Gratis films monteren in Windows 10 met DaVinci Resolve
Hoe stel je een leuke en boeiende film samen uit een reeks losse opnamen die je met je camera of smartphone hebt gemaakt? Daarvoor heb je een filmmontage-programma nodig zoals DaVinci Resolve van Blackmagic. Deze software bevat zo enorm veel mogelijkheden, dat je er echt alle kanten mee op kunt en er niet snel op uitgekeken raakt. Het wordt zelfs gebruikt voor bioscoopfilms. Films monteren als een professional? Wij leggen uit hoe je dat doet aan de hand van DaVinci.
Tip 01: Gratis aan de slag
DaVinci Resolve is een gigantisch uitgebreid programma waarmee professionals uit de filmindustrie de prachtigste films maken. Het kan niet anders of je hebt handenvol televisie-, reclame- en speelfilms gezien die hiermee in elkaar zijn gezet. Laat je daar vooral niet door afschrikken, want het programma is zo opgezet dat je er ook als gewone (amateur)filmer prima mee kunt werken. Laten we dus snel beginnen! Op de website klik je op Download now en kies je DaVinci Resolve 17. Er zijn versies voor Windows, Mac en Linux. In ons geval is dat nog een bètaversie, maar op het moment dat jij dit leest is de officiële versie vast al uit. Om dezelfde reden kan het zijn dat de schermafbeeldingen in dit artikel hier en daar ietsjes afwijken. Je verwacht het misschien niet, maar je mag de software grotendeels gratis gebruiken. Tenzij je voor de nóg uitgebreidere studio-versie kiest, dat is wel betaalde software.
©PXimport
Tip 02: Cut-pagina
Zodra je DaVinci Resolve opstart, verschijnt het projectenvenster. Elke video die je in elkaar sleutelt is een project. Klik daarom rechtsonderin op New Project om een nieuw project te starten, geef het een handige naam en klik op Create. Zodra het hoofdvenster verschijnt, zie je helemaal onderaan de zeven hoofdonderdelen waaruit het programma bestaat. Het beste kun je meteen naar het onderdeel Cut gaan. Dit is in DaVinci Resolve 16 geïntroduceerd en biedt een extra toegankelijke manier van werken waarmee je razendsnel indrukwekkende filmmontages in elkaar zet.
©PXimport
Tip 03: Bestanden inladen
Voor de filmmontage heb je een aantal losse filmopnamen nodig, dus die gaan we nu inladen. Linksbovenin vind je de zogeheten Media Pool. Dat is de plek waar nu nog No clips in media pool staat. Klik met de rechtermuisknop ergens in dit gebied en kies Import media. Blader naar een map waarin jouw filmmateriaal staat en selecteer alle filmpjes die je wilt inladen. Dat mogen trouwens ook foto’s, geluidsopnamen van een externe recorder, geluidseffecten en muzieknummers zijn, maar daar komen we straks deels nog op terug. Je hoeft niet alles in één keer in te laden. Bedenk je later dat je nog meer opnamen nodig hebt, dan voeg je die gewoon alsnog toe. Mocht het venster Change Project Frame Rate? verschijnen tijdens het inladen, klik dan op Change. In de mediapool zie je nu miniaturen van je filmpjes. Terwijl je de muisaanwijzer over een miniatuur beweegt, zie je op die plek meteen een voorvertoning, waardoor je lekker makkelijk het filmpje kunt opzoeken dat je nodig hebt.
©PXimport
Beweeg je muisaanwijzer over een miniatuur en je ziet een voorvertoning
-
Tip 04: Inhoud markeren
Zoek het filmpje op dat je als eerste in de montage wilt gebruiken en dubbelklik erop. Hierdoor verschijnt dit rechts in het grote voorbeeldvenster. Omdat je bijna nooit een volledige clip in de montage gebruikt, is het nu een kwestie van het beginpunt en eindpunt opzoeken van het fragment dat je nodig hebt. Dat kan op drie manieren: door het filmpje af te spelen met de afspeelknoppen; door de rode hendel in het balkje onder de voorbeeldweergave met je muis te verslepen; of door de muis over de miniatuur in de mediapool te bewegen (zonder te klikken of te slepen). Zodra je het beginpunt hebt gevonden, druk je op de I-toets om het zogeheten in-punt te zetten. Bij het eindpunt druk je op de O-toets om aan te geven dat dit het uit-punt is. Wat ook kan, is de witte hendels aan de uiteinden van de balk naar binnen verslepen met je muis, of de menuopties Mark / Mark In en Mark / Mark Out gebruiken. In de balk zie je aan de markering precies welk fragment je hebt uitgekozen, net als aan de verticale strepen op de miniatuur.
©PXimport
Tip 05: Naar de tijdlijn
Daarna sleep je de clip vanuit de mediapool naar de tijdlijn in de onderste helft van het scherm. Of je sleept de voorbeeldweergave hiernaartoe, dat mag ook. Daarna verwerk je op precies dezelfde manier alle overige filmpjes om de montage verder op te bouwen. Je kunt een filmpje achteraan de montage plakken, maar ook tussen twee andere clips neerzetten. Ook in de tijdlijn kun je jouw clips altijd nog bijsnijden. Houd de muisaanwijzer boven het begin of het einde van een filmclip tot een vierkante haak verschijnt en sleep die vervolgens naar binnen of naar buiten om de clip aan die zijde in te korten dan wel uit te breiden. Zie je een dubbele haak, dan maak je de ene clip korter en die ernaast tegelijkertijd langer – of andersom. Tot slot zie je middenin clips twee pijltjes ingesloten door vierkante haken. Sleep je hiermee, dan blijft de cliplengte exact hetzelfde, maar verschuif je het gedeelte van de filmopname dat zichtbaar is in de montage.
©PXimport
Twee tijdlijnen
In het onderdeel Cut zie je in de onderste helft van het scherm twee tijdlijnen. Het maakt niet uit naar welke je jouw clips sleept. Het zijn namelijk niet twee verschillende tijdlijnen, maar twee weergaven van dezelfde tijdlijn. De bovenste smalle tijdlijn laat altijd de volledige filmmontage zien, terwijl de brede tijdlijn eronder een ingezoomd beeld toont. Daardoor heb je tegelijkertijd een overzicht van het geheel én een gedetailleerde weergave van het stukje waaraan je werkt. De rode afspeelkop in de bovenste tijdlijn verplaats je door de hendel te verslepen. Of je klikt ernaast op de liniaal (de kopregel van deze tijdlijn) om meteen naar een specifieke tijdcode te springen. Bij de grote tijdlijn eronder werkt dat anders. Sleep je hier met de rode hendel, dan schuift de filmmontage eronderdoor. De rode verticale tijdlijn zit dus vast in het midden. Vind je dit maar niets, klik dan aan de linkerkant van de tijdlijn op Free Playhead om hetzelfde gedrag te krijgen als bij de bovenste tijdlijn.
©PXimport
Tip 06: Weergaveopties
De Cut-pagina kent maar één voorbeeldweergave en toch bekijk je hiermee zowel losse clips uit de mediapool als de volledige filmmontage in de tijdlijn. Hoe zit dat? Links in de kopregel van de voorbeeldweergave staat een aantal pictogrammen. Klik op het meest linkse pictogram, genaamd Source Clip, om de momenteel in de mediapool geselecteerde clip te bekijken. Of klik op derde knop, Timeline, om de tijdlijn af te spelen. De knop ertussenin heet Source Tape. Hiermee bekijk je alle filmpjes uit de mediapool alsof het één lange (band)opname is. Daardoor kun je nog sneller een specifieke filmopname opzoeken, waarna je overschakelt naar Source Clip om dat ene exemplaar bij te snijden. In de balk onder de voorbeeldweergave verklappen witte balkjes wat de individuele clips zijn. Je mag ook dubbelklikken op een clip in de mediapool of ergens klikken op de tijdlijn om te schakelen tussen Source Clip en Timeline.
©PXimport
Tip 07: Clips knippen
We hebben tot nu toe wel het begin en het einde van filmpjes afgesneden, maar wat nu als je de helft van een filmpje op een andere plek in de tijdlijn wilt neerzetten? Of een stukje beeldmateriaal in het midden wilt weghalen? Speel die filmclip in de tijdlijn dan af tot je op de plek bent waar je hem wilt splitsen. Klik met rechts op de rode hendel van de afspeelkop en klik daarna op het schaartje om de clip doormidden te knippen. Je kunt hier ook de sneltoets Ctrl+\ voor gebruiken. Je hebt nu twee clips, die je onafhankelijk van elkaar kunt gebruiken in de tijdlijn. Sleep een clip gewoon naar de nieuwe plek om hem te verplaatsen. Om een stukje binnenin een clip weg te gooien, splits je hem een tweede keer, waarna je het middelste gedeelte weggooit door het te selecteren en op Delete of Backspace te drukken.
©PXimport
Sleep een clip naar een nieuwe plek om hem te verplaatsen
-
Tip 08: Overgangseffecten
Speel je de tijdlijn af, dan merk je dat individuele fragmenten abrupt in elkaar overgaan. Daar is op zich niets mis mee. Dit heet een hard cut en wordt doorlopend gebuikt in films. Je kunt ook een meer geleidelijke overgang of een speciaal effect instellen. Om dit te doen, klik je linksbovenin het scherm op Transitions en kies je het tabblad Video. Hier vind je een groot aantal overgangseffecten. Voorheen moest je een overgang eerst naar de tijdlijn slepen om het effect te zien, maar vanaf versie 17 gaat dat een stuk makkelijker en sneller. Beweeg de muis gewoon heen en weer over het overgangseffect en je ziet het effect direct live in de voorbeeldweergave! In de Source Clip-stand gebeurt dit aan de hand van twee voorbeeldclips. Is Timeline actief, dan zie je het op jouw eigen beeldmateriaal. Plaats de afspeelkop liefst op de scheiding tussen twee clips (of aan het begin of einde van de montage) voor een realistische weergave. Leuk effect gevonden? Sleep het naar de scheiding tussen twee clips op de tijdlijn. Eventueel verleng of verkort je de tijdsduur van het effect door een van beide uiteinden van de markering te verslepen.
©PXimport
Tip 09: Titels toevoegen
Wil je titels of commentaar toevoegen? Ga dan linksbovenin het scherm naar Titles. Onder het kopje Titles vind je een rijtje statische titels en onder Fusion Titles staan de geanimeerde exemplaren. Bij de eerste categorie houd je de muis op een titel om er een voorbeeld van te zien en bij de tweede categorie beweeg je de muis over het gemarkeerde kader om de animatie af te spelen. Sleep de titel vervolgens naar de tijdlijn. Ditmaal doe je dat wel op een iets andere manier dan tot nu toe. De bedoeling is namelijk dat je jouw titel tegelijk met het filmmateriaal te zien krijgt. Daarom plaats je hem niet tussen twee clips op de tijdlijn, maar zet je hem in het donkergrijze vlak erboven neer. Kortom, je sleept de titel bovenop een bestaande filmclip. Het handigst is het als je eerst de afspeelknop op de gewenste positie neerzet. Want als je de titel daar naartoe sleept, klikt hij vanzelf aan de rode verticale lijn (afspeelkop) vast, alsof deze magnetisch is. Zo plaats je de titel exact op de gewenste positie.
©PXimport
Tip 10: Titel opmaken
Om in te stellen hoelang een titel zichtbaar blijft, versleep je net zoals bij een filmclip de voorzijde of achterzijde. Tijdens het slepen zie je zowel de tijdsduur als de hoeveelheid waarmee je hem inkort of verlengt. Om de titel op te maken, selecteer je hem door erop te klikken. Er verschijnt dan een rood kader omheen. Daarna klik je helemaal rechtsbovenin op Inspector, zodat een deelvenster vol met opties verschijnt. Tik hier je titel in, kies een kleur, stel de lettergrootte in en gebruik eventuele andere opmaakmethoden die je nodig hebt. Met Position plaats je de titel op de gewenste plek, maar dat kan ook door even op de titel in de voorbeeldweergave te kikken en die te verslepen. Sluit deze weergave weer door opnieuw rechtsbovenin op Inspector te klikken en bekijk het stukje montage waarin je de titel hebt aangebracht om te zien of alles naar wens is.
©PXimport
Essentiële sneltoetsen
Monteren gaat aanzienlijk sneller als je gebruikmaakt van sneltoetsen. We noemen er al de nodige in de tips, maar welke zijn nog meer superhandig om snel uit je hoofd te leren? Met de Q-toets schakel je rechtstreeks tussen de Source Clip- en Timeline-voorbeeldweergaven. Ook erg handig bij het afspelen zijn de JKL-toetsen (achteruit afspelen, stoppen, vooruit afspelen), waarbij je bij elke druk op de J-toets of L-toets de afspeelsnelheid verdubbelt. Met Shift+K speel je juist vertraagd af in voorwaartse richting. Ook met de Spatiebalk start en stop je het afspelen. Om het nog makkelijker te maken om heel precies een bepaald punt in een filmclip op te zoeken, loop je met PijltjeLinks en PijltjeRechts beeldje voor beeldje door jouw beeldmateriaal. PijltjeOmhoog brengt je naar het begin van de huidige clip of de clip(s) ervoor. Met PijltjeOmlaag ga je de andere kant op. De Home-toets brengt je naar de start van de montage (die vanaf daar wordt afgespeeld) en met de End-toets spring je naar het einde. Voor een overzicht van alle sneltoetsen ga je in de menubalk naar DaVinci Resolve / Keyboard Customization. Hier kun je de sneltoetsen ook aanpassen of eigen exemplaren maken. Klik op een toets van het virtuele toetsenbord en je ziet direct welke actie eraan is gekoppeld.
©PXimport
Tip 11: Videosporen
Door titels toe te voegen zoals in tip 09 heb je een tweede videospoor aangemaakt, bovenop het eerste spoor waarin jouw filmfragmenten staan. Behalve titels kun je hier ook foto’s of andere filmclips neerzetten. Waarom zou je dat doen? Hogere videosporen dekken lagere videosporen af. Vandaar dat je een titel bovenop jouw film ziet. Dus heb je ergens een foto gemaakt? Dan kun je die in je film laten zien door hem in het bovenste spoor neer te zetten en enkele seconden in beeld te laten. Net zo kun je een filmpje dat op dezelfde locatie maar vanuit een ander standpunt of door iemand anders is gemaakt ook daar neerzetten. Zonder het hoofdspoor steeds op te knippen en alles ertussen te proppen, maak je zo met een minimum aan inspanning een levendige film. En bevalt het niet, dan haal je het gewoon weer weg en komt het onderliggende videospoor vanzelf weer in beeld. Ook leuk: selecteer de bovenste clip of foto, open de Inspector en gebruik Zoom en Position om het te verkleinen en te verplaatsen om een professioneel ogende picture in picture (PIP) te maken! Je mag ook gerust een foto of filmpje boven het hoofdspoor zetten en daar weer een titel bovenop plaatsen. Stapelen is de gewoonste zaak in filmmontages!
©PXimport
Stapelen is de gewoonste zaak in filmmontages
-
Tip 12: Wat hoor ik daar?
Een film bestaat niet alleen uit beeld, er zit ook geluid bij. Is het volume te hard of te zacht? Selecteer de filmclip, ga rechtsbovenin naar Inspector en selecteer het tabblad Audio. Met Volume pas je vervolgens de geluidssterkte aan. Onder het beeldmateriaal zie je de geluidsgolf direct veranderen. Let erop dat je het volume niet te hard zet, want dan raken als eerste de hoge tonen overstuurd. Klik je de inspector weer weg, dan zie je rechts naast de voorbeeldweergave twee VU-meters. Tijdens het afspelen wil je dat deze balkjes zo min mogelijk in het rood komen te staan. Selecteer meerdere clips in de tijdlijn om het volume van allemaal tegelijk te veranderen. Doe dit alleen als clips nagenoeg dezelfde geluidssterkte hebben, want anders gaat het mis. Clips selecteren kan zoals altijd in zowel de onderste als de bovenste tijdlijn.
©PXimport
Tip 13: Extra geluidssporen
Een lekker muziekje en een paar toffe geluidseffecten zijn natuurlijk nooit weg. Net zoals je extra videosporen kunt aanmaken, is het ook mogelijk om geluidssporen toe te voegen. Deze bevinden zich helemaal onderin, dus onder de sporen met videoclips, foto’s en titels. Voeg het geluid of de muziek toe aan de mediapool en sleep het naar de gewenste plek op de donkergrijze ruimte onder het hoofdspoor. Als je veel videosporen hebt, kun je het beste naar de bovenste tijdlijn slepen, omdat er onderin de grote tijdlijn dan geen lege grijze ruimte meer is te zien. Ook bij muziek en geluidseffecten stel je het volume naar smaak in via de inspector, zodat je alle geluidstracks goed met elkaar in balans brengt. Wil je het geluid dat in de filmpjes zelf zit niet gebruiken omdat dit afleidt van de muziek of een voice-over? Klik dan op het luidsprekertje in de kop van elk videospoor dat je niet wilt horen.
©PXimport
Tip 14: Video renderen
Is je montage gereed? Speel haar nog eens in haar totaliteit af om te zien of alles perfect in orde is en dan is het tijd om de eindfilm te genereren. Rechtsbovenin klik je op Quick Export, waarna je op tabblad H.264 ziet met welke instellingen deze film wordt aangemaakt. Dat kan bijvoorbeeld Full HD of 4K zijn, afhankelijk van het bronmateriaal dat je hebt gebruikt. Klik op Export en DaVinci Resolve gaat voor je aan de slag om de film te renderen. Wil je rechtstreeks naar YouTube, Vimeo of Twitter publiceren, dan kan dat ook. Behalve het eindresultaat is het belangrijk dat je ook het project zelf opslaat. Dat bevat namelijk de complete montage die je zojuist in elkaar hebt gesleuteld en die wil je natuurlijk niet kwijtraken. Hoewel we er niet eerder over hebben gesproken, is het sowieso aan te raden om ook tijdens het monteren regelmatig je werk op te slaan. Daarmee voorkom je dat je alles kwijtraakt, mocht bijvoorbeeld je pc crashen. Het project (tussendoor) opslaan doe je met File / Save Project of de sneltoets Ctrl+S.
Sla behalve het eindresultaat ook het project zelf op
-
Tip 15: Bestanden spoorloos
De mediabestanden die je in de mediapool hebt geladen zitten niet fysiek in een project. Wil je de montage later nog een keer aanpassen, dan moeten alle gebruikte mediabestanden zich nog op precies dezelfde plek bevinden, want anders kan DaVinci Resolve ze niet vinden. Gooi zoiets als losse filmpjes dus niet zomaar weg omdat je denkt dat ze nu toch in de montage zitten. Heb je deze bestanden naar een andere map verplaatst en heropen je het project, dan kleuren deze miniaturen rood in de mediapool. Geen paniek: dit is makkelijk te herstellen. Selecteer de ontbrekende bestanden in de mediapool, klik met recht en kies Relink Selected Clips. Blader naar de nieuwe locatie en daarna kan het programma er gewoon weer bij.
©PXimport