ID.nl logo
De 13 beste powerline-adapters voor supersnel internet
© PXimport
Huis

De 13 beste powerline-adapters voor supersnel internet

De ontwikkelingen op het gebied van het thuisnetwerk staan nooit stil, ook niet bij powerline-adapters. Sinds enige tijd zijn er modellen te koop die zijn ontwikkeld volgens de HomePlug AV2-standaard, die snelheden tot 1200 Mbit/s mogelijk maakt. Wij hebben dertien setjes van deze adapters getest.

Powerline-adapters zijn wellicht niet de meest sexy netwerkproducten, zeker niet als je ze vergelijkt met hippe 802.11ac-routers en -repeaters. Toch worden ze de afgelopen tijd steeds populairder. Dit heeft er in eerste instantie mee te maken dat deze producten steeds beter betaalbaar worden, waardoor een setje powerline-adapters een goed alternatief is geworden voor een repeater. Beide producten hebben globaal hetzelfde doel voor ogen, namelijk het realiseren van een netwerkverbinding op plaatsen waar je met je router niet kunt komen. Een tweede reden voor de toegenomen populariteit van powerline is de relatief recente toevoeging van wifi. Lees ook: 9 tips om langer met je mobiele batterij te doen.

Het gros van de netwerkverbindingen in huis wordt inmiddels draadloos gelegd, dus je kunt met een enkele adapter een hele verdieping van een netwerkverbinding voorzien. Van powerline-adapters moet je er minimaal twee hebben: eentje om bekabeld op je netwerk aan te sluiten en eentje die je in een stopcontact steekt waar je een netwerkaansluiting wilt realiseren. Die tweede adapter is er in meerdere varianten. Je hebt ze met een enkele netwerkaansluiting of met meerdere, maar ook met ingebouwd wifi-accesspoint. Je kunt uiteraard ook zelf een switch of accesspoint aansluiten op een powerline-adapter met één netwerkaansluiting. Van de geteste modellen vind je deze gegevens terug in de tabel.

©PXimport

©PXimport

Een powerline-adapter verandert je stopcontact in één of meerdere netwerkaansluitingen.

HomePlug AV2

Er is nog een andere reden waarom powerline een extra boost zou kunnen krijgen. Met de komst van HomePlug AV2 is er nu een standaard die ongekende prestaties belooft (en ook deels waarmaakt). Waar je het tot nu toe moest doen met adapters die maximaal 500 of 600 Mbit/s konden behalen, hebben de nieuwe modellen een opgegeven maximale bandbreedte van 1000 en zelfs 1200 Mbit/s.

Inmiddels zijn er ook al behoorlijk wat fabrikanten die modellen op de markt hebben, dus zal de vooralsnog vrij hoge prijs vanzelf wat zakken. Zoals de naam al aangeeft, is HomePlug AV2 een doorontwikkeling van de vorige standaard, HomePlug AV. Er is her en der dus nog wat ruimte gevonden om de prestaties verder de hoogte in te krijgen. In de basis draait het bij moderne powerline-adapters om drie zaken: frequentiespectrum, modulatie en MIMO. De verschillen tussen de op dit moment courante modellen (200, 500, 600, 1000 en 1200 Mbit/s) kunnen allemaal uitgelegd worden aan de hand van deze drie termen.

Frequentiespectrum en modulatie

Als we het hebben over frequentiespectrum, dan gaat het om de frequenties waarvan de adapters gebruikmaken om data te verzenden. Kijken we naar 200Mbit/s-adapters, dan beslaat het frequentiespectrum een vrij bescheiden 2-28 MHz, bij 500Mbit/s- en 600Mbit/s-modellen is dat 2-68 MHz. Ook de 1200Mbit/s-adapters met een chipset van Qualcomm gebruiken het frequentiespectrum van 2-68 MHz.

Broadcom gebruikt in zijn 1000- en 2000Mbit/s-chipsets het frequentiespectrum 2-86 MHz. Orthogonal Frequency-Division Multiplexing definieert binnen het frequentiegebied meerdere draaggolven die elkaar niet in de weg zitten. De eigenlijke digitale bits worden vervolgens middels modulatie op de analoge draaggolf geplaatst. De techniek die hiervoor gebruikt wordt heet QAM (Quadrature Amplitude Modulation). Daar zit dan ook het verschil tussen de verschillende soorten adapters. De 1000Mbit/s-adapters met een chipset van Broadcom hebben net als de 200- en 500Mbit/s-adapters een modulatie van 1024-QAM, terwijl de 600- en 1200Mbit/s-modellen met een chipset van Qualcomm een veel forsere 4096-QAM gebruiken.

©PXimport

De AVM Fritz!Powerline 1000E heeft een wat verwarrende naam. Ondanks de '1000' in de naam, is dit toch een 1200Mbit/s-exemplaar. Het getal in de naam slaat op de snelheid van de netwerkaansluiting.

Randaarde met MIMO

Volgers van de routermarkt zullen de term MIMO ongetwijfeld kennen, omdat multiple-input multiple-output al sinds de introductie van 802.11n gebruikt wordt bij wifi. Ook bij powerline-adapters houdt het in dat er meerdere signalen tegelijkertijd verstuurd en ontvangen kunnen worden. In het geval van powerline-adapters is dit mogelijk doordat niet alleen de nul- en de fasedraad worden gebruikt voor communicatie, maar ook de aardedraad.

Op deze manier is er een 2Tx2R-configuratie te maken: twee datastromen voor verzenden, twee voor ontvangen. Heb je een stroomnet zonder aarde door je huis lopen, dan heb je logischerwijs helemaal niets aan deze toevoeging en kun je de extra euro's die dit type kost beter besparen en voor een goedkoper SISO-exemplaar (single-input, single-output) gaan.

Toen we voor het eerst hoorden van de MIMO-technologie voor powerline-adapters, vroegen we ons af of dit eigenlijk wel toegestaan is in Nederland. Officieel mag de aardedraad nergens anders voor gebruikt worden. Volgens fabrikanten is dit gebruik van de aardedraad toch toegestaan. De MIMO-adapters hebben een geadverteerde snelheid van 1200 Mbit/s wanneer het om een Qualcomm-chipset gaat en een snelheid van 2000 Mbit/s als het om een Broadcom-chipset gaat. Die laatste zijn nog niet breed verkrijgbaar, de geteste 1000Mbit/s-adapters in deze test met een chipset van Broadcom zijn SISO-adapters die geen gebruikmaken van randaarde.

©PXimport

De Netgear PL1200 biedt een uitstekende prijs-prestatieverhouding.

Op de doos en in de praktijk

Als het gaat om beloofde maximale doorvoersnelheden of bandbreedte van netwerkproducten, is er altijd een verschil tussen wat er op de doos staat en wat je in de praktijk daadwerkelijk haalt. Dit heeft te maken met zaken zoals overhead van een bepaald protocol, maar ook met storingen. Dat is met powerline-adapters niet anders. Als je wat minder goed van vertrouwen bent, zou je kunnen zeggen dat je door de fabrikanten bewust voor het lapje gehouden wordt. Voor een deel gaan we hier ook zeker in mee. Als je als fabrikant de keuze hebt tussen bijvoorbeeld 300 of 1200 Mbit/s als snelheid op de doos, dan is de verleiding om voor het hogere getal te gaan waarschijnlijk te groot om te weerstaan.

Aan de andere kant is er ook wel degelijk iets te zeggen voor het melden van de onrealistisch hoge maximale doorvoersnelheden op de doos. Dat is namelijk de enige snelheid waar een objectief getal aan gehangen kan worden, omdat dat de snelheid is die op de bovenste, fysieke laag van de protocolstack behaald kan worden. Die wordt bepaald door de hardware en heeft geen last van overhead en storingen. De daadwerkelijke snelheid kan pas enkele lagen dieper, op applicatieniveau, worden vastgesteld. Hoe hoog die is, hangt echter voor het grootste gedeelte af van zaken die niet te controleren zijn, zoals de kwaliteit van de leidingen/kabels waar het netwerkverkeer doorheen moet en eventuele obstakels. Een setje adapters dat volgens de doos sneller is dan een ander setje, is dat in onze ervaring in de praktijk ook altijd. Dus de getallen op de doos zeggen wel degelijk iets.

©PXimport

TP-Link heeft op de TL-PA8030P drie netwerkaansluitingen aangebracht, op beide adapters.

Obstakels

Net als bij wifi, ontkom je ook bij powerline-adapters niet aan storende elementen. Allereerst is het stroomnet niet ontwikkeld voor het transport van data. Daarnaast worden stroomdraden aan elkaar gekoppeld met behulp van lasklemmen, dus ook daar zullen datapakketjes verloren gaan. Vergeet verder ook niet de andere apparaten die op het stroomnet aangesloten zijn en voor stroompieken zorgen. Iedere stroompiek zorgt voor een verstoring van het signaal. Verder heb je in een gemiddeld huis vrijwel altijd meerdere groepen. Het signaal moet dan dus door de meterkast naar een andere groep, wat wederom leidt tot een verlies van pakketjes.

Veel nieuwbouwhuizen worden tegenwoordig opgeleverd met meerdere fases. Voorheen was dat een onoverkomelijk probleem voor powerline-adapters, maar inmiddels niet meer. Van zowel Devolo als TP-Link weten we dat hun nieuwste adapters zijn voorzien van een zogeheten fasesprong waarmee communicatie tussen fases mogelijk is. Wil je het optimale uit je powerline-adapters halen, dan is het handig als je weet hoe je stroomnet (ongeveer) in elkaar zit. Hoe minder obstakels het signaal moet overwinnen, hoe beter. Zo kan het zijn dat er een groot verschil in doorvoer zit tussen twee direct naast elkaar gelegen stopcontacten. Het nadeel van deze obstakels is feitelijk hetzelfde als bij wifi het geval is. Het is onmogelijk om vooraf te zeggen of powerline-adapters in jouw situatie tot een bevredigend resultaat leiden. Dankzij de toegenomen rekenkracht en bandbreedte bij de nieuwste modellen, blijft er wel steeds meer bandbreedte over. De kans dat je uit de voeten kunt met powerline-adapters, is dus wel groter geworden.

©PXimport

Het mag dan een van de oudste HomePlug AV2-modellen zijn, de ZyXEL PLA5206 is een goede keuze als je voor een 1000Mbit/s-exemplaar gaat en geen randaarde hebt.

Wifi

Zoals al eerder opgemerkt, is de toevoeging van wifi een belangrijke factor geweest in het relatieve succes van powerline-adapters in Nederland de afgelopen jaren. De nieuwe HomePlug AV2-standaard mag dan bekabeld nog zoveel sneller zijn dan zijn voorlopers, zolang er geen wifi aan toegevoegd wordt, zal het geen doorslaand succes worden. Vooralsnog zijn de fabrikanten van powerline-adapters echter zeer voorzichtig op dit punt. Op zich is dat niet zo gek, want wifi maakt de adapters alleen maar duurder. En ze zijn al niet bepaald goedkoop te noemen, zeker de 1200Mbit/s-modellen niet. Vooralsnog is Devolo de enige die een 1200Mbit/s-kitje heeft met een 802.11ac-accesspoint geïntegreerd in een van de adapters.

Die heeft dan ook de niet malse prijs van 189 euro. Daar koop je bijvoorbeeld ook een uitstekende router voor. Zeker als je bedenkt dat je altijd nog maar moet afwachten hoe goed powerline-adapters in jouw specifieke situatie werken, is het echt een flink bedrag. Ook hier geldt dat concurrentie de prijs vanzelf naar beneden toe drijft. TP-Link heeft in ieder geval al aangegeven met een concurrerend model te komen, maar dat was niet op tijd binnen om mee te nemen in deze test.

©PXimport

Wil je de beste en meest complete powerline-adapters van het moment, dan kom je uit bij de Devolo DLAN 1200+ WiFi AC.

Prestaties

Waar we uiteraard met name benieuwd naar waren bij deze nieuwe generatie powerline-adapters, zijn de prestaties. Gebaseerd op onze tests is HomePlug AV2 de grootste sprong voorwaarts die we tot nu toe hebben gezien bij powerline-adapters. We hebben onder perfecte omstandigheden snelheden genoteerd die de 450 Mbit/s voorbij gingen. Met name de twee Devolo's, de TP-Link TL-PA8010P en de ZyXEL PLA5405 doen het hier heel erg goed. Voegen we storing toe en benaderen we dus de realiteit wat meer, dan zien we zowel bij de 1000Mbit/s- als bij de 1200Mbit/s-adapters veel betere scores dan bij de vorige generaties. Daar bleven de scores altijd ruim onder de 100 Mbit/s steken, nu gaan we daar ruim overheen.

De 1000Mbit/s-modellen komen tot zo'n 140-150, de 1200Mbit/s-varianten gaan zonder uitzondering de 180 Mbit/s voorbij. De drie hardlopers bij de tests zonder storing, steken er hier overigens niet meer bovenuit. Ook als je een stroomnet hebt zonder aardedraad en je dus niets hebt aan de 1200Mbit/s-apparaten, kun je met de 1000Mbit/s-adapters een grote sprong voorwaarts maken ten opzichte van de vorige generaties. Het enige model met geïntegreerd accesspoint is de Devolo DLAN 1200+ WiFi AC. De draadloze prestaties van dat model zijn uitstekend, met snelheden op 2,4 GHz tussen de 80 en 90 Mbit/s en ruimschoots voorbij de 200 Mbit/s op 802.11ac. Kijken we naar het stroomverbruik, dan verbruikt de adapter met wifi logischerwijs beduidend meer dan adapters die deze functionaliteit niet bieden. De resultaten van alle geteste modellen vind je in de tabel.

Testmethode

We hebben alle adapters aangesloten op ons middels een stroomfilter geïsoleerde testbord en de prestaties gemeten op 25 en 50 meter afstand, waarbij we op 50 meter ook nog een test gedaan hebben met storing. Bij die laatste test sluiten we de tweede adapter aan op een slechte stekkerdoos, waarvan we weten dat die voor heel erg veel continue storing zorgt. In de praktijk is dat zelden het geval, of je moet je adapter ook op een (slechte) stekkerdoos aansluiten, of de adapters in de buurt van een apparaat plaatsen dat gedurende langere tijd voor een zware last zorgt op het stroomnet.

Schakelende adapters - zoals die van de oplader van je telefoon of lampen die ingeschakeld worden - en andere apparaten die dan wel en dan weer niet (veel) stroom pakken van het netwerk, zorgen voor pieken en piekjes waardoor er data verloren kunnen gaan. We hebben in ons testlab recent ook wat steekproeven gedaan met dit soort apparaten, maar die leverden niet de consistentie in prestaties op die we wel ervaren met onze stekkerdoos. Aangezien die consistentie erg belangrijk is voor de reproduceerbaarheid van de test, verkiezen we onze originele opstelling.

Conclusie

Het is duidelijk dat HomePlug AV2 een forse sprong voorwaarts is ten opzichte van de voorgaande generatie powerline-adapters. Dat is op meerdere vlakken goed nieuws als je overweegt om een kitje aan te schaffen. Heb je een stroomnet dat goed overweg kan met de signalen van powerline-adapters, dan ga je hoogstwaarschijnlijk een duidelijk merkbare snelheidstoename meemaken ten opzichte van bijvoorbeeld een 500Mbit/s-adapter. Laat je stroomnet op dit moment maar weinig heel van het signaal, dan is de kans aanwezig dat het deze nieuwe modellen wel lukt om een bruikbare bandbreedte op de plaats van bestemming te krijgen.

Een nadeel van met name de 1200Mbit/s-modellen met MIMO-technologie is dat ze relatief duur zijn, zeker als je bedenkt dat je op vrijwel alle exemplaren zelf nog een accesspoint moet aansluiten om draadloos verbinding te kunnen maken. De Devolo DLAN 1200+ WiFi AC is op dit moment de ultieme set powerline-adapters die je kunt kopen en belonen we met het predicaat Best Getest. Blijven we even bij de 1200Mbit/s-adapters, dan krijgt de Netgear PL1200 onze Redactie-tip. In de 1000Mbit/s-categorie reiken we ook nog een Redactie-tip uit aan de ZyXEL PLA5206, dit is een prima keuze als je thuis geen randaarde hebt.

Powerline vs repeater

Powerline-adapters en repeaters zorgen beide voor netwerktoegang op plaatsen waar dat je tot dan toe geen netwerktoegang had, bijvoorbeeld de zolder waar je met het draadloze signaal van je router net niet komt. Een repeater is op het eerste gezicht het ideale product voor dit probleem. Die steek je vaak rechtstreeks in een stopcontact, waarna zowel er draadloos verbinding wordt gelegd met met de router of het accesspoint, en met de op de repeater aangesloten clients. Een groot nadeel van met name de goedkope repeaters, is dat die je bandbreedte halveren.

Er zijn wel dualband-repeaters met zowel een 2,4GHz- als een 5GHz-netwerk; deze gebruiken de ene frequentie voor de verbinding met de router en de andere voor de verbinding met de client. Deze repeaters zijn met een prijs van zo'n 100 euro ook meteen een stuk duurder. Daarnaast is het maar de vraag of ze het probleem met je netwerk oplossen. Als je de 2,4GHz-band gebruikt voor de verbinding met de router, heb je dan wel genoeg aan de qua reikwijdte veel beperktere 5GHz-band om het signaal door te zetten naar de clients?

Een voordeel van powerline-adapters is dat je veel vrijheid hebt in de plaatsing van de apparaten. Waar je bij repeaters eigenlijk één optimale locatie hebt waar je hem moet plaatsen, kun je bij powerline-adapters zoveel stopcontacten uitproberen als je maar wilt.

©PXimport

Een wifi-repeater is de eenvoudigste en goedkoopste manier om een netwerk uit te breiden, maar heeft wel nadelen.

▼ Volgende artikel
De lente komt eraan! Dit doe je in februari in de tuin
© Olga Seyfutdinova
Huis

De lente komt eraan! Dit doe je in februari in de tuin

De winter loopt op zijn eind, ook al voelt dat niet altijd zo aan de temperatuur. Maar kijk om je heen: het eerste groen verschijnt weer in de tuin. Winterklokjes en krokussen laten zich zien en aan sommige bomen en struiken zie je al de eerste knoppen verschijnen. Tijd dus om de handen uit de mouwen te steken – de tuin roept!

Dit doe je in februari is het tijd om: 🪻 Eenjarige zomerbloemen voorzaaien 🪻 Kale plekken in het gazon inzaaien 🪻 Groene aanslag van de bestratingverwijderen 🪻 Bepaalde (fruit)bomen snoeien

Weten wat je de rest van het jaar in de tuin kunt doen? Kijk dan op onze jaarkalender!

Voorzaaien, planten en verpotten

Zaai eenjarige zomerbloemen alvast binnen voor, zodat je later in het seizoen sterke planten hebt. Buiten kun je bomen en struiken verplaatsen, zolang het niet vriest. Kuipplanten die in de garage of schuur overwinteren, hebben nu wat meer water nodig. Ook potplanten buiten kunnen wel een scheut gebruiken als ze lange tijd droog staan.

Omdat de nachten nog koud kunnen zijn, is het verstandig om bloeiende bollen in potten en bakken te beschermen met vliesdoek. Een camelia kun je 's nachts afdekken met noppenfolie, maar haal die er overdag weer af zodra de temperatuur boven nul komt.

Wil je wat extra kleur in de tuin? Zet viooltjes en primula's neer. Ze kunnen goed tegen de kou en zorgen meteen voor een lente-achtig gevoel.

©MaÅgosia Karniewska

Aandacht voor je gazon

Strooi in de eerste twee weken van februari kalk over het gazon en de borders. Wil je een nieuw gazon aanleggen? Dan is het tijd om aan de slag te gaan. Spit en egaliseer de grond, zodat die klaar is voor het inzaaien of leggen van gras. Als je gazon vol molshopen ligt, kun je de aarde met een bezem over het gras verspreiden. Is het droog en vorstvrij? Dan kun je de graskanten bijwerken en kale plekken opnieuw inzaaien. Vermijd lopen over het gazon tijdens de vorst, want dat kan het gras beschadigen.

Onkruid wieden en groene aanslag wegvegen

Laat de schoffel voorlopig nog even staan, want daarmee kun je vaste planten beschadigen die nog onder de grond zitten. Pluk het onkruid liever met de hand, zodat je de jonge planten niet verstoort. Een groen laagje op het terras veeg je weg met zand en een bezem. Wil je het grondiger aanpakken? Er zijn verschillende manieren om groene aanslag te verwijderen. Zeg maar dag tegen die gladde laag met deze tips 🢱

Zo verwijder je groene aanslag van je terras en tegels

©Vely

Snoeien (maar niet alles en met mate)

In februari kun je bepaalde bomen en struiken snoeien, zolang het niet vriest en er geen vorstperiode wordt voorspeld. Is dat wel het geval, wacht dan op een warmere periode. Begin bij de dakplataan en snoei de takken die recht omhoog groeien. Heb je de leilinde nog niet gesnoeid? Knip de takken dan nu terug tot een paar centimeter vanaf de hoofdtakken. Ook heesters kunnen een snoeibeurt gebruiken. Ontstaan er grote wonden bij bomen? Dek ze af met wondbalsem om infecties te voorkomen.

Haal bij klimplanten, zoals klimop, wilde wingerd en trompetklimmer, het oude blad weg. Verwijder ook de ranken op plekken waar ze niet moeten groeien, zoals onder de dakrand en rondom kozijnen.

Februari is daarnaast een goede maand om fruitbomen te snoeien. Wacht wel met het snoeien van fruitbomen met steenvruchten, zoals de kersenboom of perzikboom. De druif en kiwi moeten nu wél gesnoeid worden, want zodra de sapstromen op gang komen, ben je te laat.

▼ Volgende artikel
Digitale veiligheid in 2025: hoe en waar ben je kwetsbaar?
© ryanking999 - stock.adobe.com
Zekerheid & gemak

Digitale veiligheid in 2025: hoe en waar ben je kwetsbaar?

Dat het internet niet veilig is en je bijvoorbeeld accountgegevens en je computer moet beveiligen, weet iedereen wel. Maar waartegen je ze moet beveiligen, dat is steeds minder duidelijk. Weten wat precies de dreiging is en welk risico je loopt, is een belangrijke stap in het kiezen van de juiste beveiligingsmaatregel. Wij gingen in gesprek met experts op dit vlak. Tegen welke dreiging moeten we ons eigenlijk beveiligen?

In dit artikel vertellen we je over de online dreigingen anno 2025: • Ransomware • Phishing • Deepfakes • IoT-aanvallen Lees hierna zeker ook: Veilig downloaden: hier moet je op letten

In een donkere kamer vol beeldschermen, zit een jongeman achter een computer. De capuchon van zijn hoodie is zo ver over zijn hoofd getrokken dat zijn gezicht onzichtbaar is . Een hacker! Hoewel maar weinigen van ons er een in het wild zijn tegengekomen, weten we allemaal hoe een hacker eruitziet. Althans, dat denken we. Maar hoe realistisch is dit beeld? En zijn we veilig genoeg als we deze hacker buiten onze computer houden? Niet volgens de experts.

Dreiging en risico

Door het gebruik van computers, smartphones en online diensten stellen we ons dagelijks bloot aan diverse digitale dreigingen. Welke dat precies zijn, verandert door de tijd – evenals het gevaar dat we erdoor lopen en het risico dat we ermee nemen. Overheden, maar ook bedrijven en organisaties werken veelal met dreigingsbeelden. Dat zijn analyses waarin ze de dreigingen zo concreet mogelijk maken en het risico ervan inschatten. Behalve dat het een goede manier is om de dreigingen helder te krijgen, is het vooral nuttig bij de keuze voor te nemen maatregelen.

Volgens het Cybersecurity Woordenboek is een dreiging: ‘iets, een gebeurtenis, wat gevaar of schade kan opleveren’. Bij elke dreiging hoort een risico. Dit is de ‘kans dat het ook echt gebeurt gecombineerd met de gevolgen van die de schade’. Bedoeld wordt dat wanneer bijvoorbeeld de financiële schade van een dreiging een bedrijf failliet kan laten gaan, het risico van de dreiging groter is dan alleen de kosten van de oplossing.

Lekken van persoonlijke gegevens

De schade hoeft ook lang niet altijd financieel te zijn. Het lekken van gevoelige persoonlijke gegevens heeft al snel veel meer impact en betekenis voor die persoon en vaak ook zijn omgeving, dan alleen het bedrag dat ermee gemoeid is. En dat geldt ook wanneer ransomware digitale foto’s vernietigt of je enkele weken werk kwijtraakt en daardoor een belangrijke opdracht te laat inlevert bij een opdrachtgever.

Experts stellen dat het risico het slachtoffer te worden van cybercrime, voor mensen niet lager is geworden. Cybercriminelen gaan steeds slimmer te werk, omdat er veel geld met hun activiteiten te verdienen valt. Voorkomen blijft het doel. Weten welke dreigingen er zijn, is daar een belangrijke stap bij.

Cybersecurity Woordenboek

Cybersecurity is net als de hele tech-sector, gek op afkortingen en moeilijke woorden. Op www.cyberveilignederland.nl/woordenboek vind je het Cybersecurity Woordenboek dat zo’n 650 cybersecurity-termen in begrijpelijke taal uitlegt. Het woordenboek is een samenwerking van ruim 70 organisaties en Nederlandse cybersecurity-professionals in samenwerking met de Cybersecurity Alliantie. De actuele online versie is de derde druk en behalve online te raadplegen ook als pdf te downloaden.

Het Cybersecurity Woordenboek verduidelijkt cybersecuritytermen en -begrippen.

Ransomware blijft schadelijk

Ransomware of gijzelsoftware is al enkele jaren de meest voorkomende en meest lucratieve vorm van cybercrime. Het is malware die de bestanden op een apparaat versleutelt en losgeld eist in ruil voor de decoderingssleutels. Betaal je niet, dan zijn de gegevens voor altijd verloren.

Bogdan Botezatu, directeur Threat Research bij Bitdefender, ziet de verzoeken om hulp dagelijks op zijn bureau landen. “En dat zijn maar al te vaak ook gewoon burgers”, zegt hij om het beeld te ontkrachten dat ransomware vooral bedrijven raakt. “De criminelen richten zich zelden op een specifiek doel, ze schieten vooral met hagel.”

Vele kleintjes leveren volgens hem genoeg geld op en ze lopen minder risico op ongewenste aandacht van pers en politie dan wanneer ze een hele grote vis vangen. Wel wordt bij het aanvallen van bedrijven steeds vaker ingezet ook op extractie, het naar buiten kopiëren van informatie en dan dreigen die te publiceren. Voor consumenten is dit volgens Botezatu in elk geval nu nog een minder voor de hand liggend scenario. “Contact maken met individuele slachtoffers is lastig en het zijn er ook veel te veel. Dan is het eenvoudiger om losgeld te vragen in ruil voor de sleutels.”

Bogdan Botezatu ontvangt dagelijks verzoeken om hulp bij ransomware.

Bronnen van besmetting

Belangrijke bronnen van een ransomwarebesmetting zijn volgens Botezatu phishingberichten, gebruik van onveilige netwerkprotocollen en kwetsbaarheden in software. Expliciet noemt hij nog besmette downloads van cracks om software zonder geldige licentie te gebruiken, en gekraakte films en e-books. “Vaak krijgt men wel een prompt van een beschermingsprogramma maar schakelt die tijdelijk uit. ‘Snel de crack draaien en daarna de beveiliging weer aan’ denk men, maar helaas werkt het niet zo. Dan ben je al besmet.”

Nederland bedreigd

Ook landen denken na over dreigingen en risico’s. Voor Nederland doen de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD), Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) dit. Het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC), dat onderdeel is van het NCTV, richt zich specifiek op digitale dreigingen. Zij publiceert bijvoorbeeld het Cybersecuritybeeld Nederland. CSBN 2023 is de meest recente versie. De overheid voorziet burgers niet specifiek van digitale dreigingsinformatie, wel kun je op sites als Alert Online en Veiliginternetten.nl algemene tips voor digitale veiligheid lezen.

De overheid publiceert regelmatig rapporten over de digitale bedreigingen voor Nederland.

Broddelwerk met desastreuze uitkomst

De ransomware zelf wordt ook steeds verder ontwikkeld. “Niet allemaal zijn ze even kundig”, oordeelt Botezatu over de programmeurs. Soms maken ze volgens hem hele basic fouten, waardoor het onmogelijk is de bestanden te ontsleutelen – zelfs als je betaalt en de sleutels zou krijgen. Volgens het Jaarbeeld Ransomware van Projectgroep Melissa, een samenwerkingsverband van de Nederlandse overheid en diverse private partijen uit de cybersecuritysector, kwamen er in 2023 in Nederland 29 typen ransomware voor. Volgens Botezatu maakt momenteel vooral de ransomware-variant STOP Djvu veel slachtoffers. Deze ransomware richt zich vooral op Windows-computers en wordt vooral via software-cracks verspreid en via berichten op het Discord-chatplatform.

De top 10 van Peter Stelzhammer

Wij vroegen Peter Stelzhammer, oprichter en malware-onderzoeker bij antivirus-lab AV-Comparatives, naar zijn top 10 van verwachte bedreigingen voor 2025.

  • Phishing: mensen verleiden gevoelige informatie te verstrekken.
  • Deepfakes en desinformatie: mensen manipuleren en oplichten met AI-nep-video’s en audio.
  • Ransomware: bestanden versleutelen en alleen tegen betaling ontsleutelen.
  • Malvertising: malware verspreiden via besmette advertenties.
  • Identiteitsdiefstal: gestolen persoonsgegevens misbruiken voor fraude.
  • Fakeshops: frauduleuze webshops die persoonlijke en betalingsgegevens verzamelen of namaakgoederen verkopen.
  • IoT-aanvallen: IoT-apparatuur hacken voor toegang tot diensten, of gecoördineerde criminele aanvallen.
  • Man-in-the-Middle (MitM)-aanvallen: (bank)communicatie onderscheppen en misbruiken.
  • Cryptojacking: ongeautoriseerd gebruik van computers maken om crypto te minen.
  • Zero-day-exploits: kwetsbaarheden in software misbruiken voordat er een patch is.

Overige malware

Door alle aandacht voor ransomware lijkt het bijna of er geen ‘gewone’ malware meer is. Die is er nog genoeg. Het Duitse antivirus-certificeringslab AV-Test ziet ze allemaal voorbijkomen. Erik Heyland, manager van het Test en Research Lab bij AV-Test somt de enorme aantallen varianten trojans, backdoors, webscripts, miners, worms, PUA’s, droppers en nog veel meer op. De aantallen nieuwe varianten lopen in de miljoenen per jaar. AV-Test heeft op https://portal.av-atlas.org een online dashboard staan met informatie over actuele dreigingen, zoals virussen, spamberichten en aanvallen op IoT-apparaten.

AV-Test heeft een online dashboard met dreigingsinformatie.

Gehackt

In 2021 was het Brabantse bedrijf Hoppenbrouwers slachtoffer van een ransomwareaanval door de beruchte REvil-cybercrimegroep. Het bedrijf wil graag dat anderen ervan leren en heeft een e-book gepubliceerd van de gebeurtenissen voor, tijdens en na de hack. Het e-book is gratis te downloaden.

Het ransomware-verhaal van het Brabantse Hoppenbrouwers maakt de impact van een ransomware-incident invoelbaar.

Jij bent geld waard

Phishing, smishing, infostealers; het zijn allemaal manieren waarop criminelen proberen persoonlijke gegevens zoals wachtwoorden en creditcardnummers in handen te krijgen. Ze doen dit via e-mails en sms-berichten die verwijzen naar nep-websites of door met een infostealer-programma informatie op de pc of Mac te verzamelen door login-/sessie-cookies en credentials die je in browsers bewaart, te stelen.

De verschillende vormen om informatie te verzamelen, worden volgens de experts steeds geavanceerder en daarmee gevaarlijker. Niet alleen investeren de criminelen meer tijd en middelen in hun aanvallen, kunstmatige intelligentie biedt hun ongekende nieuwe mogelijkheden. Daarbij is de opbrengst van een aanval door de manier waarop wij met wachtwoorden omgaan vaak veel groter dan het op eerste hand lijkt. Botezatu noemt dit een van zijn grootste frustraties. “Hackers hebben talloze manieren om deze informatie te oogsten. Voor de meeste accounts is het ook geen kwestie van hoe, maar alleen wanneer de gegevens worden gestolen. Hergebruik je inloggegevens, dan verlies je meer dan alleen dat account.”

Oplichting even gevaarlijk

Volgens Marc Vos, senior-manager bij McAfee, is internetoplichting inmiddels net zo gevaarlijk als malware en ransomware. Daarbij zijn volgens hem juist deze vormen van online criminaliteit steeds lucratiever voor de criminelen. “De meeste mensen begrijpen wel dat een pc beveiligd moet worden, maar dat ze zelf eigenlijk een veel ‘interessanter’ doelwit zijn wordt vaak vergeten.” Of zoals Botezatu aanvult: “Mensen denken dat hun informatie niet waardevol is. Maar eigenlijk is elk onderdeel van een online identiteit te misbruiken en te verkopen. Overal hangt een prijskaartje aan.”

De top 10 van Marc Vos

Ook Marc Vos, senior PR-manager bij McAfee, leverde zijn belangrijkste bedreigingen voor 2025:

  • Dating-fraude (pig butchering): iemand verleiden en het vertrouwen misbruiken voor crypto-scams.
  • Beleggingsfraude: advertenties met bekende personen voor malafide investeringen.
  • WhatsApp-fraude (“Hoi mam”) nep-gezinslid in nood vraagt via WhatsApp om geld.
  • Recovery-fraude: slachtoffer van fraude wordt door nep bank-/helpdeskmedewerker nogmaals oplicht.
  • E-mail-/sms-phishing: nep-mail lokt je naar site die gegevens steelt.
  • Nepberichten van pakketbezorgers: mail of app over invoerkosten om gegevens te stelen.
  • Nepwebshop of ticketsites: site verkoopt goederen of tickets maar levert niet en steelt betalingsgegevens.
  • Deepfakes: met AI gemaakte video’s/foto’s ingezet voor misinformatie, cyberpesten, oplichting.
  • Vishing/voicephishing: via de telefoon inlog- of betaalgegevens bemachtigen. AI maakt deze voiceberichten superrealistisch.
  • Quishing: QR-code aanbieden die naar phishingwebsite leidt.

Hackers en IoT

Volgens Botezatu is er niet één groep of soort hackers. Hij gebruikt dan ook liever scenario’s om enkele groepen te duiden. Voor consumenten zeker relevant is de ‘opportunistische hacker’ die het internet scant met kant-en-klare tools op zoek naar kwetsbaarheden. Ze hebben vooral succes bij smart-apparatuur zoals slimme deurbellen, IP-camera’s, smart speakers, maar ook printers en babyfoons. Ze vormen hier botnets mee die ze gebruiken om DDOS-aanvallen uit te voeren. Een tweede scenario is dat gekaapte apparatuur wordt gebruikt om internetverkeer te routeren en te verbergen, bijvoorbeeld om toegang te geven tot strafbare content. Volgens Botezatu ziet niet iedereen van wie de apparatuur gekaapt is zichzelf direct als slachtoffer. “Wordt jouw IP-adres gebruikt om vitale infrastructuur aan te vallen, dan kan dat serieus repercussies hebben”, waarschuwt hij.

Bij IoT-apparaten is ook al snel de privacy in het gedrang. “Wereldwijd gaat het om 22 miljard verbonden apparaten en dat aantal neemt alleen maar toe. IP-camera’s en babymonitors slaan vaak beelden op in de cloud. Hack je die, dan kun je direct bij mensen in huis kijken. Er blijft dan geen privacy over, maar het wordt dan ook een fysiek risico. Criminelen kunnen meekijken en zien waar je belangrijke zaken bewaart, maar ook wanneer je thuis bent of juist niet. Opnieuw relevante informatie die geld waard is.”

Social media

Steeds vaker zijn ook hackers geïnteresseerd in accounts van social media, YouTube en e-mail. Ze gebruiken deze accounts om als jou andere accounts ‘te liken’ en een boost te geven, om fake-nieuws en fake-succesverhalen te verspreiden. Populair is ook advertising-fraude. Hierbij maakt men een account aan bij een advertentieverkoper om daarna met gestolen accounts eindeloos op deze advertenties te klikken. “Per klik is het een minimaal bedrag, maar aangestuurd met een botnet en veel gestolen accounts is het al snel een leuke inkomstenbron.”

Mobiele dreigingen

Aangezien er ontzettend veel data op mobiele apparaten staan, zoals wachtwoorden en apps die je gebruikt bij multifactor-inloggen, is er volgens Peter Hendriks, solutions-manager bij ESET, alle reden de beveiliging van mobiele apparaten serieus te nemen. Smartphones zijn veiliger dan pc's en Macs, maar waterdicht is die veiligheid niet. “Dat geldt voor Android maar ook iOS. Apples mobiele OS is meer afgeschermd, maar het is niet zo dat je mobiele devices onschendbaar zijn.”

Mobiele apparaten worden veel aangevallen voor phishing en vishing (spraak-phishing). Een groot risico is de installatie van apps buiten de standaard Android- of Apple-appstore om. Apps in die stores worden door Apple en Google op kwaliteit en ook beveiliging gecontroleerd, maar dat geldt niet voor apps uit andere bronnen. Lang had ook alleen Android de optie om alternatieve stores te gebruiken, maar inmiddels moet ook Apple andere appwinkels toelaten.

“Het risico van het downloaden van malware is hierdoor groter geworden”, aldus Hendriks. Botezatu van Bitdefender onderschrijft dit: “Op iOS zijn attacks zeldzaam, maar voor Android zien we zeker twintig tot dertig reports van frauduleuze apps per maand.” Bitdefender onderzoekt op dit moment een Android-app die in de Google Playstore wordt aangeboden en die de smartphone gebruikt als proxy voor crimineel netwerkverkeer. “Het grote voordeel van smartphones is dat ze eigenlijk altijd ingeschakeld zijn én verbonden zijn met het internet”, aldus Botezatu. Dit maakt smartphones volgens hem extra interessant. Daarbij is ook de bandbreedte steeds minder een beperking. Bovendien bevatten mobiele apparaten veel informatie over de gebruiker.

De top 10 van Peter Hendriks

Peter Hendriks, solutions-manager bij ESET is duidelijk. “Awareness is altijd belangrijk, maar goed nadenken over risico’s ook.”

  • Phishing/smishing: oplichting via mail en WhatsApp.
  • Vishing/Voicephishing: criminelen die zich via AI voordoen als iemand anders om gegevens of geld los te maken.
  • Malware: vooral infostealers en andere malware, onverminderd een groot probleem.
  • Social engineering: alles van een “Hoi mama” tot deepfake-video bedoeld om je om de tuin te leiden. Kan zeker bij offline stalking veel impact hebben op een slachtoffer.
  • Identiteitsfraude via datalekken: criminelen die gelekte data met accountgegevens kopen en misbruiken.
  • IoT-apparaten: slecht beveiligde slimme apparaten die verbonden met het internet je aanvalsoppervlak enorm vergroten.
  • Nepwebshop: een shop beginnen is steeds makkelijker, ook als die malafide is.
  • Sextortion: chantage met naaktbeelden van het slachtoffer. Soms met gemanipuleerde beelden.
  • Ransomware: onverminderd een groot probleem.
  • Besmette downloads: onofficiële software die malware bevat.

Conclusie

Als gebruiker kun je er niet omheen: het internet is niet veilig en daarmee ook alle apparaten die we met het internet verbinden niet. Dat geldt voor de computer, de smartphone, maar ook voor alle andere apparaten die we steeds meer toelaten in ons huis en in ons leven. En juist omdat we er zo vertrouwd mee zijn en ze ook willen vertrouwen, is het belangrijk de risico’s goed in ogenschouw te nemen. De experts en rapporten van de overheid laten zien dat de dreiging groot genoeg is om beveiliging ruim aandacht te geven.

De wereld achter ransomware

Bij Project Melissa werken enkele overheden en security-organisaties, onder wie het NCSC, Fox IT en de politie, samen tegen ransomware. De samenwerking heeft enkele succesvolle acties tegen ransomwarebendes opgeleverd, maar ook twee lezenswaardige whitepapers. Eén geeft inzicht in de werking van ransomware en de criminelen erachter, de tweede gaat dieper in op de afpersingsmethode van data-exfiltratie. Beide documenten zijn te downloaden via deze webpagina van het Nationaal Cyber Security Centrum.

De ransomware-whitepapers van Project Melissa geven veel inzicht in de werking van ransomware en de criminele groepen erachter.