ID.nl logo
Van budget tot luxe: 12 pc-behuizingen voor iedere gebruiker getest
© stockphoto-graf
Huis

Van budget tot luxe: 12 pc-behuizingen voor iedere gebruiker getest

Na een periode met weinig ontwikkeling staan er weer de nodige grote, interessante productlanceringen klaar voor desktop-pc’s. Zo heeft Intel eind 2024 nieuwe Core Ultra-cpu’s geïntroduceerd, AMD de Ryzen 9000-cpu’s en Nvidia nieuwe RTX 5000-videokaarten. Hoog tijd om je desktop-pc dus weer eens een update te geven, waarbij een mooie behuizing uiteraard niet mag ontbreken! Wij hebben de twaalf beste behuizingen van dit moment voor jou op een rijtje gezet.

In dit artikel geven we mee waar je over na moet denken als je een nieuwe pc-behuizing wilt, en geven we een overzicht van de twaalf beste modellen:

  • Denk aan het formaat: hoe groot of klein moet je nieuwe pc worden?
  • Houd rekening met de koelprestaties
  • Bedenk welke eigenschappen jij belangrijk vindt: aantal ventilatoren, fanhub, RGB-hub, aantal usb-poorten, inbouwgemak
  • Verlies jouw smaak niet uit het oog

Liever een laptop? Vind de perfecte laptop: alles wat je moet weten voor de juiste keuze

Er zijn momenteel honderden verschillende behuizingen te koop in de Benelux. Ze komen in verschillende soorten en maten. Er is niet zoiets als de beste behuizing voor iedereen, want de markt voor behuizingen is volwassen daardoor gevuld met vooral ‘prima’ behuizingen. Vooral je smaak en persoonlijke voorkeuren moeten de doorslag geven. Het is daarom belangrijk om eerst in kaart te brengen wat voor jou belangrijk is.

In dit artikel kijken we daarom ook eerst naar een stappenplan met de zaken waar je over na moet denken voordat je een nieuwe behuizing koopt. We hebben we een voorselectie gemaakt uit tientallen behuizingen, waarbij de twaalf in deze review het meest interessant zijn voor een zo breed mogelijk aantal doeleinden. Voor de ideale behuizing zul je zelf eerst duidelijk moeten hebben wat je precies nodig hebt.

Formaat

De eerste vraag is een vooral een praktische: hoe groot of klein wil je dat je nieuwe pc wordt? Dit is vooral een subjectieve overweging. Een grote behuizing is makkelijker om mee te werken, biedt ruimte aan praktisch alle componenten die je maar kan bedenken en laat je veelal veel extra zaken als opslag toevoegen. Moderne videokaarten zijn erg groot geworden en de RTX 5000-kaarten zijn nog een stukje groter, dus met een grote kast loop je bij toekomstige upgrades minder risico.

©Design by Shisky - stock.adobe.com

Het formaat van je moederbord bepaalt mede hoe compact je behuizing kan zijn.

Een grote kast neemt ook meer ruimte in onder of op je bureau. Een strak, klein kastje is aanzienlijk aantrekkelijker, praktischer in de complete opstelling, en zoals je straks zult zien hoeft kleiner niet per se duurder of goedkoper te zijn. Breng eerst je andere componenten goed in kaart en bepaal vervolgens of de door jou gekozen behuizing ruimte biedt voor jouw moederbordformaat (atx, micro-atx of ITX), videokaart, opslagwens en de door jou gekozen koeloplossing. Houd daarbij ook rekening met eventuele upgrades in de toekomst.

©eliosdnepr - stock.adobe.com

Een grafische kaart moet qua lengte uiteraard in je behuizing passen.

Benodigde koelprestaties

Ga je voor een instap- of mid-range-systeem, dan zijn de prestaties van de meeste kasten tegenwoordig geen probleem meer. Alle door ons gekozen kasten kunnen een systeem met een mid-range-cpu en -gpu makkelijk aan wat koelprestaties betreft.

Ga je voor een echte top-end machine met een krachtige cpu, denk aan een Core i9, Core Ultra 9 of Ryzen 9 en een videokaart met een TDP van meer dan 250 watt, kies dan een van de kasten met vier of vijf sterren voor koelprestaties in de tabel (zie onderaan dit artikel).

Extra eigenschappen

Vraag jezelf vervolgens af of er specifieke eigenschappen zijn die je graag zou willen hebben, waarbij de keerzijde van meer mogelijkheden vaak een hogere prijs is. Let daarbij vooral op het aantal ventilatoren dat je erbij krijgt, of dat je die er nog los bij moet kopen. Een fanhub om ze allemaal op aan te sluiten is een fijne bonus, net als een RGB-hub als je daar waarde aan hecht.

Let ook op het aantal usb-poorten op de behuizing. Sommige behuizingen hebben eigenschappen die het bouwproces aanzienlijk makkelijker maken. Onderschat de waarde van deze tijdsbesparing niet, vooral als je geen held bent in pc bouwen. Een pc bouwen is eenvoudig, maar een case met 4 of 5 sterren voor inbouwgemak is aanzienlijk toegankelijker voor beginners en een tientje meer betalen voor gemak verdient zich soms snel terug.

Ventilators worden lang niet altijd meegeleverd, bij de relatief goedkope DeepCool CC560 krijg je er wel vier meegeleverd.

Wat is jouw smaak?

Omdat de markt voor behuizingen volwassen is en je je zelden nog zorgen hoeft te maken over de kwaliteit, wordt je eigen subjectieve smaak belangrijker. Laat je dus niet gekmaken door een product dat misschien iets hoger scoort op gebied van prestaties, bouwkwaliteit of inbouwgemak. Als een bepaald design gewoon helemaal jouw smaak is en de andere factoren die wij meenemen voldoende of beter dan dat zijn, dan kun je gerust je hart volgen en de kast pakken die je mooi vindt. Geen van de kasten uit onze selectie heeft onoverkoombare beperkingen.

Corsair 4000D Airflow

De Corsair 4000D is een van de populairste behuizingen van dit moment. Hij biedt een mooie balans voor praktisch elk systeem en een uitstekende prijs-prestatieverhouding. Met zijn afmetingen is hij groot genoeg om de grootste videokaarten, grote waterkoelers en grote luchtkoelers in kwijt te kunnen, maar het blijft wel een mid-tower en geen overdreven gigantisch monster op je bureau. Hij heeft stoffilters waar nodig, komt met twee fans en zonder extra geld aan ventilatoren uit te geven, kun je een high-end build prima koelen.

De prijs van 89 euro is aantrekkelijk. Goedkopere alternatieven zijn zichtbaar en voelbaar minder afgewerkt, duurdere cases zijn normaliter nauwelijks echt beter en daarbij is het design ook niet dusdanig overdreven dat de meeste gebruikers erover zullen vallen. Het is de ultieme allrounder voor iedereen die geen heel specifieke smaakvoorkeur heeft of nog niet precies weet welke onderdelen hij in de toekomst wil toevoegen. Je kunt er simpelweg niet de fout mee ingaan.

Pluspunten

  • Prijs-kwaliteitverhouding

  • Goede koelprestaties

  • Gebruiksvriendelijk

Minpunt

  • Mist geavanceerde mogelijkheden

Fractal Design Meshify 2 Compact

Alles wat we over de Corsair 4000D  schrijven, gaat in feite ook op voor de Fractal Design Meshify 2 Compact; Fractals even uitstekende tegenhanger in hetzelfde segment. Deze kast is doorgaans een tientje of twee duurder dan de Corsair 4000D Airflow en daarmee objectief nipt minder interessant als écht elke euro telt. Wel is onze ervaring dat het iets strakkere design van het Zweedse Fractal vaak toch net wat meer gewaardeerd wordt.

De kwaliteit en het inbouwgemak zijn uitstekend. Ook krijg je standaard drie ventilatoren die prima in staat zijn high-endsystemen te koelen en de afwerking is nipt chiquer dan de Corsair, wat met de extra fans de meerprijs best te rechtvaardigen maakt. Simpelweg één van de beste no-nonsense kasten van dit moment.

Pluspunten

  • Goede prijs-kwaliteitverhouding

  • Goede koelprestaties

  • Nette afwerking

Minpunt

  • Mist premiummogelijkheden zoals hubs

Hoe zit het met geluid?

In het verleden keken we bij kasten ook streng naar de geluidsproductie. Dat kwam vooral omdat we jaren geleden veelal hoorbare mechanische harde schijven hadden en de ene behuizing dempte die geluiden duidelijk beter dan de andere. Tegenwoordig zijn ssd’s de standaard, in menig behuizing zijn harde schijven niet eens een optie meer, waardoor het geluid van je pc vooral afhankelijk is van de door jou gekozen componenten.

Het gros van de cases op de markt, en alle behuizingen in dit artikel, maken het prima mogelijk om een onhoorbaar systeem te maken, zolang je de ventilatoren via ventilatorcontrole op je moederbord een beetje temt en zolang je zorgdraagt voor cpu-koelers en videokaarten die niet luid zijn. De behuizingen zelf zijn tegenwoordig dus niet langer duidelijk stil of niet.

Fractal Design North

Zoek je iets wat net wat luxer is afgewerkt, of is een traditionele zwarte of witte pc-behuizing geen optie, dan is de Fractal North een van de aantrekkelijkste behuizingen van dit moment. De basis is niet enorm anders dan de Meshify 2 Compact, de North is marginaal groter, maar het is vooral de afwerking aan de voorzijde waarmee deze kast indruk maakt.

Dankzij houten latten aan de voorkant en een door de bank genomen wat hoger afwerkingsniveau is de North een echt plaatje om te zien. Hij komt ook in verschillende kleuren, waardoor je hem met tal van bureaus en opstellingen kunt matchen.

Ook hier krijg je standaard genoeg koeling en is het inbouwgemak dik in orde, zoals je van een atx-behuizing verwacht. Het voornaamste nadeel: hout is niet goedkoop en dat zien we terug in de prijs. Je betaalt al snel 50 euro of meer extra voor deze variant, terwijl dat op gebied van prestaties of gemak geen winst oplevert. Je betaalt dus voor de uitstraling, maar krijgt er wel een plaatje voor terug.

Pluspunten

  • Mooi gebruik van hout

  • Goede koeling

  • Nette afwerking

Minpunt

  • Meerprijs materialen

DeepCool CC560

Wil je juist de andere kant opgaan en nog wat geld besparen op je behuizing, dan heeft Deepcool de CC560 als aantrekkelijk instap-alternatief. De CC560 combineert een acceptabele bouwkwaliteit en niveau van afwerking voor een prijs waarvoor de meeste concurrenten geen (moderne) behuizingen meer willen uitbrengen.

Hoewel je het verschil met onder andere de Corsair 4000D Airflow wel ziet en voelt als je ze naast elkaar zet, is de besparing relatief gezien erg fors, terwijl je daar in de praktijk niet heel veel van merkt. Ook hier zijn de prestaties gewoon uitstekend en heb je ruimte genoeg voor de meeste componenten.

De CC560 is wel iets krapper in het kabelmanagement, waardoor onervaren bouwers iets langer kwijt zullen zijn aan bouwen en afwerken. Maar wanneer elke euro telt, kun je tegenwoordig praktisch niet om DeepCool heen. Tip: houd ook andere CC- en CH 300- en 500-series cases in de gaten. DeepCool heeft geregeld modellen met hetzelfde chassis in de basis maar een iets ander frontje, voor vergelijkbare prijzen te koop.

DeepCool CC560

Wanneer elke euro telt

Pluspunten

  • Enorm goedkoop

  • Goede koeling

  • Ruimte voor de meeste builds

Minpunten

  • Besparingen hier en daar zichtbaar

  • Ruimte voor kabels iets krapper

Hyte Y70 Touch

De laatste jaren is het concept panoramacase erg populair geworden: cases met een glazen voorkant waardoor je een soort aquarium-gevoel krijgt en al je onderdelen goed kunt zien. Deze cases zijn significant breder dan gemiddelde atx-cases, maar wel iets minder diep. Houd de afmetingen dus goed in de gaten.

De Hyte Y70 Touch is zonder twijfel de meest extreme uitvoering hiervan. Glas voorop, glas aan de zijkant en een extra monitor in de kast zelf ingebouwd. Dit geeft je de mogelijkheid om je pc extreem opvallend te maken met verschillende thema’s, om extra informatie weer te geven. Je kunt zelfs minigames op het touchscreen spelen.

Het is de case om mee op te vallen en de kwaliteit en afwerking zijn ook echt van topniveau, maar de consequenties zijn aanzienlijk. Niet alleen ben je 450 euro kwijt voor het genoegen, je zult ook nog extra moeten investeren in ventilatoren om je onderdelen goed te koelen. Voor dit bedrag had een vol setje ventilatoren niet misstaan.

Hyte Y70 Touch

Voor als je graag alles wilt kunnen zien

Pluspunten

  • Bruikbaar touchscreen ingebouwd

  • Extreem opvallend

  • Zeer gebruiksvriendelijk

Minpunten

  • Extreme prijs

  • Geen fans meegeleverd

Montech King 95 Pro

Montech is net als DeepCool een merk dat al een tijdje laat zien dat een goede behuizing niet extreem duur hoeft te zijn. Met een prijs van circa 160 euro is de King 95 Pro zeker niet goedkoop te noemen, maar voor een panoramacase met gebogen glazen voorkant, standaard een volle set van zes fans en een fancontroller om ze allemaal aan te sturen is de vraagprijs eigenlijk enorm redelijk. Populaire alternatieven zoals de Lian Li 011 Dynamic kosten ongeveer hetzelfde, maar komen dan zonder fans.

Hier en daar zien we wat kleine details in de afwerking die op de veel duurdere Hyte Y70 niet merkbaar zijn, maar dat is simpelweg een kanttekening tegenover de gigantische besparing die Montech hier biedt. Hij koelt standaard fantastisch, het inbouwgemak is ultiem dankzij de ruimte achter het moederbord en als je een panoramacase zoekt om een mooie build in te showen zonder een vermogen uit te geven, kun je niet om deze behuizing heen.

Pluspunten

  • Top prijs-prestatieverhouding

  • Standaard zes fans en controller

  • Zeer makkelijk inbouwen

Minpunt

  • Afwerking kan nog wat beter

Lian Li A3

Wil je liever een maatje kleiner, dan kun je een micro-atx-behuizing overwegen. Deze vereist uiteraard een micro-atx-moederbord, maar de meeste echt betaalbare moederborden gebruiken al dit iets kleinere format. De Lian Li A3 sluit daar met zijn lage prijs van 70 euro mooi op aan om je compacte systeem toch lekker betaalbaar te houden. De compacte kast is prima gebouwd en afgewerkt, alleen de plastic voorzijde laat raden dat dit echt een betaalbaar model is.

Er zitten enkele keerzijdes aan het compactere maatje. Zo is het iets meer puzzelen met componenten; een (iets duurdere) SFX-voeding heeft eigenlijk de voorkeur, grotere luchtkoelers of waterkoelers passen niet altijd en het wegwerken van de kabels in een krappere ruimte is lastiger dan in de andere modellen. Het koelpotentieel is weliswaar in orde, maar zonder standaardfans is een extra ventilator wel een vereiste om een mid-range- of high-end-systeem goed te koelen. Reken er dus gemakshalve een tientje extra bij.

Het vereist allemaal dus iets meer puzzelwerk om het te laten werken, maar met een beetje handigheid ben je met deze case niet meer kwijt voor een mooie pc in een aanzienlijk handzamer maatje. Daarbij krijgt hij bonuspunten voor de witte en zwarte kleuroptie en er is zelfs een variant met een houten afwerking voorop, maar die is duurder en vooralsnog lastig leverbaar.

Lian Li A3

Een maatje kleiner

Pluspunten

  • Prijs-prestatieverhouding

  • Mooi compact formaat

  • Koelpotentieel in orde

Minpunten

  • Aanschaf ventilator noodzakelijk

  • Verkrijgbaarheid beperkt

  • SFX-voeding heeft voorkeur

ASUS Prime AP201

De ASUS Prime AP201 is eveneens een micro-atx-kast, maar neemt het net iets ruimer dan de Lian Li A3. De kwaliteit en afwerking van deze case ontlopen zijn directe concurrent nauwelijks, net als de prijs van 85 euro. De extra ruimte maakt het een iets makkelijkere case om in te werken, ook als je een standaard atx-voeding wilt gebruiken. De voornaamste keerzijde is dan uiteraard dat je een deel van de charme van een kleinere form factor moet inleveren.

Wel krijg je hier standaard een ventilator bij, waardoor je ook zonder extra investering direct in staat bent om een typische build te koelen. En een high-end-build is dankzij de mesh aan alle kanten ook zeker geen probleem. Daarmee is de AP201 een fijne kast voor iedereen die iets kleiner wil zonder significante consequenties wat betreft ruimte en gemak, of iedereen die vreest dat een echt kleiner maatje te veel beperkingen oplevert.

Pluspunten

  • Prijs-prestatieverhouding

  • Iets compacter dan atx-kasten

  • Relatief eenvoudig bouwen

Minpunt

  • Niet heel compact

DeepCool CH160

Wil je echt klein, dan kom je bij itx-behuizingen uit. Deze hebben louter plaats voor itx-moederborden wat je keuze wat beperkt. Ook zijn itx-moederborden vaak net wat duurder dan micro-atx- of atx-borden, waardoor je totale kosten iets, maar niet per se enorm veel oplopen.

De DeepCool CH160 kan de totale kosten van je pc prima beperken omdat hij zelf maar zes tientjes kost, al ontbreekt een ventilator helaas, waardoor je ook hier een tientje extra mag bijrekenen. Toch is het een van de leukste cases van dit moment. Hij is significant kleiner dan alle andere tot dusver besproken modellen, grote videokaarten passen nog altijd prima, en het handvat bovenop maakt hem ook nog eens leuk voor iedereen die zijn pc af en toe meeneemt naar een andere locatie.

Het formaat laat weinig ruimte voor kabelmanagement of gebruik van grote harde schijven, al is dat met grote NVMe-ssd’s tegenwoordig zelden nog een beperking. De grootste beperking zit in de cpu-koeling, een mid-size towerkoeler is het maximaal realistisch haalbare. Maar voor een gemiddelde (gaming-)pc met mid-range cpu, high-end videokaart en één of twee ssd’s heb je eigenlijk niet meer nodig.

Pluspunten

  • Lekker goedkoop

  • Veel ruimte

  • Koeling met extra fan prima

Minpunten

  • Geen fan meegeleverd

  • Krap kabelmanagement

Fractal Design Terra

Ook in het itx-segment weet Fractal Design enkele alternatieven neer te zetten die op gebied van kwaliteit, afwerking en materiaalgebruik de overtreffende trap zijn. De Terra combineert geanodiseerd aluminium met hout, waardoor het net als bij de North niet alleen een praktisch product is, maar vooral ook een statement op je bureau is.

De totale inhoud van deze case is 10,4 liter, wat uiteraard betekent dat je wel goed moet nadenken over welke onderdelen je wilt gebruiken. Het interieur is slim bedacht en aanpasbaar waardoor je kunt kiezen voor een extra dikke gpu-koeler, of juist bij de gpu ruimte kunt wegsnoepen en dan een (iets) dikkere luchtkoelers kwijt kunt. Een low profile cpu-koeler en stevige videokaart kan dus prima en fijn is dat de benodigde riser voor de videokaart inbegrepen is. Een fan is niet inbegrepen, maar is in dit ontwerp waarbij cpu-koeler en videokaart tegen de zijkant zitten ook niet nodig.

Naast dat het bouwen en wegwerken van alle kabels hier best wat gepuzzel is, een behuizing voor mensen die hun eerste pc bouwen zouden we het niet direct noemen, is de prijs ook fors: bijna 200 euro voor een product dat vooral visueel voordelen biedt. Mooie producten mogen geld kosten, en op de kosten van een high-end pc vinden we de meerprijs voor iets met deze uitstraling ergens ook prima te overzien. Geen prijs-prestatiekampioen, wel een echt mooi product.

Pluspunten

  • Uitstekend materiaalgebruik

  • Slim interieur

  • Prima koelpotentieel

Minpunten

  • Vraagt zuinigere cpu’s

  • Puzzelen met bouwen

Cooler Master NR200P MAX V2

Cooler Masters NR200P MAX is al enige tijd één van onze absolute favoriete itx-behuizingen. De NR200P (zonder MAX) is net als de DeepCool CH160 een leuke, degelijke en compacte kast voor een bescheiden bedrag, maar het is de MAX-variant waarmee Cooler Master ITX-systemen echt toegankelijk maakt voor beginners. In deze kast zitten de 850watt-voeding en 280mm-waterkoeler al ingebouwd. Daarbij zijn die onderdelen op de kast afgesteld en zitten alle kabels al praktisch op de juiste plaats, waardoor er van kabelmanagement nauwelijks sprake is.

Dat maakt de NR200P MAX makkelijker om mee te werken dan praktisch elke andere behuizing, zelfs grotere varianten. Installeer de andere onderdelen, plug de kabels in en zet de cpu-koeler op de cpu. In tegenstelling tot de Fractal Design Terra maakt dat de NR200P MAX juist wél een van de interessante cases voor iedereen die nog nooit een pc gebouwd heeft.

De NR200P MAX V2 kost 370 euro en is daarmee niet goedkoop. De prijs is niet gek omdat je een voeding en waterkoeling meegeleverd krijgt, maar als je een budgetfocus hebt, kun je normaliter prima af met een goedkopere voeding en een veel goedkopere luchtkoeler. Als je je eigen tijd hoog waardeert, is de winst in onze optiek hier prima te verantwoorden. Tip: klinkt dit aantrekkelijk, overweeg dan ook de Cooler Master NCORE 100 MAX, een vergelijkbaar concept in een verticale toren met een opvallendere uitstraling.

Pluspunten

  • Eenvoudig om mee te werken

  • Ingebouwde voeding en koeling

  • Mooi compact maatje

  • Goede prestaties

Minpunten

  • Beperkt je keuze

  • Prijzig door dure onderdelen

Corsair 2000D Airflow

Veel itx-behuizingen beperken de hoogte van de behuizing, maar enkele andere gaan de andere kant op. Ze blijven relatief hoog, maar beperken juist de footprint op je bureau. Zeker op kleinere bureaus is dat een fijne eigenschap, je houdt simpelweg meer ruimte over voor andere zaken.

De Corsair 2000D Airflow is een aantrekkelijke en betaalbare optie om die kant op te bouwen. De kast heeft een minimale footprint, maar toch ruimte voor flinke videokaarten, flinke waterkoelers (officieel tot 360 mm, maar 240 mm is fijner bouwen) en een stevige luchtkoeler past eveneens en heeft zelfs onze voorkeur.

Kabelmanagement is een klein beetje puzzelen, maar valt mee in vergelijking met bijvoorbeeld de Fractal Terra. Het grootste nadeel is dat fans ontbreken, tel er dus één extra bij op. Het nadeel van dit design is dat alle moederbordaansluitingen onderop de behuizing zitten. Als je regelmatig randapparatuur wilt aansluiten is dat niet ideaal; zorg dat je aan de usb-poorten voorop voldoende hebt. Overigens heeft Corsair ook een 2000D RGB-variant voor een paar tientjes meer waarbij je 3 RGB-fans en een RGB-controller meegeleverd krijgt, geen gekke meerprijs voor wat extra koeling en verlichting.

Pluspunten

  • Kleine footprint op bureau

  • Slim interieur met veel opties voor dit formaat

  • Prima koelpotentieel voor high-end gpu’s

Minpunten

  • Aansluitingen achterkant moederbord lastig bereikbaar

  • 360mm-waterkoelers passen wel, maar maken het bouwen lastig

  • Geen fans meegeleverd

Conclusie

Als je op zoek bent naar een functionele kast voor al je onderdelen, dan kun je met alle twaalf de behuizingen in deze test simpelweg niet de mist ingaan. Wel zijn er grote verschillen. Wil je sterk op de prijs letten, dan moet je bij de DeepCool CC560 zijn, waarmee je voor een laag bedrag toch een heel bruikbare behuizing krijgt.

Gezien een behuizing jaren mee kan gaan, zouden wij als eerste naar de Corsair 4000D Airflow of de Fractal Meshify 2 kijken, waarbij een kleine meerprijs je een upgrade geeft in afwerking en inbouwgemak. Wil je liever wat kleiners, kijk dan eerst naar de Lian Li A3 of de DeepCool CH160 of Corsair 2000D als je écht klein aandurft.

Wil je klein, maar klinkt het angstaanjagend, dan is de Cooler Master NR200P MAX ideaal. Deze kast is klein, maar er is onder de streep makkelijker mee te werken dan alle andere compacte oplossingen.

Het is bijna oer-Hollands om vooral naar prijs-prestatieverhouding te kijken, maar daarmee doe je geen recht aan wat veel fabrikanten tegenwoordig doen op gebied van behuizingen. De Hyte Y70 Touch is daar wellicht het meest extravagante voorbeeld van, maar het is niet alleen maar voor de show. Jaren geleden zagen we de introductie van glas en aluminium in plaats van staal, tegenwoordig zien we hout een opmars maken. Cases als de North, de Terra of de Lian Li A3 kosten dan weliswaar wat meer, maar in onze ervaring is een aantrekkelijk desktop-pc toch iets om trots op te zijn.

▼ Volgende artikel
Bedien je slimme apparaten met een zelfgebouwd touchscreen
© InfiniteFlow - stock.adobe.com
Huis

Bedien je slimme apparaten met een zelfgebouwd touchscreen

Houd je van knutselen én automatiseer je alles in en om je huis met Home Assistant? Kijk dan zeker eens naar ESPHome. Je kunt eindeloos variëren met componenten. Dankzij de koppeling met Home Assistant bouw je gemakkelijk en voor weinig geld een lichtschakelaar of sensor, om maar wat te noemen. De LVGL-bibliotheek zorgt ervoor dat je nu ook eenvoudig met een touchscreen en zelfbedachte gebruikersinterface kunt werken. We laten zien hoe dat werkt met tips voor passende projecten.

In dit artikel laten we zien hoe je een touchscreen-interface bouwt voor Home Assistant met ESPHome en LVGL:

  • Installeer ESPHome en configureer een ESP32-microcontroller voor je project
  • Sluit een touchscreen aan en stel de juiste GPIO-pinnen en drivers in
  • Gebruik LVGL-widgets voor een interactieve interface
  • Integreer je touchscreen met Home Assistant voor directe bediening van je slimme apparaten

Lees ook: 5 fouten die je niet moet maken in je smarthome

Code downloaden

In dit artikel staat een voorbeeld van wat YAML-code. Omdat YAML erg gevoelig is voor foute spaties, kun je die code beter downloaden en daarna bekijken of kopiëren. In het bestand espcode.txt staan alle regels voorbeeldcode zoals ze in dit artikel aan bod komen. Maar je vindt ook een uitgewerkt voorbeeld in het bestand cyd-demo.yaml. Beide bestanden zijn hier te downloaden.

Uitgewerkt voorbeeld

Het meest uitgewerkte voorbeeld voor de demo met LVGL vind je op deze GitHub-pagina van auteur Gertjan Groen. In de code die je kunt downloaden (ook in het losse bestand cyd-demo.yaml) hebben we ook de RGB-led op de achterzijde toegevoegd, die je bijvoorbeeld als statusmelding kunt gebruiken. Verder is een timer toegevoegd om de backlight te regelen, zodat deze bij inactiviteit wordt uitgeschakeld. Tot slot laten we zien hoe je de GPIO-pinnen kunt gebruiken via de I2C-bus. Op de GitHub-pagina vind je nog meer handige informatie.

ESPHome maakt het heel makkelijk om apparaten te maken voor een slim huis, zoals je eigen sensors. Zo bouwden we eerder al eens een luchtkwaliteitsmonitor, een infraroodzender/ontvanger en een controller met drukknoppen en leds, waarmee je apparaten kunt bedienen en de status aflezen. Hoe je dat doet, lees je in dit artikel: Zo maak je met ESPHome apparaten geschikt voor je smarthome.

De basis voor ESPHome is een kleine, voordelige en zuinige microcontroller, meestal de ESP32. ESPHome ondersteunt enorm veel componenten en biedt daardoor haast onbegrensde mogelijkheden. We helpen je kort op weg met ESPHome, maar gaan ook meteen een stapje verder met de toevoeging van een touchscreen en de LVGL-bibliotheek. Daar kun je sinds augustus 2024 officieel gebruik van maken binnen ESPHome.

Met LVGL kun je aan de hand van widgets een grafische gebruikersinterface opbouwen en weergeven (zie kader ‘Grafische interfaces met widgets’). Soms kom je de term HMI (Human Machine Interface) tegen, waarmee een grafische gebruikersinterface voor het bedienen van apparatuur wordt bedoeld.

De kracht van ESPHome is dat je niet alleen lokaal aangesloten apparaten bedienbaar kunt maken, bijvoorbeeld via een relais, maar ook alle apparaten die je binnen Home Assistant gebruikt.

Grafische interfaces met widgets

LVGL staat voor Light and Versatile Graphics Library. Het is een opensource-bibliotheek die sinds 2016 bestaat. Je kunt ermee werken binnen ESPHome, Arduino, Tasmota en openHASP. Het laatste project is zelfs specifiek bedoeld voor microcontrollerfirmware met LVG.

De bibliotheek is heel licht, waardoor het soepel en snel kan werken op apparaten met beperkte capaciteit, bijvoorbeeld met een microcontroller. Bovendien kan LVGL flexibel met verschillende lay-outs, schermformaten en invoermethodes werken. Naast touchscreens kun je ook bijvoorbeeld muis, toetsenbord, losse knoppen en draaiknoppen toevoegen.

Via meer dan dertig widgets kun je een grafische gebruikersinterface opbouwen. Het uiterlijk is via thema’s en stijlen eenvoudig aan te passen. Bovendien kun je met animaties werken.

LVGL wordt gebruikt in slimme apparaten zoals thermostaten, smartwatches en keukenapparatuur, en zelfs in touchscreens voor industriële omgevingen. Op de website vind je enkele interactieve demo’s voor bekende toepassingen, waarbij de gebruikersinterface in de browser wordt getoond.

Met LVGL kun je via widgets een gebruikersinterface bouwen.

1 Wat gaan we doen?

Met ESPHome kun je relatief eenvoudig apparaatjes voor je slimme huis maken. Een voordeel ten opzichte van bijvoorbeeld Arduino en MicroPython is dat je niet hoeft te programmeren. Je hoeft alleen een configuratiebestand te maken waarin je de gebruikte microcontroller, verbindingsgegevens voor je wifi-netwerk en alle aangesloten componenten aanduidt. Hierna wordt firmware gemaakt en weggeschreven op je microcontroller. Alleen die eerste keer is dit soms wat lastig. Heb je het eenmaal werkend? Alle keren erna kun je heel eenvoudig de configuratie aanpassen en over-the-air (OTA) naar de microcontroller sturen.

In dit artikel gaan we met LVGL werken. Hiermee kun je binnen ESPHome grafische interfaces maken via widgets. Voor veel projecten zul je daarom niet eens componenten hoeven aan te sluiten, maar heb je genoeg aan een touchscreen. Denk bijvoorbeeld aan een lichtknop en helderheidsregeling voor een slimme lamp in Home Assistant, zoals we in dit artikel demonstreren. Je kunt natuurlijk ook geavanceerdere gebruikersinterfaces maken voor vrijwel elk apparaat in Home Assistant.

©pozitivo - stock.adobe.com

Je kunt bijvoorbeeld zelf een gebruikersinterface voor je slimme lampen bouwen, zodat je ze eenvoudig kunt bedienen.

2 Wat heb je nodig?

Wat hardware betreft, is het vrij eenvoudig. De ESP32-chip heeft snel de voorkeur boven de verouderde ESP8266-versie, zeker als je met een touchscreen gaat werken. De Raspberry Pi Pico W (zie gelijknamig kader) is ook een optie, maar die wordt nog niet volledig ondersteund binnen ESPHome.

Makkelijk om mee te starten is een eenvoudig ontwikkelbordje rondom de ESP32 dat je voor ongeveer 5 euro kunt aanschaffen. Het is wel fijn als je hier goede documentatie bij hebt, zodat je op zijn minst weet waar alle aansluitingen zitten.

Er zijn diverse varianten van de ESP32-module. Bekende opties zijn de ESP-WROOM-32E, ESP32-C3 en ESP32-S3. De ESP32-C3 wordt vaak in extra compacte bordjes gebruikt, die je onder de naam ‘super mini’ tegenkomt – handig als je niet veel aansluitingen nodig hebt of niet veel ruimte hebt.

De ESP32-S3 is een fijne optie vanwege de beschikbaarheid van PSRAM (Pseudo Static RAM), een voordelig type werkgeheugen dat onder meer nuttig is bij grafische toepassingen. Staat een touchscreen centraal in jouw project en wil je snel van start, overweeg dan een model met ingebouwde ESP32-chip (zie volgende paragraaf).

De ESP32-module is in verschillende uitvoeringen verkrijgbaar.

Raspberry Pi Pico W

De Raspberry Pi Pico is een voordelige en flexibele serie ontwikkelbordjes rondom de RP2040-microcontroller. De eerste versie verscheen in januari 2021. De Pico W is vanwege de wifi-connectiviteit een interessante optie voor ESPHome. Recent werd de Pico 2 W aangekondigd die op meerdere fronten is verbeterd. Dat model is op het moment van schrijven echter nog niet geschikt voor ESPHome.

De Raspberry Pi Pico W is ook bruikbaar in Home Assistant.

3 Touchscreen

Als je een touchscreen gaat gebruiken in je ESPHome-project, dan kun je eventueel een los exemplaar op de microcontroller aansluiten en configureren. Maar je kunt ook een touchscreen met ingebouwde ESP32 kiezen. Dat is vaak veel handiger en goedkoper. Je hoeft niet te solderen en kunt direct een gebruikersinterface bouwen in YAML-code. Het scheelt ook wat tijd. Bovendien zijn er zelfs modellen compleet met behuizing.

Kies een scherm dat door ESPHome wordt ondersteund. De website van ESPHome geeft goede suggesties. Je kunt ook afgaan op ervaringen van anderen. Het kan dan een iets grotere uitdaging zijn om de juiste configuratie voor je display in ESPHome te vinden. Je zult daarbij waarschijnlijk wel even moeten experimenteren, niet alleen bij het instellen van je display, maar ook bijvoorbeeld voor het touchgedeelte. Zelfs bij het vrij gangbare touchscreen dat we in dit artikel gebruiken, was dat een beetje prutsen.

Kies een touchscreen dat door ESPHome wordt ondersteund.

4 Scherm met ESP32

Voor dit artikel hebben we een eenvoudige ESP32-2432S028 gebruikt, met een resistief touchscreen van 2,8 inch met 240 × 320 pixels. Dit model wordt ook wel de ‘Cheap Yellow Display’ genoemd, wat vooral met de gele printplaat te maken heeft.

Er zijn meerdere varianten. Zo wordt in de schermpjes vaak de ILI9341-chip als aansturing gebruikt, maar soms ook de ILI9342, zoals in ons exemplaar. Dat vergt dan een heel kleine, maar noodzakelijke aanpassing in je configuratie.

Je kunt het scherm flexibel inzetten voor je IoT-projecten. Zoek je een wat groter touchscreen, dan kun je bijvoorbeeld de CrowPanel van Elecrow overwegen. Die is er in een versie van 5 inch (ca. 32 euro) en 7 inch (ca. 42 euro), inclusief acrylbehuizing en verzending via de fabrikant. Beide versies hebben een touchscreen met hoge resolutie van 800 × 480 pixels en zijn voorzien van de modernere ESP32-S3-chip. Het touchscreen is capacitief, wat zeker voor kleinere bedieningselementen fijner werkt dan het resistieve touchscreen in ons goedkope alternatief.

Tegenwoordig bestaan er ook ronde touchscreens. Een leuke optie (zij het met beperkte schermruimte) is de ESP32-2424S012 met een ESP32-C3-microcontroller, een rond kleuren-touchscreen van 1,28 inch en in een witte of zwarte behuizing. Makerfabs heeft een vergelijk schermpje zonder behuizing. De LilyGo T-RGB heeft een wat groter 2,1inch-scherm (zonder behuizing), maar is ruim twee keer zo duur.

De ESP32-2432S028 is een voordelig scherm (onder), een wat duurder alternatief is het capacitieve 5inch-aanraakscherm met ESP32 van Elecrow (boven).

5 Add-ons voor ESPHome

Hoewel je bijvoorbeeld een pc met Python kunt gebruiken voor het bewerken van je configuratiebestanden en het flashen van de microcontroller met de software voor ESPHome, is het meestal veel makkelijker om de add-on voor ESPHome binnen Home Assistant te gebruiken. Dat geeft ook een ander groot voordeel: je kunt de configuratie voor alle apparaten met ESPHome binnen Home Assistant beheren. Je zult zeker in de testfase veel wijzigingen aan de configuratie moeten maken.

Via de add-on voor ESPHome voeg je eenvoudig microcontrollers toe.

6 Microcontroller toevoegen

We gaan nu een verse microcontroller toevoegen. Je kunt eventueel ESPHome Web gebruiken om de microcontroller voor te bereiden voor gebruik met ESPHome, maar wij geven zoals gezegd de voorkeur aan de ESPHome-add-on, die je binnen Home Assistant kunt openen.

Je kunt voor deze methode de microcontroller gewoon via usb aansluiten op je eigen pc, maar dit vereist wel dat je Home Assistant opent via een beveiligde https-verbinding. Lukt dat niet? Als alternatief kun je de microcontroller ook via usb aansluiten op het systeem met Home Assistant zelf, voordat je verder gaat in ESPHome.

Het dashboard van ESPHome toont alle toegevoegde apparaten.

Ook leuk: Werk met wat je hebt: creëer je eigen alarmsysteem met Home Assistant

7 Configuratie

Klik binnen ESPHome op New device om een nieuwe microcontroller te initialiseren. Vul bij Name een naam in voor het apparaat. Bij Network name vul je de naam (SSID) in van het wifi-netwerk waarmee de microcontroller moet verbinden en bij Password het bijbehorende wachtwoord. Klik dan op Next.

In de volgende stap zal ESPHome een configuratiebestand maken, firmware bouwen en de microcontroller flashen. Klik daarvoor dus eerst op Connect. Als het goed is, kun je nu de com-poort selecteren waarmee de microcontroller is verbonden. Zie je geen com-poort, dan zul je eerst drivers moeten installeren. De instructies krijg je als je het venster sluit zonder een com-poort te selecteren. Als de verbinding is gelukt, zal de installatie verdergaan. Lukt het niet? Dan kun je kiezen voor Skip this step gevolgd door een handmatige configuratie.

Vul een naam in en de details voor het wifi-netwerk.

Toepassingen voor een touchscreen

Er zijn veel leuke toepassingen voor een touchscreen. Zo kun je bijvoorbeeld een soort weerstation maken, dat je voorziet van actuele informatie van Home Assistant. Ook kun je live de opbrengst van je zonnepanelen laten zien of het verbruik in huis. Je zou een schermpje voor Music Assistant kunnen maken met bijvoorbeeld de weergave van het nummer en volumeregeling (zie ook: Met Music Assistant ben jij de baas over jouw muziekcollectie). Tot slot kun je een scherm gebruiken voor statusmeldingen of loggegevens.

8 Touchscreen met ESP32

We gebruiken in dit artikel zoals gezegd de ESP32-2432S028 als voorbeeld. Dit is een touchscreen met ingebouwde ESP32-chip. Dit apparaatje kun je direct toevoegen aan ESPHome: precies zoals in paragraaf 7 staat omschreven, al moesten we in dit geval na het aanwijzen van de com-poort wel de boot-knop even indrukken.

Overigens bevat het apparaat meestal een voorgeprogrammeerde demo met een gebruikersinterface op basis van LVGL. Die zie je als je hem zo uit de doos op een voeding aansluit. Je kunt daarmee meteen de werking controleren. Je zult bij een model met resistief aanraakscherm overigens iets harder moeten drukken dan je misschien gewend bent.

We gebruiken dit voordelige 2,8inch-aanraakscherm, dat ook wel ‘Cheap Yellow Display’ wordt genoemd.

9 Schermconfiguratie

Na het toevoegen van je touchscreen heb je direct een basisconfiguratie voor ESPHome. Via Edit kun je deze configuratie aanpassen. Zowel voor het aansturen van het display als de registratie van het aanraken wordt SPI (Serial Peripheral Interface) gebruikt. Voor onze ESP32-2432S028 is dit de configuratie, rekening houdend met de gebruikte interne GPIO-pinnen:

We voegen nu eerst de configuratie van het display toe en in paragraaf 11 het touchgedeelte. Voor het display is de configuratie als volgt:

Merk op dat er ook een (oudere) variant van dit touchscreen is met de ILI9341. In dat geval gebruik je model: ILI9341 en invert_colors: false. Na het maken van de aanpassingen kies je Install. Je kunt nu kiezen hoe je de firmware wilt overbrengen. Meestal kies je Wirelessly voor over-the-air-updates. Het apparaat hoeft daarbij niet meer met jouw pc te zijn verbonden.

Binnen ESPHome kun je eenvoudig de configuratie bewerken.

10 LVGL-bibliotheek

Binnen ESPHome kon je voorheen met displays werken door binnen de component display met lambda bijvoorbeeld teksten met een bepaald lettertype naar je scherm te sturen. Als je LVGL gaat gebruiken, gebruik je geen lambda meer, maar alleen LVGL en widgets. Als eerste voegen we de LVGL-bibliotheek toe aan de YAML-code:

lvgl:
  buffer_size: 25%

De optie buffer_size is ons geval noodzakelijk, vanwege de afwezigheid van PSRAM. In paragraaf 13 voegen we ook nog widgets toe. Omdat we dat hier nog niet hebben gedaan, zie je na het flashen als het goed is een demo met een knop, checkbox, cirkel met tekst en schuifbalk.

11 Configuratie touchscreen

Bediening via het scherm is nog niet mogelijk. Daarvoor moeten we het touchscreen toevoegen aan de configuratie van ESPHome:

Bewaar de aanpassingen en installeer de nieuwe firmware. Controleer of je de demo goed kunt bedienen. De regels onder on_touch zorgen dat in de logs de geregistreerde coördinaten worden getoond. Er kunnen aanpassingen nodig zijn in de regels onder calibration en transform.

12 Backlight

Het display is voorzien van een achtergrondverlichting (backlight) via pin 21. We definiëren deze output als volgt:

Daarna configureren we de achtergrondverlichting, waarbij we verwijzen naar de hierboven gedefinieerde output.

Na het flashen zal de backlight standaard aanstaan. Eventueel kun je deze vanuit Home Assistant aan- en uitzetten en de helderheid ervan regelen, bijvoorbeeld op basis van afwezigheid. Je kunt ook een script maken om de helderheid bij inactiviteit terug te brengen. Daarvoor verwijzen we je naar het uitgewerkte voorbeeld op GitHub (zie kader ‘Code downloaden’).

Binnen Home Assistant kun je eventueel ook de backlight aan- en uitzetten.

13 Widgets toevoegen

Onder de regel lvgl kun je nu de gewenste LVGL-componenten toevoegen aan je YAML-configuratie. Denk aan bijvoorbeeld knoppen, schuifregelaars, grafieken of labels. In dit voorbeeld voegen we aan de bovenkant alleen twee widgets toe voor een dimbare led, te weten een schakelaar (button) en schuifregelaar (slider).

De meeste opties dienen voor het positioneren van de widget. We geven bijvoorbeeld de breedte (width) en hoogte (height) aan, halen de widgets iets van de rand of met x en y, en regelen de uitlijning met align. Het gedeelte bij on_click zorgt dat de bewuste lamp in Home Assistant wordt omgeschakeld bij het klikken op de button. Voor de slider doen we hetzelfde onder on_release. Die acties zijn overigens om veiligheidsredenen niet direct mogelijk. In paragraaf 16 leggen we uit hoe je dit kunt toestaan.

We voegen in dit voorbeeld alleen twee eenvoudige widgets toe.

Cookbook voor ESPHome en LVGL

We houden het hier redelijk eenvoudig, maar je kunt natuurlijk veel geavanceerdere gebruikersinterfaces maken. Zo is bijvoorbeeld een geneste structuur mogelijk, kun je op verschillende manieren een grid maken, en met pagina’s individuele schermen of secties in je gebruikersinterface maken. Daarbij kan elke pagina zijn eigen widgets hebben. ESPHome geeft op zijn website in een ‘cookbook’ nog wat praktische voorbeelden voor het werken met LVGL, ook in combinatie met Home Assistant.

De website van ESPHome heeft veel voorbeelden voor het werken met LVGL.

14 Interactie met Home Assistant

De entiteit voor de dimbare lamp heeft in Home Assistant de naam light.wledkantoor. De waardes zijn nodig om de widgets de juiste status te kunnen geven. Daarom voegen we hieronder een binary_sensor toe voor de status (aan of uit) en een sensor voor het helderheidsniveau. We werken vervolgens bij on_state en on_value de widgets bij als de status verandert in Home Assistant. Bij id vul je uiteraard de id van de betreffende widget in.

Gebruik de logfunctie om te zien of bijvoorbeeld een status verandert.

15 Toevoegen aan Home Assistant

De add-on voor ESPHome hebben we gebruikt om de microcontroller van firmware te voorzien. Maar je zult het apparaat hierna nog wel moeten toevoegen aan Home Assistant. Dat is heel eenvoudig: het wordt automatisch gevonden. In Home Assistant zie je via Instellingen / Apparaten en diensten het bewuste apparaat direct terug op het tabblad Integraties. Klik op de knop Toevoegen om het aan Home Assistant toe te voegen.

Het apparaat met ESPHome moet je nog toevoegen aan Home Assistant.

16 Acties toestaan

Als je het touchscreen bedient, zal Home Assistant een melding geven dat het ESPHome-apparaat heeft geprobeerd een actie in Home Assistant uit te voeren. Standaard is dit om veiligheidsredenen niet toegestaan, maar dit is eenvoudig op te lossen.

Ga naar Instellingen / Apparaten en klik dan onder het kopje Geconfigureerd op ESPhome. Achter het bewuste apparaat klik je vervolgens op Configureren. Zet een vinkje bij Toestaan dat het apparaat Home Assistant-acties uitvoert. Klik op Verzenden. Hierna zijn alle acties zoals het omschakelen van de lamp en regelen van de helderheid wel toegestaan.

Zorg dat het apparaat acties in Home Assistant mag uitvoeren.

▼ Volgende artikel
Slimme stekkers: welke modellen zijn echt zuinig?
© Proxima Studio - stock.adobe.com
Huis

Slimme stekkers: welke modellen zijn echt zuinig?

Met slimme stekkers verander je je huis eenvoudig in een smart home: steek ze in een gewoon stopcontact, sluit er lampen of je televisietoestel op aan en regel via een app of met je stem bijvoorbeeld dat ze automatisch worden uitgeschakeld. Zo voorkom je onnodig stroomverbruik doordat apparaten niet meer op stand-by blijven staan. Maar slimme stekkers gebruiken zélf ook stroom. Welke zijn zuinig genoeg om écht geld te besparen?

Energie besparen en slimme apparaten gaan uitstekend samen. In dit artikel lees je hoe je geld bespaart door gebruik te maken van de zuinigste slimme stekkers. • Slimme stekkers en stroomverbruik • De zuinigste slimme stekkers op een rij • Waar je op moet letten bij het kopen van slimme stekkers

Ook lezen: Stroomvreters: deze apparaten in huis verbruiken meer energie dan je denkt


Slimme stekker of slim stopcontact?

De termen slimme stekker en slim stopcontact worden door elkaar gebruikt. Dat is een beetje verwarrend, maar wel begrijpelijk: het is een apparaat met aan de ene kant een stekker (voor je 'domme' stopcontact) en aan de andere kant een slim stopcontact. In dit artikel hanteren we de benaming slimme stekker.


Zo bespaart een slimme stekker stroom

Een slimme stekker helpt je stroom besparen door apparaten automatisch uit te schakelen, bijvoorbeeld 's nachts. Zo verbruikt je televisie geen stroom meer in de stand-bymodus. Je kunt instellen dat alle apparatuur op vaste tijden uitschakelt, bijvoorbeeld zodra je gaat slapen. Je kunt ook met één druk op de knop alle lampen en andere apparaten uitschakelen, zodat je niets vergeet. Slimme stekkers uit een hogere prijsklasse bieden bovendien inzicht in je stroomverbruik. Daardoor kun je gerichter energie besparen.

©Proxima Studio - stock.adobe.com

Verbruik van een slimme stekker

Tegenover de besparing staat het eigen stroomverbruik van slimme stekkers. Dat begint bij zo'n 0,3 watt en loopt op tot 2 watt. Niet veel, maar ze staan wel 24 uur per dag en 365 dagen per jaar aan. De zuinigste modellen verbruiken daardoor op jaarbasis 2,6 kWh (0,3 watt × 24 uur × 365 dagen ÷ 1000). Bij een stroomprijs van 0,30 euro per kWh komt dat neer op 0,79 euro per jaar. Een slimme stekker die 2 watt verbruikt kost op jaarbasis 5,26 euro. In een slim huis gebruik je al snel 10 slimme stekkers, waardoor je op jaarbasis aardig wat geld kunt besparen door de zuinigste modellen uit te kiezen.

Kies niet alleen op prijs, maar ook op verbruik Vergelijk je het jaarlijkse stroomverbruik met de aanschafprijs van een slimme stekker (meestal tussen de 5 en 35 euro), dan blijkt al snel dat vooral het stroomverbruik bepalend is voor de totale kosten op de lange termijn. Toch vermelden veel verkopers niets over het energieverbruik.

Denk aan de compatibiliteit

Alleen letten op het stroomverbruik van een slimme stekker is niet genoeg. Het is minstens zo belangrijk dat de stekker goed samenwerkt met jouw slimme netwerk. De meeste modellen werken met Google Home en Amazon Alexa, terwijl Apple HomeKit selectiever is. Check daarom altijd de productbeschrijving om zeker te weten dat de slimme stekker bij jou thuis werkt.

Slimme stekkers die samenwerken met

Google Assistant en met Alexa

Stroomverbruik en verbindingstype

Waar komt het grote verschil in stroomverbruik tussen slimme stekkers vandaan? Dat heeft alles te maken met de verbinding met je thuisnetwerk. De meeste stekkers gebruiken wifi om bereikbaar te blijven, zodat jij ze op afstand kunt bedienen. Maar wifi verbruikt relatief veel energie – het signaal is eigenlijk krachtiger dan nodig is voor dit soort toepassingen.

Een zuiniger alternatief is een hub die het wifisignaal omzet naar een lichter protocol, zoals Zigbee of Z-Wave. Die vormen een soort schakel tussen je netwerk en de slimme stekkers. Het grote voordeel: dit soort verbindingen verbruiken vaak minder dan 0,5 watt.

©Proxima Studio - stock.adobe.com

Zigbee en Z-Wave

De zuinige protocollen die gebruikt worden zijn Zigbee en Z-Wave en die werken allebei prima. Maar ze zijn niet verenigbaar met elkaar. Je zult dus één systeem moeten kiezen. Daarnaast heb je een centrale hub nodig om alles aan elkaar te koppelen. Dat is een kleine investering die zich, door de lagere stroomkosten, snel terugverdient.

Slimme stekkerVerbruik (watt)Protocol
TP-Link Tapo P1151 – 1,5Wifi
TP-Link Tapo P1000,5 – 1Wifi
Shelly Plug S0,9 – 1,5Wifi
Iqore Smart Plug1 – 2Wifi
Aqara Smart Plug0,3 – 0,5Zigbee
Philips Hue Smart Plug0,3 – 0,5Zigbee
IKEA TRETAKTSmart Plug0,3 – 0,5Zigbee
Samsung SmartThings Outlet0,5 – 1,5 WZigbee
Fibaro Wall Plug V20,5 – 1Z-Wave
Qubino Smart Plug0,5 – 1Z-Wave

Verbruik van hubs voor Zigbee en Z-Wave

Voor een compleet beeld moeten we ook kijken naar het stroomverbruik van een Zigbee- of Z-Wave-hub. Zigbee-hubs verbruiken doorgaans tussen de 0,5 en 3 watt. Sluit je meerdere slimme stekkers of andere apparaten aan, dan verdien je dat al snel terug ten opzichte van wifi. Z-Wave-hubs verbruiken wat meer, meestal tussen de 2 en 10 watt.

Ook qua veelzijdigheid zijn er verschillen. De Philips Hue Bridge (Zigbee) is bijvoorbeeld erg zuinig, met een verbruik tussen de 0,5 en 1 watt. Maar deze werkt uitsluitend met Philips Hue-apparaten.

Een slimme start is het halve werk

Zoals je ziet, zijn er heel wat factoren om rekening mee te houden. Breng daarom vooraf in kaart wat je nu nodig hebt én wat je in de toekomst verwacht te gebruiken. Zo voorkom je onnodige kosten en bespaar je op de lange termijn, vooral als je ook let op het energieverbruik per apparaat.


Nog meer energie besparen? ⤵️

Vraag een offerte aan voor verduurzaming: