetten van een eigen instance.

7 Instances

Om je bij de fediverse-gemeenschap aan te sluiten, kies je eerst een geschikt platform (zie paragraaf 6). De volgende stap is het selecteren van een geschikte instance, waarvan de community en het beleid aansluiten bij je leefwereld en interesses.

Een goed vertrekpunt is Fediverse Party. Klik hier op Menu / All apps om volgens diverse criteria, zoals categorie, protocol, programmeertaal en licentie, een instance te kiezen. Ook op FediDB kun je terecht, waar je in de secties Servers en Software een uitgebreid overzicht vindt, en je kunt nog terecht op The Federation.

Het populairste platform, met circa twee derde van alle 12 miljoen fediverse-gebruikers, is Mastodon, gericht op microblogging. Wil je je hierbij aansluiten, maar vind je via Fediverse Party niet meteen een geschikte instance, dan kun je ook terecht op de officiële Mastodon-site. Je vindt hier servers gesorteerd op taal, regio, onderwerp en Mastodon-instances.

8 Mastodon

We nemen het Nederlandse Mastodon als voorbeeld, een instance voor en door de Nederlandse community. Logischerwijs dien je je hier eerst te registreren. Na het accepteren van enkele basisregels kun je een account creëren en ontvang je een bevestigingsmail. Daarna kun je meteen aan de slag.

Je krijgt instructies voor het aanpassen van je profiel en je starttijdlijn, waar je medegebruikers kunt volgen en ontvolgen. Je leert ook hoe je je mastodon-profiel deelt en je eerste bericht post – bij Mastodon heet dit toot(en). Je kunt je berichten voorzien van een thematische hashtag om ze beter te kunnen categoriseren en vindbaar te maken. In de zoekbalk kun je naar specifieke hashtags zoeken en via Hashtag volgen ontvang je automatisch een update wanneer iemand een bericht met die hashtag post. Het is ook mogelijk een toot te boosten, zodat je het bericht deelt met je eigen volgers (vergelijkbaar met retweeten of reposten). En verken zeker ook de openbare tijdlijnen, zowel op je eigen instance als op andere Mastodon-servers.

Eigen instance We hebben uitgelegd hoe je je bij enkele fediverse-platformen kunt aansluiten via een bestaande instance. Bij nagenoeg alle platformen kun je ook je eigen instance inrichten. We hebben niet de ruimte hier dieper op in te gaan, maar geven je wel de basisstappen.

  • Kies eerst een fediverse-platform, zoals Mastodon of Pleroma.
  • Registreer daarna een domeinnaam voor je instance. Je hebt uiteraard ook een server nodig om je instance te hosten. Dit kan een VPS (Virtuele Private Server) zijn bij een hostingprovider. Controleer of deze aan alle vereisten voldoet, want de systeemvereisten kunnen fors zijn, vooral qua opslagruimte (eventueel kan dit bij een cloudopslagprovider).
  • Beveilig je verbinding met een ssl-certificaat, bijvoorbeeld via een gratis exemplaar van Let’s Encrypt.
  • Maak je server klaar met een geschikt en up-to-date besturingssysteem, doorgaans een Linux-distributie. Installeer dan de noodzakelijke onderdelen, zoals een webserver als Nginx of Apache en een database als PostgreSQL. Installeer en configureer vervolgens het gekozen platform evenals de afhankelijkheden, en configureer je webserver.
  • Creëer een admin-gebruiker en pas via de beheermodule zaken als het moderatiebeleid, federatievoorkeuren en gebruikersinstellingen aan.

Zorg dat alles goed is beveiligd, maak frequent back-ups, zorg voor updates en monitor regelmatig de prestaties van je server.

9 PeerTube

Zoals de naam al doet vermoeden lijkt PeerTube, van Franse origine, sterk op YouTube. Dit platform draait dan ook om videostreaming en -sharing, maar dan binnen het fediverse. Een goed vertrekpunt voor de circa 1000 instances is www.joinpeertube.org/instances (selecteer eventueel Video maker bij Your Profile als je ook zelf video’s wilt uploaden) of https://instances.joinpeertube.org/instances. Wil je op zoek naar specifieke video’s of kanalen, ga dan naar www.joinpeertube.org/browse-content. Afhankelijk van de gekozen instance vind je hier een knop Een account aanvragen.

Met een account kun je reageren op video’s, een kijkgeschiedenis opbouwen, video’s op je eigen kanaal publiceren (dat je tijdens de accountregistratie kunt aanmaken) en je abonneren op andere kanalen. Bij de meeste instances duurt het ongeveer een dag voor een moderator op je aanvraag reageert. Je kunt je via Lokale video’s ook op een RSS-feed abonneren. Weet wel dat het aantal video’s bij veel instances voorlopig beperkt is en dus niet te vergelijken is met het aanbod bij YouTube of Vimeo.

10 Pixelfed

Het aantal instances op Pixelfed is vooralsnog niet zo groot. Volgens de officiële webpagina zijn er momenteel ongeveer veertig, waarvan slechts twee in Nederland (waaronder hidden.pics, met zo’n 100 actieve gebruikers en focus op artistiek naakt).

De serverregels zijn telkens duidelijk vermeld. Via Explore krijg je, ook zonder eigen account, een overzicht van de trending posts, en via Directory kun je direct doorklikken naar specifieke gebruikers en hun afbeeldingen bekijken. Om foto’s te liken of er commentaar op te geven, heb je wel een account nodig.

Om je te registeren, doorloop je enkele stappen: de serverregels accepteren, een account aanmaken en reageren op de bevestigingsmail. In de meeste gevallen zal een moderator je aanvraag handmatig goedkeuren, waarna je binnen 48 uur een reactie kunt verwachten.

11 Lemmy

Met zo’n 700 actieve servers en een totaal van 400.000 gebruikers mag Lemmy, dat enigszins vergelijkbaar is met Reddit, zich tot de populairdere fediverse-platformen rekenen. Je kunt deelnemen aan bestaande communities (subfora) of je eigen communities opzetten. Binnen elke community kun je posts creëren, inclusief links, afbeeldingen en video’s. Door posts te upvoten, komen interessantere discussies naar boven.

Op de officiële website kun je klikken op Deelnemen aan een server, waarna je een topic en taal selecteert en hopelijk een geschikte instance vindt (de combinatie ‘technologie’ en ‘English’ leverde bijvoorbeeld 18 hits op).

Bij veel Lemmy-instances kun je je direct registreren zonder dat je hoeft te wachten op acceptatie door een moderator. Je krijgt meteen de nieuwste berichten te zien, kunt (standaard) verborgen berichten bekijken of alleen de berichten opvragen van de gemeenschappen waarop je bent geabonneerd. Via filters zoom je snel in op berichten met een specifieke status, zoals Actief, Populair, Controversieel, Beste afgelopen maand enzovoort.

▼ Volgende artikel
Privékilometers in je leaseauto, hoe werkt het?
Mobiliteit

Privékilometers in je leaseauto, hoe werkt het?

Een zakelijke leaseconstructie is bedoeld voor zakelijke ritten, maar in veel gevallen is er ruimte voor privékilometers. Maar hoeveel kilometers mag je maken en wat gebeurt er als je het maximum overschrijdt?

In dit artikel bespreken we de afspraken die staan rondom het maken van privékilometers in een zakelijke leaseauto. We bespreken:

  • Wat privékilometers eigenlijk zijn
  • Hoeveel kilometers je per jaar privé mag rijden
  • Hoe het gaat bij een private lease-constructie
  • Wie er allemaal in je leaseauto mogen rijden

Ook interessant: De verschillen tussen elektrisch leasen en benzine leasen

Wie een auto van de zaak heeft, zal daar soms privékilometers in rijden. Als het de enige auto is die je voor je deur hebt staan, is dat soms onvermijdelijk. En dus hebben veel leasecontracten een clausule waarin staat dat je een bepaalde hoeveelheid kilometers voor eigen gebruik mag rijden. Maar hoe werken deze clausules precies en wat is een gangbare hoeveelheid privékilometers? En als we toch bezig zijn met je privésituatie, wie mag er eigenlijk allemaal in je leaseauto rijden? Voor een beter zicht op deze kwestie, zetten we de nodige feiten op een rij.

Wat zijn privékilometers eigenlijk?

Als je een auto van de zaak hebt, is het de bedoeling dat je hiermee kilometers voor de zaak rijdt. Dat betekent woon-werk-verkeer, van en naar klanten rijden, van en naar meetings rijden en wat verder allemaal nog een onderdeel van je werkzaamheden is. Alles wat je niet kunt wegzetten als een zakelijke rit, valt onder privékilometers. Elke rit die niets met je werk te maken heeft, valt hieronder. Veel ingewikkelder is het niet. En zo ziet de Belastingdienst het trouwens ook; elke kilometer die niet in de registratie van de baas terugkomt, geldt als een kilometer voor jezelf.

Ontdek jouw ideale elektrische auto

Vergelijk en vind de beste deals op Kieskeurig.nl!

Hoeveel kilometer mag je per jaar belastingvrij rijden in je auto van de zaak?

500. Vanaf kilometer 501 moet je bijtelling gaan betalen. En het maakt niet uit hoe deze vijfhonderd kilometer tot stand komen, het wordt over het hele jaar gerekend. En vergis je niet: 500 kilometers heb je zo bij elkaar gereden. Daarom moeten veel zakelijke rijders altijd wel bijtelling betalen en hebben ze clausules in het leasecontract waarin staat hoeveel privékilometers ze per jaar mogen rijden. Dat kan variëren van 1.000 tot een onbeperkt aantal. Er zijn namelijk wel degelijk constructies waarbij de hoeveelheid kilometers die een leaseauto per jaar mag rijden volledig vrij is. In dat geval mag je de auto overal voor inzetten.

Hoe houd je kilometers bij?

In veel gevallen worden de gemaakte zakelijke kilometers bijgehouden door zogenaamde ritregistraties. Bij veel bedrijven gebeurt dit nog ouderwets via een analoog logboek. Een simpel schrift, waarin per rit wordt bijgehouden wat de kilometerstand vóór en na de trip is. Houd je dit netjes bij, dan wordt in één oogopslag duidelijk welke kilometers niet voor de zaak waren en is het aan het einde van het jaar een kwestie van optellen. Het is wel zaak om dit nauwkeurig bij te houden, want je hebt je zo vergist. Ga je terug van je werk nog even snel langs de supermarkt? Dan gelden die extra kilometers als privé. Er is tevens een elektronische rittenregistratie mogelijk. Dit werkt bijvoorbeeld via GPS-apparatuur of via een speciale app.

©Sergey Kohl - stock.adobe.com

Wat moet er in de ritregistratie staan?

Het is van belang dat je bij de analoge rittenregistratie bijhoudt wat je kenteken is, welk type auto je rijdt, de periode waarin je rijdt, het begin- en eindpunt van de rit, plus de gemaakte kilometers. Wanneer je jezelf aanleert om dit altijd te doen voordat je uitstapt, wordt het vanzelf een gewoonte.

Hoe word je gecontroleerd?

De Belastingdienst gaat niet iedereen stipt controleren op de ritregistratie. In plaats daarvan wordt er steekproefsgewijs gecontroleerd, om te voorkomen dat bedrijven of privépersonen iets te creatief met hun kilometers omgaan. Zijn alle gegevens correct, dan is er niks aan de hand. Zijn ze dat niet en heb je bijvoorbeeld gesjoemeld met de zakelijke kilometers, dan volgt er een naheffing of zelfs een boete. Met andere woorden: houd je registratie op orde, dan ben je altijd zeker van je zaak.

Hoe zit dat met private lease?

Heb je een private lease-contract, dan maakt het niet uit of je zakelijke kilometers rijdt of dat je voor jezelf onderweg bent. Bij deze leaseconstructies heb je gewoon een maximaal aantal kilometers dat je per jaar mag rijden. Er zijn geen private lease-constructies die een onbeperkt aantal kilometers bevatten; elk contract heeft zijn plafond. Kilometerregistratie is hierbij niet nodig; men kijkt gewoon naar de kilometerstand van je auto. Ga je over je jaarlijkse 'bundel', dan moet je bijbetalen. Per kilometer wordt er dan meestal tussen de 0,05 en 0,10 euro gerekend, die je aan het einde van het jaar dient af te tikken.

©Kirill Gorlov

Kilometerbundels

Bij private lease-constructies is het ook mogelijk om zogenaamde kilometerbundels af te sluiten. Dan wordt niet gekeken naar de hoeveelheid kilometers per jaar, maar de hoeveelheid kilometers over de hele looptijd van het contract. Het kan wel zijn dat er een bepaald maximum per jaar geldt en dat je moet bijbetalen als je aan het einde van een jaar boven dat maximum zit. Blijkt vervolgens aan het einde van de looptijd dat je toch onder het maximale kilometrage van de hele looptijd zit, dan krijg je die afrekening weer teruggestort.

Bepaal het aantal kilometers met je lease-aanbieder

Hoeveel kilometers je per jaar mag rijden in je private lease-constructie bepaal je dus vooraf samen met de aanbieder van het contract. Hoe meer kilometers je wilt rijden, hoe hoger de maandelijkse kosten van het contract zullen zijn. Wil je tussentijds veranderingen aanbrengen in die afspraak, dan is dat meestal wel mogelijk. Het kan bijzonder slim zijn om de maximale kilometers per jaar aan te passen, want de kosten die dat met zich meebrengt zijn altijd lager dan de boete die je betaalt bij het overschrijden van het maximum.

Wie mogen er rijden in mijn leaseauto?

Hoewel jij als eindverantwoordelijke gezien wordt voor je leaseauto, mag in principe iedereen met een geldig rijbewijs in je auto rijden. Onthoud wel dat dit niet betekent dat je hiermee een loophole hebt gevonden in je contract; de gereden kilometers hebben betrekking op je auto, niet op jou. En omdat jij verantwoordelijk bent, is het aan jou om te voorkomen dat anderen alsnog aan de haal gaan met de privékilometers van je leaseauto. De kilometerregistratie blijft een plicht en je zult dus altijd moeten letten op de kilometerstand van je leaseauto.

▼ Volgende artikel
Nieuw wetsvoorstel salderingsregeling nog steeds onduidelijk
Energie

Nieuw wetsvoorstel salderingsregeling nog steeds onduidelijk

Het wetsvoorstel voor de salderingsregeling voor zonnepanelen zal waarschijnlijk niet in staat zijn om de huidige marktonrust te kalmeren. Dit is de voorspelling van Techniek Nederland. Volgens Doekle Terpstra, voorzitter van de brancheorganisatie, blijft de onzekerheid over terugleverkosten, die door energiebedrijven in rekening worden gebracht, voortduren.

Dit maakt het voor installateurs moeilijk om hun klanten adequaat te adviseren over de kosten en opbrengsten van zonnepanelen. Het wetsvoorstel biedt ook geen garantie dat zonnepaneelbezitters een eerlijke vergoeding krijgen voor de zonne-energie die ze terugleveren aan het net. Dit is een tegenvaller voor consumenten, bedrijven en het milieu. Het wetsvoorstel over de toekomst van de salderingsregeling wordt vandaag besproken in de Tweede Kamer.

Verhoogd eigen gebruik

Techniek Nederland stelt dat de volgende fase van de energietransitie is aangebroken. Terpstra zegt: "Gemiddeld gebruikt een zonnepaneelbezitter nu ongeveer 30% van de opgewekte stroom zelf. Dat percentage moet omhoog." Het verhogen van het eigen gebruik van zonne-energie is mogelijk met behulp van een warmtepomp, zonneboiler, slimme thuisbatterij of de accu van een elektrische auto. Door deze apparaten slim te gebruiken, kan het eigen verbruik stijgen van 30% naar 60%. Hierdoor worden zonnepanelen rendabeler; een terugverdientijd van zeven jaar is dan weer haalbaar. Techniek Nederland ziet een gebrek aan aanvullend overheidsbeleid op het gebied van duurzaamheid, zoals het actief stimuleren van het eigen gebruik van zonne-energie.

Voortgang energietransitie

De huidige impasse rond zonne-energie heeft een grote impact op de sector. Een aantal zonnepaneelinstallateurs is al failliet gegaan. Daarnaast zijn veel installateurs van zonne-energie bezig hun dienstverlening uit te breiden door andere duurzame technische oplossingen aan te bieden. Er zijn ook bedrijven die volledig stoppen met hun activiteiten in zonne-energie en op zoek gaan naar andere werkzaamheden. Terpstra zegt: "Dat is heel jammer. Deze bedrijven en technische vakmensen hebben we hard nodig om vaart te houden in de energietransitie."

Sociaal-economische rol van zonne-energie

Zonne-energie kan ook een rol spelen in het sociaal-economisch beleid. Terpstra zegt: "Het kabinet-Schoof wil de bestaanszekerheid van mensen versterken. Daarom moeten we zonnepanelen ook toegankelijk maken voor mensen met een laag inkomen. Als je een deel van je elektriciteit zelf opwekt, zorgt dat voor een lagere en meer voorspelbare energierekening."

Potentieel van zonne-energie

Techniek Nederland pleit voor een brede kabinetsvisie op de positie van zonne-energie binnen de energietransitie. Terpstra zegt: "Zonne-energie is een cruciaal onderdeel van de energietransitie en onmisbaar om de klimaatdoelen te halen. Er is nog veel potentieel: op twee derde van de Nederlandse woningen liggen nog geen zonnepanelen. Bovendien is het dakoppervlak van bedrijven grotendeels onbenut." Volgens Terpstra zou minister Hermans van Klimaat en Groene Groei zonne-energie moeten stimuleren in plaats van ontmoedigen.