ID.nl logo
OpenMediaVault op Raspberry Pi 4 installeren
© Reshift Digital
Huis

OpenMediaVault op Raspberry Pi 4 installeren

Door zijn volwaardige gigabit-ethernetaansluiting en de usb3-poort voor snelle toegang tot een externe harde schijf, is de Raspberry Pi 4 eindelijk een degelijk alternatief voor een nas. Met OpenMediaVault krijg je eenvoudig toegang tot een heleboel mogelijkheden. Hoe jeOpenMediaVault op Raspberry Pi 4 installeren kunt, lees je hier.

Bij alle vorige Raspberry Pi-modellen verliep de ethernetaansluiting intern via een usb2.0-hub. Dat betekende dat de snelheid die je op het netwerk haalde afgeknepen werd, zélfs bij de Raspberry Pi 3B+ die een gigabit-ethernetaansluiting kreeg. Bij de Raspberry Pi 4 is dat euvel verholpen: het nieuwste model heeft een volwaardige gigabit-ethernetaansluiting, waardoor je toegang hebt tot de maximale snelheid.

Een ander nadeel van vorige modellen van de Pi voor de toepassing als nas was de al vermelde usb2.0-snelheid (theoretisch 480 Mbit/s). Als je bestanden van een externe harde schijf op je netwerk wilde delen, haalde je in theorie dus een maximale snelheid van 60 MB per seconde, in de praktijk eerder de helft. Met een snelle harde schijf op een van de usb3-poorten van de Pi 4 zal de ethernetpoort deze keer de beperkende factor zijn. Dan haal je voor bestandsdeling (afhankelijk van het gebruikte protocol) een overdrachtssnelheid van ongeveer 100 MB per seconde met de Pi 4. Niet slecht voor zo’n klein computertje!

OpenMediaVault installeren

Met OpenMediaVault als besturingssysteem maak je van je Pi eenvoudig een nas. Op het moment van schrijven was er helaas nog geen officieel image van OpenMediaVault 5.0 voor de Raspberry Pi 4, maar je kunt versie 4.0 downloaden via SourceForge. Wij downloadden het bestand OMV_4_Raspberry_Pi_2_3_3Plus_4.img.xz.

Schrijf dit bestand met een programma zoals Etcher naar een micro-sd-kaart. Je hoeft het gecomprimeerde xz-bestand niet uit te pakken; dat doet balenaEtcher zelf. De micro-sd-kaart hoeft overigens geen hoge capaciteit te hebben: het is aan te raden om hier alleen het besturingssysteem op te installeren en je data op een externe harde schijf te zetten. Zo kun je eenvoudig het besturingssysteem herinstalleren zonder aan je data te komen.

Sluit je ethernetkabel op je Pi aan en je externe harde schijf op een van de blauw gekleurde usb3-poorten. De eerste keer dat OpenMediaVault opstart, kan dat een hele tijd duren, dus wees geduldig. Het besturingssysteem downloadt updates en werkt alle pakketten bij naar de nieuwste versie. Nadat je Pi herstart is, kun je de webinterface bezoeken door in je browser naar het ip-adres van je Pi te surfen. Overigens is het voor een nas wel aan te raden om in de dhcp-instellingen van je router ervoor te zorgen dat je Pi altijd hetzelfde ip-adres toegewezen krijgt.

©PXimport

Eerste configuratie

Zodra de installatie bijgewerkt is, kun je in de webinterface inloggen met de gebruikersnaam admin en het wachtwoord openmediavault. Als je bovenaan rechts op het omgekeerde driehoekje klikt, kun je de taal in het Nederlands zetten.

Kijk eerst eens rond in de instellingen onder Systeem en pas aan wat nodig is, bijvoorbeeld het wachtwoord van de gebruiker admin in de webinterface, het gebruik van https voor de webinterface, je tijdzone, e-mailinstellingen voor meldingen enzovoort. Vergeet na een wijziging niet om bovenaan op Opslaan te klikken en dan bovenaan rechts op Toepassen.

Als je ook via ssh wilt inloggen op je Pi (OpenMediaVault draait gewoon op Debian), maak dan in Toegang tot rechtenbeheer / Gebruiker een nieuwe gebruiker aan, geef die een naam en wachtwoord, en vink in het tabblad Groepen de groepen ssh en sudo aan. Daarna kun je met deze gebruiker inloggen via ssh en dan via de opdracht sudo opdrachten met rootrechten uitvoeren.

Snelheidstest

Omdat we zeker willen zijn over de gigabitsnelheid, testen we de doorvoer met iperf3. Log daarvoor eerst op je Pi in met ssh en start dan de server van iperf3 (die is standaard al geïnstalleerd) met de opdracht:

iperf3 -s

Start nu op een andere computer met een gigabitaansluiting in je netwerk de client op, waarbij je het ip-adres van de Pi invult:

iperf3 -c <ipadres></ipadres>

Iperf3 stuurt nu een grote hoeveelheid data door en na tien seconden krijg je op beide computers een rapport met de snelheid waarmee dat gebeurde. Bij ons was dat 920 Mbit/s (ca. 115 MB per seconde), wat vrij dicht tegen het theoretische maximum van een gigabit per seconde ligt. De gemeten snelheid hangt uiteraard ook af van andere gelijktijdige activiteiten op je netwerk.

©PXimport

Schijf formatteren

Dan is het nu tijd om je bestanden te delen. Klik in de webinterface op Opslag / Disks en controleer of je aangesloten schijf herkend wordt. Indien ja, ga dan naar Opslag / Bestandssystemen. Als er al een bestandssysteem op je schijf staat, krijg je dit daar te zien. Zo niet, klik dan op Aanmaken, selecteer je schijf, vul een label in en kies een bestandssysteem. De standaardkeuze EXT4 is oké, maar houd er wel rekening mee dat je deze schijf niet eenvoudig op een Windows-pc kunt inlezen. Dat hoeft ook niet, want we delen de bestanden erop via het netwerk. Klik op Ok en bevestig dat je de schijf wilt formatteren en alle data erop verliest. Als het formatteren voltooid is, selecteer je je bestandssysteem en klik je bovenaan op Koppelen en Toepassen.

Bestanden delen

Als je nu een map wilt delen, ga je naar Toegang tot rechtenbeheer / Gedeelde mappen, klik je op Toevoegen, geef je de map een naam en selecteer je je zojuist aangemaakte bestandssysteem. Verander eventueel de standaard ingestelde rechten naar: beheerder = lezen/schrijven, gebruikers = lezen/schrijven, alle anderen = alleen lezen. Klik tot slot op Opslaan en daarna Toepassen om de map aan te maken en te delen.

Ga dan naar Diensten / SMB/CIFS en vink Inschakelen aan. Klik in het tabblad Gedeelde bronnen op Toevoegen, kies daar je gedeelde map die je hiervoor aangemaakt hebt, stel indien nodig nog een van de vele mogelijke opties in en klik op Opslaan / Toepassen om de map op je Windows-netwerk te delen.

©PXimport

▼ Volgende artikel
Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)
© DC Studio
Huis

Waarom je tv-beeld onnatuurlijk oogt (en hoe je dat oplost)

Je hebt net een klein fortuin uitgegeven aan een gloednieuwe 4K- of zelfs 8K-televisie. Je installeert hem, start je favoriete filmklassieker en zakt onderuit op de bank. Maar in plaats van een bioscoopervaring bekruipt je het gevoel dat je naar een goedkope soapserie of een homevideo zit te kijken. De acteurs bewegen vreemd soepel, de actiescènes lijken versneld en de magie is ver te zoeken. Geen zorgen, je televisie is niet stuk. Hij doet eigenlijk iets te goed zijn best.

Dit fenomeen is zo wijdverspreid dat er een officiële term voor is: het 'soap opera effect'. In technische kringen wordt dit ook wel bewegingsinterpolatie of 'motion smoothing' genoemd. Hoewel fabrikanten deze functie met de beste bedoelingen in hun televisies bouwen, is het voor filmfanaten vaak een doorn in het oog. Gelukkig is het eenvoudig op te lossen... als je tenminste weet waar je moet zoeken.

Nooit meer te veel betalen? Check
Kieskeurig.nl/prijsdalers!

Wat is het 'soap opera effect' precies?

Om te begrijpen wat er misgaat, moeten we kijken naar hoe films worden gemaakt. De meeste bioscoopfilms en veel dramaseries worden opgenomen met 24 beelden per seconde. Die snelheid geeft films hun karakteristieke, dromerige uitstraling. Een beetje bewegingsonscherpte hoort daarbij; dat is wat onze hersenen associëren met 'cinema'. Moderne televisies verversen hun beeld echter veel vaker: meestal 60 of zelfs 120 keer per seconde.

Om dat verschil te overbruggen, verzint je slimme televisie er zelf beelden bij. De software kijkt naar beeld A en beeld B, en berekent vervolgens hoe een tussenliggend beeld eruit zou moeten zien. Dit voegt de tv toe aan de stroom. Het resultaat is een supervloeiend beeld waarin elke hapering is gladgestreken.

Voor een voetbalwedstrijd of een live-uitzending is dat geweldig, omdat je de bal en spelers scherper kunt volgen. Maar bij een film zorgt die kunstmatige soepelheid ervoor dat het lijkt alsof je naar een achter de schermen-video zit te kijken, of dus naar een soapserie zoals Goede Tijden, Slechte Tijden, die traditioneel met een hogere beeldsnelheid werd opgenomen. De filmische illusie wordt hierdoor verbroken.

©ER | ID.nl

De winkelmodus is ook een boosdoener

Naast beweging is er nog een reden waarom het beeld er thuis soms onnatuurlijk uitziet: de beeldinstellingen staan nog op standje zonnebank. Veel televisies staan standaard in een modus die 'Levendig' of 'Dynamisch' heet. Deze stand is ontworpen om in een felverlichte winkel de aandacht te trekken met knallende, bijna neon-achtige kleuren en een extreem hoge helderheid. Bovendien is de kleurtemperatuur vaak nogal koel en blauw, omdat dat witter en frisser oogt onder tl-licht. In je sfeervol verlichte woonkamer zorgt dat echter voor een onrustig beeld waarbij huidtinten er onnatuurlijk uitzien en details in felle vlakken verloren gaan.

Hoe krijg je de magie terug?

Het goede nieuws is dat je deze 'verbeteringen' gewoon kunt uitzetten. De snelste manier om van het soap opera effect en de neonkleuren af te komen, is door in het menu van je televisie de beeldmodus te wijzigen. Zoek naar een instelling die Film, Movie, Cinema of Bioscoop heet. In deze modus worden de meeste kunstmatige bewerkingen, zoals bewegingsinterpolatie en overdreven kleurversterking, direct uitgeschakeld of geminimaliseerd. Het beeld wordt misschien iets donkerder en warmer van kleur, maar dat is veel dichter bij wat de regisseur voor ogen had.

Sinds kort hebben veel moderne televisies ook de zogeheten Filmmaker-modus. Dat is de heilige graal voor puristen. Als je deze modus activeert, zet de tv met één druk op de knop alle onnodige nabewerkingen uit en respecteert hij de originele beeldsnelheid, kleuren en beeldverhouding van de film.

Wil je de beeldmodus niet volledig veranderen, maar alleen dat vreemde, soepele effect kwijt? Dan moet je in de geavanceerde instellingen duiken. Elke fabrikant geeft het beestje een andere naam. Bij Samsung zoek je naar Auto Motion Plus of Picture Clarity, bij LG-televisies ga je naar TruMotion, bij Sony naar Motionflow en bij Philips naar Perfect Natural Motion. Door deze functies uit te schakelen of op de laagste stand te zetten, verdwijnt het goedkope video-effect en krijgt je film zijn bioscoopwaardige uitstraling weer terug.

▼ Volgende artikel
Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand
© ER | ID.nl
Huis

Chrome Remote Desktop: ideaal voor ondersteuning op afstand

Een apparaat op afstand bedienen hoeft geen geld te kosten en is verrassend eenvoudig. Of je nu bestanden wilt openen, technische problemen wilt oplossen of meerdere toestellen wilt beheren: met Chrome Remote Desktop kan het allemaal, gratis en zonder gedoe.

De helper begint

Een groot voordeel van Chrome Remote Desktop is de brede compatibiliteit: het werkt met Windows, macOS, Linux en ChromeOS. Bovendien is het veilig – verbindingen worden versleuteld – en je hebt alleen een Chrome-browser nodig. We beginnen aan de kant van degene die op afstand toegang wilt tot een andere computer, degene die ondersteuning biedt vanaf computer A. Op computer A opent de gebruiker Chrome en surft naar https://remotedesktop.google.com. Daar verschijnen twee opties: Dit scherm delen en Verbinding maken met een andere computer. Omdat computer A support wil geven aan een extern apparaat, kiest de gebruiker voor de tweede optie. In dat scherm verschijnt een veld om een toegangscode in te geven, de code volgt zo meteen.

Degene die support geeft, gebruikt het onderste vak.

Acties voor de hulpvrager

Op computer B, de computer die toegang zal verlenen, moet de gebruiker ook in Chrome surfen naar dezelfde website. Daar kiest hij voor de optie Dit scherm delen. Voordat dat mogelijk is, moet Chrome Remote Desktop eerst worden gedownload en geïnstalleerd. De gebruiker klikt daarvoor op de ronde blauwe knop met het witte downloadpijltje. Hiermee wordt een Chrome-extensie geïnstalleerd. Na de installatie verschijnt in het vak Dit scherm delen een blauwe knop met de tekst Code genereren. Wanneer de gebruiker daarop klikt, wordt een toegangscode van 12 cijfers aangemaakt. Die code geeft hij of zij door aan gebruiker A.

Wie support krijgt, moet de code via een berichtje of telefoontje doorgeven.

Scherm delen

Op computer A geeft de gebruiker de code op in Chrome Remote Desktop. Vervolgens wacht hij tot gebruiker B bevestigt dat A toegang mag krijgen tot zijn scherm. Zodra dat is gebeurd, verschijnt het volledige bureaublad van computer B in een nieuw Chrome-venster op computer A. Door dit venster schermvullend weer te geven, kan A probleemloos handelingen uitvoeren op de pc van B. Voor de veiligheid beschikken beide gebruikers over een knop om de sessie op elk moment te beëindigen. Uiteraard is een stabiele internetverbinding noodzakelijk. Daarnaast krijgen beide partijen de melding dat ze klembordsynchronisatie kunnen inschakelen. Hiermee wordt het mogelijk om eenvoudig tekst of bestanden te kopiëren en te plakken tussen beide apparaten.

Gebruiker A krijgt het volledige scherm van B in een Chrome-venster te zien.