ID.nl logo
Darktable: bewerk je foto's met hét gratis Lightroom-alternatief
Huis

Darktable: bewerk je foto's met hét gratis Lightroom-alternatief

Adobe Lightroom is ongetwijfeld een van de bekendste tools voor fotobeheer en -bewerking, maar helaas heeft de software best een hoge de prijs, vooral omdat het een abonnementsmodel betreft. Het opensource-alternatief darktable daarentegen is helemaal gratis en bijna net zo goed. Zeker de moeite waard om uit te proberen!

Met het gratis programma darktable importeer en beheer je je foto’s. De mogelijkheden zijn zo uitgebreid dat we ons hier tot de interessantste functies beperken, zoals:

  • Non-destructief bewerken
  • Filters toevoegen
  • Bewerkingen hergebruiken
  • Werken met maskers

Trots op je foto? Dan wil je 'm natuurlijk uitprinten. Dit zijn de beste fotoprinters: Waar voor je geld: 5 echt goede fotoprinters

Tip 01: Verkenning

Darktable was aanvankelijk alleen beschikbaar voor Linux en macOS, maar is inmiddels ook voor Windows (64 bit) verkrijgbaar: je vindt alle downloads op de website van darktable. De installatie heb je met een paar muisklikken voor elkaar. De tool komt het best tot zijn recht op de wat snellere systemen met een schermresolutie van minimaal Full HD.

Darktable neemt automatisch de taal van je systeem over (ook Nederlands), maar dat pas je eventueel aan via het tandwielpictogram, dat opent het venster met voorkeuren waarna ja in de rubriek algemeen het keuzemenu interfacetaal aanpast.

Hier kun je trouwens ook een ander (kleuren)thema instellen. En nu je toch in dit voorkeurenvenster zit: maak van de gelegenheid gebruik om ook de andere opties in de diverse rubrieken door te nemen. Zo krijg je namelijk al een goede indruk van de mogelijkheden.

Hulp kun je vinden in de downloadbare pdf-handleiding en ook is er een Engelstalig forum. Ook goed om weten: wanneer je in darktable op het vraagteken klikt en vervolgens op een item, beland je automatisch op de juiste pagina in de online handleiding.

Tip 02: Import

Het hoofdvenster van darktable oogt wat saai. Logisch, want je hebt nog geen afbeeldingen geïmporteerd. Klik dus op importeren linksboven. Standaard verschijnen twee opties (of meer wanneer je een compatibele camera hebt aangesloten): toevoegen aan bibliotheek en kopieer en importeer. Voor die laatste optie bepaal je eerst nog een locatie waar je originele plaatjes naartoe worden gekopieerd voor darktable ze in zijn bibliotheek opneemt. Darktable kan overigens ook prima met raw-foto’s overweg.

De bibliotheek bevindt zich standaard in de map C:\Users\<gebruikersnaam>\Pictures\Darktable, tenzij je dit in het voorkeurenvenster hebt aangepast. Welke optie je ook kiest: druk op het plusknopje bij locaties om je bronmap(pen) toe te voegen. Ook netwerkmappen verschijnen hier, althans wanneer je ze een stationsletter hebt toegekend waarmee ze in Verkenner zichtbaar zijn. Plaats bovenaan een vinkje bij de optie onderliggende map om ook foto’s uit submappen op te laten halen. Bevestig je keuze met een druk op de knop kopieer & importeer, waarna alle geïmporteerde foto’s als miniaturen in het voorbeeldvenster van de bibliotheek opduiken.

Tip 03: Non-destructief

Wanneer je de muisaanwijzer over zo’n miniatuur beweegt, krijg je enkele gegevens te zien, zoals naam, datum en tijdstip, diafragma en brandpuntsafstand. Je ziet ook dat elke foto met één ster is gewaardeerd, maar je kunt ook al voor de import aangeven welke beoordeling – en eventueel andere metadata – je aan de foto’s wilt toekennen.

Open links bovenaan het onderdeel parameters en pas eventueel het aantal sterren aan achter de optie initiële beoordeling (standaard 1 van 5 sterren). Of plaats een vinkje bij pas metadata toe en vul zelf eventuele metadata in, zoals titel, omschrijving, auteur en labels.

Na de import zie je de metadata van een geselecteerde foto in het rechterdeelvenster verschijnen, in de rubrieken labelen en metadata-editor. Hier kun je de metadata trouwens altijd nog aanpassen en ook andere metadata toevoegen.

Houd er wel rekening mee dat al deze metadata standaard niet in het eigenlijke fotobestand worden opgenomen. Immers, darktable bewaart deze informatie – en ook alle bewerkingen die je naderhand nog met darktable op je foto’s uitvoert – in een zogeheten sidecar-bestand, met de extensie xmp. Dit maakt van darktable een zogenoemde non-destructieve fotobewerker, aangezien je originele foto’s op geen enkel moment daadwerkelijk worden aangepast. Wel zo veilig.

Tip 04: Filters

Standaard toont darktable je in het voorbeeldvenster alle foto’s uit de map die je in het linkerdeelvenster, bij collecties, hebt geselecteerd. Om snel op specifieke foto’s in te kunnen zoomen, gebruik je filters.

Klik op het pijlknopje net onder collecties om uit diverse filters te kiezen, waaronder allerlei metadata, zoals auteur, classificatie, vastleggingsdatum, camera, lens. Wil je bijvoorbeeld alleen raw-foto’s van het cr2-type zien, dan selecteer je achtereenvolgens metadata / label / darktable / format / cr2.

Je kunt gerust ook meerdere filters combineren, bijvoorbeeld alleen cr2-foto’s met het label natuur. Leg alvast je eerste filter vast en klik daarna op het pijlknopje rechts van je al ingestelde filter. Kies afbeeldingen toevoegen of afbeeldingen uitsluiten, en stel ook het volgende filter in. Vervolgens klik je op het knopje rechts van het eerste filter en kies je bijvoorbeeld wijzig in <en>, wijzig in <of> of wijzig in <en niet>. Het resultaat van je filter is meteen zichtbaar in het voorbeeldvenster.

Tip 05: Voorbeeldweergave

Wat je te zien krijgt, bepaal je dus via je importkeuzes en filterregels, maar je hebt ook zeggenschap over hoe je de foto’s precies te zien krijgt. Bovenaan stel je bij de optie sorteer op namelijk een vijftien sorteringscriteria in, waaronder bestandsnaam (standaard), classificatie en beeldverhouding.

Inzoomen doe je met de zoomknop rechtsonder het voorbeeldvenster of je tikt in hoeveel foto’s je tegelijk in het venster wilt zien. Je vindt hier bovendien knoppen om je foto’s bijvoorbeeld in een verticale filmrol te bekijken of om één geselecteerde foto schermvullend te kunnen zien. Dit laatste kan ook door bij een foto de letter W even ingedrukt te houden.

In de standaardweergave vind je helemaal onderaan ook een tijdsbalk: met grafieken geeft darktable aan hoeveel foto’s er ongeveer op elk moment werden genomen. Klik je op zo’n grafiek, dan maakt darktable hiervoor een extra filter (op vastleggingsdatum). Net als andere filters kun je dit filter altijd verwijderen door op het pijlknopje naast dit filter te drukken en verwijder voorwaarde te kiezen.

Mislukte foto's? Gooi ze niet meteen weg, misschien kun je er nog iets mee!
Lees:
Foto verpest? Zo maak je er weer een plaatje van

Tip 06: Functiebeheer

Zoals gezegd is darktable niet alleen een fotobeheerder, maar ook een krachtige fotobewerker. Om deze virtuele doka binnen te treden, selecteer je een foto en klik je rechtsboven op ontwikkelen (of druk je op de toets D van develop). Rechts bovenaan verschijnt nu een kleurenhistogram (waarvan je trouwens de diverse RGB-kanalen kunt in- of uitschakelen), met daaronder een hele reeks modules waarmee je de foto kunt bewerken. Daarover meer in de volgende tips.

Eerst focussen we ons op het deelvenster aan de linkerzijde, dat een aantal interessante onderdelen bevat. Het onderdeel labelen is je intussen wellicht al duidelijk: je krijgt hier de tags oftewel labels te zien die je aan foto’s kunt koppelen. Helaas bleek de knop nieuw op ons systeem niet te werken, maar het lukte ons wel door via importeren naar een tekstbestand te verwijzen waarin we gewenste tags hadden ingevoerd.

Het onderdeel geschiedenis is nuttig wanneer je straks aan de slag gaat met allerlei bewerkingen: je kiest de uitgevoerde bewerkingsstap die je wilt behouden en alle daaropvolgende stappen worden automatisch ongedaan gemaakt. Ook handig is het onderdeel momentopnamen. Selecteer een bewerkingsstap en klik vervolgens op maak momentopname. Herhaal dit voor een eerdere bewerkingsstap. Ten slotte selecteer je de onderste momentopname: beide resultaten worden nu naast elkaar getoond, zodat je goed kunt vergelijken. Je kunt de scheidingslijn tussen beide varianten trouwens ook verplaatsen.

Tip 07: Modules kiezen

Darktable heeft veel bewerkingsmogelijkheden, maar het programma heeft ze al enigszins opgedeeld en je kunt ze oproepen via knoppen net onder het histogram. Met de knop toon alleen actieve modules krijg je enkel modules te zien die je reeds op deze foto hebt toegepast – en die je dus ook in de geschiedenis terugvindt.

Er zijn ook knoppen als technisch, verloop en effecten die elk verschillende bewerkingen bevatten. Dat zijn er respectievelijk al 27, 16 en 19, maar er zijn nog meer modules: klik met rechts op zo’n knop en kies onder aan het selectiemenu de optie alle beschikbare modules. Gelukkig is er net onder de knoppen een zoekbalk waarmee je via trefwoorden de gewenste module kunt opsporen.

Om een module in of uit te schakelen, hoef je enkel op de aan-uitknop links van zo’n module te drukken. Klik op een module om hem in te stellen. Het bijbehorende instelmenu opent en een eventueel eerder geopende module sluit zich automatisch. Houd je de Shift-toets ingedrukt bij het aanklikken van een volgende module, dan blijven de reeds geopende modules open.

Met een smartphone goede foto's maken?

Een iPhone is alles wat je nodig hebt

Tip 08: Modules gebruiken

We kunnen hier uiteraard niet de werking van alle modules afzonderlijk toelichten: daarvoor verwijzen we graag naar de (downloadbare) handleiding. Wel wijzen we op enkele handigheden die je in nagenoeg alle modules vindt. Heb je bijvoorbeeld iets te voortvarend geëxperimenteerd met een module, dan zet je de originele waarden zo weer terug met het resetknopje, rechts van de modulenaam. En natuurlijk is er ook nog de universele toetscombinatie Ctrl+Z (ongedaan maken) en het reeds eerder besproken onderdeel geschiedenis (zie tip 6).

Ook het omgekeerde is mogelijk: in plaats van een bewerking ongedaan te maken, wil je haar net vaker hergebruiken. In dit geval bewaar je die bewerking als een ‘voorkeur’. Voer de gewenste bewerking in een module uit en druk op het menu met de drie streepjes rechts van de modulenaam. Kies voorkeur opslaan, geef een naam aan de toegepaste bewerking en bevestig met ok. Wanneer je nogmaals op het menu drukt, staat jouw voorkeur netjes in de lijst, samen met de andere voorkeuren die standaard al in darktable zitten. Daar vind je trouwens wel vaker nuttige opties tussen.

Eén voorbeeld: in de module kleurzones zit onder meer de optie natuurlijke huidskleuren. Deze zorgt er met één muisklik voor dat de huid van de personen op je foto een natuurlijke(re) tint krijgt.

Tip 09: Hergebruik

Bewerkingen bewaren als voorkeur is slechts één manier om efficiënter te werken en te profiteren van je eerdere werk. Er zijn er nog meer. Stel, je hebt diverse bewerkingen uitgevoerd en deze wil je ook toepassen op andere foto’s. Selecteer dan eerst de bewerkte foto in de bibliotheek (via de L-toets van library) en druk op Ctrl+C. Duid nu de gewenste foto(‘s) aan en druk op Ctrl+V: de bewerkingen van de eerste foto worden meteen toegepast op de andere.

Ook stijlen zijn een handige manier om bewerkingen snel op andere foto’s toe te passen.

Selecteer een bewerkte foto in de bibliotheek en open het onderdeel stijlen boven in het rechterdeelvenster. Druk op de knop creëer, laat het vinkje staan bij de bewerkingsstappen die je in de stijl wilt stoppen, vul een stijlnaam in en rond af met opslaan. Je kunt ook via een andere weg zo’n stijl maken: open het onderdeel geschiedenis en druk op het knopje met de drie cirkels, rechtsonder de rubriek. Om deze stijl toe te passen op andere foto’s, selecteer je eerst de plaatjes en dubbelklik je vervolgens op een stijl in de rubriek stijlen. Je kunt hier ook eerst een vinkje plaatsen bij creëer duplicaat, zodat de originele foto ongewijzigd blijft.

Ben je op zoek naar extra stijlen? Kijk dan bij de darktable repository. Via de knop download all haal je in één keer enkele honderden stijlen op. Daarna is het een kwestie van het zip-bestand uitpakken en via stijlen / importeren verwijzen naar het uitgepakte .dstyle-bestand.

Tip 10: Maskermanipulatie

Dankzij tientallen modules kun je dus uit een rijk arsenaal aan bewerkingsopties putten, maar wat als je zo’n bewerking tot één bepaald onderdeel van een foto wilt beperken? In zo'n geval ga je met maskers aan de slag.

Stel, je wilt een bepaald object uit je foto extra belichten. Open dan een module zoals belichting en schakel deze tijdelijk uit. Klik op het potloodicoon onder aan de module en kies een geschikte optie onder vector masker, zoals een ellips of je gebruikt het penseel om het masker te maken.

Met het scrolwiel pas je de grootte van je masker aan en met Shift+Scrolwiel pas je de grootte van het uitvloei-effect, oftewel de doezelaar, aan. Linksonder in het linkerdeelvenster krijg je bij masker-manager een overzicht van je maskers: je kunt ze hier ook verwijderen, hernoemen en klonen. Druk in het rechterdeelvenster op het knopje met de zwarte cirkel in een rechthoek, bij masker optimalisering, om goed te zien welk gebied je masker bestrijkt: het masker kleurt nu felgeel. Tot slot schakel je de module weer in en stel je de bewerking naar wens in.

Tip 11: Exporteren

Wanneer je de fysieke fotobestanden uit de bibliotheekmap bijvoorbeeld naar een usb-stick kopieert om die elders te bekijken, dan is er niets van al je bewerkingen en metadata te bespeuren. Die bevinden zich immers allemaal in sidecar-bestanden (zie tip 3). Die kun je natuurlijk wel mee kopiëren, maar dan moet de applicatie aan ontvangerszijde de sidecar-bestanden wel kunnen lezen. Een alternatief is dat je alle aanpassingen toch in de fotobestanden zelf verwerkt.

Selecteer hiervoor alle gewenste foto’s in het voorbeeldvenster en klik op exporteren, helemaal rechtsonder in het rechterdeelvenster. In het uitgeklapte dialoogvenster klik je op map en kies je vervolgens een doellocatie voor de export. Bij bestandstype bepaal je het uitvoerformaat – er zijn er zo’n twaalf – en stel je de kwaliteit en andere parameters in. Is alles naar wens, druk dan op de knop exporteren: de xmp-informatie wordt netjes in de fotobestanden zelf verwerkt.

▼ Volgende artikel
Makkelijk en snel: je gourmetstel schoon in drie stappen
© Sara Winter
Huis

Makkelijk en snel: je gourmetstel schoon in drie stappen

Of je nu houdt van gourmetten met pannetjes of alles direct op de grillplaat klaarmaakt: als iedereen klaar is en de plaat is afgekoeld, maak je hem in een paar stappen weer grondig schoon.

In dit artikel lees je:

  • Pannetjes schoonmaken
  • Bakplaat schoonmaken
  • Luchtjes verwijderen (video)
  • Eettafel schoonmaken

Lees ook: 🧀 Ze smelten de kazen! Waarom raclette dé topper is voor de feestdagen

Vroeger gebruikten we een gourmetstel vooral met de pannetjes. Tegenwoordig kun je meer: op de bovenplaat kun je vlees en groenten grillen, terwijl je op de verdieping daaronder bijvoorbeeld kleine omeletten of pannenkoekjes bakt in de pannetjes. Beide oppervlakken zijn gelukkig vrij makkelijk schoon te maken. Dat is niet alleen hygiënisch, maar houdt je gourmetstel ook netjes. Ingebrande vetvlekken of etensresten zien er tenslotte niet zo fris uit.

©Patrick

Pannetjes schoonmaken

Na het gourmetten kunnen de pannetjes er flink gebruikt uitzien. Vul de gootsteen of een teiltje met warm water en een scheutje afwasmiddel. Leg de pannetjes erin en laat ze 5 tot 10 minuten weken. Maak ze daarna schoon met een zachte doek, zoals een microvezeldoekje. Droog de pannetjes goed af en laat ze nog even aan de lucht drogen, bij voorkeur met de handvatten omhoog. Let op: hebben je pannetjes houten handgrepen? Die mogen vaak niet volledig onder water. Reinig deze pannetjes voorzichtig in een sopje, waarbij de handgrepen uit het water blijven steken. Zo voorkom je dat het hout beschadigt.

Gourmetten met Oud & Nieuw?

Wees er dan snel bij: als je nu bestelt, heb je 'm op tijd in huis!

Bakplaat schoonmaken

Begin met schoonmaken als de bakplaat nog handwarm is. Met keukenpapier verwijder je eenvoudig de vettige resten die nog niet zijn gestold. Neem daarna een vochtige doek om het oppervlak helemaal schoon te maken. Vermijd schuursponsjes, schoonmaakspray of staalwol, want die kunnen de coating beschadigen of krassen veroorzaken.

Als het apparaat volledig is afgekoeld, kun je de buitenkant en randen schoonmaken met een licht vochtige doek. Vergeet het snoer niet, want daar zitten vaak vetspetters op. Spray een dubbelgevouwen stuk keukenpapier licht in met een ontvetter en veeg het snoer daarmee schoon. Zorg ervoor dat de stekker droog blijft om risico op kortsluiting te voorkomen..

©Lukassek

Watch on YouTube

Eettafel schoonmaken

Als je gourmetstel schoon is en je goed hebt geventileerd om de gourmetlucht uit huis te krijgen, is er misschien nog één klusje: de eettafel inspecteren. Bij gourmetten komen er altijd vetspetters vrij. Idealiter heb je een werptafelkleed gebruikt, want dat kan meteen na het eten de vuilnisbak in. Hoe je vetvlekken kunt verwijderen uit stoffen tafelkleden en servetten, lees je hieronder. Heb je verlichting boven de eettafel hangen? Die lampen kunnen dan ook behoorlijk vet worden, dus vergeet ze niet af te nemen met een vetoplossende spray en keukenpapier.

TAFELKLEED VAN STOF?

Als je een stoffen tafellaken of servetten hebt gebruikt, kun je vetspetters eenvoudig behandelen voordat je ze wast. Strooi wat talkpoeder of maïzena op de vetvlek en laat het een paar uur intrekken. Dit helpt om het vet op te nemen. Schud het poeder er daarna af en behandel de vlek met een ontvetter of wat afwasmiddel. Masseer dit voorzichtig in de stof en laat het even inwerken. Vervolgens kun je het tafellaken of de servetten in de wasmachine doen op het programma dat geschikt is voor de stof.

▼ Volgende artikel
Zo kies je een parfum dat echt bij je past
© ranczandras
Gezond leven

Zo kies je een parfum dat echt bij je past

Een parfum is meer dan een geur; het is een verlengstuk van wie je bent. Het juiste parfum kan je stemming versterken, je zelfvertrouwen boosten en een blijvende indruk achterlaten. Maar hoe vind je een geur die echt bij jouw persoonlijkheid past? In dit artikel krijg je praktische tips om een parfum te kiezen dat perfect bij jou aansluit.

In dit artikel lees je:

  • Welke geuren goed passen bij welke persoonlijkheden
  • Hoe je een geur vindt die echt bij jou past

Lees ook: Parfum, eau de parfum of eau de toilette: wat is eigenlijk het verschil?

Geuren hebben de kracht om emoties op te roepen en herinneringen te activeren. Denk maar aan hoe de geur van vers gebakken brood je naar een warme keuken kan brengen of hoe een frisse bloesemgeur je doet denken aan de lente. Parfums werken op dezelfde manier. Ze kunnen iets over jouw persoonlijkheid vertellen zonder dat je een woord hoeft te zeggen.

Elke geur is opgebouwd uit noten die samen een bepaalde indruk creëren. Citrusgeuren stralen energie uit, bloemige geuren roepen zachtheid op en houtachtige tonen worden vaak geassocieerd met kracht en stabiliteit. Door een parfum te kiezen dat overeenkomt met jouw karaktereigenschappen, kun je een geur vinden die naadloos bij jou past.

Persoonlijkheidstypen en bijpassende geuren

Hieronder vind je een overzicht van veelvoorkomende persoonlijkheidstypen en welke geuren daar goed bij aansluiten.

1. Romantisch en dromerig

Als je gevoelig, creatief en een tikkeltje nostalgisch bent, passen bloemige en poederachtige geuren goed bij jou. Ze roepen een zachte, romantische sfeer op die jouw persoonlijkheid onderstreept.

Voorbeeldnoten: roos, jasmijn, viooltje, vanille.

2. Krachtig en zelfverzekerd

Heb je een sterke aanwezigheid en straal je vertrouwen uit? Houtachtige en kruidige geuren versterken deze eigenschappen. Ze hebben een warme, diepe basis die jouw kracht benadrukt.

Voorbeeldnoten: sandelhout, cederhout, patchouli, peper.

3. Mysterieus en sensueel

Ben je iemand die graag een beetje raadselachtig blijft en houdt van subtiele verleiding? Oriëntaalse geuren met exotische kruiden en warme, zoete tonen passen hier goed bij. Deze geuren hebben een rijke, gelaagde samenstelling die je een tikkeltje mysterieus maakt.

Voorbeeldnoten: amber, wierook, kardemom, muskus.

4. Speels en spontaan

Ben je altijd vrolijk, ongecompliceerd en een beetje eigenzinnig? Frisse, fruitige geuren passen bij jouw vrolijke uitstraling. Deze geuren zijn licht en uitnodigend, perfect voor een ongedwongen sfeer.

Voorbeeldnoten: perzik, appel, framboos, zwarte bes.

5. Avontuurlijk en energiek

Houd je van spanning en ben je altijd op zoek naar nieuwe ervaringen? Kies dan voor frisse, energieke geuren zoals citrus, aquatische tonen of groene accenten. Deze geuren geven een gevoel van vitaliteit en passen perfect bij een actieve levensstijl.

Voorbeeldnoten: bergamot, grapefruit, munt, zeewater.

©colnihko

Zo vind je jouw perfecte parfum

Nu je weet welke geuren bij jouw persoonlijkheid passen, is het tijd om een parfum te kiezen. Hier zijn enkele handige tips:

1. Ken je favoriete geurnoten

Noteer geuren waar je je prettig bij voelt. Dit kunnen geuren zijn die je al eerder hebt gebruikt, of natuurlijke geuren waar je van houdt, zoals lavendel of citroen. Probeer parfums met vergelijkbare noten uit.

2. Neem de tijd

Probeer niet te veel geuren tegelijk. Spray een parfum op je huid en wacht minstens een paar uur om te zien hoe de geur zich ontwikkelt. Topnoten vervliegen snel, maar de hart- en basisnoten blijven langer hangen.

Topnoten, hartnoten en basisnoten

Topnoten, hartnoten en basisnoten vormen samen de verschillende lagen van een parfum. De topnoten zijn de eerste geuren die je ruikt zodra je het parfum aanbrengt, vaak fris en licht, maar ze vervliegen snel. Na enkele minuten komen de hartnoten naar voren, die het ‘hart’ van de geur vormen en meestal bloemig, kruidig of fruitig zijn. Deze laag blijft langer hangen en bepaalt de kern van het parfum. De basisnoten verschijnen als laatste en zijn het meest blijvend. Ze geven diepte en warmte aan het parfum, vaak met houtachtige, muskusachtige of vanille-achtige geuren.

3. Laat je niet leiden door trends

Wat populair is, past niet altijd bij jou. Kies een parfum dat goed voelt, ook als het niet ‘in de mode’ is. Je parfum is een persoonlijke keuze.

4. Vraag om hulp

Parfumeriemedewerkers kunnen je helpen met het vinden van een geur die bij je past. Vertel iets over je voorkeuren en persoonlijkheid, zodat ze gericht advies kunnen geven.

5. Denk aan verschillende gelegenheden

Net zoals je kleding aanpast aan een situatie, kun je ook je parfum variëren. Kies een lichte geur voor overdag en een intensere geur voor speciale gelegenheden.

Je geur als visitekaartje

Een parfum vertelt veel over wie je bent. Besteed dus wat tijd aan het vinden van een geur die goed bij je past. Met de tips in dit artikel moet dat zeker lukken!

Geur gevonden? Dan weet je nu...

...altijd wat je als cadeau kunt vragen!