ID.nl logo
Darktable: bewerk je foto's met hét gratis Lightroom-alternatief
Huis

Darktable: bewerk je foto's met hét gratis Lightroom-alternatief

Adobe Lightroom is ongetwijfeld een van de bekendste tools voor fotobeheer en -bewerking, maar helaas heeft de software best een hoge de prijs, vooral omdat het een abonnementsmodel betreft. Het opensource-alternatief darktable daarentegen is helemaal gratis en bijna net zo goed. Zeker de moeite waard om uit te proberen!

Met het gratis programma darktable importeer en beheer je je foto’s. De mogelijkheden zijn zo uitgebreid dat we ons hier tot de interessantste functies beperken, zoals:

  • Non-destructief bewerken
  • Filters toevoegen
  • Bewerkingen hergebruiken
  • Werken met maskers

Trots op je foto? Dan wil je 'm natuurlijk uitprinten. Dit zijn de beste fotoprinters: Waar voor je geld: 5 echt goede fotoprinters

Tip 01: Verkenning

Darktable was aanvankelijk alleen beschikbaar voor Linux en macOS, maar is inmiddels ook voor Windows (64 bit) verkrijgbaar: je vindt alle downloads op de website van darktable. De installatie heb je met een paar muisklikken voor elkaar. De tool komt het best tot zijn recht op de wat snellere systemen met een schermresolutie van minimaal Full HD.

Darktable neemt automatisch de taal van je systeem over (ook Nederlands), maar dat pas je eventueel aan via het tandwielpictogram, dat opent het venster met voorkeuren waarna ja in de rubriek algemeen het keuzemenu interfacetaal aanpast.

Hier kun je trouwens ook een ander (kleuren)thema instellen. En nu je toch in dit voorkeurenvenster zit: maak van de gelegenheid gebruik om ook de andere opties in de diverse rubrieken door te nemen. Zo krijg je namelijk al een goede indruk van de mogelijkheden.

Hulp kun je vinden in de downloadbare pdf-handleiding en ook is er een Engelstalig forum. Ook goed om weten: wanneer je in darktable op het vraagteken klikt en vervolgens op een item, beland je automatisch op de juiste pagina in de online handleiding.

Bepaal zelf de interfacetaal en het thema, naast allerlei andere instelbare opties.

Tip 02: Import

Het hoofdvenster van darktable oogt wat saai. Logisch, want je hebt nog geen afbeeldingen geïmporteerd. Klik dus op importeren linksboven. Standaard verschijnen twee opties (of meer wanneer je een compatibele camera hebt aangesloten): toevoegen aan bibliotheek en kopieer en importeer. Voor die laatste optie bepaal je eerst nog een locatie waar je originele plaatjes naartoe worden gekopieerd voor darktable ze in zijn bibliotheek opneemt. Darktable kan overigens ook prima met raw-foto’s overweg.

De bibliotheek bevindt zich standaard in de map C:\Users\<gebruikersnaam>\Pictures\Darktable, tenzij je dit in het voorkeurenvenster hebt aangepast. Welke optie je ook kiest: druk op het plusknopje bij locaties om je bronmap(pen) toe te voegen. Ook netwerkmappen verschijnen hier, althans wanneer je ze een stationsletter hebt toegekend waarmee ze in Verkenner zichtbaar zijn. Plaats bovenaan een vinkje bij de optie onderliggende map om ook foto’s uit submappen op te laten halen. Bevestig je keuze met een druk op de knop kopieer & importeer, waarna alle geïmporteerde foto’s als miniaturen in het voorbeeldvenster van de bibliotheek opduiken.

De geïmporteerde foto’s zijn meteen zichtbaar in het voorbeeldvenster.

Tip 03: Non-destructief

Wanneer je de muisaanwijzer over zo’n miniatuur beweegt, krijg je enkele gegevens te zien, zoals naam, datum en tijdstip, diafragma en brandpuntsafstand. Je ziet ook dat elke foto met één ster is gewaardeerd, maar je kunt ook al voor de import aangeven welke beoordeling – en eventueel andere metadata – je aan de foto’s wilt toekennen.

Open links bovenaan het onderdeel parameters en pas eventueel het aantal sterren aan achter de optie initiële beoordeling (standaard 1 van 5 sterren). Of plaats een vinkje bij pas metadata toe en vul zelf eventuele metadata in, zoals titel, omschrijving, auteur en labels.

Na de import zie je de metadata van een geselecteerde foto in het rechterdeelvenster verschijnen, in de rubrieken labelen en metadata-editor. Hier kun je de metadata trouwens altijd nog aanpassen en ook andere metadata toevoegen.

Houd er wel rekening mee dat al deze metadata standaard niet in het eigenlijke fotobestand worden opgenomen. Immers, darktable bewaart deze informatie – en ook alle bewerkingen die je naderhand nog met darktable op je foto’s uitvoert – in een zogeheten sidecar-bestand, met de extensie xmp. Dit maakt van darktable een zogenoemde non-destructieve fotobewerker, aangezien je originele foto’s op geen enkel moment daadwerkelijk worden aangepast. Wel zo veilig.

Alle metadata en ook alle bewerkingen bewaart darktable netjes in een sidecar-bestand.

Tip 04: Filters

Standaard toont darktable je in het voorbeeldvenster alle foto’s uit de map die je in het linkerdeelvenster, bij collecties, hebt geselecteerd. Om snel op specifieke foto’s in te kunnen zoomen, gebruik je filters.

Klik op het pijlknopje net onder collecties om uit diverse filters te kiezen, waaronder allerlei metadata, zoals auteur, classificatie, vastleggingsdatum, camera, lens. Wil je bijvoorbeeld alleen raw-foto’s van het cr2-type zien, dan selecteer je achtereenvolgens metadata / label / darktable / format / cr2.

Je kunt gerust ook meerdere filters combineren, bijvoorbeeld alleen cr2-foto’s met het label natuur. Leg alvast je eerste filter vast en klik daarna op het pijlknopje rechts van je al ingestelde filter. Kies afbeeldingen toevoegen of afbeeldingen uitsluiten, en stel ook het volgende filter in. Vervolgens klik je op het knopje rechts van het eerste filter en kies je bijvoorbeeld wijzig in <en>, wijzig in <of> of wijzig in <en niet>. Het resultaat van je filter is meteen zichtbaar in het voorbeeldvenster.

Stel de gewenste filtercombinatie in (hier: een <en>-relatie).

Tip 05: Voorbeeldweergave

Wat je te zien krijgt, bepaal je dus via je importkeuzes en filterregels, maar je hebt ook zeggenschap over hoe je de foto’s precies te zien krijgt. Bovenaan stel je bij de optie sorteer op namelijk een vijftien sorteringscriteria in, waaronder bestandsnaam (standaard), classificatie en beeldverhouding.

Inzoomen doe je met de zoomknop rechtsonder het voorbeeldvenster of je tikt in hoeveel foto’s je tegelijk in het venster wilt zien. Je vindt hier bovendien knoppen om je foto’s bijvoorbeeld in een verticale filmrol te bekijken of om één geselecteerde foto schermvullend te kunnen zien. Dit laatste kan ook door bij een foto de letter W even ingedrukt te houden.

In de standaardweergave vind je helemaal onderaan ook een tijdsbalk: met grafieken geeft darktable aan hoeveel foto’s er ongeveer op elk moment werden genomen. Klik je op zo’n grafiek, dan maakt darktable hiervoor een extra filter (op vastleggingsdatum). Net als andere filters kun je dit filter altijd verwijderen door op het pijlknopje naast dit filter te drukken en verwijder voorwaarde te kiezen.

Mislukte foto's? Gooi ze niet meteen weg, misschien kun je er nog iets mee!
Lees:
Foto verpest? Zo maak je er weer een plaatje van

Tip 06: Functiebeheer

Zoals gezegd is darktable niet alleen een fotobeheerder, maar ook een krachtige fotobewerker. Om deze virtuele doka binnen te treden, selecteer je een foto en klik je rechtsboven op ontwikkelen (of druk je op de toets D van develop). Rechts bovenaan verschijnt nu een kleurenhistogram (waarvan je trouwens de diverse RGB-kanalen kunt in- of uitschakelen), met daaronder een hele reeks modules waarmee je de foto kunt bewerken. Daarover meer in de volgende tips.

Eerst focussen we ons op het deelvenster aan de linkerzijde, dat een aantal interessante onderdelen bevat. Het onderdeel labelen is je intussen wellicht al duidelijk: je krijgt hier de tags oftewel labels te zien die je aan foto’s kunt koppelen. Helaas bleek de knop nieuw op ons systeem niet te werken, maar het lukte ons wel door via importeren naar een tekstbestand te verwijzen waarin we gewenste tags hadden ingevoerd.

Het onderdeel geschiedenis is nuttig wanneer je straks aan de slag gaat met allerlei bewerkingen: je kiest de uitgevoerde bewerkingsstap die je wilt behouden en alle daaropvolgende stappen worden automatisch ongedaan gemaakt. Ook handig is het onderdeel momentopnamen. Selecteer een bewerkingsstap en klik vervolgens op maak momentopname. Herhaal dit voor een eerdere bewerkingsstap. Ten slotte selecteer je de onderste momentopname: beide resultaten worden nu naast elkaar getoond, zodat je goed kunt vergelijken. Je kunt de scheidingslijn tussen beide varianten trouwens ook verplaatsen.

Plaats twee bewerkingsvarianten van hetzelfde plaatje naast elkaar voor een gedetailleerde vergelijking.

Tip 07: Modules kiezen

Darktable heeft veel bewerkingsmogelijkheden, maar het programma heeft ze al enigszins opgedeeld en je kunt ze oproepen via knoppen net onder het histogram. Met de knop toon alleen actieve modules krijg je enkel modules te zien die je reeds op deze foto hebt toegepast – en die je dus ook in de geschiedenis terugvindt.

Er zijn ook knoppen als technisch, verloop en effecten die elk verschillende bewerkingen bevatten. Dat zijn er respectievelijk al 27, 16 en 19, maar er zijn nog meer modules: klik met rechts op zo’n knop en kies onder aan het selectiemenu de optie alle beschikbare modules. Gelukkig is er net onder de knoppen een zoekbalk waarmee je via trefwoorden de gewenste module kunt opsporen.

Om een module in of uit te schakelen, hoef je enkel op de aan-uitknop links van zo’n module te drukken. Klik op een module om hem in te stellen. Het bijbehorende instelmenu opent en een eventueel eerder geopende module sluit zich automatisch. Houd je de Shift-toets ingedrukt bij het aanklikken van een volgende module, dan blijven de reeds geopende modules open.

Aan bewerkingsmodules geen gebrek in darktable!

Met een smartphone goede foto's maken?

Een iPhone is alles wat je nodig hebt

Tip 08: Modules gebruiken

We kunnen hier uiteraard niet de werking van alle modules afzonderlijk toelichten: daarvoor verwijzen we graag naar de (downloadbare) handleiding. Wel wijzen we op enkele handigheden die je in nagenoeg alle modules vindt. Heb je bijvoorbeeld iets te voortvarend geëxperimenteerd met een module, dan zet je de originele waarden zo weer terug met het resetknopje, rechts van de modulenaam. En natuurlijk is er ook nog de universele toetscombinatie Ctrl+Z (ongedaan maken) en het reeds eerder besproken onderdeel geschiedenis (zie tip 6).

Ook het omgekeerde is mogelijk: in plaats van een bewerking ongedaan te maken, wil je haar net vaker hergebruiken. In dit geval bewaar je die bewerking als een ‘voorkeur’. Voer de gewenste bewerking in een module uit en druk op het menu met de drie streepjes rechts van de modulenaam. Kies voorkeur opslaan, geef een naam aan de toegepaste bewerking en bevestig met ok. Wanneer je nogmaals op het menu drukt, staat jouw voorkeur netjes in de lijst, samen met de andere voorkeuren die standaard al in darktable zitten. Daar vind je trouwens wel vaker nuttige opties tussen.

Eén voorbeeld: in de module kleurzones zit onder meer de optie natuurlijke huidskleuren. Deze zorgt er met één muisklik voor dat de huid van de personen op je foto een natuurlijke(re) tint krijgt.

Handige bewerkingen kun je als een eigen voorkeur bewaren voor snel hergebruik.

Tip 09: Hergebruik

Bewerkingen bewaren als voorkeur is slechts één manier om efficiënter te werken en te profiteren van je eerdere werk. Er zijn er nog meer. Stel, je hebt diverse bewerkingen uitgevoerd en deze wil je ook toepassen op andere foto’s. Selecteer dan eerst de bewerkte foto in de bibliotheek (via de L-toets van library) en druk op Ctrl+C. Duid nu de gewenste foto(‘s) aan en druk op Ctrl+V: de bewerkingen van de eerste foto worden meteen toegepast op de andere.

Ook stijlen zijn een handige manier om bewerkingen snel op andere foto’s toe te passen.

Selecteer een bewerkte foto in de bibliotheek en open het onderdeel stijlen boven in het rechterdeelvenster. Druk op de knop creëer, laat het vinkje staan bij de bewerkingsstappen die je in de stijl wilt stoppen, vul een stijlnaam in en rond af met opslaan. Je kunt ook via een andere weg zo’n stijl maken: open het onderdeel geschiedenis en druk op het knopje met de drie cirkels, rechtsonder de rubriek. Om deze stijl toe te passen op andere foto’s, selecteer je eerst de plaatjes en dubbelklik je vervolgens op een stijl in de rubriek stijlen. Je kunt hier ook eerst een vinkje plaatsen bij creëer duplicaat, zodat de originele foto ongewijzigd blijft.

Ben je op zoek naar extra stijlen? Kijk dan bij de darktable repository. Via de knop download all haal je in één keer enkele honderden stijlen op. Daarna is het een kwestie van het zip-bestand uitpakken en via stijlen / importeren verwijzen naar het uitgepakte .dstyle-bestand.

Stijlen zijn een uitstekende manier om in één keer allerlei bewerkingen op foto’s toe te passen.

Tip 10: Maskermanipulatie

Dankzij tientallen modules kun je dus uit een rijk arsenaal aan bewerkingsopties putten, maar wat als je zo’n bewerking tot één bepaald onderdeel van een foto wilt beperken? In zo'n geval ga je met maskers aan de slag.

Stel, je wilt een bepaald object uit je foto extra belichten. Open dan een module zoals belichting en schakel deze tijdelijk uit. Klik op het potloodicoon onder aan de module en kies een geschikte optie onder vector masker, zoals een ellips of je gebruikt het penseel om het masker te maken.

Met het scrolwiel pas je de grootte van je masker aan en met Shift+Scrolwiel pas je de grootte van het uitvloei-effect, oftewel de doezelaar, aan. Linksonder in het linkerdeelvenster krijg je bij masker-manager een overzicht van je maskers: je kunt ze hier ook verwijderen, hernoemen en klonen. Druk in het rechterdeelvenster op het knopje met de zwarte cirkel in een rechthoek, bij masker optimalisering, om goed te zien welk gebied je masker bestrijkt: het masker kleurt nu felgeel. Tot slot schakel je de module weer in en stel je de bewerking naar wens in.

Vliegenzwam in brand: het masker is nu wel heel duidelijk.

Tip 11: Exporteren

Wanneer je de fysieke fotobestanden uit de bibliotheekmap bijvoorbeeld naar een usb-stick kopieert om die elders te bekijken, dan is er niets van al je bewerkingen en metadata te bespeuren. Die bevinden zich immers allemaal in sidecar-bestanden (zie tip 3). Die kun je natuurlijk wel mee kopiëren, maar dan moet de applicatie aan ontvangerszijde de sidecar-bestanden wel kunnen lezen. Een alternatief is dat je alle aanpassingen toch in de fotobestanden zelf verwerkt.

Selecteer hiervoor alle gewenste foto’s in het voorbeeldvenster en klik op exporteren, helemaal rechtsonder in het rechterdeelvenster. In het uitgeklapte dialoogvenster klik je op map en kies je vervolgens een doellocatie voor de export. Bij bestandstype bepaal je het uitvoerformaat – er zijn er zo’n twaalf – en stel je de kwaliteit en andere parameters in. Is alles naar wens, druk dan op de knop exporteren: de xmp-informatie wordt netjes in de fotobestanden zelf verwerkt.

Er zijn heel wat exportopties beschikbaar in darktable.

▼ Volgende artikel
Review Sony ULT Field 3 – Krachtpatser op de achtergrond
© Wesley Akkerman
Huis

Review Sony ULT Field 3 – Krachtpatser op de achtergrond

De Sony ULT Field 3 lijkt op het eerste gezicht wat onopvallend, maar de reflecterende ULT-knop heeft een hoop te bieden. Die belooft een diepe, voelbare bas, wat samen met zijn robuuste, waterdichte bouw de belangrijkste beloftes van dit model zijn.

Goed
Conclusie

Voor 199 euro (online al voor minder te vinden) is de Sony ULT Field 3 zeker een aanrader. De speaker transformeert met de ULT-knop van een subtiele achtergrondspeler naar een krachtpatser met een diepe bas. Gecombineerd met zijn robuuste bouw, lange accuduur en handige multipoint-connectiviteit, biedt hij een zeer compleet pakket. Het voornaamste nadeel is de beperkte equalizer, die je dwingt te kiezen. De luidspreker is minder geschikt voor de audiofielen onder ons – maar voor alle andere mensen is dit echt geen verkeerde aankoop.

Plus- en minpunten
  • Robuust en waterdicht
  • Lekker vol geluid
  • Meegeleverde schouderband
  • Doet dienst als powerbank
  • Equalizer niet altijd te gebruiken
  • Zonder ULT-knop wat karig

De Sony ULT Field 3 is een compacte en draagbare bluetoothspeaker met een adviesprijs van 199 euro. Op het eerste gezicht is dit een onopvallende luidspreker, met twee opvallende elementen. Zowel het Sony-logo als de bijzondere ULT-knop zijn voorzien van reflecterend materiaal, waardoor die een andere kleur dan zilver laten zien wanneer het licht erop valt. We zien groene, blauwe, roze en gele tinten voorbijkomen, waardoor het model toch een unieke uitstraling heeft. Om die ULT-knop (ULT staat trouwens voor Ultimate) is overigens een hoop te doen: dit is namelijk een centraal element.

Sony ULT Field 3

Wanneer je die knop indrukt, dan activeer je volgens Sony een diepe en voelbare bas. Daar vertellen we verderop in deze recensie meer over. De speaker beschikt daarnaast over Sound Field Optimization, dat het geluid aanpast aan de omgeving. Ook daar zou dan een betere geluidservaring uit moeten komen. Via de gratis te downloaden Sony Music Connect-app kun je een zevenbands equalizer gebruiken. Dit kun je alleen doen wanneer je de ULT-modus niet geactiveerd hebt, aangezien die de muziekbeleving al grotendeels aanpast voor je.

©Wesley Akkerman

Je kunt de Sony ULT Field 3 zowel binnen als buiten gebruiken, dankzij het IP67-certificaat. Het apparaat is niet alleen stof- en waterdicht, maar ook schokbestendig en roestvrij. De accu gaat tot 24 uur mee, maar dat is mede afhankelijk van het volume en overige instellingen. Voor een dagje weg is de accuduur meer dan prima. Je kunt de speaker bovendien als powerbank inzetten, voor als je onderweg je smartphone moet opladen. Sony levert tot slot een schouderband mee, wat het draagbare karakter van de Field 3 verder benadrukt.

Tweedeling van het geluid

De geluidskwaliteit van de speaker draait om de tweedeling die de ULT-knop creëert. Zodra je die functie activeert, dan hoor je een behoorlijke basversterking en vollere middentonen, zonder dat de zang aan helderheid verliest. Zonder die modus klinkt de muziek gedetailleerd, maar ook merkbaar vlakker. Prima voor op de achtergrond, maar de audio mist dan wel wat impact. Bij sommige genres, zoals hiphop, kan de verhoogde bas de vocalen soms wat overstemmen. De equalizer biedt in die gevallen dan helaas ook niet altijd soelaas.

©Wesley Akkerman

Je kunt het apparaat zowel liggend als staand gebruiken, maar we hebben gemerkt dat horizontaal gebruik fijner klinkt. Het volume kan ook lekker hoog, zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit, waardoor je deze speaker prima in een tuin zou kunnen gebruiken. Ondanks dat we ons nooit ondergedompeld voelen in het geluid, zijn we toch positief over de Sony ULT Field 3. Dit is typisch zo'n speaker die je onderweg meeneemt of ergens neerzet waar je geen andere speakers kunt installeren. Denk dan aan de badkamer of misschien wel een slaapkamer.

De speaker bedienen

Je bedient de Sony ULT Field 3 op twee manieren: via de Music Connect-app of via de strip bovenop. Binnen de applicatie regel je diverse instellingen, zoals de bluetoothkwaliteit en geluidsoptimalisatie. We hebben de optimalisatie op een gegeven moment uitgeschakeld en gemerkt dat de speaker dan beter klinkt dan voorheen. Verder is het zo dat je zowel die stand als de ULT-knop moet uitschakelen om de equalizer te kunnen gebruiken. Dat is best jammer, zeker in het geval van ULT. Je eigen instellingen evenaren die van de Sony-geluidsoptie namelijk niet.

©Wesley Akkerman

De meeste functies zijn gelukkig direct toegankelijk via de knoppenstrip bovenop het apparaat. Hier vind je de standaard bediening en de specifieke ULT-toets. Aan de achterzijde bevindt zich een handige usb-c-poort voor het opladen van zowel de speaker als je telefoon. Daarnaast beschikt dit model over bluetooth multipoint (waardoor je gemakkelijk twee apparaten aansluit) en Party Connect. Door die laatste functie sluit je de ULT Field 3 naadloos aan op andere Sony-speakers die over dezelfde functionaliteit beschikken (bijna honderd momenteel).

Sony ULT Field 3 kopen?

Voor 199 euro (online al voor minder te vinden) is de Sony ULT Field 3 zeker een aanrader. De speaker transformeert met de ULT-knop van een subtiele achtergrondspeler naar een krachtpatser met een diepe bas. Gecombineerd met zijn robuuste bouw, lange accuduur en handige multipoint-connectiviteit, biedt hij een zeer compleet pakket. Het voornaamste nadeel is de beperkte equalizer, die je dwingt te kiezen. De luidspreker is minder geschikt voor de audiofielen onder ons – maar voor alle andere mensen is dit echt geen verkeerde aankoop.

▼ Volgende artikel
Dicteren in Word: typen is zilver, spreken is goud
© natrot - stock.adobe.com
Huis

Dicteren in Word: typen is zilver, spreken is goud

Je stem gebruiken om supersnel te typen wordt steeds makkelijker en veelzijdiger! De dicteerfunctie in Microsoft Word is zowel beschikbaar in de desktop-, web- als mobiele versie. Bovendien kan deze toepassing een audio-opname transcriberen en samenvatten.

In dit artikel laten we zien hoe je met Microsoft Word spraak omzet in tekst:

  • Activeer de dicteerfunctie in Microsoft Word
  • Spreek leestekens in of laat Word deze automatisch toevoegen
  • Laat Word opgenomen bestanden omzetten naar tekst met de transcribeerfucntie, of maak live-opnamen
  • Gebruik Copilot om lange transcripties automatisch samen te vatten

Vaker je stem gebruiken? Geen toetsenbord meer nodig: laat je stem het werk doen

Microsoft Word luistert naar je. Letterlijk. Het programma kan de tekst die je uitspreekt direct uitschrijven. Ook kan het een opname van een monoloog of zelfs een gesprek tussen verschillende mensen uitwerken. De spraakherkenning maakt deel uit van Microsoft 365 voor Windows en macOS. Het werkt ook op Microsoft Word online en in de mobiele Word-app voor Android en voor de iPad en iPhone.

Start met dicteren

Start Microsoft Word en open een nieuw leeg document. In het tabblad Start in de groep Spraak klik je op Dicteren. Als je deze knop ingedrukt houdt, heb je de keuze tussen Dicteren en Transcriberen. Op die tweede optie komen we dadelijk terug. Nadat je Dicteren hebt geselecteerd, verschijnt er een werkbalkje waarin een pictogram van een microfoon staat. Klik op deze knop en begin met praten.

Belangrijk: spreek ook alle leestekens uit die je wilt toevoegen. Klik opnieuw op het pictogram van de microfoon als je klaar bent met dicteren. Het is tijdens het inspreken mogelijk om via het toetsenbord tekst te corrigeren of gewoon iets extra bij te typen. Dan moet je natuurlijk even zwijgen en als je klaar bent, plaats je de cursor op de plek waar je verder wilt gaan met dicteren.

Wanneer de microfoonknop blauw is, weet je dat de opname loopt.

Instellingen regelen

In het werkbalkje staat een tandwieltje waarmee je de instellingen van de dicteerfunctie regelt. Bovenaan selecteer je de Gesproken taal. De functie is standaard ingesteld in het Nederlands. Daaronder kies je de microfoon die je aanspreekt. In dit voorbeeld werken we bijvoorbeeld met een laptop, waarop we een externe microfoon hebben aangesloten. Wij hebben er in de instellingen voor gezorgd dat Word onze woorden via een goede externe microfoon opvangt en niet via de interne microfoon van de laptop.

Daaronder kun je de Automatische interpunctie inschakelen. Met automatische interpunctie hoef je de leestekens als punt en komma in principe niet uit te spreken. De interpunctie wordt dan bepaald door de pauzes tijdens het dicteren. De onderste functie, Gevoelige woordgroepen filteren, gebruik je om grof taalgebruik te censureren. Wanneer de spraakherkenning een grof woord waarneemt, wordt de gemaskeerde versie getypt. Als je bijvoorbeeld het F-woord uitspreekt, typt Word ****. Ook deze optie staat standaard ingeschakeld.

Let erop dat de juiste microfoon is ingesteld.

Interpunctie

Zelfs als je de Automatische interpunctie hebt ingeschakeld, kun je voor de duidelijkheid toch nog de leestekens uitspreken. Word begrijpt dat en plaatst deze niet dubbel. Bij het inspreken van leestekens moet je ervoor zorgen dat ze op een manier worden uitgesproken die past bij hoe de dicteerfunctie ze verwerkt. Als je bijvoorbeeld zegt: “Nu moet je een komma plaatsen”, dan schrijft de dicteerfunctie deze woorden letterlijk uit in plaats van dat er daadwerkelijk een komma wordt ingevoegd.

De dicteerfunctie begrijpt daarnaast diverse opdrachten, zoals nieuwe regel, nieuwe alinea, euroteken, apostrof s, enkel aanhalingsteken, afbreekstreepje, vierkante haak openen, vierkante haak sluiten, aanhalingsteken open en aanhalingsteken sluiten. Tekst opmaken in vet of cursief en woorden verwijderen lukten bij ons met de dicteerfunctie niet. Dat moesten we handmatig doen. Na het inspreken kun je de tekst ter controle nog even laten voorlezen door Word. Gebruik de toetscombinatie Ctrl+A om alles te selecteren. Daarna ga je naar het tabblad Controleren en je klikt op de knop Voorlezen.

De dicteerfunctie begrijpt ook speciale tekens.

Ook mobiel

De dicteerfunctie werkt ook in de Word-app op een iPhone, iPad of Android-apparaat. Open de app en start een nieuw document door op het plusteken te tikken. Daarna tik je op het pictogram van de microfoon. Soms kan het nodig zijn om op een willekeurige plek in het document te tikken om de microfoon zichtbaar te maken. Weer spreek je de tekst in terwijl je de leestekens ook uitspreekt. Ben je klaar, dan tik je opnieuw op de knop Dicteren.

Ook op een mobiel apparaat werkt de dicteerfunctie van Word uitstekend.

Opname voor transcriptie

Microsoft Word kan ook opnamen transcriberen. Transcriberen is alles wat wordt uitgesproken omzetten in tekst. Je kunt hiervoor een live-opname maken of een bestaand audiobestand importeren. Windows heeft voor het opnemen een uitstekende tool in het systeem zitten. In Windows 10 heet deze toepassing Voicerecorder, in Windows 11 heet de nieuwe versie Geluidsrecorder.

Plug een microfoon in en open de app. In de linkerbenedenhoek controleer je of Geluidsrecorder de juiste microfoon gebruikt. Vervolgens start je de opname met de rode knop onderaan of door de toetscombinatie Ctrl+R (met de R van record) in te drukken. Om de opname te pauzeren, gebruik je de Pauzeknop of druk je op Alt+P. Herhaal dit om de opname verder te zetten. Ben je klaar, dan druk je op de Stop-knop, of druk op Enter of Escape.

In de nieuwe versie van Geluidsrecorder wordt het geluid met een diagram weergegeven.

Geen computer bij de hand?

Een voicerecorder werkt net zo goed!

Benoemen en lokaliseren

In de linkerkolom van de app lees je de namen van de opname. Iedere opname krijgt standaard de naam Aan het opnemen gevolgd door de datum en tijd. Ook zie je hoelang de opname duurt. Geef het bestand dat je dadelijk wilt transcriberen een eigen naam door met de rechtermuisknop in de linkerkolom op het bestand te klikken. Selecteer vervolgens de opdracht Naam wijzigen. Typ een nieuwe naam en bevestig.

Alle opnamen worden samen opgeslagen. Klik met de rechtermuisknop op het geluidsbestand dat je nodig hebt en selecteer in het contextmenu de opdracht Weergeven in map. Windows Verkenner opent de juiste map. Eventueel kun je het bestand hier kopiëren om het bijvoorbeeld tijdelijk op je bureaublad te plaatsen.

Via de rechtermuisknop open je de locatie waar het geluidsbestand staat.

Transcriptie starten

Terug naar Microsoft Word waar je de opdracht Transcriberen onder de knop Dicteren terugvindt. Deze functie zit in de Windows-versie van Microsoft Word, maar niet in de macOS-variant. Wat die laatste betreft, geen nood. De Apple-club die deze functie toch wil gebruiken, kan net zo goed een beroep doen op de webversie van Word die minstens even goed werkt. Ga naar https://office.com en klik op de knop Aanmelden. Typ het e-mailadres en wachtwoord van je Microsoft-account en klik op Aanmelden.

Klik nu links op het Word-pictogram, open een nieuw leeg document en daarna vind je ook hier in het tabblad Start de knop Dicteren / Transcriberen. Het maakt niet uit of je de online- of desktop-versie gebruikt. Door op de knop Transcriberen te klikken, opent aan de rechterkant een zijbalk waar je eerst de taal selecteert voor de transcriptie. In het keuzemenu vind je de lijst van alle talen waaronder het Nederlands. Deze lijst is alfabetisch gerangschikt, maar Nederlands staat hier net onder Deens. Waarschijnlijk is dit een overblijfsel van de alfabetische rangschikking op basis van de term ‘Dutch’.

Selecteer de taal om het audiobestand te interpreteren en start de opname.

Live-opname starten

Wil je rechtstreeks gesproken tekst transcriberen? Klik dan op de blauwe knop Opname starten. Hiermee opent rechts het deelvenster Transcribe. Laat het deelvenster open tijdens de opname. Je ziet in het midden een blauwe microfoonknop. Als je daarop klikt, kun je de opname pauzeren. Klik er opnieuw op om door te gaan. Je kunt zo vaak starten en stoppen als je zelf wilt. Ondertussen loopt een teller die aangeeft hoelang de opname bezig is.

In tegenstelling tot bij de dicteerfunctie wordt tekst die je uitspreekt nog niet automatisch in het geopende Word-document toegevoegd. Alle geluidsopnamen die je op deze manier maakt, worden opgeslagen als wav-bestanden in de cloud in de map Onedrive / Documenten / Geluidsopnamen. Ben je klaar, dan gebruik je de knop Nu opslaan en een transcriptie maken. Zodra het bestand is geüpload, gaat Word aan de slag met het converteren van de gesproken tekst naar geschreven woorden. Voor langere opnamen kan het transcriberen echt even duren.

Tijdens de opname loopt een teller die de duur aangeeft.

Transcriptie invoegen

Het resultaat krijg je te zien in de rechterbalk. Bovenaan staan de besturingsknoppen om de audio te beluisteren. Daaronder lees je de transcriptie. Is de tekst door dezelfde persoon ingesproken, dan lees je naast iedere tijdstempel Spreker 1.

Het transcript wordt opgeslagen en je kunt dit deelvenster sluiten en later teruggaan. Om de transcriptie in het Word-document in te sluiten klik je op de knop Toevoegen aan het document. Daarmee verschijnt er een keuzemenu met vier opties: Alleen tekst, Met sprekers, Met tijdcodes en Met tijdscodes en sprekers. Geef aan wat je nodig hebt. In het Word-bestand staat bovenaan een link naar het wav-bestand met de opname en daaronder komt de uitgeschreven versie. Helemaal rechts onderaan in de zijbalk staat de knop om een Nieuwe transcriptie te starten.

Er zijn vier manieren om de transcriptie in de Word-tekst toe te voegen.

Aandachtspunten

Transcriberen kan zelfs helpen om vergaderingen te notuleren. Als het om lange vergaderingen gaat, dan kun je de opname het beste vastleggen in onderdelen of agendapunten. Op die manier duurt het maken van de transcriptie niet te lang. Zorg vooral voor een goede microfoon. De kwaliteit van de audio is belangrijk om de transcriptie zo nauwkeurig mogelijk te maken. Wanneer het gaat om een vergadering in een grote ruimte, is een opname met de dictafoon van je mobiele toestel of je laptop niet van voldoende kwaliteit. Uiteraard kunnen ook verschillende dialecten de nauwkeurigheid van de transcriptie beïnvloeden. Microsoft zegt dat de audio-opname niet op haar servers wordt bewaard. Toch moet je uitkijken wanneer er privacygevoelige of vertrouwelijke onderwerpen worden besproken om die op te nemen en te transcriberen. Ten slotte moet je de transcriptie altijd nog controleren op fouten.

Voor de opname start, waarschuwt Microsoft dat je toestemming moet vragen van alle sprekers.

Opname inladen

De functie werkt ook met audio-opnamen die je vooraf hebt gemaakt met Windows Geluidsrecorder zoals we eerder hebben uitgelegd. Op die manier maak je rustig de opname om die achteraf thuis te verwerken. Nadat je in het tabblad Start de opdracht Dicteren / Transcriberen hebt gekozen, selecteer je eerst weer de taal en daarna gebruik je de knop Audio uploaden.

Voor de gelegenheid hebben we een dialoog opgenomen tussen twee personen. Opnieuw verschijnt het geluidsbestand bovenaan en de transcriptie in de zijbalk. Deze keer zie je duidelijk wat Spreker 1 heeft gezegd en hoe Spreker 2 heeft gereageerd. Om duidelijker te maken wie wat gezegd heeft, ga je met de muisaanwijzer over Spreker 1 en gebruik je het potloodje dat verschijnt. Op die manier wijzig je ‘Spreker 1’ bijvoorbeeld in de naam van deze persoon. Vink daarbij de optie Alles wijzigen Spreker 1 aan, zodat de aanpassing in de volledige transcriptie wordt uitgevoerd. Wanneer je met de muisaanwijzer over zo’n stukje tekst gaat, zie je niet alleen het potloodje, maar ook een plusteken. Door daarop te klikken voeg je dit stukje tekst toe aan het document zonder de link naar het audiofragment. Doorloop de tekst in de rechterbalk. Zitten er nog fouten in de tekst, dan kun je die daar corrigeren voordat je de inhoud toevoegt aan het openstaande Word-document.

Het is mogelijk om de aanduiding ‘Spreker 1’ en ‘Spreker 2’ te vervangen door namen of persoonsaanduidingen.

Transcriptie samenvatten

Heb je op deze manier een transcriptie gemaakt van een vergadering, dan kan dit behoorlijk uit de klauwen lopen. Om de tekst samen te vatten, zodat de lezer van dit verslag niet alles woordelijk moet verwerken, kun je een beroep doen op de AI van Copilot. Klik in het tabblad Start op de knop Copilot en voer een prompt in. Een prompt is een geschreven opdracht. Geef bijvoorbeeld als prompt: Dit document samenvatten. Klik op Enter en laat AI het werk doen.

Je kunt altijd Copilot inschakelen om een transcriptieverslag te laten samenvatten.

Watch on YouTube