ID.nl logo
Zo maak je een adblocker met Raspberry Pi en Pi-hole
© PXimport
Huis

Zo maak je een adblocker met Raspberry Pi en Pi-hole

Het is één van de grootste irritaties op internet: advertenties. Je kunt natuurlijk voor elk apparaat een ad-blocker in je browser installeren, maar als je ook je smartphone, slimme televisie en spelcomputer tegen reclames wilt beschermen, dan is een centrale ad-blocker veel handiger. Er zijn dure commerciële oplossingen beschikbaar, maar met een Raspberry Pi van een paar tientjes en Pi-hole bereik je exact hetzelfde. In dit artikel laten we je zien hoe makkelijk dit is.

01 Raspberry Pi aanschaffen

Voor de workshop heb je een Raspberry Pi nodig, het maakt niet uit welke versie je gebruikt. De meest recente versie is Raspberry Pi 3 Model B, die zo’n veertig euro kost. Naast de minicomputer heb je een microSD-kaartje nodig waar je de software op plaatst. Als je computer geen kaartlezer heeft, heb je ook nog een kaartlezer nodig. Daarnaast heb je een micro-usb-kabel en een usb-voeding van 2 ampère nodig. Een behuizing is optioneel, maar wel handig als je het apparaat voor langere tijd wilt inzetten.

©PXimport

02 Raspbian downloaden

Voor Pi-hole kun je het standaard besturingssysteem Raspbian installeren. Ga naar www.raspberrypi.org, klik op Downloads en vervolgens op Raspbian. Pi-hole heeft aan een gestripte versie genoeg, je kunt daarom eventueel onder Raspbian Jessie Lite op Download ZIP klikken. Als je voor de eerste keer met Raspbian aan de slag gaat, is het echter handiger om de normale versie te downloaden omdat je dan de beschikking over een desktopomgeving hebt. Na het downloaden pak je het bestand uit. In deze workshop werken we met de standaardversie van Raspbian met desktopomgeving.

03 DiskImager downloaden

Download het programma Win32DiskImager, installeer het en open het programma. Sluit de SD-kaart aan op je pc en controleer welke schijfletter de SD-kaart krijgt toegewezen. In DiskImager kijk je of de juiste letter wordt getoond en open je het Raspbian disk-image door op het mapje naast de letter te klikken. Klik op Write om het image naar de SD-kaart te kopiëren. Bevestig de actie door op Yes te klikken. Het schrijven van het besturingssysteem kan een paar minuten duren. Als het bericht Write Successful verschijnt, klik je op OK en haal je de SD-kaart uit je pc.

©PXimport

04 Raspbian installeren

Voor de eerste installatie en configuratie van Raspbian moet je een toetsenbord en monitor op je Raspberry Pi aansluiten. De monitor verbind je via een HDMI-kabel aan de aansluiting van de Raspberry Pi. Schuif vervolgens de microSD-kaart in de sleuf van je Raspberry Pi. Om de Raspberry Pi van stroom te voorzien, kun je een stroomadapter aansluiten of eventueel een usb-kabel tussen je Raspberry Pi en je pc aansluiten. Raspbian wordt gestart en regels met code verschijnen op je beeldscherm, wacht totdat het besturingssysteem zich automatisch opent.

05 Raspbian configureren

Voordat je de software Pi-hole op je Raspberry Pi zet, is het handig om even een paar instellingen in Raspbian te wijzigen. Ga naar Menu / Preferences / Raspberry Pi Configuration en geef bijvoorbeeld je locatie, tijdzone en toetsenbordindeling aan. Het is ook handig om je netwerkinstelling alvast even te configureren. Ga naar het netwerk-icoontje bovenin en kies je draadloze netwerk. Meld je aan en je hebt de Raspberry Pi met het internet verbonden. Uiteraard kun je ook een bekabelde netwerkaansluiting gebruiken.

©PXimport

SSH

Je kunt de verdere installatie van Pi-hole middels een SSH-verbinding vanaf je computer doen. Voordat je de monitor, muis en het toetsenbord ontkoppelt, ga je eerst nog even naar de Terminal bovenin. Typ hostname -I om het IP-adres van je Raspberry Pi te weten te komen. Voor Windows moet je een SSH-client downloaden, PuTTY is een bekende. In het veld Host Name typ je het IP-adres, klik vervolgens op Open. In macOS ga je naar de terminal en typ je ssh pi@ip-adres waarbij je natuurlijk je ip-adres invult. De accountnaam is pi en het wachtwoord is raspberry.

06 Bestandssysteem uitbreiden

Om ervoor te zorgen dat je alle beschikbare ruimte op je SD-kaart kunt gebruiken, kun je in de terminal op de Raspberry Pi of in je SSH-client op je pc of Mac het commando sudo raspi-config typen. Selecteer Expand Filesystem en kies vervolgens voor Finish. Je moet hierna je Raspberry Pi opnieuw opstarten, kies daarom voor Yes als je gevraagd wordt dit te doen. Deze stap helpt ook vaak als je problemen tijdens de installatie van Pi-hole ondervindt.

©PXimport

07 Pi-hole installeren

Geef in de terminal de volgende code in: curl -L https://install.pi-hole.net | bash. Klik twee keer op OK en als je bij het venster over de statische IP aankomt, klik je nogmaals op OK. Pi-hole werkt namelijk alleen als de Raspberry Pi over een statisch IP-adres beschikt. Selecteer in het volgende venster of je de Raspberry Pi via ethernet of wifi hebt aangesloten, een selectie maak je door op de spatiebalk te drukken. Wil je naar het volgende venster, dan navigeer je met de pijltjestoetsen en bevestig je een actie met Enter.

©PXimport

08 Statisch IP-adres

Als het venster met de optie Select Protocols verschijnt, kies je voor IPv4, op dit moment werkt de ad-blocker via IPv4 namelijk het beste. Daarna krijg je de vraag of het aangeboden statische IP-adres voor jou oké is. In de meeste gevallen is dit prima en klik je op Yes. Mocht het IP-adres in het bereik vallen van de adressen die je router willekeurig aan apparaten toewijst, dan kan dit een conflict opleveren. In dat geval kies je voor No en voer je zelf een IP-adres in. Als je voor Yes kiest, zal Pi-hole je sowieso nog even waarschuwen voor dit eventuele conflict.

©PXimport

09 Upstream provider

De installatie is bijna klaar, op het einde vraagt Pi-hole of je de Upstream DNS Provider wilt wijzigen. Google is de standaardkeuze en dit is in de meeste gevallen prima, maar je kunt ook de upstream van OpenDNS, Level3, Comodo of Norton gebruiken. Als de tekst Make it so in beeld verschijnt, is de installatie klaar. Noteer het IP-adres van je Pi-hole, dit is het adres wat je apparaten voortaan moeten gebruiken, daarmee gaan we aan de slag in de volgende stappen. Sluit af met OK, er verschijnen nog een paar regels code en dan is het echt gedaan met de installatie.

©PXimport

10 Router of losse apparaten

Om reclames te blokkeren, moet je nu al je internetverkeer via de Pi-hole laten lopen. Dit kan op twee manieren. De eerste manier is dat je op al je apparaten naar je Pi-hole verwijst. Dit heeft als nadeel dat je dit op elk apparaat apart moet instellen. Een andere optie is om je router zo in te stellen dat elke verbinding door de Pi-hole gaat voordat het naar apparaten in je netwerk wordt doorgelaten. We leggen beide opties in de volgende stappen uit.

11 Windows configureren

In Windows 10 ga je naar het configuratiescherm en klik je op Netwerk en Internet / Netwerkcentrum. Klik op Adapterinstellingen wijzigen. Klik met je rechtermuisknop op de verbinding die je wilt wijzigen en selecteer Eigenschappen. Zorg dat je in het tabblad Netwerken bent en selecteer Internet Protocol versie 4. Klik op Eigenschappen / Geavanceerd. Kies het tabblad DNS en voeg het IP-adres van je Pi-hole toe door op Toevoegen te klikken. Sluit af met OK en vergeet deze stappen niet ook bij je eventuele andere netwerkverbindingen te doen.

©PXimport

Macs en smartphones

Op de Mac ga je naar Systeemvoorkeuren / Netwerk. Selecteer je verbinding en klik op Geavanceerd. Kies het tabblad DNS en vul hier het IP-adres in. Op een iPhone vind je de instelling bij Instellingen / Wi-Fi. Klik op de i achter je netwerknaam en verander het adres achter DNS. In Android ga je naar Instellingen en houd je je vinger even op de naam van je netwerk. Tik op Netwerk aanpassen en zet een vinkje voor Geavanceerde opties. Scrol naar beneden en verander DHCP naar Statisch. Onderaan bij DNS 1 geef je je Pi-hole adres in. Bij DNS 2 geef je 8.8.8.8 aan, de DNS-dienst van Google.

12 Administratiepaneel

Ga in je browser naar het IP-adres van je Pi-hole en typ achter het IP-adres /admin. Dit is de configuratiepagina van je Pi-hole. Je ziet hoeveel reclame vandaag al is tegengehouden, hoeveel domeinen geblokkeerd zijn en welke apparaten welke aanvragen hebben gedaan. Onder Top Advertisers zie je van welke domeinen de meeste reclames worden geblokkeerd. Bij Query Log vind je een overzicht van al je internetverkeer, helaas kun je dit niet uitschakelen of bepaalde entries verwijderen.

©PXimport

13 Lokale DNS in je router

De handigste manier is om al het verkeer vanuit je router naar je Pi-hole om te leiden. Ga naar de instellingen van je router en zoek naar het instellingenscherm waar je DHCP-opties kunt wijzigen of waar je instellingen voor IPv4-adressen vindt. Hier vind je dan waarschijnlijk ook de optie om een lokale DNS-server aan te geven. Of deze optie in jouw router wordt aangeboden en of dit überhaupt mogelijk is, kun je alleen ervaren door in de handleiding van je router te kijken of je provider even een mailtje te sturen.

14 DHCP vernieuwen

Het kan zijn dat je op je apparaat nog even de DHCP-lease moet vernieuwen voordat het verkeer via de Pi-hole wordt geleid. In Windows open je de Opdrachtprompt door in de zoek-balk cmd in te toetsen. Typ ipconfig /release en druk op de Entertoets. Als dit succesvol is, typ je vervolgens nog eens het commando ipconfig /renew en sluit je af door op Enter te drukken. Op je Mac vind je deze optie bij Systeemvoorkeuren / Netwerk. Klik op je netwerkverbinding en kies voor Geavanceerd. Klik op TCP/IP en selecteer Vernieuw DHCP-lease.

©PXimport

15 Blacklist en whitelist

Als je bepaalde domeinen wilt whitelisten of blacklisten, dan kun je dat doen in het administratiepanel van je Pi-hole. Websites ‘leven’ van advertentie-inkomsten, dus het is ‘aardig’ om sites die je graag bezoekt te whitelisten. Klik op Whitelist of Blacklist om een domein toe te voegen. Omdat de Pi-hole op DNS-niveau reclames filtert, heeft het geen zin om gewoon een url toe te voegen. Op de website van Pi-block vind je een heldere uitleg hoe je een whitelist of blacklist toepast op je Pi-hole. Hier leggen we uit hoe je onze sites kunt whitelisten.

©PXimport

IPv4 en IPv6

Een heleboel advertenties worden door Pi-hole geblokkeerd, maar er glipt er wel eens eentje tussendoor. In de meeste gevallen gaat het hier dan om advertenties via IPv6. Advertentienetwerken leveren recentelijk steeds meer reclame via IPv6, maar op dit moment werkt de filtering met Pi-hole via IPv4 nog steeds het beste. Het is aan te raden de meldingen op de website www.pi-hole.net af te wachten en in de toekomst je Pi-hole te upgraden naar IPv6-filtering.

▼ Volgende artikel
5 veelgemaakte espressofouten (en zo voorkom je ze!)
© Meliha Gojak
Huis

5 veelgemaakte espressofouten (en zo voorkom je ze!)

Espresso is de basis voor allerlei koffievariaties, zoals cappuccino, latte en americano. Het zetten van een goede espresso kan niettemin een uitdaging zijn, zeker voor beginners. In dit artikel bespreken we de vijf meest voorkomende fouten die beginners maken bij het zetten van espresso en geven we praktische tips om deze te vermijden.

De perfecte espresso maken is een kunst die tijd en oefening vraagt. Let op details zoals de maalgraad, tampdruk en watertemperatuur om missers te voorkomen en te genieten van een volle, smaakvolle espresso. Succes en geniet van je koffie!

Lees ook: Vol- en halfautomatische espressomachines: dit zijn de verschillen

Fout 1: Maalgraad te grof of te fijn

De maalgraad van je koffiebonen is cruciaal voor een goede espresso. Bij een te grove maalgraad wordt de espresso ondergeëxtraheerd, wat een zure en waterige smaak oplevert. Is de maalgraad te fijn, dan krijg je juist een overgeëxtraheerde espresso met een bittere nasmaak.

☕ Tip! Experimenteer met de maalgraad van je bonen totdat je de perfecte balans vindt. Begin met een middelmatige maalgraad en pas deze geleidelijk aan op basis van de smaak van je espresso.

Fout 2: Tamperdruk niet goed

Het aandrukken van de koffie in de portafilter, ook wel tamperen genoemd, is enorm belangrijk voor een gelijkmatige extractie. Een ongelijke tamperdruk kan leiden tot 'channeling', waarbij het water ongelijk door de koffie stroomt en sommige delen onbenut blijven. Dit zorgt voor een onevenwichtige en minder smakelijke espresso.

☕ Tip! Oefen op een consistente tamperdruk. Een richtlijn is om ongeveer 15 kilogram druk te gebruiken – lastig precies te meten, maar onthoud: consistentie is het belangrijkst!

O la la: espresso niet Italiaans, maar Frans!

De eerste espresso komt niet uit Italië, maar uit Frankrijk! Louis Bernard Rabaut ontwikkelde in 1822 een machine die heet water door koffie drukte. Het duurde echter tot 1901 voordat de Italiaan Luigi Bezzera de eerste echte espressomachine patenteerde. Dus de volgende keer dat je geniet van je espresso, denk dan even terug aan de Franse roots van dit heerlijke drankje!

©Dmytro Vietrov

Fout 3: Crema niet gelukt

Crema is het goudbruine schuimlaagje dat zich vormt aan de bovenkant van een goed gezette espresso. Gebeurt dat niet, dan kan dat verschillende oorzaken hebben: je hebt oude koffiebonen gebruikt, een verkeerde maalgraad toegepast of er zijn problemen met de machine.

☕ Tip! Zorg ervoor dat je verse koffiebonen gebruikt en dat je je koffiemachinemachine regelmatig schoonmaakt en onderhoudt. Controleer ook de maalgraad en de extractietijd: als alles goed is ingesteld, staat niets een rijke crema in de weg.

Fout 4: Te heet water gebruiken

Een verbrande smaak in je espresso komt meestal doordat het water te heet was. De ideale temperatuur voor het zetten van espresso ligt tussen de 92 en 96 graden Celsius. Een hogere temperatuur kan de koffie verbranden, wat resulteert in een bittere en onaangename smaak.

☕ Tip! Controleer regelmatig de temperatuur van je espressomachine. Te hoog? Pas hem dan aan. Het is zonde om die kostbare koffiebonen keer op keer te verpesten.

Fout 5: Te koud water gebruiken

Naast het risico op verbranding kan ook een te lage watertemperatuur voor problemen zorgen. Te koud water zorgt voor onderextractie, waardoor de espresso een zure en vlakke smaak krijgt, zonder de volle aroma's die je wilt proeven.

☕ Tip! Zorg ervoor dat je espressomachine goed is opgewarmd voordat je begint met het zetten van espresso. De meeste machines hebben een indicatielampje dat aangeeft wanneer ze klaar zijn voor gebruik.

▼ Volgende artikel
WSLg: de kracht van Linux in je vertrouwde Windows-omgeving
© Andreas Prott - stock.adobe.com
Huis

WSLg: de kracht van Linux in je vertrouwde Windows-omgeving

Via allerlei kunst- en vliegwerk kun je al langere tijd Linux op je Windows-pc draaien. Opdrachtregelcommando’s zijn natuurlijk één ding, maar het plaatje wordt pas compleet als je ook toepassingen met een grafische gebruikersinterface kunt uitvoeren. Met het grafische deel van het Windows-subsysteem voor Linux kan dit perfect.

In dit artikel laten we zien hoe je op een Windows-pc Linux kunt draaien, met WSL(g):

  • Check de systeemeisen
  • Installeer WSL met één commando
  • Installeer een extra Linux-distributie
  • Beheer de geïnstalleerde distributies

Toch liever een dualboot-installatie? Windows én Linux: zo zet je twee besturingssystemen op één pc

Code downloaden

In dit artikel worden voorbeelden van diverse commando’s gegeven. Omdat het overtikken van dergelijke opdrachten erg foutgevoelig is, kun je ze beter downloaden en daarna bekijken of kopiëren. Zie het bestand codewinlin.txt.

Linux onder Windows draaien? Het idee wringt misschien wat – vooral bij Linux-puristen – maar het is zeker mogelijk. We kunnen zelfs zonder moeite diverse manieren bedenken om dit te doen: met halve Linux-emulators als Cygwin of Git for Windows, dualboot, virtuele machines, containers, x-server-forwarden, remote desktop en zelfs standaard in Windows met het grafische deel van het Windows-subsysteem voor Linux ofwel WSL(g).

1 Waarom?

Wellicht vraag je je af waarom je Linux onder Windows zou willen draaien? Bijvoorbeeld omdat je Linux beter wilt leren kennen zonder een aparte fysieke machine of een complexe dualboot-opstelling te configureren. Je behoudt bovendien je vertrouwde Windows-omgeving, terwijl je kennismaakt met de mogelijkheden van Linux – vooral voor ontwikkelaars en IT-professionals biedt Linux een bredere set tools en applicaties.

Het werkt ook comfortabel wanneer je binnen dezelfde machine snel tussen Linux- en Windows-taken kunt schakelen. Als je Linux in een sandbox-omgeving op Windows draait, biedt dit extra isolatie en veiligheid, wat nuttig kan zijn bij het testen van potentieel onveilige software. Dit geldt met name voor WSL(g). Maar wat moet je je hierbij precies voorstellen en hoe zit dit technisch in elkaar?

Een dualboot-configuratie (hier met Ubuntu) is altijd wel een complexe operatie.

2 Wat is WSL?

WSL staat voor Windows-subsysteem voor Linux, een compatibiliteitslaag ontwikkeld door Microsoft die het mogelijk maakt Linux-opdrachtregelcommando’s en -applicaties native op Windows te draaien. Er zijn inmiddels twee hoofdversies van WSL uitgebracht.

WSL 1 kwam in 2016 op de markt en gebruikt een compatibiliteitslaag die Linux-systeemoproepen naar Windows-systeemoproepen vertaalt, zodat Linux-binary’s rechtstreeks op de Windows-kernel kunnen worden uitgevoerd. Dit kan soms leiden tot compatibiliteitsproblemen met bepaalde applicaties of tools, omdat er geen echte Linux-kernel is.

Drie jaar later kwam WSL 2 uit, met als belangrijkste verschil dat die wel een echte Linux-kernel gebruikt. De kernel draait in een lichtgewicht virtuele machine (VM), beheerd door (een in Windows Home uitgeklede versie van) Hyper-V, waardoor een sandbox-omgeving wordt gecreëerd. WSL 2 maakt gebruik van een virtueel bestandssysteem: toegang tot Windows-bestanden is mogelijk, maar Linux-bestanden blijven geïsoleerd binnen de VM, overigens net als Linux-processen. Ook de netwerkstack van de VM kan van het hostnetwerk worden geïsoleerd, of door netwerkconfiguraties of firewallregels binnen Windows worden beperkt. Precies doordat een Linux-kernel wordt gebruikt, biedt WSL 2 over het algemeen betere bestandsinvoer/uitvoer- en netwerkoperaties evenals een hogere mate van compatibiliteit.

SL 2: dankzij Hyper-V kunnen zowel de Windows NT- als Linux-kernel parallel aan elkaar draaien.

3 WSLg: wat?

WSLg (g staat voor GUI ofwel Graphical User Interface) is een uitbreiding van WSL 2 en werd in 2021 algemeen beschikbaar. WSLg gebruikt het Wayland-protocol, een modern alternatief voor het oudere X11-systeem, om grafische Linux-applicaties weer te geven. De grafische uitvoer van Wayland wordt vervolgens via FreeRDP, een opensource-implementatie van RDP (Remote Desktop Protocol), doorgegeven aan de ingebouwde RDP-client in Windows, zodat deze netjes in het Windows-bureaublad kan worden geïntegreerd. Hierdoor blijven deze toepassingen veilig binnen de sandbox-omgeving van Linux, terwijl ze toch op je Windows-bureaublad verschijnen.

WSLg maakt gebruik van FreeRDP om ‘op afstand’ de Linux-GUI te kunnen bedienen.

4 Systeemeisen

WSL 2 is dus erg handig, maar heeft wel enkele specifieke hardware- en software-eisen.

Wat hardware betreft, heb je een 64bit-processor met ondersteuning voor virtualisatie nodig, omdat WSL 2 gebruikmaakt van de VM van Hyper-V. Controleer of hardware-virtualisatie in het UEFI/BIOS is ingeschakeld, doorgaans aangeduid als AMD-V of Intel VT-x.

Dit kun je ook vanuit Windows controleren: open Taakbeheer met Ctrl+Shift+Esc, ga naar Prestaties, kies Processor en controleer of de status van Virtualisatie op Ingeschakeld staat.

Verder heb je een up-to-date stuurprogramma voor je grafische kaart met ondersteuning voor WSLg nodig en voldoende vrije schijfruimte. En je hebt minimaal Windows 10 versie 19044 (21H2) nodig of Windows 11. Je controleert dit via Instellingen / Systeem, bij Info.

Je hebt hardware-virtualisatie nodig om met WSL 2 (en WSLg) aan de slag te kunnen.

5 Automatische installatie

De periode dat deelname aan het Windows Insider Programma vereist was om toegang tot WSLg te krijgen, ligt gelukkig achter ons. Als je systeem aan de vermelde systeemeisen voldoet, kun je meteen aan de slag.

Je kunt WSL met één commando installeren. Dit doe je vanuit Opdrachtprompt of de Windows Terminal, die je als administrator opstart. We gaan uit van de Terminal: klik met de rechtermuisknop op de Windows-startknop, kies Terminal (beheerder) en bevestig met Ja. In Windows 10 kies je in plaats van Terminal voor de optie Windows PowerShell (Admin). Voer het volgende commando uit: wsl --install. Windows zal nu vragen je pc te herstarten.

Hiermee activeer je niet alleen de nodige componenten voor WSL 2, maar je zet tegelijk al een Linux-distributie klaar. Standaard is dit Ubuntu, maar in paragraaf 7 zie je hoe je ook andere Linux-distributies kunt installeren.

Je kunt WSL en Ubuntu met één commando activeren en installeren.

6 Handmatige installatie

Microsoft heeft het dus zeer eenvoudig gemaakt om WSL te activeren, maar wellicht ben je geïnteresseerd in het onderliggende installatieproces. In plaats van het installatiecommando op de Terminal te gebruiken, kun je het proces ook ‘handmatig’ sturen, zodat je meer inzicht krijgt in wat er precies gebeurt.

Dit kan als volgt. Druk op Windows-toets+R en voer optionalfeatures uit. In het venster Windows-onderdelen scrol je naar Windows-subsysteem voor Linux en zorg je dat dit is aangevinkt. Schakel ook het onderdeel Platform voor virtuele machine in. Bevestig je keuzes met OK en herstart Windows.

Lukt dit om een of andere reden niet, dan kan het ook via PowerShell als administrator. Voer achtereenvolgens de volgende commando’s uit:

dism.exe /online /enable-feature /featurename:Microsoft-Windows-Subsystem-Linux /all /norestart

dism.exe /online /enable-feature /featurename:VirtualMachinePlatform /all /norestart

Nadat telkens de melding van een succesvolle uitvoering is verschenen, herstart je ook nu je pc.

Om er zeker van te zijn dat je over de recentste Linux-kernel beschikt, download en installeer je het WSL 2 Linux-kernel-updatepakket via https://aka.ms/wsl2kernel, waar je op WSL 2 Linux kernel update for x64 machines klikt. Dubbelklik vervolgens op het gedownloade msi-bestand. Een installatiewizard verschijnt. Klik hier op Next en bevestig met Ja en Finish.

Je hebt hardware-virtualisatie nodig om met WSL 2 (en WSLg) aan de slag te kunnen.

Virtualisatie-onderdelen

Om WSL te activeren, moet je bepaalde Windows-onderdelen inschakelen die met virtualisatie te maken hebben. Het gaat om Platform voor virtuele machine en Windows-subsysteem voor Linux, beide nodig voor een gevirtualiseerde Linux-kernel.

In Windows Home vind je tevens het onderdeel Windows Hypervisor-platform. Dit moet je inschakelen als je met een externe hypervisor oftewel VM-manager wilt werken, zoals Oracle VirtualBox.

In Windows Pro is er ook nog het onderdeel Hyper-V, waarmee je een volwaardige hypervisor inschakelt om zelf virtuele machines te creëren en beheren. Daarnaast biedt Windows Pro nog de onderdelen Windows-Sandbox voor een virtuele Windows-testmachine, Microsoft Defender Application Guard voor het openen van sites en documenten in afgeschermde browser- en Office-instanties, en Containers voor het gebruik van Windows-containers.

Windows Pro nog wat meer onderdelen die met virtualisatie te maken hebben.

7 Zelf een Linux-distributie installeren

Bij de geautomatiseerde installatie (zie paragraaf 5) wordt Ubuntu standaard mee geïnstalleerd. Hoe je hiermee aan de slag gaat, lees je vanaf de volgende paragraaf. Eerst vertellen we je hoe je zelf een (extra) Linux-distributie installeert via WSL.

We gaan ervan uit dat je met grafische Linux-applicaties wilt werken en dus WSL 2 (met uitbreiding WSLg) nodig hebt. Stel daarom WSL 2 in als standaardversie. Klik in het startmenu met rechts op Opdrachtprompt of PowerShell, kies Als Administrator uitvoeren en voer het volgende commando uit:

wsl --set-default-version 2

Een Linux-distributie ophalen en installeren kan als volgt. Voer eerst het volgende commando uit om te zien welke Linux-distributies al op je systeem zijn geïnstalleerd:

wsl --list -all

Vraag vervolgens een lijst van beschikbare distributies op (op dit moment zijn dat veertien distributieversies):

wsl --list --online

Om een distributie te installeren, voer je dit commando uit:

wsl --install -d <Name>

Bijvoorbeeld:

wsl --install -d Ubuntu24.04

of

wsl --install -d kali-linux

Het kan ook vanuit de Microsoft Store: typ Linux in de zoekbalk rechtsboven, houd de muispijl boven de gewenste distributie en selecteer Downloaden, waarna de installatie kan beginnen.

Je kunt je Linux-distributies vanaf de opdrachtregel installeren en beheren.

8 Distributies beheren

Met het volgende commando krijg je een lijst van alle geïnstalleerde distributies, hun status (Running of Stopped) en de WSL-versie waaronder ze draaien:

wsl --list --verbose

Of korter:

wsl -l -v

Omdat je WSL 2 als standaard hebt ingesteld, zou er normaal gesproken 2 moeten staan in de kolom Version. Je kunt een distributie ook naar een andere versie omzetten met:

wsl --set-version <NAME> <VersieNummer>

Bijvoorbeeld:

wsl --set-version Debian 2

Wanneer je het commando wsl zonder verdere parameters uitvoert, start de standaard Linux-distributie, normaliter Ubuntu. Om een specifieke distributie te starten, gebruik je:

wsl -d <naam>

De distributies vind je trouwens ook terug onder hun volledige naam in het Windows-startmenu, zoals Ubuntu of Kali Linux.

Wil je een andere distributie als standaard instellen, voer dan deze opdracht uit:

wsl --setdefault <naam>

Het is mogelijk een distributie met een specifieke gebruiker op te starten vanuit de Opdrachtprompt met:

wsl --user <gebruikersnaam>

In Ubuntu bijvoorbeeld creëer je een gebruiker met:

sudo adduser <gebruikersnaam>

En whoami vertelt je wie is aangemeld.

Een opgestarte distributie sluit je af met het commando exit vanuit de Linux-terminal of je voert in de Windows Opdrachtprompt wsl --shutdown uit. Dit laatste commando sluit overigens alle draaiende distributies in één keer af.

Je kunt een distributie, inclusief de bijbehorende software, gegevens en instellingen, verwijderen met:

wsl --unregister <naam>

Bijvoorbeeld:

wsl --unregister Ubuntu-22.04

Je kunt een distributie ook meteen met de gewenste gebruiker opstarten.

9 Pakketbeheer in Ubuntu

Wanneer je een Linux-distributie via WSL installeert, word je bij de eerste opstart om een gebruikersnaam (UNIX-name) en wachtwoord gevraagd. Daarna beland je in de terminal, achter een prompt als <gebruikersnaam>@<computernaam>:~$. We nemen hier de standaarddistributie Ubuntu als voorbeeld. Met het commando lsb_release -a ontdek je de exacte Ubuntu-versie en met uname -r de versie van de Linux-kernel (zoals 5.15.133.1-microsoft-standard-WSL2).

Werk de Ubuntu-pakketbronnen bij en update de geïnstalleerde pakketten met de volgende commando’s:

sudo apt update

sudo apt upgrade

Controleer welke pakketten een update nodig hebben met:

sudo apt list --upgradable

Om een specifiek pakket te updaten, gebruik je:

sudo apt --only-upgrade install <pakketnaam>

Zoek naar een exacte pakketnaam met:

apt search <zoekterm>

En installeer deze vervolgens met:

sudo apt install <pakketnaam>

Bijvoorbeeld:

sudo apt install imagemagick

Handig om weten: met het commando clear maak je het terminalvenster leeg.

In een vers geïnstalleerde Ubuntu (22.04) zijn doorgaans heel wat pakketten aan een update toe.

10 Grafische applicaties

We gaan ervan uit dat WSL 2 actief is en dat je probleemloos Linux-distributies kunt installeren en starten. Dit betekent dat WSLg beschikbaar is en je grafische Linux-applicaties kunt draaien. Mocht het opstarten van grafische Linux-applicaties onverhoopt niet werken, kun je ontbrekende onderdelen voor WSLg herstellen met deze commando’s:

wsl --update

wsl --shutdown

Met dit laatste commando stop je alle draaiende WSL-instanties en sluit je de achterliggende virtuele machine af. Om WSL daarna weer op te starten, hoef je alleen een WSL-commando uit te voeren of een Linux-distributie te starten.

We nemen verder Ubuntu als voorbeeld en installeren we de grafische bestandsbrowser Nautilus. Start de Ubuntu-terminal en voer dit commando uit:

sudo apt install nautilus -y

Start de app daarna op met het commando nautilus. Op dezelfde manier kun je andere grafische apps installeren, zoals:

VLC Media Player:

sudo apt install vlc -y

Fotobewerker GIMP:

sudo apt install gimp -y

Gnome Text Editor:

sudo apt install gnome-text-editor -y

Deze drie voorbeelden start je later dan op met respectievelijk vlc, gimp en gnome-text-editor.

WSLg in actie: de grafische bestandsbrowser Nautilus voor Linux, vanuit Windows.

11 X-server

WSLg kan overweg met de meeste grafische Linux-applicaties, maar soms is de weergave gebrekkig. Voor X11-applicaties kun je het dan nog eens met een X-server proberen, zoals het gratis VCXsrv. Download de server via www.sourceforge.net/projects/vcxsrv en installeer deze met de standaardinstellingen. Start daarna XLaunch via het Windows-startmenu. Kies achtereenvolgens: Multiple Windows (-1) en Start no client, en zet een vinkje bij Disable access control. Geef desgevraagd je firewall toestemming voor de netwerkverbinding van de server. Open vervolgens je Ubuntu-terminal en voer de volgende commando’s uit:

echo export DISPLAY=$(hostname).local:0.0 >> ~/.bashrc

source ~/.bashrc

Controleer deze aanpassing eventueel met:

gnome-text-editor ~/.bashrc

Probeer het uit met:

sudo apt install x11-apps

En start grafische testapplicaties zoals xcalc, xclock of xeyes. Wanneer je in het Windows-systeemvak over het XLaunch-pictogram beweegt, verschijnt als het goed is 1 clients.

Een alternatief voor WSLg: grafische Linux-uitvoer naar Windows via X-server.

12 Wisselwerking

Dankzij WSL(g) kun je (grafische) Linux-applicaties binnen je Windows-omgeving opstarten. De geïnstalleerde distributies vind je bij naam in het startmenu van Windows. Hier tref je ook geïnstalleerde Linux-applicaties aan binnen de map van de distributie en kun je deze zelfs aan je taakbalk of startmenu vastpinnen. Het is mogelijk Linux-commando’s rechtstreeks vanuit de Windows Opdrachtprompt uit te voeren door ze vooraf te laten gaan door wsl. Bijvoorbeeld, om de mapinhoud te bekijken, voer je wsl ls uit. Wanneer je Verkenner opent zie je onderaan in het navigatiepaneel de Linux-mascotte Tux, met aparte mappen voor elke geïnstalleerde Linux-distributie.

Deze integratie werkt ook andersom. Zo kun je diverse commando’s op de Linux-terminal uitvoeren, zoals dir om de mapinhoud op te vragen. Je kunt vanuit Linux bovendien door je Windows-mappenstructuur navigeren. Voer mount uit in de Linux-terminal en je ziet stations zoals /mnt/c, /mnt/d (voor C- en D-stations enzovoort). Navigeer door deze mappen met cd, bijvoorbeeld: cd /mnt/c/windows. Keer terug naar de bovenliggende map met cd ..

Je kunt ook een grafische bestandsbrowser gebruiken, zoals Nautilus. Ga hiervoor naar +Other locations / Computer en navigeer naar het gewenste station, zoals /mnt/c.

Je vindt Linux-applicaties ook terug in het Windows-startmenu en op de taakbalk.

Watch on YouTube