ID.nl logo
Zo maak je een wifi-punt van je Raspberry Pi
© PXimport
Huis

Zo maak je een wifi-punt van je Raspberry Pi

Als je op zolder of in de tuin wifi nodig hebt en toevallig nog een Raspberry Pi hebt liggen, hoef je geen draadloos toegangspunt meer te kopen: je maakt dit gewoon zelf. Je installeert gewoon de software RaspAP op je Raspberry Pi en configureert het daarna eenvoudig via de ingebouwde webinterface. RaspAP is ook te combineren met een adblocker, vpn-server, Tor of een captive portal.

01 Raspberry Pi met wifi

Als je een Raspberry Pi over hebt, kun je daarmee een draadloos netwerk opzetten waarop je kunt verbinden. Daarbij maakt het niet zoveel uit over welk model van de Pi het gaat, al behaalt het nieuwste model, de Raspberry Pi 4, wel de hoogste prestaties. Je hebt uiteraard een wifi-chip nodig, dus je gebruikt of minimaal een Raspberry Pi 3 ofwel een ouder model dat je via een van de usb-poorten uitbreidt met een wifi-adapter zoals de Edimax EW-7811Un. Voor de eenvoud veronderstellen we dat je de Pi op je thuisnetwerk aansluit via een ethernetkabel.

©PXimport

02 Raspbian installeren

Daarna dien je Raspbian Buster Lite op je Pi te installeren.. Kort samengevat: download Raspbian Buster Lite, schrijf het image met balenaEtcher naar een micro-sd-kaart, schakel ssh in, start de Pi op en log met een ssh-client op je Pi in via het netwerk. Wijzig daarna het standaardwachtwoord en update alle pakketten. Daarna is je Pi klaar om er een draadloos toegangspunt van te maken.

©PXimport

Wifi-prestaties van de Pi

Er zijn belangrijke verschillen in wifi-prestaties tussen de verschillende Pi-modellen. De Raspberry Pi Zero W(H) en Raspberry Pi 3 ondersteunen 802.11n in de 2,4 GHz-band. Uit benchmarks van de Raspberry Pi Foundation blijkt dat die eerste een doorvoersnelheid van 25 Mbit/s haalt en die tweede 50 Mbit/s. De Raspberry Pi 3B+, 3A+ en 4B ondersteunen 802.11 b/g/n/ac, zowel in de 2,4GHz- als in de 5GHz-band. In die eerste band ligt de doorvoersnelheid van die modellen rond de 60 Mbit/s en in die tweede rond de 100 Mbit/s, met een uitschieter voor de Raspberry Pi 4B naar 114 Mbit/s.

©PXimport

03 Extra configuratie

Start in de terminal het configuratieprogramma van Raspbian met de opdracht sudo raspi-config, ga met de pijltjestoetsen naar 4 Localisation Options en druk op Enter. Kies daarna I4 Change Wi-fi Country en bevestig dan je land. Als je wilt dat de webinterface van RaspAP automatisch de taal van je webbrowser herkent als die op Nederlands ingesteld is, open je ook I1 Change Locale en vink je met de spatiebalk de utf-8-versie van je taal aan in de lijst, bijvoorbeeld nl_NL.UTF-8 voor Nederlands. Ga daarna met de tabtoets naar Ok en bevestig met Enter. De standaardtaal mag je in de volgende stap op en_GB.UTF-8 laten staan. Verlaat het programma tot slot met Finish.

©PXimport

04 RaspAP installeren

Download eerst het installatieprogramma van RaspAP met de opdracht wget -q https://git.io/voEUQ -O /tmp/raspap en voer het programma dan uit met bash /tmp/raspap. Bevestig met y en een druk op Enter dat je RaspAP wilt installeren. Je krijgt daarna te zien welke pakketten er geïnstalleerd worden: bevestig weer met y en Enter. Na de installatie krijg je nog enkele vragen over de configuratie: bevestig telkens met Enter om de aangeraden configuratie te kiezen. Helemaal op het einde krijg je de vraag om je Pi te herstarten: kies y en Enter om dat te doen.

©PXimport

05 Webinterface

Vanaf nu heb je de opdrachtregel niet meer nodig. Na de herstart is je draadloze toegangspunt actief met raspi-webgui als ssid en ChangeMe als wachtwoord. Verbind met dit draadloze netwerk: je krijgt dan een ip-adres toegekend en toegang tot internet via de ethernetinterface van de Pi. Bezoek dan het ip-adres 10.3.141.1 in je webbrowser. Log in op de webinterface met admin als gebruikersnaam en secret als wachtwoord. Je krijgt nu het dashboard te zien met wat statistieken over het toegangspunt, waaronder een lijst met verbonden toestellen met hun ip-adres en mac-adres.

©PXimport

06 Taal instellen

Als je taal onverwacht niet in het Nederlands staat, klik dan links op System en dan op het tabblad Language. Daar kun je handmatig je taal instellen. Sla je wijziging op en herlaad de pagina. Eventueel dien je je Pi te herstarten (dat kan in het tabblad System). Krijg je dan nog de interface in het Engels te zien, kijk dan na of je in stap 3 wel echt nl_NL.UTF-8 als taal hebt toegevoegd: zo merkten we dat RaspAP de taal nl_BE.UTF-8 niet als Nederlands herkende. Als je dit opgelost hebt, zie je alles in het Nederlands staan.

©PXimport

07 Hotspotinstellingen

Bekijk eerst de hotspotinstellingen. Klik daarvoor links op Configureer hotspot. In het eerste tabblad kun je het ssid, de draadloze modus en het kanaal veranderen (zie ook het kader ‘Welk wifi-kanaal kiezen?’). Kijk ook in het tabblad Geavanceerd na of de landcode daar wel correct staat. In het tabblad Beveiliging is er doorgaans geen reden om de standaardkeuzes WPA en TKIP te aanvaarden: kies voor de veiligere opties WPA2 en CCMP. Verander ook het wachtwoord ChangeMe. Sla je instellingen op en herstart daarna je Pi of klik (als je de webinterface niet via het wifi-netwerk van RaspAP bezoekt) op Stop hotspot en daarna Start hotspot.

©PXimport

08 Wachtwoord veranderen

Naast het wachtwoord voor je ssid dien je ook nog het wachtwoord voor de webinterface van RaspAP te veranderen. Dat doe je in Configureer authenticatie. Eventueel kun je ook de standaard gebruikersnaam admin veranderen. Maar het belangrijkste is dat je het standaardwachtwoord secret (dat je bij Oud wachtwoord invult) vervangt door een veiliger wachtwoord. Vul je nieuwe wachtwoord twee keer in en klik op Instellingen opslaan. Daarna vraagt de webinterface het nieuwe wachtwoord. Het is belangrijk dat zowel het ssid-wachtwoord als het wachtwoord van je webinterface sterk genoeg zijn, zodat onbevoegden geen toegang tot je netwerk en de configuratie van je hotspot hebben.

©PXimport

Welk wifi-kanaal kiezen?

Welk wifi-kanaal je voor RaspAP instelt, hangt voornamelijk af van welke kanalen er in je buurt al in gebruik zijn. Als meerdere draadloze netwerken van hetzelfde kanaal gebruikmaken, dan gaat dit vaak ten koste van de verbindingssnelheid. Op de 2,4GHz-band overlappen die kanalen bovendien, wat het nog problematischer maakt. De eerste stap is dus om te bekijken welke kanalen er al in gebruik zijn. Dat kan onder Android met een app zoals Wifi Analyzer, waarin je ook mooi de overlapping van de kanalen te zien krijgt. Kies voor RaspAP een kanaal dat zo min mogelijk overlapt met de andere netwerken.

09 Verbindingsproblemen oplossen

Als het je niet lukt om op je wifi-toegangspunt te verbinden, ga dan naar Configureer hotspot / Geavanceerd en schakel de optie Logboek uitvoer in. Klik op Instellingen opslaan en herstart de hotspot met Stop hotspot en daarna Start hotspot. Daarna krijg je in het tabblad Logfile logs te zien die je op de oorzaak van je problemen kunnen wijzen. Zoek voor een oplossing naar de foutmelding die je te zien krijgt in Google of op de GitHub-pagina van RaspAP.

©PXimport

10 Dhcp-server instellen

RaspAP draait een dhcp-server op de draadloze interface, die je via het menu Configureer DHCP server kunt instellen. Standaard deelt die ip-adressen uit van 10.3.141.50 tot 10.3.141.255, maar dat kun je veranderen. In het tabblad Clienten lijst krijg je te zien welke dhpc-leases geconfigureerd zijn. In Static Leases configureer je vaste ip-adressen. Je vult dan het mac-adres van een apparaat in en het ip-adres dat het toegekend moet krijgen. Klik daarna op Voeg toe en dan Instellingen opslaan. Dat is vooral handig als je op een van de via wifi aangesloten apparaten een server wilt draaien of met een firewall op basis van het ip-adres specifiek netwerkverkeer al dan niet wilt toestaan.

©PXimport

11 Draadloos in plaats van ethernet

Je kunt met RaspAP ook een draadloos toegangspunt opzetten op een plaats waar je geen ethernetaansluiting hebt. Je dient dan een tweede wifi-interface via usb aan te sluiten op je Raspberry Pi, die je dan in plaats van een ethernetkabel gebruikt om met je router te verbinden. Open eerst het configuratiebestand van RaspAP met sudo nano /var/www/html/includes/config.php en verander in de regel define('RASPI_WIFI_CLIENT_INTERFACE', 'wlan0'); wlan0 door wlan1. Sla je wijziging op met Ctrl+O en sluit nano af met Ctrl+X. Open dan met nano het bestand /etc/dhcpcd.conf en voeg helemaal op het einde de regel nohook wpa_supplicant toe en plaats een hekje (#) vooraan de regel static routers=10.3.141.1. Voer daarna de opdracht sudo systemctl restart hostapd.service uit.

©PXimport

Https

Standaard draait de webinterface van RaspAP op http, niet op het versleutelde https. Op de wiki van het project vind je hoe je https-ondersteuning activeert. In het kort komt het hier op neer: je draait je eigen lokale certificaatautoriteit (CA), maakt een certificaat voor RaspAP aan en ondertekent dat. Daarna configureer je lighttpd, de door RaspAP gebruikte webserver, zodat die je certificaat gebruikt voor versleutelde communicatie met de webinterface. Tot slot moet je ook op elk apparaat waarmee je de webinterface wilt bezoeken het rootcertificaat (van je eigen certificaatautoriteit) downloaden zodat het certificaat van RaspAP vertrouwd wordt en in je webbrowser een groen slotje krijgt.

©PXimport

12 Wifi-client configureren

Klik daarna in de webinterface van RaspAP links op Configureer WiFi apparaat en rechts op Herscan. Kies het draadloze netwerk dat voor RaspAP als toegang tot je thuisnetwerk dient. Vul het wachtwoord bij het juiste netwerk in en klik op Add en daarna op Connect. Schakel daarna in Configureer hotspot / Geavanceerd de WiFi client AP mode in, klik op Instellingen opslaan en herstart de hotspot. Overigens is dit een stap waarin je tegen wat problemen kunt aanlopen. Als er iets niet lukt, kijk dan eens bij de issues op de GitHub-pagina van RaspAP of iemand een vergelijkbaar probleem heeft gehad en dat heeft opgelost.

©PXimport

13 RaspAP upgraden

RaspAP is nog volop ontwikkeling. Regelmatig upgraden naar de nieuwste versie is daarom aangeraden. Helaas gaat dat (nog) niet via de webinterface en dien je daarvoor enkele opdrachten in te typen. Zoek eerst op wat de nieuwste versie is, en of die nieuwer is dan het versienummer dat je linksboven in de webinterface van RaspAP te zien krijgt. Voer daarna de volgende opdrachten op je Pi uit: ga naar de juiste directory met cd /var/www/html, download de laatste broncode met sudo git fetch --tags en installeer daarna de gewenste versie met (bijvoorbeeld voor versie 1.6.1) sudo git checkout tags/1.6.1.

©PXimport

14 RaspAP verwijderen

Als je RaspAP als een tijdelijke oplossing hebt gebruikt, wil je het programma achteraf wellicht verwijderen. Gelukkig levert RaspAP een de-installatiescript mee dat niet alleen alle sporen van het programma zelf verwijdert, maar ook je systeemconfiguratiebestanden terugzet naar de versies waarvan RaspAP tijdens zijn installatie een kopie heeft gemaakt. Het gaat dan onder andere om de configuratie van je netwerkinterfaces, dns en dhcp. Ga daarvoor naar de juiste map met cd /var/www/html/installers en voer het script uit met ./uninstall.sh.

©PXimport

Extra diensten integreren

RaspAP kun je nog uitbreiden met extra diensten. Helaas is de integratie daarvan nog niet helemaal af, zodat je op dit gebied zelf nog wat configuratiewerk dient te doen. Maar op de wiki en in de issues van de GitHub-pagina vind je hier extra informatie over. Zo kun je een OpenVPN-client integreren, zodat alle clients die met je toegangspunt verbinden via een specifieke vpn-server surfen. Je kunt Tor op je Pi installeren, zodat alle wifi-clients automatisch via het Tor-netwerk anoniem surfen. En ook de adblocker Pi-hole kun je laten samenwerken met RaspAP om automatisch advertenties te blokkeren bij alle verbonden wifi-clients.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Review Motorola Edge 60 Pro – AI werpt z’n schaduw
© Wesley Akkerman
Huis

Review Motorola Edge 60 Pro – AI werpt z’n schaduw

De laatste paar maanden verschijnen er steeds potentere midrange smartphones. Nu zit je met de Motorola Edge 60 Pro wel aan de bovenste kant van die markt, maar dat neemt niet weg dat je nog steeds veel waar voor je geld kunt krijgen.

Oké
Conclusie

Hoewel de Motorola Edge 60 Pro op hardwarevlak lekker scoort met zijn krachtige processor, uitstekende accuduur en een over het algemeen goed display, wordt de algehele gebruikerservaring onderuit geschoffeld door de software. Waar Motorola voorheen uitblonk met een relatief schone Android-ervaring, stelt de Edge 60 Pro teleur met een toename aan vooraf geïnstalleerde apps en een AI-integratie die nog niet volwassen is en de Nederlandse taal mist.

Plus- en minpunten
  • Prachtig p-oledscherm
  • Uitmuntende accuduur
  • Relatief snel op te laden
  • Potente processor
  • Prima game-smartphone
  • Veel nadruk op AI
  • AI werkt niet volledig in het Nederlands
  • Sommige functies vereisen een abonnement
  • Veel dataverzameling
  • Camera's met wisselende kwaliteit
  • Beeldstabilisatie

De Motorola Edge 60 Pro ligt in de winkels voor een adviesprijs van 599,99 euro. Voor dat geld krijg je een royale 12 GB werkgeheugen en 512 GB opslagruimte – een uitstekende deal dus. De prijs is gelijk gebleven aan die van zijn voorganger, maar onder de motorkap is er wel het nodige veranderd. De nieuwe Edge heeft een snellere processor, een krachtiger accu, een volledig vernieuwd camerasysteem en – opvallend – een flinke upgrade van het oplaadvermogen.

Net als eerdere modellen is de Edge 60 Pro slank, licht en compact, met een luxe uitstraling dankzij de aflopende schermranden. Met een gewicht van 186 gram ligt het toestel prettig in de hand. De achterkant is bekleed met veganistisch leer, wat niet alleen zorgt voor extra grip, maar ook voorkomt dat je last hebt van vingerafdrukken. En met zowel een IP68- als IP69-certificering is de smartphone uitstekend bestand tegen water en stof.

©Wesley Akkerman

Duurzaam en prachtig display

Terwijl veel andere fabrikanten de gebogen schermranden inmiddels links laten liggen, gaat Motorola er juist vol voor. Het geeft de Edge 60 Pro een premium uitstraling, maar brengt ook een klein nadeel met zich mee: in fel licht kunnen de randen reflecteren, iets waar je bij een plat scherm geen last van hebt. Storend is het niet direct, maar het valt wel op. Gelukkig maakt het p-oledscherm veel goed. Kleuren spatten van het display, het contrast is uitstekend en content kijken is dan ook een genot.

De vingerafdrukscanner zit netjes in het scherm verwerkt en reageert snel. Het display zelf biedt een scherpe resolutie van 2712 bij 1220 pixels en een verversingssnelheid tot 120 Hertz, wat zorgt voor soepele beelden. Ook de helderheid is dik in orde, zelfs op zonnige dagen. Mooi meegenomen is de keuze voor het stevige Gorilla Glass 7i aan de voorkant, een krasbestendige laag die tegen een stootje kan en het scherm goed beschermt bij dagelijks gebruik.

©Wesley Akkerman

Capabele processor voor gaming

De Motorola Edge 60 Pro draait op de Mediatek Dimensity 8350 Extreme, en dat is een flinke stap vooruit ten opzichte van de Edge 50 Pro. Vooral voor wie graag games op zijn smartphone speelt, is dit goed nieuws. Maar ook bij alledaags gebruik – van appen en mailen tot bellen, browsen en foto's maken – draait het toestel soepel. Tijdens het testen zijn we geen haperingen, vertragingen of andere storende zaken tegengekomen.

Ben je van plan om te gamen op de Edge 60 Pro, houd er dan wel rekening mee dat het toestel bij intensief gebruik warm kan worden. Dat gebeurt niet snel, maar bij grafisch zware 3D-games kan de temperatuur merkbaar oplopen, wat de prestaties wel iets kan beïnvloeden. De meeste casual games draaien probleemloos, maar bij zwaardere titels uit de Play Store speel je doorgaans op medium instellingen. Dat is niet ongebruikelijk in deze prijsklasse, en het toestel houdt zich daar prima staande.

©Wesley Akkerman

Meer energie, iets langere laadtijd

Een van de grootste veranderingen ten opzichte van het vorige model is de accu. Die heeft nu een indrukwekkende capaciteit van 6000 mAh, terwijl de voorganger met 4500 mAh al prima presteerde. Met de Edge 60 Pro haal je moeiteloos het einde van dag twee, zelfs als je af en toe een potje gamet. Die extra accuduur komt echter met een kleine keerzijde: de oplaadsnelheid is verlaagd van 125 naar 90 watt. Nog steeds snel, maar wel een stapje terug.

In de praktijk merk je daar weinig van. Tenzij je de Edge 60 Pro direct naast zijn voorganger legt, zul je het verschil nauwelijks opmerken. Opladen van 0 naar 100 procent duurt minder dan 50 minuten, en met een halfuurtje zit je vaak al rond de 75 procent. Draadloos laden is wél flink afgeremd: dat gaat nu met maximaal 15 watt, terwijl dat bij het vorige model nog 50 watt was. Een duidelijke concessie, al zal het voor veel gebruikers geen breekpunt zijn.

©Wesley Akkerman

De software was altijd zo goed…

Op softwaregebied heeft Motorola een aantal veranderingen doorgevoerd die niet voor iedereen positief zullen uitpakken. Zo staan er nu meer vooraf geïnstalleerde apps op het toestel, en is er een nieuwe AI-omgeving toegevoegd, ontwikkeld in samenwerking met Perplexity AI. Net als bij de Nothing Phone 3a krijg je daar via een aparte knop snel toegang toe. Daarmee kun je bijvoorbeeld meldingen laten samenvatten of informatie opvragen.

Leuk in theorie, maar in de praktijk werkt dat nog niet met alle apps. Toch zitten er handige functies tussen: zo kun je de assistent vragen om iets voor je te onthouden, zoals een foto of screenshot, die je later eenvoudig kunt terugvinden. Een duidelijke beperking is echter dat deze AI-functies alleen in het Engels werken. En hoewel we in Nederland vaak prima overweg kunnen met die taal, gaat dat ongetwijfeld ten koste van de toegankelijkheid voor sommige gebruikers.

©Wesley Akkerman

50x

Veel AI-opties

Een andere nieuwe functie is Playlist Studio. Daarmee kun je een afspeellijst laten samenstellen op basis van je eigen prompt. Klinkt veelbelovend, maar er zit een flinke beperking aan: het werkt alleen met Amazon Music, en dan ook nog uitsluitend als je een actief abonnement hebt. Daardoor zal deze functie voor veel gebruikers nauwelijks bruikbaar zijn. Image Studio – eveneens in samenwerking met Perplexity – is wél geslaagd. Hiermee maak je eenvoudig achtergronden, stickers en andere visuals, precies zoals je zou verwachten.

Daarnaast kun je rekenen op de kracht van Google Gemini, die je activeert door de powerknop ingedrukt te houden. Daarmee stel je vragen of geef je opdrachten, net als bij Google Assistant. Ook Circle to Search is aanwezig, een handige manier om snel informatie op te vragen over elementen uit foto's of screenshots. De nieuwe Moto AI-knop aan de linkerkant van het toestel is speciaal bedoeld voor deze AI-functies, maar is helaas niet aanpasbaar. Zonde, vooral voor wie weinig gebruikmaakt van Motorola's eigen AI-platform.

3x

2x

Veel dataverzameling

Opvallend is dat Motorola twee verschillende nieuwsoverzichten in zijn software-omgeving aanbiedt. Veeg je op het thuisscherm naar rechts, dan verschijnt de vertrouwde Google-feed – al kun je die eventueel uitschakelen. Daarnaast is er binnen het app-overzicht nóg een nieuwsoverzicht, afkomstig van een andere aanbieder. Het maakt duidelijk dat er veel gebeurt op het gebied van dataverzameling en -verwerking. Dat is op zich niets nieuws, maar Motorola zet het nu opvallend zichtbaar neer.

De Edge 60 Pro draait op Android 15 en krijgt drie jaar lang software-upgrades en vier jaar beveiligingsupdates. Daarmee loopt Motorola duidelijk achter op merken als Samsung en Google, die ruimere termijnen hanteren. Volgens Motorola sluit dit beleid echter aan op het werkelijke gebruik van hun toestellen. Intern onderzoek zou uitwijzen dat gebruikers hier tevreden mee zijn – reden genoeg voor het bedrijf om daar niets aan te veranderen. Toch voelt het als een gemiste kans: het drukt de langetermijnwaarde van een verder prima smartphone.

1x

0,5x

Solide camera’s, maar…

Het camerasysteem van de Motorola Edge 60 Pro levert over het algemeen degelijke fotoprestaties. De hoofdcamera heeft een resolutie van 50 megapixel, net als de ultragroothoeklens die ook dienstdoet als macrocamera. Daarnaast is er een telelens van 10 megapixel, goed voor 3x optische zoom en tot 50 keer digitale zoom. Aan de voorkant vind je een selfiecamera van eveneens 50 megapixel, met een lichtsensor die zorgt voor betere belichting en witbalans.

De lenzen produceren heldere, scherpe foto's, en dankzij de samenwerking met Pantone ogen kleuren meestal natuurlijk en accuraat, ook bij beweging of in lastige lichtomstandigheden. De HDR-prestaties zijn sterk, met veel detail in zowel lichte als donkere delen. Een minpunt is de neiging tot overbewerking: sommige foto's worden te sterk verscherpt, waardoor ze kunstmatig aanvoelen. Dat doet wat denken aan de beeldverwerking van sommige Samsung-toestellen.

0,5x

1x

Problemen in het donker

De hoofdcamera doet het prima bij daglicht, maar zodra het donker wordt, levert hij zichtbaar in op scherpte en detail. De ultragroothoeklens schiet bij goed licht acceptabele foto's, al vertaalt de sensor-upgrade zich niet altijd in betere beeldkwaliteit. In situaties met weinig licht vallen de prestaties flink tegen. De grootste tegenvaller is de telelens. Door de kleine sensor heeft die moeite met helderheid en dynamisch bereik, en de digitale zoom kun je sowieso beter links laten liggen.

De selfiecamera scoort daarentegen wél punten, met realistische huidtinten en scherpe beelden. Het bokeh-effect – waarbij de achtergrond onscherp wordt – is wisselend, en ook kun je kleurverschillen opmerken tussen de verschillende lenzen. Het zwakste punt van de Edge 60 Pro is echter de videokwaliteit. De beeldstabilisatie schiet tekort, waardoor video's al snel schokkerig aanvoelen. Onbruikbaar is het niet, maar op dit prijsniveau had Motorola meer mogen bieden.

2x

3x

Motorola Edge 60 Pro kopen?

De Motorola Edge 60 Pro scoort op hardwarevlak overtuigend, met een krachtige processor, een indrukwekkende accuduur en een helder, prettig scherm. Toch wordt de gebruikerservaring flink geremd door de software. Waar Motorola vroeger bekendstond om zijn schone Android-ervaring, oogt de Edge 60 Pro rommeliger dan ooit. De hoeveelheid voorgeïnstalleerde apps is toegenomen, en de AI-integratie voelt onaf – zeker omdat ondersteuning voor de Nederlandse taal ontbreekt.

De niet-aanpasbare AI-knop, de dubbele nieuwsfeeds met bijbehorende dataverzameling en het magere updatebeleid van drie jaar werpen een flinke schaduw over de solide hardwarebasis. Deze softwarematige concessies zorgen ervoor dat het toestel niet de verfijnde, toegankelijke ervaring biedt die je van Motorola zou verwachten. Zonder alle onvolwassen AI-toeters en bellen – en ondanks de wisselende camerakwaliteit – hadden we de Edge 60 Pro met gemak kunnen aanraden. Maar nu blijft er vooral een gevoel van gemiste kansen hangen.

▼ Volgende artikel
Weg met die waas: zo maak je de ruit van je oven of magnetron schoon
© AK | ID.nl
Huis

Weg met die waas: zo maak je de ruit van je oven of magnetron schoon

Een oven wordt flink heet tijdens het gebruik, en ook in een magnetron met grill- of ovenfunctie kan de temperatuur behoorlijk oplopen. Daardoor verdampt vet of spettert eten sneller tegen de binnenkant van de deur. Zelfs bij een gewone magnetron kunnen spetters en condens zich ophopen op het ruitje. Na een tijdje is het glas zo vettig of bruin dat je nauwelijks nog naar binnen kunt kijken. Niet gevaarlijk, wél vervelend. Gelukkig is het schoonmaken van die ruit minder lastig dan je denkt!

Dit artikel in het kort:

  • Hoe ontstaat die aanslag eigenlijk?
  • Wat heb je nodig?
  • Stap voor stap schoonmaken
  • Let op bij zelfreinigende ovens
  • Wat moet je níet doen?
  • En daarna? Zo houd je het ruitje schoon

Lees ook: Magnetron kopen? Dit is waar je op moet letten

Hoe ontstaat die vettige aanslag eigenlijk?

Tijdens het verwarmen van eten verdampt vet. In een oven branden die vetdruppeltjes langzaam in op het glas, zeker bij temperaturen boven de 180 graden. Ook etensresten die over de rand borrelen of spetteren kunnen tegen het ruitje aankomen. In een magnetron gebeurt min of meer hetzelfde, al speelt condens daar ook een rol. Het resultaat is een doffe waas die met alleen een vaatdoekje niet meer weggaat.

Wat heb je nodig?

Met een paar alledaagse schoonmaakmiddelen kun je die bruine aanslag al te lijf gaan:

🞐 Warm water
🞐 Scheutje afwasmiddel
🞐 Zachte doek (liefst microvezel)
🞐 Oude tandenborstel
🞐 Klein beetje baking soda
🞐 Schoonmaakazijn of citroensap
🞐 Eventueel een plastic schrapertje (géén metaal)

Let op: laat de oven of magnetron altijd goed afkoelen voor je begint.

Stap voor stap schoonmaken

Begin met de buitenkant van de ruit. Maak een lauwwarm sopje met afwasmiddel en veeg het glas schoon met een microvezeldoek. Hardnekkige plekken? Maak een dik papje van baking soda en een beetje water. Smeer dit op de vlekken en laat het tien minuten zitten. Daarna veeg je het eenvoudig weg met een vochtige doek.

Voor de binnenkant helpt het om vet eerst los te weken. Maak een doek nat met heet water en een flinke scheut azijn of citroensap. Houd deze een paar minuten tegen de binnenkant van het ruitje aan – of leg de doek er voorzichtig op, als dat lukt. De warmte en het zuur helpen om het vet los te weken. Gebruik daarna een tandenborstel om voorzichtig langs de randjes te schrobben.

Sommige ovens hebben een dubbele glasplaat. In veel gevallen kun je die losmaken om ook daar tussen schoon te maken. Kijk hiervoor in de handleiding van je oven: vaak zitten er klemmetjes of schroeven aan de bovenrand van de ovendeur. Wees voorzichtig en zorg dat je alles stevig terugplaatst.

©Андрей Журавлев

Let op bij zelfreinigende ovens

Heb je een zelfreinigende oven? Dan werkt het schoonmaken net even anders. Sommige ovens hebben een pyrolysefunctie: hierbij wordt de oven verhit tot zo'n 500 graden, waardoor vet en vuil veranderen in as. Dat kun je daarna eenvoudig opvegen met een doek. Andere modellen gebruiken katalyse of stoomreiniging. In al deze gevallen geldt: gebruik géén agressieve middelen op de wanden of het glas, want daarmee kun je de speciale coating beschadigen.

Ook belangrijk: de ruit kan tijdens zo'n reinigingsprogramma flink heet worden. Wacht dus altijd tot de oven volledig is afgekoeld voor je eraan begint. En poets het glas alleen met zachte doeken en neutrale middelen, zoals lauw water met een druppeltje afwasmiddel. Baking soda of citroen kun je in dit geval beter vermijden, tenzij je zeker weet dat jouw oven geen speciale coating heeft.

Wat moet je níet doen?

Gebruik geen schuursponsjes of staalwol. Ook ovenreiniger en agressieve sprays zijn geen goed idee op glas: ze kunnen het ruitje beschadigen of dof maken. Gebruik bij voorkeur ook geen mesjes of metalen schrapers – hoe verleidelijk dat soms ook is. Krassen zijn snel gemaakt en vrijwel niet meer weg te werken.

En daarna? Zo houd je het ruitje schoon

Veeg de ruit na elk gebruik even kort na met een vochtige doek, vooral als je ziet dat er gespetterd is. Dat kost je amper tijd en voorkomt dat vuil zich opbouwt. Gebruik je ovenschalen die kunnen overkoken? Zet er een lekbak onder. En voor magnetrons werkt een eenvoudig spatdekseltje echt verrassend goed – die vangt het meeste op.