ID.nl logo
Apple iMac 24 inch (2021) – Terug naar de roots
© PXimport
Huis

Apple iMac 24 inch (2021) – Terug naar de roots

Het heeft jaren geduurd, maar eindelijk is er dan écht een nieuwe iMac. Niet alleen heeft de populaire computer een nieuw ontwerp, ook bevat de iMac nu de eigen Apple M1-processor. Een goede match voor een desktop-pc? Wij hebben het getest.

In navolging van de MacBook Air en MacBook Pro heeft Apple nu ook de iMac voorzien van een eigen processor, althans de kleine uitvoering. Het grotere model draait voorlopig nog ‘ouderwets’ op een Intel-processor. Dat de iMac zou worden voorzien van ‘Apple Silicon’ was geen verrassing, het was tot de aankondiging van Apple alleen even de vraag of Apple een snellere chip dan in de MacBook Air, Pro en Mac mini zou gebruiken. Dat bleek niet het geval, het gaat om precies dezelfde Apple M1 die al eerder gebruikt werd. De goedkoopste instapconfiguratie van de iMac 24 inch is zelfs voorzien van de variant die ook in de instapuitvoering van de MacBook Air gebruikt wordt met 7 in plaats van 8 ingeschakelde GPU-cores.

©PXimport

©PXimport

Nieuw ontwerp

Zoals verwacht en wellicht gehoopt is de iMac voor het eerst in jaren van een nieuw ontwerp voorzien. Functioneel zijn de verschillen ook weer niet wereldschokkend en is de computer nog steeds direct herkenbaar als een iMac. Zo bevat de voorkant wat sommigen ‘een kin’ onder het scherm noemen. In die Kin zijn overigens de luidsprekers verwerkt en die klinken echt heel goed. Opvallend is dat het logo van de voorkant verdwenen. Met dit nieuwe ontwerp keert Apple terug naar de ‘roots’ van de iMac. Want net als de eerste iMac G3 is ook deze iMac te koop in verschillende vrolijke kleuren. En net als die eerste iMac (en alle andere modellen totdat Apple overstapte op aluminium) heeft de iMac een witte in plaats van een zwarte rand om het scherm. In verleden gebruikte Apple een witte rand vaak als onderscheid tussen het portfolio voor consumenten en professionals, dus ik vraag me af of we die zwarte rand binnenkort weer gaan zien. Wellicht wordt de opvolger van de grote iMac wel een machine bedoeld voor zakelijk gebruik?

©PXimport

©PXimport

Kekke kleurtjes

De iMac is een stuk dunner dan zijn 21,5inch-voorganger. Het ziet er fraai en modern uit (de iMac is dunner dan veel beeldschermen), maar levert je verder eigenlijk weinig voordeel op. De computer staat immers op een vergelijkbare voet en neemt hierdoor grofweg net zoveel bureauruimte in als voorheen. Qua ontwerp is de voet net anders, maar functioneel is deze wel identiek aan het vorige model. Je kunt alleen de hoek van het scherm verstellen. Het is helaas nog steeds niet mogelijk om de iMac in hoogte te verstellen. De iMac is verkrijgbaar in zeven kleuren: blauw, groen, rood, oranje, geel, paars en zilver. Bij alle kleuren op zilver na gebruikt Apple eigenlijk twee kleuren: een harde kleur op de aluminium achterkant en een zachtere pasteltint op de kunststofdelen en de aluminium voet. Ik ontving de iMac in een blauwe uitvoering. 

©CIDimport

Externe voeding

Hoewel de achterkant van een all-in-one-pc bij mij thuis tegen de muur zou staan, heeft Apple ook de achterkant duidelijk ontworpen om gezien te worden. Sowieso vind ik persoonlijk de harde kleur mooier dan de pasteltint. Niet alleen is het Apple-logo prominent op de achterkant geplaatst, er is ook veel moeite in het ontwerp van de voedingskabel gestoken. De kabel is een stoffen 'strijkijzersnoer' in dezelfde kleur als de iMac. Die voedingskabel is trouwens verbonden met een externe voedingsadapter. Een van de redenen waarom de iMac dunner is dan zijn voorganger is dan ook dat de voeding niet langer ingebouwd is. Een nadeeltje hiervan is dat je die voeding wel ergens kwijt moet kunnen. Zelf heb ik een kabelgoot onder mijn bureau, dus voor mij maakt het niet uit. Een voordeel is dat de netwerkaansluiting ook in de voeding zit en je zo met één kabel zowel voeding als netwerk regelt. Al ontbreekt de netwerkaansluiting op de uitvoering die ik getest heb.

©CIDimport

Weinig aansluitingen

Hoewel de computer een flink stuk dunner is als zijn voorganger, is de uiterste zijkant juist een stukje dikker doordat de achterkant nu volledig vlak is in plaats van gebold. Dat komt met een belangrijk voordeel want de hoofdtelefoonaansluiting heeft nu een plekje op de zijkant gekregen. Een hele vooruitgang met de voorgaande modellen waarbij de hoofdtelefoonaansluiting achterop zat. Nu kun je er bij zonder de computer te moeten verschuiven. De overige poorten zitten aan de achterkant, maar dat zijn er in het geval van de uitvoering die ik getest heb niet veel: deze iMac heeft precies twee Thunderbolt-poorten met USB4-ondersteuning. De duurdere standaardconfiguratie heeft daarnaast ook nog twee USB 3.1 Gen2-poorten. Sowieso krijg je dus op alle uitvoeringen alleen USB-C, zelf vind ik dat geen nadeel. Steeds meer apparatuur werkt via USB-C en anders is een adapter(kabel) eenvoudig geregeld. Op de Thunderbolt-poorten kun je naast allerlei randapparatuur ook een beeldscherm aansluiten, de iMac ondersteunt één extern scherm met maximaal een 6K-resolutie.

©CIDimport

©CIDimport

Voor een desktop-pc zijn vier uitbreidingspoorten weer niet heel veel en zeker op de geteste instapuitvoering krijg je met twee stuks wel heel weinig aansluitingen. Helemaal als je bedenkt dat je het toetsenbord en muis ook via een meegeleverde USB-C-kabel moet opladen. Denk er dus goed na of twee poorten voor jou genoeg zijn. In tegenstelling tot de voorganger ontbreekt een kaartlezer en vind je ook geen netwerkaansluiting op de achterkant. In de duurdere configuraties is die netwerkaansluiting in de voedingsadapter verwerkt, bij de geteste instapuitvoering niet. Wel kun je voor een meerprijs van 26 euro een voedingsadapter met netwerkaansluiting krijgen en dat raad ik je zeker aan. USB-netwerkadapters presteren vaak minder goed en buiten dat is het zonde als je in de toekomst ethernet wil gebruiken en daarvoor één van de heel schaarse USB-poorten moet opofferen. Op draadloos gebied is de iMac voorzien van Wifi 6 en bluetooth 5.0.

Configuraties

Qua configuratie is de iMac beschikbaar in een aantal basisvarianten met optionele upgrades. Eigenlijk kun je een onderscheid maken tussen de goedkoopste basisconfiguratie zoals ik die getest heb en de twee duurdere basisconfiguraties. Het eerste verschil is dat de goedkoopste basisconfiguratie in vier kleuren leverbaar is terwijl de andere twee basisconfiguraties in zeven kleuren beschikbaar zijn. Het goedkoopste model is daarbij voorzien van een M1 met 7 in plaats van 8 ingeschakelde GPU-cores. Daarnaast missen op deze instapconfiguratie zoals eerder geschreven twee extra USB-C-poorten, mist de vingerafdrukscanner op het toetsenbord en is ook de netwerkaansluiting op de voeding afwezig. Je kunt voor 26 euro extra wel kiezen voor de ethernetaansluiting. En als je de vingerafdrukscanner wilt, kan dat ook, dan betaal je 50 euro extra. Hiermee heeft de basisconfiguratie voor 1529 euro op de twee extra USB-poorten en extra GPU-core na dan alle functionaliteit die de basisconfiguratie van 1669 euro ook biedt. Je hebt alleen minder keuze qua kleuren want oranje, geel en paars zijn niet beschikbaar.

Alle basisconfiguraties zijn voorzien van 8 GB RAM. Hoewel de M1 prima presteert in combinatie met 8 GB RAM, is het bijna wel een zekerheidje dat software alleen maar veeleisender wordt. Later uitbreiden kan niet, dus zelf zou ik kiezen voor 16 GB RAM tegen een meerprijs van 230 euro. Ook de opslag van 256 GB heb je vermoedelijk best snel vol, al hangt dat natuurlijk af van wat je met de computer wil doen. De stap van 256 GB naar 512 GB kost je 230 euro en voor ieder verdubbeling betaal je ook 230 euro. Voor een SSD van 1 TB betaal je dus 460 euro extra. Ook de interne opslag kun je later niet uitbreiden, maar dankzij Thunderbolt of USB kun je natuurlijk wel een snelle externe SSD aansluiten.

Toetsenbord en muis

Het toetsenbord heeft nog altijd de naam Magic Keyboard en lijkt veel op dat van de vorige iMac. Toch is het ontwerp licht aangepast, want dit nieuwe Magic Keyboard heeft rondere hoeken waarbij ook de vier toetsen in de hoeken van een scherp afgeronde hoek zijn voorzien. Nieuw is dat het toetsenbord nu ook met geïntegreerde vingerafdrukscanner verkrijgbaar is zodat je snel kunt inloggen. Bij mijn testexemplaar zat echter het toetsenbord zonder vingerafdrukscanner. Qua comfort is het toetsenbord identiek aan de vorige uitvoering en het is een toetsenbord waar je prima op kunt typen. Persoonlijk vind ik een plat toetsenbord dan ook erg comfortabel werken. Een nieuwigheidje is dat de FN-toets nu dubbelt als emoji-toets. Druk je hierop in bijvoorbeeld een tekstverwerker of Berichten, dan krijg je direct een overzicht van alle emojis zodat je ze eenvoudig kunt invoegen. Het pas wel bij de legacy van de iMac, de i staat immers voor internet.

De muis is dezelfde Magic Mouse 2 als bij de vorige iMacs waarbij er wel gebruik wordt gemaakt van aluminium dat qua kleur aansluit bij dat van de gekozen iMac. De bovenkant van de muis is nog steeds wit, dus alleen de nauwelijks zichtbare zijkant en onderkant sluiten qua unieke kleur aan bij de iMac. Over die muis ben ik nog steeds niet heel enthousiast. Hij is naar mijn smaak te plat en ligt niet lekker in de hand. Ook de laadaansluiting onderop de muis blijf ik onhandig vinden. Je kunt de muis niet tegelijkertijd gebruiken en laden en dat kan lastig zijn als de accu leeg is.

©CIDimport

©CIDimport

MagSafe voedingsaansluiting?

Apple heeft bijzonder veel moeite in de voedingsaansluiting gestopt, zo is de ronde stekker magnetisch en het snoer afgewerkt met een strijkijzerkoord in een kleur die bij de gekozen iMac past. Dat doet wellicht denken aan de MagSafe-laadaansluiting die MacBooks vroeger hadden, maar dat is het zeker niet.

In de ronde stekker zijn naast de plus- en minpool 12 extra pinnetjes verwerkt, vermoedelijk gaan daar ethernetsignalen overheen. De stekker is zoals gezegd rond, maar past in slechts twee oriëntaties in de aansluiting. Een vernuftig ontworpen pinnetje zorgt ervoor dat de stekker automatisch goed draait als je hem er in steekt. Dat gaat bovendien erg soepel omdat je door de magneet geholpen wordt. Toch houdt daar de vergelijking met MagSafe op. Het grote voordeel van MagSafe was immers dat de kabel snel loslaat waardoor een laptop niet van tafel valt als je over de kabel struikelt. Dat is bij de magnetische stekker op de iMac zeker niet het geval. De magneet is zo sterk dat je met behoorlijk wat kracht aan de stekker moet trekken om hem los te krijgen. Overigens niet verwonderlijk, het zou bij een desktop zonder ingebouwde accu sowieso niet heel handig zijn om zomaar de stekker los te trekken.

©CIDimport

©CIDimport

De kabel die naar de adapter loopt transporteert naast de voedingspanning ook de signalen die nodig zijn voor ethernet. Bij het instapmodel dat ik getest heb, wordt een voeding zonder netwerkpoort meegeleverd. Toch kan ik er wel iets over zeggen. De ethernetcontroller zelf, een chip van Broadcom, is namelijk ook op dit instapmodel gewoon aanwezig en actief in het verbindingsoverzicht. Je kunt hem bij gebrek aan een fysieke ethernetpoort alleen niet aansluiten. Het lijkt daarom aannemelijk dat het netwerksignaal niet via bijvoorbeeld USB wordt doorgegeven aan de voeding, maar dat er iets van een Cat6-netwerkkabel in de voedingskabel verwerkt is.

Fantastisch scherm

In de loop der jaren hadden iMacs eigenlijk altijd wel één gemene deler en dat was dat het scherm altijd dik in orde was. De nieuwe iMac is gelukkig geen uitzondering en is zelfs voorzien van een uitstekend scherm. Waar de voorganger was voorzien van een 21,5inch-scherm met een resolutie van 4096 x 2304 pixels is deze nieuwe iMac voorzien van een 24inch-scherm met een resolutie van 4480 x 2520 pixels. In een behuizing die nauwelijks groter is dan de voorganger. Qua beeldverhouding blijft het net als zijn voorganger een 16:9-scherm, er wordt dus niet zoals op de laptops overgestapt naar een 16:10-scherm. Het paneel heeft niet alleen een uitstekende kleurweergave, de maximale helderheid is ook erg hoog. Dat laatste is soms (helaas) wel nodig omdat Apple heeft gekozen voor een glanzende afwerking die de kleuren extra van het scherm laat spatten. Overigens is de hele voorkant één geheel, de pastelkleur zit achter dezelfde glanzende afwerklaag als het scherm en schermrand. Dat klink perfect voor aanraken, maar dat kan ondanks dat het ontwerp best wel aan een iPad doet denken nog steeds niet.

Al met al is het scherm een flinke upgrade ten opzichte van de voorganger, als je in de markt was voor de kleine iMac tenminste. Want het 27 inch 5K-scherm in de grote iMac is wat mij betreft toch nog wel een tandje indrukwekkender. Het is wel het scherm dat ervoor zorgt dat deze iMac een interessante keuze is. Vergeleken met een Mac mini voorzien van een M1-chip betaal je 650 euro meer en je zou kunnen zeggen dat je dat betaalt voor het scherm. Uiteraard kun je voor dat geld best een (wellicht nog wat groter) 4K-scherm vinden, maar zo’n scherm heeft alsnog een lagere resolutie en is waarschijnlijk minder mooi. Wel blijft het gezien het uitstekende scherm jammer dat de iMac nog steeds niet in hoogte verstelbaar is.

Het opvallendste aan het scherm zit er misschien nog wel omheen in de vorm van de witte schermrand. Over die rand is veel te doen, zo zou het beeld er met een lichte rand minder goed uitzien volgens sommige gebruikers. Het is deels vast persoonlijk, maar zelf vind ik die lichte schermrand niet vervelend en ooit waren vrijwel alle schermranden in licht kunststof uitgevoerd. Bovendien valt de schermrand hierdoor juist meer weg als je de computer tegen een lichte muur gebruikt.

©CIDimport

Webcam voor thuiswerkers

De webcam is tegenwoordig belangrijker dan ooit en boven het scherm is uiteraard een camera geplaatst. Dat is op deze iMac een uitstekend 1080P-exemplaar. Niet onverwacht, want een dergelijke goede webcam zat ook op de meest recent 27 inch iMac met Intel-processor. Net als op die iMac is deze nieuwe iMac 24 inch voorzien van drie microfoons. Twee microfoons worden gebruikt om het gewenste geluid op te pikken terwijl de derde microfoon wordt gebruikt om storende omgevingsgeluiden weg te werken.

Ik had zoals ik schreef in de review van de meest recente Intel iMac vorig jaar eigenlijk wel verwacht dat de overstap naar een met de iPad vergelijkbare chip ook zou betekenen dat de iMac voorzien zou worden van gezichtsherkenning, maar dat is kennelijk niet het geval. Voor snel inloggen biedt de iMac dus alleen de vingerafdrukscanner op het toetsenbord, maar die mogelijkheid wordt op de goedkoopste configuratie niet standaard meegeleverd.

Uitstekende prestaties

In het dagelijks gebruik voelt de nieuwe iMac vlot aan. Dat is geen verrassing, dat gold ook al voor de MacBooks voorzien van dezelfde M1-processor. De prestaties die de M1 in deze iMac neerzet zijn zoals verwacht ook in benchmarks goed vergelijkbaar met die van de MacBook Air en MacBook Pro. In Geekbench 5 heeft de iMac een Single-Core Score van 1744 punten en een Multi-Core Score van 7726 punten. Dat is grofweg dezelfde score als de chip in de MacBook Air neerzette. Ter vergelijking: dat is beter dan wat de duurdere 27inch-uitvoering van de iMac scoort.

Ook in in Cinebench R23 zet de chip met 7634 punten in de multi-core-test en 1510 punten in de single-core-test vergelijkbare prestaties neer als de eerder geteste MacBook Air. Er is wel veel minder thermal throttling (afname van prestaties omdat de chip zijn warmte niet kwijt kan), want na iets langer dan 10 minuten blijft de de score met 7343 punten in de multi-core-test en 1492 punten in de single-core-test hoger dan wat de M1 in de MacBook Air liet zien. Laten we de benchmark 30 minuten draaien dan worden de scores respectievelijk 7280 en 1501 punten. Er is dus voor multicore-toepassingen wel wat thermal throtteling, maar de chip presteert veel beter dan in de MacBook Air. Dat komt doordat de iMac in tegenstelling tot de MacBook Air is voorzien van actieve koeling. Als je de iMac gewoon voor alledaagse kantoortaken gebruikt, dan hoor je hem niet. Maar als hem aan het werk zet door bijvoorbeeld de eerder genoemde benchmarks te draaien of bijvoorbeeld foto’s of video’s te renderen dan slaat de koeling aan. Die koeler is goed hoorbaar, maar vervelend wordt het gelukkig nooit. Het geluid klinkt voornamelijk als blazen. De SSD is met een leessnelheid van 2837,1 en een schrijfsnelheid van 2303,4 MB/s een lekker vlot exemplaar die wat sneller is dan de SSD in de 27inch-variant van de iMac.

Je kunt de keuze voor de M1 en de prestaties van deze iMac op twee manieren aanvliegen. Aan de ene kant valt het wellicht tegen dat deze desktop grofweg net zo snel is als Apples goedkoopste laptop. Aan de andere kant is deze iMac hiermee alsnog veel sneller dan het Intel-model dat hij vervangt en zelfs partij voor Intel iMacs die een veelvoud van deze machine kosten. Het voor het doel waar deze iMac voor ontworpen is gewoon een razendsnelle chip die verpakt is in een fraaie computer met een uitstekend 4,5K-scherm. Softwarematig is dit ondanks de overstap naar de ARM-architectuur gewoon een Mac. Software gemaakt voor een Intel-processor kun je dankzij Rosetta 2 draaien en werkt vaak zelfs sneller dan op een echte Intel-machine. Een bijkomend voordeel is dat je dankzij de ARM-architectuur nu iPad-apps kunt draaien.

©CIDimport

Conclusie

Met de nieuwe 24 inch iMac keert Apple eigenlijk weer terug naar de roots van de iMac: een vrolijke alles-in-één-pc ontworpen voor thuisgebruik. Dat thuiskarakter wordt nog eens extra benadrukt door de witte schermrand, een kleur die Apple in het verleden gebruikte als onderscheid tussen de machines voor consumenten en zakelijke gebruikers. De behuizing is fraai en stevig gebouwd. Functioneel is er weinig verschil met de vorige iMac, zo kun je nog steeds alleen de hoek van het scherm verstellen. Dat scherm is met 24 inch nu een stukje groter dan zijn voorganger en is letterlijk de blikvanger van de iMac. Het is gewoon uitstekend voor elkaar. De M1-processor biedt geen verrassingen, maar heel erg is dat niet. Dit is gewoon een snelle processor die uitstekend op zijn plaats is in een computer voor thuis.

Het grootste minpunt is dat de iMac voor een desktop-pc weinig aansluitingen heeft, zeker de geteste instapconfiguratie biedt met slechts twee USB-C-poorten wat mij betreft te weinig uitbreidingsmogelijkheden. Het is ook jammer dat de netwerkaansluiting op die instapconfiguratie niet standaard aanwezig is, zeker omdat de netwerkcontroller gewoon aanwezig is. Gelukkig valt de meerprijs voor de fysieke aansluiting met 26 euro mee.

Fantastisch
Conclusie

**Prijs** € 1449,- (met vier usb-poorten vanaf € 1669,-) **Besturingssysteem** macOS Big Sur **Beeldscherm** 24 inch Retina 4,5K-display (4480 x 2520 pixels) **Processor** Apple M1 (8 cores, 4 snel en 4 langzaam) **Geheugen** 8 GB RAM **Grafisch** Apple M1 (7 of 8 GPU-cores) **Opslag** 256 GB ssd **Webcam** 1080p FaceTime HD-camera **Aansluitingen** 2x Thunderbolt 3 (ook DisplayPort en USB 4), 3,5mm-hoofdtelefoonaansluiting. Optioneel: 2x USB-C, gigabit-netwerkaansluiting **Draadloos** Wifi 6, bluetooth 5.0 **Afmetingen** 54,7 x 46,1 x 14,7 cm **Website** [www.apple.com](https://www.apple.com/nl/imac-24/)

Plus- en minpunten
  • Fraai scherm
  • Krachtige processor
  • Stevige behuizing
  • Uitstekende webcam
  • Keuze uit verschillende kleuren
  • Goed geluid
  • Weinig aansluitingen
  • Geen ethernet op instapconfiguratie
  • Nog steeds niet in hoogte verstelbaar
▼ Volgende artikel
eXodus - dit zijn alternatieven voor X
© gguy - stock.adobe.com
Huis

eXodus - dit zijn alternatieven voor X

Wat hebben organisaties als KRO-NCRV, NS, Bits of Freedom en Oxfam Novib met elkaar gemeen? Dat ze niet langer actief zijn op het socialmediaplatform X. Waarom willen ze dat niet meer? Wat speelt er bij X? Welke alternatieven zijn er?

In dit artikel bespreken we de ondergang van X en welke alternatieven er voor X zijn:

  • Fediverse
  • Mastodon
  • Threads
  • Bluesky

Ben je een pionier? Dan heb je misschien ook wel interesse in één van deze alternatieve browsers

Sinds juli 2023 voegden veel media maandenlang ‘Twitter’ toe achter elke vermelding van X. Velen moesten namelijk nog wennen aan de nieuwe naam. Elon Musk, die Twitter in oktober 2022 voor 44 miljard dollar kocht, vond dat X beter paste bij zijn visie om het microblogging-platform om te vormen tot een allesomvattend digitaal ecosysteem, vergelijkbaar met WeChat in China. Musk lijkt trouwens een opvallende affiniteit te hebben met de letter X, wat ook zichtbaar is in projecten als SpaceX, Tesla Model X en xAI. Veel gebruikers waren niet gerust op deze overname, en niet geheel onterecht, want Musk heeft inmiddels ingrijpende veranderingen doorgevoerd.

X: aanpassingen

Kort na de overname herstelde Musk eerder geschorste accounts, waaronder die van controversiële figuren als Donald Trump, Andrew Tate en Kanye West. Het platform stopte bovendien met het handhaven van het beleid tegen desinformatie rond Covid-19. En waar vroeger een gratis verificatiesysteem was, waarbij Twitter invloedrijke personen en organisaties een blauw vinkje gaf, is dat nu puur commercieel: wie betaalt, krijgt een vinkje. Het staat niet langer voor authenticiteit, maar toont enkel aan dat een gebruiker betaalt voor X Premium en zo extra functionaliteit en zichtbaarheid krijgt.

Daarnaast introduceerde X de For You-feed, een sectie met aanbevelingen op basis van gebruikersvoorkeuren en -gedrag, maar ook beïnvloed door strategische beleidsbeslissingen. Dit gebeurt via een AI-gestuurd algoritme, waarvan slechts delen openbaar zijn gemaakt, wat vragen oproept over transparantie en mogelijke bias.

Het moderatiebeleid veranderde eveneens. Tweets die de richtlijnen schenden, worden niet meer verwijderd, maar zijn enkel minder zichtbaar (‘Freedom of Speech, Not Reach’). Daarnaast is er een verschuiving naar gemeenschapsgestuurde moderatie (‘Community Notes’), waardoor factchecking minder centraal en vaak trager verloopt.

De algoritmen van X roepen bij velen vragen op over de transparantie en mogelijke bias.

Fediverse

Musk zelf noemt deze aanpassingen democratischer, maar voor veel gebruikers hebben deze aanpassingen geleid tot een meer toxische inhoud. Daarbij worden specifieke groepen kritisch bekeken en beoordeeld, onder wie liberalen en de LGBTQ+-gemeenschap.

De cijfers lopen uiteen, maar de meeste bronnen zijn het er wel over eens dat heel wat gebruikers en organisaties het platform hebben verlaten sinds de overname door Musk.

Twee jaar geleden leek er maar één echt alternatief te zijn: Fediverse, dat gebruikers meer controle gaf over hun data en de moderatie.

Fediverse is een samentrekking van ‘federated’ en ‘universe’ en kun je zien als een netwerk van onderling verbonden platformen en servers, die onafhankelijk worden beheerd door organisaties of individuen. Bij traditionele socialmediaplatforms ben je afhankelijk van één centrale organisatie. Daardoor kun je met bijvoorbeeld een Instagram-account niet zomaar gebruikers van X bereiken. De gemeenschappelijke protocollen binnen het Fediverse, zoals het populaire ActivityPub, maken onderlinge communicatie juist wel mogelijk. Je kunt dus een account aanmaken op een server en vervolgens communiceren en gegevens uitwisselen met gebruikers op andere platformen. Binnen het Fediverse beweeg je dus vrijelijk tussen verschillende servers en platformen.

Het Fediverse-netwerk bevat talrijke platformen, waarvan de meeste door het ActivityPub-protocol zijn verbonden (afbeelding: Per Axbom, CC BY-SA 4.0, Wikimedia Commons).

Mastodon

Mastodon was – en is nog steeds – het populairste Fediverse-platform, maar dat bleek helaas niet geschikt voor het grote publiek. Veel (mainstream) gebruikers vonden het namelijk verwarrend dat ze zelf een server moesten kiezen bij registratie. Ook de interface en gebruikerservaring waren minder gestroomlijnd dan bij Twitter/X. Door de decentrale structuur werkten sommige servers ook traag of werden ze slecht beheerd.

Daarnaast bood Mastodon slechts beperkte ondersteuning voor video en live-updates en ontbraken universeel doorzoekbare inhoud en trending topics, waardoor populaire discussies moeilijker te volgen waren. Bekende personen waren er ook nauwelijks actief, en veel gebruikers hadden moeite om hun sociale netwerk opnieuw op te bouwen. Eind 2023 bereikte Mastodon een piek in regelmatige bezoekers, maar de groei vlakte al snel af.

De interface van Mastodon, met vertrouwde ingrediënten als tijdlijn, meldingen en favorieten.

Threads

Mastodon behoudt weliswaar een niche bij privacybewuste en opensource-enthousiastelingen, maar bleek dus te ingewikkeld en gefragmenteerd voor de doorsneegebruiker. Vanaf eind 2023 zochten velen daarom hun toevlucht tot traditionelere sociale netwerken als LinkedIn, Instagram en vooral Threads.

Dit laatste platform werd medio 2023 door Meta (Mark Zuckerberg) gelanceerd als reactie op de groeiende kritiek op Twitter/X. Het is direct gekoppeld aan Instagram, waardoor gebruikers hun bestaande account kunnen gebruiken.

De interactiemogelijkheden binnen Threads lijken sterk op die van X, met opties als liken, citeren, posten en reageren. Ook doet het veel denken aan het oude Twitter: je volgt zelf mensen of vertrouwt op het algoritme. Volgens veel gebruikers is dit algoritme vooral ontworpen om politieke discussies en nieuwsverwijzingen te mijden. Al kun je zelf wel bepaalde mensen volgen. Het platform toont daarnaast vaak berichten die reacties willen uitlokken (‘engagement bait’). Op dit platform vind je veel beroemdheden en influencers, en de meeste content is vrij luchtig.

Threads werkt trouwens ook aan ondersteuning voor het ActivityPub-Fediverse, wat de dienst compatibel maakt met onder meer Mastodon.

Ook bij Threads kun je zelf bepalen wie je wilt volgen.

Bluesky

Hoewel Threads momenteel veel meer maandelijkse gebruikers heeft (circa 275 miljoen), trekt ook het microblogging-platform Bluesky tegenwoordig een groeiend aantal voormalige X-gebruikers aan (circa 30 miljoen). Ter vergelijking: X zou nu nog zo’n 500 miljoen maandelijkse gebruikers tellen, terwijl Mastodon er ongeveer 15 miljoen heeft.

Bluesky wordt gerund door Bluesky Social. Het werd begin 2023 officieel gelanceerd, maar ontstond al in 2021, opgericht door Jack Dorsey, medeoprichter van Twitter.

Net als Mastodon is Bluesky een gedistribueerd netwerk, maar het is wel gebruiksvriendelijker, mede dankzij het modernere, open protocol AT (Authenticated Transfer). Het platform streeft naar transparantie en wil ook gebruikers zelf hun eigen algoritme laten maken en verfijnen.

Er zijn nog geen advertenties en de tijdlijn toont berichten in chronologische volgorde, zonder verborgen algoritme. In principe kun je ook zelf een server kiezen, al is dat in de praktijk nagenoeg altijd hostingprovider bsky.social. Gevorderde gebruikers kunnen zelfs een eigen server hosten (PDS, personal data server).

Bluesky wordt momenteel vooral bevolkt door Amerikaanse gebruikers, en het valt nog af te wachten in welke mate ook het aantal actieve Nederlandse en Vlaamse gebruikers zal toenemen. In het vervolg van dit artikel maken we grondiger kennis met Bluesky, waarbij we vooral focussen op hoe je volgaccounts en berichtgeving meer naar eigen hand kunt zetten, met onder meer migratie, startpakketten, lijsten, feeds en ook extra diensten.

Meer dan Threads verwelkomt Bluesky ook politieke discussies.

Account

Je kunt Bluesky gebruiken via je browser of de app, beschikbaar in de officiële appstores van Android en Apple. Na installatie kies je de interface-taal (waaronder Nederlands) en registreer je je met een e-mailadres, wachtwoord, geboortedatum en ‘gebruikershandle’. Vervolgens upload je een profielafbeelding of kies je een avatar, en na het aanduiden van je interesse(s) kun je direct aan de slag. Je moet nog wel even een verificatiecode invullen die je via e-mail krijgt.

Bluesky: na een snelle registratie ben je er klaar voor.

Ontdekken en volgen

Wanneer je de startpagina opent, zie je twee secties: Discover en Following. In Discover verschijnen direct berichten, gebaseerd op de interesses die je bij registratie hebt opgegeven. Je ziet hier ook trending topics en populaire posts binnen de gemeenschap. Je kunt deze feed personaliseren via aangepaste feeds, door er zelf een te creëren of een passend algoritme te kiezen.

In de sectie Following zie je berichten van accounts die je volgt. Aanvankelijk is deze leeg, behalve het Bluesky-account. Om iemand te volgen, houd je de muis boven de post header (met accountnaam, tijdstip en berichttitel) en klik je op +Volgen. Dit verandert in Volgend; klik hierop als je het account niet langer wilt volgen. Berichten van gevolgde accounts verschijnen vervolgens in de sectie Following.

Het vergt slechtsr een muisklik om iemand te (ont)volgen.

Zoeken en migreren

Er zijn verschillende manieren om snel extra accounts aan je volglijst toe te voegen. Open de rubriek Zoeken (tik in de mobiele app op het pictogram met drie streepjes) en vul in de zoekbalk een onderwerp in, zoals Artificial intelligence. Selecteer een geschikt account en klik op +Volgen.

Wil je accounts van Twitter/X ook op Bluesky volgen, dan gaat dit het snelst met de browserextensie Sky Follower Bridge, beschikbaar in de officiële Chrome- en Firefox-webstores. Na installatie start je de extensie en meld je je aan met je Bluesky-handle of e-mailadres en een app-wachtwoord.

Om zo’n wachtwoord (met beperkte machtigingen) te maken, ga je in Bluesky naar Instellingen, kies je Privacy en beveiliging, selecteer je App-wachtwoorden en klik je op +App-wachtwoord toevoegen. Geef het een naam, bijvoorbeeld SkyFollowerBridge, bevestig met Volgende, kopieer of noteer het wachtwoord en klik pas daarna op Gereed.

Na aanmelding open je je lijst met gevolgde accounts op X via www.x.com/<je_accountnaam>/following. Klik op de extensieknop en kies Find Bluesky Users. De extensie zoekt naar actieve Bluesky-accounts in je lijst. Klik op View Detected Users en daarna op Follow on Bluesky om de gewenste accounts te volgen.

Sky Follower Bridge automatiseert het migratieproces van gevolgde accounts van X naar Bluesky.

Startpakketten

Een andere handige manier om je volglijst uit te breiden is met startpakketten. Als je een interessant account vindt, klik je erop om de profielpagina te openen en ga je naar het onderdeel Startpakketten. Met wat geluk heeft deze persoon al pakketten aangemaakt: dit zijn verzamelingen accounts rond een specifiek onderwerp. Open zo’n pakket, bekijk de tabbladen Personen en Berichten en volg gewenste accounts via de knop +Volgen.

Je kunt ook zelf startpakketten maken. Ga naar Profiel en open het tabblad Startpakketten. Klik op Aanmaken, geef je pakket een naam en voeg een beschrijving toe. Druk op Volgende en voeg minstens acht accounts toe die relevante berichten posten. Klik weer op Volgende om eventueel feeds toe te voegen of kies voor Overslaan. Daarna kun je anderen uitnodigen via een QR-code of door de link te kopiëren.

Je kunt ook je eigen startpakketten creëren en deze met anderen delen.

Lijsten en feeds

Je kunt zelf ook een reeks gebruikers opsommen en deze lijsten eventueel delen. Open hiervoor de rubriek Lijsten en klik op +Nieuw. Vul een naam en omschrijving in en bevestig met Opslaan. Voeg gebruikers toe en bekijk hun berichten vanuit de lijst. Klik op Vastzetten op startpagina om de lijst als aparte feed naast Discover en Following te tonen.

Je beheert feeds rechtstreeks via de rubriek Feeds. Onder Ontdek nieuwe feeds kun je voorgestelde feeds toevoegen of zelf zoeken via de zoekbalk. Klik op een feed bij Mijn feeds om de berichten te bekijken.

Gebruik het tandwielpictogram bij Feeds om feeds via het pinicoon op je startpagina vast te zetten of hieruit weg te halen. Niet-vastgezette feeds kun je hier ook verwijderen.

Je kunt eigen feeds creëren, bijvoorbeeld met een no-code tool als Skyfeed.app. Meld je aan met je Bluesky-account en een app-wachtwoord (zie ook de paragraaf ‘Zoeken en migreren’). Klik op Create your first feed en voeg in de Visual Editor (of JSON Editor) de gewenste blokken toe, zoals Input, Remove, RegEx, Sort by en Limit. Bevestig met Publish Feed.

Kopieer de feed-ID achteraan de gegenereerde link en deel deze met anderen. Zij hoeven alleen de rubriek Feeds in Bluesky te openen en het ID in de zoekbalk Search feeds te plakken om je feed toe te voegen.

Met een app als Skyfeed kun je ook eigen feeds creëren en deze met anderen delen.

Watch on YouTube
▼ Volgende artikel
Alweer geen telefoon of internet? Zo zit het met recht op compensatie (en zo vraag je het aan)
Huis

Alweer geen telefoon of internet? Zo zit het met recht op compensatie (en zo vraag je het aan)

Vandaag zijn het vooral Odido-abonnees die te kampen hebben met storing, maar ook als je klant bent bij bijvoorbeeld KPN, VodafoneZiggo, Ben, Simpel of Delta komt het voor: je kunt niet bellen en/of internetten. Als zo'n storing wat langer duurt, kun je recht hebben op compensatie. In dit artikel lees je wanneer je waar recht op hebt en hoe je die compensatie kunt aanvragen.

Een landelijke storing bij je internet, tv of telefoon is niet alleen vervelend, maar kan ook financiële gevolgen hebben. Gelukkig is in Nederland wettelijk vastgelegd dat je in sommige gevallen recht hebt op een vergoeding. Maar hoe werkt dat precies? Wanneer heb je recht op compensatie, hoe hoog is die vergoeding en waar kun je terecht bij jouw provider?

Volgens de Telecommunicatiewet heb je als consument of kleinzakelijke gebruiker recht op compensatie als er sprake is van een volledige netwerkstoring die twaalf uur of langer duurt. Dat betekent dat alle onderdelen van je abonnement uitvallen: dus bijvoorbeeld zowel internet als televisie en telefonie. Regionale storingen vallen ook onder deze regeling, zolang je binnen het getroffen gebied woont of werkt. Sommige providers hanteren uit zichzelf een iets soepelere norm en keren al bij acht uur storing een vergoeding uit, maar dat is niet verplicht. De wettelijke grens ligt op twaalf uur.

De hoogte van de vergoeding is gekoppeld aan de maandelijkse kosten van je abonnement. Bij een storing van twaalf tot vierentwintig uur ontvang je één dertigste van je maandbedrag. Duurt de storing langer, dan loopt het bedrag op met telkens nog een dertigste per extra dag. Voor prepaid-gebruikers geldt een vergoeding van vijftig cent per dag. De vergoeding wordt meestal verrekend op je volgende factuur. Je hoeft er als klant wel iets voor te doen: in de meeste gevallen moet je zelf een aanvraag indienen via de website of app van je provider.

Verzamel bewijs

Heb je last gehad van een storing, controleer dan altijd eerst hoe lang die precies heeft geduurd. De meeste providers publiceren actuele storingsmeldingen op hun website. Noteer de begindatum en -tijd en maak eventueel een screenshot als bewijs. Zodra de storing voorbij is, kun je je aanvraag indienen. Meestal kan dat nog tot enkele maanden na de storing, maar wacht niet te lang. Het aanvragen van compensatie gaat soms via een speciale pagina, in andere gevallen moet je daarvoor contact opnemen met de klantenservice. Hieronder staan handige links naar de grootste providers om je verder te helpen.

©Website Odido

Bron: Odido

Compensatie aanvragen doe je zo:

Bij KPN kun je een compensatieverzoek indienen via je persoonlijke KPN-pagina, waar je moet inloggen met je KPN ID.
👉 Meer lezen/aanvragen compensatie KPN


Vodafone-klanten kunnen hun aanvraag doen via de Vodafone-app of de klantenservice.

👉 Meer lezen/aanvragen compensatie Vodafone


Ziggo heeft een aparte compensatiepagina, waar je een storing kunt melden en direct je vergoeding kunt aanvragen. Die staat hier:

👉 Meer lezen/aanvragen compensatie Ziggo


Ook bij Odido geldt de wettelijke grens van twaalf uur. Op de veelgestelde vragen-pagina lees je hoe je een claim kunt indienen. Odido zegt zelf een formulier online te zetten wanneer een storing langer dan twaalf uur geduurd heeft.

👉 Meer lezen/aanvragen compensatie Odido


Ben, dat gebruikmaakt van het netwerk van Odido, heeft dezelfde regeling. Informatie over compensatie vind je op:

👉 Meer lezen/aanvragen compensatie Ben


Simpel, dat ook gebruikmaakt van het Odido-netwerk, verwijst je naar je persoonlijke accountomgeving voor het melden van een storing. De klantenservicepagina staat hier:

👉 Meer lezen/aanvragen compensatie Simpel


Bij Delta kun je compensatie aanvragen via MijnDELTA of per brief. Uitleg staat op:

👉 Meer lezen/aanvragen compensatie Delta

Dus: meer dan twaalf uur storing? Compensatie!

Samengevat: bij een volledige uitval van je netwerk van twaalf uur of meer heb je recht op een vergoeding van minimaal één dertigste van je maandbedrag. Bij sommige providers kun je al eerder compensatie krijgen, maar dat is geen wettelijke verplichting. De meeste providers maken het aanvragen makkelijk via hun eigen omgeving of app. Heb je geen toegang tot je account, dan kun je altijd contact opnemen met de klantenservice. De verwerking duurt meestal een paar weken. Laat je niet afschepen als je recht hebt op compensatie. De regeling is wettelijk vastgelegd!