ID.nl logo
Elf oledschermen voor de pc getest: wel of niet kopen?
Huis

Elf oledschermen voor de pc getest: wel of niet kopen?

Net als bij televisies is bij computerschermen ook het tijdperk van de oledschermen aangebroken. Inmiddels zijn er allerlei oledschermen op de markt met verschillende afmetingen, resoluties en verversingssnelheden. Er zijn zelfs modellen die je kunt buigen. Hoewel oled praktisch garant staat voor een knappe beeldkwaliteit, heeft de techniek ook wat inherente risico’s en nadelen. In deze test bespreken we elf verschillende oledschermen die wij hebben getest.

In dit artikel vertellen we je wat de status is van oledschermen voor pc's en bespreken we elf oledschermen voor de pc:

  • Voordelen van oled
  • Nadelen van oled
  • Test van 11 monitors

Ook interessant: Zo kies je de juiste desktopvervanger

Hoewel we monitors van verschillende fabrikanten bespreken, worden de panelen in de besproken monitors vooralsnog door slechts drie verschillende fabrikanten geproduceerd. Binnenkort zijn dat er zelfs nog maar twee, want Joled (een samenwerkingsverband tussen Sony en Panasonic) heeft inmiddels de handdoek in de ring gegooid en zal geen nieuwe modellen meer produceren. Spijtig, want de twee monitors met Joledpanelen die wij hier testen zijn prachtig. En vooralsnog ook nog aardig leverbaar.

De overgebleven twee paneelfabrikanten zijn LG en Samsung. LG is de stuwende kracht geweest achter de massale opkomst van oled de laatste jaren. Samsung is pas onlangs relevant geworden in dit segment met zijn QD-oledpanelen (niet te verwarren met qled, wat feitelijk gewoon een iets luxer lcd-paneel is). Dat de meeste panelen uit dezelfde fabriek komen, is belangrijk om te onthouden, want het betekent dat de onderlinge verschillen soms zo klein zijn dat je je niet blind hoeft te staren op één specifiek retailmerk.

Prettig voor ons als testers, maar ook voor jou als consument, is dat de inherente voor- en nadelen van de oledtechniek van toepassing zijn op al deze panelen, ongeacht of ze nu van LG, Samsung of van Joled komen. Zo kun je in elk geval snel beslissen of je (QD-)oled überhaupt wilt overwegen of liever bij traditionele lcd-panelen blijft.

Voordelen van oled

Oledpanelen hebben veel voordelen en samen resulteren in één ding: de beeldkwaliteit wordt over het algemeen als fantastisch ervaren, in de regel beter dan alle andere beeldtechnieken. De belangrijkste oorzaak is dat in een oledpaneel elke individuele pixel zijn eigen lichtbron is. Zo is zwart écht zwart en heb je een feitelijk onbeperkt contrast. Zet er een lcd-paneel naast: daar lijkt zwart bijna lichtgrijs.

Ook de kleurweergave is uitstekend. Dit is één vlak waar echte top-lcd-panelen overigens wel op kunnen concurreren, maar de huidige oledpanelen hebben allemaal een uitstekend ruim kleurbereik (ook wel wide color gamut genoemd). Het hoge contrast helpt hier ook een handje bij, want samen geven ze het gevoel dat de kleuren van een scherm spatten.

Kijk je veel HDR-content (zoals films, series, games en sommige YouTube-kanalen), dan is een goede HDR-weergave belangrijk. Dat vereist een hoog contrast en goede kleuren (precies wat we zojuist al noemden) plus een hoge piekhelderheid. Ook daar is oled uitstekend in en daardoor het beste soort paneel voor HDR-content.

Voor gamers heeft oled nog één ijzersterk voordeel: de snelheid van het paneel. Oledpanelen reageren praktisch zonder vertraging. Een typisch lcd-scherm heeft ergens tussen de 5 (goed) en 25 (matig) milliseconden nodig om van kleur of grijstint te veranderen. Slechts enkele high-end monitors scoren tussen de 2 en 5 ms. Maar een oledscherm heeft voor die transitie maar ergens tussen de 0,5 en 1 ms nodig. Dat maakt snel bewegende beelden op oledschermen beter te volgen, maar geeft ook competitieve voordelen tijdens het gamen: je kunt immers sneller reageren.

Een oledscherm is veel sneller dan een lcd-scherm. Hier zie je (linksboven) dat bijna alle transities in nog geen milliseconde worden weergegeven.

Inbranden

Als we het puur over beeldkwaliteit hebben, is oled dus het mooiste wat er is. Bijna te mooi om waar te zijn? Er zijn inderdaad wel degelijk wat flinke nadelen en risico’s aan een eventuele keuze voor oled. Het voornaamste nadeel is burn-in, oftewel het inbranden van een oledpaneel. Hoewel LG en Samsung de laatste jaren heel hard hun best doen om dit onderwerp te vermijden, blijft het een feit dat een oledscherm bij zeer langdurige statische beelden kan inbranden. Daarvoor is ruim voldoende bewijs te vinden.

Waar dat bij een televisie eenvoudig te voorkomen is zolang je niet elke dag hetzelfde kanaal met een vast logo in beeld kijkt, is dat bij monitorgebruik soms lastiger. Zo staat bij desktopgebruik je taakbalk standaard in beeld. Maar waar je die nog zou kunnen verbergen, wordt dat lastig wanneer je dagelijks met Photoshop werkt en je al je tools op dezelfde plek wilt hebben.

Een echte oplossing is er niet voor, vandaar ons advies dat oledschermen vooral interessant zijn voor mensen die de pc primair gebruiken om variërend beeld op weer te geven: werken, gamen, films en series kijken. In onze eigen langdurige tests zien we vooralsnog geen inbrandverschijnselen met gevarieerd gebruik (paar uur werk, paar uur wisselende content), maar dagenlang vaste elementen op het scherm hebben is niet wenselijk. Mocht je dat toch willen doen, let er dan op dat de fabrikant een inbrandgarantie geeft. Meerdere van de hier geteste modellen hebben een garantie tegen inbranden van drie jaar.

Een oledscherm is vooral interessant als je naast werken ook regelmatig andere wisselende content in beeld hebt, zoals games.

Subpixel-lay-out en helderheid

Een ander minpunt is dat oledpanelen van LG en Samsung een andere subpixel-lay-out gebruiken dan traditionele monitors. Die laatste hebben de bekende RGB-lay-out (een rode, groene en blauwe pixel in één lijn), maar LG-oledpanelen voegen daar een extra witte pixel aan toe (RGBW). En Samsungs QD-oledpanelen hebben de subpixels in een driehoekje staan. Omdat ze daarmee afwijken van de standaard worden sommige fijne details niet altijd perfect weergegeven. Dit is niet relevant voor normaal gebruik, maar voor grafisch ontwerpers waarbij pixel-perfectie wordt verwacht, is dit wel een overweging. Voor die doelgroep is het spijtig dat het samenwerkingsverband Joled gestopt is, want die maakte wel RGB-oledpanelen die perfect waren voor die doelgroep.

Hoewel we de piekhelderheid van de pixels een voordeel noemden van oled, lukt het de panelen niet om álle pixels tegelijk zo helder te tonen. Dat gebruikt te veel energie en dat genereert dan weer te veel warmte. Zet je een volledig wit beeld op een oledscherm, dan zie je dat de maximale helderheid flink inzakt, vaak tot ruim onder het niveau van lcd-monitors. Bij kantoorwerk in extreem lichte ruimtes kan meer helderheid dan soms wenselijk zijn.

Andere overwegingen

Oledpanelen van LG, Samsung en Joled vertonen allemaal hetzelfde gedrag als we inzoomen op de exacte pixeltransitie: ze maken een kleine dip richting het zwart op het moment dat ze verversen. Dit gaat razendsnel en is voor de meeste gebruikers niet waar te nemen. Er is echter een zeer kleine groep gebruikers die dit als vermoeiend ervaart om naar te kijken. Omdat dit voor alle oledschermen én tv’s geldt, is ons advies hier eenvoudig: als je reeds een keer een oled-tv hebt gezien en hier niets van hebt gemerkt, dan is er ook bij pc-schermen niets aan de hand.

Hoewel de prijs van oledschermen rustig zakt, moet duidelijk blijven dat we het over premium- en high-end-producten hebben. Het zal nog even duren voordat we oledschermen in de prijsklasse onder de vijfhonderd euro zullen aantreffen.

Deze grafiek toont de dip naar zwart bij elke verversingscyclus. Sommige mensen ervaren dit als storend.

Elf oledschermen getest

Gigabyte AORUS FO48U

We beginnen met een klassiek oledscherm, een 48 inch groot 4K-exemplaar van Gigabyte. Eenmaal op tafel kom je lastig om dit gevaarte heen. Dat formaat brengt voor- en nadelen. Qua immersie gaat er weinig boven een flinke monitor en games die daarvan profiteren komen knap voor de dag. Het extra beeldoppervlak komt ook goed van pas wanneer het scherm wat verder van je af staat. Daar staat tegenover dat dit geen fijne monitor is om e-sports op te spelen, want het beeld is te groot om het allemaal te volgen. Ook gewoon desktopgebruik voelt als een nekspieroefening: je bent constant je hoofd aan het draaien.

Daarmee is het vooral een scherm voor andere games dan e-sports en voor het kijken van films en series. Incidenteel wat werk is prima, maar hij komt het best tot zijn recht als je achterover zit met een controller in je hand.

Technisch is het verder gewoon een LG C1-televisie en daar is niets mis mee: 4K-resolutie, 120 Hz, topkleuren en -contrast, maar dan zonder de LG-software en voorzien van een DisplayPort-aansluiting om het een echte monitor te maken. Zijn grootste voordeel is de relatief lage prijs.

Pluspunten

  • Indrukwekkend groot

  • Uitstekend voor gamen (ook spelcomputer)

  • Relatief goedkoop

Minpunten

  • Formaat niet altijd praktisch

  • Geen garantie tegen inbranden

ASUS ROG Swift PG42UQ

De ASUS ROG Swift OLED PG42UQ is met 42 inch direct een stuk handzamer op het bureau. Nog altijd fors als je hiervoor een kleinere monitor had, maar de overgang van ons eigen 32inch-scherm naar dit 42inch-model was te overzien.

Ook ASUS baseert zijn monitor op een oledpaneel van LG, maar dan een iets nieuwere LG C2 met een net iets betere beeldkwaliteit. ASUS begrijpt goed dat een bureaumonitor meer is dan een tv met een DisplayPort-ingang en heeft de nodige extra’s toegevoegd. Zo bevat dit scherm een Nvidia G-Sync-scaler en een optie om de helderheid te stabiliseren voor desktopgebruik. Dit om het eerdergenoemde nadeel van het inzakken van de helderheid bij lichte beelden tegen te gaan; in de praktijk maakt deze optie van dit ASUS-scherm een veel fijnere monitor dan de LG C2 van zichzelf is.

ASUS heeft het paneel ook wat overgeklokt, waardoor hij op 138 Hz draait in plaats van ‘slechts’ 120 Hz. Daar heb je op een Xbox of PlayStation niets aan, maar bij pc-games wel. ASUS heeft ook extra mogelijkheden ingebouwd in de software, waarbij het meeste vooral op gamers is gericht. Eigenlijk een soort perfecte LG C2 voor pc-gebruik dus, als je formaat wenselijk vindt. Jammer genoeg rekent ASUS daar wel een heel forse meerprijs voor: circa 1600 euro is de totaalprijs, waar een eenvoudiger alternatief met hetzelfde C2-paneel voor nog geen 1000 euro te koop is.

 Pluspunten

  • Indrukwekkend groot

  • Indrukwekkend beeld

  • Veel extra’s voor gamers

Minpunten

  • Formaat soms nog onhandig

  • Extreme meerprijs

  • Geen garantie tegen inbranden

ASUS ROG Swift PG27AQDM

Wil je een wat gangbaardere 27inch-monitor, dan komen de nieuwste LG-oledpanelen in beeld. Deze 27inch-panelen combineren een ultrahoge verversingssnelheid van 240 Hz (vooral voor gamen uiteraard) met een bijpassende QHD-resolutie (2560 × 1440 pixels). Die resolutie is scherp genoeg op dit formaat en maakt het makkelijker om van de hoge verversingssnelheid gebruik te maken.

Op 27 inch zijn racegames niet zo indrukwekkend, maar snelle en vooral competitieve games doen het veel beter op dit scherm. Ook voor regulier gebruik is een 27inch- monitor een stuk fijner om mee te werken. Het zijn ook gewoon echte toppanelen: snel, met net wat betere kleuren dan voorgaande modellen en met een goede ondersteuning voor zowel Nvidia G-Sync als AMD FreeSync.

De ASUS-variant is erg indrukwekkend (zoals vaker het geval). De firmware zit bomvol opties voor tal van gebruiksdoelen, de voet is uitstekend gemaakt en volledig ergonomisch. Ook biedt ASUS extra’s zoals RGB-verlichting en de projectie van het logo op tafel (daar moet je maar net van houden). Verder heeft ASUS de maximale helderheid net wat verder gepusht dan Corsair en AOC, die hetzelfde paneel gebruiken, en de kleurafstelling van zowel SDR- als HDR-content is het beste van alle drie.

De PG27AQDM is het ultieme scherm met dit paneel, maar ASUS vraagt er wel driehonderd euro meer voor dan bijvoorbeeld Corsair, zonder dat je er garantie tegen inbranden voor terugkrijgt. Als ASUS dat later zou toevoegen, zou dit scherm briljant zijn.

Pluspunten

  • Goed afgesteld

  • Fijn formaat

  • Veel mogelijkheden

Minpunten

  • Hoge prijs

  • Geen garantie tegen inbranden

Corsair Xeneon 27QHD240

De Corsair Xeneon 27QHD240 gebruikt hetzelfde LG-paneel als de ASUS PG27AQDM, maar dan voor 999 euro in plaats van 1299 euro. Een groot verschil in prijs, terwijl het verschil in de praktijk niet zó groot is. De Corsair is ook uitstekend gebouwd, met een van de beste en meest praktische monitorvoeten die we kennen. Het wat serieuzere ontwerp zal menig consument aanspreken.

De algehele ervaring is ook vergelijkbaar, het onderliggende paneel is tenslotte uitstekend. Het verschil zit in enkele details en daar zien we dat Corsair de wat minder ervaren monitorfabrikant is. De maximale helderheid is wat lager, de afstelling van de HDR-instellingen is wat minder, de helderheid bij een volledig wit beeld is wat lager en je krijgt geen helderheidstabilisatie (ABL). Kleine dingen die toch een merkbaar verschil maken. Maar daar bespaar je wel driehonderd euro mee. Tel daarbij op dat Corsair wél drie jaar garantie tegen inbranden biedt en dan vinden we de Corsair voor dit prijsverschil wel een aantrekkelijk alternatief in deze klasse.

Pluspunten

  • Goede allround monitor

  • Fijn formaat

  • Relatief scherpe prijs

  • Garantie tegen inbranden

Minpunten

  • Afstelling kan beter

Corsair Xeneon 27QHD240

Goede allround monitor

AOC Agon Pro AG276QZD

De AOC Agon Pro AG276QZD maakt eveneens gebruik van hetzelfde LG 27inch-paneel als de ASUS PG27AQDM en Corsair 27QHD240. Om op te vallen, maakt AOC een gedurfde keuze: ze hebben deze monitor voorzien van een asymmetrisch ontwerp, zowel aan de achterzijde als bij de voet. Daarmee valt het scherm op, al zal het niet iedereen z’n smaak zijn. De fysieke afwerking is gewoon uitstekend.

De algehele ervaring is wederom redelijk vergelijkbaar met de andere modellen, al ligt die dichter bij het model van Corsair dan bij dat van ASUS. Zo ontbreekt wederom een goede helderheidstabilisatie (ABL), de maximale helderheid ligt ook iets lager bij dit model en ook is de HDR-afstelling niet zo goed als bij ASUS. Vergis je niet, het blijft een uitstekend scherm, maar met alle drie de monitors naast elkaar zie je echt verschil.

Net als Corsair realiseert AOC dat ze zich op prijs moeten richten en dat doen ze met 899 euro. Honderd euro goedkoper dan Corsair, maar dan zonder vermelding van inbranden als onderdeel van de garantie. Gezien het risico daarop zouden wij adviseren voor de zekerheid (en dus voor het Corsair-model) te kiezen, maar honderd euro verschil is niet niks.

Pluspunten

  • Goede allround-monitor

  • Fijn formaat

  • Relatief scherpe prijs

Minpunten

  • Afstelling kan beter

  • Geen garantie tegen inbranden 

Bekijk deze monitor op de website van AOC.

Corsair Xeneon Flex 45WQHD240

We gaan van klassieke 16:9-formaten naar wellicht het meest extreme oledscherm voor consumenten van dit moment: de Corsair Xeneon Flex 45WQHD240. Hoewel 45 inch fors is, heeft dit scherm een beeldverhouding van 21:9. Dat betekent dat het scherm maar marginaal hoger is dan een 32inch-scherm met een beeldverhouding van 16:9. Het scherm is natuurlijk wel indrukwekkend breed.

Dé onderscheidende eigenschap van dit model is dat hij buigbaar is. Met twee inklapbare handvatten aan de zijkant kun je het scherm buigen van volledig vlak tot een sterk gebogen 800R. Het idee is dat je hem vlak kunt zetten voor serieuzer werk en vervolgens buigt om te gamen. De ervaring die dat oplevert, is enorm indrukwekkend. Zeker in racegames of Flight Simulator. Met een resolutie van 3440 × 1440 pixels op dit formaat zijn de pixels wel groot, bij gewoon desktopgebruik of Adobe-applicaties kun je pixels tellen en dat is juist een beetje knullig. Nog meer dan andere oledschermen is dit scherm dus eigenlijk helemaal gericht op het gamen, en kijken van films en series. Op de beeldkwaliteit en snelheid valt verder niets aan te merken, dus het is vooral een kwestie van persoonlijke voorkeur of dit scherm bij jouw gebruik past.

Pluspunten

  • Indrukwekkend groot

  • Indrukwekkend beeld

  • Indrukwekkend gamen

  • Buigen mooie partytrick

  • Garantie tegen inbranden

Minpunten

  • Relatief lage resolutie

  • Prijzig

Bekijk deze monitor op de website van Corsair.

Alienware AW3423DWF

De Alienware AW3423DWF is een van drie geteste schermen met hetzelfde Samsung-QD-oledpaneel van 34 inch. Dit paneel met een resolutie van 3440 × 1440 pixels produceert een prachtig beeld met diepe zwarttinten, heldere kleuren en een hoge piekhelderheid. Het paneel is mooi in balans: praktisch voor allround-gebruik, indrukwekkend om mee te gamen en niet zo belachelijk groot dat je er pijn in je nek van krijgt. Wel heeft het paneel een lichte kromming, dus daar moet je van houden.

Het scherm van Alienware biedt een verversingssnelheid van 165 Hz, waar Philips en MSI 175 Hz bieden. Een belangrijk pluspunt van Alienware is dat het merk drie jaar garantie biedt, inclusief dekking tegen inbranden. De AW3423DWF mist ten opzichte van het MSI-scherm (wordt verderop besproken) HDMI 2.1 waarmee je de hoge verversingssnelheid ook daadwerkelijk via HDMI kunt gebruiken. Vergeleken met de schermen van MSI en Philips (wordt ook verderop besproken) mist deze monitor ook usb-c met power delivery om een laptop aan te sluiten en op te laden.

Maar dankzij de uitgebreide garantie lijkt de Alienware wel de beste keuze voor wie zekerheid wil bij de aanschaf.

Pluspunten

  • Mooi allround-paneel

  • Goede afstelling SDR

  • Garantie tegen inbranden

Minpunten

  • Minder mogelijkheden

MSI MEG 342C

De MSI MEG 342C gebruikt hetzelfde 34inch-paneel als Alienware en Philips (wordt verderop besproken), maar springt eruit met twee HDMI2.1-aansluitingen, ideaal om een tweede apparaat (want DisplayPort is de standaard) op volle resolutie met 175 Hz aan te sluiten. Ook biedt het scherm een usb-c-poort met 65 watt power delivery.

MSI heeft het uitstekende paneel daarbij tijdens HDR-weergave ook nog net wat beter afgesteld dan de twee concurrenten. De MSI laat zich vooralsnog lastig plaatsen, want op het moment van testen was dit product nog niet leverbaar en was de daadwerkelijke prijs nog niet bekend. Wel heeft MSI ons (en andere reviewers) meermaals op het hart gedrukt dat het merk op dit model drie jaar garantie mét dekking tegen inbranden zal bieden, maar vooralsnog staat dat niet duidelijk op de productpagina. Maar met HDMI 2.1, usb-c en de belofte van een uitgebreide garantie lijkt dit een sterke keuze als de prijs niet teveel afwijkt van de directe concurrentie.

Pluspunten

  • Mooi allround-paneel

  • Goede afstelling HDR en SDR

  • HDMI 2.1 en usb-c power delivery

Minpunten

  • Prijs vooralsnog onbekend

  • Garantie tegen inbranden nog niet zeker

MSI MEG 342C

Goed afgestelde monitor met voldoende aansluitingen

Philips Evnia 34M2C8600

De Philips Evnia 34M2C8600 gebruikt ook Samsungs 34inch-paneel en biedt een verversingssnelheid van 175 Hz. De beeldkwaliteit is net als bij de twee alternatieven uitstekend. Het scherm heeft als grootste onderscheidende eigenschap de Ambiglow RGB-verlichting aan de achterkant, vergelijkbaar met Ambilight-tv’s. Dit zorgt voor mooie diffuus verlichte muren achter het scherm. Ook beschikt dit scherm over usb-c met 90 watt power delivery om een laptop van stroom te voorzien. Helaas geeft Philips geen garantie tegen inbranden. Het scherm kost bijna net zoveel als het alternatief van Alienware en zet dus usb-c en Ambiglow tegenover een betere garantie.

Pluspunten

  • Mooi allround-paneel

  • Goede afstelling SDR

  • Mooie Ambiglow

Minpunten

  • Geen garantie tegen inbranden

LG Ultrafine 32EP950-B

Op het eerste gezicht lijkt de LG Ultrafine 32EP950-B met een prijs van 3600 euro niet enorm interessant. Een 32inch-oledscherm met een 4K-resolutie en slechts een 60Hz-verversingssnelheid waar de meeste eerder besproken modellen 120 Hz of meer beiden. Ook een maximale HDR-helderheid rond de 600 nits klinkt niet indrukwekkend als praktisch elke monitor met LG- of Samsung-paneel 1000 nits biedt. En een flinke extra input-latency van 20 ms maakt gamen op deze schermen nog minder interessant dan de 60Hz-refreshrate al deed vermoeden.

Toch is dit – afhankelijk van je gebruik – een van de beste oledpanelen is die je je kunt wensen. Van binnen zit een Joled-paneel (dus geen LG-oled) dat gebruikmaakt van een echt RGB-subpixel-lay-out. Dit zorgt ervoor dat je de beeldkwaliteit van oled krijgt met de pixelperfecte details die je van een professionele monitor zou verwachten. Zaken zoals helderheidstabilisatie (ABL) zijn in orde, dus je merkt geen hinderlijke wisselingen in de helderheid. Ook usb-c met 90 watt power delivery voor laptopgebruikers ontbreekt niet en zoals je voor dit bedrag mag verwachten, is de afstelling praktisch perfect.

We vinden het enorm jammer dat Joled, de fabrikant achter het paneel, ermee ophoudt. Want voor iedereen van grafische ontwerpers tot HDR-contentcreators is dit een uitstekende optie en de hoge prijs valt vergeleken met andere professionele schermen dan juist weer mee.

Pluspunten

  • Topbeeldkwaliteit voor grafische applicaties

  • Uitstekende afstelling

  • Prima set mogelijkheden

Minpunten

  • Hoge prijs

  • 60 Hz met veel input-latency

  • Relatief lage HDR-helderheid

  • Geen garantie tegen inbranden

ASUS ProArt PA32DC

De ASUS ProArt PA32DC gebruikt exact hetzelfde Joled-paneel als de LG 32EP950, met alle prachtige voordelen (en nadelen) van dien en voegt daar vervolgens een enorme rits aan extra mogelijkheden aan toe. Zo krijg je er een shading-hood (een zonnekap) bij, zowel een ergonomische standaard als inklapbare voetjes om hem als een quasi-mobiele monitor te gebruiken en een ingebouwde colorimeter voor hardwarekalibratie. De ingebouwde firmware biedt allerlei extra’s voor grafische doeleinden en vooral ook voor het creëren van HDR-content.

Er zijn wat kleine verschillen in regulier gebruik tussen de twee modellen van ASUS en LG. Zo kan de ASUS in SDR-modus ook 550 nits aan, mits je de helderheidstabilisatie (ABL) uitschakelt, waar LG altijd beperkt blijft tot zo’n 265 nits. Die verschillen zijn echter te klein om voor een gigantisch verschil in ervaring te zorgen. Kiezen tussen deze twee schermen is dan ook vooral een afweging tussen extra mogelijkheden en geld. De LG is bij vlagen richting de 2000 euro gezakt, wat hem een fijn ‘betaalbaar’ alternatief maakt. Maar met het huidige prijsverschil van zo’n vierhonderd euro is de ASUS in onze optiek duidelijk het beste oledscherm voor professioneel gebruik (als we echte referentiemonitors van tienduizenden euro’s even buiten beschouwing laten).

Pluspunten

  • Topbeeldkwaliteit voor grafische applicaties

  • Uitstekende afstelling

  • Veel extra mogelijkheden

Minpunten

  • Hoge prijs

  • 60 Hz met veel input-latency

  • Relatief lage HDR-helderheid

  • Geen garantie tegen inbranden

Resultaten

In onderstaande afbeelding vind je de testresultaten van de oled-monitors.

Klik op de afbeelding voor een grotere weergave.

Conclusie

De oledschermen zijn stuk voor stuk uitstekend en dat zorgt voor hoge scores. Die maken het wel lastig om tussen de modellen te kiezen. We raden dan ook aan de individuele voor- en nadelen zelf goed te overwegen. We delen gezien de verschillen in formaat geen keurmerk Best Getest uit, dat is deels ook een subjectieve voorkeur. Wel hebben we twee Redactietips toegewezen aan twee opvallende schermen.

Wil je vooral een groot oledscherm, dan kun je niet om onze eerste Redactietip heen: de Gigabyte Aorus FO48U. Deze is fijner om regelmatig als reguliere monitor te gebruiken dan een vergelijkbare LG-monitor, maar evengoed betaalbaar en indrukwekkend om mee te gamen. Bovendien maakt de combinatie van de 4K-resolutie de verversingssnelheid van 120 Hz hem capabel voor pc- en consolegamen. En dat zoals gezegd voor een schappelijk bedrag.

De ASUS PG42UQ is op veel vlakken beter, maar de meerprijs voor dat model wel erg fors. Als je het liever bij een kleiner scherm houdt, is de ASUS PG27AQDM de beste optie van de drie geteste 27inch-modellen, mits de meerprijs boven zijn alternatieven niet té extreem blijkt. Dit model verdient daarom onze tweede Redactietip.

De QD-oledschermen van 34 inch vinden we een mooie tussenmaat. De drie die we getest hebben bevatten hetzelfde knappe paneel en hebben een prima snelheid. Wel is deze tussenmaat van het type ultrawide én gebogen, wat niet iedereen zal bekoren. We zijn bij deze schermen het meest onder de indruk van de MSI 342C, maar doordat er op het moment van testen nog informatie ontbrak over prijs en pixelgarantie, durven we niet met zekerheid te zeggen of dit daadwerkelijk de beste keuze is.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Review Samsung Galaxy A56 – Weer een hit
© Rens Blom
Huis

Review Samsung Galaxy A56 – Weer een hit

De Galaxy A-serie levert Samsung al jaren verkoopknallers op, en grote kans dat ook de nieuwe Galaxy A56 een hit wordt. Dit toestel biedt namelijk een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding en krijgt zes jaar updates. Lees alles over de smartphone in onze uitgebreide Samsung Galaxy A56 review.

Uitstekend
Conclusie

De Samsung Galaxy A56 is een typische smartphone voor het grote publiek. Hij laat geen steken vallen en blinkt eigenlijk ook nergens echt in uit. Het is gewoon een fijne smartphone met een goed scherm, lange accuduur en zes jaar updategarantie. Gelet op de straatprijs van circa 380 euro is de Galaxy A56 daarom een toestel met een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding.

Plus- en minpunten
  • Functioneel, luxe ontwerp
  • Mooi scherm
  • Lange accuduur
  • Zes jaar updates
  • Geen microSD-kaartslot voor uitbreiding opslag
  • Macrocamera voegt weinig toe
  • Te veel nadruk op aanmaken Samsung-account

De Galaxy A-reeks van 2025 bestaat op moment van schrijven uit de A26, A36 en A56. Hoe hoger het getal, hoe completer en duurder het toestel. De adviesprijs van de A56 bedraagt 480 euro, maar na de release medio maart is de straatprijs van de smartphone eind april al gezakt naar 380 euro. Een veel vriendelijkere prijs. Ook de versie met meer opslagcapaciteit (256 GB in plaats van 128 GB) is al tientallen euro's in prijs gezakt.

©Rens Blom

Premium ontwerp

Kijk je naar de A56, dan kijk je zonder twijfel naar een moderne Samsung-smartphone. De A56 past precies in Samsungs straatje en dat vinden we helemaal prima, want het ontwerp komt luxe over en de smartphone houdt prettig vast. Ook fijn is dat de A56 waterdicht is en wat minder weegt dan zijn voorganger, de A55. Met 198 gram is het gewicht nu gangbaar voor een toestel met 6,7 inch-scherm. Door zijn afmetingen is de A56 wel lastig met één hand te bedienen. Daar staat tegenover dat het grote scherm zich goed leent voor het bekijken van filmpjes, het typen met twee handen en het spelen van games.

©Rens Blom

Het scherm bevalt ons sowieso erg goed. Het oledscherm heeft een Full-HD-resolutie, soepele 120Hz-verversingssnelheid en kan erg fel. De zomers aanvoelende dagen medio en eind april brachten een krachtig zonnetje met zich mee, maar we konden het scherm van de Galaxy A56 buiten goed aflezen.

Complete specificaties

Zoals we gewend zijn van de Galaxy A-serie, biedt ook de A56 een mooi totaalpakket aan functies voor een sympathieke prijs. Dat begint bij de processor. De nieuwe, door Samsung zelf ontwikkelde processor, is lekker snel en werkt samen met 8 GB werkgeheugen. Er zijn wat toestellen die beter omgaan met zware games, maar voor de meeste toepassingen is de A56 goed uitgerust.

©Rens Blom

De A56 heeft daarnaast ondersteuning voor e-sim (een digitale simkaart), lekker duidelijke luidsprekers en keuze uit 128 GB of 256 GB opslagcapaciteit. Omdat het prijsverschil tussen de twee opslagversies slechts enkele tientjes bedraagt, raden wij de meeste mensen aan om de 256GB-variant te kiezen. Waarom? Die heeft veel meer ruimte voor je apps, foto's, filmpjes en andere bestanden en niet te vergeten: updates die jarenlang beschikbaar komen. Omdat de smartphone geen microSD-kaartslot heeft, moet je het doen met de ingebouwde opslagcapaciteit. Als je de A56 jaren wilt gebruiken, lijkt het ons verstandig om eenmalig iets meer te betalen voor veel meer opslagruimte.

©Rens Blom

Snel opladen, voor Samsungs doen

Dan de accuduur, een punt waarop Galaxy A-smartphones al jaren (meer dan) prima scoren. De A56 zet die traditie voort. Hoewel de accucapaciteit met 5000 mAh zeker niet groter is dan gebruikelijk en het scherm met 6,7 inch van gangbare grootte is, weet de A56 toch een lange accuduur te realiseren. Wij hebben in de testperiode nooit moeite gehad om een lange dag door te komen, ook niet als we het toestel een uur als hotspot gebruikten om op onze laptop te kunnen internetten in de trein. Dat soort zaken trekken de smartphone-accu sneller leeg, maar de A56 is lekker zuinig.

Het opladen kan helaas niet draadloos, maar dat is een logische bezuiniging in een betaalbare smartphone. Opladen via de usb-c-kabel dus, die in de doos zit. De adapter dien je zelf te regelen. Het loont om een adapter te pakken of kopen die via het juiste protocol 45 watt of meer aan stroom levert. De Galaxy A45 kan namelijk laden met maximaal 45 watt. Dat is veel sneller dan de meeste andere Samsung-smartphones, waardoor de accu sneller vol is. In vergelijking met de concurrentie is 45 watt prima, maar niet bijzonder. Er zijn genoeg smartphones die 65 tot 100 watt aankunnen.

©Rens Blom

Camera's

Met de Galaxy A56 kun je mooie foto's schieten, vooral met de hoofdcamera van 50 megapixel. Die staat echt zijn mannetje. De groothoekcamera van 12 megapixel is minder goed, maar volstaat ook en legt een lekker wijd deel van de situatie vast. De macrocamera van 5 megapixel voegt naar onze mening weinig toe, maar zit ook niet in de weg. De A56 kan zoomen via de hoofdcamera, maar dan holt de kwaliteit wel achteruit.

De selfiecamera vinden we opvallend goed, wat een opsteker is voor wie graag selfies neemt of videogesprekken voert met zijn telefoon.

©Rens Blom

Van boven naar beneden: de hoofdcamera, groothoekcamera en een paar keer zoom.

Zes jaar updates

Een prettige gedachte bij de Galaxy A56 is dat Samsung zes jaar complete updates belooft. Je krijgt dus de komende jaren verschillende Android-upgrades en kunt ook zes jaar lang beveiligingsupdates verwachten. Erg netjes, gelet op de prijs van de telefoon.

©Rens Blom

Samsungs OneUI-softwareschil over Android heen is wat druk en wil héél graag dat je een Samsung-account aanmaakt. Dat is echter niet verplicht. OneUI biedt allerlei handigheidjes, waarvan een deel leunt op kunstmatige intelligentie (AI). Er valt veel te proberen.

Conclusie: Samsung Galaxy A56 kopen?

De Samsung Galaxy A56 is een typische smartphone voor het grote publiek. Hij laat geen steken vallen en blinkt eigenlijk ook nergens echt in uit. Het is gewoon een fijne smartphone met een goed scherm, lange accuduur en zes jaar updategarantie. Gelet op de straatprijs van circa 380 euro is de Galaxy A56 daarom een toestel met een uitstekende prijs-kwaliteitverhouding.

▼ Volgende artikel
Een vaatwasser die de vaat droogt: hoe doet-ie dat eigenlijk?
© Davizro Photography
Huis

Een vaatwasser die de vaat droogt: hoe doet-ie dat eigenlijk?

Bij het kiezen van de ideale vaatwasser zijn er heel wat zaken om op te letten. Eén daarvan is de droogtechniek die wordt toegepast. Er zijn grofweg drie methodes: ventilatiedroging, condensdroging en drogen met zeoliet. In dit artikel leggen we uit wat elke techniek precies inhoudt.

⏱ In dit artikel leggen we je alles uit over de verschillende droogtechnieken die vaatwasmachines kunnen gebruiken:

  • Drogen met de ventilatiedroogtechniek (verdamping)
  • Drogen met de condensdroogtechniek
  • Drogen met zeoliet

Ook interessant voor jou: De belangrijkste functies en programma’s van je vaatwasser uitgelegd

Schoon én droog

Een vaatwasser moet natuurlijk in de eerste plaats zorgen voor blinkend schone vaat. Maar minstens zo belangrijk is hoe goed hij alles droogt, want niets is zo irritant als bij het uitruimen alsnog de theedoek tevoorschijn moeten halen. Blijft er water achter op borden of in glazen, dan loop je bovendien het risico op schimmelvorming – en dat is allesbehalve fris. Ben je toe aan een nieuwe vaatwasser? Let dan zeker ook op de gebruikte droogtechniek.

Vaatwassers met ventilatiedroogtechniek

Een veelgebruikte manier om de vaat te drogen, is door het water te laten verdampen. Dit wordt ook wel de ventilatiedroogtechniek genoemd. Sommige vaatwassers hebben een mechanische arm die de deur automatisch opent zodra het programma is afgelopen. Het warme vocht in de machine kan dan vanzelf ontsnappen. Je kunt de deur natuurlijk ook handmatig openen, maar doe dat dan wel meteen na afloop van het programma. Omdat zowel de vaat als het water dan nog warm zijn, verdampt het vocht sneller dan wanneer je langer wacht.

Deze methode is het meest milieuvriendelijk, maar heeft ook een nadeel: het kan vrij lang duren voordat alles echt droog is. En soms blijft er toch nog vocht achter, waardoor je alsnog naar die theedoek moet grijpen.

©VLADYSLAV LEHIR

Vaatwassers met condensdroogtechniek

Een andere mogelijkheid is een vaatwasser met condensdroogtechniek. Deze methode is vooral geschikt als je vaak glaswerk, aardewerk of roestvrij staal reinigt. De warme, vochtige lucht in de machine slaat daarbij neer op de koelere wanden van de binnenruimte. Het gecondenseerde water wordt opgevangen en vervolgens weggepompt.

Het nadeel van deze techniek is dat de vaat vaak nog niet helemaal droog is wanneer het programma klaar is. Een theedoek blijft dus onmisbaar. Wil je toch profiteren van dit betaalbare systeem? Combineer het dan met handmatige ventilatie: zet de deur na afloop even op een kier zodat de stoom sneller kan ontsnappen en de vaat beter nadroogt.

Vaatwassers met zeoliet: hoe werkt dat?

De beste droogtechniek van dit moment? Dat is zonder twijfel zeolietdroging. Zeoliet is een mineraal dat warmte afgeeft zodra het in aanraking komt met water. Gebruikers zijn vaak laaiend enthousiast: volgens velen is hun vaat nog nooit zó goed droog uit de machine gekomen. Of het nu om plastic bakjes, glazen of borden gaat – alles komt er kurkdroog uit, ongeacht waar het staat in de vaatwasser. Niet gek dus dat modellen met deze techniek steeds populairder worden en steeds meer gemeengoed worden. Ze zijn dan ook bij diverse webwinkels te vinden.

Maar hoe werkt het precies? Onder in de vaatwasser liggen speciale zeolietkorrels. Zodra het programma is afgelopen en het water is afgevoerd, komen de korrels in actie. Ze geven warmte af aan de binnenruimte, waardoor de vaat efficiënt wordt gedroogd. Handig: de korrels regenereren zichzelf na elke wasbeurt. Je hoeft ze dus nooit te vervangen. Bovendien is dit systeem ook nog eens bijzonder energiezuinig.

Fijn: Vaatwassers met zeoliet zijn niet per se duurder dan de andere varianten. De prijs wordt mede bepaald door het type vaatwasser dat je aanschaft en de manier waarop je hem installeert.

VentilatieCondensZeoliet
✅ Meest eco-vriendelijk✅ Heel geschikt voor glas, aardewerk of staal✅ Vaat echt droog
❌ Drogen duurt lang❌ Vaat niet altijd helemaal droog✅ Energie-efficiënt
❌ Vaat niet altijd helemaal droog