ID.nl logo
Zo bouw je je eigen 'mesh-netwerk’
© PXimport
Huis

Zo bouw je je eigen 'mesh-netwerk’

Overal snelle wifi is een van de belangrijke eisen die we stellen aan onze woonomgeving. Met de komst van mesh- of multiroom-wifisystemen beloven de routerfabrikanten dit nu ook echt te leveren, maar daarvoor vragen ze wel de hoofdprijs. Met wat oude routers kun je zonder die kosten te maken een vergelijkbaar goed wifi-netwerk bouwen.

Mesh-wifiis de belangrijkste innovatie in het thuisnetwerk van de laatste jaren. Kenmerkend voor mesh is dat het niet uitgaat van één centrale router die vanaf één plek in huis overal de wifi levert, maar dat er meerdere accesspoints worden gebruikt. Die accesspoints vormen samen een groot draadloos netwerk dat ook goede ontvangst biedt op plekken waar de gewone wifi niet komt. Doordat de losse accesspoints slim met elkaar samenwerken, kan de gebruiker zich bovendien vrij binnen het netwerk verplaatsen zonder dat zijn smartphone of laptop de verbinding verliest.

©PXimport

01 Geen kabels

Een ander kenmerk van mesh-wifi is dat er geen netwerkkabels nodig zijn, aansluiten op het stopcontact is voldoende. Anders dan traditionele wifi gebruikt mesh-wifi namelijk behalve voor de communicatie tussen draadloze apparaten en het accesspoint ook voor de communicatie tussen de accesspoints zelf een draadloze verbinding. Routerfabrikanten noemen de verbinding tussen de accesspoints de backhaul en deze is bepalend voor de stabiliteit en snelheid van het mesh-systeem. Omdat ook een draadloze backhaul gevoelig is voor signaalverlies door muren, plafonds en de wifi van de buren, bieden sommige mesh-wifisystemen de mogelijkheid om de accesspoints toch met een netwerkkabel aan te sluiten.

©PXimport

Een leuk klusje

Woon je in een huis waar bij de bouw geen rekening is gehouden met het hebben van een thuisnetwerk, dan lijkt mesh-wifi die geen kabels nodig heeft een goede keuze. En hoewel het alsnog aanleggen van netwerkbekabeling een flinke uitdaging kan zijn, is het een eenmalige operatie die een echt veel beter thuisnetwerk oplevert. Zeker wanneer je huis een kruipruimte heeft en een centrale kolom waar de meeste kabels en buizen doorheen lopen, dan kun je vaak door een gericht aantal gaten te boren in muren en vloeren, overal bedrade netwerkverbindingen krijgen.

©PXimport

02 Zelfbouw-mesh

Wil je de wifi upgraden, maar vind je de kosten van een mesh-wifisysteem te hoog, dan kun je met wat met oude routers een vergelijkbaar systeem te bouwen. Dit hoeven ook niet de beste en allerduurste routers te zijn, maar ondersteuning van de 5Ghz-band en 802.11n of nieuwer heeft wel de voorkeur. De routers hoeven ook niet van hetzelfde merk of model te zijn, ze worden apart van elkaar in gebruik genomen. Begin ermee de router te resetten naar fabrieksinstellingen. Hoe dit moet, verschilt per merk en soms per model, maar staat altijd beschreven in de handleiding op de site van de routerfabrikant. Verbind daarna de wan-poort van de router met een van de lan-poorten op de router van de internetprovider en schakel de eerste in. Sluit dan een pc of laptop aan op een van de lan-poorten van de router die je zojuist gereset hebt en wacht tot de verbinding is opgekomen. Start een opdrachtprompt door in Windows op Start te klikken. Typ dan cmd en druk op Enter. Typ op de prompt het commando ipconfig en druk op Enter. Noteer het ip-adres dat genoemd wordt als Default Gateway en typ dit in de adresbalk van de webbrowser en druk opnieuw op Enter. Log in op de router met het standaardgebruikersnaam en wachtwoord, zoek het onderdeel Firmware en download en installeer de nieuwste firmware op de router.

©PXimport

03 Heatmap

De extra routers gaan gebruikt worden als extra accesspoints in het thuisnetwerk. Ze moeten ervoor zorgen dat het signaal ook komt op plekken waar de wifi-ontvangst nu onvoldoende is. Het aantal benodigde routers wordt bepaald door het aantal plekken in en om het huis met slechte wifi. Wil je dit echt goed in beeld brengen, maak dan een heatmap. Dat is een grafische weergave van de ruimte, zeg het huis en de tuin, met daarbij aangegeven hoe sterk het draadloos netwerk overal is. Dit kan heel uitgebreid met de betaalde versie van NetSpot (Windows, Mac) maar je kunt ook op één of enkele A4’tjes een plattegrond tekenen en daar de plekken met slechte of juist goede wifi intekenen.

Weet je niet precies waar de wifi beter moet, loop dan rond met een programma dat de kracht van de wifi inzichtelijk maakt, zoals WiFi Man of Net Analyzer. Voor de pc zijn er WiFi Analyzer uit de Windows Store en Acrylic WiFi, net als de gratis versie van het net genoemde NetSpot (Windows én Mac). Deze apps geven allemaal de sterkte van het wifi-signaal en door rond te lopen zie je hoe het overal verschilt. Let wel, de sterkte van wifi wordt gemeten in decibel-milliwatt (dBm). Dit getal is altijd negatief en hoe dichter bij nul, hoe sterker het signaal. Waarden lager dan -75 dBm gelden als slecht.

©PXimport

04 Router als accesspoint

Steeds meer routers bieden behalve de mogelijkheid het apparaat echt als router te gebruiken, ook ondersteuning voor gebruik als repeater of accesspoint. Vooral de laatste modus, waarbij de router via een netwerkkabel aangesloten wordt op het bestaande netwerk en daarna als een echt accesspoint werkt, is erg handig bij het bouwen van een eigen mesh-wifinetwerk. Selecteer als de router deze mogelijkheid ondersteunt, Access Point (AP) mode en klik op Apply. Configureer in de volgende schermen of je het accesspoint een vast ip-adres wilt geven of dat je dat automatisch via dhcp wilt laten gebeuren. Kies je voor vast, geef dan ook subnetmasker, default gateway en de ip-adressen van twee dns-servers (meestal het ip-adres van de router van de internetprovider en bijvoorbeeld 8.8.8.8 voor een van de Google DNS-en). Om te beginnen is dhcp vaak de goede optie, aanpassen kan later altijd nog. Opletten is het bij de Wireless Settings, gebruik hier dezelfde ssid en dezelfde beveiligingsopties en sleutel als bij het netwerk dat je met het accesspoint wilt uitbreiden. Na de laatste Apply zal de verbinding met de router wegvallen, omdat deze niet meer als router werkt en nu onderdeel is van het oorspronkelijke thuisnetwerk. Wanneer je nu inlogt op de webinterface van het accesspoint zul je zien dat alle wan-, firewall- en routerfuncties zijn verdwenen. Duidelijk zichtbaar is dat de router in AP-modus draait. Je kunt de router nu afsluiten en verplaatsen naar de plek in huis waar je het extra accesspoint wilt plaatsen om er het wifi-signaal te verbeteren. Sluit het daar aan op het lichtnet en het thuisnetwerk en alle apparaten die nu het nieuwe accesspoint gebruiken, zullen een veel betere en snellere verbinding hebben.

©PXimport

05 Router als repeater

Is het niet mogelijk de extra router met een netwerkkabel aan te sluiten, gebruik dan de repeater-modus. De router functioneert ook dan als een accesspoint, maar gebruikt zelf ook het draadloze netwerk om zich met het netwerk te verbinden. De repeater-router en de apparaten die via hem verbinding maken met het draadloos netwerk en het internet delen dus de bandbreedte van het draadloos netwerk van de repeater. Het voordeel hiervan is dat de router doorgaans een sterkere antenne heeft dan smartphones en tablets. Die kunnen de sterkere verbinding van de repeater-router als een soort verlengstuk van hun eigen draadloos signaal gebruiken. Net als bij het inschakelen van de accesspoint-modus schakelt de router de firewall, de dhcp-server en alle bijbehorende routerfunctionaliteit uit.

Om de router als repeater te gebruiken zoek je in de webinterface naar de Repeater Modus. Selecteer die en klik op Apply. In een van de volgende stappen moet ook het draadloze netwerk worden geselecteerd waarmee de router zichzelf daarna gaat verbinden en waarmee alle apparaten die aansluiten op de router, ook verbinding maken. Om de router aan te sluiten is het wachtwoord van de betreffende wifi eenmalig nodig.

©PXimport

06 Router handmatig als accesspoint

Biedt de router geen specifieke accesspoint- of repeater-modus, dan is het nog steeds mogelijk deze als extra accesspoint in te zetten. Alleen zul je nu zelf de router zo moeten configureren dat dit werkt. Hiervoor bestaan er twee varianten, een makkelijk en een moeilijkere. Voor de eerste is vereist dat wanneer de router niet via de wan-poort met het netwerk wordt verbonden, maar de verbinding met de internetrouter wordt aangesloten op een van de lan-poorten van de router, deze direct als een switch gaat werken. Vanwege het grote verschil in moeilijkheidsgraad en aantal handelingen is het aan te raden dit eerst te proberen.

Sluit de pc aan op een van de lan-poorten van de router en maak verbinding met de webinterface. Login en configureer het draadloze netwerk met een ssid, encryptie en een wachtwoord. Schakel ook de dhcp-server van de router uit en geef de router een vast ip-adres in de range van je normale router. Bevestig de veranderingen in de configuratie van de router en schakel deze uit. Sluit de router vervolgens via één van de lan-poorten aan op je thuisnetwerk. Schakel daarna de router weer in. Zolang je niet de wan-poort gebruikt, zal de router nu als een switch handelen die onderdeel is van het thuisnetwerk, en de wifi maakt er meteen een extra accesspoint van. De webinterface kun je als het goed is bereiken via het vaste ip-adres dat je hebt ingesteld. Lukt het niet, dan kun je de router eventueel resetten en de methode in de volgende stap proberen.

07 De lastige methode

Vaak is het niet mogelijk de routerfunctie uit te schakelen. Wat wel mogelijk is, is de router via de wan-poort met het thuisnetwerk te verbinden. Op de router configureer je dan een ander netwerk met een andere ip-reeks en dhcp-server dan het bestaande thuisnetwerk. Daarna kun je de wifi configureren zoals de al bestaande wifi. Je zult de onnodige functionaliteit van de router moeten uitschakelen en de voor zijn nieuwe rol benodigde opties configureren. Sluit de extra router via de wan-poort aan, schakel hem in en wacht tot hij operationeel is. Log dan in op de webinterface van de router en configureer voor de lan een ander netwerk dan op de lan van de internetrouter (vaak gebeurt dat al automatisch). Pas ook de dhcp-server hierop aan. Configureer daarna het draadloze netwerk met dezelfde opties als op de internetrouter of eventuele andere accesspoints. De tweede router bouwt dan een eigen netwerk op dat via de internetrouter met het internet is verbonden. Gebruik hiervoor de instellingen in het volgende schema.

©PXimport

08 De wifi-keuze

Bij een wifi-mesh-wifisysteem gebruiken alle accesspoints dezelfde ssid en beveiligingsopties voor het draadloze netwerk. Je kunt vervolgens dankzij het samenwerken van de accesspoints vrij binnen het hele netwerk bewegen zonder de verbinding te verliezen. Bij een zelfbouw-mesh-netwerk is dit veel minder het geval, doordat het eigenlijk niet één netwerk is maar verschillende losse netwerken zijn. Om de werking van een echt mesh-netwerk zoveel mogelijk na te bootsen, kun je ervoor kiezen de naam van het netwerk plus alle beveiligingsopties op alle apparaten hetzelfde in te stellen. Dus overal dezelfde ssid, dezelfde wpa2-versleuteling en dezelfde geheime netwerksleutel. Of het werkt met de eigen smartphones, tablets en notebooks moet je testen.

Werkt het vrij bewegen niet, dan kun je de verbinding verbreken en weer opbouwen op de nieuwe zitplek. Dan zal het apparaat wel het beste signaal kiezen. Een andere optie is om op de extra accesspoints en repeaters een andere ssid te gebruiken. Je hoeft dan geen ander netwerkwachtwoord te onthouden, maar kunt wel heel bewust voor de verbinding met wifi_huiskamer en wifi_zolder kiezen. Minder gebruiksvriendelijk, maar soms wel de betere manier van roamen.

©PXimport

09 Kanalen kiezen

Met meerdere wifi-netwerken zo dicht bijeen, is het belangrijk dat ze elkaar niet verstoren. Dit kun je voorkomen of beperken door binnen de wifi-band van elkaar gescheiden kanalen te gebruiken. De 2,4GHz-band heeft elf kanalen waarop de wifi geconfigureerd kan worden. Omdat de kanalen elkaar overlappen, zijn alleen de kanalen 1, 6 en 11 echt vrij van invloed van anderen. Door de wifi-netwerken van de verschillende accesspoints op deze gescheiden kanalen te zetten voorkom je dat bijvoorbeeld het ene accesspoint niet kan zenden als het andere accesspoint aan het zenden is. Dit heet Co-Channel Interference (CCI). In de 5GHz-band zijn er 23 niet-overlappende kanalen. Afhankelijk van de standaard worden er hier enkele van gecombineerd tot een breder kanaal. Het grote aantal kanalen geeft voldoende vrijheid. Controleer op de router of deze automatisch de kanalen indeelt afhankelijk van de andere wifi-netwerken in de buurt. Zo niet, log dan in op de router, het accesspoint of de repeater en kies een of enkele rustige kanalen voor het eigen netwerk. Met de gratis versie van NetSpot (Windows, Mac) kun je de kanalen overzichtelijk op het beeldscherm toveren.

©PXimport

10 Roaming assistent

Sommige routers bieden in de accesspoint- of repeater-modus een extra functie genaamd ‘roaming assistant’. Deze functie beoogt het probleem op te lossen dat een smartphone of tablet een zwakkere verbinding blijft gebruiken en niet overstapt naar een sterker signaal van een router die dichterbij is. De router gebruikt hiervoor de Received Signal Strength Indicator (RSSI). Dit is een schatting van de router van de kwaliteit van de draadloze verbinding met een apparaat in het netwerk. Zakt deze onder een bepaalde waarde, dan is er volgens de router geen goede netwerkverbinding mogelijk en zal deze de verbinding verbreken. Met de Roaming Assistent schakel je deze functionaliteit in én kun je ook nog de grenswaarde opgeven waaronder de router de verbinding verbreekt. De waarde loopt van 0 tot -120, waarbij 0 een beter signaal is dan -120. Een RSSI-waarde van -70 is het over het algemeen prima om verbindingen die te zwak worden af te sluiten en het apparaat ertoe te bewegen een nieuwe verbinding op te zetten met het dan sterkste signaal.

©PXimport

Minder dan echte mesh

Een goede wifi die overal in en om het huis de gebruikers van voldoende bandbreedte voorziet om online alles te doen wat ze willen, is een grote bijdrage aan het woongenot. Lange tijd is geprobeerd dit met één router te regelen, maar voor veel situaties blijkt die oplossing onvoldoende. Een oplossing met meerdere accesspoints biedt als belangrijke voordeel dat je op plekken waar het signaal te zwak is, een extra accesspoint kunt plaatsen. Dat fabrikanten hierop inspelen door complete wifi-mesh-systemen aan te bieden is logisch, maar helemaal noodzakelijk is een dergelijk systeem niet. Met een paar oude routers valt ook een goede oplossing met meer en betere dekking te bouwen. Helemaal zo goed als een echt mesh-wifi wordt het helaas niet, vrij bewegen tussen alle accesspoints blijkt voor deze oplossing toch nog een brug te ver. Wie ook dat wil, is beter af met een echt mesh-wifisysteem.

2,4 versus 5 GHz

Niet alleen de locatie van de router geeft beperkingen, ook voor de door de router gebruikte radiotechniek geldt dit. Routers op basis van de 802.11n of een eerdere standaard gebruiken vooral de 2,4GHz-band. Deze heeft maar een beperkte frequentieruimte, wat betekent dat de zelfs de theoretisch maximaal bereikbare snelheid laag ligt. En dat terwijl de kans op storende invloed van andere wifi-netwerken, zoals van de buren, juist groter is. De 5GHz-band die eigenlijk pas sinds 802.11ac volop wordt gebruikt, is sneller maar heeft een veel kleiner bereik. Het signaal dringt ook nog eens veel minder goed door muren en plafonds dan de langzamere signalen van de 2,4GHz-band. Schrale troost bij dit laatste, de kans dat de wifi van de buren stoort is bij een 5GHz-signaal wel weer kleiner.

What a mesh?

Hoewel nieuw in het thuisnetwerk, bestaat mesh als netwerktopologie al heel lang. Het is een van vele gangbare patronen waarlangs een netwerk ingericht kan worden. Kenmerkend voor de mesh-inrichting is dat het bestaat uit meerdere knooppunten die allemaal met elkaar kunnen communiceren. Die communicatie kan direct van het ene knooppunt naar de andere, maar wanneer die andere te ver weg is, ook via een tussenliggend knooppunt. De benodigde verbindingen worden gebouwd naar behoefte. Het voordeel hiervan is dat er grote afstanden kunnen worden overbrugd en het netwerk zeer betrouwbaar wordt. Netwerktechnisch is de routering ingewikkelder. Ook moet de informatie tussen de nodes gesynchroniseerd worden om het effectief te houden. Heel anders dan de mesh-inrichting is de ster-topologie. Hierbij is er één centrale node die alle verbindingen onderhoudt. De nodes in het netwerk communiceren niet rechtstreeks met elkaar, maar altijd via de centrale node. Het voordeel is dat het eenvoudiger te configureren is en energiezuiniger. Nadelen zijn dat het geen grote afstanden kan overbruggen en kwetsbaarder is voor verstoringen. Om de verwarring te vergroten, zijn er ook mesh-wifisystemen te koop die niet meshen, maar waar elke node alleen verbinding kan maken met de hoofdnode. Dat zijn dus mesh-systemen die een ster-topologie onderhouden.

▼ Volgende artikel
Solo of toch combi? Dit moet je weten als je een inbouw-magnetron zoekt
© Monkey Business Images
Huis

Solo of toch combi? Dit moet je weten als je een inbouw-magnetron zoekt

Houd je van een strakke keuken? Dan is inbouwapparatuur een logische keuze. Wil je een magnetron, dan sta je voor de keuze: ga je voor een combi-magnetron die meer kan dan alleen opwarmen, of volstaat een simpele solo-magnetron? Het antwoord hangt vooral af van hoe je kookt, maar natuurlijk ook van hoeveel ruimte je hebt. Meer daarover lees je hier.

Inbouw-magnetron kopen? Dit komt er kijken bij je keuze ⬇️
  • Dit kun je met een combi-magnetron
  • Dit kun je met een solo-magnetron
  • Inbouwmaten: nishoogte, nisbreedte en nisdiepte
  • Installatie en aansluiting
  • Keuzehulp: zes scenario's

Lees ook: Inbouwapparatuur in je keuken? Zo meet je alles precies goed op

Er zijn twee dingen belangrijk bij het kiezen van een inbouw-magnetron. We kijken daarom eerst naar de mogelijkheden van combi- en solomagnetrons, daarna zoomen we in op alles wat je moet weten over inbouwmaten.

Wat kun je met een combi-magnetron?

Met een combi-magnetron kun je meer dan alleen restjes opwarmen of iets ontdooien. Dit type combineert een gewone magnetronfunctie met hetelucht én vaak ook een grillstand. Dat betekent dat je er bijvoorbeeld ook een ovenschotel in kunt bakken of een pizza knapperig krijgt.

Zo'n alleskunner is vooral handig als je maar één nis in je keuken hebt voor een inbouwmodel. Of als je het gewoon prettig vindt om zo min mogelijk spullen in je keuken te hebben, maar wel van alles wilt kunnen bereiden. Het is daarbij wel goed om te weten dat de grillfunctie in een combi-magnetron meestal wat minder krachtig is dan die in een losse oven. Voor het braden van grote stukken vlees of regelmatig bakken van taarten en koekjes ben je waarschijnlijk beter af met een aparte inbouw-oven.

Wat doet een solo-magnetron (en wat niet)?

Een solo-magnetron is eenvoudiger, compacter en goedkoper. Geen oven, geen grill, gewoon een magnetronfunctie. We hebben het dan over snel iets opwarmen of ontdooien. De bediening is vaak simpel: een draaiknop, een paar standen en klaar. Heb je al een oven of kook je niet zo uitgebreid? Dan heb je aan een solo-magnetron voldoende.

©Sergey

Inbouwmaten: hoogte, breedte en diepte

Bij inbouwmodellen draait het niet alleen om functies, maar ook om afmetingen. De standaard nishoogte ligt meestal op 38 of 45 centimeter. Solo-magnetrons vallen vaak in de categorie van 38 cm, terwijl combi-magnetrons meestal 45 cm hoog zijn. Heb je een keuken met een vaste kolomindeling, dan bepaalt dit vaak al welk type je kwijt kunt.

De nisbreedte is vrijwel altijd 56 centimeter, ongeacht het type magnetron. Dat betekent dat de kast waarin je de magnetron plaatst, deze breedte moet bieden. De exacte maat kan per model een paar millimeter verschillen, dus het is slim om altijd de inbouwtekening van het toestel erbij te pakken vóór je tot aanschaf overgaat.

Voor de nisdiepte bestaat er geen vaste standaard. De meeste modellen vragen om een nis van zo'n 55 centimeter diep, maar er zijn ook compactere varianten die in een minder diepe kast passen. Ook hier geldt: kijk naar de technische tekeningen van het specifieke model om zeker te weten of het past. Vergeet bovendien niet te controleren of er rondom voldoende ventilatieruimte blijft – vooral bij combi-magnetrons is dat belangrijk.

Kom je er niet uit? Laat je goed voorlichten bij je keukenspecialist. Het zou toch heel vervelend zijn als je een magnetron zou kopen die net niet goed blijkt te passen!

©Dmitri Maruta

Installatie en aansluiting

Voor beide types heb je meestal genoeg aan een geaard stopcontact. Maar let op: combi-magnetrons hebben een hoger vermogen, vooral als de oven en grill tegelijk werken. Een combi-magnetron kan makkelijk 3000 watt vragen. Gebruik dus geen verlengsnoer of stekkerblok, maar sluit hem aan op een aparte groep als dat nodig is.

Kijk naar je kookgedrag, niet alleen naar de magnetron-functies

De keuze tussen een solo-magnetron en een combi-magnetron hangt vooral af van hoe jij je keuken gebruikt. Ben je vaak bezig met bakken, grillen en is het avondeten nooit gewoon maar een snelle hap? Dan biedt een combi-magnetron veel gemak. Gaat het je vooral om een snelle lunch of het opwarmen van een maaltijd? Dan is een solo-magnetron ruim voldoende.

Vind je het nog steeds moeilijk om te kiezen? Zes scenario's

1. Alleenstaande in klein appartementJe woont alleen, hebt een kleine keuken en kookt niet uitgebreid. Vaak gaat het om snelle maaltijden of iets opwarmen.
Kies dan voor een solo-magnetron. Die is compacter, voordeliger en doet precies wat je nodig hebt. De extra functies van een combi-magnetron blijven waarschijnlijk toch ongebruikt.

2. Jong gezin met ruime keuken en aparte ovenJe kookt regelmatig, hebt kinderen en genoeg ruimte in de keuken. Je hebt al een oven.
Dan is een solo-magnetron de logische aanvulling. Ideaal voor kinderhapjes, snel ontdooien en tussendoor snel iets opwarmen.

3. Gezin in kleine keuken zonder ovenJe kookt vaak en met plezier, maar hebt maar één vrije nis beschikbaar.
Ga dan voor een combi-magnetron. Zo combineer je magnetron, oven en grill in één apparaat. Let op de inhoud (minimaal 25 liter) als je regelmatig voor meerdere mensen kookt.

4. Kookliefhebbers met grote keuken

Jullie koken uitgebreid en hebben een royale keuken met plaats voor meerdere inbouwapparaten.
Kies voor een solo-magnetron in combinatie met een aparte oven. Zo heb je altijd het juiste apparaat tot je beschikking, wat je ook wilt bereiden.

5. Starter met beperkt budgetJe bent bezig met je eerste keuken en het budget is krap.
Begin met een solo-magnetron. Die is voordelig, eenvoudig en biedt alles wat je in de basis nodig hebt. Later kun je altijd nog uitbreiden.

6. Ouder echtpaar dat het graag simpel houdtDe kinderen zijn uit huis, je kookt kleinere porties en zoekt vooral gemak.
Een solo-magnetron volstaat prima. Hij is overzichtelijk in gebruik, neemt minder ruimte in en is perfect voor kleine gerechten of restjes van de vorige dag.

▼ Volgende artikel
iOS 26: alles over Apples nieuwe besturingssysteem voor je iPhone
© Apple
Huis

iOS 26: alles over Apples nieuwe besturingssysteem voor je iPhone

Met iOS 26 en de komst van de nieuwe iPhone 17-serie zet Apple een grote stap vooruit. Van het spectaculaire Liquid Glass-design en slimmere Apple Intelligence tot handige vernieuwingen in Berichten, Camera, Telefoon en CarPlay: ontdek hoe deze update je iPhone mooier, slimmer én persoonlijker maakt.

In dit artikel lees je meer over:
  • Het nieuwe Liquid Glass-design en wat het betekent voor je iPhone
  • De uitgebreide functies van Apple Intelligence in iOS 26
  • Vernieuwingen in apps als Berichten, Telefoon, CarPlay, Music en Wallet
  • Kleine, slimme verbeteringen die je dagelijks gebruik makkelijker maken
  • De introductie van de iPhone 17-serie met de krachtige A19-chip
  • Functies die in Nederland en de EU nog even op zich laten wachten
  • Beschikbaarheid en compatibiliteit van iOS 26

Vloeibaar glas

Volgende maand verschijnt iOS 26, en het belooft de grootste visuele update sinds iOS 7 te worden. Het nieuwe Liquid Glass-design geeft de interface een transparante, glasachtige uitstraling die door het hele systeem is doorgevoerd. Van de iconen en widgets tot het vergrendelscherm: alles oogt dieper, dynamischer en levendiger. Kleuren passen zich subtiel aan je achtergrond aan, waardoor de iPhone meer dan ooit een persoonlijke uitstraling krijgt. Apple wil hiermee een consistentere visuele ervaring over al zijn apparaten creëren, zodat je iPhone naadloos aansluit bij iPadOS, macOS en zelfs visionOS. Niet iedereen is echter onverdeeld enthousiast: sommige testers vinden dat de extra transparantie ten koste kan gaan van de leesbaarheid in fel licht. Wij denken dat dat een kwestie van wennen is.

©Apple

Apple Intelligence slimmer en veelzijdiger

Apple Intelligence, het AI-platform dat in iOS 18 voorzichtig zijn intrede deed, krijgt in iOS 26 een flinke upgrade. Waar het voorheen vooral als slimme assistent achter de schermen werkte, wordt het nu nadrukkelijker zichtbaar in het dagelijks gebruik. Realtime-vertaling in Berichten, FaceTime en telefoongesprekken gebeurt volledig op je toestel, wat niet alleen snel maar ook privacyvriendelijk is. Visual Intelligence kan teksten, datums, locaties of gezichten in foto's en screenshots herkennen en direct acties aanbieden. Zo kun je een adres in één tik openen in Kaarten of een datum meteen in je agenda zetten.

Met Image Playground maak je creatieve beelden door stijlen en elementen te combineren, terwijl Genmoji gepersonaliseerde emoji's oplevert die passen bij jouw stemming of situatie. Deze functies zijn vooral handig voor wie vaak visueel communiceert en snel iets unieks wil delen. Ze laten ook zien hoe Apple AI wil verweven met creativiteit, zonder dat het gebruik ingewikkeld wordt.

Handige app-vernieuwingen

De Berichten-app krijgt een paar functies die groepsgesprekken levendiger maken. Polls maken het makkelijker om bijvoorbeeld samen een restaurant te kiezen, terwijl gepersonaliseerde achtergronden elk gesprek een eigen sfeer geven. In de Telefoon-app pakt Apple veelgevraagde verbeteringen aan: spam wordt automatisch gefilterd, onbekende nummers kun je direct screenen, en met Hold Assist neemt je iPhone het wachten bij een klantenservice van je over. Zo kun je iets anders doen totdat er een medewerker beschikbaar is.

Nieuwe Camera-app

De Camera-app is flink aangepakt, en dat werd hoog tijd. Apple heeft het rommelige menu met kleine icoontjes opgeruimd en teruggebracht tot twee duidelijke opties: ‘Foto’ en ‘Video’. Onder die knoppen vind je via een veeg of de Liquid-Glass-rasterknop alle andere modi, zoals Portret, Panorama en Slow-mo. Veel instellingen zitten nu bovendien in duidelijke pop-upmenu's (denk aan flits, timer, belichting of formaat), wat veel sneller werkt.

Voor video-liefhebbers zijn er extra fijne tools: je kunt nu de resolutie, framerate en formaten gewoon direct vanuit de app bepalen, zonder eerst door de instellingen te moeten ploeteren. De interface past bovendien helemaal in het Liquid-Glass-design: zwevende knoppen, minder visuele ruis en duidelijke labels. Handig is dat je een melding krijgt als je cameralens vies is; zo voorkom je onscherpe foto's.

CarPlay profiteert ook van de update. Multitouch-bediening maakt inzoomen en schuiven in Kaarten eenvoudiger, en Live Activities tonen onderweg actuele informatie, zoals de status van je bestelling of sportuitslagen. De gloednieuwe Apple Games-app bundelt al je games op één plek, inclusief aanbevelingen, ranglijsten en prestaties. Dit moet het gamen op iOS zichtbaarder en socialer maken. Daarnaast krijgen Apple Music, Kaarten en Wallet subtiele maar nuttige verbeteringen, zoals songtekstvertalingen voor buitenlandse nummers en live-vluchtinformatie rechtstreeks in Wallet.

Slimme details

Naast de grote veranderingen bevat iOS 26 talloze kleine verbeteringen die het dagelijks gebruik nét wat fijner maken. De wekker­snooze kun je straks zelf instellen, zodat je niet vastzit aan de standaard negen minuten. Als je cameralens vuil is, krijg je een melding om wazige foto’s te voorkomen. Bij het opladen toont de iPhone nu hoelang het duurt tot 80 of 100 procent, wat handig is als je haast hebt of juist de batterij wilt sparen.

De nieuwe Adaptive Power Mode leert van je gebruikspatroon en past het energieverbruik daarop aan, zodat je net wat langer vooruit kunt. Screenshots kunnen voortaan direct in HDR worden opgeslagen, wat vooral op de nieuwste displays voor helderdere en scherpere beelden zorgt. En wie graag speelt met vormgeving, kan het vergrendelscherm voorzien van een afbeelding met 3D-effect die reageert op de beweging van je toestel.

Nieuwe iPhone 17-serie

Zoals elk jaar verschijnt iOS 26 samen met een nieuwe generatie iPhones. De iPhone 17-serie bestaat uit de iPhone 17, de 17 Pro, de 17 Pro Max en de compleet nieuwe iPhone 17 Air. Deze toestellen krijgen de gloednieuwe A19-chip, die niet alleen sneller is maar ook zuiniger, en geoptimaliseerd is voor de meest geavanceerde AI-functies in iOS 26.

iPhone 17 Air: ultraslank en verrassend compleet

Wat Samsung kan, kunnen wij ook, moet Apple hebben gedacht. De iPhone 17 Air is de nieuwste telg in de familie en doet z’n naam eer aan: hij is lichter en dunner dan zijn broers, maar heeft genoeg power om mee te tellen. Binnenin zit dezelfde snelle A19-chip als in de rest van de 17-serie, dus qua prestaties lever je niks in. Het grote verschil zit 'm vooral in het gewicht en de handzaamheid. Ideaal voor wie wel een flinke iPhone wil qua scherm, maar niet het gevoel wil hebben een baksteen in z'n zak te dragen.

De displays bieden ProMotion-technologie met verversingsfrequenties tot 120 Hz, waardoor animaties en scrollen nog vloeiender ogen. De camera's zijn verbeterd, met bij de Pro-modellen een nieuwe 48MP-telefoto­lens en een 24MP-selfiecamera. Bovendien is er ondersteuning voor wifi 7, zodat downloads en streaming razendsnel gaan. Voor wie het maximale uit iOS 26 wil halen, vormen deze nieuwe toestellen de perfecte match.

Nog even geduld...

In Nederland en de rest van de EU zullen sommige functies helaas niet direct beschikbaar zijn. Apple stelt bepaalde mogelijkheden uit vanwege regelgeving zoals de Digital Markets Act (DMA). Het gaat onder meer om locatie-gebaseerde diensten zoals Visited Places en enkele AI-functies. Daarnaast ondersteunt Apple Intelligence de Nederlandse taal nog niet volledig; live-vertaling en automatische samenvattingen in onze taal worden pas later in 2025 toegevoegd. Dat betekent dat we in eerste instantie vooral profiteren van de visuele vernieuwingen en de universele functies.

Beschikbaarheid en compatibiliteit

iOS 26 wordt in september uitgerold voor iPhones met minimaal een A13-chip, waardoor de iPhone XR, XS en XS Max dit jaar afvallen. De meest geavanceerde Apple Intelligence-functies zijn alleen beschikbaar op toestellen met een A17 Pro-chip of nieuwer, zoals de iPhone 15 Pro, 15 Pro Max, de iPhone 16-reeks en de nieuwe iPhone 17-modellen. Heb je zo'n toestel, dan kun je straks zonder beperkingen genieten van alles wat iOS 26 te bieden heeft.