ID.nl logo
RTX 5080 en 5090 getest: krachtpatsers met een flinke prijs
Huis

RTX 5080 en 5090 getest: krachtpatsers met een flinke prijs

Met de GeForce RTX 5090 en RTX 5080 lanceert Nvidia twee nieuwe high-end videokaarten. Ze leveren indrukwekkende prestaties en bieden handige nieuwe functies. Tegelijkertijd komen ze met een hoger energieverbruik, een hoger prijskaartje en vooralsnog beperkte beschikbaarheid. Maar hoeveel beter is deze nieuwe generatie, en wanneer is het de moeite waard om te upgraden?

In dit artikel laten we zien wat de nieuwe RTX 5080 en RTX 5090-videokaarten écht te bieden hebben.

Te duur? Kies dan voor een oudere versie: Test: 6 RTX 4070 Super-videokaarten: dé midrange-kaart van 2024

Nvidia staat door de AI-hype sterk in de belangstelling en is zelfs even het meest waardevolle bedrijf ter wereld geweest. Volgens Nvidia presteert de GeForce RTX 5070 met zijn adviesprijs van 654 euro ongeveer op hetzelfde niveau als de RTX 4090, die voor 1779 euro wordt aangeboden. Dat belooft veel goeds voor de RTX 5080 en RTX 5090, met adviesprijzen van respectievelijk 1190 en 2369 euro. Nvidia lijkt met de introductie van zijn nieuwe generatie videokaarten in ieder geval niet teleur te stellen. Hoewel? Inmiddels hebben we zowel de RTX 5080 als de RTX 5090 uitvoerig getest, en al snel blijkt dat de werkelijkheid iets complexer is dan Nvidia zelf presenteert.

Trucage met AI

Net als voorgaande jaren blijft Nvidia vernieuwen, vooral op het gebied van Deep Learning Super Sampling (DLSS). DLSS Upscaling heeft een flinke kwaliteitsverbetering gekregen: in veel gevallen kun je nauwelijks verschil zien met native rendering, terwijl je doorgaans twee tot drie keer betere prestaties behaalt. Maar deze keer ligt de focus op Multi Frame Generation. Waar de videokaarten uit de RTX 40-serie met Frame Generation één AI-frame tussen elk echt gerenderd frame toevoegden, genereren de RTX 50xx-kaarten er twee of drie extra tussen elk traditioneel frame. Game je op 4K met DLSS 4, dan betekent dat dat nog één van elke zestien pixels traditioneel wordt berekend, de rest wordt met AI ingevuld. Full HD wordt dankzij AI omgezet naar 4K en elk 4K-frame wordt vervolgens opgesplitst in vier frames.

Maar dan gaat Nvidia toveren: het telt het totaal aantal weergegeven frames op en stelt vervolgens dat de nieuwe generatie twee keer sneller is dan de vorige. Wij zijn het echter niet eens met die manier van rekenen. In de traditionele zin van ‘meer prestaties’ krijg je simpelweg meer frames in dezelfde tijd (en daarmee lagere latency), zonder dat er extra vertraging optreedt. Met Nvidia’s nieuwe aanpak lever je soms wat in op de beeldkwaliteit, omdat Frame Generation af en toe grafische onregelmatigheden toont. Bovendien kost het een klein beetje extra tijd om die berekeningen uit te voeren. Kortom, dit is appels met peren vergelijken.

Multi Frame Generation wordt gecombineerd met DLSS waardoor het zo kan zijn dat uiteindelijk 15 van 16 getoonde pixels door AI gegenereerd worden.

Toch waardevol

Toch heeft Nvidia niet volledig ongelijk, want in sommige situaties is Multi Frame Generation wel degelijk handig. Neem bijvoorbeeld Microsoft Flight Simulator, een game die vaak tegen cpu-limieten aanloopt. Met Frame Generation werk je hier op uitstekende manier omheen, omdat je in Flight Simulator niet op elke milliseconde hoeft te reageren. Dit maakt de extra latency ten opzichte van pure upscaling minder relevant. Frame Generation is niet altijd de beste keuze: als je puur op zoek bent naar een prestatieverbetering zonder nadelen, is de traditionele aanpak (meer ruwe prestaties) vaak verstandiger.

Helaas ligt er zo veel nadruk op MFG dat andere sterke punten van Nvidia onderbelicht blijven. Zo is de beeldkwaliteit van Nvidia DLSS Upscaling veel beter dan die van AMD FidelityFX Super Resolution (FSR), wat zeker bij games in 1440p en 4K een wereld van verschil maakt. Daarnaast zijn Nvidia’s encoders en decoders de logische keuze voor veel creatieve toepassingen, is Nvidia Broadcast handig voor videoconferenties en gesprekken, en is Nvidia Reflex bijna onmisbaar voor competitieve gamers. Allemaal mogelijkheden waar AMD geen echt antwoord op heeft.

Wel sneller

Laten we Frame Generation even voor wat het is, dan zien we dat de GeForce RTX 5090 zo’n 28 procent sneller is dan zijn voorganger in de 45 games die we getest hebben op 4K. De ‘oude’ RTX 4090 had al geen concurrentie en de RTX 5090 met deze boost al helemaal niet. Bovendien is de RTX 5090 met 32 GB geheugen ook een ideale kaart voor workstations. Dat daar een fors stroomverbruik (tot zo’n 575 watt) tegenover staat, doet wel een beetje pijn. Dat geeft aan dat de prestatie-per-watt van deze generatie, zonder Nvidia’s paradepaardje MFG, nauwelijks is verbeterd. Niet vreemd, want Nvidia maakt wederom gebruik van TSMC’s 4nm-proces, waardoor een significante efficiëntieslag lastig te realiseren is.

De GeForce RTX 5080 is zo’n 15 procent sneller dan de RTX 4080 Super, ondanks een iets hogere TDP (320 versus 360 watt), zonder dat het daadwerkelijke stroomverbruik wezenlijk verandert. Aangezien de adviesprijs ongewijzigd is, levert de RTX 5080 een bescheiden maar leuke vooruitgang. Voor sommigen zal het teleurstellend zijn dat de nieuwe RTX 5080 niet sneller is dan het topmodel van de vorige generatie: 15 procent sneller betekent immers dat de RTX 5080 nog altijd zo’n 15 procent trager is dan de RTX 4090.

De RTX 5080 is zo’n 15 procent sneller dan zijn voorganger in onze tests.

Zonder concurrentie aan top

Op papier is de RTX 5090 28 procent sneller dan zijn voorganger, maar kost hij ook 25 procent meer en verbruikt hij bovendien 25 procent meer stroom. De RTX 5080 levert daarentegen 15 procent meer prestaties voor hetzelfde geld als zijn voorganger. Beide kaarten zijn slecht leverbaar of worden voor absurde prijzen verkocht.

Ondanks de dramatisch slechte beschikbaarheid hebben we vijf RTX 5080-kaarten en zeven RTX 5090-kaarten getest. Omdat Nederlandse adviesprijzen ontbreken en straatprijzen leidend zijn, leggen we de nadruk op de verschillen in prestaties en mogelijkheden, vergeleken met historische prijsverschillen. We verwachten dat de prijzen uiteindelijk wel zullen dalen, maar dat kan nog een tijd duren.

RTX 5080-modellen

Nvidia GeForce RTX 5080 Founders Edition

De Nvidia Founders Edition is een prachtige, compacte en elegante kaart die, net als voorgaande varianten, grotendeels uit metaal vervaardigd is. De in het zwart uitgevoerde kaart is opvallend compact en slechts twee sloten dik; de meeste RTX 5080-kaarten zijn een stuk dikker. De Founders Edition is hiermee een van de betere opties voor ITX-behuizingen. Let er wel op dat beide ventilators lucht direct door de kaart blazen; een beetje ruimte direct achter je videokaart is dus wel handig.

Extra mogelijkheden ontbreken, denk een RGB-verlichting of een dubbele BIOS. De Founders Edition heeft als enige taak om de basis te vormen voor reviews en andere benchmarks. Dat doet hij keurig: de kaart is niet te luid en alle temperaturen blijven ruim binnen de marges. Daar hebben we niets op aan te merken. Grotere kaarten zijn soms nog wat stiller of koeler, maar dit model laat weinig te wensen over.

De Nvidia Founders Edition-kaarten zijn helaas zeer lastige kaarten om daadwerkelijk te kopen, maar het is een uitstekende optie als je hem weet te vinden.

Pluspunten

  • Compacte vormgeving

  • Nette temperaturen

  • Niet te luid

Minpunten

  • Geen extra’s

  • Moeilijk verkrijgbaar

Palit GeForce RTX 5080 GamingPro OC

Ten opzichte van de Founders Edition heeft de GamingPro OC van Palit een iets grotere en traditionelere koeler met drie fans. De bouwkwaliteit is keurig, met een metalen frame en plastic ‘fan shroud’ (een ventilatorbehuizing die helpt de luchtstroom te richten voor een efficiëntere koeling). Verder heeft deze kaart zowel wat RGB-verlichting als een dubbele BIOS waarmee je kunt kiezen tussen een iets luidere en koelere modus of een iets stillere en marginaal minder koele modus.

Ongeacht de BIOS-keuze is de Palit GamingPro OC zowel iets koeler als iets stiller dan de Nvidia Founders Edition. Wat gameprestaties betreft ontlopen de kaarten elkaar niet veel, gemiddeld is de Palit zo’n 2 procent sneller dan de Founders Edition. Een meetbaar, maar niet praktisch merkbaar verschil.

De Palit GamingPro OC is interessant als je ruimte hebt voor een iets dikkere videokaart en je de kaart weet te vinden voor een schappelijke prijs. In theorie zou dit model nauwelijks meer moeten kosten dan de Founders Edition.

Pluspunten

  • Stille koeling

  • Dual-BIOS

  • RGB-verlichting

Minpunten

  • Iets groter formaat

Gigabyte GeForce RTX 5080 Gaming OC

De Gaming OC van Gigabyte kost normaliter iets meer dan de basisadviesprijs van Nvidia’s referentiekaart, maar daar krijg je wel het nodige voor terug: een grotere koeler, een dubbele BIOS, een opvallend RGB-effect achter de ventilators en een jaar extra garantie. Daarmee heb je in totaal vier jaar garantie en dat is een prettige extra zekerheid voor zo’n stevige investering.

De gameprestaties liggen zo’n twee procent boven die van de Palit, wat wederom slechts een klein verschil is. Maar de flink grotere en dikkere koeler presteert wel merkbaar beter. In de standaard-BIOS is de kaart koeler en iets stiller dan de (in theorie goedkopere) Founders Edition en Palit GamingPro. In de tweede stillere BIOS presteert hij nog altijd uitstekend, terwijl hij nagenoeg onhoorbaar is. Als je een zeer stille kaart wilt omdat je er hele dagen naast zit en je de extra garantie kunt waarderen, dan is de Gigabyte Gaming OC een prima optie.

Pluspunten

  • Grote, efficiënte koeler

  • Dual-BIOS

  • Vier jaar garantie

Minpunten

  • Groot formaat

MSI GeForce RTX 5080 Suprim SOC

De Suprim SOC-variant van MSI is een van de grootste en indrukwekkendste videokaarten ooit. De grote videokaart is niet overdreven vormgegeven, maar juist aantrekkelijk en stevig gebouwd met een gewicht van ruim 2,6 kilo. Er zitten wat RGB-ledjes op die standaard een bescheiden wit licht afgeven. Qua mogelijkheden is dit model ook compleet: er is een dubbele BIOS aanwezig en je krijgt een gpu-houder (wat geen overbodige luxe is met dit gewicht).

Op prestatievlak is de MSI Suprim de meest overtuigende kaart in de test. In de stille BIOS is hij praktisch onhoorbaar, en in beide BIOS-varianten laat hij de beste balans tussen geluidsproductie en temperaturen zien. Ook is het stroomverbruik van deze MSI-kaart gemiddeld het laagst, terwijl hij qua prestaties alsnog uitstekende scores neerzet en circa 3 procent sneller is dan de Founders Edition.

De vraag is wat de meerprijs op termijn gaat zijn. Op papier heeft MSI met de Suprim SOC de beste RTX 5080-koeler in huis, maar als de meerprijs te groot wordt, is het verschil met onder andere de Palit GamingPro of de ROG Astral niet significant genoeg. Als MSI de meerprijs binnen de perken houdt, is dit het model om in de gaten te houden, vooropgesteld dat je ruimte hebt voor deze megakaart.

Pluspunten

  • Dual-BIOS

  • Heel stil

  • Relatief laag stroomverbruik

Minpunten

  • Erg groot en zwaar

ASUS ROG Astral GeForce RTX 5080

Hét topmodel van ASUS is normaliter iets om naar uit te kijken en de ROG Astral-variant van de RTX 5080 stelt op fysiek vlak zeker niet teleur. Het is een gigantische kaart met een gewicht van ruim 2,8 kilo, drie fans aan de voorzijde plus een vierde fan aan de achterzijde. Met RGB-verlichting, een dubbele BIOS en een gpu-houder worden alle vinkjes keurig gezet.

Met de stille BIOS actief meten we bij de ROG Astral nét aan de laagste geluidsdruk, met nog altijd prima temperaturen. Toch is het een beetje jammer voor ASUS dat de MSI Suprim met een bijna gelijke geluidsdruk nog iets betere temperaturen laat zien. Dat zal deels komen doordat ASUS het stroomverbruik iets opvoert voor net wat betere resultaten, maar we vragen ons hardop af of 6 procent meer prestaties ten opzichte van de Founders Edition of 3 procentpunt boven de MSI-versie, een significante toename in verbruik goedpraat.

We zien in de praktijk dat kopers een merk graag trouw blijven, bijvoorbeeld vanwege de software-integratie, maar kijken we puur naar testresultaten dan moet ASUS eigenlijk zorgen dat de Astral niet duurder is dan de MSI Suprim SOC. Uit het verleden blijkt echter dat ASUS vaak wat meer vraagt voor zijn ROG-producten.

Pluspunten

  • Indrukwekkende bouwkwaliteit

  • Stille werking

  • Net iets sneller

Minpunten

  • Hoger stroomverbruik

  • Groot en zwaar

RTX 5090-modellen

Inno3D GeForce RTX 5090 X3

De Inno3D X3 is een model dat op papier voor dezelfde basisadviesprijs zou moeten worden verkocht als de Nvidia Founders Edition (die hierna volgt). Op een aantal fronten zie je dat terug, zo heeft dit model geen dubbele BIOS, geen RGB-verlichting, en geen doos vol extra’s en accessoires.

Kijken we naar het product zelf en de prestaties, dan is het verschil met duurdere uitvoeringen een stuk minder merkbaar. Het is geen enorm grote kaart, maar hij zit keurig stevig in elkaar en veel belangrijker: hij presteert goed. De geluidsproductie zit grofweg op het niveau van de Founders Edition, maar hij is wel significant koeler. Wat prestaties betreft zit hij op circa 1 procent verschil met Nvidia’s eigen kaart, daar merk je niets van.

Inno3D heeft een betere reputatie wat beschikbaarheid betreft en een goede historie om de prijs relatief laag te houden. Als je gewoon een RTX 5090 wilt die goed presteert en je wilt geen premium betalen, dan kun je niet om dit model heen.

Pluspunten

  • Prima prestaties

  • Degelijke bouw

  • Goede koeling

Minpunten

  • Geen dual-BIOS

  • Geen RGB

  • Geen extra’s

Nvidia GeForce RTX 5090 Founders Edition

De Founders Edition van de GeForce RTX 5090 heeft hetzelfde ontwerp (dat maar twee sloten in beslag neemt) als bij de eerder besproken RTX 5080. Dat maakt hem ongekend dun voor een videokaart met een maximumverbruik van 575 watt. Toch blijkt Nvidia’s ontwerp eenvoudig in staat om al deze warmte met een bescheiden geluidsproductie af te voeren. Het is enkel spijtig dat dit RTX 5090-model wat coil whine produceert (het hoogfrequent zoemen van de spoelen); dat irritante geluid verpest die indrukwekkende prestaties een beetje.

Dat Nvidia op papier zijn eigen kaart voor de basisadviesprijs verkoopt, zet druk op alle modellen die een meerprijs vragen, maar ook hier is de kans dat je er daadwerkelijk één kunt kopen heel klein, ook op lange termijn.

Pluspunten

  • Compacte vormgeving

  • Relatief stil

  • Theoretisch scherp geprijsd

Minpunten

  • Geen extra’s

  • Beperkte beschikbaarheid

  • Coil whine

Palit GeForce RTX 5090 GameRock

De GameRock van Palit gooit het over een compleet andere boeg, deze kaart zet namelijk vol in op RGB-verlichting en ‘bling’. Met een glimmende, reflecterende voorzijde en uitgebreide RGB-verlichting is het een van de meest visueel opvallende RTX 5090-kaarten. Zeker in een behuizing waar je naar de voorzijde kijkt, kan dat een leuke overweging zijn.

Fysiek zit de GameRock OC keurig in elkaar en is hij iets stiller en koeler dan de Founders Edition, en iets stiller maar marginaal warmer dan de Inno3D X3. Qua gameprestaties zit deze kaart een procentje boven de Nvidia Founders Edition. Aangezien de GameRock meer zal kosten, zal die dat dus vooral moeten goedmaken met de uitstraling die je daarvoor terugkrijgt.

Pluspunten

  • Opvallend ontwerp met RGB

  • Stiller dan Founders Edition

  • Solide constructie

Minpunten

  • Smaakgevoelig

Gigabyte Aorus GeForce RTX 5090 Master Ice

De Aorus Master-uitvoering van Gigabyte zet ook vol in op het uiterlijk. Met RGB-verlichting achter de fans en een klein schermpje op de zijkant valt de kaart goed op, helemaal in de geteste witte Ice-uitvoering. Vooral dat laatste maakt hem uniek, want de meeste andere fabrikanten brengen geen witte RTX 5090 uit. Wil je zo’n witte kaart, dan kun je nauwelijks om de Gigabyte heen. Ook hier zit een jaar extra garantie bij de prijs inbegrepen.

De Master Ice is verder gewoon een uitstekende kaart, die zowel significant koeler en stiller kan zijn dan de Founders Edition, de X3 en de GameRock. Zolang de meerprijs niet té extreem wordt, is dit een uitstekende kaart om in de gaten te houden.

Pluspunten

  • Uitgevoerd in het wit

  • Vier jaar garantie

  • Koel en stil

Minpunten

  • Prijzig

MSI GeForce RTX 5090 Suprim SOC

Net als bij de RTX 5080 is de RTX 5090-uitvoering van de MSI Suprim SOC gewoon uitstekend. Hij heeft de beste balans tussen stilte en koeling. Ook biedt deze kaart objectief de stilste modi, terwijl de prestaties daarbij nog altijd uitstekend zijn. Bij het hogere verbruik van de RTX 5090 vergeleken met de RTX 5080 onderscheidt deze kaart zich enkel nog verder.

Ook bij deze MSI RTX 5090 meten we gemiddeld het laagste energieverbruik, terwijl er sprake is van een aardige prestatiewinst van zo’n 4 à 5 procent ten opzichte van de Founders Edition. De prestaties liggen ongeveer op het niveau van de Aorus Master en de ROG Astral. Ook hier geldt dus: als je dit model weet te vinden voor een meerprijs die jij acceptabel vindt, is dit een van de beste, zo niet dé beste RTX 5090. Een uitstekende keuze als je bewust zo’n enorm grote en dikke videokaart zoekt en het uiterlijk je aanspreekt.

Pluspunten

  • Extreem stille koeling

  • Efficiënt stroomverbruik

  • Net iets sneller

Minpunten

  • Zwaar en groot

  • Prijzig

ASUS ROG Astral GeForce RTX 5090 OC

Ook de ASUS ROG Astral lijkt beter uit de verf te komen met een veel hetere RTX 5090-chip erin. ASUS’ gigantische constructie heeft totaal geen probleem met het hogere verbruik en houdt zo’n chip koel én stil. De strijd is hier een stuk spannender tussen de Astral, de Suprim en de Aorus Master: in de praktijk is niet veel verschil tussen de topmodellen van elk merk. Je keuze wordt waarschijnlijk eerder bepaald doordat je een merkvoorkeur hebt of je videokaart graag afstemt op je moederbord en één softwarepakket wil aanhouden,. Stuk voor stuk zijn ze indrukwekkend, het is vooral het uiterlijk waarin ze echt enorm verschillen. En op dat vlak is deze ROG Astral wel een beest van een kaart.

Onze ervaring is dat ROG-kaarten tot de duurdere op de markt behoren en we willen herhalen dat enorme meerprijzen uitgeven voor welke videokaartchip dan ook technisch gezien echt niet nodig is. Maar we hebben een sterk vermoeden dat ASUS deze kaart niet maakt voor mensen die er zo pragmatisch naar kijken, maar vooral voor zijn eigen doelgroep die dit puur koopt omdat het kan.

Pluspunten

  • Fraai uiterlijk

  • Koel en stil

  • Imposante bouwkwaliteit

Minpunten

  • Duur

  • Erg zwaar en groot

MSI GeForce RTX 5090 Suprim Liquid SOC

De Suprim Liquid SOC-variant van MSI is een iets ander beestje dan de overige kaarten: wat compacter met een externe 360mm-radiator en voorzien van waterkoeling. Dat heeft wat voordelen: zo zien we in de testresultaten dat deze kaart zowel de allerstilste als de allerkoelste kan zijn. Een grote radiator voert warmte nu eenmaal beter af. Dat heeft ook voordelen in een behuizing, waarbij je de warmte die gepaard gaat met 500 watt (of meer) energieverbruik direct de kast uitpompt in plaats van die warmte rond te circuleren. Zo zien we dat de cpu-temperatuur in een vergelijkbare opstelling met de Suprim Liquid eenvoudig tien graden (of meer!) lager zijn dan met een luchtgekoelde kaart. Watergekoelde gpu’s zijn niet altijd zinvol, maar met een verbruik van 500 watt of meer toont dit ontwerp absoluut zijn meerwaarde.

De keerzijde is de prijs: dit model wordt nooit goedkoop. Daarnaast is de pomp een mechanisch onderdeel dat kapot kan gaan en lastiger te vervangen is dan een simpele ventilator. Er valt zeker wat te zeggen voor de prestaties van deze kaart en de uitstraling, maar wees je bewust van het risico en de prijs.

Pluspunten

  • Extreem stil én koel

  • Voert warmte direct af

  • Pc zelf koeler

Minpunten

  • Zeer hoge prijs

  • Complexer product

  • Inbouwen lastiger

Conclusie

Zodra de markt stabiliseert, zal de GeForce RTX 5080 de positie van de RTX 4080 (Super) overnemen als dé kaart rond de 1200 euro. Zodra dat het geval is, is ons nuchtere advies om een model rond de basisadviesprijs van Nvidia te zoeken, bijvoorbeeld de Founders Edition of de Palit GamingPro (OC). Ook dergelijke instapmodellen zijn gewoon prima koel en meestal stil genoeg.

Natuurlijk kun je ervoor kiezen om wat extra geld te betalen voor een kaart die echt onhoorbaar is, zeker als je ook werkt op diezelfde pc. Iets wat de Gigabyte Gaming OC, MSI Suprim SOC en ROG Astral allemaal kunnen zijn. Ook kunnen we ons voorstellen dat je wat meer wilt betalen voor een specifiek uiterlijk. Die twee zaken zul je zelf moeten afwegen tegen de meerprijs.

Voor de RTX 5090 geldt eigenlijk hetzelfde. Basismodellen zoals de Founders Edition en de Inno3D X3 zijn dusdanig goed dat alle duurdere modellen onder druk staan. Aan de andere kant zijn alle RTX 5090-kaarten prijzig, dus een kleine meerprijs voor iets luxers valt voor de doelgroep vast te overzien. Aangezien geen enkel premiummodel echt noodzakelijk is, adviseren we hier hetzelfde: denk goed na óf je een luxere uitvoering wilt. Zo ja, pak dan het ontwerp of het merk dat jou aanspreekt en bij de rest van je systeem past. Want als je de kaarten zelf niet naast elkaar kunt testen, is het verschil in de praktijk vaak niet of nauwelijks merkbaar.

▼ Volgende artikel
Review OnePlus Nord 5 – Aantrekkelijk totaalpakket
© Wesley Akkerman
Huis

Review OnePlus Nord 5 – Aantrekkelijk totaalpakket

Met de OnePlus Nord 5 maakt de Chinese fabrikant een aantal opmerkelijke keuzes, die niet iedereen zal bekoren. Maar voor 499 euro haal je nog steeds een toestel in huis dat op veel fronten voldoet aan allerlei eisen. Je haalt daarmee 12 GB aan werkgeheugen en 512 GB aan interne opslagruimte in huis. Hoe bevalt de smartphone na een paar weken gebruik?

Uitstekend
Conclusie

De OnePlus Nord 5 biedt veel waar voor zijn geld. Met zijn snelle hardware, heldere 144 Hz-scherm, verrassend goede camera's (vooral de selfiecamera!) en zes jaar updates is dit een uitstekende midranger. Het gebrek aan een oplader en het plastic frame doen daar verder weinig aan af.

Plus- en minpunten
  • Groot scherm met hoge verversingssnelheid
  • Fijne, capabele processor
  • Genoeg werkgeheugen en opslagruimte
  • Camerasysteem stelt niet teleur
  • Accu houdt het lang vol
  • Nieuwe knop voegt zowaar iets toe
  • Aluminium behuizing is verdwenen
  • AI blijft redelijk beperkt
  • Ontwerp is een beetje blasé

De OnePlus Nord 5 wijkt behoorlijk af van zijn voorganger (de Nord 4) door over te stappen van een metalen unibody naar een polycarbonaat frame en een glazen achterkant. Ondanks die verandering voelt het toestel verrassend solide aan en ligt-ie lekker in de hand. De telefoon kan bovendien tegen een stootje, een spatje en een stofje dankzij Gorilla Glass 7i en een IP65-classificatie. Het toestel is daarnaast beschikbaar in een aantal opvallende en fijne kleurenopties, zoals Marble Sands en Dry Ice. Ook wordt een voorgemonteerde screenprotector meegeleverd.

Een opvallend verschil met eerdere generaties is de komst van de Plus Key, die de vertrouwde en alom geliefde Alert Slider vervangt. Deze programmeerbare knop – vergelijkbaar met Apples Action Button – biedt toegang tot uiteenlopende functies, zoals de camera, zaklamp en de nieuwe Plus Mind AI-functie. We missen de Alert Slider nog steeds, maar de Plus Key is veelzijdiger en draagt bovendien bij aan een betere waterbestendigheid. Goed om te weten: je kunt de knop ook gebruiken zoals je dat deed met die slider, dus de functie is niet helemaal verdwenen.

©Wesley Akkerman

©Wesley Akkerman

Lekker blijven gamen

Het midrange toestel beschikt over een oleddisplay van 144 Hz en is met name ontworpen voor gamers. Hoewel de meeste apps en games op 60 tot 120 Hz draaien, kunnen titels als Call of Duty Mobile wel de volledige 144 Hz benutten. Het scherm is gegroeid naar een royale 6,83 inch en behoudt zijn scherpte, terwijl de helderheid is opgekrikt tot 1400 nits (met een piek van 1800 nits), waardoor je ook buiten in de zon alles goed kunt volgen. De vingerafdruksensor is snel, maar de plaatsing is voor ons gevoel wel een beetje laag.

De dubbele luidsprekers zorgen voor helder stereogeluid, hoewel de bas wat aan de magere kant is (logisch gezien het formaat van het toestel). Een oplader is niet in de doos inbegrepen, geheel volgens EU-regelgeving. Op het gebied van accu en opladen biedt de Nord 5 een batterij van 5200 mAh, met 80W-snelladen. Desondanks levert de telefoon anderhalve dag accuduur bij gemiddeld gebruik. Een welkome toevoeging is bypass-opladen, dat de batterij beschermt tegen overmatig opladen en oververhitting, zodat je lekker kunt blijven gamen.

©Wesley Akkerman

Snelle processor en software

Dat laatste lukt trouwens ook prima door de aanwezigheid van de Snapdragon 8s Gen 3-chipset, een zeer capabele midrange-processor. In het dagelijks gebruik merk je dat op verschillende momenten: apps openen snel en multitasken verloopt soepel. Zelfs veeleisende 3D-games vertonen geen kuren, ook niet bij hoge grafische instellingen. Bovendien komt hier die 144Hz-verversingssnelheid van pas. Het grote Cryo-Velocity VC-koelsysteem zorgt ervoor dat de telefoon koel blijft, zelfs tijdens langere gamesessies, waardoor je je nooit zorgen hoeft te maken over een oververhitte telefoon.

Aan de voorkant heb je te maken met Android 15 met daaroverheen OxygenOS 15, dit keer voorzien van OnePlus AI. Daarmee krijg je toegang tot de AI Plus Hub, die dient als centraal punt voor geheugensteuntjes (vergelijkbaar met wat de Nothing Phone 3a doet). Met de functie Geheugenruimte sla je eenvoudig scherminformatie op via de Plus-toets, terwijl je via AI Search snel functies en andere zaken opzoekt. Verder is er nog een vertaalfunctie, die niet in het Nederlands werkt, evenals zaken als Google Gemini en natuurlijk Circle to Search.

Ook heel fijn: het toestel krijgt zes jaar aan Android-upgrades en -beveiligingsupdates.

1x

2x

Competitieve camerakwaliteit

De camera van de OnePlus Nord 5 biedt een aanzienlijke upgrade aan de achterzijde. De hoofdcamera beschikt nu over een grotere sensor van 50 megapixel en profiteert van dezelfde geavanceerde beeldverwerkingsalgoritmen als het vlaggenschip. Dat zorgt voor indrukwekkende foto's met accurate en dynamische kleuren, vooral bij goede lichtomstandigheden. De telefoon heeft daarnaast een ultragroothoeklens van 8 megapixel, hoewel de kwaliteit daarvan iets minder is. Ook in het donker presteert de camera relatief sterk dankzij een effectieve avondmodus.

De midranger maakt tot slot indruk met zijn selfiecamera. Ten opzichte van de Nord 4 is dit een van de grootste verbeteringen. De frontcamera beschikt over een 50 megapixelsensor met autofocus en levert behoorlijk wat detail en kleurrijkheid, zelfs bij weinig licht. Hoewel de portretmodus nog wat steken laat vallen in randdetectie, blijft over het algemeen de boodschap hangen dat de camera-ervaring voor deze prijsklasse behoorlijk competitief is, met de frontcamera als topper. Beter dan de Pixel 9a is-ie niet, maar Google opereert dan ook in een klasse apart.

0,5x

1x

2x

OnePlus Nord 5 kopen?

De OnePlus Nord 5 biedt al met al een aantrekkelijk totaalpakket, ondanks enkele opmerkelijke keuzes. Het toestel voelt met zijn polycarbonaat frame en glazen achterkant solide aan, ook al is het jammer dat de metalen unibody het veld heeft geruimd. De overstap van de Alert Slider naar de veelzijdiger Plus Key is even wennen, maar de geliefde functionaliteit blijft behouden. De combinatie van een 144 Hz oledscherm, een krachtige Snapdragon 8s Gen 3-chipset en efficiënte koeling maakt de Nord 5 uitermate geschikt voor gaming en dagelijks gebruik.

Bovendien onderscheidt de Nord 5 zich met zijn competitieve camerakwaliteit, met name de indrukwekkende selfiecamera met autofocus die bij weinig licht uitstekende resultaten levert. De hoofdcamera aan de achterzijde profiteert van geavanceerde algoritmen voor accurate en dynamische kleuren. Met Android 15 en OxygenOS 15 inclusief AI-functies zoals Plus Mind, en de belofte van zes jaar updates, biedt de Nord 5 veel waar voor zijn geld. Ondanks het gebrek aan een meegeleverde oplader en wat kleine tekortkomingen, is de OnePlus Nord 5 zeker de moeite waard voor 499 euro.

▼ Volgende artikel
Review Philips Tafelgrill – Grilt oké, maar is geen bbq-killer
© Philips
Huis

Review Philips Tafelgrill – Grilt oké, maar is geen bbq-killer

Tafelgrills zijn er in allerlei soorten en maten. Philips lanceert nu een tafelgrill met rook- en aroma diffuser, ludiek gepromoot als serieuze kanshebber om de traditionele barbecue te vervangen. Kan de bbq naar de milieustraat of is het gewoon een slim staaltje seizoensgebonden marketing?

Goed
Conclusie

Als tafelgrill is dit een prima apparaat: groot, degelijk en voorzien van voldoende vermogen om vlees, vis en groente snel en goed te grillen. Maar als vervanger van een échte barbecue is hij minder overtuigend. De rookfunctie werkt traag, is matig effectief en kost relatief veel energie. De toevoegingen zoals het kruidenvak zijn aardig bedacht, maar voegen in de praktijk weinig toe. Zoek je een fijne grillplaat voor aan tafel? Dan zit je goed. Verwacht je de smaak en beleving van een echte barbecue? Dan is dit niet wat je zoekt.

Plus- en minpunten
  • Ruim grilloppervlak: ideaal voor meerdere eters
  • Bakplaat en deksel mogen in de vaatwasser
  • Vetopvangbakje werkt goed
  • Verschillende temperatuurstanden
  • Wordt snel heet
  • Groot en zwaar, niet makkelijk op te bergen
  • Deksel beslaat tijdens gebruik
  • Rookaroma beperkt effectief
  • Warmteverdeling niet gelijkmatig
  • Handleiding is summier, mist uitleg over extra functies

De Philips Tafelgrill belooft het gemak van barbecueën aan tafel. Geen gedoe met kolen of aanmaakblokjes, maar gewoon de stekker in het stopcontact en grillen maar. Met een groot grilloppervlak, verschillende temperatuurstanden en een aroma infuser voor rookaroma presenteert Philips dit apparaat als een slimme oplossing voor lange zomeravonden met goed gezelschap. Maar hoe goed werkt het in de praktijk?

©Philips

Eerste indruk: groot apparaat, weinig uitleg

Deze tafelgrill is een flink exemplaar dat in een enorme doos wordt geleverd. Eenmaal uitgepakt meet hij 47,3 bij 36,3 centimeter, en hij is 15,8 cm hoog. Met 6,37 kilo is dit apparaat ook geen lichtgewicht te noemen. Op ons aanrecht neemt hij behoorlijk wat plek in. Het apparaat bestaat uit een onderstel met draaiknoppen voor de verschillende standen (1 tot en met 5), een grillplaat die links vlak is en rechts richels heeft, een geïntegreerd vetopvangbakje, een glazen deksel dat je los kunt halen, en uiteraard een snoer. Links achter in de grillplaat zit een uitneembaar metalen bakje voor houtsnippers, rechts een uitsparing voor het toevoegen van aroma's.

Net als bij de airfryer die we onlangs testten, valt bij het uitpakken op dat de handleiding zeer summier is. Alleen een enorm vel met basis-instructies in meerdere talen. Nu is de bediening ook niet zo ingewikkeld: stekker erin, knop op de juiste stand zetten, wachten tot de plaat warm is en het opwarmlampje uitgaat… Maar toch: geen woord over de werking van het rookbakje en de aroma-uitsparing.

Wat zoeken op internet levert nog enkele praktische tips op. Maar waarom er dan niks gemeld wordt over uitgerekend de functies waarmee deze tafelgrill zich onderscheidt? Het is me een raadsel, en ook wel een gemiste kans. Als ik Philips was, zou ik er wat tips voor de aroma's of een kleine verpakking houtchips bij de tafelgrill hebben gedaan. Immers, vooral mensen met een grote kolenbarbecue hebben standaard houtsnippers bedoeld voor het grillen in huis.

©Philips

De werking: simpel, maar niet perfect

Het is niet veel moeilijker dan in de vorige paragraaf uitgelegd. Aanzetten, wachten tot hij warm is, grillen. Het deksel kun je naar wens sluiten of van de grill afhalen. Het voordeel van een gesloten deksel is dat de warmte beter blijft hangen. Als je houtsnippers gebruikt, is het zelfs een must, anders gaat het om het apparaat heen weliswaar lekker ruiken, maar gebeurt er niks qua rook en eten.

Als het deksel tijdens het grillen gesloten blijft, kun je door het glas heen het garingsproces volgen. Althans, in theorie. In de praktijk beslaat het glas door opstijgend vocht uit het eten en wordt het deksel snel vies door vetspetters en opspattende marinade. We komen hier verderop bij het gedeelte over schoonmaken nog op terug.

©Saskia van Weert

Er zitten twee lampjes aan de voorzijde van de grill. Het bovenste lampje brandt tijdens het opwarmen en dooft als de plaat op temperatuur is, het onderste lampje brandt zolang de stekker in het stopcontact zit continu. De functie hiervan ontgaat me; mogelijk is het een handige reminder om de stekker uit het contact te trekken als je klaar bent met grillen.

Houd je bakplaat krasvrij met siliconen keukentangen

Gebruik ze voor omkeren en oppakken van je vlees en groenten!

Hoe gaat het grillen?

De plaat warmt betrekkelijk snel op, wat ook wel mag gezien het vermogen van maximaal 2400 watt. Een eerste test was het grillen van met olie ingesmeerde schijfjes courgette. Toen we die na een paar minuten omdraaiden, bleek dat de warmteverdeling niet helemaal gelijkmatig is. In het midden, waar de vlakke plaat en de ribbelplaat bij elkaar komen, is de plaat het warmst en naar de buitenranden toe beduidend minder.

Dat is een behoorlijk nadeel dat ook tijdens latere bereidingen duidelijk naar voren kwam. Het komt erop neer dat je je vlees of groenten tijdens het grillen over de plaat moet verplaatsen om te zorgen dat alles op dezelfde manier gaart. Met enige goede wil kun je stellen dat je het verschijnsel kunt gebruiken om zaken die langzamer moeten garen aan de randen te leggen, maar het hele idee van het gemak van een tafelgrill is nu juist dat je niet hoeft te schuiven en na te denken.

©Saskia van Weert

De rookdiffuser en aroma-uitsparing

De tafelgrill wordt gepromoot als een gebruiksvriendelijk alternatief voor een barbecue, doordat er onder meer de optie is om tijdens het grillen houtsnippers in een metalen bakje te doen. De gedachte is dat de houtsnippers door de warmte gaan gloeien, daardoor gaan roken en je eten daarmee een rookaroma geven. Daar kunnen we kort over zijn: dat werkt niet goed.

Ten eerste duurt het best een tijd voordat de snippers geur afgeven. In die tijd staat de plaat aan, maar bereid je nog niets. Ten tweede zijn tafelgrills nu bij uitstek geschikt voor vlees en groenten die niet lang gegrild hoeven te worden. Laten we zeggen maximaal 10 minuten voor hamburgers. Het vlees ligt er daarmee niet lang genoeg op om een rooksmaak te krijgen, en het houtbakje is erg klein, dus er komt hoe dan ook niet veel rook uit. Het bakje verkleurt na de eerste keer gebruik met houtsnippers overigens meteen zwart. Het ruikt in huis wel lekker door de houtsnippers, maar voor het eten doet het weinig tot niets.

Dan de aroma-uitsparing. We hebben deze functie getest met een takje rozemarijn. Ook hier geen effect: de rozemarijn was na het grillen verkoold, maar een noemenswaardig effect op de maaltijd bleef helaas uit.

©Philips

Het schoonmaken: veel onderdelen, groot formaat

De grillplaat en het deksel zijn afneembaar. Als alles is afgekoeld, kunnen ze allebei in de vaatwasser. Dat gaat inderdaad goed, ware het niet dat er door de afmetingen van de onderdelen in een gemiddelde vaatwasser verder weinig bij past. Onder de kraan afspoelen met een sopje gaat gelukkig ook goed. Het deksel schoonmaken vergt wat meer beleid; wie op de hand afwast kan het glas nadien nog afnemen met glasreiniger en wat keukenpapier. Dat leverde hier het mooiste resultaat op.

Onder in de tafelgrill zit een bakje waarin het vet wordt opgevangen. Omdat de plaat wat schuin naar voren afloopt, werkt dat inderdaad goed. Bij normaal gebruik blijven vet en marinade op de plaat liggen, maar bij heel vette of vochtige bereidingen haal je na gebruik het bakje eruit en veeg je overtollig vet weg met keukenpapier, waarna je het bakje kunt schoonmaken in de vaatwasser of gootsteen.

Conclusie: fijne tafelgrill, geen BBQ-vervanger

Als tafelgrill is dit een prima apparaat: groot, degelijk en voorzien van voldoende vermogen om vlees, vis en groente snel en goed te grillen. Maar als vervanger van een echte barbecue is het minder overtuigend. De rookfunctie werkt traag, is matig effectief en kost relatief veel energie. De toevoegingen zoals het kruidenvak zijn aardig bedacht, maar voegen in de praktijk weinig toe. Zoek je een fijne grillplaat voor aan tafel? Dan zit je goed. Verwacht je de smaak en beleving van een echte barbecue? Dan is dit niet wat je zoekt.