ID.nl logo
Tips en tools voor het gebruik van je monitor
© Stocks Marketing - stock.adobe.com
Huis

Tips en tools voor het gebruik van je monitor

Voor veel gebruikers is een monitor een apparaat dat je aansluit en inschakelt, en klaar. Maar weet je zeker dat alles goed staat ingesteld? Er zijn verschillende aspecten waar je op kunt letten om zo prettig mogelijk de dag door te komen.

In dit artikel bekijken we verschillende aspecten die de beeldschermweergave bepalen:

  • Ergonomie
  • Driverupdates
  • Energiebesparing
  • Kalibratie
  • Kleurtemperatuur
  • Meerdere schermen

Voor een quickfix: Beeldscherm kijkt niet lekker? In 3 stappen verbeter je het!

Tip 01: Kijkcomfort

De positie van het scherm bepaalt op meerdere manieren het kijkcomfort. Vermijd bijvoorbeeld directe lichtbronnen op je scherm om reflectie te voorkomen. Positioneer de monitor daarom bij voorkeur in een hoek van 90° ten opzichte van lichtbronnen zoals ramen. Hoewel glanzende schermen een iets betere kijkervaring bieden bij films en games, zorgt een mat scherm – eventueel met een antireflectiefilter – voor minder reflectie.

Let ook op het omgevingslicht. Daglicht is het meest comfortabel. Maar heb je kunstlicht nodig, kies dan voor een verstelbare tafellamp, zodat je vervelende schaduwen en reflectie kunt voorkomen. Ga voor verlichting met een kleurtemperatuur van 4000K tot 6500K, omdat dit het beste het natuurlijk daglicht benadert. Uplighters, die licht naar een muur of plafond schijnen, zijn ook een goede optie.

Denk voor kijkcomfort ook aan het beeldscherm zelf. Plaats het op ooghoogte om overmatige nekbelasting te vermijden. Kantel daarnaast het scherm ongeveer 15° naar achteren voor de beste kijkhoek en plaats het op een armlengte afstand. Gebruik daarvoor eventueel een verstelbare monitorstandaard of -arm.

©Denis Rozhnovsky - stock.adobe.com

Er zijn ook instelbare monitorarmen die twee beeldschermen tegelijk kunnen dragen.

Tip 02: OSD-instelling

Niet alleen het omgevingslicht, maar ook het licht dat je monitor uitstraalt, is van groot belang. Stel de helderheid van je scherm zo in dat deze het omgevingslicht benadert om oogvermoeidheid te vermijden. Meestal is 150-250 cd/m2 hiervoor geschikt (cd staat voor candela, wat ruwweg overeenkomt met de lichtsterkte van een gewone kaars). Bij de meeste monitors kun je de helderheid regelen via een OSD-menu (On Screen Display), bereikbaar met fysieke knopjes. Hiermee kun je ook het contrast instellen, optimaal is 70-80%. Te hoog is vermoeiend, te laag vermindert de beeldkwaliteit. De kleurtemperatuur stel je bij voorkeur in op (maximaal) 6500K overdag. ’s Avonds is warmer licht, rond 3000K, beter.

Een typisch OSD-menu voor regeling van helderheid, contrast, kleur en meer (hier een AOC-monitor).

Tip 03: Helderheid

Sommige beeldschermen hebben sensoren die de helderheid automatisch aanpassen aan de omgevingsverlichting, wat zorgt voor een goede leesbaarheid. Maar er zijn ook tools die dit voor je in kunnen stellen. Zo zit er vanaf Windows 10 standaard een Nachtlamp-functie ingebouwd die op instelbare tijdstippen het blauwe licht van je beeldscherm vermindert tot een zelf te bepalen niveau. Wil je hiervan gebruikmaken, ga dan naar Instellingen / Systeem, kies Beeldscherm /Nachtlamp, schakel deze in en stel de sterkte en timing in.

Meer opties vind je in de gratis tool f.lux. Hiermee kun je via een schuifknop de kleurtemperatuur instellen (tussen 1900K en 6500K), of dit automatisch laten doen op basis van de stand van de zon en je geografische locatie. Bekijk ook de extra instellingen bij Options and Smart Lighting. Hier kun je slimme lampen als Philips Hue aansturen via het tabblad Connected Lighting.

Daarnaast is er een gratis portable tool, genaamd Monitorian. Hiermee kun je de helderheid van al je aangesloten schermen via schuifknoppen in één keer instellen.

Met f.lux pas je de kleurtemperatuur van je scherm automatisch aan het tijdstip van de dag aan.

Tip 04: Resolutie en schaal

Voor een optimaal beeld speelt de schermresolutie een grote rol. Die hangt af van de schermgrootte, afstand tot het scherm en het beoogde gebruik (zoals kantoortaken of gaming). Een algemene richtlijn is 1920x1080 (Full HD) voor 24inch-schermen, 2560x1440 (Quad HD) vanaf 27 inch en 3840x2160 (4K of UHD) vanaf 32 inch. Windows geeft de aanbevolen resolutie zelf aan. Ga naar Instellingen / Systeem / Beeldscherm en kies bij Beeldschermresolutie de aanbevolen waarde.

In deze rubriek vind je ook opties als Beeldschermstand (kies bijvoorbeeld Staand als je je monitor verticaal opstelt) en Schaal. Standaard wordt een pixelratio van 1:1 oftewel een schalingspercentage van 100% gebruikt, wat meestal goed is. Bij hogeresolutie-schermen kunnen elementen als tekst en pictogrammen echter te klein worden. Verhoog in dat geval de schaal: klik op het pijlknopje bij Schaal en vul een andere waarde in, bijvoorbeeld 175.

Windows geeft doorgaans zelf de aanbevolen resolutie en schaal aan.

Tip 05: Dpi en schaal

Blijkt een verhoogde schaal niet goed te werken voor een specifieke applicatie, dan kun je dit aanpassen. Klik met rechts op de bijbehorende snelkoppeling, kies Eigenschappen en open het tabblad Compatibiliteit. Klik op Hoge DPI-instellingen wijzigen. DPI staat voor dots per inch en bereken je met de volgende formule: de wortel van het kwadraat van de som van de horizontale en de verticale resolutie, gedeeld door de schermdiagonaal in inches. Een Full HD-scherm van 24 inch komt dan uit op circa 92 dpi.

De schaal die Windows instelt, wordt normaliter hoger naarmate de dpi-grootte toeneemt, bijvoorbeeld 100% bij circa 96 dpi, 150% bij 144 dpi en 200% bij 192 dpi. Werkt dat dus niet goed, plaats dan een vinkje bij Gedrag van hoge DPI-schaalbaarheid negeren.Probeer het eerst met Applicatie (wellicht beheert deze de dpi-schaalaanpassing zelf beter) en daarna met Systeem of Systeem (uitgebreid). Je kunt ook een vinkje plaatsen bij Deze instelling in plaats van […] en kiezen tussen de dpi-instellingen die actief waren tijdens je Windows-aanmelding of de actuele (en inmiddels misschien aangepaste) dpi-instellingen die gelden bij het opstarten van de toepassing.

Worstelt een applicatie met de dpi- en schaal-instellingen? Dit kan helpen!

Tip 06: Refresh rate

Ook de verversingsfrequentie van je beeldscherm bepaalt het kijkcomfort. De refresh rate is het aantal keren per seconde dat je beeld op je scherm wordt vernieuwd, dit wordt uitgedrukt in Hertz (Hz). Een hogere verversingsfrequentie zorgt voor vloeiendere beelden, wat vooral merkbaar is bij snel bewegende beelden zoals video’s of games. Je vindt deze instellingen bij Instellingen / Systeem / Beeldscherm, waar je Geavanceerdbeeldscherm kiest. Per monitor kun je nu de hoogst beschikbare vernieuwingsfrequentie instellen.

Nog meer opties vind je door op de link Eigenschappen van beeldschermadapter voor beeldscherm [x] en vervolgens op Alle modi weergeven te klikken. Afhankelijk van je beeldscherm en gpu kun je hier uit verschillende verversingsfrequenties kiezen, in combinatie met de resolutie en bitdiepte (het aantal bits per pixel, gebruikt voor alpha- (transparantie) en rgb-kleurkanalen).

Per aangesloten monitor kun je de verversingsfrequentie aanpassen.

Tip 07: Graphics en gaming

Bij grafisch intensieve programma’s en tijdens het gamen wil je natuurlijk gebruikmaken van de hoogst beschikbare vernieuwingsfrequentie, maar er zijn nog andere aspecten om rekening mee te houden. De belangrijkste opties vind je via Instellingen / Systeem / Beeldscherm / Graphics. Deze instellingen kun je per app aanpassen. Open een app, kies eventueel Opties en geef je gpu-voorkeur aan: Energiebesparing of Hoge prestaties. Heb je naast de geïntegreerde gpu ook een losse videokaart, dan kies je doorgaans deze laatste voor betere prestaties.

Lees hierover ook dit artikel: Energie-instellingen: zuinig of juist gericht op prestaties?

Je kunt hier ook Geen optimalisaties gebruiken voor games met vensters inschakelen, wat de prestaties van (compatibele) games in de venstermodus verbetert door verlaagde frame-latentie. Als Auto HDR is ingeschakeld (via Instellingen / Systeem / Beeldscherm / HDR) kun je deze optie niet inschakelen. Auto HDR verbetert de visuele kwaliteit van sommige oudere games door ze te upgraden naar HDR, voor levendigere kleuren, dieper zwart en meer contrast. Dit vereist wel een HDR-compatibele monitor.

Je kunt per app de energiemodus van je gpu instellen.

Tip 08: Energiebesparing

Monitors verbruiken best veel stroom, afhankelijk van het type en de grootte. Het kan variëren van 20 tot 100 watt bij grote beeldschermen en van 10 tot 20 watt bij laptops. Bij sommige monitors kun je vanuit het OSD-menu een energiebesparingsmodus instellen, maar ook in Windows kun je aangeven hoelang de monitor ingeschakeld moet blijven als je pc niet in gebruik is. Open Instellingen / Systeem / Aan/uit en kies Scherm en slaapstand, waar je kunt instellen na hoeveel tijd je scherm moet worden uitgeschakeld (en je pc in slaapstand gaat). Een alternatief is de schermbeveiliging op een leeg, zwart scherm in te stellen, via Instellingen / Persoonlijke instellingen. Kies Vergrendelingsscherm /Schermbeveiliging en selecteer Leeg, en de tijd, bijvoorbeeld na 10 minuten.

Laat je scherm uitschakelen na een ingestelde periode van inactiviteit.

Tip 09: Driverupdates

Net als andere hardware-onderdelen worden je monitor en grafische adapter aangestuurd door drivers. Voor een goede werking houd je die up-to-date. Zo zorgt een monitordriver ervoor dat Windows de juiste resolutie, verversingsfrequentie en kleurprofielen herkent.

Om de status te controleren, klik je met rechts op de Windows-startknop en kies je Apparaatbeheer, waar je het onderdeel Monitors opent. Staat hier Generic monitor, dan heb je wellicht niet de beste driver. Check de website van de fabrikant voor een aangepast stuurprogramma (meestal een inf-bestand). Installeer dit door met rechts op de huidige driver te klikken en via Stuurprogramma bijwerken / Op mijn computernaar stuurprogramma’s zoeken naar de gedownloade driver te verwijzen.

Ook je gpu wordt door een driver aangestuurd en een update kan zomaar zorgen voor meer energiebesparing of voor ondersteuning van bijvoorbeeld DirectX 12 Ultimate, met onder andere DXR (DirectX Raytracing) en VRS (Variable Rate Shading) voor betere prestaties of grafische kwaliteit. Je kunt de update van deze drivers in principe overlaten aan de ingebouwde updatefunctie van Windows (via Instellingen / Windows update / Naar updates zoeken), maar voor losse grafische kaarten, zoals van AMD, Intel of Nvidia, is het raadzaam de software van de fabrikant te gebruiken.

Links een generieke driver, rechts een update naar een specifiekere driver.

Configuratietool

Zoals al blijkt uit de configuratietools die gpu-fabrikanten aanbieden, zoals AMD Radeon Software, Intel Graphics Command Center en Nvidia Control Panel, werken de gpu en het beeldscherm nauw samen. Via deze tools kun je namelijk zowel de gpu-instellingen als je monitor(s) beheren.

Neem bijvoorbeeld het Nvidia Control Panel. Heb je meerdere monitors aangesloten, dan moet je bij ieder onderdeel eerst het gewenste beeldscherm selecteren. Vervolgens kun je de resolutie, verversingsfrequentie en allerlei kleurinstellingen, waaronder de kleurdiepte, instellen. Of je past de helderheid, het contrast of het gamma aan via schuifknoppen, voor alle kleurkanalen tegelijk of per kanaal. Je kunt ook de kleurinstellingen specifiek voor videoweergave aanpassen. Verder zijn er opties om aan te geven hoe je meerdere aangesloten beeldschermen precies wilt gebruiken.

Het Control Panel van Nvidia: tal van instellingen voor een optimale beeldweergave.

Tip 10: Kalibratie

Na negen tips weet je de weg naar allerlei instellingen waarmee je de beeldweergave kunt optimaliseren, maar het blijft de vraag in hoeverre de kleuren natuurgetrouw zijn en er hetzelfde uitzien op andere schermen en printjes. Om dit te controleren, voer je een kalibratie uit. Hiermee stel je de kleuren, de helderheid, het contrast en het gamma van je scherm op algemene waarden in. We beperken ons in dit artikel tot een kalibratie van je scherm, maar vergeet zeker ook je printer niet.

Lees voor een uitgebreide handleiding het artikel: Kleurverschillen tussen scherm en print? Kalibreren is de oplossing

Idealiter gebruik je een colorimeter, maar voor nu houden we het bij een eenvoudige ‘oogbal-kalibratie’ met behulp van referentie-afbeeldingen (Print art, PhotoDisc, Lagom LCD-test) die je online kunt vinden. Positioneer zo’n afbeelding in groot formaat op je scherm en druk deze ook af. Gebruik daarna het OSD-menu of een configuratietool (zie het kader ‘Kleurprofiel’ hieronder) voor de beste weergave. Of beter nog, gebruik de kalibratietool van Windows: tik kalibreren in de Windows-zoekbalk en start Beeldschermkleur kalibreren. Heb je meerdere monitors, verplaats het venster dan eerst naar het gewenste beeldscherm. Volg nauwkeurig de instructies en laat het vinkje staan bij ClearType Tuner starten […] om een wizard op te starten voor een scherpe tekstweergave.

©Slawomir Gawryluk

Professionele gebruikers kalibreren hun monitor regelmatig met een colorimeter.

Kleurprofiel

De kalibratiewizard van Windows creëert na afloop automatisch een zogenaamd icc-kleurprofiel, wat standaard opgeslagen wordt in de map %SystemRoot%\System32\spool\drivers\color. Zo’n profiel bevat gegevens die de kleurkenmerken van je beeldscherm beschrijven, zodat kleuren consistent worden weergegeven. Je ziet dit wanneer je naar Instellingen / Systeem / Beeldscherm gaat: bij Kleurprofiel staat na de kalibratie iets als sRGB display profile with display hardware configuration data derived from calibration. Of je treft hier het kleurprofiel aan dat tijdens de driverinstallatie vanuit de fabrikant is meegekomen. Zo’n schermprofiel van de fabrikant is op zich prima, maar weet dat de kleurweergave ook wordt beïnvloed door de leeftijd van het scherm en het omgevingslicht. Daarom is het verstandig af en toe een nieuwe kalibratie uit te voeren (bij ‘normaal’ omgevingslicht).

Wil je zelf een ander kleurprofiel aan je monitor koppelen, tik dan kleurbeheer in de Windows-zoekbalk en start de gelijknamige applicatie. Op het tabblad Apparaten selecteer je de gewenste monitor en via Toevoegen verwijs je naar het profielbestand. Selecteer dit en klik eventueel op Als standaardprofiel instellen.

Een kleurprofiel bevat de kleurinstellingen voor een scherm.

Tip 11: Multimonitor-opzet

Steeds meer gebruikers werken met meerdere monitors, en eenmaal gewend wil je niet meer terug. Windows biedt gelukkig een ingebouwde ondersteuning voor zo’n multimonitor-opzet.

Zodra je een extra monitor aansluit, hoort Windows deze automatisch te herkennen. Met Windows-toets+P kun je snel aangeven of je het beeld wilt uitbreiden of dupliceren naar de extra monitor. Meestal kies je voor de eerste optie, zodat je vensters naar de tweede monitor kunt verslepen en deze onafhankelijk van de hoofdmonitor kunt gebruiken. Elk scherm heeft bovendien zijn eigen resolutie en instellingen.

Om alles goed in te stellen, ga je naar Instellingen / Systeem / Beeldscherm. Klik op Identificeren om de beeldschermen te onderscheiden en versleep de virtuele schermen zodat ze overeenkomen met de fysieke positionering. Hier vind je ook handige weergaveopties, zoals Dit beeldscherm instellen alshoofdbeeldscherm. Bevestig eventuele wijzigingen met Toepassen.

Hoeveel monitors heb jij op je bureau staan?

Tip 12: Multimonitor (ext)

Zoals gezegd kan Windows prima overweg met meerdere monitors, maar er zijn ook tools die nog meer opties bieden, zoals DisplayFusion en het gratis, opensource Dual Monitor Tools.

We nemen DisplayFusion als voorbeeld. Gebruik je dit programma voor de eerste keer, dan krijg je een korte voorstelling van de interessantste functies. Via Configureer DisplayFusion stel je alle opties naar wens in, verdeeld over twintig rubrieken zoals Functies, Triggers, Taakbalk, Schermbeveiliging, Monitor Vervaging en Afstandsbediening. Blauw gekleurde items zijn niet beschikbaar in de gratis versie (behalve tijdens de proefperiode van 30 dagen). Een upgrade naar de Pro-versie kost circa 34 dollar (ruim 30 euro), maar biedt veel extra functies. Je kunt bijvoorbeeld vensters automatisch of bij bepaalde triggers naar specifieke monitors verplaatsen, vensters op alle monitors indelen in vooraf bepaalde gebieden, inactieve monitors laten dimmen, bureaubladachtergronden uitgebreid configureren en tussen verschillende monitorprofielen schakelen.

DisplayFusion: een leuke speeltuin voor wie met meerdere monitors werkt.

▼ Volgende artikel
Een echte herfstklus: zo maak je je dakgoot schoon
© © 2019, JJ Gouin All Rights Reserved
Huis

Een echte herfstklus: zo maak je je dakgoot schoon

Met de herfst in aantocht dwarrelen de bladeren weer massaal naar beneden – en niet zelden belanden ze in je dakgoot. Samen met ander vuil kan dat de afvoer verstoppen, vooral bij nat weer. Om lekkages en andere problemen te voorkomen, is het verstandig je dakgoot regelmatig schoon te maken. Maar hoe pak je dat aan?

⏱️ Dit artikel in het kort:
  • Gereedschap: dit heb je nodig

  • De dakgoot schoonmaken: hoe vaak en wanneer?

  • Stappenplan dakgoot schoonmaken

  • Dakgoot schoonmaken? Zo doe je het veilig

  • Slimme tips voor een schone dakgoot

Lees ook: 🍂 Herfstklus: zo maak je je tuinmeubilair winterklaar

Gereedschap: wat heb je nodig?

Voor het doorspoelen van je dakgoten is een tuinslang onmisbaar. Monteer hier een dakgootreiniger op: een opzetstuk met borstel en harkje waarmee je vuil verwijdert en de goot grondig schoonmaakt. Met een telescoopsteel kun je zelfs vanaf de grond werken – handig en veilig. Toch is het slim om af en toe de ladder te nemen, zodat je goed kunt zien wat je doet en geen hoeken overslaat.

Lees ook: Zo werk je veilig in de hoogte met een ladder

Handschoenen zijn een must, of het nu tuinhandschoenen of huishoudhandschoenen zijn. Draag daarnaast oude kleding met lange mouwen, want het water dat uit de goot spat is meestal niet schoon.

Zink of kunststof

Dakgoten zijn meestal van zink of kunststof. Bij zinken dakgoten is het extra belangrijk om ze goed schoon te houden, omdat rottende bladeren de beschermende oxidelaag kunnen aantasten.

Een dakgoot heeft altijd een lichte helling, zodat het water naar de regenpijp kan stromen. Met een tuinslang kun je controleren of dit goed werkt. Blijft het water staan, dan moet je de dakgoot repareren. Dit is vooral van belang bij zinken dakgoten vanwege het risico op aantasting van de oxidelaag. Het repareren van een zinken dakgoot is relatief eenvoudig, bijvoorbeeld met rubber seal, reparatietape of vloeibare zink.

Hoe vaak en wanneer schoonmaken?

Eén keer per jaar je dakgoot reinigen is meestal genoeg. Woon je echter tussen veel bomen, dan kun je beter wat vaker aan de slag. Meer blad betekent immers meer kans op verstopping. De beste periode voor de grote schoonmaak is het late najaar: als het niet meer vriest en de meeste bladeren gevallen zijn. Net na een regenbui werkt het schoonmaken makkelijker, omdat het vuil dan losser ligt. Je kunt de goot ook zelf natmaken met de tuinslang.

©bildlove

Stappenplan voor een schone dakgoot

Voordat je begint: veiligheid eerst! Gebruik een stevige ladder die stabiel op een vlakke ondergrond staat. Draag kleding die vies mag worden (bijvoorbeeld een oud shirt met lange mouwen, een stevige broek en rubberen handschoenen) zodat je beschermd bent tegen vuil en scherpe randen.

1 - Verwijder grof vuil

Gebruik een plastic schep, gootschep of oude spatel om bladeren, takjes en ander afval uit de goot te halen. Leg een zeil op de grond of gebruik een emmer of vuilniszak om het netjes te houden. Heb je vooral droog blad in de goot liggen, dan kan een bladblazer met speciaal opzetstuk ook uitkomst bieden.

2 - Spoel alles goed door

Spoel de goot en regenpijp door met een tuinslang, van het ene uiteinde naar het andere. Zo controleer je meteen of het water goed doorstroomt. Blijft er vuil achter, gebruik dan een schuurspons of staalborstel om het te verwijderen.

3 - Controleer op verstoppingen en schade

Kijk tijdens het schoonmaken of er geen blokkades in de afvoerpijp zitten. Gebruik eventueel een ontstoppingsveer. Controleer ook de staat van de goot zelf: scheuren, losse verbindingen of roestige beugels kun je beter direct repareren of vervangen.

4 - Onderhoud op de lange termijn

Een jaarlijkse schoonmaakbeurt houdt je dakgoot in goede conditie. Zo voorkom je dat water blijft staan of in huis doordringt, wat schimmel of vochtproblemen kan veroorzaken.

5 - Maak je dakgoot winterklaar

Voordat de vorst invalt, is een extra controle aan te raden. Blokkades kunnen in de winter leiden tot ijsvorming en schade aan de goot.

❄️ IJsdammen

Een ijsdam ontstaat wanneer smeltwater van sneeuw of ijs op het dak niet goed kan wegstromen door een verstopte dakgoot. Het water bevriest vervolgens aan de randen van het dak, waardoor er een opeenhoping van ijs ontstaat. Dit kan leiden tot ernstige problemen, zoals lekkages, omdat het smeltwater zich onder de dakbedekking kan ophopen en in je huis kan sijpelen. IJsdammen kunnen ook extra gewicht op de dakgoten en het dak veroorzaken, wat schade kan aanrichten.

©Tomasz Zajda


Veilig werken op hoogte

Zorg altijd voor een stevige, stabiele ladder op een vlakke ondergrond. Draag schoenen met grip en overweeg een veiligheidsharnas bij hogere daken. Is de ladder nat, wacht dan tot deze droog is. Laat bij voorkeur iemand in de buurt blijven terwijl je werkt.


Slimme tips voor een blijvend schone goot

Bladvangers helpen, maar houden niet alles tegen. Klein vuil kan alsnog ophopen en zelfs mosgroei veroorzaken. Bevestig tijdens het schoonmaken je emmer of vuilniszak aan de ladder, zodat je beide handen vrij hebt. Laat je het vuil liever op de grond vallen, dan moet je later nog opruimen – extra werk dus.

Een hogedrukreiniger kan handig zijn, maar gebruik een lage stand om schade te voorkomen. Een gewone tuinslang met een goede sproeikop werkt vaak net zo goed.


▼ Volgende artikel
Bouw je eigen dashboard met Homepage: al je webapplicaties overzichtelijk op één plek
Huis

Bouw je eigen dashboard met Homepage: al je webapplicaties overzichtelijk op één plek

Heb je meer dan een handvol webapplicaties op een Linux-server draaien? Dan is een dashboard met links naar deze applicaties een uitkomst. Het project Homepage biedt precies dat, inclusief widgets die allerlei statistieken van je services weergeven. In dit artikel installeren we Homepage en laten we je zien hoe je het integreert met je bestaande services.

Dit gaan we doen

In deze masterclass richten we een persoonlijk dashboard in met Homepage. Je leert hoe je de tool installeert in Docker, services groepeert en uitbreidt met widgets voor statistieken zoals cpu- en geheugengebruik, uptime of weersinformatie. We laten zien hoe je containers automatisch herkent, monitoring toevoegt en ook bladwijzers of alternatieve dashboards gebruikt. Zo krijg je één centrale plek waar je al je webapplicaties en services snel terugvindt en beheert.

Lees ook: Windows gebruiken naast of binnen Linux? Zo krijg je het soepel aan de praat met Docker


⬇️ Code downloaden

In dit artikel staat voorbeelden met YAML-code. Omdat YAML erg gevoelig is voor foute spaties en inspringingen, kun je die code beter downloaden en daarna bekijken of kopiëren. Zie het bestand homecode.txt, beschikbaar via deze link.


Homepage helpt je om diverse webapplicaties in één dashboard te organiseren. Dit is handig als je services in Docker-containers draait of eenvoudig toegang wilt tot de beheerpagina’s van apparaten zoals je modem, router en NAS.

Hoewel dit klinkt als een veredelde bookmark-manager, doet Homepage meer dan alleen links op een pagina verzamelen. Het project ondersteunt widgets voor meer dan honderd services en kan zo bijvoorbeeld het cpu- en geheugenverbruik van je hypervisor of het aantal ongelezen artikels in je RSS-lezer tonen. Je hoeft daardoor vaak zelfs niet op de links te klikken om even snel de status van je services te bekijken.

Docker Compose

We gaan ervan uit dat je een Linux-server hebt waarop je services met behulp van Docker Compose in Docker-containers draait. Homepage draai je dan gewoon in een Docker-container naast je bestaande services, al zijn er ook andere installatie-opties. In ons voorbeeld draaien we Docker op Debian 12. Maak om te beginnen een map waarin de container van Homepage zijn data en configuratie kan opslaan, met deze opdracht:

$ mkdir -p containers/homepage

Zet vervolgens in je bestand docker-compose.yml (het bestand waarin je al je containers definieert) een service voor Homepage:

services:

  homepage:

    image: ghcr.io/gethomepage/homepage:latest

    container_name: homepage

    ports:

      - 3000:3000

    volumes:

      - /home/koan/containers/homepage:/app/config

    environment:

      HOMEPAGE_ALLOWED_HOSTS: debian.home:3000

    restart: unless-stopped

Homepage kun je op diverse manieren installeren.

Homepage opstarten

Wijzig in het gedefinieerde volume de directory vóór de dubbele punt naar het volledige pad van de directory die je voor de container hebt aangemaakt. Stel de waarde van de omgevingsvariabele HOMEPAGE_ALLOWED_HOSTS gelijk aan het domein of het ip-adres van de host, gescheiden door een dubbele punt van het poortnummer. Als je met een reverse proxy werkt, zet je hier het domein waarop de applicatie via die proxy bereikbaar is.

Start de container met:

$ docker-compose up -d

Zodra het image gedownload is en de container draait, open je Homepage in je browser op de url die je in HOMEPAGE_ALLOWED_HOSTS hebt gedefinieerd. Je ziet dan een voorbeeldpagina met van boven naar onder een header, groepen met services en groepen met bladwijzers.

Het standaarddashboard van Homepage vlak na de installatie.

Informatiewidgets

In de header vind je enkele informatiewidgets. Hoewel deze niet de kern van de functionaliteit van Homepage uitmaken, bieden ze nuttige aanvullende informatie. Standaard zie je het cpu-verbruik, het beschikbare geheugen en de vrije schijfruimte van de host. Er is ook een tekstveld om te zoeken via DuckDuckGo. De definitie van deze twee widgets vind je in het bestand widgets.yaml in de directory van de Homepage-container.

In de online documentatie van de informatiewidgets lees je hoe je hun gedrag aanpast. Zo kunnen we de widget Resources ook de uptime van het systeem laten tonen (uptime: true) en met de optie expanded: true meer informatie over de cpu, het geheugen en de schijfruimte laten weergeven. De widget ziet er dan als volgt uit in widgets.yaml:

- resources:

    label: System

    expanded: true

    cpu: true

    memory: true

    uptime: true

    disk: /

Weersomstandigheden

Homepage biedt twee widgets om het weer in de header te tonen: één via Open-Meteo en één via OpenWeatherMap. De eerste vereist geen registratie, dus daarvoor hoef je alleen maar de gps-coördinaten van je locatie in te voeren. In widgets.yaml ziet dat er als volgt uit:

- openmeteo:

    label: Attenrode

    latitude: 50.8773405

    longitude: 4.9213237

    timezone: Europe/Brussels

    units: metric

    cache: 5

    format:

      maximumFractionDigits: 1

Met cache: 5 laten we de widget de weergegevens vijf minuten lang cachen om de servers van Open-Meteo te ontlasten. Verder biedt Homepage nog andere informatiewidgets aan, bijvoorbeeld voor beurskoersen of de datum en tijd.

In de header van Homepage plaats je allerlei informatiewidgets.

Services toevoegen

De kernfunctionaliteit van Homepage ligt uiteraard in het groeperen van services in één dashboard. De standaardconfiguratie voegt drie groepen toe met elk één service. De YAML-code hiervoor vind je in het bestand services.yaml. Vervang die door je eigen groepen. Je kunt bijvoorbeeld een groep Network aanmaken met links naar de beheerinterfaces van je modem/router en accesspoints:

- Network:

  - Proximus:

      href: http://192.168.1.1

      description: Modem

      icon: mdi-web

  - OpenWrt:

      href: http://gl-mt3000.home

      description: Accesspoint

      icon: openwrt

De eigenschap icon kan een absolute url zijn of een naam uit de lijst op de website Dashboard Icons. Begin de naam van een pictogram met mdi- voor een keuze uit Material Design Icons , met si- voor een keuze uit Simple, of met sh- voor een keuze uit Self-Hosted Dashboard Icons.

Ook groepen kunnen een pictogram krijgen. Dat definieer je dan in het bestand settings.yaml:

layout:

  Network:

    icon: mdi-lan-connect

  Infrastructure:

    icon: mdi-server-network

  Services:

    icon: mdi-apps

Services en groepen kun je pictogrammen geven, bijvoorbeeld van de website Self-Hosted Dashboard Icons.

Servicewidgets

Tot nu toe lijkt ons dashboard wat op een veredeld lijstje met bladwijzers. Maar Homepage ondersteunt ook servicewidgets voor meer dan honderd services. Controleer in de lijst of je services ondersteund zijn. Draai je bijvoorbeeld OPNsense op je router, dan krijg je met de volgende widget de processorbelasting, het gebruikte geheugen, en de upload- en downloadhoeveelheden van je WAN-interface te zien:

- OPNsense:

      href: https://opnsense.home

      description: Router

      icon: opnsense

      widget:

        type: opnsense

        url: https://opnsense.home

        username: KEY

        password: SECRET

Voor username en password vul je de API-sleutel en het ‘secret’ in die je in de webinterface van OPNsense aanmaakt via System / Access / Users. De documentatie van Homepage voor de OPNsense-widget legt dit gedetailleerd uit. Wil je slechts een deel van de statistieken zien, dan kan dat door de widget uit te breiden met een regel als:

fields: ["wanDownload", "wanUpload"]

Homepage ondersteunt widgets voor meer dan honderd services.

Meerdere widgets

Je kunt een service ook van meerdere widgets voorzien. Dat is bijvoorbeeld handig bij monitoringtools zoals Uptime Kuma. Voeg aan de OPNsense-service dan de OPNsense-widget toe voor servicespecifieke statistieken en de widget van Uptime Kuma voor beschikbaarheidsstatistieken. In plaats van één object widget bevat de service dan een object widgets met een lijst die beide widgets bevat:

  - OPNsense:

      href: https://opnsense.home

      description: Router

      icon: opnsense

      widgets:

        - type: opnsense

          url: https://opnsense.home

          username: KEY

          password: SECRET

        - type: uptimekuma

          url: https://uptime-kuma.rubus.home

          slug: router

          fields: ["uptime", "incident"]

De widget van Uptime Kuma gebruikt data van een statuspagina. Die moet je dus eerst in Uptime Kuma aanmaken, en de naam van de statuspagina vul je bij slug in de widget in. Als de statuspagina bijvoorbeeld toegankelijk is via https://uptime-kuma.rubus.home/status/router, dan is de slug router.

Homepage kan een statuspagina van Uptime Kuma in een service integreren.

Beschikbaarheid monitoren

Ook zonder speciale monitoringtools kun je met Homepage eenvoudig te zien krijgen of al je services momenteel online zijn. Dat kan met de eigenschap ping of siteMonitor in de service. Voeg bijvoorbeeld aan de service voor OPNsense ping: opnsense.home toe. Homepage stuurt dan regelmatig een ICMP-echopakket (ping) naar de host en toont de beschikbaarheid in de rechterbovenhoek van het kader van de service.

Met siteMonitor: https://opnsense.home daarentegen voert Homepage een HTTP HEAD-verzoek uit naar de url om te controleren of de webpagina beschikbaar is. Zo weet je niet alleen dat de host online is, maar ook dat de webserver tenminste draait en de pagina aanbiedt. Let op dat je hier de volledige url met https:// of http:// dient te gebruiken. De stijl van de getoonde status kun je overigens in settings.yaml aanpassen met bijvoorbeeld statusStyle: dot of statusStyle: basic.

Enkele services met pictogrammen, widgets en statusinformatie.

Docker-containers integreren

Als je services in Docker-containers draait, kan Homepage via de API van de Docker-engine statistieken over die containers opvragen en zelfs automatisch services herkennen. Configureer hiervoor een Docker-instance voor Homepage in docker.yaml. Als je Homepage met de Docker-socket laat verbinden, kan dat met de volgende configuratie:

local-docker:

  socket: /var/run/docker.sock

In je Docker Compose-bestand moet je deze socket als volume in de Homepage-container aankoppelen:

    volumes:

      - /home/koan/containers/homepage:/app/config

      - /var/run/docker.sock:/var/run/docker.sock

Docker Socket Proxy

Een veiliger alternatief om Homepage toegang tot Docker te geven, is via Docker Socket Proxy. Je laat die laatste dan rechtstreeks met de Docker-socket verbinden en de andere containers via een HTTP API beperkte bevoegdheden geven. Voeg daarvoor in je Docker Compose-bestand de volgende service voor Docker Socket Proxy toe:

  docker-socket-proxy:

    image: ghcr.io/tecnativa/docker-socket-proxy:0.3.0

    container_name: docker-socket-proxy

    volumes:

      - /var/run/docker.sock:/var/run/docker.sock:ro

    environment:

      CONTAINERS: 1

    restart: unless-stopped

Standaard geeft Docker Socket Proxy sterk ingeperkte API-toegang tot de Docker-engine, en sowieso alleen-lezen. Met de omgevingsvariabele CONTAINERS: 1 geven we toegang tot informatie over containers, precies wat Homepage nodig heeft.

Wijzig nu in het bestand docker.yaml de definitie van local-docker naar:

local-docker:

  host: docker-socket-proxy

  port: 2375

Omdat de container van Docker Socket Proxy zich in hetzelfde netwerk als Homepage bevindt, is die onder de naam docker-socket-proxy bereikbaar, wat we hier als host invullen.

Maak dan de containers opnieuw aan met de opdrachten:

docker-compose down

docker-compose up -d

Containers monitoren

Containers die in hetzelfde Docker Compose-bestand als Homepage zijn gedefinieerd, kun je nu door die laatste laten monitoren. Je moet dan bij de service in services.yaml de Docker-server en de naam van de container opgeven, bijvoorbeeld:

- Services:

  - FreshRSS:

      href: http://debian.home:8081

      description: Feed aggregator

      icon: freshrss

      server: local-docker

      container: freshrss

De waarde van server is hier de naam van de Docker-instance in docker.yaml, namelijk local-docker. De waarde van container is hier de naam van de container, gedefinieerd in container_name in het Docker Compose-bestand.

Na het herladen van de webpagina van Homepage krijgt de FreshRSS-service de status RUNNING in de rechterbovenhoek of EXITED wanneer de container gestopt is. Klik op de status voor gedetailleerdere statistieken zoals de processorbelasting, het geheugengebruik en netwerkverkeer.

Services automatisch detecteren

Elke keer dat je nu een service toevoegt, moet je de container aan je Docker Compose-bestand toevoegen en een definitie van de service aan het bestand services.yaml van Homepage. Maar Homepage ondersteunt ook het automatisch detecteren van services voor containers met behulp van labels. Met deze aanpak hoef je services.yaml niet meer bij te werken en hoef je slechts één bestand te veranderen. Voor FreshRSS kan dat bijvoorbeeld als volgt:

  freshrss:

    image: docker.io/freshrss/freshrss:1.26.1-alpine

    container_name: freshrss

    ports:

      - 8081:80

    volumes:

      - /home/koan/containers/freshrss/data:/var/www/FreshRSS/data

      - /home/koan/containers/freshrss/extensions:/var/www/FreshRSS/extensions

    environment:

      CRON_MIN: "1,31"

      TZ: Europe/Brussels

    restart: unless-stopped

    labels:

      - homepage.group=Services

      - homepage.name=FreshRSS

      - homepage.href=http://debian.home:8081

      - homepage.description=Feed aggregator

      - homepage.icon=freshrss

In de labels van deze container geef je dus aan dat je in de groep Services een service met de naam FreshRSS toevoegen, met de gegeven link, beschrijving en pictogram. De opties server en container uit de vorige paragraaf zijn met deze aanpak overbodig, omdat Homepage deze automatisch via de API van de geconfigureerde Docker-instance verkrijgt. Na opnieuw het uitvoeren de volgende twee commando’s ontdekt Homepage automatisch de service en voegt deze aan de juiste groep toe:

docker-compose down

docker-compose up -d

Widgets

Op dezelfde manier kun je widgets toevoegen via labels. In het voorbeeld uit de vorige stap voeg je dan de volgende labels toe:

      - homepage.widget.type=freshrss

      - homepage.widget.url=http://freshrss

      - homepage.widget.username=USER

      - homepage.widget.password=PASSWORD

Wil je meerdere widgets aan een container toevoegen, geef dan elk widget een index:

      - homepage.widgets[0].type=freshrss

      - homepage.widgets[0].url=http://freshrss

      - homepage.widgets[0].username=USER

      - homepage.widgets[0].password=PASSWORD

      - homepage.widgets[1].type=uptimekuma

      - homepage.widgets[1].url=https://uptime-kuma.rubus.home

      - homepage.widgets[1].slug=freshrss

Wanneer je nu de container van FreshRSS opnieuw aanmaakt en opstart, detecteert Homepage de widgets en toont ze bij de service.

Alternatieven voor Homepage

Hoewel Homepage een krachtige tool is, zijn er talrijke alternatieven om een dashboard voor al je services te maken, elk met hun eigen benadering. Houd je niet van YAML-configuraties, dan biedt Homarr een gebruiksvriendelijk alternatief om met slepen en neerzetten allerlei services toe te voegen.

Ook populair is Heimdall. Het is minder naar eigen smaak aan te passen dan Homepage of Homarr, maar daardoor eenvoudig om mee aan de slag te gaan.

Bevalt de aanpak met YAML-bestanden je wel, maar ligt Homepage je niet helemaal, kijk dan eens naar Dashy.

Bookmarks

Tot slot kan Homepage ook gewone bladwijzers aan je dashboard toevoegen. Je kunt ze net op dezelfde manier als services groeperen, maar het zijn slechts links zonder extra functionaliteiten zoals widgets en monitoring. Bladwijzers definieer je in het bestand bookmarks.yaml van Homepage, dat er standaard als volgt uitziet:

- Developer:

  - GitHub:

    - abbr: GH

      href: https://github.com

- Social:

  - Reddit:

    - abbr: RE

      href: https://reddit.com

- Entertainment:

  - YouTube:

    - abbr: YT

      href: https://youtube.com

Vervang deze groepen met bladwijzers door jouw eigen keuzes. Dit is bijvoorbeeld handig om alle links naar portaalsites of accounts bij belangrijke diensten op één pagina te verzamelen. Homepage toont dan per groep een lijst met bladwijzers met hun afkorting (de waarde van abbr), naam en het domein van de link.

Wil je in plaats van een afkorting een pictogram bij een bladwijzer tonen, gebruik dan icon in plaats van abbr en geef daar net zoals bij services de naam van een pictogram op. En vul description bij een bladwijzer in om een beschrijving in de plaats van het domein te zien. Ook de groepen van bladwijzers kun je een pictogram geven. Net zoals voor de groepen van services definieer je die pictogrammen in settings.yaml.

Een volledig dashboard van Homepage met header, services en bladwijzers.

En verder

Homepage biedt nog veel meer mogelijkheden dan we hier kunnen behandelen. Vooral in het bestand settings.yaml zijn er nog allerlei aanpassingen mogelijk. Zo kun je een achtergrondafbeelding instellen en daarop allerlei filters toepassen. Ook het thema en het kleurenpalet, die je beide via pictogrammen onderaan de pagina kunt aanpassen, zijn vast in te stellen.

Ook de lay-out van het dashboard is configureerbaar. Zo neemt standaard elke groep een kolom in, waarbij de services onder elkaar komen te staan. Maar met style: row bij een groep laat je de services in die groep naast elkaar in een rij weergeven. Ook het aantal kolommen, de stijl van de header en nog meer zijn in te stellen.

Homepage is tot in de kleinste details aan te passen.

Speciaal voor de jongste Linux-fans

(dit vinden ze zeker leuk!)