ID.nl logo
Kleurverschillen tussen scherm en print? Kalibreren is de oplossing
© jr-art - stock.adobe.com
Huis

Kleurverschillen tussen scherm en print? Kalibreren is de oplossing

Wanneer je foto’s met je smartphone of je digitale camera maakt, ze vervolgens met een beeldbewerkings-app op de pc bewerkt en daarna afdrukt, kan het voorkomen dat de kleuren niet zijn wat je ervan had verwacht. Dit probleem kun je vaak oplossen door middel van kalibratie en kleurbeheer.

In dit artikel leggen we uit hoe je het beeldscherm van je pc en de printer kunt kalibreren zodat de kleuren kloppen als je iets afdrukt. Daar zijn meerdere manieren voor:

  • Met je eigen ogen
  • Via het OSD-menu op je monitor
  • Met de kalibratiewizard
  • Het proces uitbesteden
  • De juiste kleurprofielen gebruiken

En je kunt nog veel meer kalibreren: Je scherm kalibreren met Netflix: zo gebruik je deze geheime functie

Je hebt vast weleens ervaren dat de kleuren van foto’s op je scherm er anders uitzien dan op afdrukken van je eigen printer of op die van een online printservice. Dat is vervelend, maar technisch goed verklaarbaar en kan verschillende oorzaken hebben. Zo leest een camera kleuren uit van een sensor, geeft een beeldscherm deze weer via een lichtbron en gekleurde pixels, genereert een printer kleuren door inkt te mengen, en werkt een fotolab met meerdere lagen kleurstoffen. Kleuren worden dus door diverse apparaten via uiteenlopende technieken gecreëerd of weergegeven, en het is ook nog eens zo dat niet alle apparaten evenveel of dezelfde kleuren kunnen weergeven.

In de twee kaderteksten vind je meer achtergrondinformatie over deze en aanverwante aspecten, maar in dit artikel focussen we ons vooral op tools en technieken waarmee je ondanks deze hindernissen een zo optimaal mogelijke kleurweergave krijgt en tijdens je workflow behoudt. Je zult merken dat twee complementaire technieken daar een grote rol bij spelen: kalibratie en kleurbeheer.

Kalibreren

De tekstkaders ‘Kleurmodel’ en ‘Kleurbereik’ laten zien dat het behouden van optimale en consistente kleuren tijdens je workflow (bijvoorbeeld van camera naar scherm naar printer) niet eenvoudig is. Daarbij komt nog iets anders om de hoek kijken, wat duidelijk wordt wanneer je naar het onderstaande plaatje kijkt. Het betreft een foto op hetzelfde beeldscherm, maar met verschillende beeldinstellingen. Hierdoor loop je het risico om in je beeldbewerkingsprogramma aanpassingen te doen terwijl het verschil eigenlijk te wijten is aan een niet-optimale schermweergave.

Daarom is het van groot belang om zowel je monitor als je printer te kalibreren. Hierbij stel je eventuele afwijkingen van deze apparaten ten opzichte van de standaardwaarden vast en corrigeer je deze indien nodig. Het is tevens verstandig om deze kalibratie periodiek te herhalen, aangezien afwijkingen in de loop der tijd kunnen veranderen, bijvoorbeeld als gevolg van slijtage.

Dezelfde foto op hetzelfde scherm: welke is de ‘juiste’?

‘Oogbal’-kalibratie (monitor)

Er zijn in principe twee methoden om je scherm te kalibreren: een meer professionele aanpak met speciale apparatuur (zoals een colorimeter) en een meer handmatige of visuele methode, waarbij je eventuele afwijkingen op basis van eigen waarneming vaststelt. In dit artikel gaan we ervan uit dat je niet beschikt over een colorimeter en dus op je eigen beoordelingsvermogen vertrouwt.

Een goed startpunt voor visuele kalibratie is de online test op www.xrite.com/hue-test, waarbij je blokjes verschuift totdat je ze allemaal correct hebt gesorteerd op kleurtint. Als je hier problemen mee hebt, is het wellicht handig om tijdens de visuele kalibratie hulp in te schakelen van iemand met een hoger ‘kleuren-IQ’.

Houd er rekening mee dat het (visuele) kalibratieproces ook door verschillende omgevingsfactoren kan worden beïnvloed, zoals de lichtinval. Deze hangt af van de plaatsing van je beeldscherm, de reflectie van muren en plafonds, evenals het type en de intensiteit van de verlichting. Zorg ervoor dat je monitor zo min mogelijk lichtbronnen reflecteert en schakel het apparaat enige tijd voor aanvang van de kalibratie in.

Ook je eigen ‘kleuren-IQ’ speelt een rol bij het kalibreren.

Kleurmodel Het verschil in kleurweergave tussen een beeldscherm en een afdruk op papier, is te verklaren door de twee verschillende kleurmodellen die worden gebruikt. Op een beeldscherm wordt kleur gegenereerd door een directe lichtbron die werkt met de primaire kleuren rood, groen en blauw (het RGB-model). Het aanvullende kleurmodel combineert deze drie kleuren op volle sterkte om wit te verkrijgen.

Bij printers verloopt het kleurproces heel anders. Het begint met wit papier, en naarmate de drie primaire inktkleuren (cyaan, magenta en geel) op elkaar worden gedrukt, neemt de lichtreflectie af en ontstaat zwart. Dit is het subtractieve kleurmodel. Om een dieper zwart te bereiken, wordt ook een zwarte inktkleur toegevoegd, bekend als het CMYK-model (Cyan, Magenta, Yellow, blacK).

Je kunt je ongetwijfeld voorstellen dat er slimme technieken nodig zijn om de kleuren van het RGB-model optimaal om te zetten naar het CMYK-model van je printer. Zoals je in het artikel zult lezen, speelt kleurbeheer op basis van kleurprofielen daarbij een prominente rol.

©StudioGraphic - stock.adobe.com

Een beeldscherm en een printer genereren kleuren op een totaal verschillende manier.

OSD-menu

De eenvoudigste kalibratie kan worden uitgevoerd vanuit het menu van je beeldscherm. De meeste monitors hebben knoppen waarmee je een On-Screen Display (OSD) kunt openen om verschillende instellingen aan te passen. Zorg er eerst voor dat je scherm is ingesteld op de aanbevolen resolutie, wat in Windows kan via Instellingen / Systeem / Beeldscherm / Beeldschermresolutie. Houd ook een of twee degelijke referentieafbeeldingen bij de hand. Nuttige testafbeeldingen zijn te vinden op websites als Print Art, Gary Ballard en Lagom LCD Monitor Test Images.

Het geven van universele richtlijnen voor optimale instellingen via een OSD-menu is lastig, maar het is wel bekend dat gebruikers hun monitor vaak te helder en met te weinig contrast instellen. De kleurtemperatuur (color tone) van je monitor is ook belangrijk omdat dit bepaalt hoe we de kleur wit waarnemen, wat onder andere afhangt van de lichtbron. Over het algemeen is een meer neutrale instelling, zoals 6500 Kelvin (D65) meestal de beste keuze.

De meeste OSD-menu’s bieden ook de mogelijkheid om de RGB-waarden en de gammawaarde in te stellen. Laatstgenoemde bepaalt de helderheid van grijstinten. In principe maakt een lagere waarde deze tinten helderder, maar dit verhoogt wel het risico op een lichter en fletser beeld.

Gebruik een of meer referentiefoto’s voor een visuele kalibratie van je scherm.

Kalibratiewizard

Beter nog dan kalibratie via het OSD-menu is de kalibratietool die standaard in Windows en macOS is ingebouwd. Deze bieden meer begeleiding en stellen op basis van je bevindingen automatisch ook een kleurprofiel samen (zie de paragraaf ‘Kleurprofiel’). We tonen kort hoe je de kalibratiewizard van Windows gebruikt.

Tik kalibreren in de Windows-zoekbalk en start Beeldschermkleur kalibreren op. Als je meerdere monitors hebt, verplaats dan het programmavenster naar de gewenste monitor. Volg de instructies om de gammawaarde te optimaliseren door de middelpunten van de cirkels minimaal zichtbaar te maken. Stel vervolgens helderheid en contrast in via het OSD-menu. Kalibreer daarna de kleurbalans met de schuifregelaars voor rood, groen en blauw. Vergelijk het resultaat met de knoppen Vorige kalibratie en Huidige kalibratie. Laat het vinkje staan bij ClearType Tuner starten […] als je ook een wizard voor scherpe tekstweergave wilt opstarten.

Met de kalibratiewizard kun je eenvoudig de optimale gammawaarde instellen.

Kleurbereik De workflow bij het ophalen, bewerken en afdrukken van foto’s wordt ook bemoeilijkt door het feit dat niet alle apparaten dezelfde kleuren even nauwkeurig reproduceren. Zo worden op een monitor diepblauwe kleuren vaak beter weergegeven dan op een printer. Dit komt doordat deze apparaten een verschillende ‘gamut’ hebben, in het Nederlands kleurengamma, kleurbereik of kleuromvang. Relevante informatie over het gebruikte kleurbereik wordt doorgaans bewaard in een speciaal bestand, het zogeheten ICC-kleurprofiel (International Color Consortium).

Het kan dus voorkomen dat je uitvoerapparaat (een printer), een beperkter kleurbereik heeft dan je invoerapparaat (een scherm). Hierdoor kunnen bepaalde kleuren op het scherm niet nauwkeurig worden weergegeven op de printer, waardoor vervangende kleuren nodig zijn waar de printer wel mee overweg kan.

In de betere fotobewerkingsprogramma’s kun je dit vervangingsproces bijsturen via een render- of weergave-intentie.

©Sergio - stock.adobe.com

Het menselijke oog kan alle kleuren in dit kleurbereik zien en dus meer kleuren waarnemen dan wat RGB en zeker CMYK kunnen weergeven.

Printerkalibratie

Ook voor printerkalibratie zijn er professionele methodes, zoals een spectrofotometer met bijbehorende software. Deze meet de golflengte van het licht over het zichtbare kleurenspectrum en kan op basis van je fotoafdrukken een optimaal kleurprofiel samenstellen. Dit kost je echter al snel enkele honderden euro’s.

Een alternatief is dat je dit proces uitbesteedt, bijvoorbeeld bij www.kleurprofiel.com. Je drukt dan eerst de beschikbare tiff-bestanden af zonder kleurcorrectie toe te passen, bijvoorbeeld met de gratis tool ACPU (Adobe Color Printer Utility, voor Windows en macOS). Schakel ook kleurbeheer of eventueel andere kleuraanpassingen in je printerdriver uit. Houd er verder rekening mee dat ook factoren als inktsoort en papiertype invloed kunnen hebben (waardoor je wellicht ook bij je printerproducent geen bruikbare profielen gaat vinden). Na het afdrukken kun je de prints naar de service sturen en tegen betaling kleurprofielen ontvangen.

Druk je testplaatjes af zonder ingebouwd kleurbeheer of kleurcorrecties (hier met ACPU).

‘Oogbal-kalibratie’ (printer)

Als je geen geld wilt uitgeven, kun je de kalibratie ook handmatig en visueel uitvoeren met geschikte afbeeldingen. Hierbij kun je gebruikmaken van afbeeldingen als bij het ‘OSD-menu’, door online te zoeken naar color chart calibration of door zelf een testafbeelding te maken. Bijvoorbeeld een vierkant met zuiver rood (RGB 255,0,0), waarbij je geleidelijk de 0-waarden verhoogt tot je puur wit krijgt (255,10,10; 255,20,20; …; 255,255,255). Doe hetzelfde voor groen (0,255,0) en blauw (0,0,255), en voeg eventueel ook ‘natuurlijke’ beelden toe die je vaak fotografeert.

Druk deze afbeeldingen af op het type papier dat je ook voor je foto’s gebruikt en bestudeer ze zorgvuldig, eventueel met een vergrootglas. Als er kleurafwijkingen zijn, kun je de printerinstellingen aanpassen. Ga hiervoor naar Instellingen van Windows, selecteer Bluetooth en apparaten, ga naar Printers en scanners, kies je printer en klik op Printereigenschappen. Hier kun je aanpassingen maken onder tabbladen zoals Algemeen (druk hier op de knop Voorkeursinstellingen en bekijk de diverse tabbladen) en Kleurbeheer.

Aangezien de kwaliteit en kleurweergave ook afhankelijk zijn van het papier, kun je overwegen om dezelfde printer meerdere keren te installeren met optimale instellingen voor elk papiertype. Geef elke printerconfiguratie een specifieke naam, zoals Mat fotopapier 200g.

Sleutelen aan de printereigenschappen is een alternatief voor een geoptimaliseerd kleurprofiel.

Kleurprofiel

Goede kleurprofielen helpen om de kleuren optimaal te tonen op specifieke apparaten. Bij beeldschermen worden deze ICC-profielen vaak geleverd met het apparaat of zijn ze beschikbaar op de website van de fabrikant. Je kunt ook profielen vinden op de ICC Profiles and Monitor Calibration Settings Database (vanaf 1 dollar per maand).

Daarnaast kun je zoals gezegd zelf een kleurprofiel creëren via de ingebouwde kalibratiewizard van Windows. Na het voltooien van de wizard maakt Windows namelijk een ICC-bestand aan en koppelt dit meteen aan de monitor. Je kunt dit controleren door Windows-toets+R in te drukken, colorcpl uit te voeren en het juiste apparaat te selecteren. Het gekoppelde ICC-profiel wordt dan getoond. Als er meerdere zijn, kies dan het meest relevante en klik op Als standaardprofiel instellen. Als het goed is, is dit het ‘sRGB display profile’, gemaakt door de kalibratietool.

Om een ander profiel te kiezen, plaats je een vinkje bij Mijn instellingen voor dit apparaat gebruiken, klik op Toevoegen en kies het gewenste ICC-profiel. Standaard bewaart Windows ICC-profielen in de map %windir%\System32\spool\drivers\color.

Dit selectieproces is overigens ook van toepassing op printers, waarbij je bijvoorbeeld een profiel kunt kiezen dat is samengesteld met een spectrofotometer.

Ook in Windows kun je profielbestanden koppelen aan schermen, printers en scanners.

Bron

We gaan ervan uit dat je je monitor en printer goed hebt gekalibreerd en degelijke kleurprofielen aan je apparaten hebt gekoppeld. Er zijn echter nog enkele belangrijke punten om op te letten tijdens je workflow van camera tot scherm en printer.

Laten we beginnen met het opnameapparaat, zoals je digitale camera of smartphone. De meeste camera’s gebruiken standaard de kleurruimte sRGB, maar als Adobe RGB beschikbaar is, is het beter om die te selecteren vanwege het grotere kleurbereik. Als je camera het toelaat, is het nog beter om in RAW te fotograferen. Hierdoor kun je later in je RAW-fotobewerkingssoftware, zoals Adobe Lightroom of het gratis darktable, zelf de kleurruimte instellen en dus bepalen welke kleuren behouden blijven. Houd er rekening mee dat smartphones op dit gebied meestal minder flexibel zijn, en als ze al een kleurprofiel gebruiken, wordt dit meestal rechtstreeks in het bestand ingebed.

©Sergio - stock.adobe.com

De Adobe RGB-kleurruimte heeft een groter kleurbereik dan het vaak gebruikte sRGB.

Werkruimte

Voor het vervolg van de workflow nemen we het gratis GIMP als voorbeeld. Hoewel het kleurbeheer niet zo geavanceerd is als bijvoorbeeld Photoshop, is GIMP een gratis optie. Je kunt GIMP configureren om het ingebedde kleurprofiel van fotobestanden ongewijzigd te laten, om zo ongewenste automatische conversies te voorkomen. Ga naar Bewerken / Voorkeuren en open Kleurbeheer. Bij het onderdeel Beleid - Gedrag bij openen van bestanden kun je de instelling laten staan op Vragen wat te doen of kiezen voor Ingebed profiel behouden.

Bij Voorkeursprofielen kun je, indien gewenst, Adobe RGB selecteren als het RGB-profiel (je kunt dit profiel ook downloaden). Dit profiel wordt dan naast het ingebouwde RGB-profiel aangeboden.

Merk op dat de Beeldschermmodus standaard is ingesteld op Kleurbeheerd beeldscherm. In dit geval kun je bij Beeldschermprofiel verwijzen naar het kleurprofiel dat je via kalibratie hebt aangemaakt. Je kunt ook Optimaliseer beeldscherm voor instellen op Precisie/kleurgetrouwheid, tenzij je een snellere verwerking belangrijker vindt.

Je doet er goed aan de kleurbeheeropties van GIMP grondig te controleren en optimaal in te stellen.

ASUS ProArt PA278QV

Monitor met ultieme kleurprestaties

Profielconversie

Bij het openen van een fotobestand met een afwijkend kleurprofiel verschijnt een dialoogvenster waarin je kunt aangeven hoe je wilt handelen: of je behoudt de oorspronkelijke werkruimte (aangeduid als kleurprofiel) of je converteert naar het ingebouwde sRGB-kleurprofiel. In het geval van de conversie naar sRGB wordt ook een renderintentie toegepast als bepaalde kleuren buiten de kleurruimte van de beoogde werkruimte vallen.

De standaard renderintentie is Relatief colorimetrisch. Hierbij wordt het witpunt van de invoer vergeleken met dat van de uitvoer, waarna alle kleuren die buiten de kleurruimte van de uitvoer vallen, worden verschoven naar de dichtstbijzijnde beschikbare kleuren. Een andere veelgebruikte intentie is Perceptueel, waarbij geprobeerd wordt om de natuurlijke uitstraling van de afbeelding zo veel mogelijk te behouden. Als er geen kleurprofiel is ingesloten, selecteert GIMP automatisch het ingebouwde sRGB-kleurprofiel.

Overigens kun je de werkruimte ook aanpassen nadat je de foto hebt geopend. Ga naar Afbeelding / Kleurbeheer en kies voor Kleurprofiel toewijzen of Naar kleurprofiel converteren. In het laatste geval kun je ook zelf de renderintentie instellen. Als je eerder een voorkeursprofiel hebt toegevoegd, zoals Adobe RGB, kun je dit profiel hier terugvinden.

Je kunt de werkruimte ook na het ophalen van de foto nog aanpassen in GIMP.

Afdruk

Nadat je alle gewenste aanpassingen aan je foto hebt gemaakt en klaar bent om deze naar je printer te sturen, is het een goed idee om het resultaat eerst op je scherm te bekijken via afdruksimulatie, ook wel bekend als ‘soft proofing’. Ga hiervoor opnieuw naar Bewerken / Instellingen / Kleurbeheer. In het gedeelte Afdrukvoorbeeld selecteer je het kleurprofiel van je printer en kun je de renderintentie instellen (probeer zowel Relatief colorimetrisch als Perceptueel uit. Stel bij Optimaliseer afdrukvoorbeeld voor bij voorkeur Precisie/kleurgetrouwheid in en zorg ervoor dat je de optie Kleuren buiten het gamut markeren met de gewenste kleur aanvinkt. Hierdoor kun je op het scherm duidelijk zien welke kleuren je printer(profiel) mogelijk niet perfect kan weergeven. Ga hiervoor naar Beeld / Kleurbeheer en activeer Afdrukvoorbeeld.

Soft proofing: zo te zien vallen heel wat kleuren buiten het kleurprofiel van onze printer.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Review iPhone Air – Opvallend dun én stevig
© Jeroen Boer - ID.nl
Huis

Review iPhone Air – Opvallend dun én stevig

Apple introduceerde onlangs de nieuwe iPhones waaronder de iPhone 17 en iPhone 17 Pro. Dit jaar voegt Apple met de iPhone Air een opvallend nieuw toestel toe aan het assortiment. Anders dan bij de overige smartphones ligt de focus vooral op een zo dun mogelijke vormgeving. Lever je iets in om de dunste te hebben? Wij hebben de iPhone Air getest.

Goed
Conclusie

De iPhone Air wijkt duidelijk af van eerdere iPhones. Het is knap hoe Apple een groot scherm combineert met een opvallend dun en licht ontwerp zonder in te leveren op stevigheid. De titanium rand maakt de behuizing robuust en de telefoon voelt luxe aan. Daarmee positioneert de Air zich als een premium model boven de iPhone 17, al betaal je vooral voor het ontwerp. Op functioneel vlak lever je namelijk in: de Air heeft slechts één speaker, waardoor stereogeluid ontbreekt, en de camera mist een ultragroothoek en telelens. De 48megapixel-hoofdcamera is prima, maar biedt minder mogelijkheden dan je bij een toestel van 1200 euro zou verwachten. De iPhone Air is vooral interessant als je een opvallend lichte en dunne iPhone zoekt.

Plus- en minpunten
  • Dun en licht
  • Stevig
  • Goede camera
  • Uitstekend scherm
  • Goede prestaties
  • Mono-geluid
  • Slechts één camera
  • Minder goede accuduur
  • Alleen eSim kan onhandig zijn
  • Usb-c-poort op usb2.0-snelheid

De iPhone Air is zó licht dat de 5,6 mm dunne smartphone in eerste instantie wel speelgoed lijkt nadat we hem uit het doosje haalden. Schijn bedriegt, want je hoeft echt niet bang te zijn dat je het toestel buigt of zelfs breekt. Apple heeft de Air voorzien van een stevige titanium rand en een heel harde matglazen achterkant. Buigen lijkt praktisch onmogelijk; het bekende YouTube-kanaal JerryRigEverything had een hele opstelling nodig om het toestel daadwerkelijk te buigen. De Air is verkrijgbaar in vier kleuren. Naast zwart en wit heb je de keuze uit lichtblauw of lichtgoud. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Vanaf de voorkant lijkt de iPhone Air op de andere iPhones.

De iPhone Air is dan wel grotendeels 5,64 mm dun, dat geldt niet voor de hele smartphone. Alle techniek heeft Apple bovenaan geplaatst en op de achterkant bevindt zich daar een uitstekend eiland zodat er ruimte is voor alle elektronica. Omdat het bij deze smartphone echt om de dikte gaat, hebben we de schuifmaat erbij gepakt. We meten voor het eiland 8,7 mm terwijl de totale dikte inclusief camera 11,4 mm is. Omdat de dikkere gedeeltes relatief klein zijn, heb je in de praktijk wel gewoon een superdunne telefoon in handen. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Op de achterkant vind je een opvallend camera-eiland met daarop slechts één camera.

Op de zijkant vind je in de dunne rand alle knoppen die je van een moderne iPhone gewend bent, waaronder de zelf in te stellen actieknop en de cameraregelaar. Onderop vind je een usb-c-poort voor het laden en verbinden met een computer. Helaas ondersteunt deze poort net als op de normale iPhone 17 slechts de usb2.0-snelheid en geen snellere usb3.2-snelheid zoals op de iPhone 17 Pro.

©Jeroen Boer - ID.nl

De iPhone Air (rechts) is een stuk dunner dan de tegelijkertijd geintroduceerde iPhone 17.

Het is een mooi ontwerp, maar baart minder opzien dan Apple wellicht gehoopt had. Samsung introduceerde nog niet zo heel lang geleden iets vergelijkbaars met de Galaxy S25 Edge. Deze lichte smartphone is eveneens superdun met 5,8 mm en ook voorzien van een titanium frame. Het is in het 'Android-kamp' de meest vergelijkbare smartphone van dit moment en we ontkomen er dan ook niet aan om de Air op punten met de S25 Edge te vergelijken.

Goed scherm

De iPhone Air is niet alleen veel dunner dan de iPhone 17, maar heeft ook een groter 6,5inch-scherm met een resolutie van 2736 x 1260 pixels. Het scherm valt hiermee qua formaat tussen de iPhone 17 (Pro) en iPhone 17 Pro Max die respectievelijk een 6,3- en 6,9inch-scherm hebben. Het is in ieder geval een prima scherm. Net als op de andere iPhones deze generatie ondersteunt het scherm een hoge verversingssnelheid tot 120 Hz en Always-On display waarmee ook beeld getoond kan worden als de telefoon in stand-by staat.

©Jeroen Boer - ID.nl

De iPhone Air heeft een fraai oled-scherm.

Slechts monogeluid

Het scherm is dus erg goed en het is dan ook geen straf om een film op bijvoorbeeld Netflix te kijken. Er is alleen één probleem als je geen hoofdtelefoon wilt gebruiken: de iPhone Air heeft slechts één luidspreker. Aan de onderkant is geen luidspreker geplaatst waardoor je monogeluid hebt als je een video kijkt met daarbij het geluid van de telefoon. Wat ons betreft een belangrijk nadeel voor een toestel in deze prijscategorie, zeker ook omdat de Galaxy S25 Edge wel stereogeluid biedt. Het geluid van die ene luidspreker is overigens wel gewoon goed, maar bij video's missen we echt wel iets als het geluid van slechts één kant komt. 

Alleen eSim

In de Verenigde Staten niks nieuws, maar hier heeft de iPhone Air de primeur van eerste iPhone met enkel eSim. Er was in de dunne behuizing volgens Apple geen ruimte voor een traditioneel simkaartslot. Of dat echt zo is weten we niet, maar Samsung bewijst met de Galaxy S25 Edge dat het toch mogelijk is om een simkaartslot te integreren in een dunne smartphone. Het hangt vooral van je provider af of dat een nadeel is. Op zich kun je bij veel providers al gebruikmaken van eSim, maar er zijn nog genoeg virtuele providers* zonder eSim. Het kan niet anders dan dat eSim steeds meer de norm gaat worden, maar controleer dus goed of je provider eSim levert als je nu een simkaartje gebruikt.

*Virtuele providers zijn providers zonder netwerk, zoals bijvoorbeeld 50+ Mobiel, Lebara en Budget, die hun diensten inkopen bij één van de drie grote netwerken. Zulke providers zijn goedkoper en lopen technisch vaak wat achter.

Goede prestaties

De iPhone Air is voorzien van een Apple A19 Pro-chip voorzien van een 6core-cpu bestaande uit 2 snelle en 4 efficiënte cores in combinatie met 12 GB RAM. Ondanks dezelfde naam, is het niet helemaal dezelfde chip als je in de iPhone Pro vindt. De A19 Pro in de iPhone Air heeft 5 in plaats 6 gpu-cores, hetzelfde aantal als de A19 in de iPhone 17. De chip zit hiermee tussen de A19 en de 'echte' A19 Pro in. Sowieso lijken de A19 en A19 Pro veel op elkaar en de A19 is al een van de snelste smartphonechips op de markt. De iPhone Air is dan ook gewoon een indrukwekkend vlot toestel.

Je krijgt net als op de andere iPhones minimaal 256 GB opslag. Dat is uit te breiden naar 512 GB of zelfs 1 TB, een teken dat Apple deze telefoon meer onder de Pro-modellen schaart. Dan heb je overigens wel een toestel van 1729 euro in handen. 

Relatief kleine batterij

De iPhone Air heeft een batterijcapaciteit van 3149 mAh. Dat is bijzonder weinig voor een moderne smartphone en een stuk minder dan de 3692 mAh die je in de iPhone 17 vindt – en dat terwijl het scherm wat groter is. De accu is merkbaar kleiner dan die van de tegelijkertijd gelanceerde iPhone 17. Toch is het in de praktijk mogelijk om een dag door te komen zonder bij te laden, maar dan moet het toestel wel echt aan de lader. Draadloos laden via MagSafe is ook mogelijk.

Afhankelijk van je gebruik kan de accu natuurlijk wel eerder leeg zijn. Om dat op te lossen heeft Apple een speciale MagSafe-batterij gemaakt die je achterop de iPhone Air plakt. Deze powerbank bevat dezelfde accu als die in de iPhone Air zit, maar door verliezen die optreden bij onder andere draadloos laden voeg je zo'n 65 procent extra batterijcapaciteit toe aan de iPhone. Deze MagSafe-batterij werkt overigens alleen goed op de iPhone Air, op andere iPhones kun je hem niet goed op de achterkant plakken.

©Jeroen Boer - ID.nl

De MagSafe-batterij is een compacte powerbank voorzien van dezelfde accu als de iPhone Air.

Doordat de iPhone Air bijzonder dun en licht is, is de smartphone ook met gekoppelde accu op zich te gebruiken, maar dan voelt het geheel meer als een doorsnee smartphone met groot scherm. Dat is op zich wel een voordeel ten opzichte van de meeste andere powerbanks. Met een prijs van 115 euro is de magnetische powerbank wel erg duur, zeker voor de geboden accucapaciteit. Normale powerbanks met een veelvoud van de capaciteit kosten veel minder dan deze MagSafe-batterij. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Je kunt de iPhone Air gewoon gebruiken met vastgeplakte MagSafe-batterij.

Slechts één camera

Achterop heeft de iPhone Air net als sommige andere smartphones een naar buiten uitstekende balk die je een camera-eiland zou kunnen noemen, ware het niet dat er op de brede balk maar één camera en een flitser geplaatst is. Die camera is dezelfde 48megapixel-hoofdcamera die je op de iPhone 17 vindt. Dat is op zich een prima camera waarmee je in de camera-apps kunt kiezen uit de zoomfactor 1x en 2x. De 2x-zoomfactor maakt een uitsnede uit het beeld; dat resulteert gewoon in scherpe foto van 12 in plaats van 24 megapixel, net als op andere iPhones. Dat zijn al je keuzes, want de iPhone Air heeft net als instapper iPhone 16e maar één camera. De heel goede 48megapixel-ultragroothoekcamera die je op de iPhone 17 vind waarmee je ook macrofoto's kunt maken ontbreekt. Toch jammer voor een smartphone die meer dan 1200 euro kost. Ook een telelenscamera die je op de iets duurdere iPhone 17 Pro vindt, ontbreekt. Daarbij bewijst Samsung met de vergelijkbare Galaxy S25 dat het wel mogelijk is om twee camera's te integreren in een superdunne telefoon. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Achterop vind je maar één camera, dezelfde als de hoofdcamera op de iPhone 17.

De aanwezige camera maakt gelukkig wel prima foto's. De kleuren zijn uitstekend en ook op de scherpte is niks aan te merken. Ook in het donker kun je bruikbare beelden produceren. De software schakelt automatisch over op nachtmodus, maar dit kun je ook zelf instellen. Je krijgt ook de nieuwe selfiecamera die scherpe beelden schiet en automatisch bepaalt hoe je het beste in beeld bent. 

©Jeroen Boer - ID.nl

Zoomfactor 1x.

©Jeroen Boer - ID.nl

Zoomfactor 2x.

©Jeroen Boer - ID.nl

Zoomfactor 1x.

©Jeroen Boer - ID.nl

Zoomfactor 2x.

Conclusie

Met de iPhone Air krijg je dit jaar echt iets anders in handen ten opzichte van eerdere iPhones. Het is indrukwekkend dat een telefoon met een groot scherm zo dun en licht is terwijl er met de stevigheid niks mis is. Dankzij een titanium rand is de iPhone Air praktisch onbreekbaar en daar hoef je je tijdens alledaags gebruik geen zorgen over te maken. De iPhone Air voelt kortom luxe aan en is in het assortiment van Apple met zijn flink hogere prijs duidelijk een meer premium model dan de iPhone 17. Je betaalt echter vooral voor die dunnere vormgeving, want op het gebied van mogelijkheden lever je best wel wat in. Zo heeft de iPhone Air maar één speaker waardoor stereogeluid onmogelijk is; jammer als je je smartphone vaak gebruikt voor bijvoorbeeld Netflix. Daarnaast lever je ook in op fotografiegebied. De aanwezige 48megapixel-hoofdcamera is hetzelfde als op andere iPhones en maakt echt prima foto's, maar wordt niet bijgestaan door een ultragroothoek of telelens waardoor foto's met een extra brede beeldhoek, macrofoto's of ver inzoomen niet mogelijk zijn. Iets dat je eigenlijk wel zou verwachten op een smartphone waar je 1200 euro voor betaalt. Je kiest de Air dus vooral als je echt wat anders wilt hebben.

▼ Volgende artikel
Een echte herfstklus: zo maak je je dakgoot schoon
© © 2019, JJ Gouin All Rights Reserved
Huis

Een echte herfstklus: zo maak je je dakgoot schoon

Met de herfst in aantocht dwarrelen de bladeren weer massaal naar beneden – en niet zelden belanden ze in je dakgoot. Samen met ander vuil kan dat de afvoer verstoppen, vooral bij nat weer. Om lekkages en andere problemen te voorkomen, is het verstandig je dakgoot regelmatig schoon te maken. Maar hoe pak je dat aan?

⏱️ Dit artikel in het kort:
  • Gereedschap: dit heb je nodig

  • De dakgoot schoonmaken: hoe vaak en wanneer?

  • Stappenplan dakgoot schoonmaken

  • Dakgoot schoonmaken? Zo doe je het veilig

  • Slimme tips voor een schone dakgoot

Lees ook: 🍂 Herfstklus: zo maak je je tuinmeubilair winterklaar

Gereedschap: wat heb je nodig?

Voor het doorspoelen van je dakgoten is een tuinslang onmisbaar. Monteer hier een dakgootreiniger op: een opzetstuk met borstel en harkje waarmee je vuil verwijdert en de goot grondig schoonmaakt. Met een telescoopsteel kun je zelfs vanaf de grond werken – handig en veilig. Toch is het slim om af en toe de ladder te nemen, zodat je goed kunt zien wat je doet en geen hoeken overslaat.

Lees ook: Zo werk je veilig in de hoogte met een ladder

Handschoenen zijn een must, of het nu tuinhandschoenen of huishoudhandschoenen zijn. Draag daarnaast oude kleding met lange mouwen, want het water dat uit de goot spat is meestal niet schoon.

Zink of kunststof

Dakgoten zijn meestal van zink of kunststof. Bij zinken dakgoten is het extra belangrijk om ze goed schoon te houden, omdat rottende bladeren de beschermende oxidelaag kunnen aantasten.

Een dakgoot heeft altijd een lichte helling, zodat het water naar de regenpijp kan stromen. Met een tuinslang kun je controleren of dit goed werkt. Blijft het water staan, dan moet je de dakgoot repareren. Dit is vooral van belang bij zinken dakgoten vanwege het risico op aantasting van de oxidelaag. Het repareren van een zinken dakgoot is relatief eenvoudig, bijvoorbeeld met rubber seal, reparatietape of vloeibare zink.

Hoe vaak en wanneer schoonmaken?

Eén keer per jaar je dakgoot reinigen is meestal genoeg. Woon je echter tussen veel bomen, dan kun je beter wat vaker aan de slag. Meer blad betekent immers meer kans op verstopping. De beste periode voor de grote schoonmaak is het late najaar: als het niet meer vriest en de meeste bladeren gevallen zijn. Net na een regenbui werkt het schoonmaken makkelijker, omdat het vuil dan losser ligt. Je kunt de goot ook zelf natmaken met de tuinslang.

©bildlove

Stappenplan voor een schone dakgoot

Voordat je begint: veiligheid eerst! Gebruik een stevige ladder die stabiel op een vlakke ondergrond staat. Draag kleding die vies mag worden (bijvoorbeeld een oud shirt met lange mouwen, een stevige broek en rubberen handschoenen) zodat je beschermd bent tegen vuil en scherpe randen.

1 - Verwijder grof vuil

Gebruik een plastic schep, gootschep of oude spatel om bladeren, takjes en ander afval uit de goot te halen. Leg een zeil op de grond of gebruik een emmer of vuilniszak om het netjes te houden. Heb je vooral droog blad in de goot liggen, dan kan een bladblazer met speciaal opzetstuk ook uitkomst bieden.

2 - Spoel alles goed door

Spoel de goot en regenpijp door met een tuinslang, van het ene uiteinde naar het andere. Zo controleer je meteen of het water goed doorstroomt. Blijft er vuil achter, gebruik dan een schuurspons of staalborstel om het te verwijderen.

3 - Controleer op verstoppingen en schade

Kijk tijdens het schoonmaken of er geen blokkades in de afvoerpijp zitten. Gebruik eventueel een ontstoppingsveer. Controleer ook de staat van de goot zelf: scheuren, losse verbindingen of roestige beugels kun je beter direct repareren of vervangen.

4 - Onderhoud op de lange termijn

Een jaarlijkse schoonmaakbeurt houdt je dakgoot in goede conditie. Zo voorkom je dat water blijft staan of in huis doordringt, wat schimmel of vochtproblemen kan veroorzaken.

5 - Maak je dakgoot winterklaar

Voordat de vorst invalt, is een extra controle aan te raden. Blokkades kunnen in de winter leiden tot ijsvorming en schade aan de goot.

❄️ IJsdammen

Een ijsdam ontstaat wanneer smeltwater van sneeuw of ijs op het dak niet goed kan wegstromen door een verstopte dakgoot. Het water bevriest vervolgens aan de randen van het dak, waardoor er een opeenhoping van ijs ontstaat. Dit kan leiden tot ernstige problemen, zoals lekkages, omdat het smeltwater zich onder de dakbedekking kan ophopen en in je huis kan sijpelen. IJsdammen kunnen ook extra gewicht op de dakgoten en het dak veroorzaken, wat schade kan aanrichten.

©Tomasz Zajda


Veilig werken op hoogte

Zorg altijd voor een stevige, stabiele ladder op een vlakke ondergrond. Draag schoenen met grip en overweeg een veiligheidsharnas bij hogere daken. Is de ladder nat, wacht dan tot deze droog is. Laat bij voorkeur iemand in de buurt blijven terwijl je werkt.


Slimme tips voor een blijvend schone goot

Bladvangers helpen, maar houden niet alles tegen. Klein vuil kan alsnog ophopen en zelfs mosgroei veroorzaken. Bevestig tijdens het schoonmaken je emmer of vuilniszak aan de ladder, zodat je beide handen vrij hebt. Laat je het vuil liever op de grond vallen, dan moet je later nog opruimen – extra werk dus.

Een hogedrukreiniger kan handig zijn, maar gebruik een lage stand om schade te voorkomen. Een gewone tuinslang met een goede sproeikop werkt vaak net zo goed.