ID.nl logo
Tips en trucs voor je externe harde schijf
© PXimport
Zekerheid & gemak

Tips en trucs voor je externe harde schijf

Een externe schijf is reuzehandig wanneer je bestanden mobiel wilt opslaan. Je prikt dit opslagstation in een willekeurige pc of laptop zodat je bij je persoonlijke data kunt. Een keuze maken voor een nieuwe externe schijf is vanwege het overweldigende aanbod nogal lastig. Met dit artikel helpen we je eindje op weg bij het uitzoeken van een externe harde schijf, zodat je precies weet op welke specificaties je moet letten.

Tip 01: Formaat

Allereerst is het formaat van de externe schijf een belangrijke factor. Wil je het mobiele opslagstation graag meenemen? In dat geval is een kleine behuizing natuurlijk een groot voordeel. Geen probleem, want er zijn allerlei portable schijven verkrijgbaar die zich laten voeden door de usb-poort van de computer of smart-tv. In de behuizing zit dan een compacte en energiezuinige 2,5inch-schijf verwerkt. Als je de externe schijf voornamelijk op één plek gebruikt, kun je ook een forser exemplaar overwegen die werkt op netvoeding. Hierin zit dan een 3,5inch-schijf verwerkt. Een voordeel is dat de lees- en schrijfsnelheid van grote schijven doorgaans hoger is, aangezien er meer energie beschikbaar is. Voorwaarde is natuurlijk wel dat er in de buurt altijd een stopcontact vrij is. Bovendien zijn externe 3,5inch-schijven in de meeste gevallen naar verhouding goedkoper dan portable 2,5inch-schijven, aangezien je per gigabyte een lager bedrag betaalt. Houd naast een groter formaat overigens ook rekening met een hoger gewicht.

©PXimport

Tip 02: Opslagcapaciteit

Zodra je het formaat hebt bepaald, stel je de gewenste opslagcapaciteit vast. Hoe meer GB’s de schijf kan herbergen, hoe meer geld je betaalt. Voor de opslag van foto’s en vooral video’s is een flinke opslagcapaciteit geen overbodige luxe. Voor het bewaren van documenten kun je wellicht met minder GB’s uit de voeten. Bij de aanschaf van een externe 2,5inch-schijf heb je grofweg keuze uit producten met een capaciteit tussen de 1 en 5 TB. Overigens bestaan er ook nog compacte opslagstations met minder dan 1 TB ruimte, al worden die wel steeds zeldzamer. In het geval van externe 3,5inch-schijven bestaat het huidige aanbod uit producten met 2 tot en met 10 TB bestandsopslag. Let hierbij wel goed op: sommige fabrikanten pochen met een externe schijf van 8 TB, waar in werkelijkheid twee opslagdragers van elk 4 TB zitten verwerkt. Dat resulteert in een veel grotere behuizing. Middels deze duo-constructie zijn er in de handel ook externe schijven met meer dan 10 TB dataopslag verkrijgbaar. Ons advies: wie uitkomt op een product met twee of meer schijven, kiest het best voor een nas (zie kader).

©PXimport

Nas

Een nas laat zich het best omschrijven als een externe schijf met een eigen besturingssysteem. Doordat dit apparaat met een ethernetkabel is aangesloten op het thuisnetwerk, kun je met elke computer bij je bestanden komen. Ideaal voor wie thuis een centrale en veilige opslagplaats voor belangrijke bestanden wenst. Aangezien een nas ook applicaties kan draaien, biedt dit apparaat bovendien veel meer functionaliteit dan een reguliere externe schijf. Zo stream je bijvoorbeeld mediabestanden naar een smart-tv en sla je bewakingsbeelden van ip-camera’s automatisch op. Bij de duurdere modellen kun je meestal meerdere 3,5inch-schijven in de behuizing kwijt.

©PXimport

Tip 03: Schijfsnelheid

Een harde schijf bestaat uit meerdere roterende lagen (platters) die meestal op een vast toerental draaien. Fabrikanten drukken deze waarde uit in rpm (rotaties per minuut). Het toerental is essentieel voor de snelheid van een 2,5- of 3,5inch-schijf. Hoe hoger de rotatiesnelheid, hoe minder tijd de schijf nodig heeft om gegevens uit te lezen en op te slaan. De meeste externe 2,5inch-schijven hebben een toerental van 5400 rpm. Aangezien 3,5inch-schijven toegang hebben tot meer stroom, ondersteunen ze vaak een iets hogere rotatiesnelheid van 7200 rpm. Let hierbij wel op, want er zijn ook 3,5inch-schijven met een toerental van 5400 of 5900 rpm te koop. Die zijn weliswaar energiezuiniger, maar bieden ook een lagere lees- en schrijfsnelheid. Het voordeel hiervan is wel weer dat de schijf minder heet wordt, waardoor de kans op een langere levensduur toeneemt.

Tip 04: Usb-standaard

Je sluit de schijf via een usb-poort sluit aan op de computer. Naast het toerental heeft ook de gebruikte usb-standaard veel invloed op de snelheidsprestaties. Veruit de meeste producten hebben een usb3.0-connector, waarbij er een theoretische doorvoersnelheid van 5 Gbit/s haalbaar is. De nieuwste producten hebben een usb3.1-aansluiting, waarvoor een maximale doorvoersnelheid van 10 Gbit/s geldt. Houd er wel rekening mee dat je op de computer een geschikte usb-poort nodig hebt om te profiteren van een hogere usb-standaard. Laat je overigens niet afschrikken wanneer jouw pc of laptop louter usb2.0-poorten bevat. Hierop sluit je probleemloos een usb3.0-schijf aan, al is de snelheid dan wel beperkt tot maximaal 480 Mbit/s.

©PXimport

Tip 05: Usb-c

Om de keuze nog iets lastiger te maken, leveren sommige fabrikanten een usb-kabel met een kleinere connector mee. Dit betreft een usb-c-kabel. Uiteraard kun je die alleen aansluiten wanneer je computer een usb-c-aansluiting bevat. Een voordeel is dat dit aansluitingtype de usb3.1-standaard ondersteunt, zodat je profiteert van een hogere overdrachtssnelheid. Controleer in de specificaties wel altijd welke usb-standaard er maximaal wordt ondersteund, want dat kan net zo goed usb 2.0 of usb 3.0 zijn. Verder kun je in tegenstelling tot de traditionele usb-a-poort deze nieuwe usb-aansluiting niet verkeerd aansluiten. Een ander voordeel is dat je de schijf rechtstreeks aan een smartphone of tablet kunt koppelen, mits het mobiele toestel een usb-c-poort heeft. Een gunstige ontwikkeling is dat steeds meer apparaten voorzien zijn van een usb-c-aansluiting. Nuttig om te weten is dat de usb-c-connector naast de usb-standaard nog meer protocols ondersteund, zoals thunderbolt 3 (zie kader). Bovendien gebruik je deze connector ook om mobiele apparatuur op te laden, mits de externe schijf deze functie ondersteunt. Heeft jouw computer geen usb-c? Geen nood, want bij de meeste externe schijven zit een verloopkabel waarmee je het opslagstation alsnog op een reguliere usb-poort kunt aansluiten.

©PXimport

Steeds meer apparaten bevatten tegenwoordig een moderne usb-c-aansluiting

-

Thunderbolt 3

Sommige harde schijven ondersteunen het thunderbolt3-protocol. Deze standaard is vooral bekend onder bezitters van een recente Mac of MacBook. Opvallend is dat het protocol gebruikmaakt van een usb-c-connector. Het voornaamste speerpunt is een hogere doorvoersnelheid van maximaal 40 Gbit/s. Met name LaCie ontwikkelt veel externe schijven die zowel thunderbolt 3 als usb-c ondersteunen. Overigens ontwerpt deze fabrikant ook nog producten met een thunderbolt2-aansluiting.

©PXimport

Tip 06: Behuizing

Tussen externe harde schijven zit veel kwaliteitsverschil in de behuizing. Goedkope producten hebben doorgaans een buitenkant van kunststof. Die kun je veelal indeuken, waardoor deze schijven extra gevoelig zijn voor val- en stootschade. Ben je bereid om meer geld te investeren, kies dan een exemplaar met een aluminium buitenkant. Die kunnen over het algemeen wel een stootje hebben. Wil je het helemaal serieus aanpakken, dan zijn er ook nog externe schijven met rubber bescherming te koop. De Rugged-reeks van LaCie is daar een bekend voorbeeld van. Deze producten zijn (spat)water-, val- en schokbestendig, waardoor ze zeer geschikt zijn voor buitenshuis gebruik op bijvoorbeeld een camping.

Tip 07: Software

Veel mensen gebruiken een externe schijf om een back-up van hun bestanden te bewaren. Bekende fabrikanten als Toshiba, Western Digital, LaCie en Seagate voegen om die reden speciale software mee om kopieën van bestanden te maken. Hiermee bepaal je bijvoorbeeld dat je elke dag op een vast tijdstip een back-up naar de externe schijf wilt wegschrijven. Western Digital voegt bij bepaalde producten bijvoorbeeld Acronis True Image toe, waarmee je een back-up van het complete systeem kunt maken.

Overigens is het niet verplicht om de bijgesloten software te gebruiken. Je laat de externe schijf namelijk ook moeiteloos samenwerken met andere back-upprogramma’s. Naast back-upsoftware leveren fabrikanten bij de betere schijven ook een beveiligingsprogramma mee, zodat je de inhoud desgewenst afschermt met een wachtwoord. Door de data te versleutelen hebben onbevoegden geen toegang tot de bestanden.

©PXimport

Tip 08: Externe ssd

Speelt geld geen rol en wens je maximale snelheid? Dan is een externe ssd (solid state drive) iets voor jou. Zo’n opslagstation bevat in tegenstelling tot reguliere 2,5inch- en 3,5inch-schijven geen roterende onderdelen om de gewenste bestanden te zoeken, waardoor wachttijden te verwaarlozen zijn. Dit merk je bijvoorbeeld met name wanneer je een besturingssysteem vanaf een ssd opstart, maar bijvoorbeeld ook zodra je een zwaar videobestand opent. Vanwege het gebrek aan bewegende onderdelen zijn externe ssd’s bovendien erg duurzaam en maken ze amper geluid. Een ander voordeel is dat de behuizing niet veel groter is dan een stapeltje bankpasjes, zodat je deze externe opslagdrager gemakkelijk meeneemt. Houd wel rekening met een forse aanschafprijs. Daarnaast is de opslagcapaciteit beperkt tot maximaal 2 TB. Merken die externe ssd’s ontwikkelen, zijn onder meer Western Digital, SanDisk, LaCie en Samsung. Vooral de Portable SSD T5-lijn van Samsung is bekend, waarbij de 2TB-versie een adviesprijs heeft van maar liefst 909,99 euro. Laat je hierdoor overigens niet afschrikken, want de 250GB-versie is met een adviesprijs van 149,99 euro een stuk vriendelijker geprijsd.

©PXimport

Wie maximale snelheid wenst, kiest het best voor een externe ssd

-

Kooptips

Op zoek naar een betrouwbare harde schijf? Hieronder vind je drie interessante koopsuggesties:

WD My Passport Ultra

Prijs: € 84,99 / € 109,99 / € 144,99 / € 159,99 De WD My Passport Ultra is met 1, 2, 3 en 4 TB opslag verkrijgbaar. Het betreft een 2,5inch-exemplaar. Als eerste valt het luxe design op, waarbij geïnteresseerden keuze hebben tussen de kleurstellingen wit-goud en grijs-zwart. Zoals je van een portable schijf mag verwachten, zijn de afmetingen met 11 × 8,15 × 1,35 centimeter (l × b × h) beperkt. Overigens zijn de versies met 3 en 4 TB wel iets hoger, namelijk 2,15 centimeter. Via een usb3.0-aansluiting koppel je het apparaat aan een computer of smart-tv. Fijn is dat Western Digital software meelevert om back-ups te maken. Het is zelfs mogelijk om je gegevens hardwarematig te versleutelen, zodat niemand anders bij je data kan komen.

WD Elements Desktop

Prijs: € 99,99 / € 119,99 / € 139,99 / € 169,99 Western Digital staat al sinds jaar en dag bekend om het ontwikkelen van betrouwbare schijven en de Elements Desktop-reeks is daar een bekend voorbeeld van. Deze externe 3,5inch-schijf is dan ook bij zo’n beetje elke elektronicawinkel te koop. Je hebt keuze tussen 2, 3, 4 en 5 TB opslag. De behuizing is wat forser vergeleken met die van veel andere externe schijven, waardoor je de Elements Desktop rechtop kunt neerzetten. De verbinding met de pc verloopt via usb 3.0. Daarnaast is er een ingang voor het netsnoer.

©PXimport

Seagate Backup Portable

Prijs: € 144,99 / € 164,99 Seagate is een van de weinige fabrikanten die externe 2,5inch-schijven van 5 TB produceert. Voor twintig euro minder is de Backup Portable overigens ook met een capaciteit van 4 TB verkrijgbaar. Het product is voorzien van een usb3.0-aansluiting en Seagate levert back-upsoftware mee. Dankzij de 2,5inch-formfactor is de behuizing erg compact, namelijk 11,45 × 7,8 × 2,05 centimeter (l × b × h). Met een gewicht van 247 gram is deze schijf bovendien niet al te zwaar. De Backup Portable is te koop in vier kleurstellingen, namelijk blauw, rood, zilver en zwart.

▼ Volgende artikel
Luchtbevochtiger, luchtontvochtiger of luchtreiniger: wat helpt het best bij hooikoorts?
© wayhome.studio
Energie

Luchtbevochtiger, luchtontvochtiger of luchtreiniger: wat helpt het best bij hooikoorts?

Onophoudelijke niesbuien, branderige ogen en een niet te tackelen vermoeidheid: voor hooikoortspatiënten is de lente lang niet altijd een pretje. Gelukkig zijn er apparaten die je klachten kunnen verlichten. Wij vertellen je wat het beste werkt: een luchtbevochtiger, luchtontvochtiger of luchtreiniger.

In het kort: Een luchtbevochtiger voegt vocht toe aan een ruimte. Dat is nuttig bij hooikoorts, zou je denken, want door vocht komen pollen naar beneden. Maar een luchtontvochtiger voorkomt schimmel en huisstofmijt in huis, wat ook nuttig kan zijn bij allergische klachten. En dan is er nog de luchtreiniger, die onzuiverheden uit de lucht haalt. Dus: welk van de drie apparaten moet je nu in huis halen? In dit artikel leggen we dat allemaal uit.

Lees ook: Hatsjoe! 💦 Last van hooikoorts? Deze apparaten kunnen je klachten verminderen

Hooikoorts is een allergische reactie op pollen, oftewel stuifmeel van grassen, planten of bomen. Wanneer de temperaturen beginnen te stijgen en de natuur na een koude winter tot bloei komt, verspreiden deze pollen zich via wind in een rap tempo door de lucht. Wie dan op een zonnige dag de deuren en ramen open zet, kan rekenen op een ontelbare hoeveelheid ronddwarrelende pollen in huis. Dat zorgt niet alleen overdag voor vervelende hooikoortsklachten binnenshuis, maar ook je nachtrust kan er flink onder lijden.

Om allergische klachten in huis te verlichten, kun je een aantal dingen doen. Horren plaatsen voor deuren en ramen bijvoorbeeld: die houden een deel van de pollen tegen, maar helaas niet alle. Ook met regelmatig stofzuigen haal je een deel van de pollen weg, al geldt dat alleen voor de pollen die al op de grond liggen. Om pollen uit de lucht te verwijderen, kun je een luchtreiniger overwegen. Dit apparaat trekt stof en pollen uit de lucht en blaast vervolgens schone lucht de ruimte in. Ook een luchtbevochtiger of luchtontvochtiger kan helpen bij hooikoortsklachten, afhankelijk van de luchtvochtigheid in je woning en jouw specifieke allergieën.

Luchtbevochtiger

Te droge lucht in huis is absoluut niet fijn bij hooikoorts. Droge lucht veroorzaakt irritatie aan de slijmvliezen, waardoor deze minder goed in staat zijn om stofdeeltjes en allergenen te weren. Bestaande hooikoortsklachten, zoals droge ogen, een kriebelkeel en benauwdheid, kunnen daardoor erger aanvoelen. Bovendien kunnen pollen in een droge ruimte makkelijker blijven rondzweven dan in een goed bevochtigde ruimte. Ga maar na: hoe minder regen er valt, hoe heviger je hooikoortsklachten (waarschijnlijk) zijn. Dat komt omdat pollen er zonder regen langer over doen om naar beneden te komen en je ze dus makkelijker blijft inademen.

©HN Works

Het voordeel van een luchtbevochtiger lijkt dus tweeledig: het vermindert klachten door geïrriteerde slijmvliezen én het voorkomt dat pollen in huis blijven circuleren. Toch zijn luchtbevochtigers meestal niet de eerste keuze als het om hooikoorts gaat. Hun vermogen om pollen daadwerkelijk uit de lucht te halen lijkt beperkt, en bovendien zijn huizen in de lente en zomer – wanneer hooikoortsklachten het ergst zijn – vaak eerder te vochtig dan te droog. Plaats je een luchtbevochtiger in een al vochtig huis, dan kunnen allergische klachten door een toename van schimmels juist verergeren. Een luchtbevochtiger heeft alleen zin bij hooikoortsklachten als de luchtvochtigheid in je woning lager is dan 40 procent. Met een hygrometer kun je dit eenvoudig meten. 

Luchtontvochtiger

Omdat warme lucht vocht vasthoudt, hebben veel huizen in de lente en zomer last van een te hoge luchtvochtigheid. Huisstofmijt en schimmels zijn dol op vochtige omgevingen, wat bijvoorbeeld verklaart waarom je in de zomer doorgaans meer schimmelplekken in huis opmerkt. Voor hooikoortspatiënten is dat helaas (extra) slecht nieuws. Vaak reageert hun overgevoelige immuunsysteem niet alleen op pollen, maar ook op schimmelsporen, mijten en dierenharen. Die combinatie van allergenen zorgt dan voor een extra belasting van het immuunsysteem, waardoor hooikoortsklachten kunnen verergeren. 

Een luchtontvochtiger onttrekt vocht uit de lucht en lijkt dus een goede keuze als je met hooikoorts én een te vochtige woning kampt. Toch kent ook dit apparaat zijn beperkingen als het om hooikoorts gaat. Zo filtert een luchtontvochtiger geen pollen uit de lucht zoals een luchtreiniger dat doet. Daarnaast werkt een luchtontvochtiger alleen als de luchtvochtigheid in huis daadwerkelijk te hoog is, oftewel meer dan 60 procent. Is dat niet het geval, dan loop je het risico dat de lucht in huis juist te droog wordt, waardoor klachten als benauwdheid en een droge keel alleen maar verergeren.

©Sue Tansirimas

Luchtreiniger

Er is één apparaat waar vrijwel iedere hooikoortspatiënt baat bij heeft: de luchtreiniger. Luchtreinigers zijn speciaal ontwikkeld om stof, pollen en andere allergenen uit de lucht te halen. Dat doen ze door verontreinigde lucht aan te zuigen, deze te filteren en vervolgens weer schone lucht uit te blazen. Er zijn verschillende soorten luchtreinigers met elk hun eigen werking, dus als hooikoortspatiënt is het goed om extra aandacht te besteden aan wat voor type luchtreiniger je in huis haalt.

Kies in elk geval een luchtreiniger met HEPA-filter. Dit type filter haalt zelfs de kleinste stofdeeltjes en pollen uit de lucht én voorkomt dat deze opnieuw de lucht in worden geblazen. Ook nuttig bij hooikoortsklachten is een luchtreiniger met ionisator: die voegt negatief geladen deeltjes toe aan de lucht, waardoor pollen onschadelijk worden gemaakt en naar beneden vallen. Met een ionisator is de kans heel klein dat er toch nog pollen in de lucht blijven zweven.

Of kies beide

Soms is een combinatie van apparaten het beste om je hooikoortsklachten aan te pakken. Is de lucht in jouw woning te droog? Zet dan een luchtreiniger én luchtbevochtiger neer. Bij een te hoge vochtigheid kies je voor een luchtreiniger en luchtontvochtiger. Zo pak je het probleem aan twee kanten aan en zul je waarschijnlijk de meeste verlichting merken.

▼ Volgende artikel
Sapcentrifuge versus slowjuicer: welke moet je kiezen?
© africaimages.com (Olga Yastremska, Africa Images)
Huis

Sapcentrifuge versus slowjuicer: welke moet je kiezen?

Als je gezonde verse sapjes wilt maken, heb je een sapcentrifuge of slowjuicer nodig. Hoewel deze apparaten op het eerste gezicht erg op elkaar lijken, zijn ze zeker niet hetzelfde. Weet je niet welk van de twee je moet kiezen? Wij helpen je op weg! 

In het kort: twijfel je tussen een sapcentrifuge en een slowjuicer? Beide apparaten maken gezonde sapjes, maar werken heel anders. Daardoor is het sap uit het ene apparaat gezonder dan het sap uit het andere. Ook het soort ingrediënten dat je in sapcentrifuges en slowjuicers kunt verwerken, verschilt. In dit artikel leggen we het allemaal uit.

Lees ook: 7 fruitsoorten die je het beste kunt eten als je wilt afvallen

Voor de duidelijkheid: er is een verschil tussen sapjes en smoothies. Smoothies maak je met een blender en bestaan meestal uit gepureerd fruit met een vloeistof, zoals water, melk of yoghurt. Omdat in een blender hele stukken fruit of groenten worden verwerkt, is de structuur van een smoothie wat dikker. Een sapje is daarentegen vloeibaar en vaak helder. Je maakt het met een sapcentrifuge of slowjuicer. Het verschil tussen die twee? Een sapcentrifuge creëert helder sap met weinig vezels, een slowjuicer maakt geconcentreerd sap waarin de vezels behouden blijven. Daardoor is het sap uit een slowjuicer iets gezonder, maar een slowjuicer is ook duurder. Daarnaast vindt niet iedereen het sap uit een slowjuicer vanwege de vezelige structuur even lekker. 

Benieuwd naar de grootste verschillen tussen sapcentrifuges en slowjuicers? Dit zijn ze! 

Werking

Sapcentrifuges en slowjuicers persen beide op een andere manier. In een sapcentrifuge zit een rasp die snel ronddraait. Gooi je een stuk fruit in de vulopening, dan begint de rasp te draaien en wordt het sap uit het fruit geperst. De natte pulp die daarbij overblijft, wordt van het sap gescheiden. Het resultaat is een helder gekleurd sapje waar je bijna doorheen kunt kijken. Een sapcentrifuge werkt heel snel; binnen enkele seconden tot een minuut staat er een heerlijk vitaminebommetje voor je klaar. En dankzij de brede vulopening hoef je je fruit en groenten niet eerst te snijden – ook wel zo makkelijk. 

©279photo

Een slowjuicer is, zoals de naam al zegt, een stuk minder snel. In dit apparaat worden ingrediënten heel langzaam gekneusd met een vijzel. Op die manier komt er tijdens het persen minder warmte en oxidatie vrij, waardoor vitaminen, vezels en antioxidanten zo goed mogelijk behouden blijven. Daardoor blijft er ook iets meer pulp in het sap van een slowjuicer achter dan in het sap van een sapcentrifuge. Een slowjuicer vergt door zijn kleine vulopening daarnaast iets meer voorbereidend werk; je moet je groenten en fruit eerst in grove stukken snijden voordat je ze in het apparaat stopt. Maar daar krijg je dus wel wat voor terug: een sapje bomvol vitaminen en vezels. 

Soorten groenten en fruit 

Een ander voordeel aan slowjuicers is dat je er heel veel kanten mee op kunt. De vijzel in een slowjuicer werkt namelijk zo krachtig en zorgvuldig dat hij zelfs uit de meest vochtarme groenten en fruit sap weet te persen. Je kunt met een (goede) slowjuicer dus ook sap maken uit bladgroenten en bananen. Als je wilt, kun je er zelfs notenpasta mee maken. Een sapcentrifuge krijgt door zijn snelle en lichtere werking alleen sap uit groenten en fruit met een hoog vochtgehalte, zoals appels, sinaasappelen en bleekselderij. 

Gezondheid

Zoals gezegd is het sap uit een slowjuicer iets gezonder dan het sap uit een sapcentrifuge. Dat komt omdat in het sap uit een slowjuicer naast de vitaminen ook de vezels beter behouden blijven. Vezels zijn goed voor de spijsvertering en zorgen voor een langzamere opname van de natuurlijke suikers in fruit, waardoor de bloedsuikerspiegel stabiel blijft. Maar dat betekent niet dat het sap uit een sapcentrifuge helemaal niet gezond is. Je profiteert immers nog steeds van de vele vitaminen en antioxidanten. En zolang je niet te veel fruit ten opzichte van groente in je sapje verwerkt, zal het met die schommelende bloedsuikerspiegel wel meevallen. Een goede verhouding is 70 procent groenten, 30 procent fruit. 

©Maridav

Prijs 

Aan de krachtige pers van een slowjuicer en de supergezonde sapjes die daaruit komen, hangt wel een flink prijskaartje. Voor een goede slowjuicer leg je namelijk al snel zo'n 200 tot 400 euro neer. Er zijn ook slowjuicers van slechts een paar tientjes, maar het risico van deze goedkopere modellen is dat ze vaak minder efficiënt persen en sneller stukgaan. Een goede sapcentrifuge heb je daarentegen al voor nog geen 100 euro of iets meer dan dat. Maar laat het prijskaartje nooit leidend zijn: uiteindelijk gaat het erom wat je wilt met het apparaat. Het zou zonde zijn als een sapcentrifuge voor jou uiteindelijk toch te beperkt blijkt en je alsnóg een dure slowjuicer moet aanschaffen. 

Dus: wat kies je? 

Een sapcentrifuge is fijn als je van helder sap houdt, je alleen fruit en groenten met een hoog vochtgehalte gaat persen en je niet te veel geld wilt uitgeven. Een slowjuicer kies je als je extra gezonde, vezelrijke sapjes wilt en je ook van plan bent bladgroenten, vochtarm fruit en eventueel noten te gaan persen. Kies je voor een sapcentrifuge, maar wil je toch af en toe vochtarme ingrediënten in je sapjes verwerken? Maak dan eerst sap met je sapcentrifuge en doe dit vervolgens samen met de vochtarme ingrediënten in een blender. Heeft een slowjuicer jouw voorkeur, maar houd je niet zo van vezelige sapjes? Zeef je sapje na het juicen nog eens door een fijne zeef of theedoek. Zo heb je alsnog een helder sapje zonder pulp.