ID.nl logo
ASUS ZenWiFi Pro XT12 - ZenWiFi net-niet-Pro?
Huis

ASUS ZenWiFi Pro XT12 - ZenWiFi net-niet-Pro?

De wereld van mesh-systemen is het afgelopen jaar snel doorontwikkeld. Zo werden begin 2022 mesh-sets met multi-gigabit-aansluitingen relatief gangbaar en kort daarna heeft wifi 6E een rappe intrede gemaakt. De ZenWiFi Pro XT12 heeft de eerste ontwikkeling aan boord, maar mist wifi 6E. Kan ASUS dat goedmaken met pure kracht en een goede software-ervaring?

Uitstekend
Conclusie

Hadden we de ASUS ZenWiFi Pro XT12 voor het verschijnen van snellere sets met wifi 6E getest, dan waren we er ongetwijfeld erg over te spreken geweest. Hij is snel, de software is uitstekend en vol met instellingen in een markt vol alternatieven met beperkte opties, en de mesh-prestaties zijn indrukwekkend. Het feit dat ASUS direct erna de nog iets betere ET12 uit bracht mét wifi 6E-ondersteuning en vooral een nog best opvallende snelheidswinst, gooit hier roet in het eten.

Plus- en minpunten
  • Zeer goede wifi-prestaties
  • Zeer goede mesh-prestaties
  • Multi-gigabit WAN en LAN
  • Uitgebreide firmware
  • Geen wifi 6E
  • Extreme prijs

Waar de meeste mesh-systemen voor onopvallende witte kastjes kiezen, is de ASUS ZenWiFi XT12 Pro een opvallende verschijning met zijn zwarte satellieten voorzien van een transparante bovenzijde waardoor (een deel van) de antennes intern zichtbaar zijn. Het is met een prijs van 690 euro voor een set van twee logischerwijs een tri-band mesh-oplossing met hogere capaciteit dan goedkopere dual-band-oplossingen. ASUS heeft deze set voorzien van een multi-gigabit-aansluiting voor zowel je LAN als je WAN (internetverbinding).

De ASUS ZenWiFi XT12 Pro val op door de nodes met doorzichtige bovenkant.

De afwezigheid van wifi 6E in dit hogere segment is echter wel opvallend. Dit is met ruime marge dan ook de duurste mesh-oplossing zonder 6E. ASUS leek dit ook in te zien en introduceerde kort na de XT12 de ET12 mét wifi 6E. De vraag is dan ook of die XT12 wel de investering waard is.

Lees ook: Dit moet je weten over de wifi 6E-standaard

Software en Installatie

Op softwarevlak doet de XT12 echter niet onder voor de ET12. Waar concurrenten als Netgear en TP-Link zich vooral op eenvoud richten en enkele features wegstrippen om gebruikers niet af te schrikken, houdt ASUS juist vast aan hun instellingsrijke routerroots. De ZenWiFi-sets zijn de enige waarbij je echt volledige controle houdt over elke mogelijkheid en instelling, tot in extreem detail aan toe. Dat geldt overigens voor de hele line-up van ZenWiFi-producten, met of zonder “Pro” toevoeging. Via de uitgebreide webinterface kun je, mocht je willen, uren spenderen aan het finetunen van alle instellingen of gebruik maken van extra’s zoals meerdere VPN-functies of meerdere gastnetwerken.

Mocht je daar geen trek in hebben dan hoef je daar niet in te komen, de installatie van het systeem is ook zo gepiept en ook ASUS heeft een app als dat je voorkeur heeft. Al verwachten we gezien de prijs dat een weinig tech savvy-gebruiker deze set niet 1-2-3 zal overwegen.

Testprotocol

We hebben deze set getest in een jong vrijstaand woonhuis waarbij geen sprake is van storing vanuit wifi-verbindingen uit de buurt. De vloeren zijn echter wel van beton wat een uitdaging vormt voor routers en mesh-oplossingen. We testen over drie woonlagen.

We testen met twee computers voorzien van de laatste wifi 6E-clients, deze verbinden draadloos met het te testen mesh-systeem, waarop we een multi-gigabit-server hebben aangesloten. Dit legt de bottleneck bij het te testen product. (Let op: de meeste routers, switches en computers zijn beperkt tot 1 gigabit, de hogere snelheden die je in sommige van onze testen ziet zijn enkel haalbaar met multi-gigabit-apparatuur. Ook mesh-oplossingen zonder 2,5- of 10Gbit/s-LAN-poort zullen tot deze 1 gigabit worden beperkt).

We hebben gekozen voor drie specifieke testscenario’s. Test 1 richt zich puur op de haalbare snelheid en capaciteit van de antennes van elke individuele unit; met onze laptops op enkele meters van- en met direct zicht op de hoofdunit op een kastje in de woonkamer. Dit is dus tevens wat je grofweg mag verwachten wanneer je kiest om een satelliet elders in huis wél bedraad aan te sluiten, bijvoorbeeld als je op één locatie in huis echt de maximale snelheid wilt zien op je laptop.

Voor test 2 en 3 richten we ons specifiek op de mesh-prestaties en de kwaliteit van de verbinding tussen de satellieten onderling. We plaatsen een tweede satelliet in de hal één verdieping hoger.  Voor test 2 testen we de twee apparaten in de nabijheid van deze tweede satelliet, hierdoor zien we vooral wat de onderliggende backhaul van een mesh-systeem in huis heeft.

Voor Test 3 nemen we beide laptops wederom één verdieping hoger en testen we wederom via de satelliet op de eerste verdieping. Hier leunen we dus zowel op de backhaul van het mesh-systeem, als de signaalsterkte per satelliet op iets langere afstand en met hinder van muren en plafond.

We hebben de wifi-mesh-systemen in een woning over drie verdiepingen getest.

Prestaties

In een vacuüm zet de ASUS ZenWiFi Pro XT12 best indrukwekkende cijfers neer: 1521 Mbit/s rondom de node, en nog ruim 700 Mbit/s een verdieping hoger via de satelliet. 457 Mbit/s is een uitstekend resultaat, alleen nog duurdere sets doen dat beter.

Het probleem is echter overduidelijk wanneer we naar andere snelle sets kijken. De twee maanden jongere ZenWiFi Pro ET12 met wifi 6E is significant sneller, tussen de 10 en 30 procent afhankelijk van de test. Op basis van de praktisch vergelijkbare specificaties hadden we dat niet verwacht. Wat aangeeft dat het enige verschil, de toevoeging van wifi 6E, een grote impact heeft wanneer je ook daadwerkelijk met wifi 6E-clients test. Deze zijn pas dit jaar breed uitgebracht, maar we verwachten dat bijna alle aanstaande high-end telefoons en laptops dit aan boord zullen hebben.

Conclusie

Hadden we de ASUS ZenWiFi Pro XT12 voor het verschijnen van snellere sets met wifi 6E getest, dan waren we er ongetwijfeld erg over te spreken geweest. Hij is snel, de software is uitstekend en vol met instellingen in een markt vol alternatieven met beperkte opties, en de mesh-prestaties zijn indrukwekkend. Het feit dat ASUS direct erna de nog iets betere ET12 uit bracht mét wifi 6E-ondersteuning en vooral een nog best opvallende snelheidswinst, gooit hier roet in het eten.

Alleen een groot prijsvoordeel kan de XT12 een interessante koop maken, maar het is een high-end model met relatief dure multi-gigabit-poorten en we verwachten niet dat ASUS dit product in de uitverkoopbak kán aanbieden. Koopjesjagers zullen vermoedelijk dan ook voor veel goedkopere alternatieven gaan, terwijl voor liefhebbers de ZenWiFi Pro ET12 een betere optie is. Vreemd genoeg liggen de straatprijzen van die set zelfs iets lager.

▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen

▼ Volgende artikel
Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer
© ID.nl
Huis

Waar voor je geld: 5 robotstofzuigers voor een extra schone vloer

Bij ID.nl zijn we gek op producten waar je niet de hoofdprijs voor betaalt of die zijn voorzien van bijzondere eigenschappen. Met een robotstofzuiger wordt de vloer schoongehouden, terwijl je er niet bij hoeft te zijn. En stofzuigen is dan wel het minste dat ze kunnen, want ook dweilen is voor veel modellen geen proleem. We vonden vijf geavanceerde exemplaren.

Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01

De Philips HomeRun 7000 Series XU7100/01 is ontworpen om grote ruimtes aan te kunnen. Het apparaat heeft een stofzak van 3 liter en een werktijd tot 180 minuten in de laagste stand. In tegenstelling tot veel kleinere robots is deze HomeRun uitgerust met een stille motor; de opgave van 66 dB maakt hem relatief stil.

Er zit een dweilfunctie in zodat je de robot na het stofzuigen ook direct kunt laten dweilen. Via de app kies je voor een van de modi of plan je een schoonmaakprogramma in. De robot kan zichzelf navigeren, obstakels omzeilen en keert na gebruik terug naar het laadstation. Omdat de opvangbak groot is hoef je niet vaak te legen en dankzij de Li‑ion‑accu is hij geschikt voor grotere woningen. Het apparaat is van recente datum en daarom nog volop verkrijgbaar.

Dreame L10s Pro Ultra Heat

Deze robot combineert een groot stofreservoir van 3,2 liter met een lange werktijd van ongeveer 220 minuten. Dankzij de geïntegreerde dweilfunctie verwijdert hij niet alleen stof maar kan hij ook nat reinigen. De L10s Pro Ultra Heat gebruikt een zak in het basisstation, waardoor je het reservoir minder vaak hoeft te legen.

De Dreame is voorzien van een Li‑ion‑batterij aanwezig en de robot keert automatisch terug naar het station voor opladen en legen. De sensortechnologie helpt bij het vermijden van obstakels en het nauwkeurig schoonmaken van zowel harde vloeren als tapijt. Dankzij de meegeleverde app stuur je de schoonmaak aan, stel je no‑go‑zones in of plan je een dweilrondje.

Philips HomeRun 3000 Series Aqua XU3100/01

Deze Philips‑robot is bedoeld voor wie minder vaak handmatig wil schoonmaken. Hij beschikt over een gecombineerde stofzuig‑ en dweilfunctie en kan zichzelf legen via het automatische station. Met een gebruiksduur tot 200 minuten in de laagste stand en een geluidsniveau van 66 dB kan hij urenlang zijn werk doen zonder al te veel herrie. De stofcontainer van 35 cl is kleiner dan bij de HomeRun 7000, maar door het automatische leegmechanisme is dat geen probleem.

Je bedient het apparaat via de app en kunt daar zowel een schema programmeren als zones instellen. De Aqua XU3100/01 is een model uit de recente 3000‑serie en doordat hij een mop‑pad heeft kan hij zowel droog als nat reinigen, wat handig is voor harde vloeren zoals tegels en laminaat.

iRobot Roomba Combo j9+

De Roomba Combo j9+ is een model dat je vloeren zowel kan stofzuigen als dweilen. De Combo j9 beschikt over een opvangbak van 31 cl en hij kan zelf zijn inhoud legen in het automatische basisstation dat bij de set hoort. De Li‑ion‑accu zorgt voor een lange gebruiksduur en de robot maakt een routeplanning zodat elke ruimte efficiënt wordt schoongemaakt.

Via de app kun je zones instellen waar de robot niet mag komen en het dweilelement in‑ of uitschakelen. In de basis maakt de Combo j9+ zelfstandig een kaart van je woning en keert terug naar het station wanneer de accu moet opladen of de stofcontainer vol is. De robot is bedoeld voor huishoudens die gemak belangrijk vinden en biedt naast stofzuigen ook een dweilfunctie voor hardere vloeren.

MOVA Tech P50 Ultra

De MOVA Tech P50 Ultra is een forse robotstofzuiger met een basisstation. Het apparaat heeft een stofreservoir van 30 cl en wordt geleverd met een basisstation waarin je het stof eenvoudig kunt verwijderen. De robot produceert een geluidsniveau van 74 dB, iets hoger dan de Philips‑modellen, en weegt inclusief station ruim 13 kg.

Hij kan uiteraard ook automatisch terugkeren naar het station om op te laden of te legen. In de specificaties staat dat de MOVA is voorzien van een Li‑ion‑batterij en dat hij zowel kan stofzuigen als dweilen. De meegeleverde app maakt het mogelijk om routes in te stellen en zones te blokkeren. Met een vermogen van 700 W is hij krachtig genoeg voor tapijten en harde vloeren. Het is geschikt voor mensen die een uitgebreid station met automatische functies willen.