ID.nl logo
Zo gaat usb-c de toekomst veranderen
© PXimport
Huis

Zo gaat usb-c de toekomst veranderen

Na jaren gebruik te hebben gemaakt van verschillende usb-standaarden, stapt de elektronica-industrie sinds 2015 over op usb-c. Het bekende platte, rechthoekige stekkertje verdwijnt. Usb-c is een universele aansluiting die zijn voorgangers gaat vervangen, en tal van voordelen biedt... Maar de overstap op usb-c blijkt ook een mindere kant te kennen. Tijd voor een uitgebreide blik op deze connector van de toekomst.

De usb (universal serial bus) is misschien wel de bekendste aansluiting die er op elektronica te vinden is. Versie 1.0 werd al in 1996 geïntroduceerd, in de jaren erna gevolgd door 2.0, 3.0 en 3.1. Het USB-IF (Implementers Forum) is verantwoordelijk voor die usb-standaarden, en presenteerde versie 3.1 in 2013. De verschillen met 3.0 zijn groot. De 3.1-standaard verdubbelt de maximale overdrachtssnelheid tot 10 Gbit/s, heeft een verbeterde encodeermethode waardoor de foutcorrectie in bits met bijna een kwart daalt, kan dataprotocollen mengen en laat het maximale geleverde vermogen stijgen naar 100 W.

©PXimport

Usb-c als nieuwste aanwinst

Tegelijk met usb 3.1 kondigde het USB-IF usb-c aan. Dat klinkt misschien als hetzelfde, maar is het zeker niet. Usb 3.1 is een standaard, terwijl usb-c enkel een connector (zonder standaard) is. De aansluiting maakt wel gebruik van usb 3.1 en bijbehorende voordelen ten opzichte van vorige usb-versies.

Usb 1 tot en met 3.1 zijn er in twee types: A en B. Type-A is de grote usb-connector die onder andere op je computer, toetsenbord en externe harde schijf zit, terwijl Type-B gebruikt wordt voor mobiele apparatuur. Je hebt mini-usb en micro-usb, waarvan die laatste op veel smartphones te vinden is. Usb Type-A en -B moeten bij elke nieuwe versie (bijvoorbeeld van 3.0 naar 3.1) compatibel te zijn met oudere versies, maar usb-c is dat niet. Het is een compleet nieuwe aansluiting die zo compact is dat er geen mini- of micro-varianten nodig zijn. En omdat de connector aan beide kanten van de usb-kabel kan zitten, kan hij Type-A en -B helemaal vervangen. Dat gaat natuurlijk niet van de ene op de andere dag, en daarom zijn adapters voorlopig een noodzakelijk accessoire. Ze maken usb-c compatibel met de oudere usb-versies op apparatuur als externe harde schijven.

Iedereen aan boord

Praktisch alle relevante elektronicabedrijven hebben zich bij usb-c aangesloten. Het zijn er ruim zevenhonderd, waaronder grote namen als Apple, Samsung, Microsoft en Intel. Maar ook pc-fabrikanten als HP, ASUS en Dell doen mee. Dat is een belangrijke reden dat usb-c twee jaar na de release al op relatief veel consumentenelektronica gebruikt wordt: de belangrijke spelers zijn aan boord. De acceptatie van usb-c gaat zo veel sneller dan van vorige standaarden.

©PXimport

Usb-verwarring

Om terug te komen op de usb 3.1-standaard: die is er in twee varianten. De eerste en oudste versie is usb 3.1 gen1, met een datasnelheid van 5 Gbit/s. Het nieuwere usb 3.1 gen2 verdubbelt die datasnelheid naar 10 Gbit/s. Usb 3.1 gen1 is dus praktisch hetzelfde als usb 3.0, wat nogal verwarrend is. Usb-c, dat gebruikmaakt van de usb 3.1-standaard, is dan ook in gen1 en gen2 op apparatuur te vinden. Het eerste apparaat dat usb-c voor de massa beschikbaar maakte, is de Apple MacBook (12 inch) uit 2015. Die heeft gen1-functies, terwijl latere producten veelal overstapten op gen2.

Een groot pluspunt van usb-c is dat de connector omkeerbaar is. Het maakt dus niet uit hoe je de kabel in je laptop, smartphone of ander apparatuur steekt: hij past altijd omdat er geen boven of onder is. Een tweede pluspunt is dat de usb-c-connector aan beide kanten van de usb-kabel kan, en dat is nieuw voor usb. Apple’s eigen Lightning-aansluiting, alweer vijf jaar geleden geïntroduceerd, was de eerste omkeerbare connector voor mobiele apparatuur. Apple liep op dat vlak dus jaren voor op usb, maar besloot om de standaard voor zichzelf te houden. Usb-c is open en is en blijft de industriestandaard, en komt dus veel breder beschikbaar. Usb-kabels met een Type-C-connector aan beide kanten blijken verschillende voordelen te hebben. Eén is dat apparaten met usb-c-poorten elkaar kunnen opladen. Verbind je een Google Pixel-laptop met een Apple MacBook via een usb-c-kabel, dan laadt eerstgenoemde de Macbook op. Door technische keuzes van Apple is dat andersom dan weer niet mogelijk. Terwijl je in theorie je laptop zou kunnen opladen van je smartphonebatterij - los van de vraag of dat praktisch is.

©PXimport

De strijd van een Google-technicus

Sinds de commerciële introductie van usb-c zijn er veel gevaarlijke accessoires uitgebracht, die niet goed werken met consumentenelektronica of het zelfs beschadigen. Google-technicus Benson Leung werd daar zo boos van dat hij zijn usb-c-kennis inzette om foutieve producten onder de aandacht te brengen. In 2015 begon hij met het testen van usb-c-apparaten en -accessoires, waarbij hij op sociale media en Amazon aangaf of je het product veilig kunt kopen of niet. Leung’s strijd kreeg steeds meer aandacht, en Amazon begon op basis van zijn oordelen gevaarlijke producten te weren. Pas echt bekend werd Leung toen hij eind 2015 fel uithaalde naar OnePlus, dat de usb-c-standaardregels overtrad door een usb-c-naar-micro-usb-Type-B-adapter met een te hoge stroomdoorvoer uit te brengen. Een usb-c-kabel bleek eveneens gevaarlijk voor niet-OnePlus-apparaten. OnePlus bekende schuld en gaf kopers van de accessoires hun geld terug, maar beklemtoonde dat ze veilig te gebruiken zijn met de OnePlus-telefoon.

©PXimport

Protococktail

Een usb-c-eigenschap die vrijwel alle fabrikanten wél respecteren, is de ondersteuning om meerdere protocollen te mengen. Usb-c is een krachtige connector die meerdere taken tegelijk kan uitvoeren. Een voorbeeld: verbind een Macbook met een usb-c-kabel aan een 4K-scherm, en de monitor laadt de laptop op terwijl hij beeld doorstuurt. Sluit je een hub aan op de usb-c-poort dan blijkt er nog veel meer (tegelijk) mogelijk. Zo’n hub kan de laptop via usb-c verbinden met de monitor (via MHL, Displayport of HDMI), de laptop opladen en hem verbinden met een usb-stick, externe harde schijf en een draadloos toetsenbord en muis. Allemaal via één poort, al moet je dus wel een hub hebben. Maar ook zonder hub biedt usb-c veel meer mogelijkheden dan vroegere usb-versies en beeldkabels. Als al je apparatuur straks gebruikmaakt van usb-c, heb je dus veel minder (en verschillende) kabels nodig om deze met elkaar te verbinden.

©PXimport

3,5mm-poort geslachtofferd

Niet alleen oudere usb-connectoren moeten usb-c vrezen, ook de 3,5mm-aansluiting wordt slachtoffer van de nieuwe connector. De vertrouwde en stokoude analoge poort was jarenlang op alle mobiele apparatuur te vinden, maar sinds vorig jaar schrapt een groeiend aantal fabrikanten hem van bijvoorbeeld smartphones. Smartphones met een usb-c-poort welteverstaan, want de connector kan de 3,5mm-poort vervangen en biedt diverse voordelen. Zo is de aansluiting dunner (en kan een telefoon dus ook dunner worden), biedt hij digitale en dus betere geluidskwaliteit en kan hij meerdere dingen tegelijk. Denk aan het afspelen van hoge kwaliteit muziek en ondertussen je hartslag (gemeten door de aangesloten oordopjes) doorgeven aan je fitnessapp.

Nog geen usb-c op de iPhone

Terwijl Apple-computers sinds 2015 gebruikmaken van usb-c, is de aansluiting nog niet te vinden op mobiele apparatuur als de iPhone en iPad. Die zijn voorzien van Apple’s zelfontwikkelde (dichtgetimmerde) Lightning-poort en daar lijkt de fabrikant voorlopig aan vast te houden. De nieuwe iPhones, die in september uitkomen, zouden geen usb-c- maar ‘gewoon’ een Lightning-connector hebben. Waarom is officieel niet bekend, maar één van de redenen zou zijn dat Apple veel geld verdient aan de verkoop van MFi (Lightning)-kabels. Een accessoirefabrikant moet een licentie bij Apple afnemen voordat het een kabel ‘Made For iPhone’ mag noemen. Zo’n verplichting is er bij usb-c niet: elk bedrijf mag usb-c-kabels maken en verkopen, en licenties zijn er vrijwel niet. Kortom: als iOS-producten over zouden stappen op usb-c, heeft Apple geen eigen, exclusieve aansluiting meer in handen en wordt het voor accessoirefabrikanten minder interessant om een dure licentie af te nemen. Wellicht kan Europese regelgeving deze iMelkkoe slachten: smartphones moeten immers opgeladen kunnen worden met dezelfde aansluiting. Een adapter is onvoldoende. Aan deze regelgeving wordt echter nog altijd geen gehoord gegeven.

Thunderbolt 3.0

Thunderbolt is ontwikkeld door Intel, en moet gezien worden als de grootste concurrent voor de usb-standaard. Een grote bedreiging is het echter niet, maar daar zou verandering in komen met Thunderbolt 3.0 (onthuld in juni 2015). De aansluiting verruilt de minidisplayport van oudere versies voor usb-c. Net als usb 3.1 kan Thunderbolt 3.0 maximaal 100 W vermogen leveren, maar de overdrachtssnelheid ligt met 40 Gbit/s vier keer zo hoog. Thunderbolt 3.0 is bijna twee jaar na aankondiging nog maar weinig aanwezig op consumentenelektronica, deels omdat het implementeren op een moederbord (van bijvoorbeeld een computer) relatief duur is. Daarnaast werken ook niet alle usb-c-kabels met Thunderbolt, omdat er stroomdoorvoer moet plaatsvinden in de kabel. Fabrikanten zijn er vrij in om die functie toe te voegen om hun kabel geavanceerder te maken.

Dark side

Het vrije gebruik van usb-c klinkt als iets moois, maar heeft ook een schaduwkant. Fabrikanten kunnen de connector naar eigen ‘smaak’ aanpassen, en er zijn er genoeg die zich niet aan de standaardregels van usb-c houden. Dat gebeurt in de meeste gevallen bewust en kan het product van een fabrikant beter doen lijken, terwijl het in werkelijkheid nadelig is voor de consument. Een usb-c-accessoire blijkt door aanpassingen aan bijvoorbeeld de stroomdoorvoer slecht of zelfs niet te werken met producten van andere merken, en dat is niet de bedoeling van usb-c. Producten kunnen daarom tegenvallen, en zijn soms zelfs gevaarlijk. Het is vaak genoeg gebeurd dat foutieve usb-c-accessoires consumentenelektronica onherstelbaar beschadigden. In de meeste gevallen ging het om goedkope producten van onbekende fabrikanten, die via allerlei verkoopkanalen opereren. Reden voor de grote webwinkel Amazon om begin 2016 zijn voorwaarden te updaten, en doelbewust gevaarlijke usb-c-apparaten uit de digitale schappen te weren. Met succes, maar er blijven nog ontelbare (web)winkels over waar bedrijven willens en wetens foutieve usb-c-producten aanbieden.

©PXimport

Autoriteit USB-IF

Verantwoordelijk zijn voor de usb-standaarden brengt veel kwesties met zich mee, zo ervaart het USB-IF. Al jaren probeert de organisatie fabrikanten van bepaalde zaken te overtuigen, maar er lijkt sprake van een autoriteitsprobleem. Een voorbeeld: bij de introductie van usb 3.0 stelde het USB-IF voor om de aansluiting blauw te maken, onder meer op computers. Dat moest het voor de consument duidelijk te maken dat het om een usb3.0-poort gaat en niet om een zwarte usb2.0-aansluiting. Het voorstel werd door fabrikanten als Dell genegeerd, waarna het USB-IF bij usb 3.1 maar geen kleuradvies uitbracht. Bedrijven kozen vervolgens zelf kleuren, waaronder blauw en rood.

©PXimport

One usb to rule them all

Usb-c is de connector die oudere usb-versies gaat vervangen, dat moge duidelijk zijn. De relatief nieuwe connector is compacter dan zijn voorgangers, omkeerbaar en biedt hogere overdrachtssnelheden. Daarnaast kan usb-c protocollen mengen om bijvoorbeeld een monitor van stroom te voorzien en tegelijkertijd beeld aan te sturen, en is de maximale vermogen dat geleverd kan worden verder opgeschroefd, zodat ook grote elektronica als laptops op kunnen laden via een usb-kabel. Als je al deze voordelen bekijkt, is het geen wonder dat vrijwel de hele elektronica-industrie zich achter usb-c heeft geschaard. Er zijn de afgelopen jaren dan ook al heel wat usb-c-apparaten en -accessoires uitgebracht, en dat zullen er alleen maar meer worden.

©PXimport

Kritiek op USB-IF

Maar usb-c is niet vrij van nadelen, nog niet althans. Het USB-IF mist de autoriteit om fabrikanten de connector eensgezind te laten gebruiken, en wordt bekritiseerd over de (te) ruime richtlijnen die bedrijven mogen hanteren bij het maken van usb-c-producten. Doordat de standaardregels nog weleens overtreden werden en worden, werken niet alle usb-c-apparaten en -accessoires goed samen en zijn sommige zelfs gevaarlijk voor je elektronica.

De usb-c-aansluiting is van de buitenkant één standaard, maar verschillen in onder meer het vermogen zorgen ervoor dat de connector nog niet zo universeel is als gehoopt. Desondanks lijkt het toekomstbeeld bepaald: we gaan de aankomende jaren allemaal in zee met usb-c. Steeds meer consumentenelektronica maakt gebruik van de aansluiting en totdat alles en iedereen over is, zijn we aangewezen op de vele soorten adapters die usb-c verbindt met oudere usb-versies. Dat hoort bij het overgangstijdperk, zullen we maar zeggen.

Opladen via usb-c verschilt

Het opladen via usb kan volgens de 3.1-standaard tot een vermogen van 100 W, maar dat wil niet zeggen dat het in de praktijk zo eenvoudig gaat. Het USB-IF heeft namelijk vijf verschillende oplaadprofielen opgesteld, en enkel het vijfde profiel voldoet aan de eis om met 60 W of 100 W op te laden. Daarvoor heb je een geschikte lader én kabel nodig. Bepalen of de lader en kabel genoeg vermogen kunnen doorvoeren is lastig, doordat die informatie vaak niet op de accessoires staat. Een kwestie van uitproberen en hopen op geluk, dus.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 vriezers met een grote inhoud van minstens 100 liter
© andov
Huis

Waar voor je geld: 5 vriezers met een grote inhoud van minstens 100 liter

Bij ID.nl zijn we dol op kwaliteitsproducten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt. Een paar keer per week speuren we daarom binnen een bepaald thema naar zulke deals. Met een aparte vriezer kun je extra veel eten invriezen en voor langere tijd bewaren. Wij zochten vier vrijstaande vriezers voor je met een inhoud van minstens 100 liter.

Bij een koelkast is het vriesvak meestal beperkt van formaat. Kies je voor een losse vriezer, dan heb je veel meer ruimte. Modellen met meer dan 100 liter zijn geen uitzondering. Wij hebben vijf stuks voor je gevonden met flink wat ruimte.

Whirlpool W55ZM 112 W 2 N

De Whirlpool heeft een netto inhoud van 103 liter. Met een hoogte van 83,8 cm is het apparaat geschikt voor plaatsing onder een aanrechtblad. De vriezer beschikt over twee transparante lades en een vriesvak met klep. De draairichting van de deur is omkeerbaar, waardoor de vriezer flexibel te plaatsen is. De W55ZM heeft een invriescapaciteit van 4,5 kg per 24 uur en een bewaartijd bij stroomuitval van 16 uur. De vriezer behoort tot klimaatklasse SN-T, wat betekent dat hij goed functioneert bij omgevingstemperaturen tussen +10°C en +43°C, maar niet geschikt is voor onverwarmde ruimtes als een schuur of garage. Gezien het formaat is hij ook eerder geschikt voor plaatsing in de keuken.

Jaarlijks energieverbruik: 170 kWh
Netto inhoud: 103 liter
Bewaartijd bij stroomuitval:
16 uur
Geschikt voor schuur of garage
: Nee

Bosch GSN29VLEP 

Deze vrieskast heeft een royale inhoud van 200 liter en is afgewerkt in een roestvrijstalen look, waardoor hij er strak uitziet in elke keuken. Binnenin vind je vier handige, doorzichtige vrieslades, waaronder een extra ruime BigBox-lade voor grotere producten zoals pizza's of diepvriesgroenten. Dankzij de Supervriezen-functie worden nieuwe etenswaren snel ingevroren. Bij een eventuele stroomuitval hoef je je geen zorgen te maken: de vriezer houdt je producten tot wel 25 uur op de juiste temperatuur.

Jaarlijks energieverbruik: 221 kWh
Netto inhoud: 200 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 25 uur
Geschikt voor schuur of garage: Nee

Inventum VR1420

De Inventum VR1420 is een vrijstaande vrieskast met een netto inhoud van 160 liter. Hij beschikt over drie transparante lades en twee vriesvakken met kleppen. De draairichting van de deur is omkeerbaar, waardoor de vriezer flexibel te plaatsen is. Met een invriesvermogen van 7,2 kg per 24 uur en een bewaartijd bij stroomuitval van 9 uur biedt de VR1420 betrouwbare prestaties. Het geluidsniveau bedraagt 42 dB, wat als normaal wordt beschouwd voor dit type apparaat. De vriezer is geschikt voor plaatsing in ruimtes met temperaturen tot -10°C, zoals een garage. Het energielabel van de VR1420 is E, met een jaarlijks energieverbruik van 235 kWh.

Jaarlijks energieverbruik: 235 kWh
Netto inhoud: 160 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 9 uur
Geschikt voor schuur of garage: Ja

Beko RFNE448E45W

Deze Beko heeft een netto inhoud van maar liefst 404 liter. Met een hoogte van 192 cm, een breedte van 70 cm en een diepte van 77 cm biedt deze vriezer dus ruime opslagmogelijkheden. Het apparaat heeft acht transparante vrieslades, waaronder een ruime lade voor het opslaan van grotere producten. De draairichting van de deur kan aangepast worden aan de plaatsingsruimte. Bij stroomuitval blijft de temperatuur tot 30 uur op een veilig niveau. Deze vriezer is echter niet geschikt voor de schuur of garage. Wel heeft deze vriezer een iets zuiniger energielabel dan de meeste apparaten die hier besproken zijn, namelijk D.

Jaarlijks energieverbruik: 233 kWh
Netto inhoud: 404 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 30 uur
Geschikt voor schuur of garage: Nee

AEG OAG7M281EX

De AEG OAG7M281EX is een vrijstaande vrieskast uit de 7000-serie met een netto inhoud van 278 liter. Dankzij de NoFrost-technologie hoef je nooit meer handmatig te ontdooien. De MultiFlow-luchtcirculatie zorgt voor een stabiele temperatuur en luchtvochtigheid in de hele vriezer, wat de kwaliteit van je voedsel beschermt. De vriezer is uitgerust met vijf transparante lades en twee uitneembare glazen legplanken, wat flexibiliteit biedt bij het opbergen van grotere items. Dankzij de elektronische bediening met LED-indicatie kun je de temperatuur en andere instellingen precies regelen. De invriescapaciteit bedraagt 13 kilogram per 24 uur, ruim voldoende om ook na een grote boodschappenronde alles snel in te vriezen.

Jaarlijks energieverbruik: 248 kWh
Netto inhoud: 278 liter
Bewaartijd bij stroomuitval: 15 uur
Geschikt voor schuur of garage: Nee

▼ Volgende artikel
Review JBL Tour One M3 – Zeer complete hoofdtelefoon
© Rens Blom
Huis

Review JBL Tour One M3 – Zeer complete hoofdtelefoon

De JBL Tour One M3 is een over-ear-hoofdtelefoon met ANC-modus, waarin hij zoveel mogelijk omgevingsgeluiden minimaliseert om jou rustig te laten luisteren naar muziek of een podcast. JBL voorziet de hoofdtelefoon van nog veel meer functies. In deze review lees je onze ervaringen met de JBL Tour One M3 na drie weken intensief gebruik.

Uitstekend
Conclusie

De JBL Tour One M3 biedt premium draagcomfort, een uitstekende accuduur en krachtig geluid in een strak jasje. De ANC-modus werkt effectief, maar moet verschillende andere hoofdtelefoons voor zich dulden. Tot slot de Smart Tx: een slim ontworpen gadget waar de een veel plezier aan gaat beleven, en waar een ander geen behoefte aan heeft. Goed dat JBL de Tour One M3 met en zonder Smart Tx aanbiedt, voor een prijs vanaf 350 euro. Een stevige prijs, maar een gerechtvaardigde prijs naar onze mening.

Plus- en minpunten
  • Prettig, vouwbaar ontwerp
  • Geluidskwaliteit
  • Veel functies
  • Optionele Smart Tx-gadget kan echt nuttig zijn
  • ANC-modus is goed maar moet sommige concurrenten voor zich dulden

JBL heeft voor velen een wat stoerder imago, onder andere door de focus op krachtige luidsprekers en oordopjes en marketing gericht op een jongere doelgroep. Daar horen ook speciale hoofdtelefoons bij. De Tour One M3 is wat dat betreft een minder typisch JBL-product, want deze luxe hoofdtelefoon past qua adviesprijs (350 euro), uitstraling en functies meer bij mensen die in alle rust willen genieten. Bijvoorbeeld in de trein of in het vliegtuig. Ja, de Tour One M3 is zeker interessant voor (zaken)reizigers. Een domein waar traditioneel vooral Bose en Sony sterk in zijn.

Ontwerp en draagcomfort

De JBL Tour One M3 oogt zakelijk in zijn blauwe (getest), zwarte of zandachtige kleur en valt prettig over onze oren heen. De hoofdband is zacht en irriteert niet na een paar uur luisteren. We krijgen dan wel wat warme oren. Je kunt de bluetooth-hoofdtelefoon opvouwen. De knoppen op de schelpen voor de bediening vergen wat gewenning om op de tast te vinden, maar werken naar behoren.

©Rens Blom

Ook de meegeleverde opbergdoos is strak, sterk gebouwd en geeft een premium gevoel. In de doos zitten genoeg kabels om de hoofdtelefoon bekabeld te gebruiken, ook in het vliegtuig. Een usb-c-oplaadkabel is uiteraard ook aanwezig.

©Rens Blom

Geluidskwaliteit en ANC-modus

Heel belangrijk aan een dure hoofdtelefoon is de geluidskwaliteit. We vallen met de deur in huis: die is heel goed bij de JBL Tour One M3. De hoofdtelefoon klinkt krachtig, duidelijk en best ruimtelijk. Altijd knap aangezien de oorschelpen over je oren heen vallen en het geluid dus heel duidelijk je oren in gaat.

Wat we ook fijn vinden is dat JBL geen extra nadruk legt op de bas, iets dat het merk wel doet bij producten die meer op jongeren gericht zijn. Podcasts klinken ook lekker realistisch.

We zijn ook fan van de uitgebreide equalizer in de JBL Headphones-app die je op je smartphone kunt installeren. Wie raad weet met een equalizer, kan lekker pingelen in de app om de geluidskwaliteit van de Tour One M3 meer naar eigen hand te zetten.

©Rens Blom

De app van JBL biedt heel veel functies.

De ANC-modus is effectief in het onderdrukken van omgevingsgeluiden, vooral repetitieve geluiden als vliegtuigmotoren (wanneer we in het vliegtuig zitten) of voorbijrazende auto's (als we op circa dertig meter van een drukkere weg wandelen). We merken echter ook dat de Sonos Ace en Sony WH-1000XM5 nog beter zijn in het minimaliseren van niet-repetitieve geluiden, zoals luid pratende mensen achter je in het vliegtuig, joelende kinderen in de trein of knisperende verpakkingen in een kantoortuin. Met de JBL Tour One M3 op horen we dergelijke geluiden meer dan met de twee andere genoemde hoofdtelefoons. Voor onze volgende langere vlieg- en treinreizen kiezen we daarom liever voor een van die andere modellen. Niet omdat de accuduur van de Tour One M3 tegenvalt – die is ruim voldoende – maar vanwege de demping van omgevingsgeluid.

©Rens Blom

Accuduur

Over die accuduur gesproken: de Tour One M3 gaat zeker 35 uur mee bij het luisteren naar muziek met de ANC-modus aan. Zonder ANC komen daar nog tientallen uren bij. Opladen doet de hoofdtelefoon snel via zijn usb-c-poort. Vijf minuten opladen is goed voor ruim drie uur muziek luisteren.

Smart Tx is interessante gadget

Dan nog even over de Smart Tx, het kleine rechthoekige apparaatje dat werkt met de hoofdtelefoon. De Smart Tx heeft een accu die in de praktijk meerdere werkdagen meegaat, of langer als je de hoofdtelefoon minder vaak gebruikt. Op het aanraakgevoelige schermpje van de gadget zie je nuttige informatie over het gebruik van de hoofdtelefoon en je muziek. Je kunt ook allerlei instellingen veranderen. Met deze gadget binnen handbereik hoef je de JBL-app op je smartphone eigenlijk niet te openen.

©Rens Blom

Maar de gadget kan – gelukkig – meer. Je kunt 'm namelijk bekabeld via usb aansluiten op vele typen audiobronnen, van een computer en televisie tot het inflight-entertainmentsysteem in het vliegtuig. Na het koppelen en aanzetten van de Smart TX maakt deze automatisch verbinding met je Tour One M3 en stuurt het geluid draadloos door. Zo kun je dus een film kijken op het vliegtuigschermpje zonder dat je per ongeluk de kabel uit je hoofdtelefoon trekt als je je dekentje lekker warm om je benen vouwt.

©Rens Blom

Ook noemenswaardig is dat de Smart Tx ondersteuning biedt voor Auracast, een relatief nieuwe bluetooth-functionaliteit waarmee je geluid van één apparaat kunt streamen naar meerdere ondersteunde hoofdtelefoons, oordopjes en luidsprekers. JBL zet al langer in op Auracast, wat de Smart Tx-gadget extra nuttig maakt voor wie al andere moderne JBL-producten gebruikt.

Spreken de functies van de Smart Tx je niet aan? Je kunt de Tour One M3 los kopen voor een adviesprijs van 349 euro of in combinatie met de Smart Tx voor 399 euro. Fijn dat JBL je niet verplicht laat betalen voor een gadget die je misschien niet hoeft.

©Rens Blom

Conclusie: JBL Tour One M3 kopen?

De JBL Tour One M3 biedt premium draagcomfort, een uitstekende accuduur en krachtig geluid in een strak jasje. De ANC-modus werkt effectief, maar moet verschillende andere hoofdtelefoons voor zich dulden. Tot slot de Smart Tx: een slim ontworpen gadget waar de een veel plezier aan gaat beleven, en waar een ander geen behoefte aan heeft. Goed dat JBL de Tour One M3 met en zonder Smart Tx aanbiedt, voor een prijs vanaf 350 euro. Een stevige prijs, maar een gerechtvaardigde prijs naar onze mening.