ID.nl logo
Kinderen leren programmeren - Carrière én toffe levensles
© Reshift Digital
Zekerheid & gemak

Kinderen leren programmeren - Carrière én toffe levensles

Kinderen zijn heel handig met nieuwe technologie. Ze leren snel nieuwe apparaten te gebruiken. Betekent dat ook dat kinderen weten hoe die technologie werkt? Is het nodig om ze vroeg te leren programmeren? Leren programmeren kan een leuke levensles zijn en niet per se een toekomstige carrièrekeuze.

In de jaren '80 betekende het bezit van een computer meestal dat je een hobbyist was. Dat je bereid was om niet alleen andermans software te gebruiken, maar ook om zelf te experimenteren met programmeren. Wie in dat tijdperk opgroeide en bijvoorbeeld met BASIC of PASCAL leerde werken, leerde tegelijk een aantal waardevolle lessen. Lessen die een kind van nu niet meer automatisch meekrijgt door met een iPad te spelen.

Volgens mediacoach Gemma Steeman is het nog steeds zo dat kinderen veel sneller leren omgaan met computers dan volwassenen. "Ze leren door te experimenteren. Ze zijn niet bang om iets fout te doen en ontdekken daardoor heel snel de mogelijkheden die ze graag gebruiken."

Dat betekent in de praktijk dat ze sneller dan hun ouders weten hoe ze apps moeten downloaden en opstarten. En natuurlijk vooral hoe ze al die spellen kunnen spelen. Toch is dit natuurlijk wat anders dan 'weten hoe een computer werkt'.

©PXimport

Leren programmeren is een belangrijk onderdeel van 'mediawijsheid': de verzameling vaardigheden voor kinderen en volwassenen die helpen om media te gebruiken en te duiden.

Consequenties

Steeman: "Kinderen weten ook niet hoe ze computers slim in kunnen zetten, bijvoorbeeld om taken beter of efficiënter uit te voeren. Ook weten ze niet wat de consequenties zijn van hun gedrag online. Dat komt ook door de ontwikkeling van de hersenen: ze zijn gewoon niet in staat om dat allemaal te overzien." Want voor een kind is het gewoon niet te bevatten dat wat je op internet zet, er ook nooit meer van af kan. En vooral dat anderen (vreemden) het kunnen zien. Voor een kind is het begrip data volkomen abstract. Om nog maar te zwijgen van 'big data' en wat bedrijven allemaal kunnen door gegevens te verzamelen en te analyseren.

©PXimport

Gemma Steeman is mediacoach bij

Belangrijk

Volgens Steeman is het leren programmeren geen manier om kinderen op weg te helpen in een carrière als programmeur. "Het schrijven van programma's is iets wat steeds meer in lagelonenlanden gedaan wordt. Wie later een baan krijgt in de IT, wordt hoogstwaarschijnlijk geen programmeur." Maar we leven in een wereld die volledig doordrongen is door digitale media. Je moet mee kunnen komen en hoe meer je begrijpt van de processen die al die media mogelijk maken, hoe beter.

Ook zijn er heel wat (toekomstige) banen waarbij kennis van programmeren nuttig is, zonder dat je daarvoor programmeur hoeft te zijn. Want hoewel het daadwerkelijke programmeerwerk van grote programma's en games vaak wordt uitbesteed, gebeurt het plannen en het denkwerk van de ontwikkeling wel degelijk ook in ons land. Wie ergens werkt waar computerprogramma's gebruikt of gemaakt worden, heeft dus erg veel aan kennis over de werking van die programma's. Steeman zelf geeft aan dat ze erg veel heeft aan die kennis bij haar werk voor de website MediaWijsheid.nl. "Ik kan niet programmeren, maar wel computercode lezen en dat is bij het werken aan websites een groot voordeel."

©PXimport

Het kunnen lezen van computercode helpt zeker als je websites ontwerpt of bijhoudt.

Het is gewoon leuk!

Veel tv-series en films leren ons dat programmeren betekent: schermen vol onbegrijpelijke wiskundig ogende formules. Maar dat is een vooroordeel. Programmeren is het oplossen van een puzzel. En dankzij allerlei leuke, grafische lesmethoden, is het voor kinderen net zo goed een spel als een les.

Hour of Code bijvoorbeeld is een wereldwijde introductie voor kinderen om te leren programmeren met 'Hopscotch'. In een uur spelen leren ze hoe ze niet alleen computers kunnen gebruiken, maar vooral hoe ze deze naar hun hand kunnen zetten. Door bouwsteentjes te verslepen, laten ze bekende figuren zoals Anna en Elsa uit 'Frozen' of de bekende Angry Birds bewegen. Hopscotch is dé taal voor kinderen op dit moment, die juist door zijn directe grafische feedback meteen laat zien wat een commando of functie doet.

Voor de kinderen die hier echt lol in hebben, zijn er allerlei vervolgprojecten. Het hoeft niet op te houden bij één uur.

©PXimport

Grote studio's zoals Disney lenen bekende figuren aan deze educatieve site.

Levensles

Maar de belangrijkste reden om kinderen (eenvoudige) programma's te laten maken, is dat het een manier van denken aanleert die ze de rest van hun leven kunnen gebruiken. Programmeren is namelijk vooral een levensles: om een computerprogramma te maken, leer je om een probleem op een gestructureerde manier op te lossen. Je begint met een formuleren van het probleem en om dat probleem op te lossen, moet je het in stukjes ophakken. Als je 'probleem' bijvoorbeeld is: een eenvoudig huisje tekenen op het scherm, dan kun je dit opdelen in delen: hoe teken je een vierkant? Een rechthoek? Een driehoek? Hoe zorg ik ervoor dat de driehoek op het vierkant staat en dat de rechthoek op de plaats komt waar de deur moet zijn?

Deze manier van problemen oplossen overstijgt het schrijven van computerprogramma's. Wie een feest organiseert en een groep moet aansturen, moet ook leren om het geheel te overzien en dat in subtaken te verdelen. En het is juist deze manier van analytisch denken die kinderen op een speelse en natuurlijke manier kunnen leren door de computer naar hun hand te zetten.

©PXimport

Met eenvoudige puzzels leert het kind in de app Daisy the Dinosaur spelenderwijs programmeren op de iPad.

Wanneer

Volgens Steeman kunnen kinderen vanaf een jaar of zes al heel wat leren, dankzij speciale programma's. Deze zijn er op gericht om kinderen op een visuele en aantrekkelijke manier te leren om eenvoudige programma's te maken. De kinderen zullen dit niet als 'programmeren' ervaren, maar als een spel waarbij ze de computer opdrachten geven die direct resultaat op het scherm toveren. Veel van dit soort programma's hebben een duidelijke relatie met de wat oudere programmeertaal LOGO (zie kader). Voor de iPad is er bijvoorbeeld de app Daisy the Dinosaur. Met deze app leren kinderen kleine programma's schrijven die het figuurtje Daisy over het scherm laten bewegen. Helaas is de Daisy-app wel Engelstalig.

Op de website van Kennisnet.nl vinden we Ko de Kraker. Net als bij Daisy geeft het kind opdrachten aan het vogeltje Ko, die dankzij correcte programma's zijn geliefde nootjes kan eten.

©PXimport

Ko de Kraker is een vogeltje dat nootjes wil eten. Kinderen schrijven programma's om hem te helpen.

LOGO

Een aantal computerveteranen zal vast even opveren bij het lezen van die naam. LOGO, ontwikkeld in de jaren zestig door Seymour Papert. LOGO werd speciaal voor kinderen bedacht. Het belangrijkste kenmerk is de schildpad-cursor die met eenvoudige commando's is aan te sturen. Commando's geven direct resultaat. 'FORWARD 100' zorgt bijvoorbeeld voor een lijn van 100 pixels in de kijkrichting van de schildpad.

Daarnaast is het een krachtige taal waarbij de programmeur feitelijk zijn eigen commando's maakt die steeds complexere taken uitvoeren.

Het volgende simpele programma laat de schildpad een cirkel tekenen:

TO CIRCLE

REPEAT 360 [FORWARD 1 RIGHT 1]

END

Vanaf dat moment 'kent' de computer het nieuwe commando 'circle' dat ook weer in een nieuw programma te gebruiken is. Heel krachtig en heel overzichtelijk.

©PXimport

Met MSWLogo (gratis) kun je al snel mooie 'turtle graphics' maken.

Simpel

Daarnaast is op dit moment Scratch heel populair: op de site kunnen kinderen programmeren met bouwsteentjes die ze in een venster slepen. Ook hier gaat het om grafische feedback: animaties en simpele spellen.

Toch is het een misverstand om te denken dat kinderen (zeker als ze een jaar of 10, 11 zijn) heel simpele talen moeten leren. Kijk maar eens wat kinderen inmiddels allemaal aan complexe dingen kunnen bouwen in het spel Minecraft. Ze zijn zeker in staat om complexere talen onder de knie te krijgen. We noemden LOGO al. Ook Microsofts Small Basic richt zich volledig op kinderen. Maar ook een 'volwassen' taal is een leuke uitdaging.

©PXimport

Small Basic is een versimpelde, gratis versie van BASIC, speciaal voor kinderen.

Python

Op deze site staat een compleet lesprogramma voor de basisschool, waarin kinderen de taal Python leren. Deze scripttaal (ontwikkeld door Nederlander Guido van Rossum), is eenvoudig te leren en wordt ook in het echt gebruikt. Een perfecte brug dus tussen het klaslokaal en digitale wereld, maar uiteraard niet geschikt voor de allerjongsten.

Dit soort lespakketten zijn minder geschikt voor thuis. Maar volgens Steeman is het een goed idee als ouders samen met school en buitenschoolse opvang in gesprek gaan over programmeren. "Ik ben er niet voor om het verplicht in lesprogramma's op te nemen. Het is echter wel belangrijk dat elk kind er even mee in aanraking komt en als hij of zij dat wil er ook meer mee kan doen. Ouders en scholen kunnen elkaar daar denk ik goed in ondersteunen."

Direct effect

Hoewel Python niet meteen allerlei grafisch vuurwerk produceert, heeft het als groot voordeel dat het een geïnterpreteerde taal is. Dat wil zeggen dat je het resultaat meteen kan zien.

print("Hallo wereld")

>> Hallo wereld

print(3*2)

>> 6

print("3*2")

>> 3*2

Dit is natuurlijk in een leeromgeving heel belangrijk omdat de leerling meteen het resultaat van zijn instructies ziet. Dat is ook de reden dat talen als C++ niet kindvriendelijk zijn. Afgezien van de complexiteit is het ook lastig om programma's steeds te moeten compileren voor je kan zien wat ze doen.

Amsterdam investeert in jonge programmeurs

Als onderdeel van een plan van de gemeente Amsterdam om in de toekomst te behoren tot de top 3 van Europese steden met startups, wil de gemeente investeren in het opleiden van jongeren in deze sector. Daartoe zouden er 'coding academies' moeten worden opgericht waar jongeren en zzp-ers leren coderen en programmeren. Verder zou de gemeente wel op zoek zijn om initiatieven te ondersteunen die erop gericht zijn dat coderen op basisscholen, middelbare scholen en universiteiten even standaard worden als rekenen en taal.

Verder lezen?

Daisy the Dinosaur (iOS)

Ko de Kraker

Microsoft Small Basic

Hour of Code

Microsoft Windows Logo (gratis Windows-versie van LOGO)

ACSLogo (gratis OS X-versie van LOGO)

Hopscotch (iOS)

Kodable (iOS)

Robomind

▼ Volgende artikel
Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys
© ID.nl
Huis

Bestandsnamen in bulk wijzigen? Maak kennis met PowerRename uit Power Toys

Een paar bestanden hernoemen is zo gebeurd. Maar zodra je tientallen of honderden namen moet aanpassen, schiet handmatig werk tekort. Dan komt externe software goed van pas. PowerRename, onderdeel van de PowerToys-collectie, biedt uitkomst. Met deze slimme tool kun je grote aantallen bestanden in één keer hernoemen. Dat gaat snel, efficiënt en precies zoals jij het wilt.

Dit gaan we doen

In dit artikel zie je hoe je PowerRename uit PowerToys instelt en gebruikt om grote aantallen bestanden tegelijk te hernoemen. We laten zien hoe je de tool activeert, hoe je hem oproept via Verkenner en hoe je zoek-en-vervangacties, letterinstellingen en automatische nummering toepast. Zo wijzig je in één keer volledige reeksen bestandsnamen, zonder handmatig werk.

Lees ook: Leuker, sneller en handiger: boost je Windows-pc met PowerToys

PowerRename activeren

PowerRename is een stuk krachtiger dan de standaard hernoemfunctie van Windows. De tool maakt deel uit van PowerToys, een opensource-project van Microsoft. Wil je de Microsoft Store-versie installeren? Open dan het Startmenu, zoek naar Microsoft Store en start de app. Typ PowerToys in het zoekveld bovenaan. Klik op Installeren zodra je het programma hebt gevonden. Na installatie verschijnt PowerToys in het systeemvak van Windows. Open het, kies in de linkerkolom PowerRename en je ziet meteen een korte animatie van hoe de tool werkt. Klik op Instellingenopenen en controleer of PowerRename is ingeschakeld. Let op: bij ons werkte PowerRename pas na een herstart van het systeem.

Een animatie toont hoe PowerRename werkt.

Contextueel menu in Verkenner

Open de map met de bestanden die je wilt hernoemen. Selecteer ze allemaal met Ctrl+A en klik met de rechtermuisknop op de selectie. In het contextmenu van Windows Verkenner kies je onderaan de opdracht Naam wijzigen met PowerRename.

Haal PowerRename uit het contextueel menu in Windows Verkenner.

Zoeken en vervangen

Daarna opent het venster van PowerRename. In het veld Zoeken geef je in welk deel van de bestandsnaam je wilt vervangen. In het veld eronder typ je de nieuwe tekst. In ons voorbeeld vervangen we het woord Image door Kreta2015. Nog vóór de wijziging wordt uitgevoerd, toont PowerRename een overzicht: links de oorspronkelijke bestandsnamen, rechts de nieuwe. Zo zie je meteen wat er verandert. Daaronder kies je of de aanpassing moet gelden voor de volledige naam inclusief extensie, alleen de bestandsnaam, of alleen de extensie.

Met de knoppen onder Tekstopmaak pas je eenvoudig het hoofdlettergebruik aan, van alles in kleine letters, naar alles in hoofdletters, alleen een hoofdletter aan het begin, of elke beginletter van een woord in hoofdletters. Het laatste pictogram schakelt de nummering in. Activeer je dat, dan voegt PowerRename automatisch nummers tussen haakjes toe aan de bestandsnamen.

De nieuwe namen verschijnen in voorvertoning naast de oorspronkelijke namen.     

Je allermooiste foto's hernoemd?

Druk ze af en plak ze in een foto-album
▼ Volgende artikel
Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?
© ER | ID.nl
Huis

Wat is local dimming en waarom is het belangrijk?

Het gebrek aan een rijk contrast is een van de grootste ergernissen bij lcd- en ledtelevisies. Fabrikanten hebben daarom een slimme techniek bedacht die het contrast aanzienlijk verbetert: local dimming. In dit artikel leggen we uit hoe deze techniek van jouw grijze nachtlucht weer een inktzwarte sterrenhemel maakt.

Het contrast van je televisie is misschien wel de belangrijkste eigenschap voor mooi beeld. We willen dat wit verblindend wit is en zwart echt inktzwart. Bij oledtelevisies is dat makkelijk, want daar geeft elke pixel zelf licht. Maar de meeste televisies in de Nederlandse huiskamers zijn nog steeds lcd- of ledschermen (inclusief QLED). Die werken met een lamp achter het scherm, de zogeheten backlight. Local dimming is de techniek die probeert de nadelen van die achtergrondverlichting op te lossen.

Om te begrijpen waarom local dimming nodig is, moet je eerst weten hoe een standaard led-tv werkt. Simpel gezegd is het een groot paneel met pixels die zelf geen licht geven, maar alleen van kleur veranderen. Achter die pixels brandt een grote lichtbak. Als het beeld zwart moet zijn, sluiten de pixels zich om het licht tegen te houden. Helaas lukt dat nooit voor de volle honderd procent; er lekt altijd wat licht langs de randjes. Hierdoor zien donkere scènes er vaak wat flets en grijzig uit. De achtergrondverlichting staat immers vol aan, ook als het beeld donker moet zijn.

Nooit meer te veel betalen? Check Kieskeurig.nl/prijsdalers!

De lampen dimmen waar het donker is

Local dimming pakt dit probleem bij de bron aan. In plaats van één grote lichtbak die altijd aan staat, verdeelt deze techniek de achtergrondverlichting in honderden (en bij duurdere tv's soms duizenden) kleine zones. De televisie analyseert de beelden die je kijkt continu. Ziet de processor dat er linksboven in beeld een donkere schaduw is, terwijl rechtsonder een felle explosie te zien is? Dan worden de lampjes in de zone linksboven gedimd of zelfs helemaal uitgeschakeld, terwijl de lampjes rechtsonder juist fel gaan branden.

Het resultaat is direct zichtbaar. Zwart wordt weer echt zwart, simpelweg omdat er geen licht meer achter dat deel van het scherm brandt. Tegelijkertijd blijven de lichte delen van het scherm helder. Dat zorgt voor een veel groter contrast en geeft het beeld meer diepte. Vooral bij het kijken van HDR-films en -series is dat van belang. Zonder local dimming kan een led-tv eigenlijk geen goed HDR-beeld weergeven, omdat het verschil tussen licht en donker dan te klein blijft.

©ER | ID.nl

Niet alle local dimming is hetzelfde

Het klinkt als een wonderoplossing, maar de uitvoering verschilt enorm per televisie. Het grote toverwoord hierbij is het aantal zones. Hoe meer zones de tv onafhankelijk van elkaar kan aansturen, hoe preciezer het licht kan worden geregeld. Goedkopere televisies gebruiken vaak edge lit local dimming. Hierbij zitten de lampjes alleen in de rand van de tv. Dat werkt redelijk, maar is niet heel nauwkeurig. Je ziet dan soms dat een hele verticale strook van het beeld lichter wordt, terwijl er eigenlijk maar één klein object moest worden verlicht.

De betere variant heet full array local dimming. Hierbij zitten de lampjes over de hele achterkant van het scherm verspreid. De allernieuwste en beste vorm hiervan is miniLED. Daarbij zijn de lampjes zo klein geworden dat er duizenden in een scherm passen, wat de precisie van oled begint te benaderen. Als er te weinig zones zijn, kun je last krijgen van zogenaamde 'blooming'. Dat zie je bijvoorbeeld bij witte ondertiteling op een zwarte achtergrond: er ontstaat dan een soort wazige lichtwolk rondom de letters, omdat de zone groter is dan de tekst zelf.

Welke merken gebruiken local dimming?

Bijna elke grote televisiefabrikant past deze techniek inmiddels toe, maar ze doen dat voornamelijk in hun middenklasse en topmodellen. Samsung is een van de voorlopers, zeker met hun QLED- en Neo QLED-televisies, waarbij ze in de duurdere series gebruikmaken van geavanceerde miniLED-techniek voor zeer precieze dimming. Ook Sony staat bekend om een uitstekende implementatie van full array local dimming, die vaak geprezen wordt om de natuurlijke weergave zonder overdreven effecten. Philips past het eveneens toe in hun (mini)ledmodellen, vaak in combinatie met hun bekende Ambilight-systeem voor een extra contrastrijk effect.

Ga voor de full monty!

Local dimming is dus geen loze marketingkreet, maar een dankbare techniek voor iedereen die graag films of series kijkt op een led- of QLED-televisie. Het maakt het verschil tussen een flets, grijs plaatje en een beeld dat van het scherm spat met diepe zwartwaarden. Ben je in de markt voor een nieuwe tv? Vraag dan niet alleen óf er local dimming op zit, maar vooral of het gaat om full array dimming. Je ogen zullen je dankbaar zijn tijdens de volgende filmavond!

Vijf fijne televisies die full array local dimming ondersteunen